Van wonen in fabrieken tot huizen in een heiligdom
Loft story Rond 1990 begonnen de trendy few in lofts te wonen. Het is de vraag hoe levensvatbaar dat open woonconcept anno 2011 nog is. De leegstaande fabrieken zijn op, wonen doen we nu al in gewezen kantoren en kerken. Waar gaat dat heen? tekst Iris De Feijter
D
01
01
01 Woonkerk XL in Utrecht.
© Frank Hanswijk
02 Een voormalige kapel in Bellegem doet nu dienst als B&B Het verloren gedicht. 03 In Bazel bij Kruibeke bouwde een koppel een kapel om tot gezinsloft.
Dmuze 19
NOVEMBER 2011
01
e lofts van tegenwoordig lijken in de verste verte niet meer op die van twintig jaar geleden.” Ziezo, bouwpromotor Rudy Leroy helpt ons meteen uit onze droom. De zaakvoerder van Lofting Group uit Gent was in 1991 een Belgische pionier op het gebied van het nieuwe wonen: oude fabriekjes, pakhuizen of vlasspinnerijen werden omgebouwd tot grote, open woon-werkplekken zonder voorgedefinieerde ruimtes. Een trend die overwaaide uit Amerika: eind jaren zestig toverden kunstenaars leegstaande entrepots in de New Yorkse wijk Soho om tot atelier annex woonst. Het was groot en goedkoop – vaak zelfs gekraakt. Sindsdien is er veel veranderd. Leroy: “Het industrieel erfgoed is ontzettend schaars geworden. En de zeldzame keer dat er nog iets verkocht wordt, drijft de grote vraag de prijs op. Bovendien gooien de strenge energienormen roet in het eten. Door isolatie gaat een groot deel van het authentieke karakter verloren. Buitenlandse regeringen zijn daar nog soepeler in. Daardoor vind je in Londen of New York nog wel lofts pur sang. Hier in België is dat verleden tijd.” Maar er is een oplossing voor het tekort aan fabriekjes: religieus erfgoed. Het aantal actieve gelovigen vermindert gestaag en daardoor staan vele kerken, kapellen en zelfs kloosters te verkrotten. Doodzonde, want ook daarin schuilen mooie, hoge open ruimtes. Kortom: loftpotentieel. Dancings, hotels, shoppingcentra, boekenwinkels en restaurants in kerken, dat bestaat al, maar ook woningen winnen aan populariteit. In het Belgische Bazel (bij Kruibeke) bouwde een koppel een kapel om tot gezinsloft. Het Ieperse Karmelietenklooster biedt nu onderdak aan twintig lofts. En in Mechelen gebeurde hetzelfde met het Loretteklooster. De neogotische booggewelven en de mystieke gangen behouden was een topprioriteit voor de Mechelse initiatiefnemers Paul Smits en Piet Costermans. Ook in de naoorlogse Paterskerk met aangrenzend klooster in Boom komen lofts. Begin volgend jaar zou het project klaar moeten zijn. In onder andere Kaaskerke (bij Diksmuide), Namen en Tombroek (bij Kortrijk) staan nog
02
03
Velekerken, kapellen enkloosters staante Verkrotten. nieuwloftpotentieeldus kerken te wachten op een nieuwe bestemming, en het aanbod van heilige huisjes zal in de toekomst nog verder stijgen. Vlaanderen heeft maar liefst 1.800 rooms-katholieke parochiekerken en in de meeste zijn de banken op zondagochtend amper bezet.
garages en kantoren
© Marc Masschelein / Verne
Wie liever niet in een godshuis leeft, kan kiezen voor een autogarage of kantoorgebouw. Firma’s trekken steeds vaker naar de stadsrand, waardoor hun bedrijfsruimtes in het centrum leeg komen te staan. Lofting Group kocht bijvoorbeeld de oude Alfa Romeogarage in hartje Gent. In de voormalige showroom en werkplaatsen komen er binnenkort tien lofts. “Het worden geen lofts pur sang, maar lofthuizen. Die hebben veel ruimtegevoel, maar ook aparte slaapkamers”, legt Leroy uit. ABS Bouwteam uit Sint-Denijs-Westrem heeft veel ervaring met het ombouwen van kantoorgebouwen. Zaakvoerder Anton Gonnissen: “In 2004 bouwden we ons eerste kantoorblok om tot woongelegenheid en inmiddels hebben we er al een aantal op ons palmares staan. De grootste troef van die panden is de centrale ligging. Bouwgrond vinden op zo’n toplocatie is onmogelijk.” In de kantoren realiseert ABS Bouwteam typische nieuwbouwappartementen met één, twee of drie slaapkamers. Maar bouwfirma Vanhaerents uit Torhout ziet loftpotentieel. “In Brussel is er veel leegstand van kantoorgebouwen en tegelijkertijd een grote woningnood. Het grote voordeel is dat kantoorgebouwen vaak met paalconstructies gebouwd zijn, waardoor alle binnenwanden eruit kunnen. Ideaal voor lofts dus. Concrete projecten hebben we nog niet, maar die zullen in de toekomst zeker volgen”, zegt commercieel directeur Lode Waes. Nu het erfgoed zo schaars is, ligt nieuwbouw voor de hand. Maar is een nieuwbouwloft geen contradictio in terminis? Waes: “Dat ligt eraan hoe je loft definieert. Bij Vanhaerents is dat: een grote open ruimte. Dat kan in een oud pand zijn, maar dat hoeft niet. 19 NOVEMBER 2011 Dmuze
04 Dok Noord in Gent, een voormalige kapel voor schippers.
04
Dmuze 19
NOVEMBER 2011
Excuustruus
Het grootste probleem van lofts: de steeds strengere isolatie- en energienormen. Panden met een monumentenstatus genieten een vrijstelling, maar daar vallen lang niet alle potentiële lofts onder. Hoe kun je in hemelsnaam een oud gebouw met hoge plafonds energiezuinig maken? Architect Steven Nobel van het Nederlandse bureau Zecc: “Toen we enkele jaren gelden een kerk in Utrecht verbouwden, was isolatie inderdaad een pijnpunt. De buitenmuur bedekken was onmogelijk, omdat het aanzicht van de kerk behouden moest blijven. Binnen isoleren was ook geen optie, dan zouden alle authentieke elementen verdwijnen. Dan kun je evengoed in een normaal huis wonen. Gelukkig konden we het dak wel isoleren. Maar een energiezuinige woning is het natuurlijk niet. De duurzaamheid van dat project zit vooral in de herbestemming van de kerk. De woonst verhinderde de sloop.” Voor de geïnteresseerden: de kerk staat al geruime tijd te koop voor 2.400.000 euro. Hoe bekijken ze bij Vanhaerents dat energieprobleem? “Wie grote en hoge ruimtes moet verwarmen, zit sowieso met hogere stookkosten. Toch zorgen we er door isolatie voor dat lofts middelmatig scoren qua verbruik. Maar wie echt energiezuinig wil leven, kiest best voor nieuwbouw. Geen enkele renovatie – loft of gewoon woonhuis –
© Piet De Kersgieter
Wie ecologisch Wil Wonen, moet dicht bij elkaar kruipen
Het gaat vooral om het loftgevóel. Nieuwbouw schuwen we zeker niet. Een andere trend is de combinatie van renovatie en nieuwbouw op één site, zoals in ons nieuwe project ’t Groen Kwartier in Antwerpen. Renoveren is niet zonder risico’s: de bouwkosten zijn erg moeilijk te controleren. Bij nieuwbouw weten we precies weten waar we aan toe zijn. Door de mix wordt een project commercieel veel interessanter. In de prijs van nieuwbouw zit dus een deel van de renovatiekosten van de lofts. Dat klinkt oneerlijk, maar die oude gebouwen geven de buurt een uniek cachet waar iedereen van profiteert.”
deloftiszeker nognietuit. integendeel, hetisdetoekomst
05
05 Loods 22 in Gent biedt plaats aan lofts én kantoren. 06 Gymzaalwoning in Utrecht.
06
kan daaraan tippen qua energiezuinigheid”, aldus Lode Waes. Dirk Valvekens, zaakvoerder van Locus Developments uit Gent pakt het anders aan. Een paar jaar geleden tikte hij in Gent Loods 22 en 23 op de kop: twee roestige hangars, gebouwd rond 1900 als katoenopslag. In Loods 22 zitten inmiddels al kantoren en lofts, 23 is binnenkort aan de beurt. “Warmteverlies gebeurt altijd aan de oppervlakte: aan de muren, ramen en plafonds. Loods 22 heeft, in verhouding tot haar grote volume, een klein oppervlak. Bij een vrijstaand huis is dat precies andersom. In Loods 22 grenzen de meeste lofts met drie muren aan elkaar. Daarbij krijgen ze nog eens restwarmte van de kantoren op het gelijkvloers. Kortom: er is weinig warmteverlies. Bovendien heb je in een loft meer plaats om te isoleren dan in een huis met een gevel van vijf meter. “Wat mij betreft is de loft dus zeker nog niet uit. Integendeel: het is de toekomst. Wie ecologisch wil wonen, moet dicht bij elkaar kruipen. Velen denken nog steeds dat het chique is om vrijstaand te wonen, maar door het grote buitenoppervlak hebben zij de grootste warmteverliezen. Daarom vind ik dat er voor verkavelingswoningen en stadswoningen verschillende normen moeten gelden qua K-peilen en E-waarden (drukken de isolatiegraad en het energieverbruik van een woning uit, IDF). Maar eigenlijk zijn die K- en E-waarden pure excuustruzen. Ons probleem ligt bij de wereldbevolking, niet bij de energiezuinigheid van onze huizen. Met 20 centimeter extra isolatie kunnen we het klimaat niet redden, met de helft minder mensen wel.”
huis van stro
© Ruth Wytinck / Zecc
06
Een laatste uitweg is misschien het bio-ecologisch bouwen. Een nieuw concept dat vooral in het buitenland veel aanhang kent. In België realiseerde architect Henk Van Aelst – tevens oprichter van de portaalsite Ecoforum – een van de eerste ecolofts: een voormalige drukkerij in een Antwerpse studentenbuurt. Van Aelst: “Om niet aan het indu Dmuze 19
NOVEMBER 2011
IS ZWITSERSE
KWALITEIT
DE PRIJS WAARD?
Bekroond met een award voor het beste design en innovatieve functionaliteit: de Swissflex®-lattenbodem uni 21. Onovertroffen in precies samenspel met de matras. Voor een anatomisch perfecte lichaamsondersteuning. striële karakter van de baksteenmuur te raken, kozen we ervoor om de voor- en achtergevel te bezetten en te schilderen. Verder installeerden we een warmtepomp voor de vloerverwarming, hoogrendementsglas en balansventilatie.” Ook architect Eric Boddaert gelooft heilig in de toekomst van bio-ecologisch bouwen: “Ecologisch wil zeggen: bouwen met een zo klein mogelijke voetafdruk door bijvoorbeeld water te besparen en duurzame producten te gebruiken. Biologisch betekent dat we een zo gezond mogelijk binnenklimaat willen creëren. Verluchting is daar een essentieel onderdeel van. Bio-ecologisch bouwen staat dus haaks op het concept van passiefbouw dat hermetisch afgesloten huizen promoot. Dat idee is sowieso al voorbijgestreefd. Tegenwoordig draait alles om energieneutraal wonen of active housing. Die huizen hebben wel natuurlijke ventilatie en ze compenseren hun warmteverlies door zelf energie op te wekken. Doorgaans hebben die huizen een energieoverschot. Dat concept lijkt me perfect toepasbaar op een loft. Zo’n grote, hoge ruimte verwarmen kost extra energie, maar dat kun je ‘goedmaken’ door een park zonnecellen. Bovendien is de reconversie van een oud gebouw per definitie super ecologisch. Een andere interessante piste is de strobaalbouw: een houtskeletbouw die wordt opgevuld met super isolerende balen. Deze techniek is heel geschikt om grote open ruimtes mee te bouwen: lofts dus.” Al wie nog droomt van een loft hoeft dus niet te wanhopen. Er zijn mogelijkheden te over. Stro, kerk, kapel, kantoor: aan u de keuze. Meer info: www.loretteklooster.be, www.zecc.nl, www.woonkerkxl.nl www.loftinggroup.be, www.vanhaerents.be, www.groenkwartier.be www.locus.be, www.loods22.be
Swissflex®. Omdat een gezonde nachtrust het waard is. www.swissflex.com