gemeente Eindhoven
Dienst Algemene en Publiekszaken Raadsbij lage nummer 68 Inboeknummer oz TooosoS Beslisdatum 88rW s maart zooz Dossiernummer ato.ros
Raadsbijlage Vragen van het raadslid de heer B. Gerard inzake de implicaties van de crisis in de bedrijfsverzekeringen In het Eindhovens Dagblad van 28 december 2001 staat onder de kop "Verzekering voor bedrijf veel duurder" een nogal onrustbarend artikel over recente ontwikkelingen inzake de transport-, brand- en aansprakelijkheidsverzekeringen van bedrijven. Enige citaten: "... de grootste crisis in de verzekeringswereld sinds de Tweede Wereldoorlog. In het gunstigste geval is het eigen risico enorm verhoogd (Beljaars van IAK)"; "Nog nooit heb ik in de afgelopen 20 jaar meegemaakt dat een bedrijf een polis aangeboden kreeg met maar voor 72% dekking. Elke verzekeringspolis voor aansprakelijkheid, brand en transport die via de assurantiebeurs wordt afgesloten is per 1 januari opgezegd (Schreuder van Schouten Zekerheid in Rotterdam)"; "... premiestijgingen voor individuele bedrijven van 400 a 5009o zijn geen uitzondering. Er zijn zelfs bedrijven die niet verzekerd zijn (redactioneel)". Waarna interessante informatie volgt over de achtergronden. Met name lijkt voor de politieke praktijk relevant, dat de ontwikkelingen van zeer recente datum zijn. Het artikel verwijst naar de instorting van de aandelenkoersen, recente natuurrampen en daarbovenop nog de aanslag op het WTC-gebouw. Ik meen hieruit te mogen concluderen, dat de bedrijven die het aangaat, niet in staat zijn geweest door opbouw van extra vermogen te anticiperen op het radicaal verzwaarde verzekeringsregime.
Het algehele beeld roept bij mij een gevoel van ongerustheid op. Immers, Eindhoven kent nogal wat gevaarlijke bedrijven. De explosie bij Hoek Loos ligt nog vers in het geheugen. Ook daar al heb ik vragen gesteld over de capaciteit van Hoek Loos om de aansprakelijkheid voor schade, toegebracht aan anderen, te dragen. In het concrete geval van Hoek Loos lijkt er geen probleem, althans, daar is mij tot nu toe niets van gebleken. Maar de informatie in het artikel roept de vraag op wat het antwoord op die vraag zou zijn als de explosie na 1 januari 2002 plaatsgevonden zou hebben. Ik vind het een schrikbeeld dat Eindhoven straks volstaat met niet- of gedeeltelijk ver-
zekerde bedrijven. 1 Is het college uit genoemde en/of uit andere bron bekend met deze ontwikkelingen? 2 Is het college, met mij, van mening dat deze ontwikkeling van onmiddellijke relevantie is voor de Eindhovense situatie?
Raadsbijlage nummer 68
Is het college, met mij, van mening dat de mate waarin gevaarlijke bedrijven in Eindhoven tegen aansprakelijkheid verzekerd zijn, bij het college bekend moet zijn?
We zijn bezig met een studie naar de 100 gevaarlijkste bedrijven in Eindhoven en omgeving. Maakt de mate, waarin deze bedrijven tegen aansprakelijkheid verzekerd zijn, deel uit van deze studie en zo nee, bent u bereid deze vraagstelling aan het lopende onderzoek toe te voegen? Zo ook de vraag, in welke mate deze bedrijven in staat zijn uit eigen middelen aansprakelijkheidsclaims te honoreren? Kunt u aan de raad, vooruitlopend op de algemene beantwoording van vraag 4, op korte termijn inzicht geven hoe vraag 4 beantwoord moet worden ten aanzien van Hoek Loos, Van den Anker en Air Liquide? Op de lijst van 100 staan ook twee gemeentelijke instellingen, namelijk de zwembaden De Tongelreep en het ir. Ottenbad, wegens de aanwezigheid van een aantal m3 chloor-bleekloog en zwavelzuur. Geldt het verscherpte verzekeringsregime ook voor deze twee instellingen en zo ja, wat zijn daarvan de financiele gevolgen? Na de explosie bij Hoek Loos is gebleken, dat er fouten gemaakt zijn bij de vergunningverlening. Daarop vooruitlopend heb ik in mijn vragen over Hoek Loos de kwestie aan de orde gesteld, of door de gemeente gemaakte fouten bij het verlenen van de vergunning voor gedupeerden een handvat kunnen zijn om (een deel van) de aansprakelijkheidsclaims, die het bedrijf zelf niet honoreren kan, bij de gemeente in te dienen. Ten aanzien van Hoek Loos beantwoordde u mijn vragen (zoals wel vaker) oppervlakkig en ontwijkend: "Op dit moment nemen wij aan dat Hoek Loos ... aansprakelijk is .... Wij hebben geen reden om aan te nemen dat het bedrijf niet of onvoldoende verzekerd is..... De gemeente heeft een WA-verzekering die, in geval er sprake zou zijn van aansprakelijkheid van de gemeente, dekking biedt". In het licht van het verscherpte verzekeringsregime, zoals hierboven aangegeven, komt deze beantwoording in een nieuw licht te staan. Bij Hoek Loos bleek de vraagstelling nog theoretisch, omdat Hoek Loos uiteindelijk blijkt (of lijkt) te kunnen betalen. In de toekomst zou de vraagstelling wel eens allesbehalve theoretisch kunnen zijn. Heeft het college een beter inzicht in de vraagstelling dan uit de beantwoording van mijn vragen blijkt? Zo nee, erkent het college dan dat een goed inzicht nodig is en is het college dan bereid om onze juristen hierop te laten studeren? In alle gevallen, is het college bereid de raad te informeren? Bijvoorbeeld via de Risicoparagraaf van de Begrotingsbehandeling? Is het mogelijk om bij toekomstige vergunningverleningen aan gevaarlijke bedrijven voor te schrijven in welke mate deze, middels een WA-verzekering of middels een adequate bedrijfsreserve, in staat moeten zijn door hun toedoen ontstane schade aan derden te vergoeden? Zo ja, bent u daar dan toe bereid? Zo nee, waarom kan dat eigenlijk niet? 9 Vraagt deze problematiek niet om overleg in VNG-verband, zelfs op rijksniveau? 10 Bepaalde gevaarlijke bedrijven (bijvoorbeeld LPG-stations) maken deel uit van een groter geheel (bijvoorbeeld een oliemaatschappij). Als er een groot ongeluk
Raadabijlage nummer 68
plaatsvindt bij een LPG-station, moet de aansprakelijkheid dan gedragen worden door de individuele pomphouder of door de oliemaatschappij, van wie hij het LPG betrekt? Hoe zit het in beide gevallen met de aansprakelijkheidsdekking? 11 Een vergelijkbare vraag ten aanzien van het vervoer van gevaarlijke stoffen. Als er een ernstig ongeluk gebeurt met een tankauto met gevaarlijke stof, is dan de vervoerder aansprakelijk of de eigenaar van de stof? Hoe zit het in beide gevallen met de aansprakelijkheidsdekking? Eindhoven, 28 december 2001.
Antwoord van burgemeester en wethouders 1 Ja. 2 Het betreft hier een problematiek die landelijk, en dus ook in Eindhoven, implicaties heeft.
3 Wij delen vooralsnog uw mening niet. Zie voor de achtergrond de beantwoording van vraag 8.
4 De studie naar risicovolle bedrijven in Eindhoven omvat deze vraagstelling momenteel niet en zal gelet op het hiervoor geschetste wettelijke kader daarmee op dit moment niet worden uitgebreid. Zie voor de achtergrond de beantwoording van vraag 8.
5 Nee, zie voor de achtergrond de beantwoording van vraag 8. 6 Alle gemeentelijke instellingen zijn verzekerd via de bedrijfsaansprakelijkheidsverzekering van de gemeente Eindhoven. Dus ook de gemeentelijke zwembaden. Er is geen sprake van een verscherpt verzekeringsregime. De premie van de bedrijfsaansprakelijkheidsverzekering is wel enigszins verhoogd, maar dit was het gevolg van het schadeverloop en niet het gevolg van de gebeurtenis van 11 september 2001.
7 De vraag of de gemeente aansprakelijkheid draagt voor fouten bij het verlenen van vergunningen is niet in het algemeen te beantwoorden. De huidige stand van het recht is dat deze aansprakelijkheid niet op voorhand wordt aangenomen. De beoordeling van aansprakelijkheid wordt steeds sterk bepaald door de omstandigheden van het geval. Het is om die reden ook niet goed mogelijk en daarom niet zinvol thans in de gemeentebegroting een bedrag terzake aan te geven. Voor de gemeente relevante juridische ontwikkelingen worden door de gemeentelijke juristen gevolgd en ingebracht in de beleidsontwikkeling. 8 Op dit moment is het niet mogelijk aan een milieuvergunning voorschriften te verbinden met betrekking tot de vereiste WA-verzekering of bedrijfsreserve. Het huidige wettelijke kader laat dit niet toe. In artikel 8.15 van de Wet milieubeheer is bepaald dat in een algemene maatregel van bestuur wordt geregeld in welke gevallen dergelijke voorschriften aan een milieuvergunning kunnen worden verbonden. Deze algemene maatregel van bestuur is nog niet vastgesteld. In de artikelen 8.40, 8.44 en 8.45 van de Wet milieu-
Raadsbijlage nummer 68
beheer is de mogelijkheid om van rijkswege de plicht tot financiele zekerheidstelling op te leggen opgenomen. Dat heeft bijvoorbeeld tot het Besluit tankstations milieubeheer geleid. In algemene zin merken wij nog het volgende op. Na 11 september 2001 was de verwachting dat een groot aantal risicovolle bedrijven zich niet of onvoldoende tegen de aansprakelijkheid zou kunnen verzekeren. Uit een recent onderzoek van Marsh (wellicht de grootste verzekeringsmakelaar van Nederland) is gebleken dat veruit de meeste risicovolle bedrijven zich per 1 januari 2002 toch adequaat tegen aansprakelijkheid hebben verzekerd.
In het algemeen zal de verzekerde som van de aansprakelijkheidsverzekering van een risicovol bedrijf circa E 2,5 miljoen zijn. Bij een ramp dat dit eerdergenoemde bedrag te boven gaat, zal er dus pas een probleem ontstaan. In het geval van een ramp zal een aanzienlijk hoger bedrag nodig zijn om alle financiele gevolgen te kunnen compenseren. Gezien de krapte op de verzekeringsrnarkt en de angst van verzekeraars na de gebeurtenis van 11 september 2001 verwachten wij dat het voor de risicovolle bedrijven onmogelijk is om zich tegen een dergelijke ramp c,q. voor een aanzienlijk hoger bedrag te verzekeren. Er bestaat overigens wel een vangnet (bij gebrek aan mogelijkheden om schade of kosten te verhalen) op grond van de wet tegemoetkoming schade bij rampen en zware ongevallen. Deze wet voorziet in een structurele regeling op grond waarvan het Rijk een tegemoetkoming geeft aan diegenen die kosten hebben gemaakt voor het treffen van maatregelen ter voorkoming of beperking van schade of schade hebben geleden die rechtstreeks het gevolg is van een overstroming door zoet water, een aardbeving of een andere ramp die van tenminste vergelijkbare orde is. 9 Op het niveau van de Rijksoverheid zal over de algemene maatregel van bestuur ingevolge artikel 18.5 Wet milieubeheer naar wij aannemen zeker overleg met onder meer bank- en verzekeringswezen en ook op enig moment met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten plaatsvinden. 10 Aangezien er op dit moment geen wettelijke verplichting is om een aansprakelijkheidsverzekering af te sluiten is niet mogelijk te zeggen op welke partij de verantwoording rust om een aansprakelijkheidsverzekering af te sluiten. Veelal zal dit bepaald worden door contractuele afspraken tussen de partijen. Voor wat betreft een ongeval zullen de omstandigheden bepalen, welke partij aansprakelijk is. Op voorhand kan hierover geen enkele uitspraak worden gedaan.
Raadabijlage nummer 68
11 Voor het vervoer van gevaarlijke stoffen met een WAM-plichtig voertuig geldt een verplichte WA-verzekering van < 6,8 miljoen (f 15.000.000,-). Dit is een uitzonde-
ring op de regel. Voor wat betreft een ongeval zullen de omstandigheden bepalen welke partij aansprakelijk is. Op voorhand kan hierover geen uitspraak worden gedaan. Eindhoven, 5 maart 2002.
EN02006615.def