NL
GEBRUIKERSHANDLEIDING
Vaatwasser
DFH13117W DFH13117X
Geachte klant, U hebt een vaatwasser van BRANDT aangeschaft. Wij willen u hier graag voor bedanken. Wij hebben bij het ontwerpen van dit apparaat gebruik gemaakt van onze passie en onze knowhow om zo goed mogelijk aan uw wensen te voldoen. Wij hebben het zo ontworpen dat het ook altijd eenvoudig is te gebruiken; innovatief en hoge prestaties leverend. In het gamma van BRANDT producten vindt u ook een ruime keuze ovens, magnetrons, kookplaten, afzuigdampkappen, fornuizen, vaatwassers, wasmachine, droogtrommel, koelkasten en diepvriezers, die u kunt afstemmen op uw nieuwe vaatwasser van BRANDT. Kijk ook op onze site www.brandt.com daar vindt u al onze producten en nuttige en aanvullende informatie. Wij streven voortdurend naar verbetering van onze producten. Daarom behouden we ons het recht voor om aan de technische, functionele of esthetische kenmerken van onze producten wijzigingen aan te brengen die in verband staan met technische ontwikkelingen.
Belangrijk :
Vóór installatie en gebruik van uw apparaat, deze installatieen gebruiksgids aandachtig lezen. U zult snel gewend raken aan de werking.
1) Veiligheidsvoorschriften Belangrijk bruideze gebruikershandleiding bewaren bij het apparaat. Mocht u het apparaat door-verkopen of geven aan iemand anders, moet u ervoor zorgen dat de handleiding bij het apparaat is gevoegd. Wij verzoeken u kennis te nemen van de instructies in deze handleiding voordat u het apparaat gaat installeren en gebruiken. Zij zijn opgesteld voor uw eigen veiligheid en die van anderen.
*in keukenhoeken, gereserveerd voor personeel van winkels, kantoren e.a. werkomgevingen *op boerderijen *gebruik door gasten van hotels, motels, B&B e.a. verblijsaccomodaties
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
*Kinderbeveiligingen
— Het is absoluut verboden gaatjes te boren in de behuizing van de vaatwasser.
— Dit apparaat mag alleen door volwassenen wor-den gebruikt. Ervoor zorgen dat kinderen er niet aan kunnen komen en het niet als speelgoed gebruiken. Erop letten dat zij niet gaan spelen met de bedieningsknoppen van het apparaat. — Houd kleine kinderen uit de buurt van het apparaat als het in werking is. — Reinigings- en wasmiddelen bevatten irrite-rende en schurende stoffen. Deze producten kunnen de ogen, de mond en de keel aantas-ten. En zij kunnen zeer gevaarlijk zijn als ze worden ingenomen. Vermijd ieder contact met de huid en de ogen. Controleren of het bakje leeg is bij afloop van een wascyclus. — De reinigings- en wasmiddelen buiten bereik van kinderen houden en het product pas in de machine doen op het moment dat u de wascyclus opstart.— Het water van de vaatwasser is niet geschikt als drinkwater, kinderen mogen dus niet in de buurt van het apparaat komen als de deur open staat.— Verbied uw kinderen te spelen met of te gaan zitten op de deur als hij open staat. — Na het apparaat te hebben uitgepakt, moet u de verpakking opruimen buiten bereik van kinderen.— U moet al het verpakkingsmateriaal buiten bereik van kinderen houden (bijvoorbeeld : plastic zakken, polystyreen enz..) want deze kunnen gevaar voor kinderen opleveren : gevaar voor verstikking.
*Installatie — Bij ontvangst van het apparaat moet u het onmiddellijk uitpakken of uit laten pakken. Controleer of het niet is beschadigd tijdens het vervoer. Maak het eventueel nodige voor-behoud op de leverbon waarvan u een exem-plaar moet houden. U mag nooit een beschadigd apparaat aan-sluiten. Als het apparaat beschadigd is, moet u contact opnemen met uw leverancier. — Alvorens het apparaat aan te sluiten moet u kennis nemen van de instructies vermeld in de Gebruikershandleiding. — Tijdens de installatie mag het apparaat niet worden aangesloten op het stroomnet. — De gegevens met betrekking tot de elektri-sche aansluitingen vermeld op het typeplaatje dat op het apparaat is aangebracht moeten overeenkomen met die van het stroomnet. — Als het apparaat is geïnstalleerd, moet u ervoor zorgen dat u makkelijk bij de stekker en de contactdoos kunt komen. — U mag de eigenschappen van dit apparaat niet wijzigen of proberen te wijzigen. Dit zou gevaar voor uzelf kunnen opleveren. — Mocht het tijdens het installeren blijken dat wijzigingen noodzakelijk zijn, moet u deze elektrische en hydraulische werkzaamheden alleen toevertrouwen aan een vakbekwame elektricien of loodgieter. — Dit apparaat is bestemd voor een normaal gebruik in de huiselijke kring. Het mag niet gebruikt worden voor commerciële of indus-triële doeleinden of voor andere doeleinden dan die waarvoor het is ontworpen. — Dit apparaat is bestemd voor huishoudelijk en vergelijkbaar gebruik zoals:
*Gebruik — Gebruik alleen speciaal voor de vaatwasser ontworpen producten (regenereerzout, wasmiddel en spoelmiddel). — Dit apparaat is niet ontworpen om te worden gebruikt door personen (kinderen inbegrepen) met verminderd lichamelijk, zintuiglijk of geestelijk vermogen of personen zonder ervaring of kennis behalve indien zij onder toezicht staan of middels iemand die voor hun veiligheid verantwoordelijk is, vooraf instructies hebben ontvangen wat betreft het gebruik van het apparaat. 1.1
1) Veiligheidsvoorschriften
Vermijd voor zover mogelijk de deur van de vaatwasser te openen als hij in werking is, met name tijdens de verwarmingsfase als er zeer hete damp of heet water tegen u aan zou kunnen spatten. De vaatwasser is voorzien van een veiligheidssysteem dat, als de deur wordt geopend, onmiddellijk het apparaat uitzet. Gebruik nooit chemische oplosmiddelen in het apparaat, deze zouden gevaar voor ontploffing kunnen veroorzaken. Altijd de deur van de vaatwasser dicht doen na het inruimen of het leeghalen. Niet steunen of gaan zitten op de deur van het apparaat als hij open staat. Als het programma is afgelopen, de stekker uit de contactdoos halen en de waterkraan dicht doen.— Voor iedere technische ingreep altijd de stekker uit de contactdoos halen. Het is beter het apparaat niet vlak naast een kook- of verwarmingsapparaat te plaatsen om mogelijke schade veroorzaakt door hitte te voorkomen. Geen vaatwerk in de machine plaatsen dat niet geschikt is voor de vaatwasser. Als u een stuk serviesgoed uit de vaatwasser haalt voor het einde van het wasprogramma, moet u het zorgvuldig afspoelen onder de kraan om de mogelijke resten van het wasmiddel te verwijderen. In geval van storing, mag u niet proberen zelf het euvel te verhelpen. Reparaties verricht door niet gekwalificeerde mensen kunnen ernstige schade of storingen veroorzaken.
MILIEUBESCHERMING Het verpakkingsmateriaal van dit apparaat is recycleerbaar. Doe mee aan de recyclage en draag bij aan de bescherming van het milieu door dit materiaal in de hiervoor bestemde gemeentecontainers te deponeren. Uw apparaat bevat tevens vele recycleerbare materialen. Daarom is het voorzien van dit logo wat aangeeft dat de gebruikte apparaten van ander afval dienen te worden gescheiden in de lidstaten van de Europese Unie. De recyclage van de apparaten die door uw fabrikant wordt georganiseerd wordt op deze manier onder de beste omstandigheden uitgevoerd, overeenkomstig de Europese richtlijn 2002/96/CE betreffende elektrisch en elektronisch afval. Informeer bij uw gemeente of bij uw verkoper naar de dichtstbijzijnde inzamelplaats voor uw oude apparaten. Wij danken u voor uw bijdrage aan de bescherming van het milieu.
ECONOMISCHE EN ECOLOGISCHE CYCLUS Verwijder alle voedselresten van het serviesgoed (botjes, pitten). Spoel niet eerst het serviesgoed onder de kraan af (onnodig waterverbruik). Baat de mogelijkheden van uw vaatwasser optimaal uit. De cyclus zal dan economisch en ecologisch verlopen. Kies altijd een wasprogramma dat afgestemd is op het type serviesgoed en de graad van vervuiling hiervan. Doe niet teveel wasmiddel, regenereerzout en spoelmiddel in de machine. Neem de aanbevelingen in acht die vermeld staan in deze handleiding evenals die op de verpakking van het betreffende middel. Stel de waterverzachter juist in.
1.2
2) In werking stellen
Het verwijderen van de verschillende verpakkingselementen van de vaatwas moet correct gebeuren. Alle elementen van de verpakking kunnen gerecycleerd worden. Plastiek onderdelen zijn gemarkeerd met de standaard internationale afkortingen: >PE Poltethyleen, bvb de kunstof vellen van de envelop >PS Polystyreen, bvb het vulmateriaal >POM Polyhexamethylene, bvb de kunstof clips >PP Polypropyleen, bvb het apparaat voor het vullen van zout >ABS Acrylonitril Butadieen Styreen, bvb bedieningspaneel
Waarschuwing - De verpakkingsmaterialen kunnen gevaarlijk zijn voor kinderen, laat ze niet binnen hun handbereik. - Afgedankte apparaten dienen naar de recyclage centra te worden gebracht - Maak de sluiting onklaar zodat de deur niet meer kan gesloten worden (spelende kinderen zouden zich kunnen opsluiten in het apparaat met kans op verstikking) - De stekker uit het stopcontact trekken en de aansluitkabel doorknippen. - De kartonverpakking is gemaakt uit gerecycleerd papier en moet worden gedeponeerd in de papier container. - Door dit product op een verantwoorde manier te verwijderen, voorkomt u mogelijke negatieve gevolgen voor het milieu en de volksgezondheid. - Voor meer details ivm het recycleren van dit product neemt u best contact op met de bevoegde instanties van uw gemeente. - Gooi dit product niet zomaar bij het andere afval, dit is niet de manier van recycleren. De inzameling van dergelijke producten vereist een speciale behandeling.
2.
3) Handleiding
Belangrijk!
Om de beste prestesties van uw vaatwas te bekomen, lees eerst de handleiding
1. Druk op de aan/uit knop om de machine in werking te stellen
2. Alt knop: toets om de dubbele zones te bedienen, gelieve deze knop in te drukken om ofwel bovenste of onderste mand te wassen, of beide. Het indicatielampje van de desbetreffende zone zal oplichten. 3. Dispay: geeft de resttijd weer, de programmakeuze en ook het verloop ervan Programmakeuze: Indicatielampje spoelvloeistof: Indicatielampje zout:
geeft aan wanneer u het spoelmiddel moet aanvullen geeft aan wanneer het zout moet aangevuld worden.
Mandkeuze
4. knop uitgestelde start: druk op deze knop om de uitgestelde tijd te verhogen 3h 6h 9h 12h 5. Programmatoets: druk op deze toest om een programma te kiezen 6. Start/Pauze toets: Hiermee kan je de machine opstarten, uitschakelen of een programma onderbreken
Kenmerken van de vaatwas Vooraanzicht
1
2 3 4
Achterkant
6 7 8
5
1. Bovenste mand 2. Spoelarm 3. Onderste mand
9
4. Zoutbakje 5. Spoelmiddelverdeler 6. Rekje voor kopjes
10
7. Spoelarm 8. Filters kunnen gereinigd worden 9. Bevestiging watertoevoer 10.Bevestiging waterafvoer
3.
4) Voor het eerste gebruik
A. Instellen van het programma waterverzachter B. Giet 1,5 ltr water in het zoutbakje en vul daarna met zout C. Vul het glansspoelbakje D. Wasmiddel
A. Waterverzachter Voor een onberispelijk was -en droogresultaat zonder kalksporen, moet de verzachter naar behoren worden ingesteld. De vaatwasser is voorzien van een automatische waterverzachter die werkt dankzij het gebruik van regenereerzout. U moet deze afstellen naargelang de hardheidsgraad van het water bij u thuis.
1. Draai het schroefdopje van het zoutbakje los 2. Het bakje is voorzien van een ring met een pijl. (zie figuur) Indien nodig, draai met de klok mee tot de aanduiding '-' of '+' afhankelijk van de hardheid van het water. Het is raadzaam om aan te passen volgens onderstaand schema:
Hardheid van het water °dH
°fH
°Clark
0~5
0-9
0~6
6~11
10~20
7~14
12~17
21~30
18~22
Positie van de selectieswitch Mmol/l
Hoeveelheid zout (gram)
H1: Snelprogramma & glans
0
1.0~2.0
H2. 1h glansprogramma
9
15~21
2.1~3.0
H3. 1h snel & glanzend
12
31~40
22~28
3.1~4.0
H4. Glas Glanzend
20
23~34
41~60
29~42
4.1~6.0
H5. Glas, snel & glanzend
30
35~55
61~98
43~69
6.1~9.8
H6. Glas 1h glanzend
60
Note: °dH=1.25 °dH °Clark °fH
°Clark=1.78
0~0.94
°fH=0.178 mmol/l
= Duitse graden = Engelse graden = Franse graden
AANDACHT: INDIEN U TOESTEL GEEN WATERVERZACHTER HEEFT MAG U DIT OVERSLAAN WATERVERZACHTER Hardheid van het water is afhankelijk van de regio. Indien u de verkeerde graden zou ingeven in het toestel kan dit leiden tot sporen van kalk op uw borden, glazen en bestek. Het toestel is geëquipeerd met een verzachter die enkel compatibel is met regenereerzout die bestemd is voor vaatwassers.
4.
B. Zout toevoegen aan het zoutbakje Altijd zout gebruiken die bestemd is voor vaatwassers! Het zoutbakje bevindt zich op de bodem van het toestel en moet volgens onderstaande opgevuld worden : BELANGRIJK! Gebruik alleen speciaal voor de vaatwasser bestemd regenereerzout. Gebruik nooit en te nimmer tafelzout of andere voedignsmiddelzout, hierdoor zou de verzachter van het apparaat beschadigd kunnen raken wat niet gedekt wordt door de fabrieksgarantie! Voeg alleen zout toe vooraleer u een programma gaat starten. Dit om te voorkomen dat het zout gedurende lange tijd in het reservoir blijft zitten wat kan leiden tot corrosie. Na eerste ingebruikname zal het lichtje uitgaan op het bedieningspaneel.
Open
A. Verwijder de onderste mand zodat je bij het zoutbakje kan B. Indien u het zoutrecipient voor de eerste keer gebruikt, vul dan 2/3 van zijn volume met water (ongeveer 500ml) C.
Plaats het trechtertje in de opening van het recipient en vul met ongeveer 1,2 kg zout.
D. Draai voorzichtig het schroefdopje terug vast E. Normaal gezien zal het indicatielampje vullen zout 2 tot 6 dagen na het vullen van het zoutreservoir uitbreiden. Note: Het zout mag terug aangevuld worden als het lichtje op de display brandt. Zelfs al is het recipient niet volledig gevuld, kan het zijn dat het lichtje niet uitgaat. Dit zal zo blijven tot het zout gezakt is naar de bodem. indien er geen enkele indicatie is op de display (afhakelijk van het model), moet u zelf beslissen hoeveel zout u moet toevoegen afgaande op het gekozen programma (zie schema) Indien er zoutresten op de vaat zit moet u nog eens spoelen.
C. Vullen van het spoelmiddelbakje Functies van het spoelmiddelbakje Dit wordt automatisch toegevoegd vanaf de derde spoeling dit om een vlekkeloos en glanzend resultaat te verkrijgen. AANDACHT! Gebruik alleen een spoelmiddel speciaal bestemd voor de vaatwasser (geen afwasmiddel), dit om schade te voorkomen aan uw toestel.
5.
Wanneer het glansspoelmiddelbakje vullen? Indien er geen indicatie is voor het vullen van het spoelmiddel op de bediening, kunt u zien aan de hand van de kleur van de optische niveau indicator 'D', die bevindt zich dicht bij het dopje. Wanneer het spoelbakje vol is, kleurt de indicator donker. Naar mate het spoelmiddel zakt vermindert de kleur. Het is beter om het spoelmiddel nooit lager dan 1/4 te laten zakken.
C (Indicatie van het niveau)
Naar mate het spoelmiddel afneemt verkleind ook de grootte van de zwarte stip. Zoals geïllustreerd in de afbeelding hieronder. Vol 3/4 vol 1 /2 vol 1 /4 vol - Moet bijgevuld worden om vuil worden te voorkomen. Leeg
GLANSPOELMIDDELBAKJE
Om de dispenser te openen, draai het dopje richting pijl naar links en lift het op. Giet spoelmiddel in de dispenser, maar niet overvol. Het dopje terugplaatsen en draaien richting pijl naar rechts.
Het spoemiddel wordt vrijgegeven tijdens de laatste spoeling om te voorkomen dat waterdruppels vlekken of strepen nalaten op uw vaat. Dit vermakkelijkt ook het afdrogen met de hand. Uw vaatwasser is ontworpen om spoelmiddel te gebruiken. De dispenser situeert zich aan de binnenkant van de deur naast het wasmiddel bakje. Om de dispenser te vullen open het dekseltje en giet de vloeistof totdat de niveau indicator zwart wordt. De capaciteit van de dispenser is ongeveer 140ml. Wees voorzichtig bij het vullen zodanig het spoelmiddel niet overloopt want dit kan leiden tot schuimvorming. Veeg het overtollige weg met een vochtige doek. Vergeet het dopje niet terug te plaatsen voor u de deur van de vaatwas sluit. Let op! Eventueel overtollig spoelmiddel moet met een propere doek opgenomen worden dit om schuim te vermijden bij een volgende wasbeurt.
Aanpassen van de vloeistof in de spoelmiddel dispenser.
Anpassing hefboom (Spoelen
De spoelmiddel dispenser heeft zes of vier instellingen. Altijd starten met de dispenser ingesteld op '2'. Als er een probleem is van vekken of niet goed drogen dan mag u de dosis van het spoelmiddel verhogen naar stand '3'. Indien het resultaat nog steeds niet voldoende is kunt u instellen op stand '4'. Wij stellen voor dat u insteld op '4'. (De standaardwaarde vanauit de fabriek is '4') Opmerking : De dosis verhogen als er sporen zijn van kalk of waterstrepen na het wassen. Verminderen als de vaat wiite strepen of kleverig aan voelt of als de glazen een blauwe schijn vertonen.
6.
D. Functie van wasmiddel Detergenten bevatten chemische producten die nodig zijn om het vuil te verpulveren en te verwijderen van de vaat. Alsook het schoonspoelen van de vaatwas. De meeste detergenten die in de handel te verkrijgen zijn van goede kwaliteit en geschikt voor dit gebruik.
Wasmiddel Concentraat Volgens hun chemische samenstelling kunnen machineafwasmiddelen worden onderverdeeld in twee basis categorieën :
gewone alkaline detergenten - met bijtende componenten
weinig alkalisch geconcentreerd wasmiddel - met natuurlijk enzymen
Bij het gebruik van de 'normale' wascyclus in combinatie met geconcentreerde wasmiddelen vermindert u de verontreiniging en is dit gunstig voor uw vaat. Zo bekomt u hetzelfde resultaat als Zou u het 'sterk' programma gebruiken.
Wasmiddel tabletten Verschillende merken van wasmiddel tabletten lossen verschillend op. Om deze reden lossen bepaalde tabletten niet volledig op tijdens een kort programma. Gelieve daarom, bij gebruik van tabletten, te kiezen voor lange programma's om ervoor te zorgen dat geen resten van wasmiddel nablijven in uw toestel. Het bakje moet gevuld worden vóór het begin van de cyclus.
Wasmiddel dispenser De dispenser moet gevuld worden vóór aanvang van de cyclus, vervolgens instructies voor het wassen ingeven. Uw vaatwasser verbruikt minder wasmiddel en spoelmiddel dan de traditionele vaatwassers. In het algemeen is één lepel wasmiddel voldoende voor een regelmatige verdeleing. Sterk vervuilde vaat vereist meer wasmiddel. Altijd het wasmiddel toevoegen net voordat u de vaatwas in gang zet, anders zou deze vochtig worden en niet goed oplossen.
Hoeveelheid wasmiddel te gebruiken
1
Duw op het knopje om te openen
2
OPMERKING :
Als het deksel gesloten is: druk op de ontspanknop. Het deksel klapt omhoog. Altijd het wasmiddel toevoegen net voordat u begint aan de wascyclus. Gebruik alleen wasmiddel van gekende merken.
OPGELET! Het wasmidel is corrosief. Buiten bereik van kinderen houden. Gebruik wasmiddel van goede kwaliteit, specifiek voor vaatwassers. Bewaar uw wasmiddel op een frisse en droge plaats. Plaats geen detergent in uw vaatwas totdat u de cyclus wil starten.
7.
Vullen van het wasmiddel
Vul het vakje met het wasmiddel. De markering duidt aan hoeveel u juist dient toe te dienen en waar in de vaatwas, zie tekening hiernaast
A:
het zeepbakje voor de hoofdwas
B:
het zeepbakje voor de voorwas
A
B
Gelieve de instructies van de fabrikant te volgen ivm de dosering en het stockeren van het wasmidde. Sluit het dekseltje en druk tot u een klikje hoort. Indien de vaat erg vuil is dient u ook wasmiddel toe te voegen in het bakje van de voorwas, dit om een mooi resultaat te bekomen.
OPMERKING U vindt meer informatie aangaande de dosering van uw wasmiddel op de laatste pagina. Let op aangaande de bevuilingsgraad en de hardheid van het water kan het resultaat verschillen.
Set Wasmiddel Er zijn 3 verschillende soorten: 1. Met fosfonaten en chloor 2. Met fosfonaten en zonder chloor 3. Zonder fosfonaten en zonder chloor
Meestal zijn de nieuwe wasmidels zonder fosfaten. De functie waterverzachter voor fosfaten wordt niet vermeld. In dit geval raden we je aan om de waterverzachter te gebruiken zelfs al is de hardheid niet hoger dan 6 dH. Indien wasmiddel zonder fosfaten gebruikt wordt met hard water kan dit leiden tot witte strepen op de vaat. Indien dit het geval is moet u nog meer wasmiddel toevoegen. Wasmiddel zonder chloor werken minder waardoor gedroogde vlekken moeilijker te verwijderen zijn daarom raden wij aan om dan een hogere temperatuur te kiezen bij je programma.
5) Laden van de vaatwas Aanbevelingen
Vraag bij het kopen van serviesgoed, glazen en bestek of ze wel geschikt zijn voor de vaatwasser.
Gebruik enkel een wasmiddel die geschikt is voor uw vaatwasser en zacht is voor u bestek, indien nodig vraag info aan de fabrikant van het wasmiddel.
Voor sommige fragiele bestekken en vaat gelieve het programma met de laagste temperatuur te kiezen.
Om schade te voorkomen aan de vaat gelieve niet te lang te wachten om de vaat te verwijderen als het programma beëindigd is.
8.
Aanbevelingen voor het wassen van uw vaat in de machine Verboden om in de vaatwas te wassen:
Keukengerei met houten handvat, porselein of nacrés
Items in kunstof die niet hittebestendig zijn
Oud vaatwerk niet bestand tegen de warmte
Keukengerei waar bepaalde stukken werden toegevoegd
Elementen in Tin of koper
Kristallen glazen
Elementen in staal
Houten planken
Elementen van synthetische vezels
Weinig aanbevolen om in de vaatwas te wassen
Bepaalde soorten glazen kunnen dof worden na een aantal wasbeurten.
Zilver en aluminium hebben de neiging om te verkleuren tijdens het wassen.
Geglazuurde stukken worden dof als ze vaak in de vaatwas worden gewassen
Voorzorgsmaatregelen die moeten genomen worden vóór of na het laden van de vaatwasser (Als u de beste prestaties verlangt van uw vaatwasser, volg dan a.u.b. de instructies voor het laden. De functies en de plaats van de vakken en manden verschillen naargelang het model)
Schraap alle etensresten van de vaat. Het is niet nodig de vaat te spoelen onder stromend water. Plaats uw kookgerei op de volgende manier in uw vaatwasser : 1. Elementen zoals glazen, tassen, potten en pannen moeten omgekeerd geplaatst worden. 2. Holle elementen moeten schuin geplaatst worden zodanig het water kan wegvloeien 3. Alle elementen moeten vast gezetSet worden zodat ze niet omvallen 4. Ze moeten zo geplaatst worden dat ze de sproeiers niet belemmeren tijdens de cyclus.
OPMERKING: Zeer kleine elementen mogen niet gewassen worden in de vaatwas omdat zij makkelijk van de compartimenten kunnen vallen
Laad holle artikelen zoals tassen, glazen, pannen, enz. ondersteboven zodat het water niet kan blijven staan.
Voorwerpen mogen elkaar niet overlappen op boven elkaar worden geplaatst.
Plaats de grote elementen die moeilijker schoon te maken zijn in de onderste mand.
Om geen schade aan de glazen te brengen mogen ze elkaar niet raken Het bovenste compartiment is ontworpen voor meer delicaat en lichter servies zoals glazen en kopjes.
Lange messen, verticaal geplaast, kunnen een gevaar vormen!
Lange en/of scherpe messen moeten horizontaal geplaatst worden in de bovenste mand omdat ze gevaarlijk kunnen zijn.
Doe geen overbelasting van de machine. Plaats geen grotere stukken die niet in de vaatwas passen. Dit is belangrijk om de beste resultaten te bekomen en om het energieverbruik te beperken.
Ledigen van de vaatwasser
Om te voorkomen dat er waterdruppels van het bovenrek op uw vaat van het onderrek komen. Raden wij u aan eerst de onderste mand te ledigen. 9.
De onderste mand laden
De bovenste mand laden
Wij raden aan dat u de grotere stukken, die moeilijker te reinigen
De bovenste mand is ontworpen voor de glazen, thee -en koffiekopjes en potten (als ze niet te vies zijn) Plaats de vaat op een dergelijke manier zodat het delicater en lichter servies zoals schoteltjes, niet verplaatst worden door de waterstralen.
zijn, onderaan plaatst. Potten, pannen, deksels Het is aangeraden om de deksels op de zijkant van de potten te laten steunen. (zie tekeing hieronder) Omdat deze dan de rotatie van de bovenste arm niet blokkeren.
Ç BINNENKANT
Ç BINNENKANT
Gelieve rekening te houden met: Pannen en potten moeten steeds omgekeerd geplaatst worden. Diepe elementen moeten gekanteld worden, zodanig het water weg kan stromen. De onderste mand heeft een actieve verdeling om het laden te vergemakkelijken.
Vouw het bovenste compartiment op maat voor kopjes
Aanpassen van het bovenste compartiment
Om nog makkelijker kopjes in de bovenste mand te laden kunnen de
Indien nodig kunt u bovenste mand in hoogte verstellen. Dit om grotere stukken in het bovenste of onderste compartiment te plaatsen. Dit kan door de mand op de rails met wieltjes te plaatsen op de verschillende niveaus. Lange voorwerpen moeten zo geplaatst worden dat ze de sproeiarmen niet belemmeren.
De mand op de laagste stand zetten
punten naar boven gevouwen worden. Zie afbeelding
De mand op de hoogste positie zetten
Vouw de punten van de lage mand Om nog beter potten en pannen te sorteren kunnen de punten naar beneden geplooid worden.
Aanpassen van de greep
Bestekmand Het bestek moet op de juiste positie in de mand geplaatst worden. Zorg ervoor dat ze elkaar niet raken en niet in hetzelfde vakje zitten. Dit kan leiden tot een afname van de prestaties. Om het beste resultaat te bekomen, hou rekening met volgende punten: Elkaar niet overlappen Ze ondersteboven plaatsen Plaats de langste stukken in het midden
10.
Laden van bestek en vaat Alvorens uw vaat te laden, moet u de resten van voedsel en verbrande residuen verwijderen. Bij het laden van vaat en bestek gelieve met volgende rekening te houden : De vaat en het bestek mogen de rotatie van de sproeiarm niet belemmeren. Holle elementen zoals glazen, kopjes, schalen moeten met de opening naar beneden geplaatst worden, zodat het water niet kan blijven staan. De vaat en het bestek mag niet overlappen of tegen elkaar geplaatst worden.
Om schade aan de glazen te voorkomen, mogen ze elkaar niet raken
De bovenste mand is ontworpen voor het meer delicate en lichter servies zoals glazen en kopjes. Elementen die moeilijker schoon te maken zijn, in de onderste mand laden.
Opgelet! Lange messen verticaal geplaatst vormen een gevaar! Daarom lange en/of scherpe messen horizontaal in de bovenste mand plaatsen.
Schade aan glaswerk en andere vaat
Mogelijke oorzaken: Type glas of productieproces. Chemische samenstelling van het wasmiddel Temperatuur van het water en de duurtijd van de cyclus.
Suggesties voor oplossing : Gebruik van glazen en porselein met de vermelding van de fabrikant 'vaatwasbestendig' Gebruik een mild afwasmiddel, indien nodig, informatie vragen aan de fabrikant. Selecteer een cyclus op lage temperatuur
Om schade te voorkomen, zo snel mogelijk de vaat verwijderen na het einde van het programma.
11.
Aan het einde van de wascyclus Aan het einde van de wascyclus, zal de vaatwas een geluidssignaal geven van 8 seconden, om het einde aan te geven. Gebruik de aan/uit knop om de machine te stoppen. Wanneer de wascyclus voltooid is. Uitschakelen van de vaatwas: - Als het lampje brandt en niet knippert dan is het programma voltooid. 1. Schakel de machine uit door op de aan/uit knop te drukken. 2. Stop de watertoevoer - Open langzaam de deur. Hete stoom kan ontsnappen zodra de deur open is. Warme borden zijn gevoelig voor breken. Laat de deur enkele minuten op een kier staan, zo kan het servies sneller afkoelen en drogen. - Uitladen van de vaat. Het is normaal dat de machine nog vochtig is aan de binnenkant. Ledig eerst de onderste mand en daarna de bovenste. Dit voorkomt dat het eventuele water van de bovenste mand op uw servies in de onderste mand valt.
Waarschuwing!
Het is gevaarlijk om de deur tijdens het wasproces te openen, het warme water kan u verbranden.
Filtersysteem De filter voorkomt dat grote voedselresten of andere voorwerpen de pomp kunnen bereiken. Deze resten kunnen soms de filter verstoppen. Het filtersysteem bestaat uit een voorbewerking filter, een platte filter (hoofdfilter) en een micro - filter (fijne filter)
2 1 3
1. Hoofdfilter Eten en vuildeeltjes vastgehouden in deze filter worden verpulverd door een jet in de onderste sproeiarm en geëvacueerd via kanalen onderaan. 2. Voorbewerking filter Grotere stukken afval, ook stukjes bot of glas die de kanalen zouden kunnen verstoppen worden in deze filter vast gehouden. Om een item die in deze filter vast zit te verwijderen, knijp zachtjes op het deksel bovenaan de filter en lift het op. 3. Fijne Filter Deze filter houdt vuil en resten vast zodanig dat ze niet op de vaat komen bij een volgende cyclus.
12.
6) Programmeren Tabel wascyclus Programma
Intensief
Aanbeveling
Voor zeer vuile vaat, voor aangedroogde etensresten op potten en pannen.
Normaal
Voor een normaal vuile vaat. Licht bevuilde potten en pannen
Een standaard programma, geschikt voor het wassen van een normaal vuile vaat. Het meest efficiënte programma in termen van energieverbruik en waterverbruik.
Glazen Voor licht bevuilde vaat of delicaat.
90 min
Snel
Voor een normaal bevuilde vaat, op normale snelheid.
Een korte cyclus voor licht bevuilde vaat. Geen droging vereist.
Omschrijving v/d voorwas/ cyclus wasmiddel Voorwas 50°C Hoofdwas 65°C Spoelen Spoelen Spoelen 65°C Drogen Voorwas 45°C Hoofdwas 55°C Spoelen Spoelen 65°C Drogen Voorwas Hoofdwas 50°C Spoelen Spoelen 60° Drogen Voorwas Hoofdwas 45°C Spoelen Spoelen 60°C Drogen Hoofdwas 65°C Spoelen Spoelen 65°C Drogen
duurtijd
5/27.5g
Energie Water glansspoel middel (Kwh) (L)
1 75
1.6
17
1 85
1. 3
14
17 5
0.92
10
115
0.87
14
of 3 in 1
5/27.5g
of 3 in 1
5/27.5g
of 3 in 1
5/27.5g
27.5g
90
1. 35
12
30g
40
0. 6
10
Hoofdwas 40°C Spoelen Spoelen 45°C
OPMERKING : EN50242 : Het ECO programma is conform aan de norm EN50242 met de volgende kenmerken : Capaciteit : 13 bestekken Positie bovenste mand : wieltjes op rails. Spoelen op positie 6 Het stroomverbruik in stand-by is 0,49W en bij uitzetten 0,45W
Toestel in werking zetten 1. Trek de bovenste en onderste compartimenten uit, plaats uw vuile vaat en duw de compartimenten terug op hun plaats. Het is aan te raden eerst het onderste compartiment te vullen, daarna het bovenste. Duur en kwetsbaar porselein mag enkel meet het delicaat programma gewassen worden. 2. Voeg wasmiddel toe (zie alinea's B, C en D) 3. Sluit de deur met lichte druk voor een correcte sluiting. Note : U hoort een klik bij correcte sluiting 4. Steek de stekker in het stopcontact. De voeding is 220-240 V, 50 Hz, specifiecatie voor de stekker is 250V 5. Zet de watervoorziening op volledige druk. 6. Druk op de AAN/UIT knop. 7.
Kies het gewenste programma volgens de vuitegraad van uw vaat, door te drukken op de knop selectie programma
8. Druk op de knop start/pauze om de wascyclus te starten
13.
NL
8/ UITRUSTING VAN DE VAATWASSER
• AANPASSEN VAN DE ZONES VOOR PLAATSING • Hoogte instelling van het bovenste rek Bij het plaatsen van grote schotels in het onderste rek moet het bovenste rek in zijn hoogste stand worden gezet. De instelling kan tot stand worden gebracht zelfs als het rek ingeruimd is (fig. 12). ① Instelling HOGE STAND: Het rek aan beide zijden voorzichtig optillen totdat het in de leibanen schiet. ② Instelling LAGE STAND: Het rek helemaal optillen aan beide zijden om het uit de leibanen te laten schieten en dan voorzichtig laten zakken tot aan de lage stand.
Fig. 12
Belangrijk: Controleren of de hoogte instelling van de twee leibanen aan beide zijden identiek is: rek horizontaal.
• Demontage van een besteklade: Voor sommige stukken hoog vaatwerk, bijvoorbeeld glazen met een voet, kan het nodig zijn om een besteklade te demonteren. - Maak de lade die u wilt demonteren leeg, trek hem uit en duw de lade dan ongeveer 3 cm terug. - Ondersteun de lade met een hand en maak de geleider los uit zijn bevestiging door de pal eronder naar buiten te drukken (afb. 13). Ga op dezelfde wijze te werk met de andere geleider. - Druk de geleiders terug terwijl u ze horizontaal naar binnen inklapt tot u een klik hoort (afb. 13.1).
Fig. 13
• Opnieuw monteren van een besteklade:
CLIC
- Plaats de pallen opnieuw in horizontale positie en trek eraan. Klik opnieuw de bevestigingen vast, eerst aan de ene zijde, daarna aan de andere.
Fig. 13.1
Belangrijk : Om redenen van veiligheid dienen messen met een lang lemmet en andere scherpe keukengereedschappen in de besteklade geplaatst te worden of plat in de bovenste mand. Was geen bestek met heften van been in uw vaatwasmachines.
• Onderste rek De in- en uitklapbare pennetjes vereenvoudigen het plaatsen van grote stukken (fig. 15).
Fig. 15 16
1.1
Fig. 14
NL
9/ DE VEILIGHEIDSUITRUSTINGEN VAN DE VAATWASSER
• Deur niet goed gesloten Het scherm knippert wanneer de deur niet of niet goed gesloten is.
• Vergrendeling toegang programma Tijdens de duur van het programma wordt de keuzeknop automatisch vergrendeld om eventuele bedieningen te voorkomen. Het wordt automatisch ontgrendeld door opening van de deur na beëindiging van het programma of door te annuleren.
• Overloopbeveiliging Dit systeem zet automatisch de afvoerpomp in werking als het waterpeil in de kuip een abnormale hoogte bereikt.
• Lekbeveiliging Dit systeem schakelt de watertoevoer uit als er een lek onder het apparaat wordt opgespoord.
Opmerking : Om te ontgrendelen, drie seconden lang drukken op de toets Start/Cancel (Opstarten / Annuleren).
17
1.1
NL
10/ WASPROGRAMMA’S
• PROGRAMMATABEL Type serviesgoed: porselein, pannen, bestek, glazen enz.. Hoeveelheid, soort en staatvan de voedselresten
Programma’s Verloop Programma
Ter indicatie, tijdsduur in mn. water (l.) energie (kWh)
Gemengd
Gemengd
Gemengd
Zeer korte cyclus (zonder wasmiddel) om het serviesgoed te spoelen en weer nat te maken in afwachting van een wascyclus de dag erop of nog later.
Zeer korte wascyclus 30 minuten Speciaal aangepast aan een kleine hoeveelheid dagelijkse vaat met weinig opgedroogde en niet vette resten.
Normaal vuil Dus een normale hoeveelheid vastgekleefde en vette resten. Dit programma is langer gezien de gemaakte energiebesparingen
Weken
Flash 30
BIO 50°C
*
Voorwassen koud
15’ 4,5 0,02
Wassen 45°C
Wassen 50°C
Spoelen
Spoelen
Warm spoelen
Warm spoelen
Drogen
Drogen
30’ 11 0,8
180’’ 12 0,97
Deze waarden hebben betrekking tot: - normale gebruiksvorwaarden met individuele producten (wasmiddel, zout, spoelmiddel). - enkel in gebruiksvorwaarden met multifunctionele producten. Ze kunnen verschillen volgens het laadvolume, de watertemperatuur, de instelling van de verzachter, de aanwezigheid van een spoelmiddel en de elektrische spanning.
18
1.1
NL
10/ WASPROGRAMMA’S
Gemengd
Gemengd
Gemengd
Résistante
Normaal vuil Dus een normale hoeveelheid vastgekleefde en vette resten
Korte wascyclus 60 minuten Speciaal aangepast aan de dagelijkse vaat met weinig vastgekleefde resten
Automatisch opsporing vuilheidsgraad Optimaliseert het resultaat met het accent op energiebesparing
Zeer vuil Zeer vuile grote schotels en pannen, ingebakken vet en voedsel, vet, frituur, gratin, saus enz..
Opti
AUTO 55/65°C
Intensief 70°C
Eco 55°C
**
60
Voorwassen
Warm voorwassen
Wassen 55°C
Wassen 60°C
Wassen 55/65°C
Wassen 70°C
Spoelen
Spoelen
Spoelen
Spoelen
Warm spoelen
Warm spoelen
Warm spoelen
Warm spoelen
Drogen
Drogen
Drogen
Drogen
130’ - 150’ 14,5 - 16,5 1,30 - 1,40
60’ 14 - 16 1,3 - 1,4
100’ - 130’ 14,5 - 16,5 1,4 - 1,6
120’ - 140’ 14,5 - 16,5 1,7 - 1,8
Aanbevolen programma:
* **
EN50242 IEC 436/DIN 44990
19
1.1
NL
11/ PROGRAMMEREN
E OFF 70°C
AUTO 55-65°C OPTI
Remaining time
TA B S
60 Start / C 55°C
Delayed start
BIO 50°C Set
Flash 30
A
Fig. 02
B C D
Tip: Zie de programmatabel op de vorige bladzijden om het juiste programma te kiezen naar gelang het type serviesgoed, de hoeveelheid en het soort voedselresten
• Onmiddellijk opstarten van een programma
Remaining Time
Kies het programma door de schakelaar A . te draaien. Op het scherm verschijnt de duur van het gekozen programma.. Druk op “Start” D , en het programma start. Het lampje “Remaining Time” brandt. Het scherm geeft de resterende tijd van het programma weer naarmate het programma zelf vordert.
Resterende tijdsduur programma
• Uitgestelde start van een
Wachten uitgestelde start
Tijdsduur programma Remaining Time
Einde programma
programma
Programmeer de uitgestelde start van uur tot uur (1 U tot 12 U), door te drukken op de toets “Delayed Start” B . Valideren door te drukken op “Start” D . Op de display verschijnt de aftelling van uur tot uur tot aan het moment dat het programma van start gaat.
Delayed start
Remaining Time
Resterende tijdsduur programma Einde programma
20
1.1
NL
11/ PROGRAMMEREN
• Apparaat uitzetten Draai de keuzeknop op "OFF" na beëindiging van het programma A .
• Annuleren van een programma Enkele seconden lang drukken op de toets “Start / Cancel” D , het programma stopt, het controlelampje “Remaining Time” gaat uit : u kunt een nieuw programma instellen.
Opmerking : De elektrische beveiliging van de deur, zowel bij het sluiten als bij het openen, kan ten gevolge hebben dat de controlelampjes even oplichten. Dit heeft verder geen invloed op de werking van uw apparaat. Naar gelang de behoefte en met name na een instelling van de waterverzachter, kan het programma aanvangen met drie minuten om de hars te regenereren. Deze fase verloopt zonder geluid.
21
1.1
NL
12/ SCHOONMAKEN VAN HET APPARAAT
• SCHOONMAKEN VAN DE AFVALFILTER
➀
Het filtersysteem is samengesteld uit meerdere elementen: A - afvalfilter B - grote hoofdfilter
B
A
C - micro-filter
➁
De filters zijn aangebracht in het midden van de kuip en moeten regelmatig worden schoongemaakt voor het verkrijgen van een optimaal wasresultaat.
• Handelingen:
A
➀
Voordat u de filter gaat demonteren moet u de restjes die zich hebben vastgehecht op de grote hoofdfilter B verwijderen met behulp van een spons om te voorkomen dat zij de sproeiarmen verstoppen. Zet het draaikruis in de stand zoals aangegeven in de afbeelding (fig. 14). ➁ De afvalfilter een kwart slag losdraaien en dan A . ③ De hoofdfilter verwijderen B .
④ De zeef van de micro-filter verwijderen
C
③
B
④
C .
C
fig. 14
⑤ De filters A , B en C zorgvuldig schoonmaken onder de kraan (fig. 15).
⑤
Terugmonteren: De hierboven beschreven handelingen in omgekeerde volgorde uitvoeren door de filters C B en vervolgens A in deze volgorde terug te plaatsen.
A
fig. 15
Belangrijk:
Niet vergeten de afvalfilter A te vergrendelen door hem een kwart slag vast te draaien.
22
1.1
B
C
NL
12/ SCHOONMAKEN VAN HET APPARAAT
• Periodiek Om de drie à vier maanden het speciale onderhoudsprogramma zonder serviesgoed aanzetten om mogelijke aanslag te verwijderen, met een speciaal reinigingsmiddel voor de vaatwasser beschikbaar in de winkels.
Belangrijk: Dit product buiten bereik van kinderen houden.
• Lange stilstand De vaatwasser helemaal schoonmaken, dan de steker uit de contactdoos halen en de waterkraan dicht doen. Ervoor zorgen dat de vaatwasser niet kan bevriezen.
Tip: Geen schuurpoeder, metalen sponsjes of producten op basis van alcohol of thinner gebruiken. Gebruik een doek of een spons. Als u verhuist moet u, om te voorkomen dat water uit de machine stroomt, eerst een weekprogramma opstarten.
23
1.1
NL
13/ STORINGEN
• SAMENVATTING VAN DE FOUTMELDINGEN d01: fout toevoer water (kraan)
d07: fout overloop / lekbeveiliging
d02: fout afvoer
d08: fout verdeling besproeiing
d03: fout verwarming
d11: fout druksonde
d04: fout temperatuur
d12: fout vullen (detectie waterinvoer)
d05: fout motor onderbelast
d13: fout oververhitting
d06: fout motor overbelast
d14: montagefout :(slechte aansluiting voor afvoer of debiet en onvoldoende kraan). - bevuild filtersysteem.
Tip: Indien één van de defecten hierboven gebeurt en u een reparateur oproept, vergeet niet hem het getoonde bericht (d01,d02...) mee te delen om zijn taak te vergemakkelijken.
• BIJ DE INWERKINGSTELLING Probleem
Mogelijke oorzaak
Bij het openen valt de deur zwaar naar beneden (inbouwmodel)
Wat te doen
- de veren van de deur zijn niet - de 2 spanschroeven aanvoldoende gespannen om het draaien, deze zijn aangebracht gewicht van het paneel op te in het onderste deel, boven de kunnen vangen. voorpoten. Als de deur open is, blijft hij - de veren van de deur zijn te - de 2 spanschroeven losniet horizontaal staan of gaat te strak gespannen. draaien, deze zijn aangebracht snel weer naar boven (inbouwin het onderste deel, boven de model) voorpoten. - er is geen houten paneel. - het apparaat voorzien van een houten paneel (of voorlopig van een spaanplaat) en de veren bijstellen. Bij het sluiten “hapert” de deur - Het apparaat staat niet waterpas - de poten bijstellen - goed centreren door de ach- de deur is niet goed gecentreerd ten opzichte van de kuip. terpoten bij te stellen Het bovenste rek wil niet in de - onjuiste hantering (het rek is te - voorzichtiger te werk gaan (zie bovenste stand blijven staan snel naar boven toe getrokken). handleiding), eerst één kant dan de andere. Kleine lekkage om het apparaat - lekkage aan de kraan. - kijken of er een afdichting is heen of eronder (het apparaat aangebracht en de moer aanverplaatsen om het lek beter te - lekkage op het apparaat, (zie draaien. kunnen lokaliseren) - de kraan dicht doen en een tabel fout 07). technicus bellen. Kleine lekkage aan de deur - het apparaat staat niet waterpas. - de stelpoten bijstellen - de achterpoten bijstellen. - de deur is niet goed gecentreerd ten opzichte van de kuip.
24
1.1
NL
13/ STORINGEN
• DE CONTROLELAMPJES Probleem
Mogelijke oorzaak
Wat te doen
Het controlelampje zout gaat niet uit
- geen of onvoldoende hoeveel- - het bakje vullen en wachten tot heid zout in het bakje, te weinig de cyclus is afgelopen. Bij zacht om de drijver in te schakelen. water waar men geen zout hoeft toe te voegen, zal het controlelampje blijven branden. Alle controlelampjes gaan ach- - onjuist programma. - het aan de gang zijnde proter elkaar branden gramma annuleren door 3 sec. te drukken op de toets opstarten, dan een nieuw programma - onjuiste stand van de program- instellen. Een controlelampje knippert, makeuzeschakelaar (tussen 2 - de keuzeschakelaar op een het programma start niet op standen in). programmastand zetten.
• BIJ HET PROGRAMMEREN, OP DE DISPLAY Probleem
Mogelijke oorzaak
Wat te doen
De cyclus duurt te lang
- de energiebesparende programma’s duren langer aangezien zij de lagere was- en droogtemperatuur compenseren door een langere draai- en droogduur.
- het is beter deze programma’s ’s nachts te gebruiken als de benodigde tijdsduur en het tijdstip van afloop niet van belang zijn.
Het apparaat doet de stroom uitvallen
- stroomsterkte ontoereikend om alle in werking zijnde apparaten tegelijk te voeden.
- de stroomsterkte op de contactdoos controleren (min. 10A) evenals de sterkte van de meter. - interne fout van het apparaat. - een technicus bellen.
Het apparaat wil niet opstarten - er staat geen netstroom op de contactdoos. - kraan dicht (zie tabel fout 01) - de toevoerslang is geknikt.
- controleer de contactdoos en de zekering. - controleer of de kraan open staat. - controleer of de slang goed is - fout bij het selecteren en blok- aangebracht. - annuleren door 3’’ op kering van programma Opstarten te drukken en - te lang gedrukt (> 2’’) op de opnieuw programmeren. start knop. - één keer drukken op de toets - het apparaat is in de veilig“Opstarten” om het programma heidsstand gegaan (anti-lekvan start te doen gaan. kage), (zie tabel fout 07) - een technicus bellen.
25
1.1
NL
13/ STORINGEN
Probleem
Mogelijke oorzaak
Wat te doen
Het apparaat wil niet opstarten - de deur wordt tijdens de cyclus geopend. Het apparaat loopt niet leeg. (zie tabel fout 02).
Het apparaat is verstopt (zie tabel defect 14)
- wachten op afloop temporisering hervatting cyclus (intern beheer, wordt door het apparaat verzorgd). - het dekplaatje op de sifon van - het dekplaatje verwijderen. de gootsteen is niet verwijderd. - controleren of de slang naar behoren achter het apparaat loopt. - afvoerslang geknikt. - filters demonteren en schoonmaken evenals de leegput. - filters helemaal verstopt. - een weekprogramma opstarten. Als de storing niet verdwijnt, - pomp geblokkeerd. een technicus bellen. - afvoerinstallatie is niet - de montageinstructies van de conform: te lage afvoer of buis afvoerbuis volgen. te ver ingestoken. - syphonnage: het apparaat voert af terwijl het vult. - bevuild filtersysteem. - Filters reinigen.
• SLECHT WASRESULTAAT Probleem Sporen van voedselresten, “zandkorrels” op de glazen.
Vetsporen
Mogelijke oorzaak
Wat te doen
- vaatwerk onjuist ingedeeld - het vaatwerk goed indelen, en (achter een groter stuk of juiste vakken en toebehoren eronder, te dicht tegen elkaar, gebruiken naar gelang het type in elkaar geschoven). vaatwerk (zie handleiding). - bovenste draaikruis geblok- Kijken of het draaikruis vrijelijk keerd door bord, schotel … kan draaien (mal draad), zonodig het rek in de hoogste stand zetten. - filter niet goed vastgezet, - controleren of de filter stevig komt naar boven tijdes de op zijn plaats is aangebracht cyclus. en vergrendeld (“helemaal” naar rechts draaien). - zeef van micro-filter vuil. - alle filters demonteren en schoonmaken (met lauw water) met inbegrip van de zeef (1 keer per maand). - één of meerdere openingen - het draaikruis demonteren van het draaikruis verstopt door de hendel een kwart slag te draaien en hem onder de kraan schoon spoelen (geen enkel voorwerp hiervoor gebruiken om de openingen niet te beschadigen). Het draaikruis terugmonteren. - te weinig wasmiddel, wasmiddel van slechte kwaliteit of te oud product. - onjuist programma (te lage temperatuur, te korte tijdsduur)
26
1.1
NL
13/ STORINGEN
• SLECHTE WASRESULTATEN Probleem Witte sporen (aard van de sporen identificeren)
Mogelijke oorzaak
Wat te doen
- kijken of er nog zout aanwezig - kalklaagje (kan met azijn is in het bakje (controlelampje worden verwijderd). uit = OK). - de hardheidsgraad van het kraanwater controleren en de verzachter aan de hand hiervan instellen. Zonodig in een hogere stand zetten. - het water is te hard voor het gebruik van een “4 in 1” wasmiddel zonder toevoeging van zout. - zoutsporen (zoute smaak aan - kijken of de dop van het zoutbakje wel goed gesloten is. het serviesgoed)
Witte sporen (aard van de sporen identificeren)
- glazen worden geopaliseerd - de hardheidsgraad van het door te zacht water (verdwijnt kraanwater controleren en de niet). verzachter aan de hand hiervan instellen. Bepaalde wasmiddelen in tabletvorm zijn agressiever voor glazen en decoratieve stukken (een ander middel gebruiken en zonodig een beschermingsmiddel gebruiken). Kleursporen (thee, wijn, koffie) - de verschillende stukken vaat- - de verschillende stukken vaatwerk zijn niet goed ingedeeld. werk met de holte naar de - dosis wasmiddel ontoereikend of straal toe zetten. wasmiddel van slechte kwaliteit. - de dosis opvoeren, een ander wasmiddel uitproberen. - Als u een combinatieproduct - kies optie “4 in 1”(naar gelang gebruikt. model). Druipsporen of opgedroogde druppels op de glazen
- geen spoelmiddel meer of dosis ontoereikend. - spoelmiddel te oud of ondoeltreffend. - Als u een combinatieproduct gebruikt.
Opgedroogde sporen op glazen, niet echt helder
- Als u een combinatieproduct gebruikt.
27
1.1
- controlelampje controleren en het bakje helemaal vullen; de doseerinrichting zonodig bijstellen en op een hogere stand zetten. - een recent product gebruiken (als het product goed is, lost het moeiteloos op en schuimt het in koud water). - kies optie “4 in 1” met instelling waar de nadruk wordt gelegd op het drogen (parameters in het menu, naar gelang model). - kies de optie “4 in 1” met instelling waar de nadruk wordt gelegd op de glans (parameters in het menu, naar gelang model).
NL
13/ STORINGEN
• SLECHTE WERKING Probleem
Mogelijke oorzaak
Wat te doen
Wordt constant gevuld
- de afvoeropening ligt te laag ten opzichte van het apparaat (zie tabel fout 02).
Veel afval op de grote filter bij afloop van de cyclus
- de filters en de leegput zijn - de filters demonteren en schoonverstopt door te veel onzuiver- maken evenals de bodem van de heden. leegput, de grootste voedselresten van de borden afhalen voordat u ze in de vaatwasser zet. - de RVS kwaliteit (met name - gebruik bestek messen) is niet geschikt voor “vaatwasbestendig”. de vaatwasser. - kijken of de dop van het zoutbakje wel goed gesloten is.
Roetsporen op RVS
- leegloopafsluiter is op de grond gevallen.
• SLECHT DROOGRESULTAAT Probleem Talrijke druppeltjes op de glazen
Mogelijke oorzaak - onvoldoende spoelmiddel of dosis ontoereikend. - de dosis wordt niet verspreid. - plaatsing van het vaatwerk.
Wat te doen - controlelampje controleren en het bakje helemaal vullen. - als het bakje niet leeg is na ongeveer 60 wascycli, moet u een technicus bellen.
- om het probleem te beperken, het vaatwerk zodanig indelen dat het zo weinig mogelijk water vasthoudt, indien mogelijk de deur enkele minuten open laten staan. Druppeltjes op plastic vaat- deze isolerende artikelen - deze artikelen zo goed mogewerk, tefal coating hebben een zwakke lijk indelen, zo mogelijk in het warmtemassa. bovenste rek. Droogt minder goed bij kort - bij de korte programma’s wor- - een kort programma weldoorprogramma den de temperatuur en de dro- dacht selecteren of de deur gingstijdsduur beperkt om de enkele minuten iets open laten duur van de cyclus max. te staan. beperken. Condensatie op de wanden van - er kan condensatie ontstaan de tegendeur of de kuip. op de wanden, met name na afkoeling (een geluidsisolatie versterkt dit nog).
28
1.1