VDC-Tools en Modellenbeheer Afstudeerproject ACE System Manager 15-6-2012
BAM Infratechniek Mobiliteit bv Dhr. Ramses van Hooijdonk ACE System Manager
VDC-Tools en Modellenbeheer
Door: Ramses van Hooijdonk
Pagina 1
VDC-Tools en Modellenbeheer
VDC-Tools en Modellenbeheer Afstudeerproject ACE System Manager Datum: Bedrijf: Auteur: Opleiding: Docent:
15-6-2012 BAM Infratechniek Mobiliteit bv Dhr. Ramses van Hooijdonk Deeltijd HBO, ACE System Manager, TEC CAD College te Nijmegen Dhr. ir. R. Boeklagen
Door: Ramses van Hooijdonk
Pagina 2
VDC-Tools en Modellenbeheer
Voor Corina en Rowan
Door: Ramses van Hooijdonk
Pagina 3
VDC-Tools en Modellenbeheer
Voorwoord “We moeten anders lui worden” Deze uitspraak deed een collega van mij, een aantal jaar geleden, toen hij en ik bezig waren om een AutoLisproutine te maken. Deze AutoLisproutine zou er voor zorgen dat de tekenaar bepaalde zaken in AutoCAD niet telkens weer opnieuw moest doen. Hij bedoelde hiermee te zeggen dat met wat inspanning aan de kant van het automatiseren, je aan de kant van de productie, tijd en nauwkeurigheid kunt winnen. In plaats van telkens handelingen herhalen, met alle gevolgen van dien. Dank je Klaas. Hiermee was voor mij definitief het tijdperk aangebroken om anders naar AutoCAD te kijken. En naar de manier waarop in tekeningen vervaardig. Met deze enorme gereedschapskist kan zoveel. Het is niet alleen maar een softwarepakket om wat lijnen op papier te zetten. Ik heb in mijn AutoCAD verleden wat eenvoudige macro’s gemaakt en deze dan onder een knop gezet. Deze hielpen mij en mijn collega’s, bepaalde werkzaamheden sneller en nauwkeuriger te doen. In 2002 ben ik begonnen om met AutoLisp functies te maken. Met vallen en opstaan en een goede mentor, Kenny Ramage van AfraLisp, heb ik al heel wat Tooltjes, zoals ik ze ook wel eens noem, achter mijn naam staan. Eind 2010 ben ik begonnen met VB.NET, bij TEC CAD College. Na een zeer druk en rumoerig 2011, ben ik eindelijk toegekomen aan het maken van mijn afstudeerproject. Ik maak al zo’n 4,5 jaar ontwerptekeningen voor het maken van Wegkantsystemen en verkeerskundige draagconstructies (VDC’s). Dit deed ik tot februari 2012 voor ‘van den Berg infrastructuren’ de tak Infratechniek van dit bedrijf is samengevoegd met ‘VTN Verkeers- & Besturingstechniek Culemborg’ tot een nieuw BAM bedrijf, ‘BAM Infratechniek Mobiliteit’. Ik nodig u bij dezen uit om dit verslag met plezier te lezen. Ramses, 2012.
Door: Ramses van Hooijdonk
Pagina 4
VDC-Tools en Modellenbeheer
Inhoudsopgave Voorwoord.................................................................................................................................. 4 1
Inleiding ............................................................................................................................. 7
2
Bedrijfsprofiel .................................................................................................................... 8
3
2.1
BAM Infratechniek .............................................................................................................. 9
2.2
BAM Infratechniek Mobiliteit bv ....................................................................................... 10
2.3
Afdeling Engineering en CAD ............................................................................................ 12
Probleembeschrijving ...................................................................................................... 13 3.1
4
5
Huidige situatie ................................................................................................................. 13
Doelstelling ...................................................................................................................... 14 4.1
Doel één ............................................................................................................................ 14
4.2
Doel twee .......................................................................................................................... 14
Oplossing Doel één .......................................................................................................... 15 5.1
Toolpaletten ...................................................................................................................... 15
5.2
Basis toolpaletten ............................................................................................................. 16
5.3
Blokken.............................................................................................................................. 17
5.4
Dynamische Blokken ......................................................................................................... 17
5.5
Indeling van de toolpaletten ............................................................................................. 17
5.6
Iconen................................................................................................................................ 18
5.7
Bulk wijzigingen ................................................................................................................ 18
5.8 Beheren ............................................................................................................................. 19 5.8.1 Alleen lezen ............................................................................................................. 20 5.8.2 Installeren ................................................................................................................ 20 5.8.3 Optimalisatie mogelijkheden .................................................................................. 20 5.9 6
Conclusie deel één ............................................................................................................. 21
Oplossing Doel twee ........................................................................................................ 22 6.1
Modellenbeheer ................................................................................................................ 22
6.2
Wat doet de palette? ........................................................................................................ 23
6.3
Het Palet ........................................................................................................................... 24
6.4
Layout ............................................................................................................................... 25
6.5 Mappenstructuur als basis ................................................................................................ 26 6.5.1 Projectmap .............................................................................................................. 27 6.5.2 Modelmap ............................................................................................................... 27 6.5.3 Versiemap................................................................................................................ 27
Door: Ramses van Hooijdonk
Pagina 5
VDC-Tools en Modellenbeheer
6.5.4
Dwarsprofielen ........................................................................................................ 27
6.6 Projectgegevens in XML ................................................................................................... 28 6.6.1 Wat is XML? ............................................................................................................. 28 6.6.2 Wat doet het XML-bestand? ................................................................................... 28 6.7 Visual Basic .NET ............................................................................................................... 29 6.7.1 Aanmaken Paletteset .............................................................................................. 30 6.7.2 Handmatig laden van de plug-in. ............................................................................ 32 6.7.3 Het Register ............................................................................................................. 32 6.7.4 Laden Plug-in van een netwerk ............................................................................... 34 6.8 Conclusie deel twee ........................................................................................................... 35 6.8.1 Voordelen ................................................................................................................ 35 6.8.2 Nadelen ................................................................................................................... 35 6.8.3 Aanbeveling ............................................................................................................. 35 7
Nawoord .......................................................................................................................... 36
8
Verklarende woordenlijst ................................................................................................ 37
9
Bijlagen ............................................................................................................................ 37
Door: Ramses van Hooijdonk
Pagina 6
VDC-Tools en Modellenbeheer
1 Inleiding In dit verslag wordt aangetoond dat met de ontwikkelde methode, er sneller en nauwkeuriger gewerkt kan worden. Dit werkstuk bestaat uit twee onderdelen. Een set met toolpaletten met een symbolen bibliotheek en een palet welke toegang geeft tot de modellen van de diversen projecten. Deze zijn dan voor alle tekenaars te gebruiken vanaf een centrale plaats in het netwerk. Dit verslag beschrijft de totstandkoming en de werking daar van. Dit verslag kan niet gebruikt worden als handleiding. Er is en separate handleiding geschreven. Deze is als bijlage 1 toegevoegd aan dit verslag.
Door: Ramses van Hooijdonk
Pagina 7
VDC-Tools en Modellenbeheer
2 Bedrijfsprofiel Koninklijke BAM Groep nv. is een succesvolle Europese bouwgroep, die werkmaatschappijen verenigt de sectoren Bouw en techniek, Infra, Vastgoed en Publiekprivate samenwerking. BAM is genoteerd aan NYSE Euronext Amsterdam. BAM neemt in de thuismarkten Nederland, België, het Verenigd Koninkrijk, Ierland en Duitsland leidende posities in. Kenmerkend voor BAM is het wijdvertakte regionale netwerk van vestigingen, waardoor de onderneming altijd dicht bij de opdrachtgever staat. In de thuismarkten biedt BAM opdrachtgevers een omvangrijk producten- en dienstenpakket. Wereldwijd voert de Groep in nichemarkten gespecialiseerde bouw- en infrawerken uit. Met zo'n 25.000 medewerkers brengt BAM jaarlijks duizenden projecten tot stand, deels spectaculaire bouwopdrachten door omvang of complexiteit. De bedrijfsfilosofie van BAM is opdrachtgevers echte waarde te bieden en een hechte en langdurige relatie met hen op te bouwen om zo tot optimale oplossingen op het gebied van onderhoud, vernieuwing en uitbreiding van de gebouwde omgeving te komen. BAM staat bekend om de kwaliteit en de betrouwbaarheid van zijn producten en diensten en tevens om de inzet, kennis en ervaring van de medewerkers. Bron: Koninklijke BAM Groep nv. 2012. Koninklijke BAM Groep nv. Bedrijfsprofiel. [Online] 9 6 2012. [Citaat van: 9 6 2012.] http://www.bam.nl/overbam/bedrijfsprofiel.
Door: Ramses van Hooijdonk
Pagina 8
VDC-Tools en Modellenbeheer
2.1 BAM Infratechniek BAM Infratechniek bv is één van de werkmaatschappijen van Koninklijke BAM Groep nv. en opereert in de marktgebieden: Mobiliteit, Telecommunicatie, Energie, Industrie, Water, Specialistische Technieken. Door specialisatie in deze marktgebieden, is BAM Infratechniek vaak betrokken bij grote infrastructurele projecten. Van bijvoorbeeld Rijkswaterstaat.
Organogram BAM Infratechniek bv Directie Secretariaat
KAM
F&A
Inkoop
ICT
P&O
Business Development
PR & Communicatie
Regiobedrijven
SPECIALS
BAM Infratechniek MiddenWest
BAM Infratechniek Mobiliteit
BAM Infratechniek NoordOost
BAM Leidingen & Industrie
BAM Infratechniek Zuid
Ravensteyn Kabel- en Monntagewerk
Van den Berg Infrastructuren
Door: Ramses van Hooijdonk
Pagina 9
VDC-Tools en Modellenbeheer
2.2 BAM Infratechniek Mobiliteit bv BAM Infratechniek Mobiliteit is een onderdeel van BAM Infratechniek bv en is gespecialiseerd in het ontwerpen en aanleggen van Verkeerstechnische systemen. Zoals Dynamisch verkeersmanagement, Camera systemen, Weigh in Motion, Gladheidmeldsystemen, Toeritdoseerinstallaties. Deze systemen monitoren de verkeersdoorstroming op de weg. Ook het ontwerpen en aanleggen van Openbare (dynamische) Verlichting, Tunneltechnischeinstallaties (TTI), Verkeersregelinstallaties (VRI) is onderdeel van deze specialisatie. Daarnaast voorziet BAM Infratechniek Mobiliteit ook in Beheer & Onderhoud van deze systemen, 24 uur per dag, 7 dagen in de week.
Door: Ramses van Hooijdonk
Pagina 10
VDC-Tools en Modellenbeheer
Organogram BAM Infratechniek Mobiliteit bv Directie Directeur / Manager VTI /Manager TTI Financiën & Administratie
P&O
Commerciële Zaken
Procesondersteuning en proces innovatie
Technical support. Productontwikkeling
Projectenbureau
Uitvoering VTI Regulier Projecten
Grote Projecten
Uitvoering TTI / Natte infra Regulier Projecten
Grote Projecten
Inkoop Contract management Engineering en CAD
Beheer en Onderhoud
MT functies
Materieel en Logistiek
Tenders regulier Tenders groot
Door: Ramses van Hooijdonk
Pagina 11
VDC-Tools en Modellenbeheer
2.3 Afdeling Engineering en CAD Het ontwerpen van de in 2.2 genoemde systemen gebeurt op de afdeling Engineering en CAD. Tekenaars en Engineers werken nauw samen om de ontwerpen te maken. Waarna ze gebouwd kunnen worden.
Organogram Afdeling Engineering en CAD
Afdelingshoofd
Tekenaars & CAD-Engineers
Door: Ramses van Hooijdonk
Engineers
Ontwerpleiders
Pagina 12
VDC-Tools en Modellenbeheer
3 Probleembeschrijving 3.1 Huidige situatie Er is op dit moment binnen BAM ITM geen procedure en geen symbolen bibliotheek voor het snel en accuraat vervaardigen van de tekeningen die nodig zijn om een VDC te laten maken. Als er tekeningen gemaakt moeten worden gaat dit wel al met de dynamische blokken maar nog niet met een Toolpalet. Voordat deze blokken er waren ging dit volledig zonder. Dus er werd met losse lijnen getekend. De tekenaar maakt gebruik van een "Programma van eisen Verkeerskundige Draagconstructies". Hierin staan de eisen waar het maken en het plaatsen van een VDC aan moet voldoen. Er zitten standaard details in van de constructie. Deze zijn al berekend. Dit maakt het een stuk eenvoudiger de hart maten op een dwarsprofiel te zetten en dan de VDC te tekenen. Zo kan deze eenvoudig voorzien worden met maatvoering. De fabrikant kan de VDC dan maken volgens het "Programma van eisen Verkeerskundige Draagconstructies". Er is ook geen standaardisering m.b.t. het binnen een project beheren van de huidig geldende (weg) modellen. Deze (weg) modellen worden gebruikt om het Wegkantsysteem op in te tekenen. De VDC’s worden op dwarsprofielen van deze wegmodellen ontworpen en getekend. Het komt vaak voor dat er een ontwerpwijziging wordt doorgevoerd in een model waarbij het kan zijn dat dit een raakvlak creëert in het ontwerp van het wegkantsysteem of VDC. Het is dan van belang dat de versies van alle tekeningen goed in beeld blijven. Het gebeurt nog maar al te vaak dat er gewerkt word met oudere versies. Dit resulteert dan in vertraging en een te lage kwaliteit van het ontwerp. Dit is niet wenselijk.
Door: Ramses van Hooijdonk
Pagina 13
VDC-Tools en Modellenbeheer
4 Doelstelling Het doel is om het proces, welke in de “Huidige situatie” omschreven staat, te vereenvoudigen. En daarmee snelheid te winnen zonder dat dit ten kosten gaat van de kwaliteit. Ook de faalkosten gaan hiermee omlaag. Het doel is in twee delen op gesplitst.
4.1 Doel één Het vereenvoudigen van het intekenen van een VDC d.m.v. een symbolen bibliotheek. Zo kan een tekenaar met minder kennis van het "Programma van eisen Verkeerskundige Draagconstructies" en met instructies van een engineer een goed resultaat in een korte tijd verkrijgen. Het blijft wel zaak dat er ten alle tijden een strikte controle op het ontwerp blijft. De eerste controle kan dan door de Sr. Tekenaar of Hoofd Tekenaar gedaan worden. Deze controleert of de juiste blokken uit de bibliotheek zijn gebruikt. Waarna de tekening in meer detail gecontroleerd kan worden door de engineer.
4.2 Doel twee Het beheren van de vrijgegeven (weg)modellen. Zodat een tekenaar binnen de vertrouwde AutoCAD omgeving de modellen kan terug vinden. Op deze manier kan men meer bezig zijn met het ontwerp i.p.v. constant bezig te moeten zijn met het controleren of er wel op de laatste versie van het model gewerkt wordt. Het is wel zaak dat er iemand verantwoordelijk gesteld wordt om binnen het project de modellen te beheren. Verderop in dit verslag wordt uitgelegd op welke manier dit te doen is.
Door: Ramses van Hooijdonk
Pagina 14
VDC-Tools en Modellenbeheer
5 Oplossing Doel één Er is voor het halen van doel één, gekozen om een symbolen bibliotheek te maken. En deze dan beschikbaar te maken via Toolpaletten.
5.1 Toolpaletten Het Toolpalet, is binnen AutoCAD een prima mechanisme om blokken binnen uw tekening te krijgen. Het is aangetoond door Autodesk dat dit een productie verhogende functionaliteit is binnen AutoCAD. Dit is dan ook de reden dat de keuze is gevallen op een toolpalette. Een ander voordeel is dat de toolpalettes makkelijk te beheren zijn en ook vanaf een centraal punt in een netwerk te benaderen zijn. Zo kunnen alle tekenaars met de zelfde toolpalettes werken.
Toolpaletten
Door: Ramses van Hooijdonk
Pagina 15
VDC-Tools en Modellenbeheer
5.2 Basis toolpaletten Er zijn drie DWG’s gemaakt. Dit zijn de brontekeningen met daarin de diversen symbolen die nodig zijn om een VDC-tekening te maken. Deze zijn per type VDC verdeeld over de drie brontekeningen. Er zijn met designcenter (zie afb. 1) drie paletten gemaakt. Deze zijn als uitgangspunt gebruikt voor de uiteindelijke toolpaletten. Dit is een efficiënte manier om een toolpalette te creëren.
afb. 1
afb. 2 Voorbeeld van blokken uit de toolpalette.
Door: Ramses van Hooijdonk
Pagina 16
VDC-Tools en Modellenbeheer
5.3 Blokken Voor het vullen van een goede basis set aan symbolen/blokken zijn er ±160 blokken gemaakt. Waarvan er een groot deel dynamisch is. Deze zijn volgens de teken richtlijnen van Rijkswaterstaat en het "Programma van eisen Verkeerskundige Draagconstructies" gemaakt. Doordat de blokken gelijk op de juiste manier getekend zijn, is het eenvoudig om een tekening tekentechnisch te controleren. Dit levert tijdwinst op. En kan er meer aandacht aan het ontwerp besteedt worden. Dit is in het voordeel van de kwaliteit. U kunt meer uitleg vinden over deze blokken in de handleiding. Deze is als bijlage 1 toegevoegd aan dit verslag.
5.4 Dynamische Blokken Er is voor gekozen om de complexiteit van de dynamische blokken te beperken. De reden is om er voor te zorgen dat de gebruiker niet dusdanig veel moet instellen dat daardoor mogelijke fouten kunnen ontstaan in de tekening. U kunt meer uitleg vinden over deze Dynamische blokken in de handleiding. Deze is als bijlage 1 toegevoegd aan dit verslag.
5.5 Indeling van de toolpaletten Nadat de drie toolpaletten met designcenter zijn gemaakt, zijn deze ingericht volgens het volgende principe (Zie afb. 3): 1. De palette is voorzien van een tekst met een naam gevolg door een verdeellijn. 2. Een omschrijving van welke onderdelen (blokken) u in deze sectie kunt vinden. 3. Voor het begin van een nieuwe sectie is de palette weer voorzien van een verdeellijn. 4. Waarna er weer een sectie wordt begonnen. 5. Enz.…….
afb. 3
Door: Ramses van Hooijdonk
Pagina 17
VDC-Tools en Modellenbeheer
Zo zijn alle drie de toolpaletten opgebouwd. De blokken zijn in millimeters getekend. En de blokken t.b.v. de poeren, die in de sectie situatie staan, hebben een toevoeging aan de naam gekregen. Deze toevoeging is “AR_” en staat voor ‘As Real’. Dit is gedaan om onderscheid te maken tussen de poeren die u nodig heeft om een VDC-tekening te maken en om een Situatie of overzichtstekening te maken. Deze blokken verschillen van elkaar. U kunt meer uitleg vinden over deze blokken in de handleiding. Deze is als bijlage 1 toegevoegd aan dit verslag.
5.6 Iconen Om de paletten een eigen stijl te geven zijn deze voorzien van zelf gemaakte iconen. Er is voor een eenvoudig ontwerp gekozen. Een aantal van deze iconen is in afb. 4 te zien. Deze zijn in AutoCAD gemaakt. Om de iconen te publiceren, is gebruikgemaakt van de mogelijkheid om PNG’s te maken met AutoCAD. Er zijn ±50 iconen gemaakt.
afb. 4
5.7 Bulk wijzigingen Voor het maken van bulk wijzigingen aan de paletten zoals een andere iconen, het verwijderen van het pad van de brontekeningen zodat alleen de bestandsnaam overblijft, het verbeteren van generieke taal fouten, ed. Is gebruik gemaakt van ‘XML Notepad 2007’ van MICROSOFT. Dit gratis programma is heel goed te gebruiken om de ATC bestanden van Autodesk te bewerken. Een ATC bestand (een toolpalet) is in feite een XML bestand. ‘XML Notepad 2007’ geeft een duidelijke weergave van de XML structuur weer. Vandaar dat ‘XML Notepad 2007’ te gebruiken is om de hierboven genoemde bulkacties uit te voeren. Het zogenaamde zoeken en vervangen. Dit voorkomt veel handwerk.
Door: Ramses van Hooijdonk
Pagina 18
VDC-Tools en Modellenbeheer
5.8 Beheren Voor het beheren van de Toolpalettes is gekozen voor de volgende mappenstructuur (afb. 5):
Installatie locatie. Bv. C:\toolpalettes\
Map Bestand(en) Images
Iconen t.b.v. Toolpaletten (PNG) Installatie locatie. Bv. C:\toolpalettes\
Bestanden (DWG, LSP, DLL) Test Projecten t.b.v. Modellenbeheer
Toolpalettes & palettegroep (ATC & XPG
Overige bestanden en mappen t.b.v. testen Modellenbeheer.
afb. 5
De naam van de hoofdmap of installatiemap kunt u bij de installatie zelf bepalen. Zie de handleiding voor details. De bestanden in deze map met extensie .ATC zijn de toolpaletten en het bestand met de extensie .XPG is de paletgroep. In de map Images staan de afbeeldingen t.b.v. de toolplette. In de map Ondersteuning staan de bestanden die nodig zijn voor het functioneren van de Toolpaletten: drie brontekeningen, Lisp.
Door: Ramses van Hooijdonk
Pagina 19
VDC-Tools en Modellenbeheer
5.8.1 Alleen lezen Als de mappen en bestanden op alleen lezen worden gezet, kunnen deze niet zonder uitgebreide kennis van de werking van de toolpalettes binnen AutoCAD, veranderd worden. Alleen lezen, word dan aan geduid met een slotje op het palet. Op deze manier kan er niet zomaar een wijziging aan de toolpalette gedaan worden. Zou dit wel gebeuren, kan dit gevolgen hebben voor de rest van de gebruikers. Het is belangrijk dat als er wijzigingen gedaan worden op de toolpaletten, deze dan altijd lopen via de System Manager. Deze zorgt er dan voor dat dit volgens de juiste procedure verloopt. Deze procedure moet dan wel aangemaakt worden bij ‘BAM ITM’.
5.8.2 Installeren Voor de installatiemethode is gekozen voor het simpelweg kopiëren van de mappen en bestanden naar een zelf te bepalen locatie. Voor het installeren van de toolpalettes is een handleiding geschreven. Deze is als bijlage 1 aan dit verslag toegevoegd.
5.8.3 Optimalisatie mogelijkheden Het is mogelijk om in de volgende versies van deze toolpalettes aan de optimalisatie te werken. Dit kan op de volgende manieren: • De paletten uitbreiden met meer symbolen. • Verdelen van symbolen over meerdere paletten. • Standaardiseren meerdere disciplines in een palettenset. • Andere tekenrichtlijnen toepassen bv. NLCS • Installatie methode nog verder automatiseren met bv. vb.NET
Door: Ramses van Hooijdonk
Pagina 20
VDC-Tools en Modellenbeheer
5.9 Conclusie deel één Gezien het feit dat er gekozen is voor Toolpaletten en dat deze functionaliteit toch al productieverhogend werkt. Is dit al de eerste tijdwinst die gehaald kan worden. Als een deel van die tijd dan weer besteed wordt aan de verdere ontwikkeling van de Toolpaletten binnen ‘BAM ITM’ zal daar uit eindelijk weer meer tijdwinst te halen zijn bij de andere disciplines. De ontwikkelde methode omschreven in dit verslag is goed te gebruiken om diversen ander Toolpaletten te maken. Het is wel belangrijk dat de organisatie open staat voor deze methode. Draagvlak is cruciaal. 5.9.1.1 Voordelen
Tussen de 20% en 30% sneller werken is haalbaar. Standaardisatie. De toolpaletten kunnen de eigenschap alleen lezen krijgen. De toolpaletten kunnen op het netwerk gezet worden. Alle tekenaars werken met dezelfde toolpaletten. Blokken beheren in aparte brontekeningen dus versie beheer per deelsysteem of discipline kan gedaan worden.
5.9.1.2 Nadelen
Er moeten afspraken gemaakt worden over het gebruik. Er is iemand nodig die de palette kan beheren. Training programma moet worden opgezet. (is dit wel een nadeel). ‘De nadelen wegen niet af tegen de voordelen.’
5.9.1.3 Aanbeveling Het is aan te bevelen om de ontwikkelde methode te gebruiken om Toolpaletten te maken voor de overige deelsystemen van BAM ITM.
afb. 6 Portaal ligger tijdens productie.
Door: Ramses van Hooijdonk
Pagina 21
VDC-Tools en Modellenbeheer
6 Oplossing Doel twee Voor het behalen van doel twee is gekozen, om met Visual Basic .NET (VB.NET) een Plug-in voor AutoCAD te schrijven. Het is een palet geworden. Via dit palet is het mogelijk om project gerelateerde modellen / ontwerpen in u tekening te zetten.
6.1 Modellenbeheer Modellenbeheer wil zeggen dat de wegontwerpen die op een project gemaakt worden per modeltype en per versie, beheerd kunnen worden. Deze modellen worden aangeleverd vanuit wegontwerp. En bestaan uit diversen componenten zoals: Assen (alignementen) Grondmodel Wegmodel Grenzenmodel Er zijn typen zoals: TB model (tracé besluit) Faseringsmodellen Eindmodel Infratechniek gebruikt al deze modellen om het ontwerp van de installaties tot een definitief ontwerp te krijgen. De modellen worden als Block of als Xref aan de ontwerptekening gekoppeld. Dit gebeurt meestal volgens de conventionele manier in AutoCAD. Het kan zijn dat de bestanden op locaties staan die diep in de mappenstructuur staan van onze collega’s van de andere disciplines. De tekenaar verkent de mappen naar deze locatie en gebruikt deze tekening. Dit proces wordt veelal als lastig ervaren. Zo doende is er voor gekozen om de modellen op één locatie binnen het project te beheren. Zo werkt iedereen met dezelfde modellen. Mocht het zijn dat onze collega’s van de ander disciplines hier niet voor kiezen kan dit alleen door installaties worden gedaan. Door een mappenstructuur volgens het principe vermeld in ‘6.5 Mappenstructuur als basis’ te maken.
Door: Ramses van Hooijdonk
Pagina 22
VDC-Tools en Modellenbeheer
6.2 Wat doet de palette? De palette is ontworpen om snel een model te vinden en deze dan in uw tekening te zetten. Dit kan als Xref of als Block. In het volgende schema (afb. 7) kunt u de globale werking zien. Start de Palette
Kies een Project
Gegevens ophalen
Projectgegevens uit XML
Kies een modeltype
Kies een versie
Kies een model
Gegevens koppelen
Modellen uit directory
Tekening (DWG) XREF of Block
afb. 7
Door: Ramses van Hooijdonk
Pagina 23
VDC-Tools en Modellenbeheer
6.3 Het Palet Hieronder in afb. 8 ziet u het eindresultaat van het palet ‘Modellenbeheer’. Het paletteset bestaat uit één palet met een usercontrol.
afb. 8
Door: Ramses van Hooijdonk
Pagina 24
VDC-Tools en Modellenbeheer
6.4 Layout Het ontwerp van het palet moest toegankelijk en duidelijk worden. In afb. 9 kunt u zien welke keuzes zijn gemaakt bij het ontwerpen. Open hier de settings file met de instellingen van de projecten. Dit kan zelfs een lokaal bestand zijn.
Gebruikelijke mogelijkheden van een palet zoals: Docking, Transparency en Autohide
Selecteer uw project. Het pad waar uw project staat.
Handig: Deze Hyperlink opent verkenner op de locatie van het gekozen project.
Omschrijving van het gekozen project Hier staan de fases van het project
Hier vindt u de versies. Voeg uw model als Xref of als Block aan uw tekening toe.
De diversen modellen vindt u hier. Attach of Overlay? Maak uw keuze.
Als er dwarsprofielen beschikbaar zijn, vindt u die hier.
Selecteer als u het model als Block in uw tekening wilt zetten.
BAM logo afb. 9
Er is getracht alle functionaliteiten overzichtelijk in de palette te zetten. Na een demonstratie, van het ontwerp in afb. 9, aan een groep potentiële gebruikers waren de reacties positief.
Door: Ramses van Hooijdonk
Pagina 25
VDC-Tools en Modellenbeheer
6.5 Mappenstructuur als basis Om de project modellen te beheren is er gekozen voor een eenvoudige structuur op basis van mappen. Dit houdt het eenvoudig, overzichtelijk en toegankelijk voor de gebruikers en beheerders. Het beheren van de verschillende modellen is laagdrempelig. Er is geen apart programma nodig om de bestanden in het palet te krijgen. Wie met Windows verkenner kan omgaan kan de modellen beheren. De benaming van deze mappen is naar gelang de projecteisen zelf te bepalen. Neem wel in acht dat er aan het benamen van mappen binnen Windows beperkingen zitten.
Projectmap
Map Modelmap
Bestand(en) Versiemap
Dwarsprofielen
Dwarsprofielen (DWG)
Modellen (DWG)
Versiemap
Dwarsprofielen
Modellen (DWG)
Dwarsprofielen (DWG)
Modelmap
afb. 10
Door: Ramses van Hooijdonk
Pagina 26
VDC-Tools en Modellenbeheer
6.5.1 Projectmap In afb. 10 ziet u de Projectmap. In deze map staan de verschillende typen modellen (Fase) opgeslagen. Zo kan ‘Modellenbeheer’ de diversen typen vinden. De map kan kan op een lokale bron of een netwekbron staan. Het is mogelijk dat er bv. één map aangemaakt wordt met daarin submappen, waarbij de submappen weer projecten kunnen zijn. Zo kunt u meerdere projecten vanuit een hoofdprojectenmap beheren. Als er submappen in de Projectmap staan zullen deze in de lijst Fase verschijnen.
6.5.2 Modelmap In afb. 10 ziet u de Modelmap (Fase). De submappen in de projectmap worden gezien als modeltypen (Fase). In deze map worden mappen aangemaakt, waar dan de verschillende versies van de modeltypen, in opgeslagen worden. Voorbeeld van benaming type model (Fase): Bestaande Situatie Faseringen Grenzenmodel Eindmodel In deze map staan de verschillende versies van de modellen opgeslagen. Als er er submappen in de Modelmap staan worden deze gezien als versies en zullen deze zichtbaar zijn in de lijst met versies.
6.5.3 Versiemap In afb. 10 ziet u de Versiemap. In deze map staat een versie van een model opgeslagen. Dit kunnen meedere DWG‘s zijn omdat een model uit meerdere onderdelen kan bestaan. Zoals bv: Grondmodel Assenmodel Wegmodel Als er er submappen in de Modelmap staan worden deze gezien als versies en zullen deze zichtbaar zijn in de lijst met versies
6.5.4 Dwarsprofielen In afb. 10 ziet u de Dwarsprofielen. Als er in de Versiemap een map met de exacte naam ‘Dwarsprofielen’ staat. Worden de DWG’s, die in deze map staan beschikbaar in de lijst met Dwarsprofielen op het palet. Deze kunnen dan door er op te dubbel klikken als block binnen uw tekening gehaald worden. Submappen en andere bestanden worden niet zichtbaar. Door: Ramses van Hooijdonk
Pagina 27
VDC-Tools en Modellenbeheer
6.6 Projectgegevens in XML De informatie die nodig is, voor het palet om de Projectmap(pen) te vinden staat in een XML-bestand omschreven. Dit bestand kan vanaf elke lokatie geopend worden via het Palet. De gegevens zoals: Projectnaam Pad waar bestanden staan (Projectmap) Projectomschrijving worden uit dit bestand ingelezen. Zo weet het palet waar de projecten staan.
6.6.1 Wat is XML? XML staat voor Extensible Markup Language. Het is bedacht om data op te slaan en te dragen. XML lijkt op HTML. HTML heeft voorgedefinieerde Tags. Met XML kunt u zelf Tags ontwerpen. XML is zodanig ontworpen dat het zelf beschrijvend is. Er is gebruik gemaakt van deze website; http://www.w3schools.com/xml/default.asp om meer te weten te komen over XML.
6.6.2 Wat doet het XML-bestand? Het XML-bestand is er om de projectinstellingen te dragen. Hieronder ziet u de opbouw van zo’n bestand. <projecten> <project projectnaam="PROJECT X"> <pad>\\Test Projecten\LuVe
Veenendaal
Het bestand heeft de extensie .xml. Het voordeel van XML is dat het tekst (ASCII) is. Het nadeel is weer dat het bestand in XML code moet worden geschreven. Dit kan in Notepad. Er is software zoals XML Notepad 2007 of Visualstudio die het weer eenvoudig en overzichtelijk maakt om aanpassingen te maken. Kennis van de structuur is wel nodig. U kunt meer uitleg vinden over dit bestand in de handleiding. Deze is als bijlage 1 toegevoegd aan dit verslag.
Door: Ramses van Hooijdonk
Pagina 28
VDC-Tools en Modellenbeheer
6.7 Visual Basic .NET Omdat een groot deel van deze opleiding over VB.NET gaat, is er gekozen om een plug-in voor AutoCAD te maken. De basis van deze plug-in is een palet. In het schema (afb. 11) hieronder kunt u de globale werking van het programma zien. Start de Palette
Maak de paletteset aan.
XML
Selecteer settings
Laatst gekozen project selecteren
Gegevens ophalen
Projectgegevens
Textboxen met gegevens vullen
Gegevens zijn nu beschikbaar via het palet afb. 11
Door: Ramses van Hooijdonk
Pagina 29
VDC-Tools en Modellenbeheer
6.7.1 Aanmaken Paletteset Na het ontwerpen van het palet en het bedenken van hoe de instellingen te beheren, is er code geschreven voor het aanmaken van het palet, ook wel paletteset genoemd. Hier onder is de code van deze sub, deels ontleed. (Naam VB bestand: ‘RTLS_Paletteset.vb’) 6.7.1.1 CommandMethod Het opstarten van de palet in AutoCAD gaat met commando: RTLS_BAM_TP
Public Sub Paletteset()
Met de code hieronder wordt er een nieuw palet(teset) aangemaakt. frmpalettes = New aaw.PaletteSet("RTLS_BAM_TP", New Guid("{3cb0e586-17d9-4409-a6be-ec64bf4341a7}"))
De GUID, die u in de code hierboven ziet staan, is gemaakt met een Class die geschreven is tijdens deze studie. Meer hierover in 6.7.1.3 De GUID. Er wordt ook uitgelegd waarom er een GUID gebruikt wordt. 6.7.1.2 Eigenschappen Om het palet zijn eigen identiteit te geven, is de opmaak van het palet zoals: naam, Icoon en formaat, op de volgende manier aangepast. De code hieronder geeft de palette zijn naam: frmpalettes.Name = "Modellenbeheer"
Voor het icoon is een .ico gemaakt met behulp van de website http://converticon.com gemaakt. De code haalt een icoon (32x32) uit mijn (MY) resources en plaats deze in de rand van de palette. frmpalettes.Icon = My.Resources.Bam_mini
Er is voor gekozen om het palet een minimum formaat te geven. Zet de minimum grote van de palette vast. frmpalettes.MinimumSize = New Size(420, 650)
Het palet heeft nu opmaak en is aangemaakt.
Een deel van de code komt uit: Ir. Boeklagen, R., AutoCAD 2012, COMPUTER ONDERSTEUND ONTWERPEN Nijmegen, 2011, TEC; Twente Engineering Consultancy BV
Door: Ramses van Hooijdonk
Pagina 30
VDC-Tools en Modellenbeheer
6.7.1.3 De GUID Wat betekend GUID; Global Unique ID. en is een uniek 128-bits nummer. Vb. van een GUID: 3cb0e586-17d9-4409-a6be-ec64bf4341a7 Een GUID is een combinatie van een aantal unieke gegevens bv. een IP adres, netwerk MAC adres, datum, tijd, enz. Dit is een zeer handig mechanisme binnen ‘Autodesk.AutoCAD.Windows’. De GUID zorgt er in het programma voor dat de gebruikersinstellingen van het palet worden opgeslagen. bv.: is het palet zichtbaar of docked, het formaat, locatie, ed. Hieronder ziet u de volledige code voor het maken van de GUID. [start volledige code] Imports aar = Autodesk.AutoCAD.Runtime Public Class RTLS_CreateGUID Public Sub MaakGUID() 'Declareer als string
Dim strGUID As String 'maak een GUID aan als string
strGUID = System.Guid.NewGuid.ToString() 'Laat een bericht zien met de string
Clipboard.SetText(strGUID) MsgBox("Uw GUID is:" & (Chr(13)) & (Chr(13)) & "'" & strGUID & "'" & (Chr(13)) & (Chr(13)) & "Uw GUID staat ook op het Clipboard.") End Sub End Class [Einde volledige code]
Deze code is geschrevenen om diversen functies uit te proberen. En heeft alleen de functie om een GUID te maken en deze dan op het klemboard en in een dialoogbox te zetten. Deze kan gestart worden door het command: MAAKGUID te geven op de commando regel.
Door: Ramses van Hooijdonk
Pagina 31
VDC-Tools en Modellenbeheer
6.7.2 Handmatig laden van de plug-in. De Plug-in is een DLL die met VisualStudio gemaakt is. Deze is met het commando Netload in AutoCAD te laden. Dit gaat als volgt: Type op de commandoregel van AutoCAD het commando NETLOAD in. Selecteer vervolgens de plug-in, in dit geval is dat RTLSMB.dll, open het bestand. Nu is de plug-in geladen. En zullen er diversen commando’s extra beschikbaar zijn. Als u AutoCAD afsluit en later weer opstart is de plug-in niet meer beschikbaar en zult u deze weer opnieuw moeten laden. Om dit te voorkomen is de volgende oplossing gemaakt.
6.7.3 Het Register Om het probleem van het opnieuw laden van de plug-in in 6.7.2 te voorkomen, zijn er diversen commando’s gemaakt. Er is voor het palet een Class geschreven die er voor zorgt dat het palet na het herstarten van AutoCAD automatisch geladen wordt. Dit noemen we DEMAND LOAD. Hieronder een deel van de code die dit doet. ........... Haal de locatie van de plug-in op. Dim sAssemblyPath As String = Assembly.GetExecutingAssembly().Location
Registreer de plug-in. Dim regAppAddInKey As RegistryKey = regAcadAppKey.CreateSubKey(sAppName)
De omschrijving van de plug-in bv. Naam. regAppAddInKey.SetValue("DESCRIPTION", sAppName, RegistryValueKind.String)
LOADCTRLS Bepaalt hoe en wanneer de .NET assembly wordt geladen. regAppAddInKey.SetValue("LOADCTRLS", 14, RegistryValueKind.DWord) LOADER Hiermee wordt aangegeven welke .NET assembly-bestand er geladen moet worden. regAppAddInKey.SetValue("LOADER", sAssemblyPath, RegistryValueKind.String)
MANAGED Hiermee wordt aangegeven dat er een .NET assembly-bestand moet worden geladen. Dit wordt aangegeven met 1. Een ObjectARX-bestand is 0. regAppAddInKey.SetValue("MANAGED", 1, RegistryValueKind.DWord)
Door: Ramses van Hooijdonk
Pagina 32
VDC-Tools en Modellenbeheer
Afronden registersleutel schrijven. regAcadAppKey.Close()
Meldding aan de gebruiker. ed.WriteMessage("De plugin 'RTLSMB.dll' wordt van nu automatisch geladen.") End Sub
Bron: AutoCAD .NET Developer's Guide 2012. Autodesk. Distribute Your Application. [Online] 9 6 2012. [Citaat van: 9 6 2012.] http://exchange.autodesk.com. Het resultaat ziet u in afb. 12.
afb. 12 Deel van het register waar DEMAND LOAD voor de plug-in staat.
Nu deze Sub de sleutel in het register heeft geschreven zal de plug-in, elke keer dat de gebruiker AutoCAD opstart, geladen worden. Het kan zijn dat u de plug-in niet meer wilt gebruiken. Hieronder een deel van de code die dat dan weer ongedaan zal maken. ........... Verwijder de sleutel voor deze plug-in. regAcadAppKey.DeleteSubKeyTree(sAppName)
Afronden registersleutel verwijderen. regAcadAppKey.Close()
Melding aan gebruiker. MsgBox("De plugin 'RTLSMB.dll' wordt niet meer automatisch geladen.") End Sub
De sub verwijderd de sleutel in het register. Door: Ramses van Hooijdonk
Pagina 33
VDC-Tools en Modellenbeheer
In de handleiding worden de commando’s verder uitgelegd. Deze is als bijlage 1 toegevoegd aan dit verslag.
6.7.4 Laden Plug-in van een netwerk Een Plug-in kan van een netwerk geladen worden. Het kan zijn dat AutoCAD om beveiliging redenen niet accepteert dat u de plug-in van het netwerk probeert te laden. In AutoCAD 2012 is hier een oplossing voor. Als de tekst met gele achtergrond aan het bestand ACAD.EXE.CONFIG word toegevoegd, zal de plug-in wel geladen worden van het netwerk. [Begin van ACAD.EXE.CONFIG] <startup useLegacyV2RuntimeActivationPolicy="true"> <supportedRuntime version="v4.0" />
[Einde van ACAD.EXE.CONFIG] De locatie van het bestand is dezelfde als die van ACAD.EXE. Bij en standaard installatie is dit “c:\Program Files\Autodesk\AutoCAD 2012 - English\”. Het wijzigen van het bestand kan met bv. Notepad of met XML Notepad 2007.
Door: Ramses van Hooijdonk
Pagina 34
VDC-Tools en Modellenbeheer
6.8 Conclusie deel twee Voor het bedenken (ontwerpen) van een programma, is eerst een goede analyse van het probleem belangrijk. Er moet voorkomen worden dat er te diep op in wordt gegaan. Anders kan een programma zijn doel voorbij schieten. Er moet aan gebruiksvriendelijkheid gedacht worden. Zodat het geen zoekplaatje wordt. De gebruiker mag ook niet met onopgeloste of niet afgevangen foutmeldingen blijven zitten. Dit is niet netjes en zal de gebruiker afschrikken om het programma te gebruiken. Voor het schrijven van de code is geld het zelfde. Zet goed op een rij wat de code moet doen. En den aan de gebruiker. Ook hier geld weer, het is wel belangrijk dat de organisatie open staat voor deze methode. En draagvlak is cruciaal. Tip: De eenvoudige mappenstructuur bied de mogelijkheid om creatief met de Palet om te gaan. Zet niet alleen de wegontwerpen in deze mappen maar bv. ook bestanden waar klad, lichtmasten, portalen, kasten of dergelijke zaken in staan.
6.8.1 Voordelen
Tussen de 10% en 20% sneller werken is haalbaar. Projecten kunnen vanaf diversen locaties ingeladen worden. Alle tekenaars werken met dezelfde gegevens. Beheren via eenvoudige mappenstructuur. Versie beheer. Mogelijkheid om de Plug-in van een netwerk te laden.
6.8.2 Nadelen
Er moeten afspraken gemaakt worden over het gebruik. Er is iemand nodig die de XML bestanden kan aanmaken en beheren. ‘Er kan weer getekend worden.’
6.8.3 Aanbeveling Het is aan te bevelen om het palet uit te breiden met de optie om de Xref’s met relatief pad of geen pad, aan de tekening te koppelen. Ook het binnen halen van een Block dat direct geëxplodeerd is, is soms wenselijk. Het aanmaken of aanpassen van het XML bestand via het palet is ook een goede optie. Periodiek navraag bij de gebruikers doen, om te horen of er nog op- of aanmerkingen zijn. Of om de eventuele wensen voor een volgende versie door te nemen.
Door: Ramses van Hooijdonk
Pagina 35
VDC-Tools en Modellenbeheer
7 Nawoord Er kan weer ontworpen/getekend worden zonder dat er steeds door de tekenaar naar de juiste gegeven moet worden gezocht. Dit is waar ik het voor doe. Het leven van de tekenaar, voor wat betreft het tekenen, zo makkelijk mogelijk maken. Het leuke van dit soort werkzaamheden vind ik, dat je elkaar enorm kan helpen. Ik hoop dat dit verslag een goed beeld geeft van wat ik geleerd en gemaakt heb. Ik wil mijn vrouw Corina en mijn zoon Rowan, bedanken voor hun steun. Bedankt voor uw aandacht. Ramses.
Door: Ramses van Hooijdonk
Pagina 36
VDC-Tools en Modellenbeheer
8 Verklarende woordenlijst DLL
Staat voor Dynamically Linked Library en is in dit geval de Plug-in.
DWG
Het bestand formaat, waar AutoCAD tekeningen in op slaat.
Fase
zie Modeltype(n) hieronder.
Model(len)
Het gaat hier om export naar DWG van de MX-modellen. Welke gebruikt worden om bv. wegen te modeleren. Het kunnen ook andere topografische bestanden zijn (GBKN, DTM, DTB).
Modeltype(n) Dit zijn de bv.: Bestaande Situatie Tracé Besluit Faseringen Eindmodellen Plug-in
Is een uitbreiding op een programma. Het geeft een programma meer functionaliteit.
RTW
Richtlijnen Tekeningenverkeer Waterstaat
VDC-tekening is een tekening met daarop constructie gegevens voor het vervaardigen en plaatsen van een VDC. VDC
Verkeerskundige Draagconstructies. Een staalconstructie welke boven de weg staat waaraan borden, camera’s, signaalgevers hangen. Ook wel vakwerkportaal of portaal genoemd.
9 Bijlagen 1. Handleiding VDC-Tools en Modellenbeheer.
Door: Ramses van Hooijdonk
Pagina 37