Erasmus Magazine
16 september 2010 #03
www.erasmusmagazine.nl
Aantal doden door infarcten kan omlaag
Vegatips Hoe help je voor Antilliaanse risicojongeren? studenten
In Ne ter w na s i tio ns n id al e
HErriE in DE mEnSA
Projectleider Eurekaweek (m/v) Wij zoeken voor deze functie een student of pas afgestudeerde die vanaf 1 november 2010 beschikbaar is. Als projectleider ben je verantwoordelijk voor de samenstelling, aansturing en begeleiding van de Eurekaweekcommissie 2011. Verder onderhoud je de interne en externe contacten ter voorbereiding van de Eurekaweek en ben je eindverantwoordelijk voor het programma, de begroting, de evaluatie en de financiële eindafrekening. Wij verwachten dat je als projectleider stressbestendig bent, het overzicht kunt behouden en natuurlijk over goede sociale en communicatieve vaardigheden beschikt. Daarnaast is kennis van en ervaring met een grootschalig project vergelijkbaar met Eureka een vereiste. Uit je brief moet blijken waarom je denkt aan deze criteria te voldoen. Tegenover de te verrichten werkzaamheden staat een aanstelling bij de EUR en een salaris gedurende twaalf maanden. De gemiddelde tijdsbesteding ligt op drie dagen per week. In juni, juli en augustus moet je fulltime inzetbaar zijn. Je sollicitatiebrief met Curriculum Vitae moet uiterlijk vrijdag 1 oktober binnen zijn bij de heer drs. A.C.H. van Dijke, hoofd studentenvoorzieningen, Erasmus Universiteit Rotterdam, Postbus 1738, 3000 DR Rotterdam of per e-mail:
[email protected] Nadere inlichtingen over deze functie kun je krijgen bij: Bernard den Boogert, studentendecaan, tel. 010-4081139, e-mail:
[email protected] Stefanie Witkowski, projectleider Eurekaweek 2010, tel. 0104081499, e-mail:
[email protected]
Op zoek naar een bijbaan met inhoud, flexibiliteit rondom je rooster én goede verdiensten? De grootste beveiligingsorganisatie van Nederland, Trigion beveiliging, zoekt voor haar hoofdkantoor in Schiedam een
Medewerker informatievoorziening m/v 16-24 uur per week Je voorziet de interne organisatie en opdrachtgevers van managementinformatie. Daarnaast onderhoud je de modellen en geautomatiseerde systemen die voor rapportage doeleinden worden gebruikt. Ben jij een energiek en enthousiast persoon met een hoog verantwoordelijkheidsgevoel? Heb je cijfermatig inzicht en ruime ervaring met Excel? Reageer dan snel! Mail je reactie naar
[email protected] of bel voor meer informatie over de functie met Len Nolles (010-4623386). Studentenpakketten: -30 rijlessen incl. Praktijk examen €880,- - 40 rijlessen incl. Praktijk examen+TTT+GRATIS theorie online €1285,(Gespreide betaling is ook mogelijk) Tel: 010 - 437 25 77
[email protected] www.RijscholenConcurrent.nl
Foutloze scriptie?
Laat je Nederlandstalige scriptie door een corrector nakijken op hinderlijke taal- en stijlfouten. Richtprijs voor correctie (spelling, grammatica en leestekens) 1 cent per woord, redigeren (ook stijl en consistente keuzes) 3 cent. Gratis vrijblijvende proefpagina en offerte. E-mail:
[email protected] Tel: 06-41390301
Directie Chauffeur
Student gevraagd, wonend in omgeving Utrecht/Bosch en Duin, studerend in Rotterdam, voor chauffeurswerkzaamheden van Bosch en Duin naar R’dam Brainpark v.v. op werkdagen, in overleg. Meer info: Daphne Huntink Workships Group B.V., 010-4530377
INHOUD
De Kwestie
10 | Antilliaanse risicojongeren
16 september 2010 | 03
10 | Antilliaanse risicojongeren
14 | Herrie in de mensa
Drs. Tomaslav Tudjman deed onderzoek naar Antilliaanse jongeren. ‘Een klein clubje heeft problemen, maar die zijn dan ook niet gering.’
Coververhaal
14 | Herrie in de mensa
Beter eten voor minder geld was de hoop toen cateraar Albron het stokje van Avenance overnam. Maar veel studenten en medewerkers zijn ontevreden.
18 | Vijf studies in vijf jaar
Achtergrond
18 | 5 studies in 5 jaar
Igna Bonfrer kreeg er een prijs voor uitgereikt, maar zit op vrijdagavond gewoon aan de Oude Haven op het terras.
Wetenschap
22 | ‘Een brommertje tegen je borst’
26 | Sofie
Professor biomedische technologie Ton van der Steen over het terugdringen van het aantal van 22.000 doden door infarcten per jaar.
Lifestyle
25 | Gevarieerd vega
Vegetarisch eten heeft allang geen saai en stoffig imago meer; het is zelfs helemaal bon ton.
En verder… 04 06 10 20
Uitvergroot Campus Ongehoord Studenten helpen daklozenpension 28 Service 29 International Pages 32 Achterpagina
Confusie Je schijnt aan de kleur van de schoenen te kunnen zien of iemand in Delft, Rotterdam of Leiden studeert. Rotterdammers en Leienaren dragen zwarte schoenen, Delftenaren bruin of bordeauxrood. In Delft noemen ze de Leidse studentenmeisjes kippetjes, Delftenaren op hun beurt hebben als bijnaam fietsenmakers, en de Rotterdamse studenten staan bekend als carrièrejagers. Niet verwonderlijk dus dat de eerste reacties deze week op het nieuws dat de universiteiten van Delft, Leiden en Rotterdam nadenken over ‘verregaande samenwerking’ meteen blijk gaven van de cultuurverschillen tussen de instellingen. Want wat betekent nu ‘verregaande samenwerking’? Is dat ook een bestuurlijke fusie op termijn? Rotterdam: Dat sluiten we niet uit. Delft: Na de inhoud kunnen we misschien bestuurlijke taken in elkaar schuiven. Leiden: We kunnen wellicht samen optrekken richting Brussel, maar eerst de inhoud. Nu is samenwerken mooi; zeker omkleed met woorden als synergie, structurering en meer internationaal aanzien. Toch geven de problemen bij de anonieme leerfabrieken in het voortgezet onderwijs en de hogescholen te denken over de voordelen van schaalvergroting voor de studenten en medewerkers. Zeker op een universiteit als deze – maar het zal in Delft en Leiden niet anders werken – is het nu al lastig genoeg om de neuzen één kant op te krijgen als het gaat om facilitaire zaken; iedere faculteit heeft toch het liefst zijn eigen ICT- en marketingafdeling. Goed, ik heb mijn collega’s in Delft en Leiden al even gemaild. Wij zijn er klaar voor. Niet voor een fusie, maar wel voor het scherp volgen van deze plannen.
Erasmus Magazine/EM onafhankelijk opinie- en informatieblad van de Erasmus Universiteit Rotterdam
Wieneke Gunneweg Hoofdredacteur Erasmus Magazine & EM Online
[email protected]
UITVERGROOT
DE WijDE WERELD
Op de zaterdag voor de eerste colleges betrekt Nienke Conijn (18) haar kamer in een Stadswonenflat aan de Scheepmakershaven. Vanaf nu heeft de eerstejaars geneeskunde vier huisgenoten, twee badkamers, een gedeelde keuken en liggen de verleidingen voor altijd op loopafstand. Conijn verheugt zich op de zelfstandigheid, maar ook op het gezellige studentenleven. “Ze zeggen dat je nooit alleen eet, maar ook bijna nooit met z’n allen. Er is altijd wel iemand die moet voetballen. Of zoiets.” GM (foto:LW)
16 september 2010 | 05
CAMPUS
16 september 2010 | 06
HUISVESTING
‘Rotterdamse student is verwend’
Collegevoorzitter Pauline van der Meer Mohr tijdens de opening van het academisch jaar
UNIVERSITEIT
EUR gaat intensiever samenwerken met Delft en Leiden
De Erasmus Universiteit wil intensiever gaan samenwerken met de TU Delft en de Universiteit Leiden. Van een fusie wil de EUR-collegevoorzitter niet spreken, maar ze sluit het niet uit. Delft en Leiden drukken zich nog wat voorzichtiger uit.
Dit voornemen tot intensievere samenwerking kondigde voorzitter Van der Meer Mohr aan tijdens de opening van het academisch jaar op maandag 6 september. Concreet betekent het dat de secretarissen van de drie universiteiten tot december maan-
heeft in een rapport aangegeven dat Zuid-Holland achterblijft qua kennisontwikkeling, en bedrijven en organisaties in de regio willen dat de universiteiten meer en beter gaan samenwerken. Inhoudelijk werken de universiteiten al veel samen. In een
‘De liefde komt zeker van drie kanten’ delijks bij elkaar komen om de mogelijkheden voor samenwerking in kaart te brengen. Eind 2010 wordt besloten of er vervolgstappen komen. Het initiatief voor de verkenningstocht komt uit Rotterdam, zegt van der Meer Mohr na afloop van de opening. Ze geeft daarvoor drie redenen: samen komen de drie universiteiten hoger uit in de internationale rankings, de OESO
interview met dagblad Trouw zei Van der Meer Mohr hierover: “We kijken ook of we onderwijs of onderzoek waarin een van ons zwakker is, niet beter elders kunnen voortzetten.” Verder overwegen de universiteiten gezamenlijk een zogeheten university college voor ambitieuze studenten op te zetten. Hoewel het woord fusie door Delft en Leiden niet in de
mond wordt genomen, beamen beide universiteiten dat het voornemen om meer samen te werken, er is. “De liefde komt zeker van drie kanten”, zegt een woordvoerder van de TU Delft. In de Delftse universiteitskrant Delta zegt collegevoorzitter Dirk Jan van den Berg dat de bestaande samenwerking tussen de drie universiteiten de komende tijd ‘veel meer dynamiek’ krijgt. Zo wordt er gedacht over een gezamenlijke school of public management. “En na de inhoud kunnen misschien bestuurlijke taken in elkaar worden geschoven.” De Leidse woordvoerster houdt het op een ‘intensievere en meer gestructureerde’ samenwerking op inhoudelijke terreinen. “Denk aan een opleiding die onze bachelor Chinees combineert met een Rotterdamse opleiding economie.” WG (foto: LW)
De Rotterdamse student is kieskeurig als het gaat om huisvesting. Kwantitatief is er nauwelijks sprake van kamernood. Wachtlijsten ontstaan doordat studenten met een eisenpakket aankomen. Dat zegt woningcorporatie Stadswonen. Als je wilt, heb je binnen no time een kamer, daar komt het op neer. Het probleem is alleen, zegt een medewerker van Stadswonen, dat veel studenten niet aan de rand van de stad willen wonen. “Als ze Rotterdam binnenkomen, hebben ze het centrum of Kralingen op hun netvlies gebrand staan.” Terwijl de Landelijke Studentenvakbond (LSVb) moord en brand schreeuwt over een tekort van twintigduizend wooneenheden in Nederlandse studentensteden, lijkt de situatie in Rotterdam onder controle. Gemiddeld bedraagt de wachttijd nu zes tot negen maanden; in de loop van het collegejaar gaan daar zelfs nog drie maanden vanaf. Typerend voor een kwalitatieve woningnood, zoals het Rotterdamse probleem wordt omschreven, is de aanwezigheid van zowel leegstand als lange wachtlijsten. Volgens Stadswonen weigeren studenten een kamer in Rotterdam-West of -Alexander, omdat ze willen wachten op een plek in het hart van de stad. Terwijl je dat wachten net zo goed kunt doen terwijl je al op kamers zit, aldus Stadswonen. Ook de buitenlandse studenten, voor wie het een paar jaar geleden nog problematisch was om woonruimte te vinden, zijn dit jaar allemaal onder de pannen. GM
CIJFER
eerstejaars studenten stonden volledig ingeschreven op de EUR op 1 september. Dat is 28 procent meer dan op dezelfde datum in 2009, aldus het Erasmus Inschrijvingssysteem
CAMPUS
16 september 2010 | 07
KORTAF
Scholarschip en leerstoel in naam Van Nunen Ter nagedachtenis aan prof. Jo van Nunen, die in mei onverwacht overleed, komt er een scholarship en een leerstoel met zijn naam op het gebied van transport en logistiek. Het Havenbedrijf Rotterdam nam het initiatief voor de beurs voor buitenlandse studenten, RSM stelt de leerstoel in. Op 3 september was er een seminar ter nagedachtenis van de hoogleraar Logistiek die deze maand met pensioen zou gaan. LJ
Hartekreet Uraadvoorzitter Bestuurskundige Harry Daemen heeft de voorzittershamer van de Universiteitsraad na zes jaar overgedragen aan juriste Ageeth Klaassen en luchtte op de receptie zijn hart: “Laten we elkaar geen rad voor de ogen draaien: werken in de medezeggenschap leidt niet tot aanzien in deze organisatie. En dat is jammer. Ik ga niet weg als tevreden voorzitter. Het werk is nog niet af. Maar ik heb vetrouwen in de raadsleden en de nieuwe voorzitter. Ga door op weg naar proactieve raad!” WG
Studenten op de nullijn De basisbeurs en de aanvullende beurs worden de komende twee jaar niet met de inflatie verhoogd. Demissionair staatssecretaris Van Bijsterveldt krijgt hiervoor voldoende politieke steun, maar niet van de SP en de PVV. Als de inflatie aan het eind van dit jaar nog steeds 1,2 procent bedraagt, kost de maatregel een student volgend jaar maandelijks zo’n drie euro. De staatssecretaris verwacht dat de bezuiniging de schatkist 46 miljoen oplevert in 2011, oplopend tot 68 miljoen in 2014. HOP
STUDENTENORKEST
MajEUR treedt op tijdens Gergievfestival Koud was het wel, maar ook bijzonder. Op uitnodiging van het Rotterdams Philharmonisch Orkest speelde MajEUR, het Rotterdamse studentenorkest, dinsdag 7 september een bijzonder carillonconcert op het Grotekerkplein bij de Laurenskerk ter gelegenheid van het Gergievfestival. Sandra Leurs is na afloop verkleumd maar tevreden over het samenspel met beiaardier Boudewijn Zwart die op een mobiel DIT WAS HET NIEUWS OP EM ONLINE carillon speelde. WG (foto: LW) Cao-onderhandelingen universiteiten hervat Eind september gaan universiteitsvereniging VSNU en de vakbonden weer in gesprek over een nieuwe cao voor universiteitsmedewerkers. lees meer op www.erasmusmagazine.nl
DE QUOTE
Trouwens, over het algemeen zijn hoogleraren benaderbare mensen. Hoogleraar Klinische epidemiologie van hart- en vaatziekten, Eric Boersma, raadt in het Reformatorisch Dagblad eerstejaarsstudenten aan om gewoon direct contact met hun profs te leggen.
Geen extra geld voor studentbestuurders Demissionair staatssecretaris Marja van Bijsterveldt gaat het collegegeld van student-bestuurders definitief niet kwijtschelden. lees meer op www.erasmusmagazine.nl
Sportcafé krijgt grotere menukaart Erasmus Sportcafé – voorheen De Etappe – heeft het assortiment uitgebreid met vooral gezonde producten. lees meer op www.erasmusmagazine.nl
Discriminatie ov-student Net als andere ov-kaarthouders moeten studenten van wie de ov-chipkaart stuk is of gestolen, een tijdelijke kaart en vergoeding krijgen, eist de LSVb. lees meer op www.erasmusmagazine.nl
Service online De rubriek Service uit het blad is grotendeels verplaatst naar onze website, en wordt elke twee weken ververst. lees meer op www.erasmusmagazine.nl
CAMPUS
16 september 2010 | 08
Rechtenstudenten moeten sinds 2008 een taaltoets doen
STUDIERENDEMENT
Rechten moet nu ingrijpen
De Erasmus School of Law (ESL) gaat de studievoortgang van de nieuwe lichting eerstejaars studenten intensief monitoren, zodat knelpunten tijdig worden gesignaleerd en snel kan worden ingegrepen. Dit om de hoge studie-uitval te verminderen.
De faculteit kampt al jaren met lage studierendementen en moet van het College van Bestuur snel actie ondernemen. Eerdere maatregelen als een numerus fixus, een taaltoets en een ander onderwijsprogramma leverden niet het gewenste resultaat op. In allerijl heeft de ESL daarom een brief geschreven aan het CvB met maatregelen die nu al kunnen worden ingevoerd. Zo hebben eerstejaars al tijdens de facultaire introductie op 2 september in een enquête de details van hun vooropleiding aangegeven. Op basis van deze gegevens worden ze in kleine vaardighedengroepen ingedeeld, zodat beter op de voorkennis van studenten kan worden aangesloten. Tevens wordt al tijdens de eerste collegeweek in kaart gebracht hoe de eerstejaars hun studie en studentenleven willen gaan inrichten en welke verwachtingen ze zelf hebben van hun studievoortgang. “Wij hopen hiermee handvatten te krijgen voor de inrichting van het studieprogramma, om zo de studenten optimaal te laten doorstromen”, legt onder-
wijsdecaan Suzan Stoter uit. Om de eerstejaars extra te motiveren, looft de faculteit een beloning uit aan de vaardighedengroep waarvan de meeste studenten na het eerste studiejaar 60 ECTS hebben behaald. Nog onbekend is wat de beloning is. Excellente studenten kunnen bovendien terechtkomen op de Dean’s list. Zij mogen dan bijvoorbeeld mee met een belangrijk werkbezoek en worden persoonlijk ontvangen door de decaan. Bovendien wil Stoter docenten gaan trainen in het oppikken van signalen wanneer een student de mist in dreigt te gaan. “Als een docent bijvoorbeeld weet dat een student bij het voorgaande vak slecht heeft gescoord, is dat een belangrijk signaal. Een stukje coaching zou al kunnen helpen.” Overigens beslist de faculteit binnenkort of ze de numerus fixus zal handhaven. Dit jaar werd de fixus niet gehaald, maar met oog op de intensieve monitoring van het studiegedrag is het beperkt houden van het aantal studenten gewenst. LJ (foto: LW)
Ledenaantal verenigingen stijgt De studentenverenigingen hebben goed geboerd tijdens de Eurekaweek, want zij hebben bijna allemaal meer leden binnengehaald dan vorig jaar. En door de na-inschrijvingen kan dit aantal nog verder oplopen. Bij het Rotterdamsch Studenten Corps, dat zich dit jaar actief richtte op buitenlandse studenten, zijn zes internationals lid geworden. Ook dat is meer dan de één of twee aanmeldingen in voorgaande jaren. LJ
‘Gen-defect opsporen was hoogtepunt, prijs is een bonus’ TALENT AAN DE EUR
Menno van Zelm Menno van Zelm (31) wist al dat het mooi werk was wat ze deden, hij en zijn collega-wetenschappers. De onderzoeker, nu werkzaam bij de afdeling Immunologie van het
Erasmus MC, doet wat hij wil doen: de hele patiënt onderzoeken, van het netwerk van afweercellen tot aan het DNA. Als bioloog tussen de medici. Hij vond een van de gen-defecten die bij jonge kinderen regelmatig zware infecties veroorzaken. Dat was een mooi moment, één van de hoogtepunten in zijn wetenschappelijke loopbaan tot nu toe. Maar er volgden er meer, want dit gen-defect opsporen was niet het moeilijkste; hoe leidt deze fout tot ziekte, en kun je deze kennis
gebruiken om uiteindelijk de kinderen te genezen? En ook dat werd steeds duidelijker, al kostte dat nog wel een paar jaar. Het leverde in ieder geval mooie publicaties in gerenommeerde tijdschriften op. Hij wist dat hij zeer gewaardeerd werd. Toch kwam het telefoontje van Robbert Dijkgraaf himself onverwacht. De president van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen feliciteerde hem met de Heineken Young Scientist Award voor Geneeskunde.
Echt trots op zichelf is de bioloog niet, wel vereerd natuurlijk. Trots was hij toen hij beurzen binnenhaalde om zijn eigen onderzoeksgroep op te bouwen. Een prijs krijg je, daar kun je niet je best voor doen – het is een bonus die mooi op je CV staat. Op 23 september schudt Van Zelm de hand van kroonprins Willem-Alexander die in de Beurs van Berlage de prijzen aan de onderzoekers overhandigt, en dat vindt hij wel bijzonder. WG (foto: Piet Smaal)
CAMPUS
16 september 2010 | 09
ACHTERAF
Biogas Waar: Museum Boijmans van Beuningen Wanneer: donderdag 9 september, 15.00 – 16.45 uur
Luc Gerretsen (22), masterstudent economie & rechten, tevens chairman van de International Banking Cycle 2010. Wat is dat precies, een Banking Cycle, en voor wie is het bedoeld? “Het is het enige evenement
in Nederland waarbij de tien grootste investeringsbanken van de wereld, zoals Morgan Stanley, Merrill Lynch, Credit Suisse, maar ook ING, mensen recruiten. Studenten kunnen, na een strenge selectie, workshops volgen bij zo’n bank en wellicht er een baan aan overhouden; de banken letten bij hun selectie vooral op cijferlijsten en wat voor een stage er is gelopen.”
Willen studenten dan nog bij een bank werken? “Ha, ha.
Ik heb nog nooit van studenten gehoord dat ze niet meer bij een bank willen werken vanwege het verslechterde imago. Nog steeds schrijven veel studenten zich in voor de financiële studies. Daarbij is alles weer terug bij het oude; het gaat er misschien nog niet helemaal zo aan toe als tijdens de hoogtijdagen, maar bonussen worden gewoon weer uitbetaald.”
Zijn er nog wel genoeg investeringsbanken over die mensen aannemen na al die faillissementen? “Vorig jaar deden er nog acht banken mee, dit jaar alweer tien. Er is zelfs een wachtlijst voor deze editie.”
Wat vind je zo leuk aan het organiseren van zo’n cycle?
“Het is een prachtige kans om eens een kijkje in de keuken van investeringsbanken te nemen. Mensen mogen er misschien veel verdienen, ze werken ook keihard. Dat merk ik onder meer aan de tijdstippen waarop ik mailtjes van ze krijg. Persoonlijk ga ik zelf later liever werken in de consultancy; daar kan ik meer doen met mijn rechtenstudie.” GE De Banking Cycle duurt van 30 september tot 10 november. Ga voor informatie en inschrijven naar www.bankingcycle.com
Een mooie nazomerse middag in Rotterdam. Het is bijna jammer dat er naar binnen gegaan moet worden. Maar goed, indoors, in een zaaltje in Museum Boijmans van Beuningen, zit wel een trio heren van naam klaar die over het niet geheel onbelangrijke fenomeen Cradle to Cradle gaan discussiëren. Cradle to Cradle – voor intimi C2C – gaat er vanuit dat alle materialen, inclusief restproducten, altijd milieuneutraal te hergebruiken zijn. Dit onder het motto; ‘Afval is voedsel.’ Het event was dan ook ruim van tevoren volgeboekt (al blijkt bij binnenkomst aan de hoeveelheid lege stoelen te zien dat zo’n kwart verstek heeft laten gaan), want de drie heren zijn niemand minder dan: de Rotterdamse kunstenaar Joep van Lieshout, grondlegger van Atelier van Lieshout, die momenteel in de Onderzeebootloods in het havengebied van de Maasstad een tamelijk sinistere installatie tentoonstelt, Infernopolis geheten; Michael Braungart, de Duitser die samen met William McDonough zo’n beetje de godfather van C2C is, en sinds een tijdje parttime wieg-tot-wiegprof is aan de EUR; en filosoof Karim Benammar, gespecialiseerd in de filosofie van overvloed. Dat belooft dus wat. Van Lieshout wordt bevraagd over Infernopolis, dat onder meer een stad van zo’n 200.000 zielen herbergt, SlaveCity genaamd. Het is een mix van een concentratiekamp en een terminatiekamp, dat geheel zelfvoorzienend is, en alles recyclet tot en met de bewoners van de stad toe. Afval is voedsel: uit 49 procent van de bewoners wordt in The Grinder biogas gemaakt, 29 procent wordt in een slachthuis verwerkt tot voedsel, en 16 procent is voor medisch gebruik, bijvoorbeeld als orgaandonor. Dit alles opdat de overgebleven 6 procent slavenarbeid kan verrichten. Maar wel milieuneutraal. ‘Is killing people so bad?’, stelt de kunstenaar. ‘Maybe for the world it’s a better solution.’ Goeie vraag. En leeft nu al niet een paar procent van de mensheid ten koste van de rest? Hiermee is wat mij betreft het hoogtepunt van deze middag dan ook meteen voorbij. C2C-goeroe Braungart kan ik namelijk echt niet volgen, zoals hij enigszins onderuitgezakt op een stoel, in lispelend Duits-Engels wijsheden debiteert. Terwijl het best interessant moet zijn, afgaand op de flarden die ik wel kan verstaan: ‘Companies talk about human resources, not about human beings.’ Ook wil hij niet dat we energie steken in het reduceren van onze ecologische footprint, leer ik, maar een positieve voetafdruk creëren. Benammar is eenzelfde mening toegedaan, denk ik te horen, maar om een geheel andere reden: aangezien we dankzij de zon een continu enorm energiesurplus hebben – ‘A gift without return’ – is reduceren eigenlijk onzin, en gaat sowieso de meeste energie op aan nutteloze zaken, zoals daar zijn seks, kunst, rituelen, geweld en oorlog. Vrolijke boel in het Boijmans vandaag. Even later zie ik buiten op het terras Wim T. Schippers zitten met een wit wijntje. Die presenteerde vroeger bij de VPRO jarenlang de Nationale Wetenschapsquiz; begreep ik ook nooit het fijne van. Gert van der Ende
OPEN ACCESS
‘Wetenschap voor iedereen’
De EUR forceert een doorbraak in open access-publicaties. Het College van Bestuur verplicht Rotterdamse onderzoekers vanaf 1 januari 2011 om hun artikelen aan te leveren bij het openbare EUR-repository RePub. Het is een aanslag op de monopoliepositie van uitgeverijen.
Het ideaal van de vrij toegankelijke kennis ligt in het verschiet, stelde rector Henk Schmidt euforisch bij de opening van het academisch jaar. Voorheen verdwenen die in de gesloten tijdschriftenwereld, maar vanaf komend kalenderjaar staan ze vrij op het internet. Het doel: meer uitwisseling van kennis, een hogere citatie-impact en een grotere beschikbaarheid. Al jaren wordt er felle kritiek geuit op de uitgeverijen, die publiekelijk gefinancierd onderzoek in peperdure tijdschriftabonnementen verhandelen. De EUR is er per jaar meer dan twee miljoen euro aan kwijt. RePub bevat nu ruim 15.000 documenten. Door de complexe auteursrechten van uitgeverijen zullen straks niet alle actuele publicaties direct beschikbaar zijn. Soms wordt een embargoperiode – vaak van zes maanden – gehanteerd. Maar in ongeveer 80 procent van de gevallen zal deze omzeild kunnen worden door een geaccepteerde finale auteursversie op te nemen. Door wetenschappers een verplichting op te leggen, raakt open access haar vrijblijvende karakter kwijt. Als je onderzoekers zelf laat kiezen, doet maar een kleine meerderheid mee, zegt Peter van Huisstede, manager van RePub. Hij spreekt dan ook niet van een revolutie, maar van ‘voortschrijdend inzicht’. De komende maanden worden onderzoekers aan de verschillende faculteiten geïnformeerd over de nieuwe procedures. Bibliothecaris Paul Soetaert noemt de ontwikkelingen ‘uniek in vergelijking met andere onderwijsinstellingen in Nederland.’ GM De kick-off van het open access-project vindt plaats op 13 oktober, 15.30 uur in de Senaatszaal (Woudestein).
INHOUD DE KWESTIE
16 september 2010 | 10
Aanpak Antilliaanse probleemjongeren De afgelopen weken vonden in Rotterdam, Arnhem en Zoetermeer ernstige schietpartijen plaats waarbij Antilliaanse jongeren betrokken waren. PVV, CDA en VVD vinden dat Antillianen die zijn veroordeeld voor ernstige geweldsdelicten moet worden teruggestuurd naar de Antillen. Drs. Tomislav Tudjman, verbonden aan het Risbo, deed onderzoek naar Antilliaanse jongeren: ‘Een klein clubje heeft problemen, maar die zijn dan ook niet gering.’ tekst Gert van der Ende fotografie Ronald van der Heerik
Dordrecht. Antilliaanse vader geeft zijn kind te eten
Het is wel raak de laatste tijd: schietpartij in Arnhem met één dode; schietpartij in Rotterdam, schietpartij in Zoetermeer met eveneens dodelijke afloop, en steeds zijn er Antillianen bij betrokken. Hoe kan dat? “De
grootste groep Antillianen in Nederland vormt geen enkel probleem wat betreft criminaliteit, en heeft ook geen wapen op zak, maar een kleine groep pleegt ernstige criminele misdrijven, waarbij grof geweld niet wordt geschuwd. Maar tegenover iedere Antilliaan die een zwaar delict begaat, staan tien voorbeelden van autochtone Nederlandse mannen die dat ook hebben gedaan.”
Maar het is wel een feit dat Antillianen relatief oververtegenwoordigd zijn. “Ja.” Dus het is niet vreemd dat Antillianen zo vaak voor ophef in de media zorgen. Ze zijn bovengemiddeld crimineel, werkloos en zonder afgeronde opleiding?
“Ja, dat is aangetoond, met dien verstande dat ze maar een klein deel vormen in Nederland; er zijn zo’n 140.000 Antillianen in totaal, dat is 0,8 procent van de totale bevolking. Met een groot deel gaat het goed, dat moet ook gezegd worden – dat is geen politiek correct gepraat. Maar een klein clubje zorgt voor problemen, en die zijn dan ook niet gering. De werkloosheid onder de Antilliaanse beroepsbevolking is zo’n 10 tot 11 procent, de schooluitval bedraagt zo’n 8 tot 9 procent, en de criminaliteit schommelt rond de 6 procent. Dat is relatief allemaal heel hoog; Antillianen steken er met kop en schouders bovenuit.” Bovendien lijken Antilliaanse criminelen allemaal met een pistool op zak rond te lopen en uiterst gewelddadig te zijn. Is dat toeval? “Geweld is niet cultureel be-
paald, aangezien extreem geweld tot tien jaar geleden nauwelijks onder Antillianen voorkwam. Nu zie je zelfs
DE KWESTIE
16 september 2010 | 11
werkt, maar niet genoeg dat ook de vrouwen soms gewelddadig zijn. Het is voor ons onderzoekers onduidelijk hoe dat nu komt.” Welke redenen zijn voor de oververtegenwoordiging van Antillianen in de werkloosheid- schooluitval- en criminaliteitsstatistieken aan te voeren? “Daar buigen wetenschappers zich al decennia
over, en daar is geen eensluidende verklaring voor te geven. Factoren die een rol spelen zijn onder andere dat ze een lage economische klasse vormen, en er weinig samenbindende factoren zijn. Het is niet echt een groep; er bestaat geen grote sociale cohesie, er heerst sociale armoede, waardoor versnipperde gezinsstructuren ontstaan, die op een bepaald moment ook cultureel bepaald lijken te zijn geworden: geen stabiele gezinnen, de vader is er meestal niet, of onbekend, de vrouw voedt de kinderen vaak alleen op.” Is dat een kwestie van cultuur? Ik heb bijvoorbeeld het idee dat de kans groot is als er een tienermoeder langskomt, dat ze een Antilliaanse is. Of ben ik bevooroordeeld? “Ja, tienermoederschap
komt vooral voor bij Antillianen en Surinamers, veel meer dan bij andere bevolkingsgroepen. Vooral omdat ze een lage economische klasse vormen – je ziet tienermoederschap ook meer bij autochtone Nederlanders die laag opgeleid zijn. Dus eigenlijk geldt dat voor alle bevolkingsgroepen. Al is het wel algemeen bekend van de Surinaamse en Antilliaanse cultuur dat het heel normaal is dat mannen meerdere vrouwen onderhouden. Dat is geaccepteerd binnen die culturen en is zelfs status- en reputatieverhogend.” U zei net dat er nauwelijks groepsvorming is; hechten Antillianen niet erg aan kennissen en vrienden? “Ja, dat wel, maar er is geen zelfreini-
gend mechanisme, zoals er bij de Turkse gemeenschap wel is. Die hebben veel sterkere familiebanden en spreken elkaar daardoor veel sneller en vaker aan op ongewenst gedrag: ‘Van doe effe normaal’.” Maar goed, sinds een jaar of zes zijn 21 gemeenten bezig de problemen met Antilliaanse probleemjongeren aan te pakken? “Ja. Landelijk zijn
er door het ministerie van Wonen, Wijken en Integratie voor de periode 2005-2008 bestuurlijke arrangementen afgesloten met 21 gemeenten waar minimaal 2 procent van de bevolking een Antilliaanse achtergrond heeft. Dat zijn de grote gemeenten, zoals Rotterdam, Amsterdam en Den Haag, maar ook plaatsen als Leeuwarden, Amersfoort, Den Helder en Groningen. In dat arrangement staat dat die gemeenten binnen vier jaar tijd, op drie terreinen de oververtegenwoordiging van Antillianen terug zullen dringen: werkloosheid met 30 procent; schooluitval 50 procent; en criminaliteit 30 procent.”
U heeft gekeken of die aanpak werkt? “Inder-
daad. We hebben dat op twee manieren onderzocht. Enerzijds hebben we een procesevaluatie uitgevoerd van zo’n veertig van de in totaal 126 projecten die gemeenten hadden bedacht. Met projectleiders en – medewerkers uit verschillende gemeentes hebben we gediscussieerd over thema’s als het begeleiden naar en helpen aan werk, schooluitval, huisvesting en criminaliteitsbestrijding, om zo leer – en knelpunten en succesfactoren te achterhalen, maar ook op nieuwe ideeën te komen. Ook hebben we een effectevaluatie uitgevoerd, al waren niet alle gegevens van alle projecten even up to date. We hebben cijfers bestudeerd in landelijke en gemeentelijke databases om te kijken in welke mate projecten hebben bijgedragen aan terugdringing van het probleem.”
En? “Bijna in alle gemeenten is de situatie wel
verbeterd, maar is het bij lange na niet gelukt om de oververtegenwoordiging te beteugelen, hooguit te halveren. Het is namelijk moeilijk aan te pakken, omdat de problemen meervoudig zijn. Daarom werd er aangesloten bij de lokale ontwikkeling in de gemeenten, want die hebben kennis en kunde van hun eigen bevolkingsgroep. Daar zetten we interventies en projecten op, rondom de drie bovengenoemde doelstellingen. De verschillen in aanpak van de gemeenten zijn gradueel. Zo hebben Rotterdam, maar ook bijvoorbeeld Leeuwarden, heel sterk ingezet op criminaliteitspreventie – en repressie. Zoetermeer daarentegen heeft sterk haar kaarten gezet op het verminderen van de schooluitval. Er zijn dus verschillen, ook omdat niet iedere gemeente in dezelfde mate last heeft van Antilliaanse risicojongeren.”
Rotterdam lijkt succesvol, hetgeen lang niet van elke gemeente kan worden gezegd? “De pre-
ventieve aanpak van Rotterdam bestaat uit het aanstellen van tientallen gezinscoaches en leerplichtambtenaren; jongeren worden actief opgezocht en naar diverse projecten geleid, zoals reintegratieprojecten, en terug naar school. Tegelijkertijd is bij de politie een speciaal ‘A-team’ opgericht, met als opdracht om – vooral op Zuid – de doelgroep goed in de gaten te houden; wijkagenten hebben alles goed in de smiezen waardoor de echte raddraaiers opgepakt konden worden. Maar Rotterdam maakt niet alleen gebruik van repressie, de gemeente is ook proactief. Er zijn namelijk leiders en meelopers. De leiders moet je aanpakken, maar de meelopers balanceren nog op de rand en zijn te redden met goede proactieve programma’s. Die heeft Rotterdam zeer sterk ontwikkeld.”
In die vier jaar is het in Rotterdam goed gegaan. Hóe goed, in cijfers uitgedrukt? “De schooluitval
is gedaald van 13,5 naar 7,2 procent; de werkloosheid van 37 naar 9,8 procent; de criminaliteit is wel-
Drs. Tomislav Tudjman (1976), studeerde in 2001 af als bestuurskundige aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Sinds 2005 is hij verbonden aan het Risbo. Zijn expertise ligt op het terrein van sociale vraagstukken en beleid – zoals samenleven in wijken en buurten en maatschappelijke participatie en veiligheid – en Europese vraagstukken. Ook is hij specialist op het gebied van jeugd en jongeren, met name wat betreft opvoedingsvraagstukken, probleemgezinnen, en zorg en welzijn. De Risbo-studie ‘Evaluatie Bestuurlijke Arrangementen Antillianengemeenten 2005 – 2008’, waaraan Tomislav Tudjman meewerkte, werd in 2010 gepubliceerd.
iswaar van 11 naar 13 procent gestegen, maar in die periode is de criminaliteit over de hele linie gestegen. In vergelijking met de totale bevolking, is nu alleen de werkloosheid nog relatief hoog.” Wat werkt vooral wél? “Wat je het beste kan doen, is verbinding tussen de diverse projecten zoeken, omdat het gaat om meervoudige problemen. Je moet dus combineren, en een goede regie voeren; meerdere hulpverleners – maar geen overkill – die goed onderling samenwerken, maar ook met de Antilliaanse gemeenschap zelf. Kortom, een combinatie van projecten die het vertrouwen van de groep genieten, en uitgaan van individuele wensen en behoeften.” >>
DE KWESTIE
VERVOLG VAN PAGINA 11
ONGEHOORD
16 september 2010 | 12
Opening Academisch jaar
heel digitaal
Heeft u concrete voorbeelden? “Bijvoorbeeld het heropvoeden van tienermoeders en hen leerprogramma’s aanbieden, zodat zij een goede opvoeding kunnen geven aan hun kinderen. Zij vormen namelijk een belangrijke schakel. Deze vorm van preventief beleid wordt eigenlijk nog veel te weinig toegepast. Kinderen krijgen heel veel vrijheid in hun doen en laten, niet alleen in hun gedrag buiten, maar ook op seksueel gebied.” Wat werkt niet? “Projecten die louter zijn gebaseerd op ontmoeting. Die bieden mensen wel ruimte om hun verhaal kwijt te kunnen, maar als er niks anders gebeurt dan een babbeltje maken, is het dweilen met de kraan open.” Wat vind je eigenlijk van het terugsturen van criminele Antillianen naar hun eiland? “Dat heeft heel weinig zin; ze komen namelijk gewoon weer terug, dan wel via Schiphol of anders via België. Ze hebben op de eilanden namelijk ook niks meer te zoeken.” Kost dat niet enorm veel geld, al die coaches, ambtenaren, de een-op-een aanpak? “Rotterdam heeft er heel veel geld in geïnvesteerd, zo’n 13 miljoen in vier jaar. De gemeente heeft er duidelijk prioriteit aan gegeven.” Zou het niet efficiënter zijn om kansarme Antillianen te weren – bijvoorbeeld als zij geen baan hebben of geen opleiding gaan volgen? “De eilanden vallen onder het Nederlands Koninkrijk; je zou juist goed moeten investeren in goed onderwijs en goede voorlichting op de eilanden zelf, zodat jongeren in een vroeg stadium wel perspectief geboden kan worden. Nu worden ze juist wegens het ontbreken daarvan door hun familie naar Nederland gestuurd.” U pleit ervoor om niet te bezuinigen op deze aanpak. Bent u niet bang voor een rechts kabinet? “Van zo’n kabinet verwacht ik dat dat heel erg sterk inzet op repressie, en veel minder op sociale hulp. Op die wijze neem je wellicht de extremen wel weg, maar de onderliggende problemen niet. Ik hoop heel erg dat de preventieve en sociale projecten niet ondergesneeuwd zullen raken.”
De speeches bij de Opening van het Academisch jaar gingen linksom of rechtsom allemaal over de digitalisering van de samenleving. Een aantal opvallende uitspraken op een rij.
Collegevoorzitter Pauline van der Meer Mohr “Bij mijn kennismakingsrondje stelde ik mijn collega’s bij de andere universiteiten de vraag hoe technologie de universiteit van de toekomst zou beïnvloeden. Hun antwoord was verontrustend en geruststellend tegelijk. Niemand had een helder beeld.” “De ontwikkelingsplannen van onze campus Woudestein houden rekening met verschillende scenario’s. Wij sturen aan op een geïntegreerde leer-, woon- en werkomgeving. […] Dat is de nieuwe betekenis van het oude woord ‘vrijplaats’ in het digitale tijdperk.” “Voelen we als universiteit een maatschappelijke verplichting onze kennis via interactief onderwijs terug te geven aan de maatschappij? Of zien we in deze ontwikkeling een aantrekkelijk verdienmodel?” “Het is mijn vaste overtuiging dat, ware Erasmus nog in leven, hij over een e-reader, smartphone en een iPad zou beschikken.”
Eurocommissaris voor de Digitale Agenda Neelie Kroes “Voor het eerst in de geschiedenis van de mensheid verkeren jongeren in een positie waarin zij de experts zijn in dingen die er echt toe doen – zoals technologie.” “Nu meer dan ooit heeft Europa behoefte aan een nieuwe mentaliteit; aan een verandering waarin jullie – de jongere generatie – met de dynamiek die jullie kunnen leveren, een cruciale rol te spelen hebben.” “Daarom vraag ik of jullie met mij mee willen bouwen aan deze nieuwe mentaliteit. Zul jij de volgende Skype oprichten? Word jij Europees commissaris? […] wat je ook doet, probeer het verschil te maken.” “Europa heeft mensen nodig die in staat zijn tot ‘verbindend leiderschap’ – waarbij het verschil wordt gemaakt door volgers te betrekken bij de verandering, zodat jijzelf en de verandering meer worden dan een vluchtig fenomeen.”
Rector Magnificus Henk Schmidt “Essentieel voor wetenschap is dus de mogelijkheid met anderen te communiceren, omdat het delen van kennis met anderen kritiek mogelijk maakt en productie van nieuwe ideeën stimuleert die de kern vormen van wetenschappelijke vooruitgang. Maar als communicatie van vondsten en ideeën cruciaal is voor de wetenschap, dan moet die kennis ook breed toegankelijk zijn. Dat laatste is onvoldoende het geval.” “De Open Access (Vrije Toegang)-beweging van wetenschappers, universiteiten en overheden wil wetenschappelijke kennis gratis beschikbaar maken op internet.”
(ON)GEHOORD (On)gehoord is de brieven- en opinierubriek van Erasmus Magazine. De pagina’s staan open voor iedereen die wil reageren op de inhoud van Erasmus Magazine of een opiniebijdrage wil schrijven over zaken die de
“Daarmee komt het ideaal van vrij toegankelijke kennis – zo belangrijk voor de groei van de wetenschap en maatschappelijke rechtvaardigheid – naderbij.” “Om al deze redenen wil het College van Bestuur dit academisch jaar een ‘grote sprong voorwaarts’ maken met betrekking tot Open Access-publiceren.” “Wij verwachten daarbij van wetenschappers dat zij de zogenaamde auteursversie van hun publicaties bij RePub (vrij toegankelijke institutional repository, red.) deponeren op het ogenblik dat zij – na peer review en correctie – dezelfde finale versie aan hun uitgever doen toekomen.”
Erasmus Universiteit in de meest brede zin, of het hoger onderwijs in het algemeen betreffen. Anonieme bijdragen worden niet geaccepteerd. Inzenders dienen hun naam, adres en telefoonnummer of
e-mailadres bij de redactie bekend te maken. De redactie behoudt zich het recht voor stukken in te korten, dan wel (in overleg) aan te passen. Wilt u reageren, stuur uw bijdragen dan naar
[email protected]
ONGEHOORD INHOUD
16 september 2010 | 13
PETER ACHTERBERG
De dyslectische samenleving
De ontmoeting Alexander Shijan eerstejaars bedrijfskunde na een jaar IBA Leeftijd: 20 jaar Woonplaats: Hilversum Wat doe je hier op de campus? “Ik ben bezig om de overstap van IBA naar bedrijfskunde administratief af te ronden. Het Engels werd me iets te gecompliceerd in combinatie met de concentratieproblemen die ik vorig jaar had. Voor het eerst woonde ik op kamers – in de buurt van het Zuidplein – samen met twee huisgenoten, die vrijwel permanent aanwezig waren. Dat leidde me af, en ik had al teveel aan mijn hoofd.”
VAN DER SCHOT
Wat ga je daar aan doen? “Heb ik al gedaan; ik woon weer thuis. Mijn ouders zijn vaak op pad, dus is er weinig dat me afleidt; en ik voel me er goed. Oost west, thuis best, zal ik maar zeggen. De reistijd valt mee, ik hoef voor colleges maar twee keer per week op en neer, met trein en metro.” Je praat makkelijk over je problemen van het afgelopen jaar? “Ik stel me open op. Als je je problemen voor je houdt, ga je er aan onderdoor, denk ik. Mijn vrienden zijn ook open, dat maakt de gesprekken interessant. Je kunt nooit weten of de ander iets zal zeggen, wat de moeite waard is en waar je wat aan hebt.” RvdH
Onlangs stond er in EM 2 een stuk over dyslexie. Geen prettige aandoening, zeker niet als je studeert. Volgens het artikel zijn er maar liefst 850 dyslectische studenten op de EUR. Ik denk zelf dat dit aantal veel groter is. Ik kijk regelmatig tentamens na waar groot boven staat geschreven: ‘Ik ben dyslexies’. Of dat waar is weet ik niet. Ik weet wel dat ik weinig verschil merk tussen deze en de niet-dyslectische studenten. De overgrote meerderheid van de studenten (die ik ken) schrijft namelijk als een natte dweil. Tentamens die geschreven lijken als in een stream of unconsciousness, papers met meer fouten dan in een brief van mijn demente opa, en e-mails van studenten die geen blijk geven van een al te groot taalbesef; weinig blijft mij bespaard. Zo kreeg ik laatst nog een e-mail: ‘Hee Peter, heeft u noch tijd voor n afspraak binnekort?’ Ik word altijd vrolijk van dit soort grappige teksten. Maar je vraagt je natuurlijk wel af waarom je niet even rustig na leest wat je hebt geschreven. Tenzij je niet van lezen houdt natuurlijk. Ja, die studenten heb je ook. Of zouden die 850 dyslectische studenten alleen maar naar mij e-mailen? Kan best. Of misschien is het zo dat de gehele studentenpopulatie in rap tempo aan het dyslectiseren is geslagen. Kan ook. Lijkt me eigenlijk veel waarschijnlijker. Mooi concept trouwens: de dyslectische samenleving. Maar goed. Het is natuurlijk de vraag wat we met deze massadyslexie aanmoeten. Student Michael, opgevoerd in het EM-artikel, zegt dat het hem beter lijkt niet te veel te focussen op zijn fouten, en meer te letten op de inhoud. Maar, is dat wel zo’n goed idee? Dan komen er straks wel allemaal afgestudeerden op de arbeidsmarkt die inhoudelijk goed zijn, maar geen letter op papier krijgen. Alsof je in je latere werk als jurist geen foutloze processtukken hoeft te schrijven? Alsof het voor functioneel analfabete huisartsen niet dodelijk is om schrijffoutjes te maken in hun receptjes? Ik vraag me trouwens ook al een tijdje af of er wiskundestudenten zijn die boven hun tentamens schrijven dat ze cijferblind zijn. En of deze vooral beoordeeld worden op de inhoud en niet op de exacte cijfertjes. Zal wel niet hè? Ik vrees dat dyslectische en niet-dyslectische studenten gewoon harder zullen moeten werken. Tenminste, totdat iedereen dyslectisch is. Dan maakt het allemaal niets meer uit. In de dyslectische samenleving valt immers niet te achterhalen wie ‘echt’ dyslectisch is. Peter Achterberg, cultuursocioloog aan de FSW, heefdt geen last van dyslexie, maakdt wel veel taalfouten, maar doedt hardt zijn besdt om dadt te voorkomen.
ACHTERGROND
16 september 2010 | 14
Herriemensa in de
Beter eten voor minder geld: dat was de hoop toen cateraar Albron het stokje begin juli van Avenance overnam. Maar veel studenten en medewerkers zijn ontevreden. ‘Ik heb zelfs een tijd mijn eigen brood meegenomen. Tegen mijn principes in.’
tekst Geert Maarse en René van Leeuwen fotografie Levien Willemse
N
ee, hij vindt het niks. De salades zijn te duur, de soep kan beter en het personeel weet niet waar het mee bezig is. Dinsdagmiddag, twee uur. Kris Vleugels (23) heeft net zijn laatste restje kippensoep achterover geslagen en trekt de folie van zijn bakje filet americain. De masterstudent Finance & Investments zit, geflankeerd door twee vrienden, aan een ronde tafel in de Carrousel – hun dienbladen een slagveld van eierschalen, hagelslagkorrels en melkbekers. Een paar dagen per week ontmoeten ze elkaar hier, en elke keer gaat het wel even over het eten. Het is goed dat
Avenance weg is, zegt de een. Er is niets veranderd, zegt de ander. Vleugels: “Ik heb elke dag precies dezelfde lunch, maar bij de kassa moet ik steeds iets anders betalen.” Hij is niet de enige die zijn ongenoegen uit. Het gonst van de klachten in de gangen. Ruim twee maanden is Albron nu de nieuwe huiscateraar; na dertien jaar dienst moest Avenance het veld ruimen. Reden: de behoefte aan duidelijke afspraken met een contractant. Doel: een betere catering voor medewerkers en studenten. Praatjes, zegt een aantal gefrustreerde consumenten. Prijzen zouden te hoog zijn, producten verdwenen. Er zijn boze
ACHTERGROND
16 september 2010 | 15
Dit cijfer geven de klanten aan Albron 6,6 6,4 6,2 6,0 5,8
Kwaliteit
Assortiment
5,6 5,4
Prijs/Kwaliteit
5,2 5,0
berichten van vergaderaars die tevergeefs op hun koffie zaten te wachten. Mensen mopperen over streng geportioneerde wokmaaltijden. En wat te denken van het personeel dat, klemgezet tussen het nieuwe management en ontevreden consumenten, een glimlach op het gezicht moet houden terwijl er aanzienlijk in hun uren gesnoeid is?
Oncoöperatieve voorganger
Dat een bedrijf een aantal maanden, in dit geval de zomer, nodig heeft om op gang te komen op een nieuwe locatie, is niet ongewoon. Maar bij Albron lijkt het wel héél stroef te gaan. Dat heeft mogelijk te maken met een volstrekt oncoöperatieve voorganger. Volgens Laura Hofstee van het Erasmus Facilitair Bedrijf (EFB) is het in cateringland gebruikelijk dat er ‘geen enkele overdracht is’. Het management van Avenance overhandigde op vrijdag 3 juli de sleutels, maar was de concurrent op geen enkele manier tot steun. Trainingen, de installatie van nieuwe kassa’s: het mocht allemaal pas gebeuren na de wissel. Met de nodige problemen tot gevolg, want de zaak moest wel blijven draaien. Het gedonder begon met die verplichte Europese aanbesteding. Sturing was in handen van een projectteam, bestaande uit mensen van het EFB, het Haagse Institute for Social Studies en adviesbureau Hospitality Consultants. Uit een in 2009 opgesteld cateringconcept, dat een zestal algemene uitgangspunten voor een moderner toegeruste campus bevat, werd met hulp van een klankbordgroep het programma van eisen samengesteld. Na een voorselectie deden vijf cateraars een offerte, die onderworpen werd aan een kwalitatieve, een financiële en een presentatiebeoordeling. Dat leverde een aantal ‘finalisten’ op, en uiteindelijk een winnaar, een cateraar uit De Meern, met landelijk meer dan duizend locaties en 5.500 werknemers: Albron. Laura Hofstee, projectleider vanuit het EFB, neemt ruim de tijd om uit te leggen hoe het proces verlopen is. Ze hamert erop dat de uitkomsten openbaar en controleerbaar zijn, want ze kent de verwijten. “Er wordt gezegd: de EUR verdient heel veel op de
Totale beoordeling
‘Ik weet niet hoe je voor meer geld slechtere koffie kunt serveren, maar Albron is erin geslaagd’ catering. Dat klopt gewoon niet.” Kwaliteit, prijsniveaus en personeelskosten, ze zouden onder druk staan door het opdrijven van de managementfee. Dit bedrag, de zwaarstwegende factor bij de financiële beoordeling, betaalt de cateraar jaarlijks aan de universiteit. Maar het komt terecht in een groot zwart gat van kosten die gemaakt worden voor keukenapparatuur, energie en verbouwingen. Albron betaalt meer dan Avenance, maar nog steeds wordt maar 60 procent van het totaal gedekt. Groot misverstand is volgens Hofstee dat de universiteit zou moeten meebetalen aan het broodje kroket of een bord nasi. Maar de tijd van gesubsidieerde producten is voorbij, al jaren, ook bij andere onderwijsinstellingen. Een cateraar is een commercieel bedrijf, net als andere facilitaire dienstverleners van de EUR, zoals schoonmaakbedrijf GOM en de beveiligers van Trigion.
Vijftig cent meer
Het zal de meeste studenten en medewerkers worst wezen, zolang zij er bij hun lunch of avondeten maar niets van merken. En daar wringt het. Voor marketingstudent Nicolas van Hasselt (24) is het dinerbuffet te beperkt, Wendy van As (22, psychologie) vindt haar Vifit te duur. Marc Verboord, docent media & communicatie bij de FHKW: “Ik weet niet hoe je voor meer geld slechtere koffie kunt serveren, maar Albron is erin geslaagd. En de harde broodjes in de kantine smaken een beetje alsof ze van de Aldi komen en vervolgens nog een paar minuutjes zijn opgewarmd.” >>
TIM SCHIPPER (24) masterstudent geschiedenis. Eet bijna dagelijks op de universiteit. Wat eet je? “Twee witte boterhammen, een wit bolletje, runderbouillonsoep, frikadel, cervelaatworst, gebraden gehakt en een croissant voor € 5,15.” Smaakt het? “De soep was helaas afgekoeld voordat ik kon beginnen, en het brood is een beetje oud. Het bolletje was prima en de vleeswaren ook.” Merk je verschil tussen Avenance en Albron? “Ik vind het nieuwe kassasysteem erg langzaam, daardoor was mijn soep koud. Als je later komt lunchen, loop je de kans lege broodbakken aan te treffen. Verder is een deel van mijn favorieten uit het assortiment; ik mis mijn warme chocolademelk met slagroom! Wel lekker dat ze meer fruit en ijs hebben.”
ACHTERGROND
NICOLINE HELDER (23) en SHARON RONTBERG (21) rechtenstudenten. Eten een keer per week samen Wat eten jullie? Nicoline: “Bloemkool met limoensaus, een hamburger, salade en een flesje bronwater.” Sharon: “Bloemkool, een Mexicaanse schnitzel, aardappelpuree, aardappelsalade en een bekertje melk. Beide maaltijden samen voor € 14,75.” Wat vinden jullie ervan? “Valt tegen. De bloemkool was nog hard en bovendien wat waterig van smaak. Echt warm was het ook niet meer.” Is het beter dan bij de vorige cateraar? Nicoline: “Volgens mij waren de porties bij Avenance wat groter. En vroeger betaalden we nooit meer dan een tientje voor twee maaltijden”
16 september 2010 | 16
De universiteit heeft er bewust voor gekozen om de cateraar de rol van zelfstandige ondernemer toe te kennen. Albron krijgt een aantal kaders, dat wel, maar binnen die lijnen mag naar eigen inzicht geexperimenteerd worden. Zo kan het dat Verboord ruim vijftig cent meer voor zijn muffin betaalt. Dat mag, zegt Hofstee, omdat deze niet tot de basisproducten behoort waarvan de prijzen contractueel vastgelegd zijn. “We geven de cateraar de ruimte om zelf de prijselasticiteit te testen.” Uit een enquête die Erasmus Magazine hield onder vijftig bezoekers van de Carrousel – zowel medewerkers (13) als studenten (37) – blijkt dat deze groep matig enthousiast is over Albron. Kwaliteit, service en assortiment scoren een rapportcijfer tussen de 6 en 6,5. De prijs-kwaliteitverhouding werd het slechtst beoordeeld, de helft van de ondervraagden vond die onvoldoende. Opmerkelijk is wel dat Albron niet significant hoger of lager scoort dan Avenance. Echt beter was het hiervoor dus niet. Cees Vink, senior account manager bij Albron en actief betrokken bij de nieuwe vestigingen op de EUR, maakt zich niet zo’n zorgen over het prijspeil. “Dat zal altijd als te hoog worden ervaren, zelfs in de gesubsidieerde bedrijfscatering. De prijs blijft voor Nederlanders erg belangrijk, zeker als het over de dagelijkse boterham gaat.” Wie de prijslijsten van de twee cateraars naast elkaar legt, ziet wel verschillen. Van de vastgelegde basisproducten – zoals een boterham (€ 0,14), zoet beleg (€ 0,26), een gekookt ei (€ 0,23), de simpele soep (€ 0,53) en een warme maaltijd van drie componenten (€ 3,85) – is de prijs nagenoeg gelijk gebleven. Maar de luxeproducten zijn in veel gevallen duurder. Van de ‘hardlopers’ ligt de prijs gemiddeld ruim tien cent hoger. Een kale Italiaanse bol is met € 1,45 bijna een halve euro gestegen, een flesje cola
kost vijftien cent meer. Daar staat tegenover dat voor een halveliterfles water nog maar een euro betaald hoeft te worden. Hofstee erkent dat de vorige cateraar veel producten goedkoper aanbood, maar denkt dat Avenance de prijzen per 1 september waarschijnlijk ook verhoogd had. Vink: “Binnen de catering zijn de marges niet groot, mede door dit soort aanbestedingen.”
Duurzame producten Een van de kernpunten in het programma van eisen is duurzaamheid. Albron heeft toegezegd 40 procent van de omzet in duurzame producten aan te bieden. Ingrid de Vries, docent en betrokken bij GreenEUR, uitte daarover eerder al haar bezorgdheid. Ze moest goed zoeken naar biologische producten, meldde ze op de website van Erasmus Magazine, en dát op een universiteit met een cradle to cradle-leerstoel. “Er wordt nog steeds te veel gepraat, en te weinig toegepast.” Cees Vink haast zich te zeggen dat het bij het beloofde percentage gaat om duurzame producten, niet om biologische. Melk en koffie dragen het Ekokeurmerk, maar kaas en vleeswaren worden bijvoorbeeld geproduceerd volgens duurzamere productiemethoden. Albron volgt hierbij de richtlijnen van SenterNovem. Wat dat precies inhoudt durft Vink niet te zeggen. Wel zijn er contacten gelegd met GreenEUR en worden er samen met het EFB stappen gezet om de catering verder te verduurzamen. Het gaat volgens Vink vooral om de ‘versbeleving’. Voorgesmeerde broodjes waren bij Avenance soms hard, of moesten koel bewaard worden. Vervolgens kwam het voor dat ze de hele dag in de vitrine lagen. Dat is er niet meer bij. De producten worden zoveel mogelijk vers bereid en gedurende de dag aangevuld. Dat geldt ook voor de warme maaltijden, zegt een
ACHTERGROND
16 september 2010 | 17
22% 34%
Nieuwe cateraar, een verbetering?
Allbron is beter 44%
Avenance was beter Geen verschil
kok die zijn naam niet gepubliceerd wil hebben (‘ik weet niet wat het voor consequenties voor mijn baan heeft’). Voorheen werden veel dingen een dag van tevoren bereid, maar om gerechten heter en verser te kunnen serveren gebeurt dat nu ’s ochtends pas.
Lange rijen Bij werknemers is de overgang niet in de koude kleren gaan zitten. Bijna het hele personeelsbestand is door Albron overgenomen, maar doordat een aanzienlijk deel gekort is in de uren, is de sfeer op de werkvloer verre van ontspannen. Gevraagd naar hoe het gaat, haalt het personeel de schouders op. Er is maximaal vijf uur per week geschrapt, maar dat slaat bij een parttime werkende moeder een flink gat in de begroting. Veel mensen hebben een nieuwe werkplek toegewezen gekregen, wat tot de nodige verwarring leidde. Vlak na de opening zorgde het nieuwe kassasysteem voor lange rijen. Ook in de keuken nam de werkdruk toe. De kok die we spraken moet nu twee collega’s missen: ze zijn in de Carrousel van vijf naar drie gegaan. “Met minder mensen moeten we hetzelfde werk doen. Als het druk wordt, is het soms niet meer bij te houden.” Twee koffiedames van The Bakery mopperen over hun machines, die te langzaam zouden zijn. “Ze brengen de klachtenkaarten hier met stapels tegelijk binnen.” Onwennigheid of niet, feit is dat het personeel moreel behoorlijk onder druk staat. Bij het management begrijpen ze de onvrede wel. Vink noemt het logisch dat een overname leidt tot onzekerheid, en dus tot een gedemotiveerd team. Daarom was het een bewuste keuze om het team door elkaar te husselen. “We hadden de beleving dat mensen vastgeroest zaten en dat uitte zich soms in een gebrek aan gastvrijheid. De komende periode wordt er dan ook veel geïnvesteerd in training en opleiding.” Dat er, ondanks het terugbrengen van het aantal uren bij vaste krachten, toch nieuwe gezichten op de werkvloer rondlopen, komt volgens hem door ‘piekmomenten die opgevangen moeten worden’. De officiële lezing luidt dat werknemers hun onvrede konden uiten over de veranderingen. Echter, niet iedereen blijkt hiervan op de hoogte geweest te zijn. Een kassadame die al zes jaar op de EUR werkt, maar anoniem wil blijven omdat Albron ‘heel zakelijk’ en ‘best hard’ zou zijn, zegt: “Er is een toetsingscommissie geweest waar we vóór half
‘Met minder mensen moeten we hetzelfde werk doen. Als het druk wordt, is het soms niet meer bij te houden’ juli met onze klachten terechtkonden. Maar voor mij was het niet duidelijk hoe we die commissie moesten bereiken.”
Saladebar Albron en EFB proberen adequaat op de klachten te reageren. Toen na opening van The Bakery bleek dat de koffieprijzen door een communicatiefout twintig cent te veel in de kassa stonden, werd dat binnen twee dagen teruggedraaid. En nadat bezoekers van de Carrousel zich en masse hadden beklaagd over de absentie van de saladebar, stond hij binnen no time weer op zijn oude plek. De afdeling banqueting, die op locatie borrels en vergaderingen verzorgt, functioneert niettemin – afgaande op talloze reacties van EUR-medewerkers – nog altijd problematisch. Bestellingen worden niet bezorgd, of de kwaliteit is onder de maat. Albron wijt dat deels aan een nieuw computersysteem, dat nog niet optimaal werkt. Het EFB benadrukt dat dit een van de weinige dingen was waar Avenance wél in uitblonk. Cees Vink denkt dat er nog zeker een aantal kinderziektes overwonnen moeten worden, maar is vol vertrouwen. “We kennen de wensen nog onvoldoende. Van onze medewerkers, maar ook van de gebruikers. We hebben nog wel een paar maanden nodig om die duidelijk in kaart te brengen. Maar dan kunnen we ook sneller op behoeften inspringen.” Laura Hofstee (EFB): “De hele universiteit is erbij betrokken geweest en we hebben er een goed gevoel over. Ik zou willen zeggen: geef het de tijd.”
Zijn de kroketten op, is je broodje te hard of mis je die ene soort sandwichspread? Laat het weten via
[email protected]. Alle klachten worden in behandeling genomen.
KOMMER HAKKENBRAK (56) medewerker Studystore . Eet bijna dagelijks op de universiteit. Wat eet u? “Een bakje salade, karnemelk en twee plakken ‘nice price’kaas voor € 3,85. Boterhammen heb ik zelf meegenomen.” Is het lekker? “De salade smaakt prima. Er is gelukkig weer een saladebar, zodat je zelf een mix kunt maken. Veel beter dan die plastic bakken die ze eerst hadden.” Doet Albron het beter dan Avenance? “Je ziet dat veel medewerkers nog zoekende zijn en soms verkeerde prijzen aanslaan. Er zijn een paar nieuwe merken en producten en sommige prijzen zijn anders. Qua beleving is er hier in het L-gebouw weinig veranderd. In de Etude komt dat wel goed denk ik, daar wordt wel iets moois neergezet.”
ACHTERGROND
16 september 2010 | 18
Vijf studies in vijf jaar gewoon voor de lol Igna Bonfrer
Drie mastertitels heeft Igna Bonfrer (24) inmiddels, waaronder één uit Oxford. De BMG-promovenda kreeg er bij de opening van het academisch jaar de Professor Lambersprijs voor uitgereikt. ‘Ik denk nooit: goh, die heeft maar één studie gedaan.’ tekst Geert Maarse fotografie Ronald van den Heerik en Levien willemse
ACHTERGROND
O
p verjaardagen is het weleens lastig. Na verloop van tijd komt er aan de borreltafel onvermijdelijk het moment waarop die ene vraag wordt gesteld: wat heb je eigenlijk gestudeerd? Om de gesprekspartner niet in verlegenheid te brengen, houdt Igna Bonfrer het dan bewust simpel. Haar antwoord, Beleid en Management in de Gezondheidszorg, is voor de meeste mensen al voldoende uitleg. “Pas als ze doorvragen, vertel ik over de rest. Anders is het zo’n stortvloed.” En eigenlijk valt het wel mee, vindt ze zelf. Ja, ze haalde in vier jaar twee bachelors en twee mastertitels aan de EUR. Maar in het eerste jaar van BMG (de studie die ze cum laude afrondde) miste ze de kwantitatieve wetenschapsbeoefening, dus voor haar was het logisch dat ze er Econometrie bij ging
‘Ik zit op vrijdagavond ook gewoon aan de Oude Haven hoor’ doen. En dat ze nadien in Oxford nog een jaar History of Medicine volgde, mag dan voor buitenstaanders overdreven overkomen; zij zelf had na vier jaar gewoon nog niet het gevoel klaar te zijn met studeren. “Dus ik dacht: dan ga ik nog maar een master doen.”
Lege lunchtafel Bonfrer – kritisch, maar met een brede glimlach – zit ontspannen aan een lege lunchtafel in de gloednieuwe BMGkantine van het J-gebouw. Voor nu is dit haar dagelijkse omgeving, de kamer aan het einde van de gang dan. Want hoewel haar in Oxford een promotieplaats aangeboden werd, koos ze bewust voor Rotterdam. Ze wilde onderzoek gaan doen naar de werking van zorgverzekeringen in Afrikaanse landen, en de allerbeste begeleiding zit volgens haar hier: Eddy van Doorslaer, uit België, en de Duitser Michael Grimm, die verbonden is aan het Institute for Social Studies (ISS). Het is een relatief onontgonnen terrein, maar ideaal voor iemand met uiteenlopende specialisaties. “Zelfs de historische benadering van Oxford komt van pas, omdat de koloniale periode ontzettend belangrijk is geweest voor de gezondheidszorg.” Ze groeide op in Sassenheim, een dorp boven Leiden. Haar vader is bestuurskundige, moeder werkt in de zorg. Van huis uit is ze nooit gepusht. Wel gestimuleerd, maar toen ze naar Engeland wilde voor haar derde master, moest ze de bijna veertigduizend euro toch echt zelf bij elkaar sprokke-
16 september 2010 | 19
len. Maar er was een beurs te vinden. Ze grinnikt bij de constatering dat ze in haar interesse zo letterlijk een product is van haar ouders. “Maar het is wel een beetje zo. Mijn moeder bracht me bij dat de zorg voor anderen belangrijk is. Mijn vader heeft me het belang van rationele, kritische gedachten laten zien.”
Onevenredig zwaar Oxford was een eyeopener. Een tikje elitair, natuurlijk, maar wel een van de beste universiteiten ter wereld. Hier trof ze het enthousiasme dat ze in haar bachelorjaren bij sommige medestudenten had moeten missen. Iedereen in Oxford had een mening, een visie, en wist die bovendien te onderbouwen. “Als ik college had, was dat met één andere student in het kantoor van de docent. Moesten we gaan discussiëren over de rol van Britse kolonisten in de Keniaanse gezondheidszorg. Dan wil je niet onvoorbereid komen opdagen.” Een streber zou ze zichzelf niet willen noemen, een cv-builder al helemaal niet. Ze vindt het belachelijk dat sommige mensen projecten aanpakken, alleen om daar bij een toekomstige werkgever mee te kunnen schermen. In besturen zijn dat de mensen die niets uitvoeren, is haar ervaring. Ze houdt oprecht van pionieren, van dingen opzetten met anderen. Ook nu, in het eerste jaar van haar promotietraject, gaat ze al gelijk het Afrikaanse veld in voor haar onderzoek. Het is niet vanzelfsprekend om als promovendus die vrijheid te krijgen, maar haar begeleiders hebben er vertrouwen in. Dus krijgt ze alle ruimte voor dit eigen project. Melkveeboeren Het geld dat aan de
Prof. Lambersprijs verbonden is – drieduizend euro – besteedt ze aan de twee maanden in West-Kenia. Daar wil ze met eigen ogen zien in hoeverre een zorgverzekering hulp biedt aan plaatselijke melkveeboeren. Het doel: uitzoeken hoe je mensen kunt beschermen tegen catastrofale uitgaven als zorgkosten. Ze had ook naar Nederland kunnen kijken, maar daar is de zorg al zo ontzettend goed geregeld. Afrikaanse landen verdienen nu aandacht, vindt ze, en zijn bovendien razend interessant vanuit het oogpunt van de gezondheidseconomie. “Mensen hebben vaak het beeld dat ik Afrika wil redden, maar daar gaat het me niet om. Als er trouwens al iets gered moet worden.” Bij het uitreiken van de Professor Lambersprijs noemde rector Henk Schmidt haar prestaties “des te opmerkelijker in het licht van de vele andere activiteiten die zij met haar studies wist te combineren.” Bonfrer was, daar doelt Schmidt op, onder meer bestuurslid van de BMG-faculteitsvereniging, lid van de universiteitsraad en student-assistent. Ze reageert laconiek: “Mensen die op papier zien staan wat ik allemaal gedaan heb, denken vaak dat ik alleen maar met studie en werk bezig ben. Maar ik zit op vrijdagavond ook gewoon aan de Oude Haven hoor.”
ONDERWIJSPRIJS: GINO CAMP (32) Naast de Prof. Lambersprijs, overhandigde rector Henk Schmidt op 6 september de jaarlijkse onderwijs- en onderzoeksprijzen (zevenduizend euro elk). Gino Camp, werkzaam bij de FSW, ontving de onderwijsprijs voor “zijn nauwe betrokkenheid bij de uitbouw van onze opleiding Psychologie”. Schmidt prees hem als ambassadeur van het probleemgestuurd onderwijs, waarmee de Rotterdamse psychologiestudie zich profileert.
ONDERZOEKSPRIJS: MARTIJN DE JONG (30) Hij is marketingdocent aan de RSM, maar zijn promotieonderzoek heeft ook verstrekkende gevolgen voor andere vakgebieden. Martijn de Jong maakt gebruik van complexe statistische technieken om sociaal wenselijk antwoordgedrag in enquêteonderzoek aan het licht te brengen. Zijn dissertatie werd tevens beloond met de prestigieuze Christiaan Huygensprijs.
PROF. BRUINSPRIJS: MARA VAN DER LUGT (24) Naast Igna Bonfrer kreeg ook de jonge filosofe Mara van der Lugt een studentenprijs, omdat ze een “bijzondere studieprestatie heeft weten te koppelen aan een veelbelovend onderzoek”. Van der Lugt schreef een bachelorscriptie over Spinoza en richtte zich op de vraag hoe vroegmoderne filosofen hun controversiële boodschap verpakten, in een tijd waarin de vrijheid van meningsuiting niet vanzelfsprekend was. Ze studeerde vervolgens cum laude af in zowel de master Wijsbegeerte, als de Research Master for Early Modern Intellectual History. Het prijzengeld van € 4500 gaat ze besteden aan haar promotieonderzoek naar de filosoof Pierre Bayle.
ACHTERGROND
16 september 2010 | 20
Studenten helpen dak- en thuislozen SECEUR, kort voor Social Enterprise Consulting Erasmus University Rotterdam, is een adviesbureau opgezet en geleid door studenten van de EUR. De club verstrekt advies aan non-profitorganisaties, met als doel deze effectiever en efficiënter te laten werken. Onlangs hielp SECEUR Pension Maaszicht, opvang voor dak- en thuisloze jongeren. “Het geeft ook gewoon een goed gevoel om mensen te helpen.” tekst Monique Walraven fotografie Levien Willemse
E
r zitten vier jongeren in de huiskamer van Pension Maaszicht op de bank. Nieuwsgierig kijken ze me aan. Nadat ik een tijdje ‘stiekem’ ben geobserveerd, vraagt er eentje: “Kom je hier ook wonen?” De jongeren die in Pension Maaszicht, gelegen aan de Walenburgerweg in Rotterdam-Noord wonen, zijn net zo oud als de gemiddelde student, houden net als zij van een feestje, en liggen ook graag tot ‘s middag in hun nest. Een groot verschil is echter dat zij geen ‘thuis’ kennen en dat vaak ook nooit hebben gehad. Hebben studenten van huis uit meegekregen wat normen en waarden zijn, hoe je je hoort te gedragen en wat ‘normaal’ is, de jongeren in Pension Maaszicht weten dat ze dat soort zaken veelal ontberen.
Op de rails Pension Maaszicht is een
24-uursopvang waar dak- en thuisloze jongeren met veel problemen langere tijd een onderdak en eten geboden wordt. Zwerven tussen tehuis, pleeggezin en internaat is een veelvoorkomend probleem, met als gevolg dat jongeren met een dergelijk nomadenbestaan zich nooit echt ergens thuisvoelen. Vaak gaat dit bestaan gepaard met problemen als het hebben van schulden, overmatig alcoholgebruik, gebruik van softdrugs, prostitutie, gescheiden ouders, ‘verkeerde’ vrienden en criminaliteit. In het pension wonen momenteel zo’n dertig jongens en meisjes in de leeftijd van 17 tot 23 jaar. Ze hebben allemaal een eigen kamer, er is een gemeenschappelijke huiskamer en ze delen een aantal facilitaire voorzieningen met elkaar – een beetje zoals een studentenhuis dus. Met dit verschil dat de jongeren van Pension Maaszicht niet studeren, maar vooral
druk in de weer zijn om hun leven weer op de rails te krijgen. Overigens ogen de meeste studentenkamers een stuk rommeliger en smeriger dan de jongerenkamers in het pension.
Vrijwillig De jongeren verblijven gemiddeld zo’n twaalf maanden in de opvang. Er wordt hen verschillende werk- en leertrajecten aangeboden om ze op het rechte pad te krijgen. “De duur van het verblijf hangt af van de persoonlijke ontwikkeling. Door middel van de begeleiding van een mentor stippelen zij hun eigen leerroute uit. De een is er na een paar weken al klaar mee en de ander is na anderhalf jaar pas toe aan het zelfstandige leven”, legt Joke Kurvers, medewerker van Stichting Maaszicht, uit. “De jongeren zitten vrijwillig in het pension. Ze melden zichzelf aan, of een ander doet dat voor hen. Zo stuurt Jeugdzorg regelmatig jongeren van zeventien jaar naar ons door, omdat deze vanaf hun achttiende jaar niet meer bij Jeugdzorg terechtkunnen.” Eenmaal woonachtig in het pension, kunnen de jongeren niet zomaar elk moment de brui eraan geven of uit het pension vertrekken; ze worden aangemoedigd om het traject waar ze aan begonnen zijn, ook af te maken.
Sociaal rendement EUR-Student
Lisanne Buik benaderde een tijdje terug Stichting Maaszicht en bood aan om SECEUR onderzoek te laten doen naar de toegevoegde waarde van de organisatie voor de maatschappij. De vanaf campus Woudestein opererende vrijwilligersclub, voluit Social Enterprise Consulting Erasmus University Rotterdam geheten, is opgezet en wordt geleid door studenten van de Erasmus Universiteit Rotterdam.
SECEUR verzorgt advies aan non-profitorganisaties, zoals Stichting Maaszicht, met als doel deze organisaties effectiever en efficiënter te laten werken. Buik: “Met het onderzoek kan Maaszicht haar geldverstrekkers een kwantitatief inzicht geven in de belangrijke rol die zij speelt in de maatschappij.” Want geld is belangrijk, aangezien het bieden van hulp aan de jongeren niet voor niets gaat. Stichting Maaszicht ontvangt subsidie van de Gemeente Rotterdam en krijgt geld uit een pot van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ). De jongeren betalen daarnaast een eigen bijdrage van 300 euro per maand en donaties maken het mogelijk om leuke, extra activiteiten te organiseren. Uit het onderzoek van SECEUR blijkt dat Stichting Maaszicht de maatschappij geld bespaart en waarde toevoegt door probleemjongeren te helpen rehabiliteren in de maatschappij. Buik: “We hebben gekeken naar de input van kosten per geholpen persoon,
ACHTERGROND
16 september 2010 | 21
Pension Maaszicht
wil mijn bedrijfskundige kennis en ervaringen uitbreiden en iets bijdragen aan de maatschappij, daarom werkte ik bij SECEUR. Alle studenten van SECEUR werken trouwens op vrijwillige basis, waardoor een stichting als Maaszicht – waar het geld niet met bakken binnenstroomt en dat dus onmogelijk zo’n onderzoek door een gerenommeerd adviesbureau kan laten uitvoeren – toch kan worden geholpen. Het werk staat dus niet alleen mooi op mijn CV; het geeft ook gewoon een goed gevoel om mensen te helpen.”
Werelden van verschil Stich-
'De studenten doen iets voor hun leeftijdsgenoten; dat zie je tegenwoordig niet vaak meer' afgezet tegen de kosten van de alternatieve scenario’s die potentiële Maaszichtbewoners anders hadden kunnen of moeten belopen. Uit die analyse bleek dat het netto sociaal rendement op investering (SROI) dat Stichting Maaszicht toevoegt ligt tussen de 50 en 65 procent. De marge van 15 procent is zo groot, omdat er verschillende aannames gedaan moesten worden binnen het onderzoek. Maar duidelijk komt naar voren dat Stichting Maaszicht veelal
goedkoper is voor de maatschappij dan alternatieven waarbij bijvoorbeeld jongeren in de gevangenis belanden, of in de prostitutie of de criminaliteit terechtkomen.” De wijze waarop Buik het onderzoek verwoordt en samenvat verraadt haar achtergrond. Ze studeerde eerst IBA, en doet nu de master Global Business and Stakeholder Management. De sinds kort voormalige ‘Director of Public Relations’ van SECEUR: “Ik
ting Maaszicht is blij met de uitkomsten van het SECEUR-onderzoek, al vormden ze voor Kurvers nu ook weer niet een verrassing. “Met het positieve resultaat van het onderzoek laten wij als organisatie zien dat we de probleemjongeren goed helpen en ons geld zo efficiënt mogelijk besteden”, aldus Kurvers. Ze vindt het daarbij ‘geweldig’ dat studenten zich inzetten voor een organisatie zoals de ze. “De studenten doen iets voor hun leeftijdsgenoten; dat zie je tegenwoordig niet vaak meer. Het zijn twee totaal verschillende groepen, maar eigenlijk lijken ze meer op elkaar dan ze zelf denken.” Ook de jongeren die al wat langer in de opvang zitten en al wat gevorderd zijn in hun leertraject, blijken tamelijk enthousiast over de studenten. Dat geldt minder voor jongeren die net in het pension zitten. Kurvers ziet wel wat in het organiseren van gezamenlijk evenementen, dat leerzaam kan zijn voor beide partijen. Het blijven toch werelden van verschil. “Zaken die wij bijvoorbeeld normaal en vanzelfsprekend vinden, zijn dat voor de jongeren in Maaszicht helemaal niet”, weet Kurvers. “Zo komen de meisjes uit het huis regelmatig bij elkaar met een begeleider. Ze moeten verplicht deelnemen aan de meidengroep waarin seksegerichte problemen worden besproken. Wij kunnen het ons niet voorstellen, maar tijdens zo’n bijeenkomst blijkt dat sommige meisjes bijvoorbeeld niet weten waar de menstruatie voor dient. Ongelooflijk, maar waar. Dat is niet omdat ze zogenaamd dom zouden zijn, maar omdat niemand ze dat ooit verteld heeft.” Anderzijds weten de jongeren wel goed hoe ze moeten overleven op straat. Studenten hebben het vaak niet breed, maar hoeven niet na te denken over een slaapplek voor vanavond, hebben genoeg geld om eten te kopen en hebben familie of vrienden om op terug te vallen. Kurvers: “Als studenten en probleemjongeren meer samen ondernemen, komen ze tot de ontdekking dat ze nog veel van elkaar kunnen leren.”
Wil je meer te weten komen over SECEUR, ga dan naar www.seceur.com
WETENSCHAP
16 september 2010 | 22
INHOUD
‘Een brommertje tegen je borst’ Ton van der Steen (46), professor biomedische technologie bij Erasmus MC, is geen moraalridder en zelf ‘ook niet altijd voorzichtig met het lijf’. Maar het aantal van 22.000 doden door infarcten per jaar kan drastisch lager wanneer het ‘shockmoment’ in iemands leven naar voren wordt gehaald. text Daan Rutten fotografie Levien Willemse
E
en whiteboard vol diagrammen en formules, in een kamertje bovenin het medische faculteitsgebouw. Een klokje, een slangetje, een katheter. En moderne kunst aan de muur in zijn kantoor: een schilderij vol primitieve, totem-achtige figuren. Het is gemaakt door een bevriende kunstenares. Van der Steen wilde net als zij in de eerste plaats oorspronkelijke dingen maken. “Iets toevoegen aan de wereld. Een diagrammetje maken dat nog niet bestond.” Ton van der Steen ging natuurkunde studeren. “Want ik kon simpelweg niets moeilijkers bedenken.” Maar behalve de fascinatie voor fundamenteel onderzoek was er ook altijd het besef dat hij iets wilde doen voor de gemeenschap. “Ik zag op een zeker moment dat veel medestudenten lonkten naar multi-
Ton van der Steen: 'Bloedvaten zijn er niet voor om er van alles mee te doen.'
nationals met het doel er veel geld te gaan verdienen. Ik kon me hierin niet vinden.” Hij liet zich vervolgens als jonge talentvolle onderzoeker rondleiden door het Erasmus MC. De excursie voerde ook langs de kamer van de biomedische technologie. Daar kwam alles samen. De mensen op zijn afdeling doen allemaal aan ‘translatie’ zegt hij: het zijn de vertalers van techniek naar medische praktijk, van praktijk naar publiek. Moeilijke technologie introduceren bij de medici, de technologie uitleggen aan het publiek en zelf toepassingen onderzoeken waarmee mensen worden geholpen.
Gemoedsrust Als gepassioneerd percussiemuzikant kon hij zijn fascinatie voor geluiden gebruiken. De onderzoekers installeren bijvoorbeeld
WETENSCHAP een echo-element in een katheter, die als het ware kan ‘horen’ of het gevaar voor een infarct aanwezig is. Van der Steen legt uit: “De praktijk van vandaag is nog dat we kijken of er ‘plaque’ vastkoekt aan de wanden van een bloedvat, en zo het vat gedeeltelijk afsluit. Dit kan pijn op de borst veroorzaken, en dan gaan we ingrijpen. Maar het zit ingewikkelder in elkaar. Ook een plaque die nog geen symptomen geeft, kan gevaarlijk zijn als het bestaat uit een vetbolletje met een vliesje erover. Dit vliesje kan openspringen. Het vet komt dan in het bloed en kan een chemische reactie veroorzaken waardoor een bloedprop ontstaat. Wanneer dat gebeurt, ontstaat een hersen- of hartinfarct. We kunnen er nu geluid tegenaan kaatsen, en de plaque kan dan als het ware antwoorden of het in die gevaarlijke vorm aanwezig is. Dan moet er iets gebeuren. Wanneer je er op tijd bij bent, kunnen cholesterolverlagers afdoende helpen. In een erger geval moet een stent geplaatst worden. Maar de methode is erop gericht om vroegtijdig te zien of het wel echt zo erg is. Bloedvaten zijn er niet voor om er van alles mee te doen, en je grijpt het liefste niet, of zo min mogelijk in. Wanneer er niets aan de hand is, hoeven we ons ook geen zorgen te maken en dat scheelt wat betreft onze gemoedsrust, maar het scheelt ook in kosten voor de maatschappij.”
Pretecho Van der Steen benadrukt steeds
opnieuw dat medische techniek niet eng is. Daarom stond hij ook op de laatste editie van het festival Lowlands, om met een medisch team ‘pretecho’s’ te maken. Een daverend succes. “Festivalbezoekers stonden uren in de rij voor een hartecho. Van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat! We hebben 160 mensen gescand. Van tevoren was er wel scepsis: stel je nu voor dat iemand echt iets heeft? Nou, dan hadden we doorverwezen naar het ziekenhuis. Maar die kans was heel klein en bij niemand was iets ernstigs te zien, al hebben we ook steeds duidelijk gemaakt dat er geen diagnostische waarde aan toegekend mag worden. Het was in de eerste plaats entertainment.” Het publiek voorlichten is helemaal niet zo moeilijk, zegt Van der Steen, “maar je mag die stap niet overslaan”. “Medische technologie kan zo simpel zijn als een ‘brommertje’ tegen je borst, een apparaatje dat een beetje geluid maakt. Meer niet. Niets om bang voor te zijn.” Van der Steen gaat in zijn voorlichting niet te werk als Oprah’s Dr Oz op televisie, die spectaculair laat zien hoe lichamen zijn aangetast door de suikerziekte. Van der Steen: “Ik geloof niet dat je daar de wereld ver mee vooruit helpt. Je maakt er mensen vooral banger van. Al is suikerziekte zeer ernstig hoor. Ik vind het een beter idee om bijvoorbeeld huisartsen – zoals een voorloper in Dordrecht al doet – scans te laten maken. Het is namelijk relatief gemakkelijk om te zien of er ‘iets’ aan de hand is. Wanneer dat zo is, moet je iemand meteen doorsturen natuurlijk. Maar het kan wel veel tijd, geld en medisch ongemak schelen.” Toch beseft hij dat de medische ontwikkelingen, waaraan hij zelf ook meewerkt, verregaande implicaties kunnen hebben voor de maatschappij. Steeds vroeger kunnen we weten of we iets onder de leden hebben. “Daarom praat ik dus ook over de ontwikkelingen en initieer ik er ook debatten over. >>
16 september 2010 | 23
DE INSPIRATIE
Yaser Atlasi onderzoekt de moleculaire achtergrond van het ontstaan van darmkanker in het lab van de onderzoeksgroep onder leiding van Riccardo Fodde. Atlasi zit vaak achter zijn microscoop maar waakt ervoor geen labrat te worden. “Dit is gelukkig geen lab waar je afgesloten bent van de buitenwereld. Ik doe de meeste inspiratie op door de dynamiek die hier is. Internisten en chirurgen komen hierheen om over ons onderzoek te praten en wij gaan het ziekenhuis in voor nieuwe inspiratie. Ook kijk ik geregeld over de schouder van mijn collega’s mee om te zien waar zij mee bezig zijn. Dat zorgt voor nieuwe ideeën, want we zijn
DE STELLING ‘If spring were the only season in the Netherlands, I would never have finished my PhD’ Stelling van Haibo Zhou in haar proefschrift Knowledge, Entrepreneurship and Performance
allemaal met aanverwant onderzoek bezig. Als mijn collega iets nieuws ontdekt, kan dat ook op mijn onderzoek van toepassing zijn. Zo help je elkaar aan eureka momenten. Als onderzoeker ben je met een klein onderdeel van een ziekte bezig, maar patiënten hebben vaak van meerdere dingen last. Daarom is een goede, dynamische samenwerking ook in het belang van de patiënt.” Wie goed samen wil werken, moet zijn collega’s goed leren kennen, zegt Atlasi. “Dat is niet alleen goed voor de werksfeer, maar ook voor mij persoonlijk. Ik kom uit Iran en blijf hier een aantal jaren. Dan is het fijn om aan zoveel mogelijk activiteiten deel te nemen.” Bedrijfspicknicks, congressen, etentjes: Atlasi gaat overal mee naar toe. Het bord op zijn werkplek staat vol Nederlandse zinnen als ‘goedenavond’, ‘ik vind je lekker’ en ‘hou je mond’. “Het is een begin”, zegt hij grinnikend. MZ (foto: RvdH)
D
e meeste mensen springen een gat in de lucht als het lente is, maar Haibo Zhou snottert, krijgt hoofdpijn en natte, rode ogen. “Ik had nooit last van hooikoorts, maar tijdens mijn proefschrift ineens wel”, zegt Zhou. In de lente kon ze amper werken. “Als ik nieste, wisten mijn collega’s dat de lente in aantocht was. Ik ben accurater dan de weerman.” De huisarts schreef slechts allergiepillen voor. “Ik vertrouwde hem. In China, waar ik vandaan kom, nemen wij onze dokters heel serieus en zij ons.” Na anderhalf jaar extreem niezen had Zhou er genoeg van. “Ik heb geknokt voor vervolgonderzoek. Er bleek iets mis te zijn met mijn neusbotje. Al het vocht werd geblokkeerd. Binnen een paar weken werd ik geopereerd en was het probleem weg.” Zhou kan eindelijk van de lente genieten. “Ik hoop dat andere PhD-kandidaten door mijn verhaal inzien hoe belangrijk de balans tussen werk, gezondheid en vrije tijd is. Veel mensen, vooral Aziaten, werken erg hard. Tijdens deze vier jaar heb ik gevochten voor een goede balans. Anders had ik mijn proefschrift nooit af kunnen maken.” MZ
WETENSCHAP
16 september 2010 | 24
INHOUD KIM PUTTERS
Tijdens de Lof der Geneeskunst zal ik spreken met Valentin Fuster, opinieleider op het gebied van de cardiologie. Het debat is belangrijk, want de kans is er dat je van mensen te vroeg patiënten maakt. Tegelijkertijd is het ook een prettige ontwikkeling. We zijn steeds verder met methoden die niet-invasief zijn: door appa-
geen cheeseburgers eten en niet roken, kunnen we toch lang zonder de medische wetenschap en wordt niemand een patiënt. Van der Steen: “Roken is nergens goed voor. Dat is duidelijk. Wie rookt, verandert bijvoorbeeld op dat moment de samenstelling van het bloed, waardoor de chemische reactie die kan optreden als een plaque scheurt verhevigd wordt. Maar kijk eens om je heen. Zelfs mensen die hier volledig van op de hoogte zijn blijven roken. Ik zelf rook absoluut niet, maar ook ik ben niet altijd even voorzichtig met mijn lijf. Hoe dat komt? Iedereen kent het verhaal van die opa die negentig is ondanks zijn slechte leefgewoonten. Ik zeg: prima als dat voor hem zo werkt, laat hem vooral zo doorgaan, al heeft hij misschien gewoon veel geluk gehad. Een hoog risico lopen wil nog niet zeggen dat er ook altijd iets ernstigs gebeurd. Maar misschien kan die opa er wel gewoon tegen en waren drie borrels per dag en elke avond speklapjes eten voor hem geen enkel probleem. Dat zouden we kunnen zien met medische apparatuur. En dan kun je hem juist buiten het medische traject houden. Voor anderen is het misschien goed om vroeg in te zien dat een bepaalde leefgewoonte wel effect heeft op de gezondheid. Kijk, na een infarct – al heb je altijd de verhalen over de verstokte rokers die na drie bypasses toch gewoon doorroken – is er meestal echt wel een shockmoment. Mensen veranderen van levensstijl na zo’n schampschot. Maar dat schampschot had dodelijk kunnen zijn en er is al veel schade geleden. Ik
‘We weten allemaal dat fastfood, drank en roken slecht zijn. Maar zolang het blijft bij een ‘kans’, blijft het toch iets te ver van je bed’ ratuur tegen de huid op de halsslagader te houden, kunnen we zien of er een probleem met plaque aan de hand is – zonder het lichaam in te gaan. En meestal is er dus geen probleem en kan iemand vrolijk doorgaan op de manier waarop hij nu leeft. Wanneer er wel iets aan de hand is, wordt iemand geholpen, en leeft hij of zij veel langer. En bovendien: het vroegtijdig diagnosticeren is stilzwijgend al ver doorgedrongen. Wanneer je een huis wil kopen van boven de drie ton moet je een medische test ondergaan. Anders krijg je geen huis. Ik geef dus niet de kant-en-klare antwoorden, maar ik vind het wel broodnodig om het debat aan te zwengelen.”
Borrels en speklapjes Maar heeft Dr. Oz niet gewoon het meeste gelijk als entertainer? Zolang we matig alcohol drinken,
zou dat moment naar voren willen halen. Op die manier kan men op individueel niveau zien of men gerust zo verder kan leven of dat er iets moet veranderen. Nu wordt er nog teveel op algemeen en abstract niveau gesproken, in termen van statistieken. We weten allemaal dat fastfood, drank en roken slecht zijn. Maar zolang het blijft bij een ‘kans’, blijft het toch iets te ver van je bed. Anderzijds moeten we niet onnodig individuen tot patiënt maken: aan het einde van de lezing moeten de bitterballen ook gewoon op.” Ton van der Steen spreekt vrijdag 17 september tijdens de Lof der Geneeskunst in Rotterdam. Ook zal de Amerikaanse professor Valentin Fuster spreken. Hij is een wereldberoemde cardioloog. Zie: www.erasmusmc.nl/overerasmusmc/wetenschapsvoorlichting/lofdergeneeskunst
Luister naar Neelie! Het kan niet toevallig zijn. Mijn nieuwe uitdaging is het schrijven van columns voor Erasmus Magazine en de eerste schrijf ik op de dag dat Neelie Kroes ons academisch jaar opent. Haar komst bracht mij in gedachten terug bij mijn eigen studietijd. Faculteitsvereniging Cedo Nulli organiseerde bedrijvendagen in Hotel Engels voor studenten bestuurskunde. De toenmalige president van Nijenrode, Neelie (toen nog Smit) Kroes, hield de keynote speech. In de zaal wachtte ik vol bewondering de pinnige taal van Neelie af. Die bewondering sloeg om in angst, omdat ze nogal van leer trok. Waarom zou je in hemelsnaam bestuurskunde gaan studeren? Dat was haar prikkelende beginvraag. Aangezien ik toch al niet zo zeker van mijn zaak was dat ik daar de rest van mijn arbeidzame bestaan voldoende levensvreugde aan zou ontlenen, zat ik gedesillusioneerd op het puntje van mijn stoel. Dat was precies haar bedoeling. Ze hekelde studenten die maar een opleiding kozen ‘om te studeren, werk te vinden en te denken dat geld en geluk dan hun kant op zouden komen’. In niet mis te verstane bewoordingen vertelde ze ons dat we niets waard waren als we alleen die opleiding volgden. Werkgevers kijken naar onderscheid, naar passie en mensen die het verschil maken. We moesten ons onderscheiden door niet ‘gewoon’ een opleiding te volgen met een paar honderd medestudenten. Haar oproep was het verschil te maken door een extra bestuursfunctie, een tweede master, een student-assistentschap of een andere echt interessante bijbaan. Zonder dat konden we het wel vergeten volgens haar. Ze sloot vervolgens alsnog verrassend af met de boodschap dat bestuurskunde ‘dus’ een heel goede keuze was, en dat de publieke sector wel wat mensen met ambitie en passie kon gebruiken. Enigszins verward durfde ik haar aan te spreken bij de borrel. Ze vroeg me naar mijn interesse en wat ik wilde met de opleiding. Vol passie stond ik haar ineens te vertellen over mijn fascinatie voor de gezondheidszorg en dat het beleid en bestuur in die sector enorm verbeterd konden worden. Haar strenge glimlach en gebruinde, trillende bovenlip zonden naar mij de boodschap uit dat ik die fascinatie en ambitie achterna moest gaan en met mijn opleiding bestuurskunde het verschil moest proberen te maken. Mijn hoop was dat ze diezelfde truc opnieuw zou uithalen bij de opening van het academisch jaar 2010. En warempel! Nu maar hopen dat ze van Mark Rutte de ruimte krijgt om het verschil te gaan maken in de Haagse politiek. Kim Putters is hoogleraar Management van instellingen in de gezondheidszorg
LIFESTYLE
16 september 2010 | 25
Las Palmas
DE AAN RADER
Waarom Las Palmas? “Op de universiteit hebben we met acht collega’s een eetclub opgericht, het Ladies Dinner Clubje. Eens in de zoveel tijd gaan we naar een nieuw restaurant, en nu waren we vanwege de restaurantweek in Las Palmas. Het was geweldig! Allereerst is de service erg goed. Het is een groot restaurant en het zat propvol, maar we werden meteen geholpen. Herman den Blijker himself was die avond ook aanwezig. Daarnaast is de ligging van het restaurant mooi en is het modern ingericht. En je kunt er natuurlijk heerlijk eten en BN’ers spotten!” Las Palmas staat bekend als een chique tent…“Ja, het is erg sophisticated. Op een gegeven moment zag ik een gigantische kreeft voorbijkomen en er liep een heuse ‘oestermevrouw’ rond, met zo’n speciaal mesje om de oesters voor je te openen. Dit restaurant past ook eigenlijk niet echt binnen het gemiddelde studentenbudget.”
In elk nummer vraagt EM een EUR-medewerker om een uitgaanstip. Ankimon Vernède, office manager en secretaresse bij RHV BV, tipt Dus we moeten gaan sparen? “Nee, visrestaurant niet gaan sparen. Het is meer iets Las Palmas. voor de arme student met de rijke ouders. Je moet gewoon gezellig iemand meenemen, die dan ook de rekening even betaalt.” IW Las Palmas. Wilhelminakade 330, Rotterdam. Lunch: di t/m vrij van 12.0014.00 uur. Diner: di t/m za vanaf 18.00 uur. Op zondag en maandag gesloten.
ETEN
Natuurlijk is het verleidelijk om, wanneer je thuiskomt, na een lange dag in de collegebanken, voor de makkelijkste weg te kiezen en te zwichten voor een snelle hap. Een telefoontje naar de pizzaboer is immers zo gepleegd, en anders is er altijd nog de snackbar om de hoek. Maar voor studenten die hier geen zin in hebben, zijn er veel alternatieven, die niet eens veel tijd en geld hoeven te kosten. Want ook zonder vis en vlees kun je op een betaalbare en simpele manier een verantwoorde maaltijd op tafel zetten. Veel niet-vegetariërs denken ten onrechte dat het onmogelijk is om zonder vlees of vis lekker te kunnen eten. Om de nieuwe lichting studenten tegemoet te komen en om hen ervan te overtuigen dat het een slecht idee is om elke dag te kiezen voor een diepvriesmaaltijd, stond de online community ‘Vegatopia’ van 1 tot en met 12 september in het teken van een speciale studentenspecial. Hierin komen simpele recepten zonder vis en vlees aan de orde die lekker zijn, niet snel mislukken en die je bovendien ook nog eens zonder je te schamen aan je huisgenoten kunt voorschotelen. Ook voor iedereen die niet vegetarisch is, maar niet iedere dag vlees of vis wil eten, is deze website geschikt. Je vindt er adviezen voor als je alleen voor jezelf wilt koken, maar ook voor als je een etentje wilt organiseren voor een heel studentenhuis. Bovendien komen er leuke tips voorbij met adressen van etnische restaurantjes in verschillende studentensteden, waar je voor niet al te veel geld vegetarisch kunt eten. Uit een boekje Naast de vele gerechten die je online kunt vinden, zijn er genoeg vegetarische kookboeken te koop. Speciaal voor studenten is er de Studenten Kookgids Vega (2009), een verzameling van meer dan tweehonderd makkelijke recepten die je in een handomdraai in elkaar zet. Met deze ‘bijbel’ is het voor iedere vegetariër mogelijk om zich staande te houden tussen zijn of haar vleesetende huisgenoten. Ook de meeste politici zijn het erover eens: een dagje per week vegetarisch eten is goed voor mens, dier en milieu. In het online kookboek De Kamer in de Keuken (2010), te vinden op de website van Wakker Dier,
Vegetarisch eten heeft allang geen saai en stoffig imago meer, het is zelfs helemaal bon ton. Ook wanneer je als student net op jezelf woont en voor jezelf moet gaan koken, zijn er veel manieren om gezond en goedkoop te eten. staan de favoriete vegetarische gerechten van onder anderen Wouter Bos en Tofik Dibi, en lees je wat Femke Halsema zelf het liefst op tafel zet. Het kookboek Hoge hakken lekker vega (2009) van Petra de Hamer laat zien dat je iedere dag gevarieerd en vegetarisch kunt eten. De enigszins over de top titel is gekozen om vegetarisch eten een hip imago te geven. Het is het een geslaagd boek dat vol staat met makkelijke recepten waarmee je gasten op een originele manier kunt verrassen. Leuk is dat de auteur is uitgegaan van verschillende situaties, waaronder feestjes, buiten eten en etentjes met vriendinnen. Voor al deze gelegenheden worden creatieve suggesties gedaan. Vegetarisch eten in Rotterdam In
Rotterdam zijn veel vegetarische restaurants te vinden waar je terecht kunt als je een keer geen zin hebt om je uit te sloven in de keuken, maar wel gezond en lekker wilt eten. In het mens- en milieuvriendelijke winkelcentrum De Groene Passage bijvoorbeeld, aan de Mariniersweg in hartje centrum, vind je allerlei producten die passen bij een duurzame lifestyle. Zo kun je er bij SPIRIT kiezen voor een gevarieerd vegetarisch buffet. Naast geroosterde pompoen, couscous en salades kun je er zelfgemaakte taarten en muffins eten of kiezen voor een kop biologische cappuccino of groene thee. Ook in restaurant Bla Bla, gelegen in historisch Delfshaven, staat er vlees noch vis op het menu. Hier vind je bovendien ook geen vleesvervangers terug op de kaart. Bla Bla laat zien dat je ook zonder tofu lekker en gevarieerd kunt eten. Op de kaart staan drie hoofdgerechten, die ieder bestaan uit minimaal vijf verschillende onderdelen. Op deze manier kun je dus van veel verschillende smaken proeven. Om het voor de vaste gasten spannend te houden worden de hoofdgerechten regelmatig gewisseld. Het Chinees vegetarische restaurant De Oude Plek is gevestigd in Lombardijen. Een avondje chinezen krijgt zo een heel andere dimensie, want hier vind je geen pekingeend of haaienvinnensoep op de kaart, maar alleen oriëntaalse gerechten zonder vis en vlees.
Voor tips en recepten: www.vegatopia.com
LIFESTYLE
16 september 2010 | 26
film en theater
Lantaren/Venster opent haar deuren op Zuid Vroeger ging je gewapend met je CJP-pas naar de Gouvernestraat voor een film in Lantaren/Venster. Vanaf oktober moet je daarvoor de brug over, want dan opent het film- en theatercomplex haar deuren op de Wilhelminapier op de Kop van Zuid. De officiële opening laat nog even op zich wachten, maar Lantaren/ Venster hoopt al ruim voor dat moment te beginnen met de nieuwe programmering. EM sprak met communicatiemedewerkster Lotte Claassen over wat we allemaal kunnen verwachten. Wanneer gaan jullie open voor het publiek? “Als alles goed gaat, is de oplevering op 1 oktober. Eigenlijk willen we daarna zo snel mogelijk open en we hopen dat we op 7 oktober de eerste film kunnen draaien. Er bestaat een kleine kans dat het niet haalbaar is, maar we werken er hard naartoe. De officiële opening is op 6 november, maar het is voor iedereen nog een verrassing hoe die avond er inhoudelijk uit zal gaan zien.” Wat kunnen we verwachten van de nieuwe programmering? “Vooral veel jazz. We willen ons als jazzpodium gaan richten op allerlei vormen van jazz, zoals moderne jazz, mainstream en funkjazz. Theater Houd voor meer informatie over en dans blijven achter in de Gouverde officiële opening de website in de nestraat. Het oude pand van Lantare/ gaten www.lantaren-venster.nl Venster blijft gewoon open, maar dan on-
tekst Geert Maarse illustratie Enio Ramalho
Sofie W
eet je zeker dat je vanavond niet nog een nachtje thuis wilt slapen? Hij had het echt gevraagd. Sofie keek hoe de groene Volvo met de nu lege aanhangwagen om de hoek verdween. Ze stond op de stoep van haar nieuwe huis. Haar nieuwe huis, dat klonk lekker. Met twee ritten hadden ze het gered, toen was alles over. De trappen waren het zwaarst geweest. Vooral het stukje naar de derde, daar zat zo’n verraderlijke bocht in. Het was een oud herenhuis, waar nog vier andere studenten woonden. De jongste, Job, studeerde fiscale economie, Jet, een blonde meid met sproeten deed geneeskunde en Niels was filosoof – ‘zeg maar veelstejaars’. Laurens had ze nog niet ontmoet, maar die scheen iets van bestuurskunde te doen. De hospiteeravond was twee weken geleden en ze had het gelijk vóór zich gezien. Het was geen grote kamer, achttien vierkante meter volgens de advertentie op internet, maar hij was te betalen: driehonderd euro. Er was een inbouwkast, een groot balkon dat doorliep tot de gedeelde keuken en een met houten schrootjes betimmerd plafond. Dat rook je,
dat hout. De woonkamer was een rommelig geheel van tweedehands meubels, een enorme televisie, een paar abstracte schilderijen en een knipperende Batman-flipperkast. Knus. Ze vond het een rotwoord, maar dat was het. Knus en gezellig. Haar vader had zich de hele dag overduidelijk voor haar uitgesloofd. Met het zweet op zijn hoofd had hij in het trapgat gestaan en gezorgd dat haar antieke secretaire geen butsen opliep. Geen plank was te veel, geen doos te zwaar. Het was lief, natuurlijk, maar ze had een licht gevoel van ergernis en medelijden niet kunnen onderdrukken. Net als toen haar moeder haar een paar weken geleden had gezegd dat ‘pappa en ik’ het écht niet erg vonden als ze nog even zou wachten met op kamers gaan. ‘Dat weet je toch, hè lieverd?’ Ze snapte het wel, haar ouders zaten nu nog alleen met Arvid en die ging steeds hardnekkiger puberen. Vanaf de stoep, haar stoep, keek Sofie hoe een lange man aan de overkant van de straat zijn fiets tegen een boom zette. Op de Bergweg schuurde een veegwagen voorbij en ergens klonken kinderstemmen. Het liefst zou ze hier
der een andere naam. De films die we vertonen blijven hetzelfde, al worden ze iets toegankelijker, meer titels als Slumdog Millionaire: niet te commercieel, maar wel voor een iets breder publiek dan voorheen.” Richten jullie je met deze nieuwe programmering ook op een nieuw publiek? “Niet per se, we willen zoveel mogelijk mensen aanspreken, jong en oud. Wellicht trekken we een nieuwe doelgroep aan vanwege de verhuizing naar Zuid. De brug kan echter ook een nadeel zijn. Voorheen zaten we in het centrum van de stad en nu moeten bezoekers echt speciaal naar de overkant. Maar we zijn ervan overtuigd dat de bezoekers vanzelf komen zolang de programmering goed is.” IW
blijven staan, zo met de deur achter haar op een kier. Maar ze moest naar boven. Jet had gezegd dat ze thee ging zetten. (wordt vervolgd)
LIFESTYLE
16 september 2010 | 27
AGENDA Entrez Jaarlijks festival, georganiseerd door studenten van het Rotterdamsch Studenten Gezelschap (RSG). Thema: ´Doe of je thuis bent´. Donderdag 16 september tot en met woensdag 22 september. Voor het volledige programma: www.entrez.hetrsg.nl
Pubquiz
UIT/GAAN
Eten, drinken en dansen Club Vie heeft na een aantal succesvolle jaren haar concept veranderd. Na een fikse verbouwing is de club aan de Maasboulevard sinds vorige maand uitgebreid met Vie Café. Vie Café Het café is gevestigd op dezelfde locatie als Club Vie, aan de voet van de Maasboulevard 300 Willemsbrug en met uitzicht op de Erasmusbrug en de skyline van Rotterdam. Vie staat al een aantal jaren bekend als een trendsetter op het Bier: € 2,10 gebied van feesten in samenwerking met onder andere exclusieve merSfeer: 7 ken als Moët & Chandon, Pacha en Hed Kandi. Voorheen kon je er alleen Studentikoosheid: 6 terecht om een nachtje te swingen, maar tegenwoordig opent Vie Café Sjanskansen: 7 haar deuren op donderdag, vrijdag en zaterdag al om vijf uur ’s middags en kun je er voor het dansen eerst nog terecht voor een hapje en een drankje. Bij binnenkomst op vrijdagavond, rond negen uur, zitten er hier en daar nog groepjes mensen te eten. Op het menu staan voornamelijk veel hamburgers, maar je kunt ook kiezen voor een pasta of een salade. Vie staat naar eigen zeggen bekend om haar gastvrijheid en de zogenaamde ‘service with a smile’, en dat merk je meteen. De dames achter de bar begroeten iedere binnenkomer enthousiast en met een grote glimlach. Het interieur is stijlvol en modern en er hangt een ontspannen sfeer. De grote wanden zijn voorzien van een graffiti-look, met onder andere pop-art van Roy Liechtenstein. Aan de tafels kun je zitten op comfortabele leren stoelen en banken en ook de barkrukken zijn in diezelfde stijl. Het publiek in Vie is modieus, bezit de juiste gadgets en kleedt zich volgens de laatste mode. Dit is de plek waar de gemiddelde Rotterdamse yup na een drukke werkweek zijn weekend inluidt. Met vrienden, of een belangrijke zakenrelatie. De muziek is aanvankelijk jazzy en relaxed, maar na elf uur is het gedaan met de rust en verandert het café in de nachtclub zoals we hem kennen. De beschilderde wanden schuiven automatisch omhoog en een korte show met muziek maakt de metamorfose compleet. De tafels en de stoelen zijn aan de kant geschoven, de DJ neemt plaats achter de draaitafels en er kan tijdens het nieuwe vrijdagavondfeest, Big Room, de hele nacht worden gedanst op fijne, eigentijdse house beats. IW
GESPOT OP DE CAMPUS
Hot: Wollen breisels Op de catwalk zagen we ze voorbijkomen bij Prada, Chanel en Dior. En nu de herfst voor de deur staat zijn ze ook op de campus veelvuldig te zien: breisels. Zowel bij dames als bij heren, want wol is hot dit seizoen. Het liefst met grove steken en een stevige structuur. Naast dikke kabeltruien en lange vesten zijn gebreide tassen, mutsen en sjaals ideaal voor de koude wintermaanden. Deze trend is ook zeer geschikt om koude voeten te verwarmen, ’s morgens op de fiets naar de universiteit, of wanneer je staat te wachten op de tram. Je steekt ze gewoon in een paar gebreide laarzen. IW
Tweewekelijkse pubquiz in Café In de Smitse. Teams kunnen zich van vanaf 17.00 uur inschrijven. Gratis. Dinsdag 21 september van 17.30 tot 18.30 uur. Café In de Smitse, T-gebouw Woudestein
Forensische psychologie Lunchlezing waarin de vele kanten van de forensische wetenschap worden belicht. Woensdag 22 september van 12.30 tot 13.30 uur. Collegezaal 3 Erasmus MC
Einstein: Leven en Werk (Deel 2) College over het leven en werk van Einstein. Woensdag 22 september van 15.30 tot 17.30 uur. Zaal CB-061 (v.h. B-3) Woudestein
Leeskabinet-lezing: Wanda Reisel Wanda Reisel spreekt over haar werk voor het Rotterdamsch Leeskabinet. Zondag 26 sep. van 11.00 tot 13.00 uur (inloop vanaf 10.30 uur). Podium O 950 (Oostmaaslaan 950) €5,(leden) €7,50 (niet-leden) Voorverkoop: Rotterdamsch Leeskabinet en Boekhandel Van Gennep
Wetenschapscafé Iedere laatste maandag van de maand. Dit keer: Cern: over supersnelle deeltjes, met drs. Lucie de Nooij. Maandag 27 september van 19.00 tot 22.00 uur in DikT (Hoogstraat 110)
Open Air Cinema: Fantastic Mr Fox Ouderwetse poppenfilm, gebaseerd op een boek van Roald Dahl, over een vos die weigert zijn streken te verliezen. Dinsdag 28 september van 19.45 tot 22.00 uur. Grasveld, Carillionlaan , Woudestein
SOS (Students on Stage): Guus Bok & Friends Swingende jazz en rock-’n-roll. Woensdag 29 september van 17.00 tot 18.00 uur. Café In de Smitse, T-gebouw Woudestein
SG filmclub+ : Kapitaalclub Vertoning van de film Win Win, inclusief een inleiding door de regisseur Jaap van Heusden. Woensdag 29 september van 19.30 tot 22.00 uur. De Unie (Mauritsweg 34-35)
Voorlezen voor het stappen gaan Rector magnificus prof.dr. Henk Schmidt leest voor aan studenten uit een boek dat hem tijdens zijn studententijd heeft geïnspireerd. Donderdag 30 september om 20.30 uur. Arminius, kerkenraadskamer
SERVICE
16 september 2010 | 28
EM SERVICE De Servicepagina’s voor algemene (niet-commerciële) mededelingen zijn per 1
bij de Senaatszaal op de uni-
EG, waar hij vanaf 2000 in
versiteit - ontvangt de laure-
dienst was. Daarvoor was hij
aat hiervoor een bedrag van
hoogleraar Europees recht
7.000 euro van het
aan de Universiteit te Gro-
Erasmus Trustfonds.
ningen en werkzaam bij de Europese Commissie.
september grotendeels verhuisd naar de website van
Ilse Louwerse, studente van
EM:
de Erasmus School of Econo-
www.erasmusmagazine.nl
Mara van der Lugt, alumna
mics (ESE) heeft, samen met
van de Faculteit der Wijsbe-
Arjan Thomas en Cindy de
geerte, heeft de Prof. Bruins-
Groot, op de 2010 MOPTA
prijs 2010 toegekend gekre-
conferentie in Bethlehem,
gen. Deze prijs wordt jaar-
Amerika, de AIMMS/MOPTA
Mr.drs. Th.J. van Laar
lijks uitgereikt door de Eras-
Modeling competitie ge-
(Jerimi) is per 16 augustus
mus Universiteit voor Re-
wonnen. Alle drie de studen-
2010 benoemd tot hoofd Ju-
search-Masterstudenten die
ten lopen stage bij ORTEC.
ridische Zaken van de Alge-
een bijzondere studiepres-
mene Bestuursdienst van de
tatie hebben gekoppeld aan
Erasmus Universiteit Rotter-
een veelbelovend onder-
dam. Jerimi van Laar was
zoek. De prijs werd tijdens
hiervoor werkzaam bij het
de Opening van het Acade-
Ministerie van Justitie. Hij is
misch Jaar uitgereikt.
De servicepagina in het blad bestaat voortaan uit één pagina, met de volgende rubrieken: -Colofon -Personalia (en In Memoriams) -Rechtgezet (eventuele rectificaties) Mail uw berichten naar:
[email protected] Voor meer informatie: bel 010-4081115.
Erasmus magazine/EM onafhankelijk opinie-en informatieblad van de Erasmus Universiteit Rotterdam Uitgave Jaargang 14, 2010-2011 EM 03 – 16 september 2010 Erasmus Universiteit Rotterdam ISSN: 0922 – 713x Redactie bezoekadres Erasmus Magazine , Gebouw E, kamers 21-27 Burg. Oudlaan 50, 3062 PA Rotterdam Postadres Redactie Erasmus Magazine Postbus 1738, 3000 DR Rotterdam Em.Online Erasmus Magazine verschijnt in zijn geheel ook op www.erasmusmagazine.nl Redactie Wieneke Gunneweg, hoofdredacteur Gert van der Ende, eindredacteur Lindemarie Jongste, webredacteur Geert Maarse, redacteur Monique Walraven, stagiaire
de opvolger van Edmond Jaspar.
PERSONALIA Prof.dr. Arnold Zellner is op 11 augustus 2010 overleden. Zellner (University of Chicago Booth School of Business) is 83 jaar geworden. In 2006 Igna Bonfrer heeft de Prof.
ontving hij, samen met pro-
H.W. Lambersprijs 2010 ge-
fessor sir Clive Granger (No-
Dr. Gino Camp van de Facul-
wonnen. Deze prijs wordt
belprijswinnaar in de Econo-
Dr. Martijn de Jong (30),
teit der Sociale Wetenschap-
jaarlijks uitgereikt door de
mie in 2003), een eredocto-
marketing-onderzoeker en
pen, capaciteitsgroep Psy-
EUR aan studenten die twee
raat in de economie van de
universitair hoofddocent bij
chologie, heeft op 6 septem-
mastertitels hebben en zich
Erasmus Universiteit Rotter-
de Rotterdam School of Ma-
ber, bij de Opening van het
door extra inspanning breed
dam, vanwege het 50-jarig
nagement, Erasmus Univer-
academisch jaar, de Onder-
ontwikkelen en daardoor de
bestaan van het Econome-
sity, ontvangt op 14 oktober
wijsprijs ontvangen. Hij
mogelijkheid hebben een
trisch Instituut.
2010 de Christiaan Huygens
kreeg de prijs voor zijn nau-
brug te slaan tussen ver-
wetenschapsprijs voor het
we betrokkenheid bij de uit-
schillende disciplines. Igna is
Twee VENI’s voor Bestuurs-
vakgebied Economische we-
bouw van de opleiding Psy-
afgestudeerd aan de mas-
kunde
tenschappen. Hij krijgt de
chologie aan de Erasmus
ters Econometrics & Ma-
prijs (€ 10.000 en een bron-
Universiteit. De opleiding
nagement Science (EUR),
zen beeld) voor zijn proef-
wordt al jaren door studen-
Health Economics (EUR),
schrift Response Bias in In-
ten en visitatiecommissies
master History of Medicine
ternational Marketing Re-
geroemd als beste Psycholo-
(University of Oxford) en is
search.
gieopleiding van ons land.
nu promovendus bij het
Martijn de Jong kreeg op 6
Naast een portret in de ere-
iBMG. De prijs werd uitge-
september, bij de Opening
galerij bij de Senaatszaal op
reikt tijdens de opening van
van het academisch jaar te-
de universiteit - ontvangt de
het academisch jaar.
vens de onderzoeksprijs van
laureaat een bedrag van
de EUR toegekend. Naast
7.000 euro van het Erasmus
een portret in de eregalerij
Trustfonds.
Lasse Gerrits, bestuurskundige, heeft een Veni-subsidie binnengehaald met het voorstel “Craving Simplicity”. Peter Scholten, eveneens bestuurskundige bij de FSW heeft een VENI binnengehaald met het voorstel “Bey-
Mr. C.W.A. Timmermans is
ond National Models of In-
per 1 september 2010 be-
tegration? Agenda Dyna-
noemd tot hoogleraar Inter-
mics and the Multi-Level
nationalisering (0,2). De be-
Governance of Immigrant
noeming geldt voor een jaar.
Integration”. De VENI-subsi-
VERKEERSSCHOOL AVANTI
Het betreft hier de Sanders
die is bestemd voor pas ge-
Hoog slagingspercentage bij het eerste examen (55 - 60%). Diverse rijopleidingen. Examendatum direct bekend. Stadhoudersweg 6e. Telefoon (010) 4673820 / 4679448, e-mail:
[email protected], www.avantirijschool.nl
Wisselleerstoel voor het on-
promoveerde, excellente,
derzoeksprogramma Lex
onderzoekers die aan het
Mercatoria. Christiaan Tim-
begin van hun carrière
mermans (geboren Rotter-
staan. De wetenschappers
dammer) was tot april 2010
behoren tot de beste tien à
vice-president van het Euro-
twintig procent van hun on-
pees Hof van Justitie van de
derzoeksveld.
Advertentie
COLOFON
Aan dit nummer werkten mee: Fotografie: Ronald van den Heerik, Levien Willemse, Illustraties: Bas van der Schot, Enio Ramalho Columns: Peter Achterberg, Elfahmi el Bouazati Teksten: Thomas de Leeuw, René van Leeuwen, Kim Putters, Daan Rutten, Iris Withuis, Martine Zeijlstra. International Pages: Mansee Bal, Christian Mathis, Hannes Peters, Zvezde Klingenberg Secretariaat/Servicepagina’s José Luijpen T 010 4081115, E
[email protected] Abonnement? Maak € 35,00 over op bankrekening 465 964 397 t.n.v. Erasmus Magazine te Rotterdam, o.v.v. ‘jaarabonnement EM’ Advertenties Hennie Boes T 010 4081827,
[email protected] www.erasmusmagazine.nl/advertenties Ingezonden brieven
[email protected] (Anonieme brieven worden niet geplaatst) Redactieraad Henk Volberda (voorzitter), Wajid Hassan, Wim de Jong, Martijn Kleppe, Sophie Konings, Liesbeth Noordegraaf, Robert van Putten, Pieter Kuijt (adviseur) Cover Unit20 Volgende editie EM EM 04 verschijnt op donderdag 30 september 2010 Advertentieoverzicht Eurekaweek 2011, Trigion, Maximata © Erasmus Magazine Auteursrecht voorbehouden. Het is niet toegestaan om zonder schriftelijke toestemming van de hoofdredacteur artikelen of illustraties geheel of gedeeltelijk over te nemen.
EM INTERNATIONAL
16 September 2010 | 29
INTERNATIONAL
NO.3//SEP//2010
EUR will cooperate extensively with Delft and Leiden The Erasmus University will cooperate extensively with the TU Delft and Leiden University. The director of the EUR’s executive board would not yet call it a merger, but she does not exclude the possibility. In Delft and Leiden the ‘M-word’ is rather not spoken out loud.
The intention to cooperate more intensively, possibly resulting in a merger, was announced by director Van der Meer Mohr during the opening of the academic year on Monday the 6th of September. In practice this means that the secretaries of the three universities will convene monthly to discuss and map out possibilities for cooperation. At the end of 2010 it will be decided whether or not steps will be taken. The initiative for this reconnaissance is from Rotterdam, Van der Meer Mohr tells us after the opening. She offers three reasons: Together the three universities will do better in international rankings, the OESO declared in a report that South Holland is lagging behind in knowledge production and companies and organizations want universities to work together more smoothly - and simply more. Content-wise the universities already work together a lot; there are diverse research programs where the EUR joins forces with one or both of the other universities in South Holland. In an interview with the daily newspaper Trouw director Van der Meer Mohr says: “We are interested to see whether we can continue education or research where one of us is weaker elsewhere.” Furthermore the universities are considering to collectively set up a so-called university college for ambitious students and are opting to offer masters together. Even though the word merger is avoided in Delft and Leiden, both universities confirm the intent for this initiative. “Love for this project comes from all three parties”, says the spokesperson of the executive board of the TU Delft. “We are going to Rock’n’Roll the coming years.” WG
The opening of the academic year (photo Levien Willemse)
European Commissioner Kroes
“Do not let any opportunity slip” European Commissioner Neelie Kroes, speaker at the opening of the academic year 2010, used her speaking time to motivate first year students to make the best of their studies and life.
“The university has taught me how to think, taught me curiosity. Always ask the ‘why-question’ in the lecture hall”, says the European Commissioner for the Digital Agenda. She also pointed out that the current generation of students is to be envied because of the digital developments in the world. “For the first time a younger generation can teach an older generation.” Be entrepreneurial, was another advice the politician offered her listeners. “Not ever has someone achieved something valuable without taking a risk. There is no more time to take a breather or to look
backwards. Because China, Brazil and India don’t take breaks.” Kroes specifically addressed the female first years with more advice. “Finish your studies; go abroad. Know that prince charming may lose his charm once in a while. And that the time you spend raising your kids is much shorter than the time you have left afterwards.” And all students received one last piece of advice from wise Kroes. “If you have found your passion, do not let any opportunity slip because you think you are not ready. Making use of your opportunities is the only way to get ready.” WG
‘Students can stay in Mexico’ Five EUR students who are momentarily staying in Mexico are not in immediate danger according to the department for internationalization of the EUR. Last week the college InHolland advised its exchange students to leave the area around the city Monterrey. The area has been plagued by drug related conflicts.
“It is not the safest place to be at this point. But we have close contact with the partner universities and the Ministery of Foreign Affairs to provide our students with as much clarity and protection as possible.” Mirjam de Groot, who is in charge of exchange students at the shared service centre Education, Research and Student Affairs, is resolute. “So far the situation is not alarming.” Four of the five EUR students are located in Monterrey, which is the industri-
al heart of the country. These are two IBA and two history students. Sabaï Doodkorte, who is accompanying the two latter on behalf of the faculty of History and Arts, confirms that there is no immediate threat. Taxi busses are entering and leaving the city freely and the students are being kept up to date on developments. “We said: If you don’t feel safe, we will arrange an alternative right away. But so far we are sticking to the travel advice from the Ministery of Foreign Affairs. No red flags have been raised, but we have been advised to be cautious in certain areas.” Of the four InHolland students only one decided to pack her bags. She gave up after the police raided the house of her back neighbor. Apart from InHolland Flamish education institutes, of which Leuven University, have advised their students to return home. This concerns another ten students. GM
EM INTERNATIONAL
32september September2009 2010 | 02 30
Mansee Bal
What we have at Erasmus Welcome Aboard New-comers! Many of you must have attended the colourful event held a few days ago on the campus about ‘what we have at Erasmus’. I am also keen to acknowledge and cherish what we have at Erasmus, this time through the eyes of my mother. My colleague Fatma often tells stories about her mother’s visits to Rotterdam which usually bring a smile to my face. Now I have my mother’s stories to smile about since she visited me and Rotterdam recently. It was her first trip outside of India. One day I walked with my mother on the Erasmus campus. What was interesting for me during our walk was that she was conscious and curious about everything we have at Erasmus. Things that are very usual for us to have, such as a passport photo booth, bicycle stands, a hairdresser, shops, a bank, a post office, wifi hotspots, cafés and restaurants - all this was exciting for her. She was very impressed that she could travel right up to the campus with Tram 7. What struck me during our walk was that she was not hesitant to ask me questions about everything and anything that she noticed. I felt as if she was just like any new-comer who wants to have complete knowledge of what we have at Erasmus. She noticed the international environment at Erasmus. Looking at every different face she encountered she asked me: ”Which country?” I could answer a few. Slowly, with her own guesses and a nod from me, she developed this to a ‘quiz’ for the rest of our walk. While passing by the statue of Desiderius Erasmus near the E-building, she stood next to it for a photo and innocently asked: ”Was Mr. Erasmus so large-built?” Before I could respond to her she simply made her guess and giggled, “May be yes, because he is Dutch.” I still laugh about it. What was inspiring for me was that my mother was observant about even the smallest things that we have at Erasmus. She made me realise that apart from what we have at Erasmus physically, having both the consciousness of a teacher and the curiosity of a student - both always eager to acquire more knowledge – is what higher learning is about. With forty years of her on-campus experience as a student and as a teacher (yes, my mother is a teacher as well), I could catch a glimpse of both these qualities in my mother during our walk. I also aspire to inherit these virtues from her. Mansee Bal is PhD-student Public Management
Berlin
Mira Krotneva
Studying in Rotterdam – an international perspective Every year, an increasing amount of foreign students decides to leave their country behind to study in Rotterdam. Why do they decide to study here? What do they think of Rotterdam as a student city and the Erasmus University as an educator? And how does the Erasmus University help them in realizing their goals? These are some of the questions put forward to three foreign (exchange) students. text Zvezde Klingenberg Photography Ronald van den Heerik
Mira Krotneva from Bulgaria currently follows a Master of Science in Health Sciences (Epidemiology) at the Erasmus Medical Center (MC). Her reasons for coming to study at the Erasmus University were primarily related to its academic excellence and the international opportunities offered. “The program itself and Rotterdam in general both surprised me in a positive way. First of all, I found from the start that students and teachers are very approachable. Also, I enjoyed the fact that we are taught courses by professors that are experts in their field and come from John Hopkins, Harvard or other top medical universities. As for Rotterdam, there are many cozy pubs, restaurants and shopping areas. And it’s really great that I can bike everywhere! Yes, I have a positive impression about Rotterdam and the Netherlands in general.” So what are your best experiences so far in Rotterdam? “I think that the Erasmus Summer Program was the best experience from the whole Master’s program, mainly because it was unique to this university and because of the networking opportunities it offered. I was able to meet a lot of interesting people in my field from different parts of the world.” Finally, do you think Erasmus University helps in realizing your future goals? “Yes. The Erasmus Medical Center (MC) ranks as the number one European institution in clinical medicine in 2009, according to the Times Higher Education Rankings, and 20th worldwide. I am planning to look for a job both in the private or public sector or apply directly for a PhD position both in Europe and overseas. I
feel comfortable that the scientific knowledge I’ve obtained during my Master’s studies has prepared me well for a career in research.”
Natalie Stanczuk
from Poland is currently enrolled in her second year of the International Bachelor of Communication and Media (IBCoM) taught at the Erasmus University. One of her main reasons for choosing this program in Rotterdam was related to its high ranking. “At first, I did not know what to expect of the program, Rotterdam and even The Netherlands. Although I had done some prior research everything was still very new and different to me when I came to the Netherlands”. So what where your expectations of the Netherlands before you came here? “I had a wrong impression of this country. Before coming here, I thought of the Netherlands as a place full of strip clubs and coffee shops, I did not know much else from the country. When coming here, I soon discovered that The Netherlands actually offers much more. As for Rotterdam, it is actually more like a town than a city to me, since I have lived in very big cities most of my life. But I see it as a very interesting town, it is truly amazing to find so many different cultures in a tiny place. So yes, I do like Rotterdam! As for the program I follow,
316september September2009 2010| |03 31
THINGS TO DO IN ROTTERDAM
text Christian Mathis
medical students only, but a great opportunity to take a glance inside and learn more about the amazing complexity of our own body. www.bodyworlds.nl
Justus Kneise
the first year I felt a bit of a guinea pig because it is a new program and our year is the first to test some aspects of it. However, now I feel that deciding to study in Rotterdam has been one of the best decisions I made. I met a lot of really cool people last year, including my Dutch boyfriend. Also, I really feel that I am learning something”.
Justus Kneise
from Germany is going to spend his exchange semester in Rotterdam, as part of his bachelor of economics. He chose to study at the Economics Faculty of Rotterdam because of the high standard of education. He also had a good impression of the culture and the people of the Netherlands. Although he is content so far with his choice, he pointed out that it was hard to find all the information he needed to know about the Erasmus University. “I came here three weeks ago, and luckily most of my questions got answered at the Eurekaweek. I had two great guides, Nick Mahn and James Arakelian, who really helped me from the start. The Eurekaweek was really interesting, I learned a lot of things about the university and Rotterdam in general. For example, it is really interesting to find so many study associations, clubs and fraternaties in Rotterdam! This is great and I definitely plan on joining at least one of them. Back in Germany, where I come from, we do not have this large amount of associations. Also, I was positively surprised by the level of English of most Dutch people. Finally, I have visited some Dutch cities and was surprised to find out that they are all very different, but pretty in their own way. In general, my first impression is that Rotterdam and the Netherlands are great places to study”.
Edvard Munch at the Kunsthal
“We should no longer paint interiors with men reading and women knitting. We should paint living people who breathe, feel, suffer and love.” said Edvard Munch and therewith rattled the cage of old Europe. Back in 1892, the enfant terrible presented himself with his first great exhibition in Berlin and became famous overnight. Having grown up in the vast lands of Norway, Munch went to study art in Oslo. He was strongly influenced by the sudden death of his mother and younger sister and separated early from the main conformist artistic trends to set a new path of expressionism in Europe. His most famous painting “The Scream” is the greatest example of his main focus, namely strong but obscure emotions like loneliness, dread and anxiety. His astonishing gift lies in capturing and communicating such emotions to the viewers. The pureness and strength of the impressions tend to be overwhelming and make every piece of art an exciting experience. Do not miss out on this unique chance to see pieces of Munch’s work donated by several private collections here in Rotterdam. www.kunsthal.nl
Kinderdijk – UNESCO world heritage site
The Kinderdijk is a precious little landmark preserving some of the oldest Dutch windmills in their natural state and environment. You can easily get there via a boat tour
including an all-you-can-eat pancake buffet. After having enjoyed the beauty of the river Maas and the amazing taste of fluffy Dutch pancakes you leave the boat and enter one of the most beautiful sceneries in the Netherlands. Despite their age of up to 270 years, the Windmills are still fully functioning and steadily pump every day to keep the water level of the surrounding area in balance. Obviously it is a famous touristic attraction to many, but it none the less is a remarkable site of Dutch history and definitely an important visit. www.kinderdijk.nl
Rotown - Helter Shelter
For everyone who left Rotterdam throughout the summer this is a great opportunity to reunite with your friends and the city. Rotown, one of the most famous clubs in Rotterdam, is hosting a special event called Helter Shelter. With light electronic, forgotten classics and the good stuff of pop music, the evening will be a sure success. Star DJ St.Paul promises a great night at an entrance fee of only 3 Euros at the door. All you music lovers: See you there! www.rotown.nl
“Body Worlds” – the cycle of life
For the first time the internationally renowned exhibition “Body Worlds” is coming to the Netherlands, specifically here to Rotterdam. The site will be provided by the Las Palmas building at the southern end of the Erasmus Bridge. Launched on the 23rd of September, the Kop van Zuid will be home to the original collection of Gunter van Hagens “plastinated” human bodies. This plastination process allows to preserve and model living tissue to a great extent. His work is highly discussed around the globe which draws a lot of attention to the unique exhibition. The theme of the exhibition is “The cycle of life”, addressing special attention to the great importance of treating one’s own body well. In this context the visitor can see what happens to the body and its parts when having a heart attack or when suffering from cancer. This event is not reserved for
Reality is not enough
There are things you can not capture in reality. Sometimes you want to capture something unseen before, something unreal. Back in the 80’s this point of view formed the Rotterdam School of Art and made the city a magnet to many photography artists. The Historical Museum Rotterdam hosts an exhibition presenting 20 of the most influential artists and their work of this time. Visionary perspectives, surreal images and pure fantasy dominate the pictures and artwork of that period. Drop by the Schielandhuis and learn more about a wild and creative period and to what extent this city inspired the artists coming here. www.hmr.rotterdam.nl
ACHTEROP
Elfahmi el Bouazati
Cijferfetisjisten Wie als arts geaccepteerd wordt, heeft metaforisch gezien de geneeslijke krachten geërfd van Aesculapius, god der geneeskunde. Er blijft echter niets goddelijks van over als u bedenkt dat in Nederland per jaar 1700 dodelijke medische fouten worden gemaakt en 30.000 Nederlanders fysieke schade oplopen door toedoen van egomane artsen. Het schrijnende is dat bij een aanzienlijk deel van deze gevallen de arts zich terdege bewust is van de fatale risico’s die hij neemt. Toevalligerwijs kwam ik laatst zo’n ‘god’ tegen. Hij had net zijn coschappen afgerond en verheugde zich nu op een gefortuneerde baan als chirurgijn. U leest het goed: deze potentiële Hannibal Lecter snakt naar dineros, keiharde knaken. Hij stond bij mij bekend als altruïstisch, menslievend en medelevend. Maar riekt nu naar de gel van Johnny Bravo. Nieuwsgierig als ik ben – lees: geïrriteerd als de pest – vroeg ik ’m naar de tanende menselijkheid die thans bij artsen te ontwaren is. Hij peroreerde een antwoord waar alleen mammon, de bijbelse geldgod, wijzer van wordt. Met dit voorbeeld is het duidelijk dat de arts van weleer plaats heeft gemaakt voor de begrotende medicijnman. Als communicatiemedewerker bij een ziekenhuis heb ik met eigen ogen gezien hoe artsen als koopmannen te werk gaan. Het immorele marketingdenken heeft zich viraal genesteld in de hersenen van onze geneeskundestudenten. Voorts hebben masculiene waarden allengs de overhand weten te krijgen op de van oudsher in het ziekenhuis vigerende feminiene waarden. Nu, mijn lieve onverzekerde medestudenten, computergeile studentes, gesponsorde wetenschappers en alibiali’s, weet bij een volgend bezoek aan een arts dat u voor hem noch een homo sapiens noch een ander primaat bent, doch slechts een economische productiefactor. Allez, komt u na het lezen van het bovenstaande relaas tot het besef dat u hoogstwaarschijnlijk ook te veel entreperneuronen aanmaakt, blijf dan rustig. Ga vooral niet en masse met bomen of muren praten, of erger een machinist de rest van zijn leven een AOW bezorgen. Er is ongetwijfeld plek voor u elders op de alma mater. U kunt zich bijvoorbeeld bij de cijferfetisjisten, bivakkerend in het H-gebouw, aansluiten. Deze boekhoudterroristen zullen u wel de fijne kneepjes van de portemonneefixatie bijbrengen. Aan het einde van de rit zult u waarlijk versteld staan van hetgeen u allemaal wel niet in pecunia kunt waarderen.
Elfahmi el Bouazati is rechtenstudent
Club r.S.V. Antibarbari Wat studentenvoetbalvereniging aantal leden 300
DE CLUB
Trainingsavond bij Antibarbari
Het is donderdagavond, en terwijl het studentenleven voor het grootste deel nog op z’n zomerse gat ligt, is Antibarbari al volop aan het trainen. Op veld 6 van sportcomplex Toepad, op een steenworp afstand van campus Woudestein, oefenen vanavond teams met illustere namen als ‘7e Hemel’, ‘Mannschaft’ en ‘Pilschbazen’. Ploegen die ‘niet erg hoog spelen’, wordt mij verzekerd. En dat beeld wordt in eerste instantie bevestigd. De keeper heeft het maar makkelijk. Een voor een vliegen de ballen zijn doel voorbij. ‘Ligt aan die klotebal’, roept een van de spelers. ‘Die is half lek.’ De mannen werken beurtelings aan hun ‘afrondingen’: de bal kaatsen met een medespeler en vervolgens op het doel schieten. De sfeer is gemoedelijk en ik constateer verheugd dat er meer nieuwelingen zijn vanavond. De Eurekaweek is net voorbij; dat betekent blijkbaar veel nieuwe aanmeldingen. Na een dik half uur zijn we klaar met de afrondingen. Ik ben doodop, want hier wordt serieus gesport. Maar we gaan meteen door. Een speler knijpt er even tussenuit om uit z’n bidon te drinken. ‘Man, is dat urine of zo?’, roept iemand, wijzend op de gele kleur van het sportdrankmengsel. Maar de dorst is groter dan zijn weerzin, en hij vraagt om een slok. Het is tijd om wat oefenpartijtjes te spelen: vijf tegen vijf; wit tegen zwart – met kleine goals. Het gaat er hard aan toe. Zowel fysiek, als verbaal. ‘Ricardo, Ricarrrrdo! Leg hem breed!’, klinkt het diep uit de strot van de man op links-
voor. ‘Kaatsen die bal, kaatsen. Hierrr!’ De onvervalste Rotterdamse ‘r’ komt van een speler in een Feyenoord-shirt. Opvallend, het merendeel van de spelers blijkt gehuld in een voetbaltenue van een bekend team. Gelukkig zijn er ook die de verenigingskleuren groen-wit dragen. Ik val met mijn nietszeggende zwarte polo nogal uit de toon. Studentenvoetbal, dacht ik, zal het toch vooral moeten hebben van de derde helft. Niet dus. Ik ontstap even voor een adempauze, terwijl ik aanvaller Jaap zie onderuitgaan. Met het grootste geluk weet hij toch de bal hoog voor het doel te wippen. Als hij opkrabbelt, vraagt hij zijn teamgenoten of er gescoord is. Nee, schudden deze. ‘Dus dat vallen is het niet eens waard geweest?’, roept hij vertwijfeld . ‘Je hele leven is het nog niets waard geweest, man!’, krijgt Jaap te horen. Die melige afzeikhumor zet zich de rest van de avond voort. Na het veld in de kleedruimtes, althans voor zover de voetballers die weten te bereiken. De helft rept zich – nog gehuld in doorweekt trainingstenue – meteen naar het kantinebier. Anderen nemen hun eerste pils mee de kleedruimte in. Er wordt gedoucht, omgekleed en sommigen kwakken wat gel in hun haar. De mannen maken zich op voor een lange avond. De vrouwenteams hebben ook getraind en er zitten hockeysters in de kantine. Hun eigen clubgebouw is namelijk nog in aanbouw. Er hangt een nazomerse, onbezorgde sfeer. Misschien dat er vanavond toch nog gescoord gaat worden. TL (foto: Levien Willemse)