1. Dyslexie 1.1 Wat is dyslexie? Dyslexie is een leerstoornis waarbij de leerling “ernstige en hardnekkige problemen bij het automatiseren van het lezen en / of spelling” heeft. Dyslexie kan in meer of mindere mate aanwezig zijn. Dyslexie heeft niets te maken met intelligentie en komt dus ook voor bij gemiddelde en hoge intelligentie. Veelvoorkomende problemen bij leerlingen met dyslexie zijn bijvoorbeeld: - moeite hebben met foutloos en vlot leren lezen en/of spellen in eigen taal; - moeite hebben met foutloos en vlot leren lezen en/of spellen in de moderne vreemde talen; - moeite hebben met de lange teksten bij vakken zoals geschiedenis en aardrijkskunde; - moeite hebben met het automatiseren van kennis bij andere vakken. Het Udens College H/V heeft besloten de gang van zaken rondom dyslexie op school en de afspraken die daarmee samenhangen vast te leggen en het beleid waar nodig aan te passen aan nieuwe ontwikkelingen op het gebied van dyslexie. 1.2 Leerlingen met dyslexie Leerlingen waarvoor afspraken m.b.t. dyslexie zijn gemaakt zijn: - leerlingen die een officiële dyslexieverklaring hebben, afgegeven door een daartoe bevoegd persoon; - leerlingen die al in onderzoek zijn voor dyslexie en in afwachting zijn van een dyslexieverklaring. Deze leerlingen staan geregistreerd in magister. Al voor de start van het schooljaar kunnen de mentor en vakdocenten deze informatie inzien. Leerlingen met dyslexie krijgen een dyslexiepasje. Voor elke leerling stelt de school een handelingsplan op. Voor de dyslectische leerlingen die in schooljaar 2012/2013 in leerjaar 1, 2, 3 en 4 zitten staat dit handelingsplan reeds in Magister. Ouders van brugklasleerlingen met dyslexie worden in het begin van het schooljaar uitgenodigd voor een informatieavond “Dyslexie op het UC H/V”. Bijlage: verantwoordelijkheid leerling 1.3 Brugklas screening dyslexie Alle brugklasleerlingen worden in de maand oktober gescreend op dyslexie. De screening bestaat uit: - het wonderlijke weer (zinnendictee); - hoe gevaarlijk is een tekenbeet (stilleestempotoets). De screening wordt afgenomen door de mentor in zijn/haar begeleidingsles. De remedial teacher (RT) kijkt de screening na. Leerlingen met c-score 0,1 of 2 voor spelling en lezen worden uitgenodigd voor het vooronderzoek dyslexie. Leerlingen met lage scores op 1 van de 2 gebieden (lezen
en/of spellen) krijgen bericht. De docenten Nederlands worden op de hoogte gebracht. Leerlingen die aangemeld worden door de basisschool met een vermoeden van dyslexie nemen standaard deel aan de screening en het vooronderzoek dyslexie. 1.4 Vooronderzoek dyslexie Vooronderzoek dyslexie bestaat uit: - PI-dictee spelling; - woordendictee Engels; - woordendictee Frans; - leenwoordentest Engels (lezen); - EMT Brus-A (technisch lezen); - de Klepel-A (technisch lezen); - Wiegersma (technisch lezen). Voor dit vooronderzoek komen in aanmerking, leerlingen die: - bij de brugklas screening voor zowel spellen als lezen een 0,1 of 2 score hadden; - in hun verdere schoolcarrière gesignaleerd worden door vakdocenten en/of mentoren. Dit gebeurt altijd in overleg met ouders. 1.5 Procedure bij een vermoeden van dyslexie Leerlingen die na de screening alsnog gesignaleerd worden met een vermoeden van dyslexie volgen de volgende procedure: 1. bij een vermoeden moet de mentor navraag doen bij alle (talen) docenten van de betreffende leerling of dit vermoeden wordt gedeeld; 2. mentor overlegt met ouders voor aanmelding voor een vooronderzoek dyslexie; 3. aanmelden voor een vooronderzoek bij de zorgcoördinator; 4. vooronderzoek wordt afgenomen door de RT; 5. voor het aanvragen van het dyslexieonderzoek moet aan de criteria voor dyslexieonderzoek worden voldaan; 6. bij een compleet dossier volgt verwijzing naar het dienstencentrum in Oss. Hieraan zijn vooralsnog geen kosten verbonden voor ouders. Criteria dyslexieonderzoek: - significante leerachterstanden bij lezen en/of spelling. DLE score van 45 of lager en bij C-scores 0,1 of 2; - de didactische resistentie dient te worden aangetoond door een half jaar intensief remediëren voor lezen en/of spelling, onderbouwd door een handelingsplan en een evaluatie daarvan. Indien dit remediëren reeds in een eerder stadium, bijvoorbeeld op de basisschool, heeft plaatsgevonden wordt het handelingsplan inclusief evaluatie daarvan beoordeeld door de RT.
1.6 Compensatieregelingen Leerlingen die in een onderzoekstraject zijn geplaatst krijgen vooruitlopend op de uitslag van het dyslexieonderzoek extra tijd voor toetsen. Dyslectische leerlingen kunnen gebruik maken van hulpmiddelen waar nodig en gewenst. Dit kan aangegeven worden bij de RT en/of zorgcoördinator. Wijzigingen moeten 2 weken voor een toetsweek zijn aangevraagd. -
-
Docenten dienen, uitzonderingen daargelaten, schriftelijk werk aan te leveren in tekengrootte 12, lettertype Arial. Extra tijd bij schriftelijk werk. In de toetsweek is de normale toetstijd van 50 minuten uitgebreid naar 60 minuten (20%). Bij een toets buiten de toetsweek geldt dezelfde afspraak. Docent en leerling delen voor de naleving hiervan gezamenlijk de verantwoordelijkheid. Gebruik van Claroread (spraaksoftware) in de toetsweken. Gebruik van computer in de toetsweken. Gebruik van laptop in de les is mogelijk in overleg met de zorgcoördinator. ABC lineaal In overleg met de zorgcoördinator is het mogelijk om luisterleermiddelen via Dedicon te bestellen.
Luister cd’s Ouder(s) nemen contact op met de zorgcoördinator als zij een luisterversie van een boek willen bestellen. De zorgcoördinator geeft aan of de school akkoord gaat met de bestelling(en). De ouder(s) dragen zorg voor bestelling, betaling en het terugsturen (leenovereenkomst) van het lesmateriaal. De factuur kan daarna worden ingediend bij de zorgcoördinator. Dit laatste is van kracht zolang de rijksoverheid leermiddelen gratis aan leerlingen blijft verstrekken. Zie ook de website van dedicon; www.dedicon.nl. 1.7 Dispensatieregelingen In leerjaar 1, 2 en 3 is dispensatie voor het volgen van de moderne vreemde talen wettelijk niet mogelijk. In de tweede fase van het VWO is een tweede vreemde taal naast het Engels verplicht. In de tweede fase van de HAVO is een tweede vreemde taal naast het Engels verplicht in het profiel Cultuur en Maatschappij. Een VWO kandidaat kan onder voorwaarden in aanmerking komen voor vrijstelling van de tweede moderne vreemde taal. De school specifieke invulling bepaalt dit. Er dient dan echter wel een ander vak voor in de plaats gekozen te worden.
1.8 Afspraken omtrent cijfergeving en normering Voor alle vakken geldt: - in andere vakken dan de talen spelfouten niet meetellen, als de inhoud van het antwoord leesbaar en correct is; - leerlingen met dyslexie schrijven een D bovenaan het antwoordblad. In het bijzonder geldt: voor Nederlands 1. bij schrijf – en spellingsopdrachten wordt bij alle leerlingen (dyslectisch of niet) eenzelfde maximum voor taalfoutenaftrek gehanteerd; 2. bij de overige toetsen geldt voor alle leerlingen (dyslectisch of niet) een aftrek van 0,1 op het cijfer, met een maximum van een heel punt aftrek; 3. fouten m.b.t. letterverdraaiingen in vaste lettercombinaties (duer) worden niet fout gerekend behalve als het werk dit specifieke spellingsonderdeel toetst; 4. fouten m.b.t. (mede)klinkerverdubbeling worden niet meegerekend (koopen,verekt) behalve als het werk dit specifieke spellingsonderdeel toetst; 5. fouten m.b.t. leerbare regels worden wel meegerekend. Bij werkwoordspelling gaat het dus bijvoorbeeld om de goede uitgangen -d,-t,-te(n),-tte(n),-de(n), en dde(n). 6. binnen het jaarprogramma is spelling een onderdeel van het vak Nederlands. Een dyslectische leerling kan daardoor minder goede resultaten bij bijvoorbeeld spelling daardoor compenseren met andere onderdelen. voor Engels 1. Voor een toets waar alleen de spelling wordt getoetst geldt een ondergrens van 4. (bijvoorbeeld dictee) 2. Als een woord fonetisch wordt geschreven, wordt dit goed gerekend. Dit met uitzondering van grammaticale fouten. 3. Fouten m.b.t. letterverdraaiingen in vaste lettercombinaties (huose) worden niet fout gerekend. 4. Als een woord door verkeerde spelling een andere betekenis krijgt, gelden regels 2,3 en 4 niet. 5. Als er een nieuw woord ontstaat (tevens te beluisteren met behulp van Claroread), gelden bovenstaande regels niet. 6. Grammaticale fouten worden altijd geteld.
voor Frans en Spaans 1. Voor een toets waar alleen de spelling wordt getoetst geldt een ondergrens van 4. (bijvoorbeeld dictee) 2. Als een woord fonetisch wordt geschreven, wordt dit goed gerekend. Dit met uitzondering van grammaticale fouten. 3. Fouten m.b.t. letterverdraaiingen in vaste lettercombinaties (puor,juene) worden niet fout gerekend. 4. Fouten m.b.t. (mede)klinkerverdubbeling worden niet meegerekend. Bijv. comencer i.p.v. commencer of sooleil i.p.v. soleil. 5. Als een woord door een verkeerde spelling een andere betekenis krijgt, gelden regels 2,3 en 4 niet. 6. Als er een nieuw woord ontstaat (tevens te beluisteren met behulp van Claroread), gelden bovenstaande regels niet.
7. 50% van de fouten m.b.t. accenten wordt niet meegerekend. Fouten m.b.t. accenten die het klank-/schriftbeeld ondersteunen worden wel fout geteld. (bijv. préfère > uitspraak wordt bepaald door de accenten, is dus een vaste uitspraakregel) 8. Grammaticale fouten worden altijd geteld. Voor Duits: 1. Voor een toets waar alleen de spelling wordt getoetst geldt een ondergrens van 4. (bijvoorbeeld dictee) 2. Als een woord fonetisch wordt geschreven, wordt dit goed gerekend. Dit met uitzondering van grammaticale fouten. 3. Fouten m.b.t. letterverdraaiingen in vaste lettercombinaties (Traum) worden niet fout gerekend. 4. Fouten m.b.t. (mede)klinkerverdubbeling worden niet meegerekend. Bijv. Monaat i.p.v. Monnat. 5. Als een woord door een verkeerde spelling een andere betekenis krijgt, gelden regels 2,3 en 4 niet. 6. Als er een nieuw woord ontstaat (tevens te beluisteren met behulp van Claroread), gelden bovenstaande regels niet. 7. Als een Umlaut in de grammatica is behandeld en foutief wordt toegepast geldt dit als een hele fout. ( bijv. er fährt. Dan is fahrt of fehrt etc. fout)
1.9 Remedial Teaching (RT) Iedere leerling met dyslexie wordt bij de start op het Udens College H/V uitgenodigd door de RT-er. Besproken wordt welke hulpmiddelen de leerling mag en wil gaan gebruiken en welke hulp er wellicht nodig is. Brugklasleerlingen starten indien gewenst met wekelijks contact bij de RT. Per periode wordt gekeken wat de hulpvraag is en of er nog RT gewenst is. Alle andere leerlingen kunnen 1x per schooljaar RT aanvragen. In overleg met de RT wordt gekeken of wij de hulpvraag kunnen beantwoorden. Indien de hulpvraag binnen de mogelijkheden van school past, wordt een RT traject gestart van minimaal 5 en maximaal 10 lessen. Een tweede keer RT aanvragen is mogelijk mits er geen wachtlijst is, leerlingen die nog geen RT hebben gehad krijgen voorrang. Leerlingen die 2x zonder geldige reden afwezig zijn of afspraken anderszins niet nakomen verliezen hun recht op RT voor dat schooljaar.
Bijlage Verantwoordelijkheid leerling Wanneer je dyslectisch bent, heb je meer moeite met lezen en/of spelling en dat vraagt om een grotere inzet. Maar je kunt je eigen leesniveau/spelling wel verbeteren door: 1. Goed te oefenen (onder andere extra lezen, goed toepassen van de spellingregels) 2. Fouten te voorkomen Gebruik (buiten de toetsen om) zoveel mogelijk hulpmiddelen, bijvoorbeeld bij het maken van huiswerk en het schrijven van verslagen en werkstukken. Dat kan op de volgende manieren: - gebruik de spellingscontrole op de computer; - zoek het woord op in een woordenboek; - aantekeningen vergelijken of overnemen van iemand; - je huiswerk zorgvuldig noteren; - leer woordjes actief door te schrijven of door bijvoorbeeld WRTS te gebruiken; - gebruik claroread of andere spraaksoftware, je hoort of er een fout is getypt; - geen hulpmiddelen bij de hand? Vraag het iemand! Kortom: Je bent zelf verantwoordelijk voor het gebruik van de compenserende strategieën. Geef ook op tijd aan bij de RT als je hulpmiddelen wilt veranderen bij toetsen. De deadline hiervoor is minimaal 2 werkweken voor een toets. Als je later meldt kan er niets gewijzigd worden.