VO ST
IC
I HT
NG
R CH
IS
T
IJ EL
K
V
R OO
TG
N T O E EZ
DE
R
JS WI
TE
R UT
EC
HT
4 0 0 2 g a l s r e v r a Ja
Voorwoord Per 1 januari 2005 zijn de Stichting Christelijk Voortgezet Onderwijs te Utrecht (CVO) en de Stichting Stichts Voortgezet Katholiek Onderwijs (STIVKO) gefuseerd tot de Willibrord Stichting voor rk, pc en interconfessioneel (rk/pc) Voortgezet Onderwijs voor Utrecht en omstreken. Dit betekent dat op het moment dat u dit leest CVO niet meer bestaat en dat dit het laatste CVO-jaarverslag is dat zal verschijnen. Tevens vormt het in die zin een ‘overgangsverslag’ dat u zult merken dat de verhaallijnen van CVO en Willibrord af en toe door elkaar heenlopen. Dit behoeft overigens geenszins afbreuk te doen aan uw leesplezier.
2
Stichting CVO Utrecht
per 1 januari 2005 Willibrord Stichting
De Stichting Christelijk Voortgezet Onderwijs te Utrecht (CVO) wil de toonaangevende organisatie voor het verzorgen van voortgezet onderwijs in de stad en regio Utrecht zijn. Dit doet zij midden in de samenleving staand en handelend vanuit een Christelijke inspiratie. Daarbij zijn identiteit, kwaliteit, continuïteit en betrokkenheid altijd terugkerende kernbegrippen. De kernactiviteit van CVO is het verzorgen van voortgezet onderwijs door christelijk geïnspireerde mensen voor alle leerlingen in de regio Utrecht die het primair onderwijs verlaten. Op deze manier wil zij een waardenrijke bijdrage leveren aan de maatschappij door de ontplooiing van talenten bij jongeren en bij medewerkers.
Schoolconcept CVO ziet elke school op zich en CVO in haar geheel als een lerende organisatie, gericht op de ontwikkeling van haar leerlingen. Om haar doelstellingen te verwezenlijken, hanteert ze de volgende uitgangspunten voor haar scholen: • het hart van onze onderwijsvisie is: het leren van elke leerling; het gaat om zijn of haar ontwikkeling; • die ontwikkeling is ondenkbaar zonder een vergelijkbare ontwikkeling van de medewerkers: geen lerende leerling zonder lerende docent; • zo’n proces vergt een (mede door ICT) uitdagende leeromgeving met open vensters naar de maatschappij; • voorwaarde daarbij is een duidelijk gestructureerde schoolorganisatie waarbinnen elke persoon gekend, herkend en erkend wordt en zich veilig voelt; • dat wordt bevorderd door positieve verwachtingen ten aanzien van elkaar te hebben; • de school zorgt voor een duidelijke verantwoording aan en communicatie met de ouders. Ook de ontwikkeling van haar medewerkers is een belangrijk aandachtspunt voor CVO: • docenten en ondersteunende medewerkers zijn de belangrijkste uitvoerders van de onderwijsvisie; • investeren in werkomgeving en persoonlijke ontwikkeling is voorwaarde voor de ontwikkeling van leerlingen; • investeren in inspiratie tot ontplooiing en verantwoordelijkheid; • geïnspireerde leerlingen kunnen alleen gerealiseerd worden door geïnspireerde docenten. Dit alles wordt ondersteund door een systeem van kwaliteitszorg: een voortdurend verbeterproces dat helder en inzichtelijk is voor medewerkers, ouders en leerlingen.
3
Structuur CVO CVO had in het verslagjaar in Utrecht en regio elf scholen voor voortgezet onderwijs onder haar hoede. De 855 medewerkers van de Stichting zorgt ervoor dat circa 7400 jongeren onderwijs kregen binnen de CVO-scholen (cijfers per 1-10-2004). CVO heeft een College van Bestuur dat bestaat uit twee personen. Deze vormt het bevoegd gezag van de scholen. De Stichting CVO is per 1 januari 2005 met de Stichting STIVKO gefuseerd tot de Willibrord Stichting (zie ook pagina 14). Daardoor is het College van Bestuur uitgebreid tot drie personen. Het toezicht op het College van Bestuur wordt gehouden door een Raad van Toezicht. CVO wordt ondersteund door het Bureau Christelijk Onderwijs Utrecht (BCOU). BCOU functioneert als een full service bestuursbureau; ze ondersteunt op het gebied van administratieve processen (zoals personele, financiële en huisvestingszaken) en zorgt voor beleidsondersteuning en advies ten behoeve van het College van Bestuur.
Situatie in 2004 Raad van Toezicht 7 leden
College van Bestuur 2 leden
bureau
school 1
tot
en
met
school 11
Raad van Toezicht De Raad van Toezicht houdt toezicht op het functioneren van het College van Bestuur. Bovendien let de Raad op de maatschappelijke betekenis van CVO. In 2004 sprak de Raad van Toezicht zich positief uit over: • het financiële jaarverslag 2003; • voornemen fusie CVO/STIVKO; • de begroting 2004/2005; • de taakstelling van het College van Bestuur 2004/2005; • de voorlopige vaststelling van het Reglement voor Bestuur en Toezicht; • de mandatering van het College van Bestuur voor wijziging van de statuten.
4
Ook stelde de Raad van Toezicht in 2004 een nieuw reglement vast voor de Commissie van Toezicht (bestaande uit de twee voorzitters van de Raden van Toezicht CVO/PCOU). Dat reglement moest worden aangepast aan de nieuwe statuten. Tevens • gaf de Raad van Toezicht een positieve evaluatie van het College van Bestuur; • nam de Raad van Toezicht met instemming kennis van de resultaten van de politieke beïnvloeding op landelijk en lokaal niveau; • vroeg de Raad van Toezicht meer aandacht voor innovatie in het kwaliteitszorgsysteem van CVO; • zou de Raad graag zien dat er meer aandacht wordt geschonken aan de rol van leerlingen bij de beleidsvoornemens integratie.
Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR) In 2004 heeft de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad met instemming gereageerd op: • De voortzetting van de overeenkomst met Archimedes Opleidingen, met dien verstande dat er in november al een tussenevaluatie is over de door Archimedes toegezegde verbeterpunten. Het gaat hierbij om het gezamenlijk opleiden van docenten in duaal systeem (lido’s). • Het College van Bestuur/GMR-initiatief om op schoolniveau verder te (laten) praten over veiligheidsbeleid. • Het bestuurlijk convenant tussen CVO en ROC ASA (gezamenlijk onderzoek naar totale samenwerking over de hele regio). • De wijze waarop een nieuwe functiewaardering wordt ingevoerd voor medewerkers. • Het scholingsplan CVO (beginnende docenten en allerlei stadia voor leiderschapsontwikkeling). (De GMR vroeg aandacht voor een korte cursus ‘kennismaking met leiding geven’ voor docenten die geïnteresseerd zijn in een middenmanagementfunctie). • Het voornemen tot fusie van CVO en STIVKO. De Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad gaf een negatief advies ten aanzien van de vakantieregeling 2005/2006. Hierdoor ontstond het voornemen samen met het College van Bestuur in het najaar al te praten over de uitgangspunten voor de vakantieregeling 2006/2007.
5
Evaluatie College van Bestuur Resultaten cursus 2004/2005 • Fusie CVO/STIVKO. • In afhandeling van de fusie financiële tegenvaller 2004/2005. • Verlies en weer herstel van vertrouwen bij GMR en medewerkers in verband met nasleep van de tegenvaller. • Sterke externe positionering, onder andere via Onderwijsplatform G4, Onderwijsplatform Utrecht en Netwerk Nieuw Onderwijs. • Professionalisering van onze organisatie, onder andere door opzet van een nieuwe stafafdeling. • Verdere oriëntatie op kwaliteitsbeleid door grotere nadruk op ketengerichtheid en innovatie.
Doelstellingen cursus 2005/2006 • Versterking risicomanagement. • Op orde brengen Governance. • Uitrol kwaliteitszorgsysteem. • Versterking onderlinge samenwerking van scholen. • Specifieke aandacht voor identiteit.
Belangrijkste resultaten 2004 De Stichting heeft in het afgelopen jaar kort samengevat de volgende resultaten geboekt: • De totstandkoming van de fusie tussen CVO en STIVKO (overdracht van de bestuursbevoegdheden door STIVKO) per 1 januari 2005, na een spannende en uiterst complexe periode in november/december 2004, waarvan de keerzijde was dat in het voorjaar 2005 financiële problemen naar voren kwamen die in aard en omvang niet waren voorzien. Dit leidde tot een tijdelijke vertrouwenscrisis tussen College van Bestuur en gemeenschappelijke medezeggenschapsraad van Willibrord. • De verdere versteviging in de regio Utrecht door de opening van het Amadeus Lyceum. • Versterking van het profiel van CVO: - door organisatie van een conferentie over integratie; - door de oprichting van het OnderwijsPlatform Utrecht, een samenwerkingsverband van vrijwel alle schoolbesturen po en vo in de stad Utrecht. • Op landelijk niveau succesvolle lobby om 100 miljoen bezuinigen op onderwijsachterstandmiddelen ongedaan te maken en landelijk meer aandacht voor de onderwijsproblematiek van stedelijke gebieden door de uitbouw van het Onderwijsplatform G4.
6
• Versterking van het profiel van Willibrord als een innoverende onderwijsorganisatie met relevante externe partners in onderwijsland (Universiteit Utrecht, Hogeschool Kunsten Utrecht, ROC ASA, Utrechts OnderwijsOffensief, KPC Groep, Marnix Academie, Archimedesopleidingen) met name tot uiting komend in de conferentie van het Netwerk Nieuw Onderwijs (Oosterlicht Vianen 2004) en het Utrechts OnderwijsOffensief. De bereidheid tot innovatie is in het verslagjaar bij de scholen verschillend geweest. Op scholen waar de leerlingenaantallen onder druk staan, is er op de werkvloer een grotere openheid om vernieuwingen in het onderwijs door te voeren dan op scholen die in een stabiele situatie verkeren. Binnen de huidige Willibrord-scholen hebben vooral het Dr F.H. de Bruijne Lyceum/Amadeus Lyceum, het Gerrit Rietveld College en het beroepsgerichte vmbo aan innovatie gewerkt. De vernieuwing binnen de St. Gerardus Majella Mavo was wel afgesproken, maar slechts in beperkte mate uitgevoerd. Het gemeenschappelijke kenmerk van bovengenoemde scholen is fysiek waarneembaar doordat het onderwijs niet meer zonder meer in lokalen maar in domeinen is gestructureerd: • Het Amadeus Lyceum ging met een domeinstructuur van start in de nieuwe brugklas in een noodgebouw in het stadsdeel Leidsche Rijn. De meeste tijd blijven de kinderen in een groep van honderd leerlingen in één grote ruimte met verschillende hoeken voor zelfstudie, instructie, et cetera, begeleid door drie à vier docenten. Een groot deel van de lesstof wordt aangeboden via een voor elke leerling beschikbare laptop. Docenten hebben een intensieve bijscholing gehad met het oog op hun veranderende rol. Het Amadeus Lyceum is in de landelijke pers meermalen aangehaald als vernieuwende school en een voorbeeld van het zogenaamde nieuwe leren. In werkelijkheid hanteert de school sommige basisprincipes van het nieuwe leren, maar gaat niet
7
zo ver als collega-scholen in Nederland waar ook de vakkenstructuur geheel doorbroken is. De voorlopige evaluatie door ouders en leerlingen in het voorjaar van 2005 was positief. De aanmelding voor het nieuwe brugjaar voorjaar 2005 was hoger dan het jaar ervoor, maar minder hoog dan verwacht en gehoopt. Die trend spoort overigens met het landelijke gegeven dat ouders over het algemeen de voorkeur geven aan witte traditionele scholen. Zowel bij het Amadeus Lyceum als bij het nieuwe Gerrit Rietveld College wordt aan de onderwijsvernieuwing gestalte gegeven door zittende docenten. • In de voorbereiding op de fusie van het College Blaucapel en het College De Klop tot het Gerrit Rietveld College is uitvoerig gesproken over het nieuwe onderwijsconcept van de school. Waar het Amadeus Lyceum heeft gekozen voor de cultuurprofielschool, heeft het Gerrit Rietveld College zich geprofileerd als de talentenschool, waarbij in nauwe samenwerking met de Universiteit van Utrecht en andere partners voor diverse doelgroepen extra mogelijkheden en soms ook extra doorstroommogelijkheden worden gecreëerd. Het onderwijskundig concept in het havo/vwo-gedeelte is minder vernieuwend dan dat van het Amadeus Lyceum, maar wijkt door de te kiezen domeinstructuur af van de traditionele scholen. De domeinstructuur is wel compleet doorgevoerd in de theoretische leerweg. De aanmeldingen aan het eind van de cursus 2004/2005 lagen op het gewenste niveau. • De innovatie binnen het beroepsonderwijs ligt opgesloten in het convenant dat voormalig CVO (nu Willibrord) heeft gesloten met ROC ASA. Het convenant is gebaseerd op een drietal uitgangspunten/doelstellingen:
- De Willibrord Stichting en ROC ASA dragen een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor de vormgeving van de zogeheten beroepskolom (doorgaande leerweg voor elke leerling in het beroepsonderwijs). - Op grond van die verantwoordelijkheid zullen ROC ASA en de Willibrord Stichting in gezamenlijkheid doorgaande programma’s creëren en/of binnen dezelfde sector en/of met dezelfde kerncompetenties van leerlingen. - Binnen de gezamenlijk vastgestelde programma’s zullen de Willibrord Stichting en ROC ASA
8
voor elke individuele leerling een optimale leerroute uitstippelen, waarbij de ene leerling eerder overgaat naar het mbo en de andere leerling onder de verantwoordelijkheid van het vmbo valt, al naar gelang nodig is om de leerling een bij hem of haar passende beroepskwalificatie te kunnen geven. - Het convenant is erop gericht om deze samenwerking daadwerkelijk gestalte te geven op vier à vijf plaatsen in de Provincie Utrecht (Vianen, Nieuwegein, Leidsche Rijn, de oude stad, Maarssen/Breukelen). Het brede concept van de samenwerking is ontwikkeld met behulp van EB Management. Met die steun is een aantal didactische pedagogische uitgangspunten uitgewerkt onder de naam U-tracks. De meest vergaande concretisering vindt nu plaats bij de voorgenomen fusie van het Delta College en het Utrecht-Zuid College in Nieuw Welgelegen (een multifunctioneel complex vlak ten zuiden van de wijk Oog in Al). Hoewel de gezamenlijke ontwikkeling al is vastgesteld, zal in de cursus 2005/2006 op dit punt een verdiepingsslag moeten worden gemaakt. In ieder geval is op dit moment de domeinstructuur bij het Delta College volledig doorgevoerd en bij het Utrecht-Zuid College voor een belangrijk deel. Op beide scholen is de motivatie voor nieuwe onderwijsontwikkelingen groot omdat men beseft dat leerlingen op de oude wijze niet meer te motiveren waren. Een belangrijk succes voor het veranderende denken binnen de beroepskolom is het convenant geweest dat de Willibrord Stichting in de cursus 2004/2005 samen met ROC ASA heeft gesloten met de Antonius Mesos Groep. Ten behoeve van het nieuw te bouwen ziekenhuis in Leidsche Rijn, dat meer een algemeen zorgcentrum zal zijn met veel facilitaire mogelijkheden, zal ROC ASA een opleiding verzorgen, waartoe de Willibrord Stichting de leerlingen gaat voorbereiden. Daarbij zal in de toekomst een belangrijk deel van de scholing niet meer plaatsvinden binnen de muren van de school maar op de arbeidsplaats zelf. In het schooljaar 2005/2006 zullen ook de theoretische leerwegafdelingen van het vmbo bij WASA (Willibrord ASA) betrokken worden.
9
Belangenbehartiging Onderwijsplatform G4 In 2003 heeft CVO samen met Stichting PCOU het initiatief genomen tot de oprichting van het Onderwijsplatform G4 (de vier grote steden). G4 heeft de handen ineen geslagen om de specifieke situatie in Amsterdam, Utrecht, Den Haag en Rotterdam beter onder de aandacht van de politiek te krijgen en om gezamenlijk de politiek beter te kunnen beïnvloeden. Activiteiten in verband met voorgenomen bezuinigingen op onderwijsachterstandenbeleid: • gesprekken met de minister, de CDA-kamerfractie, individuele kamerleden; • alliantievorming met landelijke onderwijsorganisaties; • opstellen pamflet Onderwijsplatform G4 en publicatie daarvan in De Volkskrant; • kaartenactie ‘Stuur een kaart naar de minister en/of vaste kamercommissie’; • acties op een aantal scholen waarbij zichtbaar wordt gemaakt wat gevolgen op schoolniveau zijn van de huidige en voorgenomen bezuinigingen; • brief aan fractievoorzitters Tweede Kamer; • bijeenkomst Onderwijsplatform G4 op 25 oktober 2004 (onderwerpen: onderwijsachterstandenbeleid, met name de verschuiving in de besteding van de middelen en de voorgenomen herziening van de gewichtenregeling). Belangrijkste resultaat: In het najaar heeft de Tweede Kamer de voorgenomen bezuinigingen op Lokaal Onderwijsachterstandenbeleid van 100 miljoen euro teruggedraaid.
OnderwijsPlatform Utrecht (OPU) CVO was in 2004 niet alleen landelijk betrokken bij politieke acties. Ook op gemeentelijk niveau heeft de Stichting zich ingezet. Op 14 oktober 2004 hebben de bestuurders van scholen in de Gemeente Utrecht - gezamenlijk verantwoordelijk voor het onderwijs aan 33.000 leerlingen van vier tot achttien jaar in de stad Utrecht - protest gevoerd tegen het huisvestingsprogramma voor het onderwijs van de Gemeente Utrecht. De bestuurders constateerden grote financiële tekorten en deden een beroep op de gemeenteraad om alsnog de nodige financiële middelen ter beschikking te stellen. Ter ondersteuning van deze noodkreet werd een paginagroot pamflet in het Utrechts Nieuwsblad geplaatst met de titel ‘Laat scholen niet het kind van de rekening worden!’. Dit pamflet is mede door het College van Bestuur van CVO ondertekend. Deze gezamenlijke actie is aanleiding geweest tot oprichting van het OnderwijsPlatform Utrecht (OPU) in 2005. Het OPU telt vertegenwoordigers van alle schoolbesturen in de Gemeente Utrecht en is naar haar aard een vrijwillig samenwerkingsverband zonder formeel lidmaatschap. Doel van het OPU is de maatschappelijke en politieke omgeving van de Utrechtse schoolbesturen duidelijk maken wat de waarde is van het onderwijs: werken aan de toekomst van 25.000 jongeren. Het eerste speerpunt waar OPU zich op richt is huisvesting.
10
Financiën De financiële situatie van CVO eind 2004 is over het geheel genomen gezond te noemen. De liquiditeitspositie en de solvabiliteit zijn onverminderd gunstig, hoewel de liquiditeit in het verslagjaar wel is afgenomen. De risico’s voor de gewone bedrijfsvoering zijn vooral gelegen in de personele kosten (circa 85 procent van de totale exploitatie) en de huisvestingsinvesteringen.
Activa & passiva Balanstotaal 2004: € 24,7 miljoen (2003: € 23,9 miljoen)
Materiële vaste activa 26% (28%)
Liquide middelen 37% (38%)
Financiële vaste activa 15% (15%)
Vorderingen 22% (19%)
Baten & Lasten
Overige baten 7% (7%) Overige overheidsbijdragen 3% (3%)
Kortlopende schulden 34% (27%)
Langlopende schulden 1% (2%)
Voorzieningen 15% (18%)
Eigen vermogen 50% (53%)
Totale baten 2004: € 49 miljoen (2003: € 48,8 miljoen) Totale lasten 2004: € 50,7 miljoen (2003: € 48,8 miljoen)
Huisvestingslasten 4% (4%)
Financiële baten 1% (1%)
Overige instellingslasten 7% (6%)
Afschrijvingen 4% (2%)
Rijksbijdragen OC en W 89% (89%)
(Percentages kunnen afwijken in verband met de afronding)
11
Personele lasten 85% (87%)
De reservepositie is nodig om in de toekomst onverwachte ontwikkelingen binnen het Masterplan Voortgezet Onderwijs Utrecht te kunnen opvangen. Hierbij dient te worden gedacht aan de verwachte investeringen ten behoeve van het Christelijk Gymnasium, het nieuwe Amadeus Lyceum in Leidsche Rijn, de samen te voegen school College Blaucapel/College De Klop (na samenvoeging te noemen Gerrit Rietveld College) en de samen te voegen vmbo-scholen Utrecht-Zuid College en Delta College. Het bestand aan CVO-scholen is gedurende het verslagjaar niet veranderd. In 2004 is gestart met de nieuw te stichten school ‘het Amadeus Lyceum’ in Leidsche Rijn, een voortzetting van het oude Dr F.H. de Bruijne Lyceum in de stad, dat in het najaar van 2003 is gestopt met de werving van nieuwe leerlingen. De ontwikkeling van het leerlingaantal is van grote invloed op de ontwikkeling van de financiële ruimte. Het totaal aantal leerlingen dat aan scholen van CVO onderwijs genoot, is in het verslagjaar afgenomen. Die daling zal leiden tot een evenredige vermindering van inkomsten. Het totaal aantal medewerkers is eveneens afgenomen, maar het percentage personele kosten ligt boven het landelijk gemiddelde.
Huisvesting Masterplan Utrecht stad De trek van leerlingen naar scholen elders zorgt voor verschuivingen. Sommige scholen hebben te maken met leegloop terwijl andere scholen overvol raken. Gevolg is dat sommige scholen moeten fuseren om te kunnen overleven terwijl andere scholen juist ruimte tekort hebben. Met deze problematiek als uitgangspunt hebben de Gemeente Utrecht en de schoolbesturen het ‘Masterplan Voortgezet Onderwijs’ opgezet. Dit Masterplan staat voor een herschikking- en nieuwbouwoperatie voor alle scholen. In 2004 waren de volgende acties waar te nemen met betrekking tot het Masterplan: • Er zijn afspraken gemaakt over schoolgrootten en maximumaantallen leerlingen. Ook is er een procedureafspraak hoe we in de toekomst willen omgaan met maximumaantal aanmeldingen per school, dat op een of andere wijze gerelateerd is aan het te verwachten totaal aantal leerlingen. • Het College van Bestuur heeft aan de medezeggenschapsraden van het Utrecht-Zuid College en het Delta College een intentieverklaring voorgelegd om tot samenvoeging van scholen te komen plus een tijdpad dat uitmondt in de formele samenvoeging per 1 augustus 2005. Planvorming ten aanzien van een gezamenlijke huisvesting op Nieuw Welgelegen.
12
O
os
13
U
ec
ht
d
d
ui
an
tij
ta
ar
-Z
kl
M
el
ge
ge
le
le
ol
ol
D r. F. H
B
Am ad
e
eu
s
tij
Ly
ce
ch
um
l
ge
rg
ne
ge
ge
oo
le
el
ge
bu
ol
en
ns
le
le
le
ap
um
an
ol
ol
ol
D
C
an
ta
ar
el
M
D
Kr
D
C
tC
d
ch
C
uc
ce
ge
um
le
si
ol
Ly
C
na
la
ke
an
rli
la
kl
te
ar
ec
os
ift
ro
O
N
e
B
ijn
ge
ru
d
ym
ui
G
-Z
k
le
B
ol
e
C
.d
lij
ht
te
ec
is
tr
hr
U
C
Leerlingtelling per 1 oktober 2004
C
C
l
ge
ge
oo
le
ch
ol
ns
C
le
n
en
ei
um
an
ol
Vi
'g
ce
N
C
ge
ge
ke
le
la
D
ar
ec
ift
ro
tr
B
N
ol
le
Ly
el
um
ap
si
uc
na
la
e
B
ym
ijn
ol
ru
tC
B
tC
ch
ch
rli
rli
te
te
os
e
G
ge
k
le
lij
ol
te
C
is
.d
hr
r. F. H
O
D
C
Feiten en cijfers 2002 (totaal 7526 leerlingen)
2003 (totaal 7629 leerlingen)
2004 (totaal 7437 leerlingen)
2500
2000
1500
1000
500
0
Slagingspercentage 2004
120
100
80
60
40
gymnasium
vwo
20
havo
vmbo-tl
vmbo-kader
0
vmbo-basis
Feiten en cijfers
Aantal medewerkers CVO naar leeftijdsgroep
350
325
300 250 200
183
174
154 150 100 55 50
Totaal 920 cursus 2004/2005
29
Totaal 959 cursus 2003/2004
0
<25 jaar
25-35
35-45
45-55
55-60
> 60 jaar
Inspectie-Kwaliteitskaarten CVO-scholen in zoverre beschikbaar 2004
Opbrengsten
Leerstofaanbod
Leertijd
Onderwijsleerproces
Zorg en begeleiding
Schoolklimaat
Kwaliteitszorg
Toetsing
Amadeus Lyceum
2
3
2
3
3
3
3
2
Broeckland College
2
3
3
3
3
3
2
2
Christelijk Gymnasium
4
3
2
3
3
4
3
3
De Danne
3
2
3
3
3
3
2
2
Delta College
2
3
3
2
3
2
3
3
Kranenburgschool
3
3
3
3
3
4
3
2
Martijnschool
3
3
2
3
3
3
3
2
Nifterlake College
3
3
2
3
2
3
3
3
Oosterlicht College N’gein
2
2
3
3
3
3
4
2
Oosterlicht College Vianen
3
3
3
2
3
3
2
n.b
1 = zwak
2 = onvoldoende
3 = voldoende
14
4 = goed
n.b. = niet beschikbaar
Situatie 2005 Besturenfusie CVO/STIVKO: Willibrord Stichting Motieven voor de fusie De Raad van Toezicht van CVO en de Raad van Toezicht van STIVKO (Stichts Voortgezet Katholiek Onderwijs) hebben op 16 september 2003 een intentieverklaring ondertekend waarin de argumenten voor de fusie tussen CVO en STIVKO worden genoemd. In de eerste plaats gaat het om het handhaven en verbeteren van de kwaliteit van het bijzonder onderwijs. Daarnaast gaat het intern om de versterking van de professionalisering op het niveau van bestuur en toezicht en extern om betere belangenbehartiging en profilering. Met name komen de volgende motieven voor de besturenfusie aan de orde: • het in stand houden en versterken van het confessioneel voortgezet onderwijs; • de overlappende belangen van CVO en STIVKO in en rondom de stad Utrecht en het gesloten convenant met de Gemeente Utrecht; • de voortgaande wens van de rijksoverheid om verantwoordelijkheden te decentraliseren en zich meer te richten op te verwachten resultaten (kwaliteitsmeting); • het bepalen van de positie van beide organisaties ten aanzien van een sterker wordende provinciale overheid (scholenplanning) en de gemeentelijke overheid (huisvesting, onderwijsachterstanden, et cetera); • in de gefuseerde situatie beter in staat zijn om lokaal en regionaal onderwijsbeleid te ontwikkelen en om hiervoor middelen, energie en mensen vrij te maken. Op 21 december 2004 werd de akte gepasseerd bij de notaris. De nieuwe organisatie per januari 2005 De naam van de nieuwe organisatie is de Willibrord Stichting voor rk, pc en interconfessioneel (rk/pc) Voortgezet Onderwijs voor Utrecht en omstreken, afgekort ‘Willibrord Stichting’. De Willibrord Stichting neemt, onder gelijktijdige verandering van onder meer de doelstellingen en statuten, de plaats in van de organisaties CVO en STIVKO. Zij neemt alle rechten en plichten van CVO en STIVKO over. In het voorjaar van 2005 is duidelijk geworden dat de nieuwe Stichting voor een financiële ombuigingsoperatie staat. Daarover wordt in het volgende jaarverslag gerapporteerd.
15
Willibrord Stichting Leden Raad van Toezicht Mr. J.J.M. van Elderen Drs. H.A.P. de Greef Drs. E.J. Overkamp (voorzitter) B.J. Schouten Mw Dr. M. Vernooy-Gerritsen Mr. M.J.G.H. Verviers T.G.A. Woertman RA RE Leden College van Bestuur Drs. J. Gispen (voorzitter) D.H. Israël Drs. B.J.P. van de Ven Tel. 030 272 31 23 Website: www.willibrord-stichting.nl Bureau Christelijk Onderwijs Utrecht Bezoekadres: Kaap Hoorndreef 66 Postadres: Postbus 9419 3506 GK Utrecht Tel. 030 272 31 23 E-mail:
[email protected] Website: www.bcou.nl Directeur: A.G.G. Zadelberg MM
gegevens per 1 augustus 2005
Christelijk Gymnasium Diaconessenstraat 1 3511 XX Utrecht Tel. 030 231 48 01 E-mail:
[email protected] Website: www.cgu.nl Rector: mw Dr. D. Bakker
Liefland College Van Lieflandlaan 117 3571 AA Utrecht Tel. 030 272 01 35 E-mail:
[email protected] Website: www.lieflandcollege.nl Interim directeur: J. Rozema
Gerrit Rietveld College Locatie Winklerlaan 373 3571 KG Utrecht Tel. 030 271 22 14 Locatie Orinocodreef 7-9 3563 ST Utrecht Tel. 030 261 57 27 E-mail:
[email protected] Website: www.gerritrietveldcollege.nl Rector: J.C.J Couwenberg
St. Gregorius College Nobeldwarsstraat 9 3512 EW Utrecht Tel. 030 232 67 95 E-mail:
[email protected] Website: www.gregorius.nl Rector: Drs. F.W.M. van Noort
Niftarlake College Pauwenkamp 151 3607 GK Maarssen Tel. 0346 567 772 E-mail:
[email protected] Website: www.niftarlake.nl Rector: Drs. M.M. ter Laak
WILLIBRORD-SCHOLEN Amadeus Lyceum Bezoekadres: Verlengde Vleutenseweg 32B Postbus 8043 3503 RA Utrecht Tel. 030 677 43 38 E-mail:
[email protected] Website: www.amadeuslyceum.nl Rector: mw J. Vlastuin Broeckland College E. de Ruyterstraat 40 3621 CV Breukelen Tel. 0346 26 24 08 E-mail:
[email protected] Website: www.broeckland.nl Directeur: J.J. Molenaar
Oosterlicht College Nieuwegein Bezoekadres: Dieselbaan 10 Postbus 1100 3430 BC Nieuwegein Tel. 030 600 48 00 E-mail:
[email protected] Website: www.oosterlicht.nl Rector: Drs. A.C. Korevaar Oosterlicht College Vianen Uithoflaan 1 4133 GZ Vianen Tel. 0347 32 56 20 E-mail:
[email protected] Website: www.oosterlicht.nl Locatiedirecteur: mw Drs. Y. Petermeijer St. Bonifatiuscollege Burg. Fockema Andreaelaan 7 3582 KA Utrecht Tel. 030 251 23 15 E-mail:
[email protected] Website: www.boni.nl Rector: H.J.A. Fett
16
Utrecht-Zuid College Europalaan 89 3526 KP Utrecht Tel. 030 288 08 62 E-mail:
[email protected] Website: www.utrecht-zuid-college.nl Directeur: A.J. Spaargaren Delta College Bezoekadres: Lieven de Keylaan 9 Postbus 11023 3505 BA Utrecht Tel. 030 244 03 34 E-mail:
[email protected] Website: www.delta-college.nl Directeur: A. Nagel Martijnschool Ramsesdreef 190 3564 CL Utrecht Tel. 030 262 58 03 E-mail:
[email protected] Website: www.martijnschool.nl Directeur: A.J.M. Peek De Danne Bezoekadres: Domineeslaantje 4 Postbus 45 3620 AA Breukelen Tel. 0346 26 38 45 E-mail:
[email protected] Bovenschools directeur: Drs. H. Andeweg Kranenburgschool Tamboersdijk 9 3582 TZ Utrecht Tel. 030 251 24 92 E-mail:
[email protected] Bovenschools directeur: Drs. H. Andeweg