Halo Haven Linkerscheldeoever
Nieuwsbrief over de Waaslandhaven #17 apr 2015 - jul 2015 • www.mlso.be
Jo
ek b in d
ijker
de eid in
h
Veilig Kom
naar
: Sto
c
tro k con
n - p.
have
onze
eur jobb
ller -
p. 6
8
s! - p
Eén op tien Waaslanders werkt in Antwerpse haven
. 12
De Antwerpse haven is voor het Waasland een belangrijke werkgever. Van de 55.515 personen die in het havengebied aan de slag zijn, komt maar liefst 16,7 % uit deze regio.
Voor Beveren loopt dit zelfs op tot een kwart van de werkende bevolking. Dit blijkt uit een onderzoek van de Universiteit Antwerpen in opdracht van de provincie Antwerpen. Deze studie ging dieper in op de directe tewerkstelling van 55.515 personen in de bedrijven die gevestigd zijn in het havengebied zelf. Uit de studie blijkt dat maar liefst 9.210 mensen uit het Waasland in het havengebied werken. Dit is 16,7 % van de totale tewerkstelling in de haven en 10,97 %
van alle banen in het Waasland. Eén op tien in de regio Waasland werkt met andere woorden in het havengebied. Absolute koploper is Beveren (24 %), waar bijna een kwart van de bevolking in de haven werkt, met als voornaamste groep de dokwerkers. Meer dan 12% van de dokwerkers komt uit Beveren. Verder levert Beveren bijna 19% van de totale tewerkstelling binnen de maritieme industrie. Dit resultaat is geen verrassing aangezien de Waaslandhaven zich voor het grootste deel op Bevers grondgebied situeert. Ook Zwijndrecht scoort hoog met 21 % van de werkende bevolking die in de haven aan de slag is. Kruibeke volgt met 15 %. “Het aandeel van de tewerkstelling wordt uiteraard beïnvloed door de afstand tussen de gemeenten en de haven”, zegt professor
Theo Notteboom.
“Vooral dokwerkers verkiezen dicht bij hun werk te wonen.” De studie hield wel enkel rekening met de directe tewerkstelling die blijkt uit de RSZ-gegevens. De cijfers van de jaarlijkse havenstudie van de Nationale Bank mogen vermenigvuldigd worden met een factor 2,38 om van directe naar totale tewerkstelling te gaan. Hierdoor komt het totale percentage van Beveren en Zwijndrecht dus boven de 50 %. Volgens professor Notteboom zal het aantal indirecte banen in deze gemeenten mogelijk nog hoger liggen gezien hun ligging nabij de haven. Het gaat dan vooral om lokale dienstverlening zoals transportfirma’s, gemeentelijke ambtenaren, tuinonderhoud, bouwfirma’s, garages, enz.
1
#1
Waaslandhaven
IN BEELD #2
#1 G-ploeg Waasland-Beveren in het nieuw Voetbalclub Waasland-Beveren heeft zijn G-ploeg, een aangepaste voetbalploeg voor personen met een lichamelijke of verstandelijke handicap, in een nieuw jasje gestoken. Letterlijk, want alle spelers en trainers hebben nieuwe wedstrijd- en trainingsoutfits gekregen. “Zo komt nu ook onze G-ploeg professioneel voor de dag en is de binding met de moederclub compleet”, klinkt het bij het clubbestuur. De 31 spelers en 4 trainers van GFC Waasland-Beveren kregen de gloednieuwe trainingspakken en wedstrijdtenues overhandigd door CEO Dirk Poppe, in het bijzijn van
2
Peter Van de Putte, directeur van Maatschappij Linkerscheldeoever, de sociale partner en sponsor. De wedstrijdtenues zijn haast identiek aan die van het Aelftal. Op de voorzijde prijkt het clublogo met daaronder dat van shirtsponsor Maatschappij Linkerscheldeoever. Bovenaan op de achterzijde staat het logo van GFC Waasland-Beveren, daaronder de rugnummer. Je kan de G-ploeg aan het werk zien in het Puyenbekestadion in Sint-Niklaas, waar zij haar thuiswedstrijden speelt.
#2 Pendelproject Waaslandhaven Het pendelproject dat mensen van en naar hun werk in de Waaslandhaven
brengt, heeft er zijn vijfde jaargang opzitten. Tijd om de trouwste gebruiker eens te bedanken, dachten de mensen van Linkeroeverpendel. Pascale Mawet, werkneemster bij TCI Europe nv, heeft tijdens deze vijf jaargangen maar liefst 1766 keer de pendelbus naar het werk genomen, wat neerkomt op gemiddeld 220 reservaties per jaar (zo goed als elke werkdag dus). Pascale kreeg als trouwste gebruiker van de pendelbus een welverdiend geschenk. Linkeroeverpendel vervoerde trouwens in de voorbije 5 jaar niet minder dan 168.110 personen, goed voor een algemeen gemiddelde van 133 gebruikers per dag.
De vaste cargoscanner van de douane aan de Grensinspectiepost (GIP) is opnieuw in gebruik. In januari viel de scanner uit nadat een technische ruimte, door het uitvallen van bepaalde pompen, onder water was gelopen. De vaste scaninstallatie op de linkerscheldeoever is de belangrijkste van de vier scanners in de haven. Per jaar passeren er gemiddeld 30.000 containers. De cargoscanner kan normaal in negen minuten tijd de lading in beeld brengen. Sinds januari moest de douane zich behelpen met twee mobiele scanners, maar die zijn minder efficiënt en geven enkel een zijbeeld terwijl de vaste scanner ook aan de bovenkant de lading scant. Er worden maatregelen genomen om de kans op waterschade in de toekomst te verkleinen.
#3
NIEUWS
bedrijven #3 Bilfinger ROB stoomt ‘technoteens’ klaar Het bedrijf Bilfinger ROB heeft voor de eerste keer deelgenomen aan het evenement ‘Technoteens’. Dit initiatief promoot technische beroepen bij laatstejaars van het lager onderwijs. Bilfinger ROB kreeg 57 leerlingen van GBS De Toren uit Melsele over de vloer. De jongeren kregen een rondleiding in het bedrijf en in de haven. “We hopen dat toch enkele leerlingen de smaak te pakken hebben gekregen en in het secundair kiezen voor een technische opleiding”, zegt personeelsdirecteur Jens De Wael. Bilfinger ROB is vooral gespecialiseerd in het onderhoud van pijpleidingen en procesinstallaties en stelt samen met zusterfirma Bilfinger In-
dustrial Servies meer dan duizend mensen tewerk. Het is hiermee één van de grootste werkgevers in de Waaslandhaven. “Jammer genoeg is het ontzettend moeilijk om alle vacatures in te vullen”, vervolgt De Wael. “We zitten hier met verschillende knelpuntberoepen zoals pijpfitters en lassers. Het vraagt grote inspanningen om deze functies in te vullen. We promoten daarom technische opleidingen en zetten onze deuren open voor een grote groep stagiairs. Daarnaast organiseren we zelf opleidingen en zijn we één van de drijvende krachten achter de Pipetech Academy. Door deel te nemen aan Technoteens willen we het belang van technische beroepen onderstrepen. Ze vormen immers de motor van onze economie en zijn broodnodig voor de toekomst van ons bedrijf.”
Het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen heeft het boekjaar 2014 afgesloten met een winst van 88,7 miljoen euro. Dat staat in de jaarrekening die de raad van bestuur heeft goedgekeurd. Dit is heel wat meer dan de 54,6 miljoen euro winst in 2013. De behandelde ladingvolumes en de totale brutotonnenmaat van de zeeschepen zijn in 2014 toegenomen wat, samen met de tariefaanpassing van 1,2 %, de omzetcijfers positief beïnvloed heeft. Daarnaast daalden ook de personeelskosten met 1,4 %. Belangrijkste reden daarvoor is de daling van het aantal voltijdse equivalenten van 1.654 naar 1.584. Die evolutie ging niet gepaard met naakte ontslagen.
3
NATUUR
Negentig beschermde dier- en plantensoorten leven binnen het Antwerpse havengebied. Het is een hele uitdaging om die vaak waardevolle en soms uitzonderlijke fauna en flora te laten respecteren door en te laten samenleven met het bedrijfsleven in het havengebied. Die uitdaging was de aanleiding voor de
opmaak van het soortenbeschermingsprogramma. Een belangrijke inbreng daarbij kwam van de afdeling Natuurpunt Wase Linkerscheldeoever (WAL). Johan Baetens van Natuurpunt WAL doet een en ander uit de doeken over het soortenbeschermingsprogramma.
In de haven leren industrie en natuur steeds beter samenleven “De bedoeling van het project is om natuur en industrie te verzoenen”, vat Baetens de kerngedachte van het programma samen. “In de aanvangsjaren gebeurde dat aan de hand van casestudies. Daarvoor is een soort uitgekozen die het meest succesvol was, de oeverzwaluw. Zoals de naam het zelf zegt, is de oeverzwaluw een vogel die in de afkalvende oevers zit. Door de bouw van de Sigmadijk kalven de oevers van de Schelde niet meer af. Daardoor ontbreken de rechtopstaande wanden die de oeverzwaluw nodig heeft.”
Is er voor de oeverzwaluw nog een oplossing in het havengebied?
uitbouwen. Van daaruit kreeg het soortenbeschermingsprogramma vorm.”
Compensaties Wat is eigenlijk het doel van dat programma? JB: ”Een netwerk van ecologische infrastructuur uitbouwen. Op die manier willen we de zwaar beschermde fauna en florasoorten een onderkomen geven. De daarvoor gevraagde percelen zijn allemaal overheidsgronden, zodat het geen belasting wordt voor de bedrijven. In dat netwerk van zes- à zevenhonderd hectare willen we duurzame populaties uitbouwen. Op die manier vermijden we dat de bedrijven er nog last van hebben.”
Kan je dat met een voorbeeld duidelijk maken?
Johan Baetens: “In het havengebied gebeuren veel werfwerken en staan er ook veel zandstocks. Zij vormen een surrogaatbiotoop voor de ontbrekende oevers. Als bedrijven een zandstock op hun terrein hebben liggen, dan gaan we voor de start van het broedseizoen met de bedrijfsleiding praten. Bedoeling is om hen te overtuigen er voor te zorgen dat een deel van die stock steeds een rechte wand heeft, zodat de oeverzwaluwen over broedplaatsen kunnen beschikken. Het is een succesvol initiatief gebleken dat we verder konden
4
JB: ”Een goed voorbeeld is de rugstreeppad, een Europees beschermde pad. Het dier leeft vooral in duinbiotopen of heidegebieden, kortom zand en nog eens zand met af en toe een plas die in de zomer droog valt. In het havengebied worden de gronden echter massaal opgespoten met een explosie van de soort tot gevolg. De rugstreeppad is zodanig beschermd dat, als ze in een gebied voorkomt, niets meer mogelijk is. Voor een bedrijf is dat uiteraard geen goede zaak. Aan de oplossing van dat probleem werken we al jaren via een systeem van compensaties.”
Hoe gaat dat in zijn werk? JB: ”Als de rugstreeppad voorkomt in een gebied dat een bedrijf wil ontwikkelen, gaan we binnen het netwerk poelen aanleggen om de populatie van het betrokken terrein op te vangen. Daardoor zijn alle verplichtingen op de
bedrijfsterreinen van de baan. Met het Soortenbeschermingsprogramma hebben we daar ook eindelijk een einddoel aan kunnen koppelen, in dit geval een populatie van 800 volwassen dieren. Eens dat doel bereikt wordt, zullen er voor de rugstreeppad geen compensaties meer nodig zijn. Zij zal dan een duurzame, levensvatbare populatie hebben bereikt in het netwerk van ecologische infrastructuur. Vanaf dat ogenblik zullen we enkel nog, indien nodig, de bedrijven helpen bij het afvangen en overzetten van de dieren wanneer het terrein waar ze leven verder ontwikkeld wordt. Daarmee is de filosofie van het project samengevat: constructieve samenwerking en via concrete projecten goed doen voor zowel haven als natuur.”
Het is zeker geen evidente uitdaging om industrie en natuur met elkaar te verzoenen? JB: ”Voor geen van beide partijen is dat een evidente uitdaging. We stellen gelukkig vast dat vele bedrijven ervoor open staan. Het soortenbeschermingsprogramma is een belangrijke stap in de goede richting, maar dat neemt niet weg dat we af en toe nog eens tegen een muur botsen. Het is dan een kwestie van geduldig en begripvol te blijven om de ongerustheid weg te nemen.”
14 paraplusoorten Wie of wat verdient daarnaast nog bescherming in het havengebied? JB: ”Er zijn bijvoorbeeld elf soorten orchideeën. Alle inheemse, natuurlijke orchideeën in Vlaanderen zijn beschermd. De groenknolorchis geniet zelfs bescherming op Europees vlak Het is zelfs zo dat 99,99 % van de Belgische populatie van deze orchidee
in het Antwerpse havengebied staat. Voor de groenknolorchis zijn zelfs compensaties niet mogelijk. In het soortenbeschermingsprogramma is het de bedoeling om naar meer groeiplaatsen te gaan. Daarom kijken we uit naar een tweede hydrologisch onafhankelijke groeiplaats. Die is noodzakelijk om te vermijden dat de populatie ooit zou inzakken als gevolg van boringen ergens in het gebied.
van het netwerk mee aftoetsen. Voor deze paraplusoort was er bij de opmaak sprake om de soort te vervangen door een zeldzame, beschermde kever, maar een vlinder spreekt toch meer aan. Hij verdween dus niet uit het programma, maar blijft de mascotte van droog schraal grasland waar nog een heleboel andere beschermde (meeliftende) soorten van profiteren.”
Daarnaast zijn er nog soorten die aan riet en water gebonden zijn. De blauwborst is daar een mooi voorbeeld van en er is ook de bruine kiekendief. Beide zijn binnen het soortenbeschermingsprogramma trouwens paraplusoorten. Al wat ten bate van deze 14 soorten ondernomen wordt, is ook goed voor het duurzaam voortbestaan van 76 andere beschermde, meeliftende soorten. Door deze aanpak is vermeden dat er 90 in plaats van 14 soortenbeschermingsprogramma’s gemaakt moesten worden.”
Houdt het windturbinepark dat in de haven komt rekening met het programma?
Wat als soorten minder zeldzaam worden? JB: ”Het bruin blauwtje, een heel mooie dagvlinder, is daar een goed voorbeeld van. Bij de opstart van soortenbeschermingsprogramma was het bruin blauwtje wel degelijk een beschermde soort. De vlinder is inmiddels overgeschakeld naar een andere waardplant,dat is de plant waarin de vlinder zijn eitjes legt. Vroeger legde het bruin blauwtje zijn eitjes in het veel zeldzamere geel zonneroosje, nu in het meer algemeen voorkomende ooievaarsbekje. Door die evolutie komt het dat het bruin blauwtje een algemeen voorkomende vlindersoort werd. In het kader van het soortenbeschermingsprogramma blijft het bruin blauwtje wel een grote impact hebben, omdat we er de connectiviteit tussen de verschillende onderdelen
JB: ”Alle gekende trekbewegingen van vogels en vleermuizen zijn in kaart gebracht. Daar is rekening mee gehouden voor het bepalen van locaties die voor zulk windmolenpark in aanmerking kwamen. Voor vleermuizen is een windmolen, als hij niet draait, zeker geen probleem. Windturbines draaien overigens het meest vanaf 4 Beaufort. Voor een vleermuis is dat vaak te veel wind om te kunnen vliegen.”
Welke zijn de concrete verwachtingen van het soorten-beschermingsprogramma? JB: ”We zijn overtuigd dat de slaagkansen ervan zeer groot zijn. Over vijf jaar zal dit uitmonden in een netwerk waarin alle 90 soorten een gunstige staat van instandhouding of populatieniveau zullen bereiken waardoor ze op lokaal niveau niet langer bedreigd zijn. Dat zal tegelijk de rechtszekerheid voor de bedrijven garanderen. Het is onze verwachting dat bedrijven zelf tot natuurinrichtingsprojecten zullen overgaan van zodra de fauna- en florapopulaties op niveau zijn. Dat zal openlijk de deuren openzetten om industrie en natuur nog meer samen aan bod te laten komen. “
De haven van Antwerpen heeft de komende tweeënhalf jaar 1876 vacatures in de logistieke en industriële sector in te vullen. Het vereiste of gewenste opleidingsniveau voor deze functies situeert zich voornamelijk op bachelorniveau of algemeen secundair onderwijs. Toch blijkt uit onderzoek dat 17 % van de vacatures in de haven doorgaans na 6 maanden nog steeds niet is ingevuld. Volgens het Havenbedrijf zijn er dus heel wat potentiële arbeidskrachten die blijkbaar onvoldoende hun weg vinden naar de beschikbare vacatures in de haven. Men wil nu het imago van de haven als aantrekkelijke werkgever oppoetsen. Daarbij zijn jeugd en allochtonen relevante doelgroepen. Meer nieuws over opleidingen en jobs kan je vinden op www.portofantwerp.com/jobs en www. talentenstroom.be of je kan gewoon naar onze jobbeurs komen - zie p.12!
NIEUWS
bedrijven Het chemisch op- en overslagbedrijf ITC Rubis Terminal aan de Blikken in Verrebroek heeft de bouw aangekondigd van 14 nieuwe tanks met een totale opslagcapaciteit van 45.500 m3 voor chemicaliën. De terminal is operationeel sinds oktober 2010. De geplande uitbreiding brengt de capaciteit op een totaal van 155.000 m3 voor de opslag van chemicaliën en gassen. De nieuwe opslagcapaciteit, bestaande uit zowel koolstofvrije als roestvrijstalen tanks, wordt in gebruik genomen in de loop van 2016. De uitbreiding omvat eveneens twee nieuwe scheepsdokken en een dok voor binnenschepen. Dat is bijna een verdubbeling van de huidige maritieme faciliteiten. ITC Rubis heeft in zijn concessie de mogelijkheid om nog verder uit te breiden tot een totale capaciteit van 800.000 m3 voor de opslag van chemicaliën, petroleumproducten en gassen.
5
JOB in de kijker Stock controller
Vrouwen aan de macht bij Yusen Logistics In elke nieuwsbrief zetten we een beroep uit de Waaslandhaven in de kijker. Deze keer gingen we langs bij Yusen Logistics in Melsele. Katja Van Craenenbroeck (39) was in 1996 de eerste vrouw die in het magazijn aan de slag ging. Intussen is ze opgeklommen tot stock controller en maken meer vrouwen dan mannen er de dienst uit. Yusen Logistics Benelux is een wereldspeler op het vlak van distributie, opslag en logistiek. De vestiging aan de Keetberglaan in Melsele werd twintig jaar geleden opgericht onder de naam New Wave Enterprise. Het was toen, en is nog steeds, het enige magazijn in de Waaslandhaven met twee verdiepingen. In totaal is er liefst 35.000 m2 vloeroppervlakte. De Japanse eigenaar wou zo zuinig mogelijk omspringen met de beschikbare ruimte. De benedenverdieping wordt vooral gebruikt voor de stockage van farmaceutische producten, iets waarvoor het bedrijf een bijzondere licentie heeft. Nog op het gelijkvloers worden auto-onderdelen gestockeerd. De bovenverdieping is vooral voorbehouden voor onderdelen van kopieermachines en printers van Konica Minolta en voor stockage van auto-onderdelen. In totaal stelt Yusen Logistics in ons land 450 mensen tewerk van wie er 120 een logistieke functie hebben zoals orderpicker. Omdat er vaak een beroep wordt gedaan op interimarbeid heeft Synergie een eigen kantoor in het bedrijf. Daarnaast is Yusen Logistics al
6
meer dan 20 jaar verantwoordelijk voor alle magazijnactiviteiten van het naburige Pioneer. Katja Van Craenenbroeck ging een jaar na de opening van het magazijn als interimkracht aan de slag. “Dat was in april 1996”, blikt ze terug. “Ik was afgestudeerd en had me ingeschreven bij een interimkantoor. Het werk beviel me meteen en na een half jaar kreeg ik al een vast contract als magazijnarbeider.” Katja was bij de start nochtans de vreemde eend in de bijt. “Toen ik begon was ik de enige vrouw”, lacht ze. “De slinger is echter doorgeslagen in de andere richting want
nu maken vrouwen de meerderheid van het personeel uit. Ik denk dat het werk soms wat te fijn is voor mannen. Sommige onderdelen zijn minuscuul klein en die behandelen ligt vrouwen net iets beter. Er zijn uiteraard ook nog heel wat mannen aan de slag maar meestal doen zij het zwaardere werk zoals laden en lossen.” De voorbije jaren proefde Katja van verschillende taken en was ze ook een tijdje teamleider. Nu werkt ze al een hele poos als stock controller. “Het is niet omdat je in een magazijn werkt, dat er geen doorgroeimogelijkheden zijn”, benadrukt ze. “De directie moedigt mensen net aan
om zoveel mogelijk functies onder de knie te krijgen. Tussen beide magazijnen wordt regelmatig personeel uitgewisseld. Je krijgt dus tijd om te zien waar je interesse ligt. De variatie van producten die je behandelt, maakt dat dit werk interessant blijft. Als stock controller moet ik ervoor zorgen dat alle producten zo correct en zo efficiënt mogelijk gestockeerd worden en sta ik ook nauw in contact met de klanten. Ik werk vooral op de bovenverdieping van het magazijn. In het begin deed dat wel een beetje vreemd aan maar binnen merk je er eigenlijk niks van. Het enige verschil met een magazijn op de begane grond is dat hier alles getransporteerd moet worden via één van de drie grote liften.” Na bijna twintig jaar komt Katja nog altijd met plezier werken. “De voldoening haal ik uit de tevredenheid van de klanten. Ook de variatie in het werk is plezant. Voor het automerk Isuzu hebben we alle onderdelen in huis van de uitlaat tot een knipperlicht. Ik ken
zowat alle onderdelen van een auto maar vraag me niet om te zeggen waar juist welk onderdeel zit”, lacht Katja. “Voor herstellingen aan mijn eigen auto moet ik dus ook nog altijd langs bij de garage.” Katja woont in Beveren en is dus elke dag in een mum van tijd op het werk. “De meeste collega’s zijn trouwens van de streek”, weet ze. “Sommigen zijn er net als ik al van bij de start bij. Er is hier natuurlijk ook verloop, zoals bij elk groot bedrijf. Sommige mensen doen dit werk een tijdje en beslissen dan om verder te studeren of vinden elders werk dat hen meer ligt. We nemen hen dat niet kwalijk. Je moet je in de eerste plaats goed voelen in je job. Het personeelsteam is een goed geoliede machine en dat moet ook. Een klant als Konica Minolta met de Europese hoofdzetel in het Duitse Langenhagen kan tot half zes ‘s avonds orders doorgeven die ’s nachts of de volgende dag reeds bij de technici en dealers geleverd worden. Het halen van die deadlines is elke dag een uitdaging.”
Verborgen plekjes in de Waaslandhaven: kop van het Deurganckdokkdok
Aannemers zijn bezig het Deurganckdok in Doel tegen een recordtempo af te werken. De westkant van de ‘MSC PSA European Terminal’ of kortweg MPET moet binnen minder dan een jaar operationeel zijn. De terminal zal uitgerust zijn met 39 kaaikranen met een reikwijdte van 25 containers breed voor de nieuwe generatie ultragrote schepen. Na de volledige afwerking zal MPET de volledige westkant van het Deurganckdok in gebruik nemen, evenals 800 meter van de oostkant. Met een capaciteit van 9 miljoen containers, een kaailengte van 3.550 meter en een terrein van 240 hectares, zal MPET de grootste containerterminal in Europa zijn.
NIEUWS
bedrijven
De Waaslandhaven is een uitgestrekt gebied en hier en daar zijn nog heuse verborgen pareltjes te vinden. In onze nieuwsbrief gaan we in elke editie op zoek naar een onbemind of onbekend plekje. Dit keer trokken we naar de kop van het Deurganckdok. Omdat het een getijdendok is, kunnen schepen het dok rechtstreeks invaren van op de Schelde zonder door een sluis te moeten. Wat weinig mensen weten is dat de kop van het dok onbebouwd is gebleven. Aan de kant van het Geslecht moest er ruimte worden vrijgelaten voor een hoogspanningspyloon. Aan de kant van het dorp Doel kan je tot aan de radartoren rijden via de Liefkenshoekstraat. Je vindt aan weerszijden van het dok buitendijkse slikken en schorren waar vogels zich regelmatig komen bevoorraden.
De haven heeft vorig jaar 199.012.082 ton goederen behandeld. Dat is een stijging van 4,3 % in vergelijking met 2013. Het nieuwe overslagrecord dat eind vorig jaar al werd aangekondigd, wordt met deze cijfers nog scherper gesteld. De recordgroei wordt aangedreven door de overslag van containers (+5,9 %) en van vloeibaar massagoed (+5,6 %). Negatieve cijfers werden opgetekend voor het conventionele stukgoed (-2,0 %) en de droge bulk (-6,1 %). De voorbije 12 maanden deden er 14.009 zeeschepen de haven aan. Dat is 1,5 % minder in vergelijking met dezelfde periode van vorig jaar. De brutotonnenmaat steeg wel, omdat er steeds meer ultragrote containerschepen langskomen. Vorig jaar waren dat 266 schepen, 68 meer dan het jaar voordien.
7
DOSSIER
VEILIGHEID Cepa wil arbeidsongevallen in haven fors terugdringen Op 11 april jongstleden kwamen er in de Waaslandhaven drie mensen om het leven bij een arbeidsongeval. Het personeel en het bestuur van Maatschappij Linkerscheldeoever betuigen langs deze weg hun medeleven met de families, vrienden en collega’s van de overledenen. Het dossier over veiligheid in deze Halo was al langer gepland, maar werd plots heel actueel. We kozen ervoor om - met alle respect voor de overledenen en hun nabestaanden - het dossier toch te publiceren, net omdat deze jammerlijke gebeurtenis aantoont hoe belangrijk het thema veiligheid in de haven is. Tegen 2020 wil Cepa, de Centrale der Werkgevers aan de Haven van Antwerpen, op het vlak van veiligheid in de haven een dubbele ambitie waarmaken: niet alleen moet de frequentie van de ongevallen verlagen, maar tegelijk moet ook de ernst van de incidenten drastisch verminderen. Met het oog daarop is als leidraad voor alle betrokkenen, zowel werkgevers als werknemers, een gemeenschappelijk globaal preventieplan uitgewerkt. De vaststelling dat de daling van het aantal ongevallen in de haven stagneerde, was de rechtstreekse aanleiding om het gemeenschappelijk veiligheidsbeleid in het havengebied te versterken. De werkgeversorganisatie en een groot aantal van de leden ondertekenden daarom een veiligheids- en gezondheidscharter.
Statistieken “Op het vlak van arbeidsongevallen scoren de havenactiviteiten nog steeds bijzonder slecht in ons land”, weet gedelegeerd bestuurder Paul Valkeniers van Cepa. “De aard van het werk in de haven, de zware
8
goederen en de zware machines verklaren waarom de risico’s in het havengebied veel hoger liggen. Ook al gelden er al bijzonder strenge veiligheidsvoorzieningen, er blijft nog een lange weg af te leggen, want elk arbeidsongeval is er één te veel.” Sinds 2006 is de frequentiegraad gedaald van 140 naar 85,88 per jaar, maar Cepa wil nog een betere score dan die daling van ongeveer 30 %. “Tegen 2020 streven we naar een daling van de frequentiegraad van 85,88 naar 50 en de ernstgraad van 2,92 naar 1,75. Dat komt neer op bijna een halvering van het aantal arbeidsongevallen”, schetst Valkeniers de ambities.
Veiligheidscharter Het veiligheidscharter kwam tot stand in overleg met de CEO’s van de bedrijven in de haven. “Het uitgangspunt is ‘Safety starts at the top’, maar veiligheid is een gedeelde verantwoordelijkheid. Ook voor werknemers is binnen het charter een cruciale rol weggelegd. Daarom hebben de drie havenbonden zich ook achter het charter geschaard”, aldus Valkeniers. Binnen dat veiligheidscharter bepalen de CEO’s op basis van hun bedrijfsspecifieke risico’s jaarlijks hun prioriteiten op het vlak van veiligheid. Cepa bundelt dan alle prioriteiten van de bedrijven om op die manier tot een jaaractieplan te komen voor de hele havengemeenschap. “Veiligheid is de taak van iedereen”, benadrukt Paul Valkeniers nogmaals. “We streven naar een gedragen veiligheidscultuur. Op langere termijn moet die ingesteldheid zijn vruchten afwerpen. Een concreet voorbeeld kan dit best illustreren: bedienden en havenarbeiders zijn te weinig op de hoogte van elkaars job, maar ze zijn
wel gedeeltelijk van elkaar afhankelijk omdat ze beiden een schakel vormen van dezelfde keten. Wanneer een bediende weet dat een schip in de vorige haven niet optimaal geladen werd, kan hij samen met de leidinggevende havenarbeiders de meest veilige werkmethode uitzoeken. Zo bouwen we tegelijk aan een productieve haven waar het ook veilig werken is.” Met het veiligheidscharter uit 2013 richtte Cepa zich in eerste instantie tot de grote bedrijven. Op dit moment hebben bijna alle grote ondernemingen, die samen ongeveer 85% van de havenarbeiders tewerkstellen, het charter ondertekend. Nu stimuleert Cepa ook de kleine en middelgrote ondernemingen om hetzelfde te doen.
Veiligheid en productiviteit Zeker in de haven gaan veiligheid en productiviteit hand in hand. In de haven zijn er trouwens ceelbazen en foremannen die zowel op het vlak van veiligheid als van productiviteit zeer goed scoren. “Daar kunnen we veel van leren”, is de mening binnen Cepa. “Veiligheid komt nu sterk aan bod in de opleiding van de havenarbeiders, maar we willen dit regelmatig opfrissen. We moeten de havenarbeiders sensibiliseren zodat zij elkaar aanspreken op risicovol gedrag. Er moet veel aandacht besteed worden aan het veiligheidsbewustzijn bij nieuwe havenarbeiders, zowel bij de selectie als tijdens de stage. Gedurende de eerste twaalf maanden krijgen ze extra begeleiding van het instroombegeleidingsteam. Dat zal het veiligheidsbewustzijn en -gedrag mee aansturen en begeleiden.”
Veiligheid rode draad in magazijnen van Rhenus Logistics Sitemanager Ruben Drijkoningen van de logistieke dienstverlener Rhenus Logistics aan de Kruipin in Kallo is helemaal mee met het veiligheidsverhaal. Het bedrijf beschikt in de Waaslandhaven over zo’n 60.000 m² magazijnruimte voor een dertigtal klanten. Rhenus behandelt zowel treinwagons als containers en vrachtwagens voor het lossen en laden, evenals het herverpakken en herlabelen van de goederen.
Wat is de aard van de goederen die op de site aan de Kruipin behandeld worden? Ruben Drijkoningen: Het is onze grote troef dat we verschillende soorten goederen behandelen: van grondstoffen over half afgewerkte producten tot afgewerkte producten in de sectoren textiel, healthcare, chemie en verpakte voeding. Assemblage doen we op deze site maar in zeer beperkte mate.
Wat is de grootte van de volumes die bij Rhenus Logistics in Kallo belanden? De gebruikte vorkliften kunnen dat het best illustreren. Wij gebruiken hier alleen vorkliften van anderhalf tot zestien ton. Dergelijke reuzen vragen bijzondere aandacht. Cepa doet er alles aan om de mensen te trainen, maar voor ons is dat nog niet genoeg. De werknemers worden daarom getraind op specifieke kwalificaties. We hebben ook aandacht voor een herhalingsfrequentie van die opleidingen. Niet elke vorkliftchauffeur mag dus zomaar met deze grote vorklifts rijden.
Waarin zitten de verschillen in onder meer het veiligheidsaspect? De basisveiligheid blijft dezelfde. Omwille van klantspecifieke eisen moeten onze chauffeurs wel geattesteerd zijn met een bewijs dat ze een specifieke opleiding gevolgd hebben. Daarnaast zijn er aspecten die voor iedereen in het bedrijf belangrijk zijn, zoals oogcontact, de 3-meterregel voor de scheiding tussen mens en machine, standaardveiligheid met onder andere veiligheidsschoeisel, fluorescerende kledij of stootpetten voor het werk in containers.
Wordt dat ook allemaal nauwgezet gecontroleerd op de werkvloer? Absoluut! De leidinggevenden binnen het bedrijf zijn natuurlijk doordrongen van het veiligheidsbeleid van de onderneming. Anders is het onmogelijk om dat naar anderen uit te dragen. Het is mijn gevoel dat er in de haven in het algemeen een cultuur is van ‘we lossen dat wel op’, maar dat is volgens mij gevaarlijk. Zelfs de kleinste risico’s mogen niet zomaar opzijgezet worden. Ik geef toe dat het niet gemakkelijk is om dit te laten doordringen. De juiste mentaliteit is zeker nog niet altijd aanwezig, maar gelukkig zijn de regels de voorbije jaren al verstrengd.
Wat als er toch een incident gebeurt? Als er iets gebeurt, moet dat onmiddellijk gemeld worden. Dan volgt een time-out om even te overleggen over de aanleiding van het incident en om te brainstormen over hoe dat in de toekomst vermeden kan worden. Door kleine voorvallen uit te
schakelen, vermindert de kans op grotere incidenten. Veiligheid is een continu proces. We leren van elkaar en we worden steeds strenger en strenger. Onze klanten worden ook strenger en dat is de jongste jaren eveneens het geval met Cepa. Door beetje bij beetje de norm te verhogen, komen we uiteindelijk wel terecht bij de beoogde doelstelling.
Heeft u het gevoel dat het veiligheidsbeleid concrete resultaten oplevert? Ja, toch wel. De resultaten in de arbeidsongevallenstatistieken zijn een meetbaar gegeven. Dat geldt ook voor de conclusies van audits van klanten en controlerende organismen. Als er dan toch problemen, vragen of twijfels zijn, aarzelen we niet om bij Cepa aan te kloppen om aan de preventieadviseurs raad te vragen. Het is onder meer daaruit dat het idee kwam om stootpetten te gebruiken bij de trafiek van containers met lege biervaten. Dat blijkt onze gevaarlijkste behandeling te zijn met de meeste ongevallen. De vaten liggen los gestapeld en een incident is gauw gebeurd. Helmen zijn in de zomer zeker niet aangewezen, want te warm en plomp. Stootpetten zijn handiger en verlagen ook de risico’s op verwondingen. Ook een nette omgeving is voor ons belangrijk. Daarom zijn er dagelijks twee mensen onderweg in de magazijnen met een natte en een droge veegmachine. Hoe minder rommel op de vloer ligt, hoe minder kans er is dat een werknemer erover struikelt. Met vallen en opstaan, en door ervaring worden stelselmatig risico’s op incidenten verminderd en uitgesloten.
9
Kleurrijke Deurganckdoksluis vult zich met water Na meer dan twee jaar zijn de betonwerken in de Deurganckdoksluis zo goed als klaar en zal het Scheldewater vanaf eind april de sluis vullen. Eén van de blikvangers is een reuzengrote graffititekening van de Wetterse kunstenaar Gunther ‘Cazn’ Baeyens. De muurschildering is 320 meter breed en 9 meter hoog.
De Deurganckdoksluis krijgt langzaam maar zeker vorm. De betonwerken zijn, op enkele bovengrondse constructies na, klaar. Rond de tijd dat deze Halo verschijnt, wordt de sluis normaliter gevuld met Scheldewater. Intussen zijn ook de vier sluisdeuren op transport gezet richting Waaslandhaven. De gigantische deuren werden, samen met onder meer twee bruggen voor spoor- en wegverkeer, gemaakt op de werf van de Chinese staalconstructeur ZPMC.
De Deurganckdoksluis wordt echter vier meter dieper gebouwd dan de Berendrechtsluis, om te kunnen inspelen op de schaalvergroting van de schepen. Dat vertaalt zich in vier gigantische sluisdeuren met afmetingen van ongeveer 70 meter lengte, 11 meter breedte en 27 meter hoogte. De deuren wegen 2000 ton per stuk. Het invaren van de sluisdeuren wordt nog een huzarenstukje, dat minstens twee weken in beslag zal nemen.
Waaslandhaven krijgt grootste windmolenpark op vasteland In de Waaslandhaven is het startschot gegeven voor de bouw van het grootste windmolenpark op Belgische bodem. De NV Wind aan de Stroom zal in een eerste fase 15 windmolens realiseren. De turbines zullen samen liefst 35.000 gezinnen van groene stroom voorzien. Op termijn komen er een 40 tot 50 windmolens in het havengebied. Dit voorjaar zijn de funderingswerken gestart voor een eerste reeks van 15 windturbines. De windmolens zelf worden geleverd door Siemens Windpower uit Denemarken. Het gaat om hoogtechnologische turbines van 3 megawatt die een hoogte hebben van 115 meter en een rotor-diameter van 113 meter. Het gaat om een investering van 70 miljoen euro. De eerste windturbines komen te staan bij volgende bedrijven: Antwerp Gateway, Borealis, Euroports, Global Container Services, Indaver, Luiknatie, Norbert Dentressangle, Sea Port Terminals, Tabaknatie en Van Loon Transport. “De eerste 15 windmolens zijn voldoende om 35.000 Vlaamse gezinnen van groene stroom te voorzien”, zegt Giovanni Vercammen, directeur van NV Wind aan de Stroom. “Hiermee hebben we in één klap het grootste windmolenpark van het land op het vasteland. Vanaf mei worden de molens gebouwd en de oplevering zal voor oktober zijn. Afhankelijk van de vergunningen hoopt NV Wind aan de Stroom op termijn tussen de 40 en 50 turbines te kunnen plaatsen. Ook Eandis draagt zijn steentje bij. De
10
turbines in de Waaslandhaven worden ‘slimme windmolens’. Zo zullen ze onder meer worden aangestuurd door het weerbericht. Normaal wordt bij de bouw van windturbines uitgegaan van het maximale vermogen van de molens, om zo windpieken te kunnen opvangen. Dat vergt echter extra investeringen, in zwaardere kabels en nieuwe elektriciteitscabines. Voor het eerst in Vlaanderen gaat Eandis nu de windmolens uitrusten met een slimme aansturing. “Als er veel wind wordt voorspeld, kunnen we aan grote stroomverbruikers uit de haven vragen meer stroom te verbruiken om zo de windpiek op te vangen. Dat kan door
bijvoorbeeld extra koelinstallaties in te schakelen”, zegt woordvoerder Simon Van Wymeersch. “Verder zullen we continu de stroom meten. Wordt die te hoog, dan worden de wieken uit de wind gezet om het vermogen te doen dalen.” De Vlaamse regering is het project genegen. “Hiermee zetten we opnieuw een belangrijke stap richting de door Europa opgelegde doelstelling om tegen 2020 ten minste 13 procent van de energieconsumptie in dit land uit hernieuwbare bronnen te halen,”, zegt Vlaams minister van Energie Annemie Turtelboom.
Ontdek de haven vanop de bus!
Tegen die tijd moet het graffitikunstwerk klaar zijn. Door het wisselende waterpeil zal het volledige werk niet altijd zichtbaar zijn. “Ik heb met deze eigenschap gespeeld”, zegt graffitikunstenaar Gunther ‘Cazn’ Baeyens. “Bij lage waterstand krijg je alles te zien, bij hoge waterstand slechts een deel. Het is trouwens niet zomaar een tekening, maar een heus verhaal.” De kunstenaar werkte al mee aan verschillende grote projecten, maar solo is dit wel de grootste opdracht in zijn
25-jarige carrière. “De omstandigheden zijn bijzonder omdat we continu werken op grote hoogte. Uiteraard heb ik ook rekening gehouden met het Scheldewater dat er in de toekomst tegen zal klotsen. Ik wil niet dat deze tekening na enkele jaren al is weggeveegd en daarom komen er enkele lagen vernis over.” Tegen eind maart 2016 moet Deurganckdoksluis operationeel zijn.
de
Je las het misschien al eerder in dit magazine, maar wist je dat je net zoals vorig jaar de haven kan verkennen vanop de bus? MLSO organiseert samen met het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen bustours in onze haven. Deze keer zijn er maar liefst vijf data waarop u de haven kan ontdekken. Op de eerste bustours verwelkomen we jongeren die geboeid zijn door de haven en haar talrijke, variërende jobs die je er kan uitoefenen. Inschrijven voor deze tour kan enkel als je tussen 17 en 30 jaar oud bent. Een overzicht van de bustours: • Zaterdag 30 mei: thema jongeren en werk. • Zondag 31 mei: thema ontdek de haven! • Zaterdag 6 juni: thema ontdek de haven! • Zaterdag 13 juni: thema ontdek de haven! • Zaterdag 27 juni: thema ontdek de haven! De bustours vertrekken telkens om 13.00 u. stipt aan de bibliotheek van Beveren. Einde is voorzien omstreeks 17.00 u., op dezelfde plek.
Masterclasses bereiden leerlingen nog beter voor op job in de haven De leerlingen van het 7de jaar Haventechnieken van het GTI in Beveren kregen recent een instructeur van de firma Loctite over de vloer. Deze legde de leerlingen in een aparte masterclass uit hoe ze met hun producten in een havenomgeving aan het werk kunnen gaan. Naast lijmproducten voor industrieel gebruik ging het onder meer over reinigen en herstellen van machineonderdelen, het afdichten van brandstofslangen enz. “Lijmen staat niet expliciet in de leerplannen, wat wil zeggen dat de leerlingen het normaliter dus niet moeten leren op school”, zegt Pascal De Rop, directeur van het GTI. “Toch is dit iets wat ruim toegepast wordt bij werkzaamheden aan havenvoertuigen, waardoor we deze leerstof wel willen aanbieden. Daarom is deze masterclass een absolute meerwaarde voor de leerlingen als ze richting arbeidsmarkt trekken. Naast de ruime basiskennis die ze in onze gewone lessen opbouwen, krijgen ze hier een zeer
nuttige aanvulling. Een troef voor iedere leerling die aan de slag wil bij een bedrijf in de Waaslandhaven.” Dergelijke masterclasses kosten al snel een bom geld. Het GTI gaat hiervoor op zoek naar sponsors in de haven. De masterclass van Loctite werd gesponsord door Maatschappij Linkerscheldeoever, grondbeheerder in de Waaslandhaven. “In ons strategisch beleidsplan staat onder andere dat we maximale tewerkstelling willen creëren in de Waaslandhaven,” zegt Boudewijn Vlegels voorzitter van MLSO. “Als wij op deze manier lokale jongeren meer kansen kunnen bieden op een baan in de Waaslandhaven, vinden we dat een nuttige investering. Aan de andere kant nemen de havenbedrijven arbeidskrachten van een hoog niveau in dienst, wat voor hen ook een goede reden is om in de Waaslandhaven gevestigd te blijven. Twee keer winst dus voor de haven.”
Inschrijven Inschrijven kan via e-mail:
[email protected] of via telefoon: 03 766 41 89 Er zijn 100 plaatsen per bustour voorzien. Indien je inschrijft via e-mail, graag duidelijk vermelden met hoeveel personen (max. 6) en waar je woont. Indien je inschrijft voor de bustour voor jongeren, graag ook leeftijd vermelden van alle deelnemers.
NIEUWS MLSO
Hola in de bus gekregen? Op 1 april viel het vier pagina’s tellende magazine Hola bij een aantal mensen in de bus. De uitgave leek verdacht sterk op hoe onze Halo er uit zag tot eind 2013. Met deze Hola, die verspreid werd door onbekenden, heeft MLSO echter niets te maken. Wie de teksten goed leest, kan niet anders dan vaststellen dat ze als aprilgrap bedoeld waren.
11
Combo’s van de Academies van Beveren en Sint-Niklaas
Bigband “Wase Wolf”
16 u. John Ghost eigenzinnige jazz
18 u.
Triopated
piepjong aanstormend jazztrio
20:30 u.
Anna Rune
knappe singersong writer
Jazz in de schaduw van Fort Liefkenshoek Fort Liefkenshoek Ketenislaan 4 (Haven 1974) 9130 Kallo
n: Kaarte assa)
Meer info:
[email protected] 03 750 15 80 www.beveren.be
R (k en 10 EU rkoop (voorve 8 EUR ) s en abo CC jdspa ies) (vrijeti 6 EUR en academ ng leerli
ZATERDAG 9 MEI vanaf 15 u.
Op zaterdag 9 mei slaan de muziekacademies van Beveren en Sint-Niklaas opnieuw de handen in elkaar voor een Verantwoordelijke uitgever: gemeente Beveren, Marc Van de Vijver, burgemeester, Stationsstraat 2, 9120 Beveren - lay-out: grafische dienst
uniek jazzproject in het schitterend kader van Fort Liefkenshoek en bij uitbreiding de hele Waaslandhaven!
WEDSTRIJD
De optredens van de leerlingen worden afgewisseld door optredens van professionals zoals John Ghost (16.00 u.) eigenzinnige jazz in de schemerzone, vervolgens Triopated (18.00 u.) een jong beloftevol jazztrio, en daarna als kers op de taart Anna Rune, een singersongwriter “pur sang” met band uit Rotterdam (20.30 u.).
Voor de prijsvraag van deze editie van Halo hebben we twee matchballen van de wedstrijd Waasland-Beveren - Sporting Lokeren weg te geven. Het was dé wedstrijd die voor Waasland-Beveren het behoud in eerste klasse verzekerde! Verder schenkt Wind aan de Stroom 5 externe universele opladers voor gelijk welke smartphone.
Tickets verkrijgbaar bij de dienst Toerisme in Beveren, in het onthaalpunt van Fort Liefkenshoek, bij De Casino in Sint-Niklaas en in de academies van Beveren en Sint-Niklaas.
Geef dus snel je antwoord op de prijsvraag: Hoeveel windmolens worden er in de eerste fase door W@S in de haven gebouwd?
Bedrijven, interimkantoren en KMO’s uit het hele Waasland en Hulst zullen aanwezig zijn op deze grensoverschrijdende beurs. Ook openbare besturen zullen er zijn om hun vacatures voor te stellen.
Bezorg ons je antwoord voor 15 mei 2015 via e-mail:
[email protected] of gewoon via de post: Maatschappij Linkerscheldeoever, Sint-Paulusplein 27, 9120 Kallo. Veel succes!
Ben je werkzoekend, of wil je graag een beter beeld krijgen van welke jobs je allemaal kan uitoefenen in de Waaslandhaven en omgeving? Kom dan zeker een kijkje nemen.
WERKEN IN DE WAASLANDHAVEN? KOM NAAR DE JOBBEURS! De Waaslandhaven wérkt, is niet voor niets de slagzin van MLSO. Werkgelegenheid is een van de grote troeven van de haven. Daarom organiseert MLSO samen met EGTS en enkele andere partners een jobbeurs op 22 mei a.s.
Dit jaar vindt de 20 editie plaats van het Waaslandhaventornooi. Op 9 mei aanstaande kunnen voetbalteams van alle bedrijven en organisaties die actief zijn in onze haven, het tegen elkaar opnemen. De winnaar van dit recreatieve tornooi mag zich een jaar lang kampioen van de Waaslandhaven noemen. ste
MLSO is fiere hoofdsponsor van dit evenement. Samen met KSK Kallo trachten we de bedrijven en de mensen die er werken op een sportieve manier samen te brengen. Supporters zijn zeker welkom. Meer info:
[email protected]
12
Schiftingsvraag: Hoeveel juiste antwoorden krijgen we op deze prijsvraag?
Meer weten over de jobbeurs? Neem een kijkje op de site van EGTS: www.egtslinieland.eu Praktisch Vrijdag 22 mei 2015 van 10.00 u. tot 16.00 u. Freethielstadion Waasland-Beveren Stadionplein 1 9120 Beveren De toegang is gratis.
HALO DIGITAAL 20STE WAASLANDHAVENTORNOOI DOET BEDRIJVEN BEWEGEN
Ook in het digitale tijdperk blijven we deze papieren - en milieuvriendelijke - versie van Halo zeker aanmaken, maar krijg je hem graag ook digitaal? Of ken je iemand die de papieren versie niet toegestuurd krijgt, en toch graag op de hoogte blijft van het reilen en zeilen in de haven? Stuur dan een e-mail met als onderwerp ‘Halo digitaal’ naar
[email protected], en de volgende editie van Halo valt als pdf in de mailbox.
Verschijnt 3 maal per jaar | V.U. Peter Van de Putte, Maatschappij Linkerscheldeoever, Sint-Paulusplein 27 - 9120 Kallo | T 03 766 41 89 | F 03 776 79 13 | E
[email protected]