VAATWASSER WD-4
Servicehandleiding
S/N:
Rhima-webshop.nl
Van datum: 01. 05. 2008
Rev.:
Rhima-webshop.nl
Rhima-webshop.nl
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
1. Veiligheidsinstructies ...................................................................... 1 1.1 Algemeen ......................................................................................................... 1.2 Transport .......................................................................................................... 1.3 Installatie .......................................................................................................... 1.4 Afwas- en naglansmiddel ................................................................................. 1.5 Bediening ......................................................................................................... 1.5.1 Warm water .............................................................................................. 1.5.2 Klemgevaar ............................................................................................... 1.6 Schoonmaken van de machine ....................................................................... 1.6.1 Reinigen onder hoge druk ........................................................................ 1.6.2 Buitenzijde van de machine ..................................................................... 1.7 Reinigen van de vloer ......................................................................................
1 1 2 2 2 2 2 2 3 3 3
1.8 Reparatie en onderhoud van de machine ........................................................ 3 1.9 Machine hergebruiken ..................................................................................... 3
2. Beschrijving van de werking ........................................................... 4 2.1 Algemeen ......................................................................................................... 4 2.2 Ontwerp ........................................................................................................... 5 2.2.1 Ontwerp van de machine, zonder afvoerpomp ......................................... 5 2.2.2 Ontwerp van de machine, met afvoerpomp .............................................. 7 2.2.3 Onderdelen, functies ................................................................................ 9 2.3 Werkingsprincipe, zonder afvoerpomp ......................................................... 10 2.3.1 Vullen en opwarmen ............................................................................... 10 2.3.2 Programmakeuze ................................................................................... 11 2.3.3 Afwassen ................................................................................................ 12 2.3.4 Legen, machine inwendig uitspoelen ...................................................... 13 2.4 Werkingsprincipe, met afvoerpomp ............................................................... 13 2.4.1 Vullen en opwarmen ............................................................................... 13 2.4.2 Programmakeuze .................................................................................. 14 2.4.3 Afwassen ................................................................................................ 15 2.4.4 Legen, machine inwendig uitspoelen ...................................................... 16 2.5 Andere functies, met of zonder afvoerpomp .................................................. 17 2.6 Controle afwasproces, met of zonder afvoerpomp ........................................ 18 2.7 Operationele storingen, met of zonder afvoerpomp ....................................... 19
Rhima-webshop.nl
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
3. Instelinstructies .............................................................................. 20 3.1 Instellen van de watertoevoer voor het naspoelen ........................................ 3.2 Instellen dosering afwasmiddel ...................................................................... 3.3 Instellen van de naglanspomp ....................................................................... 3.4 Diagnosefunctie ............................................................................................. 3.4.1 Tabellen met referentiewaarden en andere functies .............................. 3.4.2 Functie bedieningspaneel in de servicemodus ....................................... 3.4.3 Weergave tabelnummers en rijnummers ................................................ 3.4.4 Inschakelen van de servicemodus. Autorisatieniveau S1. ...................... 3.4.5 Tabel 00. Temperaturen, spoeltijden ...................................................... 3.4.6 Tabel 20. Instellingen voor alarmen etc. ................................................. 3.4.7 Tabel 50. Analoge ingangssignalen, diagnosewaarden ......................... 3.4.8 Tabel 60. Digitale ingangssignalen, diagnosewaarden .......................... 3.4.9 Tabel 70. Digitale ingangssignalen, diagnosewaarden Relaistest * ....... 3.4.10 Tabel 90. Diagnosewaarden. Korfteller ................................................ 3.4.11 Tabel A0. Basisinstelling * ....................................................................
20 21 22 23 23 24 25 25 26 26 27 27 28 29 29
4. Onderhoud ...................................................................................... 30 4.1 Reparaties aan en onderhoud van de machine ............................................. 4.1.1 Schade aan de machine ......................................................................... 4.1.2 Vervangen van kaarten ........................................................................... 4.1.3 Controle en onderhoud ..........................................................................
30 30 31 31
5. Problemen verhelpen ..................................................................... 34 5.1 Algemeen ....................................................................................................... 34 5.2 Problemen verhelpen ..................................................................................... 34 5.3 Storingsmeldingen ......................................................................................... 38
Rhima-webshop.nl
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Veiligheidsinstructies
1. Veiligheidsinstructies 1.1
Algemeen De machine is voorzien van een CE-markering, wat betekent dat de machine inzake de productveiligheid voldoet aan de eisen in de Europese machinerichtlijn. Productveiligheid betekent dat de machine zo is ontworpen dat persoonlijk letsel of schade aan voorwerpen wordt voorkomen. Aanpassing van de apparatuur zonder de goedkeuring van de fabrikant doet de productaansprakelijkheid van de fabrikant teniet. Om de veiligheid bij de installatie, de bediening en het onderhoud van de machine verder te verbeteren, moeten de gebruikers en het installatie- en onderhoudspersoneel van de machine de veiligheidsinstructies goed doorlezen. Schakel de machine bij een storing of defect direct uit. De machine mag alleen worden onderhouden door getraind onderhoudspersoneel. Regelmatige controles, als genoemd in de handleiding, mogen alleen worden uitgevoerd volgens de instructies. De machine mag alleen worden onderhouden door personeel dat hiervoor is geautoriseerd door de fabrikant. Gebruik originele reserveonderdelen. Neem contact op met een geautoriseerd onderhoudsbedrijf om een preventief onderhoudsschema op te stellen. Als het bovenstaande niet wordt opgevolgd kunnen gevaarlijke situaties optreden. Controleer voor het gebruik van de machine of het personeel de vereiste training heeft gekregen voor het werken met en het onderhoud van de machine.
1.2
Transport Behandel de machine met zorg bij het uitladen en transporteren om kantelen te voorkomen. Hef of verplaats de machine nooit zonder de houten verpakking van het platform.
Rhima-webshop.nl
1
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Veiligheidsinstructies
1.3
Installatie De elektriciteitskast mag alleen worden geopend door een gekwalificeerde elektricien of getraind personeel. De machine is gevoelig voor elektrostatische ontlading (ESD) en daarom moet een antistatisch polsbandje worden gebruikt bij het werken met de elektronica. Het aansluiten van waterleidingen mag alleen worden uitgevoerd door geautoriseerd personeel. De aansluiting van waterleidingen moet conform de richtlijnen van het plaatselijke waterleidingbedrijf worden uitgevoerd. Controleer de afdichting van wateraansluitingen voordat de machine in gebruik wordt genomen. Let op dat de hoofdspanning overeenkomt met het voltage dat is aangegeven op het typeplaatje van de machine. De machine moet worden aangesloten op een vergrendelbare hoofdschakelaar.
1.4
Afwas- en naglansmiddel Gebruik alleen afwas- en naglansmiddel dat is bedoeld voor industriële afwasmachines. Gebruik geen handafwasmiddel in de machine of bij het voorspoelen. Neem contact op met uw afwasmiddelleverancier voor het bepalen van het juiste afwasmiddel. Let op de risico’s bij het werken met afwas- en naglansmiddelen. Gebruik beschermende handschoenen en een veiligheidsbril bij de verwerking van afwasmiddelen voor afwasmachines. Lees de waarschuwingstekst op de flessen afwas- en naglansmiddel alsook de aanwijzingen van de afwasmiddelleverancier.
1.5
Bediening
1.5.1 Warm water De temperatuur van het was- en naspoelwater is 60°C en 85°C. Open de deur niet voordat de was- en naspoelfase afgelopen is.
1.5.2 Klemgevaar Wees voorzichtig bij het sluiten van de deur om schade door inklemming te vermijden.
1.6
Schoonmaken van de machine Het water in de tank is ca. 60ºC en is vermengd met afwasmiddel. Wees voorzichtig bij het legen en reinigen van de machine. Gebruik beschermende handschoenen.
Rhima-webshop.nl
2
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Veiligheidsinstructies
1.6.1 Reinigen onder hoge druk Reinig de binnen- of buitenzijde van de afwasmachine niet onder hoge druk. Om te voldoen aan de huidige eisen zijn de elektrische componenten goedgekeurd volgens afdichtingsklassen. Geen enkele afdichtingsklasse is bestand tegen hogedrukreiniging.
1.6.2 Buitenzijde van de machine Wasapparaten onder druk en slangen mogen niet worden gebruikt voor het reinigen van de buitenzijde van de machine. Water kan in de schakelkast en het controlepaneel dringen en de apparatuur beschadigen, wat van invloed kan zijn op de veiligheid van de machine.
1.7
Reinigen van de vloer Als vloeren onder hoge druk worden gereinigd, kan water onder de machine opspatten en de componenten beschadigen. De componenten zijn niet bestand tegen naspoelen met water. Houd bij reiniging onder hoge druk 1 meter rond de afwasmachine vrij als de speciale verkrijgbare spatkappen niet worden gebruikt. Ook bij naspoelen met gewone waterslangen kan water van onderaf opspatten.
1.8
Reparatie en onderhoud van de machine Schakel de stroom uit, voordat het front wordt verwijderd. Voorkom contact met hete leidingen en de hulpverwarming. Controleer het volgende: • • • •
Is de machine volgens de aanwijzingen gebruikt? Zijn alle demonteerbare onderdelen geplaatst? Staat de hoofdschakelaar op ‘AAN’? Zijn alle zekeringen in de elektriciteitskast compleet? Vraag het onderhoudspersoneel de zekeringen te controleren.
Vraag als dit alles niet helpt geautoriseerd onderhoudspersoneel de machine te controleren.
1.9
Machine hergebruiken Het apparaat moet aan het einde van de economische levensduur worden afgevoerd conform plaatselijk geldende regels en verordeningen. Neem contact op met een professioneel recyclingbedrijf.
Rhima-webshop.nl
3
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Beschrijving van de werking
2. Beschrijving van de werking 2.1
Algemeen De afwasmachine is bedoeld voor het reinigen van voorwerpen die gebruikt worden voor het bereiden en opdienen van voedsel, evenals diverse soorten serviesgoed voor het opslaan van voedsel. De machine wordt van de voorzijde gevuld via een deur en wordt gemaakt in twee typen: een elektromechanisch type met één wasprogramma en een elektronisch type met drie wasprogramma's. Het standaardtype is bedoeld om onder een aanrecht te worden geplaatst, maar kan ook vrijstaand worden gebruikt en is in dat geval voorzien van zijplaten en een geborstelde plaatmetalen bovenplaat. In vrijstaande ontwerpen kan de machine worden voorzien van een staander met roosterplanken voor het opslaan van waskorven. Bij de staander wordt tevens een afsluitbare kast geleverd voor opslag van afwasmiddel en naglansmiddel.
A
B
WD4_02
A =standaard ontwerp, geplaatst onder aanrecht B=vrijstaand ontwerp met staander.
Rhima-webshop.nl
4
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Beschrijving van de werking
2.2
Ontwerp De machine is geheel gemaakt van niet-corrosieve materialen. De basis heeft instelbare voeten. De schakelkast met alle elektrische apparatuur wordt aan de voorzijde van de machine geplaatst zodat deze gemakkelijk toegankelijk is. De deur van de machine en de hulpverwarmingen zijn geïsoleerd en de machine is aan de buitenkant bekleed met geborsteld metaalplaat.
2.2.1 Ontwerp van de machine, zonder afvoerpomp
°C
1 3 4
2
P1
5
P2
6
P3
7 8
9 10
10 9 11 12
(300802)
19
13
14
Rhima-webshop.nl
5
15
16
17
18
WD4_23
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Beschrijving van de werking 1.
2.
3.
4. 5.
6.
7.
8.
9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19.
Rhima-webshop.nl
Display voor temperatuur tijdens bedrijf. Bij het controleren en instellen van de referentiewaarden toont het display het nummer van de relevante referentiewaarde, bijv. 01, 02, 03 enz. Storingsmeldingen worden weergegeven samen met het display (4). Symbool voor de afwasfunctie. Bij het starten van de machine licht het symbool op wanneer de tank gevuld wordt. Het symbool knippert wanneer het waterniveau in de tank te laag is. Symbool voor eindspoeling. Het symbool brandt tijdens het vullen van de machine, tijdens de eindspoelfase en wanneer het intern reinigingsprogramma wordt gedraaid na afloop van een wascyclus. Het symbool knippert wanneer de deur wordt geopend tijdens de wascyclus of als de juiste spoeltemperatuur niet is bereikt op het moment dat het spoelen moet beginnen. Display voor programma tijdens bedrijf. Bij het controleren en instellen van de referentiewaarden toont het display de relevante referentiewaarde. Knop voor wasprogramma P1. Als de machine in servicemodus staat, wordt P1 gebruikt om de verschillende referentiewaarden te laten zien en om de referentiewaarden te resetten op de laatst opgeslagen waarden. Knop voor wasprogramma P2. P2 wordt in servicemodus gebruikt om een referentiewaarde te verhogen of om van tabel te wisselen. In de afsluitmodus wordt het versienummer van de software getoond als P2 ingedrukt wordt houden. Knop voor wasprogramma P3. P3 wordt in servicemodus gebruikt om een referentiewaarde te verlagen of om van tabel te wisselen. P3 wordt in de afsluitmodus gebruikt om de inwendige spoeling te starten wanneer het reinigingsprogramma wordt gebruikt om de machine schoon te maken. Knop voor het in/uitschakelen van de stroom. De knop wordt ook gebruikt om het alarm op nul te zetten, de waterstroom naar de machine te tonen en om naar servicemodus te gaan. Wasarm. Naspoelleiding. Naglanspomp Pomp afwasmiddel. Afwaspomp. Aanvoerslang vanuit afwasmiddelreservoir. Aanvoerslang vanuit naglansmiddelreservoir. Standpijp. Wastank. Hulpverwarming. Binnenkomend water.
6
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Beschrijving van de werking
2.2.2 Ontwerp van de machine, met afvoerpomp
°C
1 3 4
2
P1
P2 P3
5
9 10
11
6 7 8
9 11 12
(300806)
20
13
14
Rhima-webshop.nl
7
15
16
17 18
19
WD4_24
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Beschrijving van de werking 1.
2.
3.
4. 5.
6.
7.
8.
9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20.
Rhima-webshop.nl
Display voor temperatuur tijdens bedrijf. Bij het controleren en instellen van de referentiewaarden toont het display het nummer van de relevante referentiewaarde, bijv. 01, 02, 03 enz. Storingsmeldingen worden weergegeven samen met het display (4). Symbool voor de afwasfunctie. Bij het starten van de machine licht het symbool op wanneer de tank gevuld wordt. Het symbool knippert wanneer het waterniveau in de tank te laag is. Symbool voor eindspoeling. Het symbool brandt tijdens het vullen van de machine, tijdens de eindspoelfase en wanneer het intern reinigingsprogramma wordt gedraaid na afloop van een wascyclus. Het symbool knippert wanneer de deur wordt geopend tijdens de wascyclus of als de juiste spoeltemperatuur niet is bereikt op het moment dat het spoelen begint. Display voor programma tijdens bedrijf. Bij het controleren en instellen van de referentiewaarden toont het display de relevante referentiewaarde. Knop voor wasprogramma P1. Als de machine in servicemodus staat, wordt P1 gebruikt om de verschillende referentiewaarden te laten zien en om de referentiewaarden te resetten op de laatst opgeslagen waarden. P1 wordt in de afsluitmodus gebruikt om de afvoerpomp te starten en de tank te legen na afloop van een beëindigde wascyclus. Knop voor wasprogramma P2. P2 wordt in servicemodus gebruikt om een referentiewaarde te verhogen of om van tabel te wisselen. In de afsluitmodus wordt het versienummer van de software getoond als P2 ingedrukt wordt houden. Knop voor wasprogramma P3. P3 wordt in servicemodus gebruikt om een referentiewaarde te verlagen of om van tabel te wisselen. P3 wordt in de afsluitmodus gebruikt om de inwendige spoeling te starten wanneer het reinigingsprogramma wordt gebruikt om de machine schoon te maken. Knop voor het in/uitschakelen van de stroom. De knop wordt ook gebruikt om het alarm op nul te zetten, de waterstroom naar de machine te tonen en om naar servicemodus te gaan. Wasarm. Naspoelleiding. Naglanspomp. Pomp afwasmiddel. Afwaspomp. Aanvoerslang vanuit afwasmiddelreservoir. Aanvoerslang vanuit naglansmiddelreservoir. Standpijp. Wastank. Afvoerpomp. Hulpverwarming. Binnenkomend water.
8
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Beschrijving van de werking
2.2.3 Onderdelen, functies Onderste gedeelte Het onderste gedeelte van de machine bevat de afwaspomp (tevens afvoerpomp, afwasmiddelpomp en hulpverwarmingspomp, waar van toepassing), wastank, hulpverwarming, naglanspomp, kleppen en schakelkast. De wastank bevat een verwarmingselement, standpijp, pompfilter, afvoerfilter en aansluiting voor niveausensor. De tank is voorzien van filters (extra onderdeel) voor het verzamelen van ongerechtigheden.
Bovenste gedeelte Het bovenste gedeelte bestaat uit het wascompartiment zelf, dat het naspoelsysteem bevat en geleiderails waarover de waskorven in en uit de machine worden geduwd. De vaatkorf kan naar buiten worden getrokken op de geopende deur in de horizontale positie nadat het afwassen is voltooid. De onderbreker van de deur stopt de afwaspomp en het naspoelen tijdens de was- of naspoelfase wanneer de deur open is terwijl een programma draait. Deze onderbreker stopt ook het vullen van de machine. De machine kan niet worden gevuld als de deuren zijn geopend.
Het naspoelsysteem Tijdens de afwasfase haalt de afwaspomp zijn water uit de wastank en circuleert dit in het naspoelsysteem. Het naspoelsysteem bevat ook twee uitneembare wasarmen met bijbehorende naspoelleidingen. Deze wasarmen, die tijdens de was- en naspoelfasen roteren, spoelen de voorwerpen zowel van boven als beneden. Tijdens de eindspoeling worden de voorwerpen nagespoeld met schoon water uit de waterleiding. Het water wordt verwarmd tot de naspoeltemperatuur in de elektrisch verwarmde hulpverwarming.
Binnenkomend water De toevoerleiding voor het binnenkomende water is voorzien van een vacuümklep, terugslagklep, vlotterkraan en filter. Het water wordt zowel voor het vullen van de tank als voor de eindspoeling gebruikt.
Rhima-webshop.nl
9
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Beschrijving van de werking
2.3
Werkingsprincipe, zonder afvoerpomp Getallen tussen haakjes verwijzen naar afbeeldingen in het hoofdstuk "Ontwerp van de machine, zonder afvoerpomp".
2.3.1 Vullen en opwarmen Om de machine te starten, schakelt u de stroom in met de 0/1 knop (8) op het paneel. Sluit de deur. In het display (1) wordt de watertemperatuur in de hulpverwarming (18) getoond. Het display (4) geeft P0 weer. Het symbool (3) brandt. In de boiler begint het opwarmen van water. P0 is een pauzemodus, wat betekent dat er geen wasprogramma geselecteerd is. Zodra het water in de hulpverwarming de juiste temperatuur heeft bereikt, begint de tank (17) zich te vullen. Het vullen vindt plaats via de hulpverwarming en de naspoelleidingen (10). Tijdens het vullen pompt de afwasmiddelpomp (12) afwasmiddel in de tank. Zodra de tank gevuld is, toont het display (1) de temperatuur in de tank. Het symbool (2) brandt. De temperatuur op het display (1) knippert totdat de ingestelde tanktemperatuur is bereikt. Het water in de hulpverwarming zal verwarmd blijven worden totdat de juiste naspoeltemperatuur bereikt is. Het water wordt vervolgens in de tank opgewarmd tot de ingestelde waarde. De opwarmtijd is afhankelijk van de temperatuur van het inkomende water. Het waterniveau in de tank wordt bewaakt door een niveausensor. De temperatuur van het afwas- en spoelwater wordt bewaakt door temperatuurregelaars met sensoren, die vlak bij de hittebron zitten. Als het waterniveau in de tank tijdens de eindspoeling laag wordt, knippert het symbool (2) en de eindspoeling gaat door tot het waterniveau weer goed is. Dit bijvullen vindt plaats via de boiler. Het basisontwerp van de machine zorgt ervoor dat deze niet kan niet starten voordat de ingestelde temperatuur -5°C is bereikt.
Rhima-webshop.nl
10
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Beschrijving van de werking
2.3.2 Programmakeuze De machine heeft drie wasprogramma's: P1, P2 en P3. Gebruik de knoppen (57) om een programma te selecteren. U kunt na het starten van de machine alleen programma's selecteren indien de deur gesloten, de tank gevuld is en de tanktemperatuur de juiste waarde heeft bereikt. Als u op een programma knop drukt tijdens een wasfase wordt deze fase afgebroken en start de eindspoeling. U kunt geen nieuw wasprogramma kiezen voordat het vorige programma helemaal klaar is. Programma P1 is bedoeld voor licht vervuilde vaat, bijv. dienbladen en glaswerk. Programma P2 moet worden gebruikt voor normaal afwassen en P3 voor zwaar vervuilde vaat. Naast de wasprogramma's P1-P3 wordt de pauzemodus P0 gebruikt voor langere tussenpozen tussen de afwascycli. De deur kan vervolgens worden gesloten zonder dat de machine begint te draaien. De pauzemodus P0 wordt gebruikt om de temperatuur van het waswater te handhaven tussen de wasgangen door, terwijl de machine niet in gebruik is. Na elk voltooid wasprogramma gaat de machine automatisch over op modus P0. De deur moet worden geopend tussen iedere wascyclus. De diverse programma's hebben afzonderlijk instelbare referentiewaarden voor wastijd, eindspoeltijd en eindspoeltemperatuur.
Rhima-webshop.nl
11
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Beschrijving van de werking
2.3.3 Afwassen Zodra de deur gesloten wordt en een wasprogramma geselecteerd is, zal de wasgang starten. Het display (4) schakelt van het tonen van programmanummers over op het tonen van de resterende wastijd. De afwaspomp (13) start en hercirculeert het water in de tank (17). Het water wordt door het spoelsysteem getransporteerd en spoelt de voorwerpen van bovenaf en onderaf door de sproeiers in de wasarmen (9). De wasarmen draaien gedurende de afwasfase. Het symbool (2) brandt gedurende de afwasfase. Indien tussen de wascycli of na de eindspoeling het waterniveau in de tank te laag wordt, knippert symbool (2). Wanneer het eindspoelwater niet de juiste naspoeltemperatuur heeft bereikt wanneer de naspoelfase moet beginnen, gaat het symbool (3) knipperen en gaat de machine door met wassen totdat de vereiste naspoeltemperatuur bereikt is. Zodra de afwaspomp gestopt is, start de naspoelfase. De magneetklep voor binnenkomend water gaat open en vers verwarmd water uit de hulpverwarming (18) spoelt de voorwerpen via mondstukken in de naspoelleidingen (10). De naspoelleidingen zijn gemonteerd op de wasarmen die tijdens de naspoelfase roteren. Het symbool (3) gaat branden wanneer de eindspoelbeurt loopt. Tijdens de naspoelfase wordt meer schoon water toegevoerd uit de waterleiding, via de toevoerleiding voor binnenkomend water (19), wat vervolgens in de hulpverwarming wordt verwarmd. In de eindspoelfase pompt de naglanspomp (11) naglansmiddel in het naspoelwater. Zodra de eindspoelfase voltooid is, gaat de magneetklep voor binnenkomend water dicht. Het wasprogramma is voltooid. Het symbool (2) licht op en het display (4) schakelt over naar weergave van de pauzemodus P0. Wanneer tijdens de afwasfase de deur wordt geopend, stopt de afwaspomp en het symbool (3) gaat knipperen als herinnering dat de voorwerpen nog een eindspoeling moeten krijgen voordat de korf uit de machine wordt gehaald. De machine zal herstarten wanneer u de deur sluit en een nieuw programma kiest. Wanneer tijdens de naspoelfase de deur wordt geopend, stopt het naspoelen en het symbool (3) zal gaan knipperen als herinnering dat de voorwerpen nog een eindspoeling moeten krijgen.
Rhima-webshop.nl
12
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Beschrijving van de werking
2.3.4 Legen, machine inwendig uitspoelen Wanneer de machine wordt uitgeschakeld door middel van knop 0/1 (8), wordt het aantal gewassen korven gedurende ongeveer 5 seconden op het paneel weergegeven. Vervolgens worden gedurende drie minuten twee liggende streepjes "--" getoond, ter indicatie dat de machine nog steeds actief is. De tank wordt geleegd wanneer de standpijp (16) verwijderd wordt. Wanneer de tank leeg en de deur dicht is, start het inwendig spoelen door op knop P3 (7) te drukken. Een van de displays (1) toont "Sc" en de andere (4) geeft de resterende spoelduur. De wasarmen gaan draaien en de machine wordt inwendig gespoeld met schoon water. Het spoelen wordt na ongeveer 30 seconden afgesloten. De twee liggende streepjes "--" op het paneel verdwijnen en de machine is inactief.
2.4
Werkingsprincipe, met afvoerpomp Getallen tussen haakjes verwijzen naar afbeeldingen in het hoofdstuk "Ontwerp van de machine, met afvoerpomp".
2.4.1 Vullen en opwarmen Om de machine te starten, schakelt u de stroom in met de 0/1 knop (8) op het paneel. Sluit de deur. In het display (1) wordt de watertemperatuur in de hulpverwarming (19) getoond. Het display (4) geeft P0 weer. Het symbool (3) brandt. In de boiler begint het opwarmen van water. P0 is een pauzemodus, wat betekent dat er geen wasprogramma geselecteerd is. Zodra het water in de hulpverwarming de juiste temperatuur heeft bereikt, begint de tank (17) zich te vullen. Het vullen vindt plaats via de hulpverwarming en de naspoelleidingen (10). Tijdens het vullen pompt de afwasmiddelpomp (12) afwasmiddel in de tank. Zodra de tank gevuld is, toont het display (1) de temperatuur in de tank. Het symbool (2) brandt. De temperatuur op het display (1) knippert totdat de ingestelde tanktemperatuur is bereikt. Het water in de hulpverwarming zal verwarmd blijven worden totdat de juiste naspoeltemperatuur bereikt is. Het water wordt vervolgens in de tank opgewarmd tot de ingestelde waarde. De opwarmtijd is afhankelijk van de temperatuur van het inkomende water. Het waterniveau in de tank wordt bewaakt door een niveausensor. De temperatuur van het afwas- en spoelwater wordt bewaakt door temperatuurregelaars met sensoren, die vlak bij de hittebron zitten. Als het waterniveau in de tank tijdens de eindspoeling laag wordt, knippert het symbool (2) en de eindspoeling gaat door tot het waterniveau weer goed is. Dit bijvullen vindt plaats via de boiler. Het basisontwerp van de machine zorgt ervoor dat deze niet kan niet starten voordat de ingestelde temperatuur -5°C is bereikt.
Rhima-webshop.nl
13
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Beschrijving van de werking
2.4.2 Programmakeuze De machine heeft drie wasprogramma's: P1, P2 en P3. Gebruik de knoppen (57) om een programma te selecteren. U kunt na het starten van de machine alleen programma's selecteren indien de deur gesloten, de tank gevuld is en de tanktemperatuur de juiste waarde heeft bereikt. Als u op een programma knop drukt tijdens een wasfase wordt deze fase afgebroken en start de eindspoeling. U kunt geen nieuw wasprogramma kiezen voordat het vorige programma helemaal klaar is. Programma P1 is bedoeld voor licht vervuilde vaat, bijv. dienbladen en glaswerk. Programma P2 moet worden gebruikt voor normaal afwassen en P3 voor zwaar vervuilde vaat. Naast de wasprogramma's P1-P3 wordt de pauzemodus P0 gebruikt voor langere tussenpozen tussen de afwascycli. De deur kan vervolgens worden gesloten zonder dat de machine begint te draaien. De pauzemodus P0 wordt gebruikt om de temperatuur van het waswater te handhaven tussen de wasgangen door, terwijl de machine niet in gebruik is. Na elk voltooid wasprogramma gaat de machine automatisch over op modus P0. De deur moet worden geopend tussen iedere wascyclus. De diverse programma's hebben afzonderlijk instelbare referentiewaarden voor wastijd, eindspoeltijd en eindspoeltemperatuur.
Rhima-webshop.nl
14
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Beschrijving van de werking
2.4.3 Afwassen Zodra de deur gesloten wordt en een wasprogramma geselecteerd is, zal de wasgang starten. Het display (4) schakelt van het tonen van programmanummers over op het tonen van de resterende wastijd. De afwaspomp (13) start en hercirculeert het water in de tank (17). Het water wordt door het spoelsysteem getransporteerd en spoelt de voorwerpen van bovenaf en onderaf door de sproeiers in de wasarmen (9). De wasarmen draaien gedurende de afwasfase. De afvoerpomp (18) start tegelijk met de afwaspomp. Het symbool (2) brandt gedurende de afwasfase. Indien tussen de wascycli of na de eindspoeling het waterniveau in de tank te laag wordt, knippert symbool (2). Wanneer het eindspoelwater niet de juiste naspoeltemperatuur heeft bereikt wanneer de naspoelfase moet beginnen, gaat het symbool (3) knipperen en gaat de machine door met wassen totdat de vereiste naspoeltemperatuur bereikt is. Zodra de afwaspomp gestopt is, start de naspoelfase. De magneetklep voor binnenkomend water gaat open en vers verwarmd water uit de hulpverwarming (19) spoelt de voorwerpen via mondstukken in de naspoelleidingen (10). De naspoelleidingen zijn gemonteerd op de wasarmen die tijdens de naspoelfase roteren. Het symbool (3) gaat branden wanneer de eindspoelbeurt loopt. Tijdens de naspoelfase wordt meer schoon water toegevoerd uit de waterleiding, via de toevoerleiding voor binnenkomend water (20), wat vervolgens in de hulpverwarming wordt verwarmd. In de eindspoelfase pompt de naglanspomp (11) naglansmiddel in het naspoelwater. Zodra de eindspoelfase voltooid is, gaat de magneetklep voor binnenkomend water dicht. Een paar seconden later stopt de afvoerpomp. Het wasprogramma is voltooid. Het symbool (2) licht op en het display (4) schakelt over naar weergave van de pauzemodus P0. De deur is voorzien van een veiligheidsschakelaar. Wanneer tijdens de afwasfase de deur wordt geopend, stopt de afwaspomp en het symbool (3) gaat knipperen als herinnering dat de voorwerpen nog een eindspoeling moeten krijgen voordat de korf uit de machine wordt gehaald. De machine zal herstarten wanneer u de deur sluit en een nieuw programma kiest. Wanneer tijdens de naspoelfase de deur wordt geopend, stopt het naspoelen en het symbool (3) zal gaan knipperen als herinnering dat de voorwerpen nog een eindspoeling moeten krijgen.
Rhima-webshop.nl
15
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Beschrijving van de werking
2.4.4 Legen, machine inwendig uitspoelen Wanneer de machine wordt uitgeschakeld door middel van knop 0/1 (8), wordt het aantal gewassen korven gedurende ongeveer 5 seconden op het paneel weergegeven. Vervolgens worden gedurende drie minuten twee liggende streepjes "--" getoond, ter indicatie dat de machine nog steeds actief is. Gedurende deze tijd moet de tank worden geleegd en eventuele losse voorwerpen verwijderd worden voordat het inwendige spoelen begint. Verwijder de standpijp (16) uit de machine. Start de afvoerpomp (18) door middel van knop P1 (5). Op het display (1) staat "dP" en het display (4) toont de resterende afvoerduur. Het water van de wastank (17) wordt naar de afvoer gepompt. De pomp stopt automatisch na een ingestelde tijd, maar kan ook handmatig worden gestopt. Wanneer de tank leeg en de deur dicht is, start het inwendig spoelen door op knop P3 (7) te drukken. De wasarmen gaan draaien en de machine wordt inwendig gespoeld met schoon water. De afvoerpomp staat aan tijdens het spoelen. Een van de displays (1) toont "Sc" en de andere (4) geeft de resterende spoelduur, inclusief afvoerduur . Het spoelen wordt na ongeveer 30 seconden afgesloten. De afvoerpomp pompt het spoelwater uit de machine. De pomp stopt automatisch na een ingestelde periode. De twee liggende streepjes "--" op het paneel verdwijnen en de machine is inactief.
Rhima-webshop.nl
16
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Beschrijving van de werking
2.5
Andere functies, met of zonder afvoerpomp •
•
•
•
• • •
•
De onderbreker van de deur fungeert als veiligheidsschakelaar. Wanneer de deur tijdens het bedrijf wordt geopend, moet worden voorkomen dat heet water uit de deuropening spuit tijdens de was- of naspoelfase. De werking van de deuronderbreker wordt gecontroleerd wanneer de stroom wordt ingeschakeld voordat de deur gesloten wordt. De machine kan worden gevuld met warm of koud water. De keuze voor het vullen met warm of koud water wordt gemaakt als de machine in de servicemodus staat en wordt beschreven in de INSTELINSTRUCTIES. Bij vullen met koud water wordt het vulproces automatisch bestuurd, ongeacht de temperatuur van het binnenkomende water, zodat de tanktemperatuur tegen het einde van het vullen door de machine zover in de buurt van de referentiewaarde is gebracht dat het afwassen eerder kan beginnen. De eindspoeltemperatuur kan maximaal op 95°C worden ingesteld zonder koken in de hulpverwarming te veroorzaken. Hierdoor drogen plastic voorwerpen, zoals dienbladen, sneller wanneer de mand uit de machine is gehaald. De inkomende waterstroom kan worden gecontroleerd op het paneel. Dit is nuttig voor het controleren en bijstellen van de stroom in verband met installatie en service. Als de 1/0 knop op het paneel ingedrukt wordt gehouden wanneer de machine in bedrijf is, wordt de aanvoer getoond op het bedieningspaneel in liters/min. De machine laat een alarmsignaal horen wanneer er in de elektronica sprake is van defect geheugen. Geheugenfouten maken dat de machine niet kan starten. Dit moet worden verholpen door servicepersoneel. In de afsluitmodus wordt de softwareversie op de computer en printplaten getoond. Wanneer de P2 programmaknop ingedrukt wordt gehouden, wordt eerst gedurende 3 seconden het versienummer van de computerkaart getoond op het onderste display van het bedieningspaneel. Hierna worden gedurende 1 seconde twee horizontale streepjes "--" getoond en tenslotte gedurende 3 seconden het versienummer van de besturingskaart. Tijdens het weergeven van ieder versienummer, geeft het bovenste display "SN" aan. De verschillende kaarten kunnen onafhankelijk worden vervangen.
Servicepersoneel kan de machine op een computer aansluiten. Er worden dan statistieken en gebeurtenissen tijdens bedrijf enz. getoond: • • • •
• •
Rhima-webshop.nl
Korfteller: het dagelijkse aantal en het totaal aantal afgewassen korven. Bedrijfstijd, afwaspomp Waterdebiet Gebeurtenissen tijdens bedrijf: starten van de machine, keuze van programma, inschakelen servicemodus, wijzigen van waarden (rijnummer, nieuwe waarde) alarmen, alarmnummers. Temperaturen: min., gemiddeld en max. temperaturen van de tank en de boiler bij chemisch afwassen en de start van de eindspoeling. HACCP: de volgende gegevens van iedere wascyclus worden bewaard: De starttijd van een wascyclus, de programmakeuze, gemiddelde tanktemperatuur tijdens de wascyclus, de temperatuur in de boiler op het moment dat de eindspoeling begint.
17
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Beschrijving van de werking
2.6
Controle afwasproces, met of zonder afvoerpomp
WD4_25
1 1. 2.
2
Printplaat Knop voor het inschakelen van de servicemodus
De verschillende machinefuncties worden bestuurd door een microcomputer. De printplaat (1) is in de elektriciteitskast geplaatst. · Er zijn drie verschillende autorisatieniveaus voor het wijzigen van de waarden. • •
•
(OP) = Operator. De operator kan alleen de wastemperatuur en de wastijd wijzigen. Deze waarden worden direct op het bedieningspaneel veranderd. (S1) = Niet-geautoriseerd servicepersoneel. Servicemonteurs gebruiken de knop (2) op de printplaat om de servicemodus in te schakelen. S1 kan niet alle waarden wijzigen. Deze waarden worden direct op het bedieningspaneel veranderd. (S2) = Geautoriseerd servicepersoneel. S2 verbindt de machine met een computer en gebruikt een speciaal programma om in de servicemodus te komen en de waarden te wijzigen. S2 is geautoriseerd om alle waarden te wijzigen.
De verschillende waarden kunnen op verschillende manieren worden gewijzigd, afhankelijk van het autorisatieniveau.Alle waarden zijn verdeeld over tabellen met de volgende inhoud: • • • • • • •
Tabel 00: Tank- en boilertemperaturen en was- en spoeltijden. Tabel 20: Instellingen voor alarmen etc. Tabel 50: Analoge ingangssignalen, diagnosewaarden. Tabel 60: Digitale ingangssignalen, diagnosewaarden. Tabel 70: Digitale uitgangssignalen, diagnosewaarden. Tabel 90: Diagnosewaarden. Tabel A0: Basisinstellingen.
Inschakelen van de servicemodus en het instellen van de diverse waarden worden nader beschreven in de INSTELINSTRUCTIES.
Rhima-webshop.nl
18
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Beschrijving van de werking
2.7
Operationele storingen, met of zonder afvoerpomp Diverse storingsmeldingen kunnen op de displays van het controlepaneel worden weergegeven. Deze boodschappen zijn in twee categorieën ingedeeld. Alarmberichten, die moeten worden afgehandeld door servicepersoneel, worden weergegeven door het codenummer Er01, Er02 enz. Alarmberichten, die door de operator kunnen worden afgehandeld, worden weergegeven met het codenummer IF01, IF03 enz. Het codenummer geeft het type fout weer zoals staat in de het hoofdstuk "Problemen verhelpen". De meeste alarmberichten worden gereset met de 1/0 knop op het bedieningspaneel.
Rhima-webshop.nl
19
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Instelinstructies
3. Instelinstructies Dit symbool waarschuwt voor elektrische apparatuur. De elektriciteitskast mag alleen worden geopend door een gekwalificeerde elektricien. De machine is gevoelig voor elektrostatische ontlading (ESD) en daarom moet een antistatisch polsbandje worden gebruikt bij het werken met de elektronica.
3.1
Instellen van de watertoevoer voor het naspoelen Controleer de toevoer naar de machine wanneer de tank zich bij het opstarten met heet water vult. Wanneer de machine zich voor de eerste maal vult, moet eerst de hulpverwarming worden gevuld voordat het vullen van de tank begint. Daarom moet de watertoevoer worden gecontroleerd bij de tweede vulling, wanneer de tank rechtstreeks wordt gevuld. Bij correcte waterdruk is de vultijd is ongeveer 1,5 minuten en is de watertoevoer voor het naspoelen circa 17 l/min. De stroom kan worden bijgesteld door middel van de vlotterkraan die in de in de binnenkomende water leiding is geplaatst. Wanneer de machine op koud water wordt aangesloten kan de stroom niet op deze wijze worden gecontroleerd, omdat deze tank niet ononderbroken wordt gevuld. De stroom kan ook worden gecontroleerd door de knop 0/1 op het paneel ingedrukt te houden terwijl de machine actief is. De stroom wordt op het paneel weergegeven in liter per minuut. Deze methode kan gebruikt worden ongeacht of de machine op heet water of op koud water aangesloten is.
A
WD4_19
A=vlotterkraan voor het instellen van de stroom.
Rhima-webshop.nl
20
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Instelinstructies
3.2
Instellen dosering afwasmiddel De afwasmiddeldosering is af fabriek ingesteld. Het toedienen vindt plaats als het chemisch wassen begint. De doseringsduur wordt gegeven in eenheden van de tijd dat het water aan de tank wordt toegevoegd. De doseringstijd voor de WD-4E is 12 eenheden. 1 eenheid in 0,5 %. Als de tijd moet worden gewijzigd, moet de machine is de servicemodus worden gezet. Dit wordt gedaan op de printplaat in de schakelkast en staat verderop beschreven in de INSTELINSTRUCTIES. Als de afwasmiddelhouder volgens de instructies voor externe aansluitingen is aangesloten, kan de dosering worden ingesteld tussen 1 en 98 eenheden. 1 eenheid in 0,5 %. Zie het bedradingschema voor de juiste aansluiting. Bij de 0 instelling start de afgifte van afwasmiddel altijd als de machine in bedrijf is. Bij instelling 99 start de afgifte van afwasmiddel tegelijkertijd met de chemische waspomp.
Rhima-webshop.nl
21
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Instelinstructies
3.3
Instellen van de naglanspomp •
De aanvoerslang (B) moet geheel ondergedompeld zijn in het naglansmiddelreservoir. Draai de instelschroef van de pomp (A) volledig los. Pomp naglansmiddel op totdat het de pomp bereikt door herhaaldelijk op de stelschroef te drukken. Pomp vervolgens nog eens 10-15 maal. Til de aanvoerslang uit het naglansmiddelreservoir en pomp een beetje lucht in de slang door middel van de stelschroef. Laat de slang weer in het reservoir zakken. Tijdens de werking van de machine moet de luchtbel in de slang moet ongeveer 10 cm bewegen wanneer het naglansmiddel wordt gedoseerd. Pas de dosering aan door aan de stelschroef te draaien. De hoeveelheid naglansmiddel kan tussen 0-4 cm³ worden ingesteld, wat overeenkomt met 0-30 cm in de aanvoerslang. De hoeveelheid kan worden verminderd door de stelschroef rechtsom te draaien en vergroot door deze linksom te draaien.
• • •
• •
A
B WD4_21
Naglanspomp A=stelschroef B=aanvoerslang Als het naglansmiddelreservoir volgens de instructies voor externe aansluitingen is aangesloten, kan de dosering worden ingesteld tussen 0 en 99 eenheden. 1 eenheid is 0,5 %. Zie het bedradingschema voor de juiste aansluiting. Bij de 0 instelling start de afgifte van naglansmiddel op dezelfde tijd als de eindspoeling. Bij de 99 instelling start de afgifte van naglansmiddel op dezelfde tijd als de chemische waspomp.
Rhima-webshop.nl
22
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Instelinstructies
3.4
Diagnosefunctie De referentiewaarden en verschillende functies kunnen worden gecontroleerd en afgesteld met de diagnosefunctie. Autorisatie is vereist om de waarden te veranderen. Er zijn drie verschillende autorisatieniveaus. •
•
•
OP = Operator. Op dit niveau kunnen de afwasmedewerkers bepaalde waarden wijzigen, zoals de tanktemperatuur en de chemische wastijd. Dit wordt beschreven in de INSTELINSTRUCTIES. S1 = Niet-geautoriseerd servicepersoneel. Door de machine in de servicemodus in te stellen, kan het servicepersoneel waarden veranderen op het bedieningspaneel van de machine. S1 kan niet alle waarden resetten. S2 = Geautoriseerd servicepersoneel. Personeel dat getraind is door de fabrikant en dat een paswoord heeft, kan alle waarden wijzigen met behulp van een computer, die op de afwasmachine is aangesloten, en een speciaal programma. Het instellen van waarden op het niveau van S2 staat niet beschreven in deze handleiding.
De waarden die OP en S1 kunnen wijzigen, afhankelijk van wie is ingelogd, worden getoond door het knipperen van de relevante waarden op het paneel.
3.4.1 Tabellen met referentiewaarden en andere functies Alle informatie is verdeeld over een aantal genummerde tabellen met de volgende inhoud: • • • • • • •
Rhima-webshop.nl
Tabel 00: Tank- en boilertemperaturen en was- en spoeltijden. Tabel 20: Instellingen voor alarmen etc. Tabel 50: Analoge ingangssignalen, diagnosewaarden. Tabel 60: Digitale ingangssignalen, diagnosewaarden. Tabel 70: Digitale uitgangssignalen, diagnosewaarden. Tabel 90: Diagnosewaarden, korfteller Tabel A0: Basisinstellingen.
23
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Instelinstructies
3.4.2 Functie bedieningspaneel in de servicemodus Wanneer de servicemodus is ingeschakeld, hebben de displays en knoppen van het bedieningpaneel andere functies dan in normaal bedrijf.
A
B
°C
°C
1
1
2
2
P1
3
P2
4
P3
P1
P2
5
P3
6
3 4 5 6 (300806)
(300802)
7
8 WD4_28
Functies van het bedieningspaneel in servicemodus. A = Machine zonder afvoerpomp B =Machine met afvoerpomp 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
Rhima-webshop.nl
Display voor het tonen van tabelnummers en rijnummers van iedere tabel. Display voor het tonen van waarden en andere informatie voor alle rijnummers van de tabel. Gebruik de knop P1 om van tabelrij naar tabelrij te gaan of om de waarden terug te zetten naar de laatst opgeslagen waarden. Gebruik de knop P2 om vooruit van tabel naar tabel te gaan en om een waarde te verhogen. Gebruik de knop P3 om achteruit te gaan en om een waarde te verlagen. Gebruik de knop 0/1 om de service modus te verlaten. Printplaat. Knop voor het inschakelen van de servicemodus.
24
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Instelinstructies
3.4.3 Weergave tabelnummers en rijnummers Tabel- en rijnummers worden getoond in het bovenste display (1) wanneer de servicemodus actief is. Er is een twee-karakter display voor de rijnummers 00-99. De rijnummers vanaf 100 worden als volgt weergegeven: • • • • • • •
A0 = Rij 100 A1-A9 = Rijen 101-109 B0 = Rij 110 B1-B9 = Rijen 111-119 C0 = Rij 120 C1-C9 = Rijen 121-129 enz.
3.4.4 Inschakelen van de servicemodus. Autorisatieniveau S1. Alle waarden die op het display (2) verschijnen en die kunnen worden veranderd, knipperen. De waarden van de rijnummers 100 kunnen worden veranderd via de programmeerknoppen op het bedieningspaneel. Rijnummers vanaf 100 kunnen worden getoond maar niet gewijzigd. Alle referentiewaarden zijn bij levering op de aanbevolen waarden ingesteld. Er kunnen altijd wijzigingen worden gemaakt in de machinewaarden. •
• •
• • • •
•
•
Rhima-webshop.nl
Houdt de serviceknop (8) op de printplaat ingedrukt tot het display (1) 0.0 aangeeft. De twee punten op het paneel geven aan dat de machine in servicemodus is Dit geeft ook aan dat u in tabel 00 bent, waar verschillende temperaturen en was- en spoeltijden kunnen worden gewijzigd. Druk op P1, om de eerste rij in tabel 00 weer te geven. Het display (1) toont nu rijnummer 01. Het display (2) toont de ingestelde waarde, in dit geval de tanktemperatuur. Als de waarde moet worden verhoogd, druk op P2. Als die moet verlaagd, druk op P3. Ga met P1 naar het volgende rijnummer. Als u door alle rijnummers van tabel 00 bent gegaan, geeft het display (1) weer 0.0 aan. In deze modus kunt u naar de volgende tabel (tabel 20) gaan met de P2 knop. Indien u wilt wisselen tussen de tabellen 50, 60, 70 enz, moet u weer op P2 drukken. Gebruik P3 om terug te gaan in de tabellen. Om P2 of P3 te kunnen gebruiken om te wisselen van tabel, moet u in de eerste rij van een van de tabellen staan, d.w.z. rij 00, 20, 50, 70, 90 of 100. Als de waarden zijn gewijzigd en u wilt terug naar de laatst opgeslagen waarden (de waarden die golden toen u de servicemodus inging), houd dan, in de servicemodus, P1 een aantal seconden ingedrukt. Als het display (1) "CL" een aantal seconden weergeeft, zijn de waarden gereset. Om terug te gaan naar de normale bedrijfsstand en de servicemodus te verlaten, moet u de 0/1 knop ingedrukt houden totdat het display de normale temperatuur en programma weergeeft. De gewijzigde waarden zijn nu opgeslagen.
25
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Instelinstructies
3.4.5 Tabel 00. Temperaturen, spoeltijden Tabel 00 Rij nr. Functie
Waarde
Let op
01 02 03 04 05 06 07 08 09 10
60°C 1,0 min. 2,2 min. 4,0 min. 85°C 85°C 85°C 13 sec. 13 sec. 13 sec.
* * *
Referentiewaarde, tank Chemische wastijd, programma P1 Chemische wastijd, programma P2 Chemische wastijd, programma P3 Referentiewaarde voor de boiler, programma P1 Referentiewaarde voor de boiler, programma P2 Referentiewaarde voor de boiler, programma P3 Sköljtid program P1 Sköljtid program P2 Sköljtid program P3
* Verlenging van de naspoeltijd houdt een corresponderende verlenging van de totale wastijd in.
3.4.6 Tabel 20. Instellingen voor alarmen etc. Tabel 20 Rij nr. Functie 21 22
Koud-/warmwateraansluiting Doseertijd, afwasmiddel
23 24 25
Doseertijd, extern naglansmiddel Alarm voor het vervangen van het water Alarm voor het wekelijkse schoonmaken
26
Alarmtijd, vervangen van het water en wekelijks onderhoud De machine sluit als het alarm voor het vervangen van het water klinkt, pauzemodus P0 Alarmtijd, afwasmiddel Alarmtijd, wasprogramma klaar --------Afvoerpomp Computerkaart geconfigureerd Gevulde boiler *
27
28 29 30 31 32 33 34 35 36
Waarde
Let op
0 12 eenheden 0 0 korven 0 wascycli
0 = Koud water,1= Warm water
5 sec. 0
5 sec. 5 sec. --------0 1 0
0 = Alarm, IF09 niet actief In honderdtallen, b.v. 2 = 200 wascycli, Alarm IF 10 niet actief Afhankelijk van rijen 24 en 25 0 = Nee, 1 = Ja, afhankelijk van rij 24
Is niet van toepassing op WD-4 Is niet van toepassing op WD-4 Is niet van toepassing op WD-4 Is niet van toepassing op WD-4 0 = Nee, 1 = Ja 0 = Nee, 1 = Ja 0 = Nee, 1 = Ja
* Om te voorkomen dat het boilerelement oververhit raakt waanneer de boiler om een bepaalde reden zonder water is, moet het vulgeheugen op nul worden gezet, d.w.z. rij 36 = 0. De tank moet leeg zijn wanneer u reset naar nul.
Rhima-webshop.nl
26
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Instelinstructies
3.4.7 Tabel 50. Analoge ingangssignalen, diagnosewaarden Tabel 50 Rij nr. Functie
Waarde
Let op
51 52 53 54
0-99° C 0-99° C 0-99° C ---
Is niet van toepassing op WD-4 Is niet van toepassing op WD-4
AI1 (0-1V) Actuele temperatuur in tank B21 AI2 (0-1V) Actuele temperatuur in boiler B41 AI3 (0-1V) Niet in gebruik AI4 (0-5V) Niet in gebruik
3.4.8 Tabel 60. Digitale ingangssignalen, diagnosewaarden Tabel 60 Rij nr. Functie
Waarde
Let op
61 62 63 64 65 66
0 of 1 0 of 1 0 of 1 ----0 of 1
0=Laag, 1=Hoog 0=Open, 1=Gesloten Als rij 107=1 0=Laag, 1=Hoog Is niet van toepassing op WD-4 Is niet van toepassing op WD-4 Zie rij 28 0=Geen alarm, 1=Alarm
67 68
Rhima-webshop.nl
D11 - Tankniveau D12 - Deur gesloten D13 - Niveau in de airgap-tank ----D16 - Alarm afwasmiddel en/of naglansmiddel Niet in gebruik Niet in gebruik
27
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Instelinstructies
3.4.9 Tabel 70. Digitale ingangssignalen, diagnosewaarden Relaistest * Tabel 70 Rij nr. Functie
Waarde
Let op
71
Relais 1. Klep Y1, vullen van de tank
0 of 1
72
Relais 2. Afwaspomp M1
0 of 1
73
Relais 3. Warmte van boiler E41
0 of 1
74
Relais 4. Hulppomp M10
0 of 1
75
Relais 5. Tank verwarmer E21
0 of 1
76
Relais 6. Klep Y5, airgap tank
0 of 1
77 78 79
----Relais 9. Afwasmiddelpomp M9 of A3
----0 of 1
80
Relais 10. Afvoerpomp M8
0 of 1
81
Relais 11. Extern naglansmiddel KA12
0 of 1
81
Relais 11. Extern algemeen alarm of 1-KHA1
0 of 1
81
Relais 11. Signaal, programma klaar of 1-HA3
0 of 1
82
Relais 12. Extern algemeen alarm of 2-HA2
0 of 1
82
Relais 12. Signaal, programma klaar of 2-HA4
0 of 1
82
Relais 12. Klep Y6, demi-water
0 of 1
82
Relais 12. Klep Y6 Afwasmachine voor bierglazen
0 of 1
0=Niet geactiveerd,1=Geactiveerd 0=Niet geactiveerd,1=Geactiveerd 0=Niet geactiveerd,1=Geactiveerd 0=Niet geactiveerd,1=Geactiveerd 0=Niet geactiveerd,1=Geactiveerd 0=Niet Geactiveerd, 1=Geactiveerd van toepassing als rij 107=1 Is niet van toepassing op WD-4 Is niet van toepassing op WD-4 Zie rij 22 0=Niet geactiveerd,1=Geactiveerd Zie rij 34 0=Niet geactiveerd,1=Geactiveerd 0=Niet Geactiveerd, 1=Geactiveerd van toepassing als rij 105=0 0=Niet Geactiveerd, 1=Geactiveerd van toepassing als rij 105=1 0=Niet Geactiveerd, 1=Geactiveerd van toepassing als rij 105=2 0=Niet Geactiveerd, 1=Geactiveerd van toepassing als rij 106=1 0=Niet Geactiveerd, 1=Geactiveerd van toepassing als rij 106=2 0=Niet Geactiveerd, 1=Geactiveerd van toepassing als rij 106=4 0=Niet Geactiveerd, 1=Geactiveerd van toepassing als rij 106=5
* In tabel 70 kunt u de "Relaistest" functie gebruiken om de verschillende componenten van de machine te testen. Relaistests kunnen alleen worden uitgevoerd als u de servicemodus bent binnen gegaan via de serviceknop (8) op de printplaat. · De P0 pauzemodus moet worden geselecteerd, de tank worden gevuld en de deur gesloten wanneer u een relaistest uitvoert. U kunt de knoppen P2 en P3 gebruiken om een functietest van alle componenten uit te voeren. Voorbeeld: Selecteer rij 72 in de tabel voor de afwaspomp. Druk op P2 om de pomp te starten. Stop de pomp door op P3 te drukken.
Rhima-webshop.nl
28
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Instelinstructies
3.4.10
Tabel 90. Diagnosewaarden. Korfteller Tabel 90 Rij nr. Functie
Waarde
91 92 93 94 95
--- * --- * --- * --- * 00, 01, 02, 03
Korfteller Korfteller Korfteller Korfteller Actief programma
Let op
* Rij nrs. 91-94 tezamen geven het totaal aantal korven weer dat gewassen is. U moet door de vier rijen lopen om het totale aantal te kunnen zien. Voorbeeld: rij 91 toont 00, rij 92 toont 01, rij 93 toont 23, rij 94 toont 45. Totaal aantal = 12345
3.4.11
Tabel A0. Basisinstelling *
Tabel A0 Rij nr. Functie
Waarde
101 (A1) 102 (A2) 103 (A3)
Machinetype Hoodlift Indicatie lage temperatuur
0 0 0
104 (A4)
1
105 (A5)
Temperatuur in de tank na het vullen Relais 11 functie
0
106 (A6)
Relais 12 functie
1
107 (A7) 108 (A8) 109 (A9) 110 (B0) 111 (B1) 112 (B2) 113 (B3)
Airgap machine Testprogramma Gasverwarmde boiler Voorinstelling tankverwarmer ----Ontgrendelvertraging voor niveauschakelaar Alarm bovengrens voor tanktemperatuur Alarm ondergrens voor tanktemperatuur Alarm bovengrens voor eindspoeltemperatuur Alarm ondergrens voor eindspoeltemperatuur
0 0 0 1 ----0 sek.
114 (B4) 115 (B5) 116 (B6) 117 (B7)
Let op Is niet van toepassing op WD-4 0 = Geen verandering1 = Zonder Er06 en zonder knipperende temp. 2 = Zonder Er06 0 = Nee, 1 = Ja
0
0 = Externe dosering naglansmiddel,1 = Algemeen alarm,2 = Signaal bij beëindiging afwasprogramma 1 = Algemeen alarm,2 = Signaal bij beëindiging afwasprogramma,3 = Niet van toepassing op WD-4,4 = Demi water,5 = Afwasmachine voor bierglazen 0 = Zonder airgap,1 = Met airgap 0 = Nee,1 = Zonder water,2 = Met water 0 = Nee, 1 = Ja 0 = Nee, 1 = Ja Is niet van toepassing op WD-4 Is niet van toepassing op WD-4 Marine-ontwerp Van toepassing op KMS (Kitchen Management System) Van toepassing op KMS (Kitchen Management System) Van toepassing op KMS (Kitchen Management System) Van toepassing op KMS (Kitchen Management System)
0 0 0
* De waarden in tabel A0 kunnen allen worden gewijzigd door geautoriseerd servicepersoneel (autorisatieniveau S2).
Rhima-webshop.nl
29
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Onderhoud
4. Onderhoud Lees het hoofdstuk VEILIGHEIDSINSTRUCTIES goed door, voordat u begint.
4.1
Reparaties aan en onderhoud van de machine Schakel de stroom uit met de hoofdschakelaar, voordat werkzaamheden aan de machine worden uitgevoerd. De elektriciteitskast mag alleen worden geopend door een gekwalificeerde elektricien. De machine is gevoelig voor elektrostatische ontlading (ESD) en daarom moet een antistatisch polsbandje worden gebruikt bij het werken met de elektronica. Draai de kraan voor inkomend water dicht voordat u onderhoud aan de machine verricht. Laat de machine afkoelen alvorens de werkzaamheden uit te voeren. Waterleidingen, pompen, hulpverwarmingen en ventielen worden zeer heet wanneer de machine in bedrijf is. Gebruik beschermende handschoenen en een veiligheidsbril als aan de doseerapparatuur wordt gewerkt. Er kan afwasmiddel zijn achtergebleven in leidingen, houders en andere apparatuur.
4.1.1 Schade aan de machine Alleen geautoriseerd personeel mag de apparatuur assembleren en de noodzakelijke instellingen doen. Voor een veilige en betrouwbare werking is regelmatig, gepland onderhoud noodzakelijk, naast het nauwkeurig volgen van de onderhoudsprocedures. Statische elektriciteit kan gevoelige apparatuur beschadigen. Gebruik altijd een met de massa verbonden antistatische armband bij werkzaamheden aan printplaten en E-prom.
Rhima-webshop.nl
30
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Onderhoud
4.1.2 Vervangen van kaarten Dit symbool op een machineonderdeel waarschuwt voor elektrische apparatuur. De machine is gevoelig voor elektrostatische ontlading (ESD) en daarom moet een antistatisch polsbandje worden gebruikt bij het werken met de elektronica. Computerkaarten en paneelkaarten kunnen onafhankelijk worden vervangen. Indien beide kaarten tegelijkertijd moeten worden vervangen, moeten bepaalde instellingen worden gedaan met een computer. Alle waarden die in machine zijn opgeslagen kunnen vanaf beide kaarten worden benaderd.
Paneelkaart Wanneer de paneelkaart wordt vervangen, wordt informatie automatisch van de computerkaart gehaald.
Computerkaart • • • • • • •
Vervang de kaart en monteer de contacten, maar NIET J69. Controleer of de paneelkabel J2 in de juiste richting is gemonteerd. Start de machine, maar vul deze NIET. Meldt aan als S1 of S2. Wijzig rij 35 naar 0. Meldt af. Monteer de J69 kabel.
4.1.3 Controle en onderhoud De machine moet jaarlijks volgens het onderstaande schema worden onderhouden:
AANSLUITINGEN OBJECT
CONTROLE/ACTIE
Wateraansluitpunt
Controleer dat er geen lekkage is aan de aansluitingen en koppelingen. Controleer afdichtingen. Draai alle verbindingen vast.
Afvoersysteem Elektriciteitsaansluiting
Rhima-webshop.nl
31
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Onderhoud
ELEKTRISCHE APPARATUUR OBJECT CONTROLE/ACTIE Element
Meet de ampère van alle elementen. Controleer dat de O-ring en pakkingringen vast zitten. Controleer werking en slijtage. Draai aansluitingen vast. Controleer werking en eventuele lekkage. Controleer aansluitingen slangen. Controleer de functie. Volg de INSTELINSTUCTIES voor "Relaistest".
Schakelaars Magneetklep Drukschakelaar Relais
POMPEN OBJECT
CONTROLE/ACTIE
Afwaspomp
Meet de ampère van de pomp. Controleer op eventuele lekkage en op de werking van de koelventilator. Controleer de lagers van de motor. Reinig de behuizing van de ventilator. De rubberen slangen onder druk en aan de aanzuigzijde moeten iedere vijf jaar worden vervangen. Controleer de werking van de pomp.
DEUR OBJECT
CONTROLE/ACTIE
Deur
Controleer dat er geen kier is en dat de deur makkelijk open en dicht gaat. Controleer op lekkage. De machine moet stoppen wanneer tijdens de wasof naspoelfase de deur geopend wordt. Controleer dat de veer onbeschadigd is.
Deuronderbreker Deurveer
WAS- EN NASPOELSYSTEEM OBJECT CONTROLE/ACTIE Sproeiers
Controleer dat er geen vuil in de sproeiers zit en dat deze correct zijn afgesteld. Controleer dat er geen vuil in de sproeiers zit, geen barsten en dat de wasarmen makkelijk kunnen worden uitgenomen en teruggeplaatst.
Wasarmen.
AFWASMIDDEL EN NAGLANSMIDDEL OBJECT CONTROLE/ACTIE Toebehoren afwas- en naglansmiddel Afwas- en naglansmiddel
Rhima-webshop.nl
32
Controleer werking en eventuele lekkage. Controleer de slangen. Deze moeten om het jaar worden vervangen. Controleer dat het juiste middel wordt gebruikt.
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Onderhoud
OVERIG OBJECT
CONTROLE/ACTIE
Tank De rubberen afdichting van de standpijp Waterniveau Filters Filters (optionele onderdelen) Pompfilter Afvoerfilter Slangen
Controleer de tank en het element op kalkaanslag. Indien noodzakelijk ontkalken. Controleer en vervang de rubberen afdichting indien deze beschadigd is. Controleer het hoogste en laagste waterniveau in de tank. Controleer dat de filters niet beschadigd zijn en dat er geen filters ontbreken. Reinigen Reinigen Reinigen Controleer of de slangen, anders dan de pompslangen, niet zijn beschadigd.
Laat de machine voluit draaien en controleer de functies en de resultaten met behulp van onderstaande tabel:
TESTRONDE, BEHANDELING VOORWERP /FUNCTIE CONTROLE/ACTIE Waterdruk, watertoevoer voor eindspoeling Was- en droogresultaten Temperatuur Schuimvorming Training Handleidingen
Rhima-webshop.nl
33
Controleer de vultijd van de machine. Bij correcte waterdruk is de vultijd ongeveer 1,5 minuten. Controleer dat de was- en droogresultaten bevredigend zijn. Controleer dat de temperaturen tijdens het bedrijf worden gehandhaafd. Controleer dat er geen schuim in de tank ontstaan tijdens het bedrijf van de machine. Train indien nodig het personeel in behandeling en onderhoud. Controleer dat de gebruiks- en onderhoudshandleiding beschikbaar is.
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Problemen verhelpen
5. Problemen verhelpen 5.1
Algemeen De elektriciteitskast mag alleen worden geopend door een gekwalificeerde elektricien. De machine is gevoelig voor elektrostatische ontlading (ESD) en daarom moet een antistatisch polsbandje worden gebruikt bij het werken met de elektronica. NB! Lees eerst de VEILIGHEIDSINSTRUCTIES voordat storingen worden verholpen of reparaties worden uitgevoerd. Alle werkzaamheden waarbij apparatuur wordt ontmanteld, dient te worden uitgevoerd door geautoriseerd onderhoudspersoneel. In de tabellen wordt een aantal algemene storingen genoemd, alsook de componenten en functies die gecontroleerd moeten worden. Naast de in de tabel genoemde storingen kunnen ook andere operationele storingen de werking van de machine beïnvloeden. Onderhoudspersoneel dat verantwoordelijk is voor deze werkzaamheden moet om die reden goed bekend zijn met de machine en gebruik maken van de relevante stroom- en elektriciteitsschema’s bij het verhelpen van storingen.
5.2
Problemen verhelpen
STARTEN VAN DE MACHINE PROBLEEM OORZAAK Niets te zien op het controlepaneel bij het starten van de machine.
Rhima-webshop.nl
Geen elektriciteitstoevoer naar de machine. Hoofdschakelaar uit. Zekering is doorgeslagen (230V).
34
HANDELING Controleer de zekeringen en inkomende voedingskabel. Schakel de hoofdschakelaar in Reset de zekering.
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Problemen verhelpen
VULLEN PROBLEEM Machine wordt niet met water gevuld.
Het vullen stopt niet.
De machine vult langzaam.
De tank wordt niet tot het juiste niveau gevuld.
OORZAAK
HANDELING
Afsluitkraan voor inkomend water gesloten. De magneetschakelaar van de deur werkt niet. Spoel inlaatventiel is defect. Storing in niveausensor.
Draai de kraan open.
De sproeiers van de naspoelleidingen zitten dicht. Vuil inlaatventiel. Gebroken membraan inlaatventiel. Storing in niveausensor. Standpijp niet geplaatst. De rubberen afdichting van de standpijp is niet tegen de bodemplaat geseald. Het filter in de inlaatwaterleiding is geblokkeerd. Inlaatventiel is defect. Inlaatventiel is vuil.
Vuil in de sproeiers van de naspoelleidingen. Storing in niveausensor.
Controleer en vervang indien nodig het deurcontact. Vervang de spoel. Controleer en vervang de niveausensor, indien nodig. Controleer dat de slang voor de niveausensor niet vastzit, geblokkeerd is of lekt. Reinig de sproeiers. Reinig het inlaatventiel. Vervang het inlaatventiel. Controleer en vervang de niveausensor, indien nodig. Plaats een standpijp. Controleer of de standpijp is afgesloten. Verwijder een beschadigde rubberen afdichting. Reinig het filter. Controleer en reinig het inlaatventiel indien nodig. Vervang beschadigde onderdelen of het hele inlaatventiel. Reinig de sproeiers. Controleer en vervang de niveausensor, indien nodig.
TEMPERATUREN PROBLEEM
OORZAAK
HANDELING
Te lage temperatuur tank. Naspoeltemperatuur is te laag.
Element in de tank is defect. Laag waterniveau in de tank.
Vervang het element Controleer het waterniveau en dat de rubberen afdichting van de standpijp afgedicht is tegen de bodemplaat. Controleer en vervang de niveausensor, indien nodig. Controleer en vervang de magneetschakelaar, indien nodig. Vervang het element Controleer en vervang de magneetschakelaar, indien nodig.
Storing in niveausensor. Schakelaar werkt niet. Element in de tank is defect. Schakelaar werkt niet.
Rhima-webshop.nl
35
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Problemen verhelpen
WASSEN PROBLEEM
OORZAAK
HANDELING
De pomp start niet.
Waterniveau in de tank is te laag.
Controleer dat de rubberen afdichting van de standpijp afgedicht is tegen de bodemplaat. Controleer en vervang de niveausensor, indien nodig. Controleer dat de rotor niet geblokkeerd is. Vervang de pomp indien nodig. Vervang de pomp. Controleer en vervang de magneetschakelaar, indien nodig. Controleer de motorstroom. Controleer de inkomende stroom. Controleer of de draairichting overeenkomt met de pijl op de pomp. Verwissel twee van de inkomende fasen. Haal het pomphuis uit elkaar en reinig dit. Vervang het lager of de hele pomp, indien nodig. Controleer het niveau en de niveausensor. Controleer membraan en spoel. Vervang het ventiel indien nodig. Controleer en vervang de niveausensor, indien nodig. Stel de standpijp bij. Controleer dat de rubberen afdichting niet beschadigd is.
Storing in niveausensor. De oververhittingsbeveiliging van de pomp is geactiveerd. De pompmotor is doorgebrand. Magneetschakelaar werkt niet. De oververhittingsbeveiliging van de pomp is geactiveerd. Geluid vanuit de waspomp.
Problemen met de motor. Sterke daling fase. Onjuiste draairichting
Verontreinigingen in het pomphuis. Lagerstoring.
Naspoeling met schoon water start niet. De machine stopt halverwege de wascyclus en begint met zich met water te vullen.
Rhima-webshop.nl
Laag waterniveau. Incorrecte niveausensor. Het inlaatventiel voor inkomend water werkt niet. De niveausensor werkt niet. De rubberen afdichting van de standpijp is niet tegen de bodemplaat geseald.
36
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Problemen verhelpen
WASRESULTATEN PROBLEEM Machine wast niet schoon.
OORZAAK
HANDELING
Naspoel- en wassproeiers zijn vervuild. Te weinig afwasmiddel.
Controleer en reinig de sproeiers.
Was- of naspoeltemperatuur te laag. Het water in de wastank is te vuil. Schuimvorming in de wastank.
De voorwerpen zijn onjuist in de korf geplaatst.
DROOGRESULTATEN PROBLEEM Afgewassen voorwerpen drogen niet.
Controleer of voldoende afwasmiddel aanwezig is en of de afwasmiddeldosering juist is ingesteld. De aanvoerslang voor de afwasmiddelpomp moet geheel zijn ondergedompeld in het afwasmiddelreservoir. Controleer dat het filter in de aanvoerslang schoon is. Controleer de werking van het element in tanks en hulpverwarming, schakelaars. Ververs het water. Controleer of de afwastemperatuur niet te laag is en het juiste afwasmiddel wordt gebruikt. Gebruik het juiste type afwaskorf en accessoires voor een correcte plaatsing van de voorwerpen.
OORZAAK
HANDELING
De afgewassen vaat is na afloop van de naspoelfase in de machine achtergelaten. Naspoelsproeiers zijn geblokkeerd. Naspoeltemperatuur te laag.
Haal de afgewassen vaat uit de machine zodra het programma voltooid is. Controleer en reinig de sproeiers. Controleer de werking van het element in tanks en hulpverwarming, schakelaars. Controleer de doseeruitrusting en stel deze bij. De aanvoerslang voor de naglansmiddelpomp moet geheel zijn ondergedompeld in het naglansmiddelreservoir. Controleer dat het filter in de aanvoerslang schoon is.
Onjuiste dosering naglansmiddel.
LEGEN (MACHINE MET AFVOERPOMP) PROBLEEM OORZAAK
HANDELING
De tank wordt niet geleegd wanneer de afvoerpomp start.
Controleer de pomp. Vervang de pomp indien nodig.
Rhima-webshop.nl
Pompwiel geblokkeerd. Pomp defect.
37
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Problemen verhelpen
5.3
Storingsmeldingen Machinestoringen en hanteringsfouten Er01, Er02 enz. worden weergegeven op beide displays op het bedieningspaneel. Tijdens bedrijf kunnen verschillende alarmindicaties of informatieberichten op de displays van het bedieningspaneel worden weergegeven.. We maken onderscheid tussen IF en Er alarmsignalen. IF alarmen kunnen gewoonlijk worden verholpen door de operator. Bij een Er-alarm, moet bevoegd servicepersoneel worden gewaarschuwd. Sommige IF alarmen die een aantal keren door de operator zijn afgehandeld kunnen uiteindelijk veranderen in ER alarmen, wat betekent dat servicepersoneel ernaar moet kijken.
Rhima-webshop.nl
38
Rhima-webshop.nl
WD-4
Rev.
Problemen verhelpen
CODE
OORZAAK
HANDELING
IF01 / Er01
De vultijd van 4 minuten is overschreden zonder dat de tank werd gevuld. Standpijp niet geplaatst. De rubberen afdichting van de standpijp dicht niet af tegen de bodemplaat.
Het alarm kan worden gereset door op het paneel op 0/1 te drukken. Plaats een standpijp. Stel de standpijp bij. Controleer of de rubberen afdichting niet beschadigd is. Vervang een beschadigde afdichting. Draai de kraan open. Vervang beschadigde onderdelen of het hele inlaatventiel. Controleer en vervang de niveausensor, indien nodig. Het alarm kan worden gereset door op het paneel op 0/1 te drukken. Neem contact op met de servicedienst. Vervang sensor. Vervang sensor. Het alarm kan worden gereset door op het paneel op 0/1 te drukken. Draai de kraan open. Sluit de deur. Ververs het water. Het alarm kan worden gereset door op 0/1 te drukken op het paneel als deze niet is ingesteld om de machine te stoppen. De machine moet grondiger worden gereinigd dan bij de dagelijkse beurt. Het alarm kan worden gereset door op het paneel op 0/1 te drukken. Het alarm kan worden gereset door op het paneel op 0/1 te drukken. Het alarm kan worden gereset door op het paneel op 0/1 te drukken. Neem contact op met de servicedienst. Geen mogelijk te wassen furter. De fout moet door een erkend personeel (niveau S2) worden teruggesteld. Controleer of de standpijp is afgesloten. Het alarm kan worden gereset door op het paneel op 0/1 te drukken. Controleer of de rubberen afdichting niet beschadigd is. Het alarm kan worden gereset door op het paneel op 0/1 te drukken. Controleer de hoeveelheid wasmiddel en vul deze aan indien nodig. Open en sluit de deur om het vullen te starten. Het alarm kan worden gereset door op het paneel op 0/1 te drukken. Zet de machine uit. Neem contact op met de servicedienst. Het alarm kan worden gereset door op het paneel op 0/1 te drukken. Neem contact op met het servicepersoneel als het alarm terug blijft komen. Het alarm kan worden gereset door op het paneel op 0/1 te drukken. Neem contact op met het servicepersoneel als het alarm terug blijft komen.
De afsluitkraan voor water is dicht. Inlaatventiel is defect.
Er02
Er04 Er05 IF06 / Er06
Storing in niveausensor. De tanktemperatuur is onder de nominale waarde na een ingestelde tijd.
IF09
Storing temperatuursensor B41. Storing temperatuursensor B21. De boiler is niet afgekoeld tijdens de eindspoelfase. De afsluitkraan voor water is dicht. Alarm voor het verversen van het water.
IF10
Alarm voor het wekelijkse schoonmaken.
Er12
De airgaptank is niet met water gevuld.
Er16
De temperatuur in de boiler is te laag.
Er27
De ingestelde waarden zijn beschadigd.
IF30
Laag waterniveau in de wastank. De rubberen afdichting van de standpijp lekt.
IF34
Afwasmiddelalarm. Afwasmiddel nodig.
IF35
De wastank wordt niet met water gevuld.
Er97
Geen elektriciteitstoevoer naar de machine.
Er98
Geen contact tussen de CPU en de computerkaart.
Er99
Geen contact tussen de CPU en de paneelkaart.
Rhima-webshop.nl
39
Rhima-webshop.nl