Van José Hennekam verscheen eerder: Schat (2005) jeugdthriller Matador(2006) jeugdthriller Te ver(2007) jeugdthriller De Kindervriend (2009) thriller Pater Noster (2010) novelle Ana-Lyse (2010) thriller Pjots borsjt (2010) roman Tomas (2015) roman
1
HUIS IN ALHAMA José Hennekam
2
In dit boek voorkomende Spaanse woorden :
aljibe almacén alternativa aseo bachillerato botellón buenos días caballero cabrero campo capote cariño cava chico/a corrida de toros cortado dolor gracias guapo/a hasta mañana hola magdalena matador (de toros) muleta novio oreja pantano peseta qué tal señor(a) señorita sueños suaves tesoro téteria te quiero (mucho) toro tortilla
waterreservoir werkplaats officiële promotie tot volwaardig stierenvechter toilet middelbare schooldiploma feestje waarbij ieder zijn eigen drank meeneemt goedendag heer geitenhoeder veld, platteland (stierenvechters)cape liefje Spaanse champagne jongen/meisje stierengevecht koffie met een wolkje melk pijn, smart bedankt jongen/meisje (letterlijk: knapperd) tot morgen hoi cupcake moordenaar (stierendoder) rode lap vriendje, verloofde oor stuwmeer vroegere Spaanse munteenheid ( 1000 pesetas = ca. 6 euro) hoe gaat het? mijnheer, mevrouw jongedame zachte dromen schat theehuis ik hou (veel) van je stier Spaanse omelet
3
Proloog [prólogo]
Met haar hoofd bijna tegen dat van Paul aan duwde Pinar hem steeds verder de buis in. Zo af en toe klonk er een scherpe tik als hun maskers elkaar even raakten. Paul moest doodsbang zijn! Zijn ademhaling was een continue borreling van luchtbelletjes, zo snel ging hij. Als hij dit maar volhield. Ze zat nu zelf ook halverwege de buis en raakte bij elke zwemslag met haar knieën even de bodem. Haar hersens zeiden dat ze lucht nodig hadden, maar ze negeerde het. Ze kon best nog even zonder. Maar niet lang meer.
4
Hoofdstuk 1 [uno]
Met een woeste zwaai deed Pinar haar rugzak om. Ze kon haar vader wel vermoorden, die bus van drie uur haalde ze nooit. Wie verzon dat nou, je als straf verbieden met je scooter naar school te gaan? Niemand toch? Snapte hij dan niet dat je daardoor je hele middag kwijtraakte? En dan nog wel voor zoiets onbenulligs. Alsof haar tante het zou merken als ze niet meekwam. Dat mens was wel lief, maar ook knettergek en ze herkende toch niemand. Dus wat maakte het dan uit? Maar ook stom van haarzelf dat ze zich niet had kunnen beheersen. Anders was het misschien niet zo uit de hand gelopen. Jeetje, wat was haar vader ziedend geworden. Zo kwaad had ze hem nog nooit gezien. Hij ontplofte bijna. Ze hoorde hem nu nog schreeuwen: ‘Je bent een grote egoïst, jij, je denkt alleen maar aan jezelf, tante Maria is de enige familie die we nog hebben, blabla…’ Rocio, Carmen en Dolores waren van schrik snel weggeglipt en kleine Enrique had het op een huilen gezet, zo erg was hij tekeergegaan. Toen ze de deur uit stapte, sloeg de warme lucht haar tegemoet. Gelukkig nog maar een week voor de schoolvakantie begon, het was ’s middags al ontzettend heet zo eind mei. Paul had mazzel met dat slechte weer in Nederland; in zo’n hitte eindexamen moeten doen zou geen pretje voor hem geweest zijn. Ze zuchtte en liep naar de poort. Daar bleef ze als aan de grond genageld staan. Er stond een man aan de overkant van de straat, een man die ze meteen herkende en van wie ze gehoopt had hem nooit meer tegen te komen. Het was de zigeuner, die haar verleden jaar had lastiggevallen. Wat moest die hier in hemelsnaam? Hopelijk had hij haar niet gezien. Vlug draaide ze zich om, deed haar rugzak af en graaide erin. Haar zonnebril, ze moest haar zonnebril hebben, dan was ze tenminste onherkenbaar. Toen ze hem gevonden had, zette ze hem snel op. Zo, dat was beter. Ze deed haar rugzak weer om en sloeg met afgewend hoofd links af, richting busstation.
Paul deed zijn pennen en zijn rekenmachine in zijn etui en ritste hem dicht. Daarna maakte hij een stapeltje van de examenopgaven, zijn antwoorden en het kladpapier en liep met zijn etui onder zijn arm geklemd en de papieren in zijn hand naar voren en gaf ze aan de leraar.
5
‘Dank je wel, Paul,’ zei de man en hij pakte ze met een glimlach aan. ‘Dat heb je snel gedaan.’ Paul glimlachte schaapachtig terug en sloop snel de aula uit. Eenmaal buiten slaakte hij een zucht. Hè, hè, scheikunde was achter de rug. Was hij daar vanmorgen nou zo zenuwachtig voor geweest? Nergens voor nodig, dus. Maar ja, de zoon van een professor in de biochemie mocht natuurlijk geen onvoldoende halen. Nu maandag Nederlands nog en dan zat het erop. Hij pakte zijn jas van de kapstok, deed hem aan en stapte de regen in.
Pinar keek over haar schouder en haar hart stond stil. Hij kwam haar achterna! Die engerd liep nog geen vier meter achter haar. Ze versnelde haar pas. Als hij haar maar niet inhaalde. Waren dat zijn voetstappen die ze vlak achter zich hoorde? Ze durfde niet om te kijken. Zenuwachtig zochten haar ogen links en rechts naar een mogelijkheid om de man van zich af te schudden. Ze hoorde nu gehijg achter zich. Ze moest iets doen, dit ging helemaal fout! Er reed een bus voorbij. Die zou verderop bij de bushalte vast even stoppen. Als ze daar nu eens op kon springen. Waar hij naartoe ging, maakte niet zoveel uit, als ze die vent maar kwijtraakte. Ze zette het op een lopen. Achter zich hoorde ze de man hetzelfde doen. De bus stond nu stil en de deuren waren open. Nog honderd meter… tachtig… vijftig… twintig. Het gesis van ontsnappende lucht gaf aan dat binnen een paar tellen de deuren dicht gingen. Haar hart ging als een razende tekeer. Ze haalde het nooit.
Paul aarzelde. Zou hij er een kopen of niet? Over een uur of twee zouden zijn vader en hij gaan eten, maar aan de andere kant, een hamburger was wel lekker, zeker die van hier, en hij mocht zichzelf na een week examen best een keertje verwennen. Hij stapte de hamburgertent binnen en ging in de rij voor de kassa staan. Maar goed dat Pien hem niet kon zien. Sinds ze met Kerstmis vegetariër geworden was, vond ze het eten van hamburgers zowat het ergste wat je kon doen. Dat werd nog wat als zijn vader deze zomer in Spanje ging barbecuen. Hij moest overigens niet vergeten hem straks te vragen of hij volgende week alleen naar hun zomerhuis mocht. Hij had toch vrij na het examen en hij had Pien al veel te lang niet gezien.
Met een sprong belandde Pinar op de treeplank van de bus en kon nog net verhinderen dat
6
haar rugzak klem kwam te zitten tussen de deur. Haar adem gierde door haar keel, zo hard had ze het laatste stuk gerend. Terwijl de bus vaart maakte, zag ze haar achtervolger hijgend en met een woedend gezicht bij de halte stilhouden. Dat was op het nippertje. Ze klom de twee treden op en liet zich buiten adem in een stoel vallen.
7
Hoofdstuk 2 [dos]
Het eerste wat Pinar deed toen ze thuiskwam, was de computer aanzetten en kijken of Paul al terug was. Balen, hij was offline en van haar vrienden was er ook niemand online. Ze stond nog steeds te trillen op haar benen. Wat een mazzel dat de bus waar ze in was gesprongen rechtstreeks naar de terminal in Velez was gereden. Voor hetzelfde geld was hij eerst heel de stad door gereden. Nu had ze gelukkig meteen een bus naar huis kunnen pakken. In de gang liep ze Carmen tegen het lijf. ‘Pien, mag ik even op jouw computer, por favor?’ vroeg Carmen met haar liefste stemmetje. Pinar trok een bedenkelijk gezicht. ‘Nou, heel even dan. Maar over een kwartiertje wil ik zelf, hoor. En dan wil ik geen gezeur van ik-ben-nog-niet-klaar of ik-zit-net-met-een-heleleuke-jongen-te-msn’en.’ ‘Gracias!’ Carmen verdween de slaapkamer in. Misschien moet ik toch maar een nieuwe computer kopen, dacht Pinar. Dan konden Carmen, Rocio en Dolores haar oude gebruiken. Gisteren had ze in het Eroski-winkelcentrum een mooie laptop in de aanbieding gezien, zo eentje met een groot beeldscherm. Geld had ze genoeg, van haar deel van het vindersloon dat ze verleden jaar samen met Paul van de Junta de Andalucia gekregen had omdat ze die bijzondere skeletten gevonden hadden had ze tot nu toe alleen nog maar haar computer, haar scooter, wat kleren en de cadeautjes voor haar zusjes en broertje gekocht. En die tienduizend euro die ze ondanks hun tegensputteren toch aan haar ouders had gegeven, was er natuurlijk afgegaan. Maar de rest stond mooi op de bank. Een laptop was ongelooflijk handig, die kon je overal mee naartoe nemen, en haar zusjes zouden een gat in de lucht springen als ze te horen kregen dat haar computer nu van hen was. Ze zou hem als verjaardagscadeautje voor zichzelf kunnen kopen. Met een nieuwe webcam, want die miste ze wel sinds de vorige in haar glas cola was gevallen. Moest ze het met haar vader overleggen? Nee, waarom, het was toch háár geld? Toen ze de keuken binnenliep, struikelde ze bijna over Enrique, die vlak achter de deur met zijn blokken zat te spelen. ‘Hé, grote jongen, kon je geen beter plekje vinden?’ Lachend tilde ze hem van de vloer.
8
‘Pien kus,’ zei Enrique en hij tuitte zijn lippen. Ze nam de natte zoen in ontvangst en gaf hem er een terug op zijn voorhoofd. Daarna zette ze hem een stukje verder van de deur weer op de grond.
‘Rik ook drinken?’ vroeg ze terwijl ze haar wang droog veegde en de koelkast openmaakte. Enrique wees naar de fles limonadesiroop op het aanrecht. ‘Limonaaje, ikkie limonaaje.’ Pinar deed een heel klein laagje siroop in een beker, vulde de rest aan met water uit de fles uit de koelkast en gaf hem aan haar broertje. Die klokte het in één keer naar binnen. ‘Mas,’ zei hij terwijl hij de beker omhooghield en de limonade langs zijn kin op zijn shirtje drupte. Pinar moest lachen. Enrique sprak sinds kort Spaans en Nederlands door elkaar. Tja, dat kreeg je met een Nederlandse vader en een Spaanse moeder. Zij had dat vroeger vast ook gedaan, echt goed Spaanse had ze pas op school leren spreken. ‘Nee Rik, eentje is genoeg.’ Even later liep ze met haar glas naar haar kamer. ‘Ben je nu al terug?’ Carmen keek haar verwijtend aan. ‘Je bent hooguit vijf minuten weggeweest.’ ‘Rustig maar, Car, rustig maar. Ik drink eerst mijn cola wel op.’ Pinar ging naast haar op het bed zitten. ‘Hé, niet meelezen! Dit is privé!’ Kwaad hield Carmen haar hand voor het scherm. ‘Ik lees helemaal niet mee, joh, ik kijk niet eens.’ ‘Kun je niet ergens anders gaan zitten? Zo kan ik niet msn’en, hoor.’ ‘Nieuw vriendje, Car?’ ‘Pien, bemoei je er niet mee!’ ‘Hoe heet hij dit keer? Paco toevallig?’ Carmens hoofd werd rood en Pinar begon te lachen. ‘Dat dacht ik al. Ik zag je gisteren in de middagpauze op school met hem kletsen.’ ‘Je zegt het niet tegen Roos, hè?’ smeekte Carmen. ‘Want dan weet straks de hele school het.’ ‘Maak je maar niet druk, ik zal niks zeggen. Maar nu wil ik zelf op de computer, hoor.’ ‘Oké, ik ben al weg.’ Carmen sloot snel haar msn af en stond op. ‘Beloofd, hè?’ ‘Ja, beloofd, ga nou maar.’ Pinar ging achter het toetsenbord zitten en meldde zich aan.
9
Shit, Paul was nog steeds niet online.
‘Nee, Paul, ik kan echt niet weg. Ik moet volgende week drie dagen naar Londen en op 15 juni moet ik nog een schriftelijk tentamen afnemen.’ Zijn vader zat in zijn luie stoel met een vakblad op zijn schoot en keek hem aan. ‘Maar, pa, dan duurt het nog meer dan twee weken.’ ‘Tja, daar kan ik ook niets aan doen. Het is nu eenmaal niet anders.’ ‘En als ik nu eens alleen ga?’ ‘Alleen? Geen denken aan.’ ‘Maar waarom dan niet?’ Zijn vader zette zijn bril af en wreef in zijn ogen. ‘Omdat ik vind dat een jongen van zeventien niet alleen in een huis ver weg in de campo moet zitten.’ ‘Zeventien? Ik ben al bijna achttien, hoor.’ ‘Oké, bijna achttien, wat maakt het uit. Ik vind het gewoon geen goed idee, jij daar zo alleen.’ ‘Dat vind ik echt onzin. Hoe vaak ben ik het afgelopen jaar niet alleen thuis geweest als jij naar een congres moest? Misschien wel tien keer of zo.’ ‘Ja, maar dat is toch anders. Hier woon je in de stad, ga je elke dag naar school, de werkster komt drie keer per week. Dat kan je toch moeilijk met Spanje vergelijken.’ ‘Alsof het hier in de stad veiliger is dan in Spanje. Dat is toch flauwekul, pa, dat weet je zelf ook wel. Wat kan me daar in de campo nou gebeuren? Niets toch? En de meeste tijd ben ik bij Pinar.’ ‘Maar eten dan en zo?’ vroeg zijn vader aarzelend. ‘Hoe wilde je dat regelen? Je hebt helemaal geen vervoer daar.’ Paul voelde dat zijn vader begon te twijfelen. Dit was zijn kans. ‘Vervoer is geen probleem. Er rijden elke dag bussen en als het nodig is, kan ik altijd nog een taxi nemen. Dat moet ik toch doen als ik aankom, dus dan kan ik meteen voor een paar dagen boodschappen meenemen. We hebben daar een diepvries, weet je wel. En voor de rest met de fiets, zo ver is Periana niet.’ ‘Tja…’ ‘En ik kan zo vaak als ik wil bij Pinar thuis eten. Haar moeder kookt heel lekker en heeft gezegd dat ik altijd welkom ben. ‘Dat is aardig van Pinars moeder, maar zo alleen op de berg…’
10
‘Pa, in september ga ik studeren, of misschien wel op reis of zo, dan sta ik er toch ook alleen voor? Dus waarom nu niet? Dan kan ik alvast een beetje oefenen. Dat kan toch helemaal geen kwaad? Moet ik dan hier in Utrecht bijna drie weken lang uit mijn neus gaan zitten eten?’ Zijn vader stond op en legde het tijdschrift op tafel. ‘Maar denk je dan niet dat je bang zult zijn, zo alleen in het huis, ver weg van iedereen?’ ‘Nee. Dat denk ik niet. Ik doe gewoon ’s avonds alle ramen dicht en alle deuren op slot. Dan kan er niemand in. En je weet zelf dat daar toch nooit iemand komt, het huis staat al jaren de meeste tijd leeg en er is nog nooit iets gebeurd.’ ‘Ja, daar heb je gelijk in.’ Zijn vader bekeek hem van top tot teen. Toen verscheen er een glimlach op zijn gezicht. ‘Nou, vooruit dan maar. Maar wel geregeld bellen, hè?’ Paul vloog naar hem toe en sloeg zijn armen om hem heen. ‘Dank je wel, pa, dank je wel. En natuurlijk bel ik je, wees maar niet bang.’ En hij racete naar zijn kamer om Pinar het goede nieuws te vertellen. Hola liefje. Hola guapo. Ben je daar eindelijk. Ik ben me daarstraks helemaal kapotgeschrokken Hoezo? ¿Weet je nog die aanrander van vorig jaar? Ja… Die stond bij de school Echt? Ja, echt, aan de overkant van de straat En? Ben hard weggelopen En wat deed hij? Hij kwam achter me aan, maar gelukkig kon ik ontsnappen Hoe dan? Ben op een bus gesprongen, net voordat hij wegreed Wat slim van je. En toen? Ben tot Velez blijven zitten en heb daar de bus naar Algarobbo gepakt. Het was supereng Kijk je wel goed uit tot volgende week? ¿Tot volgende week, hoe bedoel je? Dan kom ik je beschermen
11
¿Dan al? Ja, net met pa besproken ¿Echt? En… ik kom alleen ¿Mag dat? Ja, goed, hè ¿Wanneer kom je precies? Weet ik nog niet, ik kijk straks op internet Midden in de week zijn tickets het goedkoopst Ik zei eind van de week
Oké dan, ik probeer midden in de week Mis je Ik jou ook ¿Ging scheikunde goed? Makkie, heb net de antwoorden gecontroleerd op internet, minstens een 7,5 Jeetje, wat goed, zeg. Morgen markt Heb je veel spullen? Best wel, alleen de fossielen zijn nog niet allemaal klaar. De rest wel. Ik heb een deurklopper, zo’n handje. En wat sloten en zo. Ga zondag weer duiken voor nieuw spul In het stuwmeer? Ja Ik vind het helemaal niks, jij op je eentje met flessen duiken Ik kijk heus wel uit, hoor Maar toch Zonder flessen is gevaarlijker Denk je? Moet je je adem inhouden
¿Hoe gaan jouw duiklessen?
¿? Mag nog steeds niet op voor mijn brevet ¿Waarom niet?
12
Kan mijn masker niet leegblazen en niet buddy-breathen5 ¿Is toch niet zo moeilijk? Raak bij alle twee in paniek Oefenen we volgende week. Leer ik je in een dag Heb nog geen eigen flessen Kopen!!!
Van het vindersloon
Goed idee. Volgende week in Torre Ga toch niet duiken in Nederland. Te koud Watje. Ik ga nog even wat fossielen polijsten Succes, ik ga kijken of er goedkope tickets te krijgen zijn Doe je best Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxymas
Terwijl Paul bezig was met het zoeken naar de goedkoopste mogelijkheid om naar Malaga te vliegen, dacht hij aan wat Pinar hem net verteld had. Het moest toeval zijn, dat die man daar had gestaan, dat kon niet anders. Maar verontrustend was het wel. Ze moest de komende dagen echt goed uitkijken. Het liefst zou hij meteen naar Spanje vliegen, dan zou hij zich een stuk minder ongerust voelen. Wel knap, trouwens, dat ze niet totaal in paniek geraakt was. Petje af. Dat alleen gaan duiken zat het hem goed dwars. Er hoefde maar iets fout te gaan, een lekke slang of een kapot ventiel, en het was meteen goed mis. Het was ook het eerste wat ze hem tijdens zijn duiklessen hadden geleerd: duik nooit alleen. Waarom ging ze niet weer gewoon snorkelen, net als vroeger? Toen dook ze toch ook genoeg spullen op om te verkopen op de rommelmarkt? En nu had ze ook nog de belemnieten die ze kon verkopen. Die fossielenhangers waren helemaal in. Dus waarom zou ze het risico nemen? Maar ja, wat Pien eenmaal in haar hoofd had… Jeetje, wat waren de tickets op dinsdag en woensdag duur. Wacht even, dit was een mooie aanbieding. Negenenvijftig euro, van Amsterdam naar Malaga, rechtstreeks. Daar kwam dan nog wel luchthavenbelasting bij, maar goedkoper kon bijna niet. Alleen jammer genoeg pas donderdag. Nou, dat moest dan maar. Zou Pien er nog zijn? Pinar heeft de status afwezig en geeft mogelijk geen antwoord
Toch maar even proberen.
13
Hola Pien ………… Ben je er nog? ………… Nee dus ………… Heb geboekt Donderdag Kom om tien uur aan ’s Ochtends Welterusten Sueños suaves Hou van je xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
Om halftwaalf was Pinar klaar met de laatste belemniet. Het schoonmaken en polijsten ging nog wel, maar een mooi rond gaatje voor de veter maken, zonder dat het fossiel barstte, kostte altijd veel tijd. Ze had de tortilla die haar moeder voor het avondeten had klaargemaakt, in de schuur opgegeten, zo druk was ze bezig geweest. Door het harde werken was ze die enge gebeurtenis van die middag gelukkig een beetje kwijtgeraakt. Het spookte zo af en toe nog wel door haar hoofd, maar niet meer zo erg als eerst. Heerlijk dat Paul volgende week kwam; vooral de laatste weken had ze hem verschrikkelijk gemist. Dat was toch wel de ellende van een vriendje in Nederland. Hoe vaak had ze hem het afgelopen jaar gezien? Twee keer maar, in de herfstvakantie en met Kerstmis. Toen ze zich uitgekleed en gedoucht had en haar computer wilde uitzetten, zag ze Pauls berichtje. Donderdag. Hiep hoi! Dan was hij er met haar verjaardag; al zou hij die wel vergeten zijn, want hij had er niets over gezegd. Met een brede glimlach op haar gezicht viel ze in slaap.
14
Hoofdstuk 3 [tres]
Met een schok werd Pinar wakker. Wat een afschuwelijke droom. De man die haar bij school had opgewacht, had haar achternagezeten en wat ze ook deed, ze kon hem niet van zich afschudden. Uiteindelijk was ze op een heel lange, door bomen omzoomde weg terechtgekomen en had het op een lopen gezet. Maar de weg was verlaten en liep eindeloos door. Telkens als ze niets meer achter zich hoorde en dacht: nu ben ik hem kwijt, was hij van achter een boom vlak naast haar opgedoken en had ze nog harder moeten rennen. Gelukkig was ze wakker geschrokken van haar wekker. Haar hart klopte nog steeds in haar keel en ze was helemaal bezweet. Ze stapte uit bed en zette haar computer aan. Hé, Paul was al wakker, dat was vroeg. Buenos días mi tesoro ……….. ¿Goed geslapen? ……… Te quiero mucho ………. Donderdag ……… Waar ben je? ………
Hola. Stond onder de douche Fijn dat je donderdag komt Kom je me ophalen? Heb school Oké.. , helemaal vergeten, ik heb het woord school gedeleet in mijn hoofd Ik ga spijbelen
15
Moet zo naar de markt Succes met de verkoop Dank je. Ben benieuwd. Zijn al meer toeristen en wie weet komt mijn vaste klant van de afgelopen weken weer Dat oude vrouwtje, bedoel je? Ja, die moet ondertussen al een hele belemnietencollectie hebben. Ik ben benieuwd wat ze daarmee moet Cadeau geven waarschijnlijk. Heb je de certificaten van echtheid bij je? Helemaal vergeten. Ga ze nog snel afdrukken Oké. Te quiero
Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
Pinar schoof het papier in de printer en drukte op afdrukken. Die certificaten van echtheid waren echt een superidee van Paul. Het was net of de belemnieten daardoor veel meer waard werden. Er waren zelfs klanten die er speciaal om vroegen. Ze keek op haar horloge. O jee, ze moest opschieten, haar vader stond vast al met draaiende motor te wachten. Ze pakte het stapeltje certificaten op en racete naar de voordeur.
Toen Paul zijn koningin losliet, zag hij direct aan zijn vaders gezicht dat hij een grote fout maakte. Hij kon zich wel voor zijn hoofd slaan. Met die pion en dat paard voorsprong had hij de partij in zijn zak gehad en door één enkele stomme zet verloor hij nu alsnog. ‘Volgende keer beter, Paul.’ Lachend deed zijn vader de stukken terug in de doos. Op zaterdag samen boodschappen doen, uit eten gaan en daarna een potje schaken thuis was sinds de gebeurtenissen van vorig jaar een wekelijks ritueel geworden. Konden ze lekker gezellig samen kletsen. Zou Pinar al terug zijn van de markt? Even naar de computer. Ha, ze was terug. Hoe ging-ie? Super! Alle belemnieten verkocht!!!!! Hoeveel euro? 168
16
Certificaten werken fantastisch, iedereen wil ze. Ga ze ook voor de andere spullen maken Slim van je Certificaten was jouw idee En je vader? Is een beetje jaloers ??? Nee, hoor, vindt het alleen maar leuk. Is trots. Het oude vrouwtje was er overigens weer, ze noemt me nog steeds Pilar in plaats van Pinar. Ze heeft dit keer niets gekocht maar we hebben wat gekletst. Volgens haar lijk ik op iemand die ze gekend heeft ……… En ze heeft me uitgenodigd Uitgenodigd? Ja, bij haar thuis, ze heeft veel oude spulletjes en wil ze opruimen Vroeg of ik er interesse in had Wat leuk
Waar woont ze?
Alhama de Granada Daar helemaal? Ja Maar wat deed ze dan op de markt in Almuñecar? Geen idee. Vergeten te vragen. Maar ik ga woensdag na school. Op de scooter Is dat niet gevaarlijk? Smalle weg met veel bochten Valt best mee. Is twee uur rijden.Ik ben er al eerder geweest. Met carnaval ¿Heb ik je toch verteld? Vergeten. Wat doe je vanavond? Botellón, maar niet te lang. Morgen duiken. Het is heerlijk weer Hier regent het Ik ga morgen maar wat Nederlands oefenen. Zit ik er maandag een beetje in Groot gelijk Nog een paar daagjes... Ja xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
17
Hoofdstuk 4 [cuatro]
‘Pinar!’ Pinar schrok overeind. ‘Ja, meneer?’ ‘Zit je weer te dromen? Zeker over je Nederlandse novio?’ De rest van de klas begon te lachen en Pinar voelde dat ze een hoofd als een boei kreeg. ‘Sorry, meneer.’ Ze had inderdaad aan Paul zitten denken. Nog twee dagen! Achtenveertig uurtjes! Net zoals de afgelopen weken leken de dagen voorbij te kruipen en zonder msn was het niet vol te houden geweest. Ze begreep best dat Paul in de voorjaarsvakantie niet had kunnen komen en ook niet gewild had dat zij naar Nederland kwam; als haar ouders dat al goed hadden gevonden. Zijn eindexamen was veel te belangrijk. Gelukkig bleef hij straks misschien wel drie maanden!!! Eindelijk, de bel. Hè, hè, ze kon naar huis. Morgenochtend nog drie uurtjes en dan op naar Alhama. Spannend, wie weet wat ze daar allemaal zou aantreffen. Toch mazzel dat ze toevallig op iemand leek en dat die vrouw haar daarom had aangesproken. Normaal gingen mensen die spullen kwijt wilden naar haar vader. Ze deed haar boek in haar tas en wierp even een blik naar buiten. Haar adem stokte en ze dook meteen weg. Die kerel stond er weer! Nee, dat kon toch niet? Waarom? Hij moest toch niets van haar? Of wel? Maar wat dan? Ze moest weg, uit zijn buurt, ze wilde hem helemaal niet zien. Hij was eng, ontzettend eng. Maar hoe kwam ze hier weg? De school had maar één uitgang, ze zat in een val. Toch moest ze eruit, straks was iedereen weg. Dan was ze alleen met die vent en dat mocht niet gebeuren. Stond hij er nog? Even gluren. Ja, dus, dat had ze ook wel verwacht. Misschien kon ze het beste wachten tot bijna iedereen weg was en dan gewoon door de poort naar buiten racen. Je mocht je scooter wel niet starten op het schoolterrein, maar als ze het snel deed, kon ze al weg zijn voor iemand er iets van kon zeggen. Ja, dat was de enige oplossing. Met haar tas op haar rug bleef ze bij de uitgang staan wachten. Toen er niemand meer te zien was, rende ze voorovergebogen dicht langs de muur van het gebouw naar de stalling.
18
Vanaf de straat kon je haar zo niet zien, dat wist ze zeker. Ze startte haar scooter, liet de motor even warm lopen en gaf toen vol gas. Bij de poort had ze al een vaart van zeker dertig kilometer per uur en ze vloog de straat op. Zonder zich wat van de piepende remmen en het getoeter van de auto’s achter haar aan te trekken racete ze weg. Pas drie straten verder durfde ze wat gas terug te nemen en achterom te kijken. Pfff… gelukkig, hij was nergens te zien. Onderweg naar huis bedacht ze dat het zo natuurlijk niet verder kon. Ze kon moeilijk elke dag op deze manier naar huis rijden. Ze moest een oplossing vinden. Naar de politie? Nee, dat had geen zin. Zolang de man niets deed, zou de politie ook niets doen. Stom dat ze verleden jaar geen aangifte had gedaan. Maar ja, daar had ze nu weinig aan. Gelukkig was het morgen niet zo’n probleem. Dan had ze maar drie uur school en dat kon die man onmogelijk weten. En overmorgen ook niet, want dan spijbelde ze om naar het vliegveld te kunnen. En vrijdag kon Paul haar vast van school ophalen. Maar volgende week?
Paul was druk bezig met het pakken van zijn koffer. Hij vloog pas over twee dagen, maar hij had er een hekel aan om alles op het laatste moment te moeten doen. Als zijn bagage klaarstond en hij twee keer gecontroleerd had of hij echt niets vergeten had, kon hij het tenminste uit zijn hoofd zetten en andere dingen gaan doen. Zo werkte dat bij hem. Straks zou hij nog even naar het station lopen en alvast een enkeltje Schiphol voor donderdag kopen en dan was alles klaar voor vertrek. Nederlands was vanmorgen minder goed gegaan dan hij gehoopt had. Het was altijd al zijn zwakste vak geweest, maar hij had het gevoel dat hij er dit keer helemaal niets van gebakken had. Gelukkig had hij al een 5,2 staan, dus met een 3,8 of hoger had hij nog steeds een 5. Het gesprek met zijn vader van gisteren zweefde de hele tijd nog door zijn hoofd. Hij snapte best dat zijn vader wilde weten wat hij na zijn eindexamen ging doen maar hij wist écht niet wat hij wilde. Meteen gaan studeren op een universiteit lag natuurlijk het meest voor de hand. Maar wat? Welk vak? Iets exacts? Medicijnen? Hij had geen idee. Een jaar vrij nemen en reizen was ook een optie. Vrienden die dat hadden gedaan, zeiden allemaal dat ze er niet alleen enorm van genoten hadden maar dat ze er ook veel van geleerd hadden. En hij was pas zeventien, dus watr maakte dat jaartje dan uit? Maar zijn vader was er geen voorstander van. ‘Je zit nu in een studieritme en dat moet je zo houden.’
19
Daar had hij natuurlijk gelijk in. Gelukkig had hij er ook bij gezegd dat hij hem niet zou tegenhouden als hij toch eerst zou willen gaan reizen. ‘Mits je tenminste iets zinnigs gaat doen; een jaar vakantie houden, keur ik af.’ In juni zou hij een beslissing nemen, hadden ze afgesproken. Toen hij zijn koffer dichtdeed, schoot hem ineens iets te binnen. Pinars verjaardag! Op 1 juni werd ze zestien en hij had ook nog geen cadeautje. Straks, als hij zijn treinkaartje ging kopen, moest hij meteen op zoek. Maar naar wat? Cadeautjes kopen vond hij altijd ongelooflijk moeilijk. Vooral als mensen van tevoren niet zeiden wat ze graag wilden hebben. Meestal gaf hij dan een enveloppe met geld. Konden ze zelf wat uitzoeken. Maar bij Pien kon hij dat natuurlijk niet maken. Hopelijk kreeg hij een goed idee als hij eenmaal in de stad was.
Pinar lag te draaien in bed. Het was al twee uur en ze sliep nog steeds niet. Carmen lag naast haar op de rand van het matras zwaar te ronken. Die was helemaal opgewonden thuisgekomen, met een rode kleur op haar wangen. Vast bij Paco geweest. En waarschijnlijk had ze stiekem alcohol gedronken, want ze was meteen doorgelopen naar de slaapkamer en had voor de verandering haar tanden gepoetst voor het naar bed gaan. Pinar had Paul maar niets meer verteld over die kerel. Straks ging hij zich overdreven zorgen maken, zoals hij wel vaker deed. Hopelijk hield het hele gedoe op als hij haar vrijdag van school ophaalde en die man zag dat ze een groot en sterk vriendje had. Maar toch zat het haar niet lekker. Morgen naar Alhama! Benieuwd wat ze daar zou vinden.
20