DRIEMASTER v e r e n i g i n g s p e r i o d i e k v a n d e J OVD - j a a r g a n g 5 9 - n u m m e r 4 - S e p t e m b e r 2 0 0 7
kritisch, opiniërend en Filosofisch
Mill langs de liberale meetlat Syp Wynia over de Nederlandse politiek
Driemaster in gesprek
Ed Nijpels over een duurzaam milieubeleid
C
OLOFON
H
OOFDREDACTIONEEL
Hoofdredacteur Paul Vereijken Eindredactie Jeffrey Lemm (chef), Geert Jansen en Paulien Horsten Bureauredactie Allard Altena (chef), Michiel van Raaij en Mark Reijman Beeldredactie Thijs van Tol (chef) en Benjamin Derksen Art direction Thijs van Tol Drukkerij Jan Scholten Projecten Distributie TNT Post Oplage 2000 stuks Frequentie 5 maal per jaargang Redactie-adres Herengracht 38a – 2511 EJ Den Haag T 070 362 2433 – F 070 361 7304 T 06 21 900 834 (hoofdredacteur) E
[email protected] I www.driemaster.com Informatie over adverteren Paul Vereijken T 06 21 900 834 E
[email protected] Contactgegevens van redacteuren Zijn op te vragen via www.driemaster.com/colofon of via de hoofdredacteur. Driemaster is voor leden en moet dus ook door leden gemaakt worden. De redactie ziet uw bijdragen graag tegemoet. Kopij kunt u aanleveren per e-mail op
[email protected]. De redactie behoudt zich het recht voor om artikelen zonder overleg te wijzigen, in te korten en/of niet te publiceren. Het copyright van ingestuurde kopij vervalt aan de redactie. Driemaster is de onafhankelijke verenigingsperiodiek van de Jongeren Organisatie Vrijheid en Democratie (JOVD). Advertentietarieven zijn opvraagbaar bij de hoofdredacteur. Niets uit deze uitgave mag zonder toestemming van de hoofdredacteur op welke wijze dan ook verspreid of gekopieerd worden. Zoals vastgelegd in de Landelijke Statuten en het Redactiestatuut, bepaalt de hoofdredacteur, in samenspraak met de redactie, de redactionele formule. Hij is alleen aan de Algemene Vergadering verantwoording schuldig. De hoofdredacteur zal niet tot plaatsing van stukken overgaan die de vereniging onevenredig kunnen benadelen. De visie die uit de artikelen en interviews spreekt, is niet automatisch de visie van de JOVD als vereniging, noch de visie van het Hoofdbestuur, noch de visie van de redactie, tenzij het uitdrukkelijk is aangegeven.
Coverfoto (voorkant) Provincie Friesland Coverfoto (achterkant) Allard Altena
| DRIEMASTER NUMMER 4 - SEPTEMBER 2007
Foto archief Driemaster
Uitgave van de Jongeren Organisatie Vrijheid en Democratie Woensdag 12 september 2007 Jaargang 59 – Nummer 4 ISSN 0167-0786
W
ho’s next? Sierde VVD-partijcoryfee Hans Wiegel nog de vorige omslag van Driemaster, ditmaal is het de liberale milieubaron Ed Nijpels. Inderdaad, Nijpels was Wiegels opvolger in de tijd dat het Orakel uit, inmiddels, Heeze afzwaaide als fractievoorzitter en partijleider in het najaar van 1982. Nu, een kwart eeuw later, is Nijpels nog altijd een milieubaron en zet hij zich nog altijd in voor een duurzaam beleid en daarmee voor de volgende generatie. Toch vindt hij zichzelf niet de Nederlandse Al Gore. Waarom niet en hoe Nijpels over een duurzaam milieubeleid denkt, is te lezen op pagina 14 en verder. Who’s next? Zou Jan Peter Balkenende zich dat wel eens afvragen? Met uitzondering van Wilders’ commotie rondom de dubbele nationaliteit van staatssecretarissen Nebahat Albayrak en Ahmed Aboutaleb verliep de start van zijn kabinet redelijk rustig. De laatste tijd begint het daarentegen vanuit verschillende hoeken te stinken. De Haagse kaasstolp genaamd Balkenende-IV vertoont de eerste barsten. Niet de minste barsten overigens. Het is bekend dat coalitiepartners CDA en PvdA het onderling niet al te goed kunnen vinden. Niet voor niets speculeerden diverse media over de vraag of de BKBaffaire rondom minister voor Ontwikkelingssamenwerking en PvdA’er Bert Koenders werd aangestoken door een CDA’er. Sowieso stelde CDA-Kamerlid Kathleen Ferrier de schriftelijke vragen waarmee het allemaal begon, maar naar uitleg van haar collega CDA’er Raymond Knops was niet vooraf bekend dat Koenders niet naar de regels gehandeld zou hebben. Desondanks kan, volgens een artikel uit NRC Handelsblad, minister van Buitenlandse Zaken Maxime Verhagen (CDA) het niet goed met Koenders vinden.
Kibbelen kunnen ze sowieso goed binnen het kabinet. Ondanks het feit dat bleek dat Nederland niet ‘rampenproof’ blijkt, kan minister Guusje ter Horst (Binnenlandse Zaken en PvdA) het maar niet eens worden met Balkenende over de vraag wie er in het geval van een ramp de baas is in Nederland. Wanneer de Nederlandse dijken overstromen en de Deltawerken het niet meer houden, staan Ter Horst en Balkenende op de top van de Utrechtse Dom te discussiëren wie bepaalt wat er moet gebeuren. Poldermodel ten top. Hoe dan ook: het botert niet in Den Haag en dat weet de oppositie heel goed. Ruiken ze het bloed al? Want, natuurlijk, dan zullen ze toehappen. Zoals Syp Wynia, columnist voor Elsevier, stelt in deze Driemaster (pagina 6 en verder) eindigen kabinetten van CDA en PvdA doorgaans ongelukkig. Eerlijk is eerlijk: er zijn genoeg punten waarover Balkenende & Co kan vallen: het gekibbel onderling, de financiën, de druk die vanuit de achterban van de PvdA (onder andere door sociaaldemocraat Jan Pronk) op een onderzoek naar Irak wordt gelegd en nog veel meer. Who’s next? Balkenende of blijft die vijfde kans dan toch eeuwig uit? Dan Geert Wilders. Die weet wel raad met ons poldermodel: weg ermee. Mocht het iemand ontgaan zijn: van de Koran denkt hij hetzelfde. Als ik aan de Blonde God uit Venlo denk, vraag ik me dan ook vooral één ding af: what’s next? Wild. Wilder. Wilders. Steeds een trapje hoger op de ladder van extreme gedachten. Niet dat hij dat niet mag denken, maar een ladder is niet oneindig. Ooit komt er een dag en dan bereik je de laatste trede. Dan vraag ik me wederom af: who’s next? Paul Vereijken | Hoofdredacteur
I
NHOUDSOPGAVE
14 ‘Duurzaamheid en milieu hebben overheidsingrijpen nodig’ De milieubaron van de VVD, Ed Nijpels, geeft zijn visie op een duurzaam milieubeleid.
6 nooit moegestreden
Ongebondenheid is het credo van Syp Wynia, columnist voor Elsevier. Samen met Driemaster analyseert hij in deze uitgave de Nederlandse politiek en licht hij zijn werk als journalist en columnist toe.
10 Emancipatie: geloof
in het individu
Nummer twee van een driedelige serie over nieuwe gezichtspunten voor het liberalisme.
18 Oost-Azie onder de loep
Noord- en Zuid-Korea houden in oktober voor de tweede keer in de geschiedenis een historisch overleg. Tijd om Oost-Azië nog eens nader te bekijken.
D R i em a s t e r z o e k t ta lent vo o r h a a r zestigste jaargang! W il ji j onde rdeel u i t m a k en VA N de r eda c t i e va n h e t m o o i s t e b l a d va n Nederland? KIJK DAN Op PAGINA 9 en 22!
2
Hoofdredactioneel
4
Hoofdbestuur
5
Voorzitterswoord
11
BOEKRECENSIE
12
COLUMN JEROEN DE VETH
21
PROFIEL
23
COLUMN FERDI DE LANGE
meetlat: Mill
Hoe liberaal is John Stuart Mill?
27
Onze Liberaal
26 Slavernij in de 21ste
28
Uit het land
20 Naar een duurzame
competitie
PC’er Saskia Troy pleit voor meer competitie op het gebied van duurzaamheid.
24 Langs de Liberale
eeuw
Een betoog tegen hedendaagse ‘slavernij’. NUMMER 4 - SEPTEMBER 2007 DRIEMASTER |
H
oofdbestuur
Eind september zal er weer een CvC plaatsvinden. Potentiële cursusleiders zullen worden getraind en beoordeeld op hun kwaliteiten als cursusleider. De JOVD is op zoek naar serieuze kandidaten die interesse hebben voor een bepaald vakgebied. Voldoe jij aan de volgende functie-eisen: - Duurzame betrokkenheid bij de JOVD - Specialisme met betrekking tot een bepaald onderwerp of vakgebied - Bereidheid aan diverse afdelingen cursussen te geven - Bereidheid een bijdrage te leveren aan het up-to-date houden van cursussen Word dan actief als cursusleider en deel je kennis met de JOVD! Stuur je CV en motivatie dan door naar
[email protected].
Introweekend Op 6 en 7 oktober aanstaande vindt er weer een introweekend plaats. Het introweekend is de ideale gelegenheid voor nieuwe leden om kennis te maken met de JOVD en andere nieuwe leden. Gedurende het weekend krijg je cursussen van ervaren JOVD-cursusleiders in onder andere spreken in het openbaar en liberalisme. Ook zal er voldoende gelegenheid zijn om in informele sfeer kennis met elkaar te maken. Houd voor meer informatie over inschrijving en locatie de website en nieuwsbrief in de gaten.
Najaarscongres 2007 Op 17 en 18 november aanstaande vindt het najaarscongres van de JOVD plaats in het Hilton Hotel te Rotterdam. Onder andere Mark Rutte, Henk Kamp, Rita Verdonk, Achmed Aboutaleb, Toine Manders en Bas van der Vlies hebben al toegezegd te komen spreken. Er worden tijdens het weekend notities en moties behandeld en er vinden werkgroepen plaats over diverse onderwerpen zoals Russische politiek, de Europese Unie en de gezondheidszorg. Tijdens het avondprogramma op de zaterdag zullen de verkiezingen voor het Hoofdbestuur plaatsvinden. De avond wordt afgesloten met een groots feest. Het hele congres staat in het teken van ambitie, het thema is dan ook “Grenzeloos Ambitieus”! Binnenkort komt de website online. Hierop kun je dan meer informatie vinden over het programma en de sprekers en je kunt je er ook inschrijven. Houd www.jovd.nl/congres dus goed in de gaten.
Deadline indienen moties & notities Op het congres zullen er een aantal notities worden behandeld in aparte sessies en er vinden motiewerkgroepen plaats waarin de moties worden besproken. Om ervoor te kunnen zorgen dat alle congresdeelnemers deze moties en notities op tijd ontvangen is het belangrijk ze op tijd in te dienen. De deadline voor het indienen van notities is 30 september. De deadline voor het indienen van moties is 16 oktober. De moties kunnen naar
[email protected] gestuurd worden.
20 & 21 Oktober Politiek & F i l o s o f i s c h wee k end
Toekomst van het liberalisme
Op 20 en 21 oktober zal het Politiek & Filosofisch weekend plaatsvinden, boordevol interessante sprekers, workshops, spannende discussies en natuurlijk gezelligheid. Dit weekend is bedoeld voor iedereen die een brede interesse heeft en is geschikt voor zowel nieuwe leden als oudere leden. Tijdens het weekend zullen binnen- en buitenlandse politieke ontwikkelingen en onderwerpen uitgediept worden. Zaterdagavond zullen we op stap gaan in Rotterdam. Het dagprogramma zal plaatsvinden in Den Haag op het Algemeen Secretariaat vlakbij het Centraal Station. We zullen overnachten in de Stayokay in Rotterdam. Kosten voor het volledige weekend inclusief ontbijt, lunch, diner en overnachting bedragen € 20,- p.p. Voor meer informatie en opgave check de website www.jovd.nl | DRIEMASTER NUMMER 4 - SEPTEMBER 2007
CLJ debattoernooi Op zaterdag 13 oktober zal de finale van het CLJ debattoernooi plaatsvinden in Utrecht. In de kamercentrale-regio’s van de VVD zullen verschillende voorrondes worden georganiseerd. De winnaars van de voorrondes zullen tegen elkaar strijden op het landelijke debattoernooi op 13 oktober. Je kunt je als koppel opgeven bij de jongerenfunctionaris van de kamercentrale uit jouw regio. Iedereen onder de 31 jaar kan meedoen. Lidmaatschap van de JOVD of VVD is geen vereiste. Meer informatie over de voorrondes en de finale zal spoedig op www.jovd.nl verschijnen. Mocht je al geïnteresseerd zijn of wil je weten wie de KCJ uit jouw regio is? Neem dan contact op met Sabine Koebrugge via
[email protected].
Foto archief Driemaster
Oproep nieuwe cursusleiders!
V
OORZITTERSWOORD
H
oofdbestuur
Jongeren Organisatie Vrijheid en Democratie
Foto archief Driemaster
Post- en bezoekadres Herengracht 38a 2511 EJ Den Haag T 070 362 2433 F 070 361 7304 E-mail
[email protected] Website www.jovd.nl
T
ijdens de jaarlijkse komkommertijd, die dit jaar een verlenging van 100 dagen kende, gebeurt er niet al te veel in Den Haag. De enige die goed gebruik maakte van deze politieke luwte was Geert Wilders. Hij greep zijn kans om nog maar eens wat ongenuanceerde klappen aan de islam uit te delen, waarbij hij niet schroomde om de godsdienstvrijheid in het geding te brengen. Voor de JOVD een reden om onmiddellijk in de bres te springen en de individuele vrijheden te waarborgen. Echte vrijheid zit hem immers niet in een naam van een partij, maar in een gedachtegoed dat aan een partij ten grondslag ligt! Hoewel de politiek zich tijdens het reces in een wat rustiger vaarwater bevindt, is deze tijd wel een uitgelezen kans voor het houden van diverse onderzoekjes. Zo bleek half augustus dat de meerderheid van de 40-plussers vindt dat de overheid meer moet doen aan de zorg voor ouderen. De 40-plussers zouden naar eigen zeggen niet genoeg tijd hebben om hier zelf aandacht aan te besteden. De overheid moet het daarom maar oplossen. De zorg voor ouderen is momenteel beschamend te noemen. Mensen komen nauwelijks hun bed nog uit en mogen blij zijn als een verpleegster de moeite wil nemen om hen een keer te wassen. Oudere mensen, die hun hele leven prima gefunctioneerd en gewerkt hebben, liggen nu gewoon weg te teren in hun eigen vuil. Zo kan een fatsoenlijke beschaving niet met haar senioren omgaan! De vraag is echter of de overheid dit op moet lossen. De vergrijzing ligt momenteel voor het grootste gedeelte al op het bordje van de overheid. Hier moet echter wel de kanttekening bij gemaakt worden dat de overheid het hier in de jaren vijftig zelf naar gemaakt heeft met de invoering van het omslagstelsel. De huidige generatie wer-
kenden zou voor de oudere generatie gaan betalen, zodat je je gedurende de arbeidsjaren geen zorgen hoefde te maken over je oude dag. Onder het mom “geen zorgen voor morgen” creëerde de overheid in een klap afhankelijke burgers. Zelf nadenken en vooruit kijken hoeft niet, al meer dan vijftig jaar doen maar liefst 22 kabinetten het voor je. Bovendien komt een groot gedeelte van de lasten van de vergrijzing op de schouders van de jeugd te rusten. Zij moeten straks harder werken om de AOW te kunnen financieren. Met het hoogtepunt van de vergrijzing voor de deur is het nu echt tijd om drastische maatregelen te nemen, nu het nog kan. Geen tijdelijke oplossingen gefinancierd vanuit de staatskas, maar échte, duurzame maatregelen! Het wordt tijd dat onze volksvertegenwoordiging haar verantwoordelijkheid neemt en zeker de liberalen zullen zich hiervoor in moeten zetten. Een systeem dat afhankelijkheid creëert vanuit de overheid en mensen de vrijheid ontneemt zelf te beslissen over hun oude dag, kan door fatsoenlijke liberalen toch niet verdedigd worden? Er zullen op korte termijn stappen moeten worden gezet voor het afschaffen van de AOW. Door hier nu mee te beginnen en het stapsgewijs af te schaffen, komen zo min mogelijk mensen in de problemen. Iedereen kan zelf zijn of haar pensioen regelen door bij pensioenfondsen aan te geven wat de eisen zijn en op basis daarvan premie te betalen. Dit biedt tevens de mogelijkheid om de zorg op de oude dag hierin op te laten nemen, zodat ouderen minder afhankelijk zijn van de overheid en (het hebben van) kinderen.
Hoofdbestuur Landelijk Voorzitter S.A. (Sabine) Koebrugge E
[email protected] T 06 - 51 878 763 Algemeen Secretaris J.B. (Jeroen) Diepemaat E
[email protected] T 06 - 12 909 348 Landelijk Penningmeester (wnd.) J.J.W. (Jan) van Run E
[email protected] T 06 - 28 484 107 Vice-voorzitter Voorlichting M.E.R.C. (Machteld) Vlaanderen E
[email protected] T 06 - 11 354 111 Algemeen Bestuurslid Internationaal (International Officer) J.J.W. (Jan) van Run E
[email protected] T 06 - 28 484 107 Algemeen Bestuurslid Organisatie, Promotie & Ledenwerving, Vorming & Scholing C.C.E. (Ingrid) Jansen E
[email protected] T 06 – 46 603 592
Meer vrijheid voor het individu en geen overbodige lasten op de schouders van de jeugd: start het afschaffen van de AOW! Sabine Koebrugge | Landelijk Voorzitter NUMMER 4 - SEPTEMBER 2007 DRIEMASTER |
I
NTERVIEW
Hij is al decennia lang journalist. Ongebondenheid is zijn credo. Desondanks steekt hij zijn mening niet onder stoelen of banken. “De EU is niets meer dan een kartel van verzorgingsstaten”, stelde Syp Wynia (54) ooit. Driemaster sprak met Elseviers columnist.
Nooit moegestreden
DOOR Allard Altena en Mark Reijman “Favoriete ministers heb ik niet bepaald.” Syp Wynia vertelt over zijn impressies van Balkenende IV, dat volgens hem in de lijn met de voorgaande Balkenendes niet veel overlevingskansen heeft. In zijn rustieke grachtenpandje in het hart van onze hoofdstad spreekt de columnist over pragmatisme, persoon en politiek. Balkenende zal in ieder geval de volle vier jaar weer niet af kunnen maken. “Daarvoor zijn er tussen coalitiegenoten te veel meningsverschillen. Het is immers een historisch feit dat kabinetten van CDA en PvdA altijd ongelukkig eindigen. Als het kabinet al niet stukloopt op zaken als financiën of de ‘christelijk-puriteinse’ agenda van CDA en ChristenUnie, dan zal het zeker wel vallen over een nieuw Europees referendum of een eventueel onderzoek naar Irak.” Volgens de columnist kan en moet er veel anders in Den Haag, die andere hoofdstad van ons land. In de stad zetelt immers het politieke toppunt van het land, of niet soms? Het parlement is volgens Wynia al lang niet meer de top van de politieke ijsberg. Sterker nog, veel Nederlandse macht erodeert naar instellingen zoals de Europese Unie of de Zelfstandige Bestuurs Organen. De Haagse politieke ijsberg smelt, een soort broeikaseffect waar geen film van Al Gore tegenop kan. Maar tegelijkertijd is het de vraag wat de ‘ontvangende instellingen’ nu eigenlijk bij kunnen dragen, of zoals Wynia ooit zelf stelde: “De EU is niets meer dan een kartel van verzorgingsstaten.” Volgens Wynia komen we niet meer van de verzorgingsstaat af: “Kijk maar wat er met Wouter Bos gebeurde na zijn AOW-escapade.” Wel kun je haar optimaliseren. Wynia vindt dat de angst voor de ‘race to the bottom’ onterecht is: concurrentie tussen Eu | DRIEMASTER NUMMER 4 - SEPTEMBER 2007
ropese landen en tussen Europa en de rest van de wereld zorgt juist voor dynamiek en vooruitgang. Pratende over Europa kunnen we natuurlijk moeilijk om het heikele onderwerp van referenda heen. Er wordt alweer een tijd gewerkt aan een nieuw verdrag, het woord ‘grondwet’ is immers verbannen naar de kist met gefaalde projecten. Wynia: “De grootste verandering in het nieuwe verdrag is de woordvolgorde, voor de rest staat er grosso modo hetzelfde in als in het verworpen verdrag.” De burger wordt dus als het ware bedrogen. Volgens Wynia staat of valt een nieuw referendum uiteindelijk met de steun van de VVD. Rutte is volgens Wynia erg vaag over het referendum, “hij weigert zelfs criteria te geven op grond waarvan hij al dan niet een nieuw referendum wil. Deze vaagheid zegt wel het één en ander over de inconsistenties binnen de VVD. Zo is de fractieleider niet bepaald helder over het beleid dat hij wil voeren. Misschien ligt het bij dit onderwerp aan de lobby binnen de VVD die een nieuw referendum een gevaar vindt; misschien illustreert het gewoon de onuitgesprokenheid van Mark Rutte”. ‘Was de VVD met Rita Verdonk beter afgeweest?’, zo is onze logische vervolgvraag. Wynia vindt dat niet zonder meer: “Mark Rutte is niet uitgesproken genoeg, maar Verdonk heeft een onvoltooid gedachtegoed. Dat juist de twee meest prominente kandidaten voor de lijsttrekkerverkie-
‘Rutte is niet uitgesproken genoeg, maar Verdonk heeft een onvoltooid gedachtegoed’ zingen ‘incompleet’ zijn geeft de inconsistenties binnen de VVD ‘as such’ goed weer.” In ieder geval krijgt de VVD na het reces genoeg mogelijkheden om zich sterk te gaan profileren. Prinsjesdag belooft met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid hogere belastingen en minder koopkracht. “Weinig mensen beseffen eigenlijk dat een verhoging van de lasten als zodanig leidt tot een daling van de koopkracht. Er is een totale onbalans en een belastingverhoging zal ongetwijfeld leiden tot een neerdrukkend effect op de economie.” Was dit met Zalm allemaal niet gebeurd? Dat blijft natuurlijk gis-
Foto Mark Reijman
A
l tien jaar schrijft hij voor Elsevier. Altijd op het scherpst van de snede en, naar eigen zeggen, nooit moegestreden. Onterecht de opvolger van Fortuyns column genoemd lijkt hij desalniettemin een zelfde lijn aan te hangen als wijlen Pim. Maar is dat eigenlijk wel zo? Zoals Syp Wynia (54) zelf zegt: “Iedereen wil me in een hokje drukken, maar mijn ongebondenheid is juist mijn handelswaar.” Driemaster sprak met de man die zelf geen politieke ambities koestert, maar toch verweven is met de Haagse opinie.
Foto Mark Reijman
Syp Wynia
werk, vooral nu Zalm al lang en breed een nieuwe baan heeft, bij DSB wel te verstaan. Verrassend natuurlijk, dat Zalm juist bij een bank ging werken die hij aan het einde van zijn ministerschap zo bestreed (met bijvoorbeeld sancties op misleidende reclame, red). Toch is het volgens Wynia niet zo verrassend dat Zalm juist bij DSB ging werken als je er over nadenkt. “We moeten niet vergeten dat Zalm multinationals altijd enigszins heeft gewantrouwd, wat te maken kan hebben met zijn afkomst uit een bescheiden WestFries ondernemersgezin. Daarbij komt ook nog de imagoschade die hij heeft opgelopen met de invoer van de euro en het minder deugdelijk financieel beleid rond 2000, waardoor zijn reputatie ook in het bedrijfsleven een deukje opgelopen kan hebben.” ‘Power of the media’ Wynia weet veel over het Haagse. Niet raar als je beseft dat hij al meer dan een decennium lang meeloopt bij Elsevier, een blad dat volgens hem “in de jaren negentig en ook daarvoor niet altijd serieus werd genomen”, maar uiteindelijk toch een belangrijke positie heeft ingenomen in het opinielandschap. “Misschien loopt een Kamerlid uiteindelijk rond met minder invloed dan een columnist van een landelijk blad.” Hebben columns dan werkelijk invloed op de
Syp Wynia werd op 4 februari 1953 geboren in het Friese Spannum. In 1970 behaalde hij zijn hbs-diploma en gedurende de rest van de jaren zeventig organiseerde hij culturele evenementen in Groningen. In 1976 begon hij aan zijn journalistieke carrière als zelfstandig journalist. Vanaf 1980 werkte hij bij het Nieuwsblad van het Noorden te Groningen, alwaar hij begon als redacteur bij de kunstredactie om niet lang daarna benoemd te worden tot chef van diezelfde redactie. In 1988 verschoven zijn activiteiten naar het Haagse, toen hij werd aangenomen als chef-politiek bij Het Parool. Vanaf 1992 was hij de correspondent bij hetzelfde Parool in België, alwaar hij verslag deed van de activiteiten van de Europese Unie, de NAVO en het koninkrijk België. In 1997 ging Wynia werken bij Elsevier, wat hij tot op de dag van vandaag doet. In het najaar van 2006 verscheen ‘Zoetzuur’, een bundeling van 66 Elsevier-columns. Dit jaar heeft Wynia zich ook als columnist aan BNR nieuwsradio verbonden.
NUMMER 4 - SEPTEMBER 2007 DRIEMASTER |
INTERVIEW
maatschappij? “Waarschijnlijk. Feit is dat de Europese Grondwet mede werd gekelderd door opiniestukken geschreven buiten de Haagse kring.” We moeten natuurlijk niet vergeten dat opiniebladen ook een eigen agenda hebben, zo ook Elsevier. Wynia geeft echter aan dat hij hier als onafhankelijke columnist geen hinder van ondervindt. Maar als opiniebladen een eigen agenda hebben, impliceert dat dat ze daadwerkelijk een vinger in de pap hebben? Zou Nederland een Mediacratie geworden zijn? “De media hebben invloed, maar dat belang is kleiner dan dat het lijkt. Vergeet ook niet dat de Nederlandse media juist vaak aanschurken tegen de heersende opvattingen.” Bij ‘power of the media’ kunnen we de Fortuyn-revolte natuurlijk niet negeren. Fortuyn wist bijvoorbeeld als columnist bij Elsevier een grote aanhang te creëren, een aanhang die later bij zijn politieke ambities van vitaal belang bleek te zijn. Wynia beaamt dat Fortuyn inderdaad een bijzonder geval was. Overigens wordt Wynia vaak de opvolger van Fortuyns column genoemd, iets wat volgens hemzelf onterecht is: “Toevallig schreef ik mijn eerste column in de week dat Fortuyn stierf.” Toch blijkt een column in Elsevier een goede opstap te zijn naar een politiek doel. Desalniettemin heeft Wynia zelf geen politieke ambities. Hij verklapt ook niet wat hij heeft gestemd. “Als columnist moet je niet geassocieerd wor-
islamitische probleem niet alleen te verbloemen, maar ook nog eens te gaan faciliteren. Ook Koenders vindt hij ambivalent, nu hij als minister plots zwijgt over een Irak-rapport. Maar ja, zo staat het geschreven in het regeerakkoord. Over de staatssecretarissen is Wynia milder. Alleen over Albayrak heeft hij zo zijn twijfels nu ze enigszins de mist ingaat met het generaal pardon. “Ze experimenteert met het oprekken van asielprocedures en circulaire migratie; heilloze plannen.” Het gaat in de richting van massabeoordeling van asielgroepen, er wordt niet langer gekeken naar de individuele asielzoeker. Wynia: “Je komt uit Irak, dus je bent zielig. Of het een oud-gardist van Saddam is of een terroristisch leider in ballingschap maakt niet uit. Je komt uit een probleemland dus je verdient een tweede kans, ook al heb je het probleem zelf veroorzaakt. We moeten weer zaken individueel gaan behandelen. Dat kost misschien meer tijd, maar het is wel eerlijker.” Wat vindt Wynia eigenlijk van het politieke spectrum op het moment, kijkend naar onder andere de SP en de PVV, die niet al te positief te boek staan. “De SP noch de PVV vind ik een gevaar voor de Nederlandse maatschappij. De SP heeft natuurlijk een dubieuze afkomst (het is van origine een afsplitsing van de Communistische Partij Nederland, red.) en vertoond een democratisch tekort, maar een gevaar is het niet te noemen. De PVV is niet gevaarlijk zolang de organisatie transparant is.” Maar is de PVV eigenlijk wel transparant, vooral als je beziet dat de NRC er uiteindelijk achterkwam dat de PVV maar één lid heeft, namelijk Wilders zelf. Wordt de SP niet uiterst ruim ingehaald op het vlak van ondemocratisch? “Het is natuurlijk een apart systeem, maar dat doet er niet zoveel toe. De SP is evenzeer ondemocratisch als ze haar vertegenwoordigende leden dwingt een deel van hun salaris af te staan aan de partij. Volgens mij is dat zelfs ongrondwettelijk, zeker als – zoals nu – de overheden daar aan meewerken.” Wynia’s toekomstvoorspelling: “In ieder geval zal de structuur van de SP nimmer veranderen. De huidige structuur is de enige manier om ervoor te zorgen dar de partij niet desintegreert. Alle veranderingen binnen de SP zijn ‘top-down’ tot stand gekomen, dat zegt al genoeg over het vertrouwen in de eigen leden.”
‘Albayrak experimenteert met het oprekken van asielprocedures en circulaire migratie; heilloze plannen’ den met een politieke partij, dat schaadt je columns. Veel mensen willen me ook graag in een hokje drukken, iets waar ik helemaal geen behoefte aan heb. Ongebondenheid is mijn handelswaar.” Er gaat niets boven een vrije geest, mens sana in corpore sano. Moegestreden is de columnist nooit, hoewel hij af en toe wel erg moe wordt van de ‘Hollandse gekkigheid’ zoals het gokmonopolie van de overheid. Ook het poldermodel is iets om erg moe van te worden. Wynia: “Polderen leidt zelden tot juiste ideeën, laat staan inzichten. Uiteindelijk beschermt het poldermodel enkel de gevestigde belangen. Onder Balkenende IV zullen we desalniettemin een heropleving van het poldermodel meemaken: alle polderpartijen zitten in het kabinet.” Polderen zullen ze dus, de ministers. Hoewel Wynia geen favorieten heeft, zijn er wel een paar die hij direct een rode kaart zou geven. De ministers Cramer en Vogelaar vindt de columnist helemaal niks. “Beide dames krijgen veel te veel ruimte. Cramer drijft de kosten alleen maar op met haar klimaatobsessie, terwijl Vogelaar het ‘multi-culti gedoe’ weer binnenhaalt.” Vogelaar probeert het
| DRIEMASTER NUMMER 4 - SEPTEMBER 2007
Allard Altena is chef-bureauredactie van Driemaster. Mark Reijman is bureauredacteur van dit blad.
WA N T E D DRIEMASTER
Z OEKT
J ONG
EN
L IBERAA L
TA L ENT
VOOR
DE
Z ESTIGSTE
J AARGANG
A R t i s t i e k , C r e a t i e f e n O p z o e k n aa r j o u !
Artistiek Talent?
Sier de volgende jaargang van Driemaster met foto’s en illustraties
Driemaster is voor de zestigste jaargang van het blad op zoek naar beeldredacteuren. De redactie zoekt naar grafici die de lay-out van Driemaster willen verzorgen; artistieke talenten die beeldende en functionele illustraties kunnen maken en flitsende fotografen die iedere uitgave voorzien van haarscherpe foto’s. Behalve voor het blad ben je, in iedere functie, ook inzetbaar voor de website www.driemaster.com. Wat verwacht Driemaster van jou? - Je bent bekend met de JOVD; - Je vindt het een uitdaging om ervoor te zorgen dat iedere Driemaster piekfijn in elkaar steekt en je hebt kennis van DTPprogramma’s zoals Adobe InDesign en/of QuarkXPress (indien je interesse hebt in de functie van lay-outredacteur); - Je gaat helemaal op in het maken van een artistieke en functionele illustratie en vindt het een uitdaging om infographics te verzorgen (indien je interesse hebt in de functie van beeldredacteur); - Je bent gewapend met een camera en schiet prachtige plaatjes (indien je interesse hebt in de functie van fotograaf);
- Je bent creatief, flexibel en bent bereid energie in Driemaster te stoppen; - Ervaring met het maken van een blad is een pré, maar zeker geen vereiste. Wat biedt Driemaster jou? - De kans om het mooiste blad van Nederland in een prachtig jasje te steken; - De kans om jouw illustraties of foto’s terug te zien in vijf Driemasters; - De kans om door te groeien binnen de redactie en de JOVD; - Een investering in jouw toekomst; - Een geweldige tijd! Interesse? Neem telefonisch contact op met hoofdredacteur Paul Vereijken (06 - 21 900 834) of stuur hem een e-mailbericht (
[email protected]).
O
Pinie
Het liberalisme is een stroming die vooral bijzonder breed is. Allerlei aspecten komen aan bod. Om oude gezichtspunten nog eens naar boven te halen en tevens wat nieuwe aan te dragen verschijnt er in Driemaster een driedelige serie. In deze uitgave het tweede deel.
Emancipatie: geloof in het individu
H
et liberalisme is een politieke stroming die bijzonder breed is en liberalen discussiëren dan ook regelmatig over de koers van, bijvoorbeeld, de VVD. Kiezen voor een bepaalde lijn is zelfs een actuele discussie. De VVD is aan het “herbronnen” en de JOVD doet haar uiterste best om onder meer het thema duurzaamheid op de lijn te zetten. In het tweede artikel van een driedelige serie over oude en nieuwe gezichtspunten halen Hans de Backer en Paul Vereijken ditmaal emancipatie en sociale mobiliteit aan. DOOR Hans de Backer en Paul Vereijken Het liberalisme als voortdurende emancipatiebeweging. Het lijkt een continuüm dat begint tijdens de Franse revolutie waar de intellectuele strijd tegen de gevestigde standenmaatschappij, en dus voor sociale mobiliteit, van de nouveaux riches tot een actieve strijd werd met de bestorming van de Bastille. Die bestorming van de Bastille door het ‘gewone volk’ wordt vaak gezien als uiting van liberaal vuur in de mens. Na de bourgeoisie zouden later ook arbeiders en veel later ook vrouwen geholpen worden om hun levenstandaard te verhogen en zaken als kiesrecht te verwerven. De socialisten hebben er dankbaar van geprofiteerd, en zijn er groot door geworden. Heden ten dage bestaan er nog steeds verschillen tussen allerlei groepen in de samenleving. De onderzoeken naar verschillen in salarissen van vrouwen en mannen zijn legio en allen concluderen dat vrouwen voor dezelfde soort functies minder verdienen. Rondkijkend op een universiteit hoef je geen statisticus te zijn om tot de conclusie te komen dat wiens ouders gestudeerd hebben zelf ook een grotere kans hebben om te gaan studeren aan een universiteit.
dachte af om alles dan maar gelijk te trekken óf om iedereen dan maar een trede hoger op de ladder te helpen. Er is immers juist een sociale mobiliteit omdat niet iedereen gelijk is (maar natuurlijk wel gelijkwaardig) en wie iedereen een trede hoger op de ladder zet, verandert uiteindelijk niet de sociale mobiliteit. In de huidige tijd is dit oude streven naar gelijkheid veelal ook vervangen door het ‘gelijke kansen’-principe. GroenLinks – onder aanvoering van Femke Halsema - heeft zelfs deze veranderende doelstelling grotendeels overgenomen. Een groot verschil bestaat echter tussen de wijze waarop gelijke kansen gemeten worden. Is het ontbreken van belemmeringen om te gaan studeren voldoende of moet de verhouding daadwerkelijk statistisch gelijk zijn? Alle stromingen hebben het laatste als doel, maar de twijfel slaat toe als concrete maatregelen genomen moeten worden. De discussie hierover duurt voort, volgens ideologische scheidslijnen. De positie van het liberalisme in dit debat wisselt. In Nederland is emancipatie veelal ook vertaald in het streven naar positieve vrijheden (bijvoorbeeld door openbaar onderwijs, uitgebreide sociale zekerheid met begeleiding richting arbeidsmarkt en recent met de strijd voor kinderopvang). Interventie door de overheid wordt ook bij andere partijen, en met name het huidge kabinet, volop gepredikt (soms letterlijk). De interventie in de opvoeding van kinderen gaat enorm ver, met pragmatisch christen André Rouvoet als grote roerganger.
Het is lastig om een streven te formuleren op het gebied van sociale mobiliteit (zie kader). In ieder geval valt de socialistische ge-
Von Humboldt Een reis terug in de tijd naar de Duitse taalwetenschapper, filosoof en staatsman Wilhelm von Humboldt (1767 – 1835) en het Bildungsliberalismus, laat het liberale alternatief zien: geloof in de kracht van het individu. Van Humboldt zag niets in het trachten de startpositie van mensen aan te passen, maar hield vast aan het streven om er het beste van te maken. In alle situaties bestaan ook mogelijkheden voor het bildungsideal: de persoonlijke bildung. Hij zag alle inmenging van de overheid enkel als blokkerend, omdat
Sociale mobiliteit is een begrip dat de groei in sociaal-economische klasse duidt. Veel sociale mobiliteit wil zeggen dat het gemakkelijk(er) is om hoger op de maatschappelijke ladder te klimmen. Weinig sociale mobiliteit wil dan vanzelfsprekend zeggen dat er juist veel belemmeringen zijn. Binnen de politieke stromingen is de visie op sociale mobiliteit en de mogelijkheden daarvoor altijd een typisch punt geweest waar de meningen sterk over uiteenliepen. Het socialisme ziet ieder-
een als gelijke en accepteert dus geen verschillen. Ingrijpen door de overheid moet volgens deze stroming zorgen voor gelijkheid. Liberalisme staat voor het mogelijk maken van sociale mobliteit. Klassieke liberalen richten zijn vooral op het tegengaan van zaken die sociale mobilitiet belemmeren en ontplooiingsliberalen willen zoveel mogelijk mogelijkheden scheppen voor sociale mobiliteit. Het conservatisme pleit vooral voor het in stand houden van de status quo en daarmee ook voor de standenmaatschappij.
10 | DRIEMASTER NUMMER 4 - SEPTEMBER 2007
B
OEKRECENSIE
zij de individuen weer tot een massa samenperste. Von Humboldt was in een voortdurende strijd gewikkeld met Aufklärer die de verlichting van bovenaf (met een verlicht vorst) wilden bereiken, en enkel voor hogere standen. Von Humboldt zag het bildungsideal als universeel recht. De rol van de politiek beperkte zich in Von Humboldts ideeën tot het nemen van praktische maatregelen en doorvoeren van hervormingen die pasten bij het bildungsniveau van de bevolking op een bepaald moment. Min of meer benadrukken dat bepaalde groepen moeten emanciperen is volgens de filosoof ridicuul. Hij was er sterk van overtuigd dat de staat niemand kan emanciperen. De stap naar emancipatie is aan ieder individu zelf. Nederlandse liberalen kunnen in het werk van Von Humboldt inspiratie vinden voor een visie op emancipatie en sociale mobiliteit. Het liberalisme zou zich niet coûte-que-coûte als emancipatiebeweging moeten voordoen. De rol van liberale politici zou zich moeten beperken tot het nemen van praktische maatregelen die nodig zijn om de explosie van individuele kracht en bijbehorende sociale interactie niet te blokkeren. Het zou mooi zijn als liberale politici de komende jaren als eerste de rol van de politiek ter discussie zouden stellen, en de zelfbenoemde morele leiders (van Marijnissen tot Rouvoet) op hun plek zouden zetten. Emanciperen doet de staat niet, die schept enkel mogelijkheden. Emanciperen draag je niemand op. Emanciperen kan alleen een krachtig individu. Hans de Backer is onder meer oud-Landelijk Voorzitter van de JOVD en momenteel penningmeester van de afdeling Eindhoven. Paul Vereijken is hoofdredacteur van dit blad.
De scheppende kracht van de natie Auteur Erik Swart Uitgever Van Gennep ISBN-9789055157600 De stelling dat de liberaal Johan Rudolf Thorbecke (1798 – 1872) een van de grootste en belangrijkste staatslieden is binnen de Nederlandse geschiedenis betreft beslist geen overdrijving. Hij was degene die zorgde voor de totstandkoming van de grondwet van 1848 en daarmee bracht de liberale politicus een constitutioneel kader tot stand dat tot op de dag van vandaag ons leven bepaalt. Hierdoor wordt hij beschouwd als de vader van het Nederlandse staatsbestel, welke dan ook ‘het Huis van Thorbecke’ wordt genoemd. Thorbecke heeft gedurende zijn leven veel van zijn politieke gedachten opgetekend. Lange tijd bleven de aantekeningen over politieke, economische en sociale kwesties in bezit van zijn familie zonder uitgegeven te worden. Met de publicatie van de correspondentie van de liberale staatsman tussen 1975 en 2002 werden zijn gedachten eindelijk openbaar. Zijn vele aantekeningen fungeerden als bijlage van de correspondentie. In de bloemlezing van Erik Swart zijn deze aantekeningen voorzien van een structuur en is ook getracht om de teksten meer leesbaar en toegankelijk te maken voor een breed modern publiek.
Foto archief Driemaster
In de bloemlezing wordt ingegaan op de visie van Thorbecke op het liberalisme en worden zijn aantekeningen verdeeld over een aantal thema’s. Hoe keek hij tegen de rol van het staatshoofd en de ministeriële verantwoordelijkheid aan? Wat dacht Thorbecke van subsidiëring van kunsten en wetenschappen door de overheid? Hoe zag hij de scheiding van kerk en staat en de rol van religie in het onderwijs? Het zijn allemaal vragen waarvan de antwoorden in dit boek zijn samengevat door middel van een thematisch overzicht van de aantekeningen die Thorbecke naliet. Erik de Swart laat Thorbecke in de bloemlezing zelf aan het woord. De bloemlezing geeft een heldere samenvatting van zijn gedachten en overtuigingen en verschaft daarmee een inzicht in de denkwijze van een staatsman die nog altijd actueel is en vaak als referentiepunt dient.
NUMMER 4 - SEPTEMBER 2007 DRIEMASTER | 11
C
OLUMN
Veerkracht D
ankzij digitale defecten leest u hier niet wat u zou lezen. Dat behoeft uitleg. Reeds dagen geleden had uw nederige hobby-columnist zijn stukje moeten aanleveren bij uw hoofdredacteur. Titel: islammoeheid. Thema: Jami, Wilders, de toon, de muziek. U kent het wel, het gebruikelijke gereutel over het Allesomvattende Maar Niets Uithalende Debat Over Het Grote Gevaar Dat Islam heet. Vernietigd. Ik word er namelijk chagrijnig van en heb eigenlijk geen zin om de geelgekuifde parlementariër en de omhooggevallen dorpspoliticus uit Leidschendam-Voorburg – die vooral excelleren in beledigingen – meer aandacht te geven dan strikt noodzakelijk. Klaar. Veel belangwekkender is wat Maurice de Hond vandaag meldt: de virtuele politieke krachtmeting in het parlement. De SP is nu zelfs over de PvdA heen (22 resp. 23 zetels). Het CDA staat nog altijd op een stabiele 36 zetels. Tussen de VVD en de PVV (22 resp. 19 zetels) is het ook spannend.
Foto archief Jeroen de Veth
In de PvdA is het op zijn zachtst gezegd rumoerig. Al bij het aantreden van Balkenende-Ik Ben De Tel Kwijt kondigde fractievoorzitter Tichelaar stevig dualisme aan. Het kan persoonlijke geldingsdrang zijn geweest, maar ik gok dat de hete adem van Marijnissen hem vooral tot deze habitus bewoog. Bos trok voorzichtig de mondhoeken op. Anderhalve week geleden stelde oudgediende Pronk zich kandidaat voor het voorzitterschap van de PvdA. Als men het partijvoorzitterschap wil zien als een organisatorische functie dan is er geen reden voor al teveel aandacht. Maar Pronk heeft een plan met de partij en grossiert nog altijd in uitgesproken politieke opvattingen. Met zoveel woorden sprak hij zich in NOVA uit voor een ruk naar links. Bos’ mondhoeken trokken weer wat omlaag. En dan is er ook nog campagnestrateeg Jacques Monasch die samen met een nog onbekende groep prominente PvdA’ers de partij, met een verwijzing naar Kok, wil voorzien van Nieuwe Veren. Let maar op: Bos staat vanaf nu op zuur. De PvdA gaat het lastig krijgen. De partij kreeg een knauw op 22 november, maakt vuile handen door kabinetsdeelname met een confessionele meerderheid, de partijleider zit met de handen gebonden in het kabinet, de opmars van Oss zet door en links mobiliseert zich in de eigen gelederen. Ga d’r maar aan staan. De ontwikkelingen op links zouden wel eens een blessing in disguise kunnen gaan zijn voor liberaal Nederland. Een groeiende SP en een PvdA die naar links overhelt geven de VVD en D66 bij uitstek de kans om zich te onderscheiden. Zeker nu de eerstgenoemde na 30 jaar de langst regerende partij geweest te zijn, een tijdje veroordeeld is tot de oppositiebanken. Waarschijnlijk zitten Rutte en de zijnen te duimen dat Pronk met Nieuwe Veren het voor het zeggen krijgen in de PvdA. De dominantie van het liberale gedachtegoed in Nederland was enorm in de afgelopen 13 jaar. Begrijpelijk. Er was geen kabinet waaraan de VVD niet deelnam, bovendien werd acht jaar lang, door sterk dualisme 12 | DRIEMASTER NUMMER 4 - SEPTEMBER 2007
JEROEN DE VETH
en goed onderhandelen, de PvdA geliberaliseerd en werd Balkenende later tot sanering van de collectieve sector verleid. Het onderscheidend vermogen van de VVD werd er al met al niet groter op. Politiek gaat over keuzemogelijkheden. Het is niet voor niets dat Fortuyn in 2002 niet te stuiten was. Tussen de grote politieke partijen, in 2002 met name tussen VVD en PvdA, waren de verschillende keuzes zo marginaal of technisch van aard dat kiezers zich massaal lieten mobiliseren voor een new kid on the block. Het is geen zaligmakende verklaring voor diens succes, maar het heeft ongetwijfeld een belangrijke rol gespeeld. Overigens, opmerkelijk genoeg, kwam Fortuyns programma goeddeels overeen met de programma’s van de grote drie partijen destijds. Wel was hij zonder twijfel een opvallende persoonlijkheid met een opmerkelijke stijl en lak aan Haagse mores. Sindsdien hebben (kwesties over) personen (het gedoe in de LPF, Balkenende vs. Cohen, Rita vs. Rutte, de opmars van Bos, Wilders, Hirsi Ali en Marijnissen) het beeld van de Haagse politiek meer en meer gedomineerd. En voor zover inhoud een rol speelde, zocht de kiezer zijn heil – zo zien we bij de laatste verkiezingen – toch steeds meer bij de puren en extremen: ChristenUnie, SP, PvdD en PVV. Een dreigende ruk naar links van de PvdA zou goed zijn voor de politieke marketing van met name de VVD. Zonder er al teveel voor hoeven te doen. Het zou bovendien kunnen voorkomen dat de VVD nog verder mee hoeft te gaan in de troebele electorale poel waaruit Wilders steeds radicalere teksten over de Islam opvist. Zij zou zich door haar klassieke thema’s, samen met D66, helder kunnen onderscheiden van alles wat zich weer uitgesproken links durft te noemen en daarmee weer aan electorale aantrekkingskracht kunnen winnen, zeker zolang het CDA met links vrijt. De paradoxale prijs daarvoor is overigens wel dat oud-links de komende jaren, zolang dit kabinet zit, het voor het zeggen heeft en ons ongebreideld kan lastigvallen met leuke dingen voor linkse mensen, hogere lasten voor toch al zwaarbelaste sterke schouders en jongeren, en een oplopende staatsschuld. Een forse prijs voor het beter uit de verf komen van het liberalisme. Wat erger is, deze ontwikkeling zou de VVD ervan kunnen weerhouden de eigen veren van nieuwe glans te voorzien en belangrijke thema’s van de toekomst – de overspannen huizenmarkt, de betaalbaarheid / wenselijkheid van collectieve voorzieningen als de AOW, de vlaktax, duurzaamheid, de toekomst van de EU en het debat over echte integratieproblemen; werkloosheid, scholing, criminaliteit – (intern) bespreekbaar te maken. Ik weet niet zeker of het gaat om kiezen tussen pest en cholera of dat hier het goede de vijand van het betere is. Bij wijze van hoge uitzondering – al is het maar wegens voorlopig gebrek aan vertrouwen in de eigen kracht van de VVD – wens ik Pronk, Monasch en Tichelaar hartgrondig enorm veel succes!
NUMMER 4 - SEPTEMBER 2007 DRIEMASTER | 13
Foto archief Driemaster
Jeroen de Veth is adviseur public affairs, trainer en voorzitter van de Benedictus de Spinoza Stichting – het netwerk voor onafhankelijke liberale gedachtevorming. Hij was landelijk voorzitter van de JOVD. Reacties op deze column kunnen achtergelaten worden op www.driemaster.com.
I
NTERVIEW
Ed Nijpels:
Foto Peter Fransz
‘Duurzaamheid en milieu hebben overheidsingrijpen nodig’ 14 | DRIEMASTER NUMMER 4 - SEPTEMBER 2007
Ed Nijpels
Wie VVD en milieu zegt, kan niet om Ed Nijpels heen. Hoewel hij zichzelf niet als de Nederlandse Al Gore ziet, zet hij zich al jaren in voor het milieu. Driemaster sprak met de partijcoryfee over zijn visies op milieu, duurzaamheid en overheidskaders.
M
ilieu en duurzaamheid staan weer op de politieke agenda. Waar vroeger vooral linkse activisten het monopolie over deze onderwerpen hadden, krijgen milieu en duurzaamheid tegenwoordig ook aandacht binnen liberale kringen. Liberaal Ed Nijpels (57), Commissaris van de Koningin in Friesland, zette zich jaren geleden al in voor een duurzaam beleid, een inzet die hij ook vandaag de dag niet wil laten versloffen. DOOR Allard Altena en Jeffrey Lemm “Duurzame ontwikkeling is voor veel mensen een containerbegrip geworden.” Ed Nijpels blikt terug op de lancering van het begrip “duurzaam”. Het was de commissie Brundtland, die als doel had de wereldgemeenschap bewust te maken van het belang om “duurzame” ontwikkelingen na te streven, die het begrip lanceerde. Jaren later is het begrip even ingeburgerd als kaas, tulpen en klompen. Maar wat is duurzaamheid nu eigenlijk? Nijpels is er duidelijk over, volgens hem is duurzaamheid het goed inrichten van het economische, het maatschappelijke leven en de natuur, met als doel “het geven van dezelfde kansen aan de generaties die na ons komen.” Nijpels strijdt nog dagelijks voor dit doel, en ondanks dat hij al een tijd niet meer actief is in de landelijke politiek is zijn enthousiasme nimmer getemperd. De VVD-partijcoryfee vertelt met zijn kenmerkende gedrevenheid over het invullen van de begrippen milieu en duurzaamheid. Over de houding van de Tweede Kamerfractie van de VVD op dit gebied is Nijpels simpel. De fractie is in zijn ogen doorgaans te terughoudend en mag zichzelf best wat meer verkopen als verdediger van een duurzaam beleid. “Ik vind dat wat meer elan op dit punt de partij niet zou misstaan.” Milieu is niet langer het onderwerp van geitenwollen-sokken-types, vindt Nijpels. Hij is van mening dat de tijd waarin deze types het primaat hadden over de thema’s milieu en duurzaamheid ver achter ons ligt. Hier voegt hij vervolgens begripvol aan toe dat “we misschien wel te laat hebben geluisterd naar die types”. Nijpels analyseert dat milieu en duurzaamheid tegenwoordig gewoon geassocieerd kunnen worden met het bedrijfsleven. In die analyse wordt er overal en juist ook in het bedrijfsleven veel aandacht besteed aan de duurzaamheid van beleid. “Vooral grote bedrijven hebben dit door.” Milieu en duurzaamheid zijn al enige tijd niet meer het eigendom van een groep idealisten, maar zijn geadopteerd door de hele wereld. Het verwijt dat de VVD een anti-milieu-
partij zou zijn vindt Nijpels onzin. De politieke geschiedenis heeft in zijn ogen bewezen dat juist de VVD een echte milieupartij is. “Dat is een vooroordeel dat helemaal nergens op slaat. De VVD heeft achtereenvolgens drie ministers met milieu in hun portefeuille geleverd, waaronder ikzelf, en we hebben als VVD-ministers gewoonweg goed beleid gevoerd op het thema milieu. Vriend en vijand zijn het daarover eens.” Over de duurzame kruistocht van de voormalig Amerikaanse vicepresident Al Gore is Nijpels positief, maar hij ziet zichzelf niet als de Nederlandse Gore. Hij is van mening dat hij toch wel een heel ander carrièrepad heeft gevolgd dan Gore en voelt zich simpelweg niet verbonden met de voormalige Amerikaanse vice-president omdat ze zich toevallig beiden voor het milieu inzetten. Gore heeft zich in de ogen van Nijpels verdienstelijk gemaakt door de broeikasproblematiek begrijpelijk en toegankelijk te maken voor een groot publiek. Nijpels vervolgt dat dit mogelijk was omdat Gore met zijn film veel mensen heeft kunnen bereiken en in diezelfde film uitleg geeft in gewone taal waarmee zowel het probleem als de te nemen maatregelen inzichtelijk zijn gemaakt voor het grote publiek. Het is volgens Nijpels wel jammer dat de oplossingen voor het broeikaseffect pas op zeer lange termijn zichtbaar wor-
‘Ik zie niets in een vergelijking tussen mij en Al Gore’ den en dat daarom het beleid soms moeilijk te verkopen is. “Men heeft hier vaak het geduld niet voor.” Overheidsingrijpen Na leider van de VVD te zijn geweest werd Nijpels minister van VROM in het kabinet-Lubbers II. In die hoedanigheid bracht hij in 1989 het eerste Nationaal Milieubeleidsplan uit waarin het streven naar duurzame ontwikkeling tot hoofddoelstelling van het milieubeleid werd gemaakt. Vlak daarvoor verscheen ook de eerste nationale milieuverkenning ‘Zorgen voor Morgen’ waarmee Nijpels de aandacht voor de toestand van het milieu flink vergrootte. Tegenwoordig pleit Nijpels voor een permanente voorlichting over energiegebruik en voor het vastleggen van strenge energienormen in de bouwvoorschriften voor nieuwbouw. Op de vraag of hij dit als liberaal zijnde niet te betuttelend vindt, geeft Nijpels duidelijk antwoord. “Dat vind ik niet. De overheid is er om normen vast te stelNUMMER 4 - SEPTEMBER 2007 DRIEMASTER | 15
Foto Provincie Friesland
INTERVIEW
len.” De overheid moet volgens Nijpels formuleren wat acceptabel is en dat vastleggen in normen. Als men zich niet aan de normen houdt, dan moeten daar volgens Nijpels sancties op volgen. “Het is in mijn ogen juist liberaal om een norm vast te stellen waarbij de samenleving de vrijheid heeft om die zelf in te vullen.” Nijpels haalt Californië aan. Die staat had in de jaren zestig te maken met een enorme vervuiling door het verkeer waarop de plaatselijke overheid besloot om strenge emissienormen voor auto’s vast te stellen. Het bedrijfsleven verzette zich hier in het begin tegen, maar moest uiteindelijk - zij het onder dwang - akkoord gaan. Dit was het begin van een solide duurzaam beleid en heeft volgens Nijpels uiteindelijk geleid tot de katalysator, waarmee de uitstoot van auto’s met meer dan 60% werd teruggebracht. Als het gaat om het overheidsoptreden en hoe liberalen hier tegen aankijken vervolgt Nijpels dat “we daar als liberalen niet zo krampachtig over moeten doen”. Hij vindt dat liberalen zich niet moeten laten leiden door angst voor een te grote en bemoeizuchtige overheid. Hoewel hij als liberaal een voorstander is van de eigen verantwoordelijkheid van mensen, vindt hij ook dat er grenzen zijn
ons hielden aan lagere normen. Toen hebben we gezien dat de EPC, het Energie Prestatie Coëfficiënt, lager kan. De EPC is de maat die aangeeft wat de energiekwaliteit van een gebouw - inclusief technische installaties - is. Naarmate de EPC lager is, is een gebouw energiezuiniger. Bij die 120 woningen hebben we gezien dat de EPC gemakkelijk naar 0,5 kan, terwijl de norm nu op 0,8 ligt.” Dat de politiek vaak in simpele oplossingen denkt voor milieuproblemen, ergert Nijpels. Hij weet dat het broeikaseffect een wereldwijd probleem is, maar vraagt zich af of mensen die suggereren dat een oplossing mogelijk is zonder medewerking van de Verenigde Staten of China, werkelijk begrijpen waar het om gaat . “Je moet altijd kritisch kijken naar dergelijke argumenten.” Uiteindelijk werkt een wereldwijde aanpak volgens Nijpels wel het meest effectief, maar hij voegt hieraan toe dat de uitstoot van fijn stof bijvoorbeeld een typisch Nederlands probleem is. “Onderzoek heeft bewezen dat de kindersterfte in Maastricht rond plekken waar meer uitstoot van uitlaatgassen plaatsvindt groter is dan in de rest van Nederland. Dan moet je als regering niet wachten op Europa, maar zelf maatregelen treffen.” Dat de politiek vaak gelaten reageert op de feiten komt volgens Nijpels doordat veel effecten voor het milieu pas op de langere termijn zichtbaar worden. Uit ervaring weet Nijpels dat de politiek pas in actie komt als er zich grootschalige problemen voordoen. “Als er ineens een groot aantal doden valt dan staat politiek Den Haag op zijn kop.” De geschiedenis van het milieubeleid heeft bewezen dat er vaak iets groots en ergs moet gebeuren voordat de politiek overgaat tot krachtige maatregelen. Nijpels vindt het jammer dat zoiets het beste klimaat creëert voor maatregelen. Toen hij minister van VROM was, heeft hij ook meegemaakt dat hij maatregelen sneller door de Kamer kreeg als er
‘Met vijf tsunami’s per jaar gaat de wereld echt wel wat doen aan het broeikaseffect’ aan die eigen verantwoordelijkheid. Vanuit de liberale invalshoek is in Nijpels’ ogen stevig overheidsoptreden soms nodig. Op het punt van milieu vindt hij dit zelfs dringend noodzakelijk. Het liefst ziet Nijpels dat liberalen zich inzetten voor een kleinere overheid die dan wel krachtiger en slagvaardiger moet kunnen optreden. Uit ervaring weet Nijpels dat nieuwbouw een stuk zuiniger kan. “Tijdens mijn voorzitterschap van het Wereld Natuur Fonds hebben we als experiment 120 woningen laten bouwen waarbij we 16 | DRIEMASTER NUMMER 4 - SEPTEMBER 2007
Ed Nijpels
bijvoorbeeld ergens een ongeluk was gebeurd. Volgens Nijpels hebben milieurampen een belangrijke rol gespeeld bij de politieke agendering van duurzaamheid en milieu. “Winsemius, mijn voorganger als minister, heeft de milieuproblematiek op de agenda gezet en door allerlei drama’s in de jaren tachtig zoals Tsjernobyl en de bodemvervuiling, ging men het belang van het onderwerp inzien. Het ironische is dat rampen behulpzaam zijn om doorbraken te bewerkstelligen.” Hij voegt hieraan toe dat “als er vijf tsunami’s per jaar zouden plaatsvinden, de wereld veel sneller iets aan het broeikasprobleem zou gaan doen.” Geen doemdenker Hoewel Nijpels kernenergie een kans wil geven is hij voorzichtig. “Er zijn in mijn ogen geen redenen om bepaalde opties al bij voorbaat uit te sluiten. Ook kernenergie niet.” Er zijn volgens hem nog wel een aantal problemen op dit punt zoals de veiligheid van de centrales en het afval. Zonne-energie wordt volgens hem nog steeds onvoldoende benut; deze manier van energie opwekken kan en moet in Nijpels’ ogen een grotere rol spelen. “Helaas levert zonne-energie op dit moment nog maar een klein percentage op van de totale energieopwekking.” Nijpels ziet een kans voor waterstof en rekent erop dat dit op een termijn van twintig à dertig jaar steeds meer toegepast zal gaan worden. Hij wijst erop dat Shell op IJsland al de eerste waterstofpomp heeft staan. Hoewel er door mensen die zich voor het milieu inzetten soms een doemscenario wordt geschetst voelt Nijpels zich niet thuis in dit negatieve denken. “Ik heb daar helemaal niets mee. Het laatste wat ik ben is een doemdenker. Dat is het plezierige aan een liberale partij: we zijn onverbeterlijke optimisten.” Hij is ervan
overtuigd dat liberalen vooruitgangsdenkers zijn, wat in Nijpels’ ogen door anderen soms als hinderlijk wordt ervaren. Dit brengt met zich mee dat liberalen volgens hem dikwijls begrip hebben voor de standpunten van anderen. Volgens Nijpels zijn de partijen ter linkerzijde de afgelopen jaren allemaal naar het centrum opgeschoven. Inhoudelijk heeft de VVD in de afgelopen decennia bijna iedere dag gelijk gekregen. Helaas vertalen we dit nog niet voldoende electoraal.” Op de vraag of volgens deze redenering de VVD over twintig jaar twee keer zoveel zetels heeft antwoordt Nijpels realistisch dat de politieke toekomst niet per definitie zo rooskleurig hoeft te zijn. Positief is Nijpels over de jonge generatie binnen de VVD; hij overweegt zelf dan ook geen comeback als minister van Milieu. “Ik had als minister van VROM een prachtige tijd maar het is nu aan nieuwe mensen. Ik heb wat dat betreft mijn tijd gehad en kijk liever naar de huidige jonge generatie binnen de VVD.” Nijpels ziet binnen de VVD genoeg jonge mensen die heel wat in hun mars hebben en die de kans moeten krijgen om er wat van te maken. “Dan moet je niet steeds met de oude garde op de proppen komen. Laat ons maar op de eerste rij klappen tijdens congressen, dan is het wat mij betreft goed. De toekomst van de VVD moet door de nieuwe generatie bepaald worden en dat is denk ik ook electoraal goed voor de partij.” Allard Altena en Jeffrey Lemm zijn respectievelijk chefbureauredactie en chef-eindredactie van dit blad.
Ed Nijpels wordt op 1 april 1950 in Den Helder geboren. Als hij de hbs in Bergen op Zoom heeft afgerond gaat hij rechten studeren in Utrecht.
Momenteel is hij Commissaris van de Koningin in Friesland en blijft hij zich inzetten voor een duurzaam milieubeleid. NUMMER 4 - SEPTEMBER 2007 DRIEMASTER | 17
Foto Frans Davids
Zijn politieke carrière begint bij de JOVD. Zo wordt hij in 1974 Landelijk Voorzitter en is vervolgens de eerste Internationaal Secretaris van de liberale jongeren. In 1976 wordt hij namens de VVD gemeenteraadslid in Bergen op Zoom en een jaar later betreedt hij namens de liberalen de Tweede Kamer. Na een aantal jaren Kamerlidmaatschap volgt hij in 1982 Hans Wiegel op als politiek leider van de VVD. Bij de verkiezingen in datzelfde jaar won de VVD onder leiding van Nijpels en de leus “gewoon jezelf kunnen zijn” tien zetels. In het KabinetLubbers II wordt hij minister van VROM en krijgt veel respect voor zijn milieubeleid. Na zijn vertrek uit de landelijke politiek is Nijpels van 1990 tot 1995 burgemeester van Breda.
I
nternationaal
China Dit land, dat ruim een miljard inwoners telt, heet officieel de Volksrepubliek China. Zo heet zij sinds 1949, toen de communisten onder leiding van Mao Zedong de dienst gingen uitmaken. Zij hadden in dat jaar de burgeroorlog van de nationalisten onder leiding van Chiang Kai-shek gewonnen. Tijdens de Tweede Wereldoorlog, toen Japan delen van China bezette, werkten nationalisten en communisten nog samen, maar zij vervielen aan het eind van de oorlog in een strijd om de macht. Sinds de jaren zeventig kent China, dat een overwegend agrarisch land is, een enorme economische bloei, wat vrij bijzonder is voor een communistisch land. In de jaren negentig kreeg de Chinese economie een extra impuls door de stijging van de buitenlandse investeringen. De machtigste en enige partij in de volksrepubliek is de Chinese Communistische Partij. In deze eeuw zal China steeds meer een tussenweg moeten zoeken tussen haar liberaal getinte economisch beleid en gecentraliseerde politieke regime. In 1989 sloegen de communisten op het Plein van de Hemelse Vrede op bloedige wijze nog een opstand neer. Desalniettemin kent het land nog steeds vele verzetshaarden, vooral in het binnenland. Westerse media worden niet getolereerd buiten de steden die ‘open zijn gegeven’ door de CCP.
Taiwan Taiwan heeft een geschiedenis waarin het land steeds in handen is gevallen van andere mogendheden. Zo was Taiwan tot het einde van de Tweede Wereldoorlog in Japanse handen en daarna Chinees bezit. Na verslagen te zijn door de Chinese communisten, vluchtten de Chinese nationalisten naar Taiwan en vestigden daar een dictatuur. Vanuit Taiwan streden zij met de communistische regering in Peking over het gezag van China. Eenheid werd niet bereikt tussen Taiwan en China. Sinds eind jaren tachtig stuurt Taiwan steeds meer aan op een onafhankelijke positie en dat resulteert in de status van zelfstandige natie. China ziet het land echter nog altijd als een opstandige provincie. Uiteindelijk is Taiwan in de jaren tachtig sterk gedemocratiseerd en gemoderniseerd. Tegenwoordig staat het land te boek als liberaal en progressief en is Chen Shui-bian van de Democratic Progressive Party president.
18 | DRIEMASTER NUMMER 4 - SEPTEMBER 2007
Noord-Korea In 1945 werd Korea, na bezet te zijn door Japan, verdeeld in Amerikaanse en Russische invloedszones. De grens is de 38ste breedtegraad. Tijdens de Korea-oorlog boekten zowel de Communisten, onder leiding van Kim Il Sung, als de VN onder leiding van generaal MacArthur, grote landwinst. Aan het eind van de oorlog was de frontlijn exact op de 38ste breedtegraad. In 1948 werd de Democratische Volksrepubliek Korea uitgeroepen met als leidend figuur Kim Il Sung. Inmiddels wordt de communistische dictatuur geleid door zijn zoon, Kim Yong-il die aan het roer staat van de Koreaanse Arbeiderspartij. Dit is de enige officiële politieke partij. Officieel zijn Noord- en Zuid-Korea in oorlog met elkaar en is er op dit moment sprake van een wapenstilstand. Zowel met Zuid-Korea als met Japan zijn de relaties de afgelopen jaren, zij het stapsgewijs, verbeterd. Desondanks zijn de afgelopen jaren de spanningen tussen Noord-Korea en haar omgeving en Amerika regelmatig hoog opgelopen. Reden was het kernwapenprogramma van NoordKorea waarmee het land kernwapens zou kunnen ontwikkelen. Inmiddels heeft het communistische land haar toon getemperd en wordt er onderhandeld met de internationale gemeenschap over het stilleggen van het atoomprogramma.
Zuid-Korea Zuid-Korea is het westers georiënteerde deel van Korea, dat ook een communistisch gedeelte kent. Korea kende na de Tweede Wereldoorlog eenzelfde verdeling als Europa zou kennen. Terwijl het zuiden van Korea werd geholpen door de Verenigde Staten viel het noordelijke deel onder de supervisie van de Sovjet Unie. Het land staat sinds 1945 bekend als de Republiek Korea. Het is een democratisch land met een gekozen president. De huidige president is Roh Moo-hyun. Liberale partijen zijn de partij Uri en de Nieuwe Verenigde Democratische Partij. De grootste oppositiepartij is de conservatieve Grote Nationale Partij. Al sinds de jaren zestig heeft de dienstensector een primaire rol ingenomen binnen de economie van het land. In het verleden heeft Zuid-Korea regelmatig op gespannen voet gestaan met het communistische Noord-Korea, maar momenteel zijn de twee buurlanden bezig om de betrekkingen te normaliseren. De eerstvolgende aanzet hiertoe is de eerder genoemde top die in oktober in de Noord-Koreaanse hoofdstad Pyongyang plaats zal vinden.
Oost-Azie onder de loep
Oost-Azie onder de loep
O
p 2 oktober 2007 vindt er een historische top plaats tussen Noord- en Zuid-Korea. Het wordt de tweede keer in de geschiedenis dat de twee Korea’s een dergelijk overleg met elkaar hadden. Deze top was voor Driemaster aanleiding om de ideologische verhoudingen in Oost-Azië eens onder de loep te nemen, een gebied waar de muur nooit is gevallen en communisme nog aan de orde van de dag is. DOOR Allard Altena en Jeffrey Lemm In Oost-Azië bestaan ze nog steeds, de klassieke tegenstellingen die we kennen uit de Koude Oorlog: Oost tegen West, communisme tegen kapitalisme, Lenin tegen de rest. De scheidslijn in
Europa was een erfenis uit de Tweede Wereldoorlog, toen aan het eindtafereel Sovjettroepen een race tegen de klok startten om zoveel mogelijk land in Europa te veroveren. Polen, Tsjechoslowakije, Oost-Duitsland: de Sovjets annexeerden wat ze maar te pakken konden krijgen. In het Oosten was het Rood China dat de gemoederen hoog deed oplopen, van marionet van de USSR ontwikkelde Mao Zedong het land tot een volledig onafhankelijke communistische staat. Hoe is de rest van Oost-Azië verdeeld en wat zijn de verhoudingen tussen de landen onderling? Driemaster geeft een overzicht van zowel de communistische als de kapitalistische landen in Oost-Azië. Allard Altena en Jeffrey Lemm zijn respectievelijk chefbureauredactie en chef-eindredactie van dit blad.
Japan Japan staat eeuwen lang te boek als een keizerrijk, maar sinds de Amerikaanse bezetting van het land in 1945 is de rol van de keizer slechts een symbolische. Aan het begin van de twintigste eeuw kwam Japan, als gevolg van een slechte economie, onder invloed van nationalisten. Onder leiding van de nationalisten werkte Japan in de Tweede Wereldoorlog samen met het nazistische Duitsland en fascistische Italië, de zogenaamde As-mogendheden. In 1945 werd het land getroffen door twee atoombommen op Hiroshima en Nagasaki, die uiteindelijk het einde van de oorlog inluidden. Na haar overgave in 1945 werd Japan tot 1952 bezet door Amerika. Tijdens die bezetting werd het fundament voor een democratie en een goedlopende economie gelegd. Sindsdien is ook de invloed van de keizer teruggebracht tot een symbolische functie. Tegenwoordig is Japan een zeer westers georiënteerd land dat zowel op het gebied van politiek als economie veel samenwerking zoekt met het Westen. Met een korte onderbreking is de Liberaal Democratische Partij sinds 1955 de belangrijkste politieke partij in Japan.
NUMMER 4 - SEPTEMBER 2007 DRIEMASTER | 19
O
Pinie
Naar een duurzame competitie
D
uurzame ontwikkeling is niet voor linkse idealisten, die door middel van het voeren van eindeloze discussies hun zorgen over onze natuurlijke leefomgeving kenbaar maken. Dit is een dogmatisch beeld dat al jaren geen werkelijkheid meer is. Integendeel, duurzaamheid biedt juist concrete mogelijkheden voor de toekomst. Om te komen tot een samenleving waarin ook toekomstige generaties het recht hebben op een bestaan, het doel van een duurzame ontwikkeling, is het nodig om over te gaan tot een duurzame transitie van de samenleving. Deze duurzame transitie vereist een verandering die diep doordringt in alle gelederen van de samenleving. Het gaat hier dan om de manier waarop we ons verplaatsen, de manier waarop we consumeren en de manier waarop we zaken doen in de verschillende sectoren van onze economie. DOOR Saskia Troy Duurzaamheid biedt een liberale kans, gezien het vrijwel onmogelijk is om deze transitie van bovenaf te leiden. Door deze overgang van bovenaf te sturen en te beheersen vormt de overheid namelijk zelf de grootste barrière om te komen tot een breed gedragen maatschappelijke verandering. Het is echter strikte noodzaak dat maatschappelijke verandering breed gedragen wordt. Op het moment dat een andere houding niet geïnternaliseerd is, maar opgelegd door de overheid, sorteert dit geen effect. Het individu moet daarom de ruimte krijgen om op zijn eigen manier en in eigen tempo naar oplossingen te zoeken. Het bevorderen van competitiegericht werken, waarin het creatief zoeken naar uitkomsten een centraal element is, biedt hier mogelijkheden voor.
Foto archief Saskia Troy
Een voorbeeld hiervan is het Nederlandse Nuon Solar Team. Dit is een team van elf studenten dat met de Nuna (een race-auto op
20 | DRIEMASTER NUMMER 4 - SEPTEMBER 2007
zonne-energie) drie keer wereldkampioen is geworden in een race voor wagens op zonne-energie, die plaatsvindt in Australië. Naast het managen van het project waren zij verantwoordelijk voor de bouw van de auto. Hierbij is het ze gelukt om een auto te vervaardigen waarmee ze met een paar honderdste van de benzinekosten van een normale auto de Australische woestijn door zijn gestoken. De deelname aan en het winnen van de race heeft niet alleen voor internationale bekendheid gezorgd maar heeft eveneens geleid tot het ontstaan van vele vergelijkbare innovatieve projecten. Terugkomend op de overgang naar een duurzame samenleving kan het competitiegerichte werken een rol spelen binnen die transitie. Het managen van de transitie moet dan niet plaatsvinden met behulp van de oude klassieke instrumenten en scenario’s, maar worden gezien als het richting geven aan een evolutionair proces. Het gaat dan meer om het sturen van de maatschappelijke dynamiek dan om het vormgeven van de verandering van bovenaf. Duurzaamheid kan in dit verband het beste gezien worden als een spel dat je kunt winnen door het bedenken van creatieve oplossingen. Saskia Troy is Politiek Commissaris Duurzaamheid en heeft een aantal jaar geleden deelgenomen aan de mar- ketingdelegatie ter ondersteuning van het Nederlandse Nuon Solar Team van de TUD, dat wereldkamioen is ge- worden met de Nuna II. Reacties op dit artikel kunnen naar
[email protected] of achtergelaten worden op www.driemaster.com.
P
ROFIEL
Naam Isabelle Buhre Leeftijd 18 Afdeling Amsterdam JOVD-historie passief lid “Sinds vorig jaar ben ik lid van de JOVD. Daarvoor was ik vanaf mijn twaalfde lid van de Jonge Socialisten. Ondanks mijn lidmaatschap van de PvdA-jongeren ben ik altijd vrij rechts geweest in mijn opvattingen. Daardoor hoorde ik na een tijd niet meer bij de JS thuis: ik was vaak de enige die vóór of tegen een voorstel stemde. Bovendien gaf de filosofie mij een gevoel van scepticisme tegenover de politiek. Nu vind ik het tijd worden om ook het scepticisme zelf sceptisch te beschouwen, en weer met politiek bezig te zijn. Binnen de JOVD ben ik nog niet actief, aangezien ik eerst de vereniging beter wil leren kennen, bijvoorbeeld door debatten bij te wonen. Wel zou ik in de toekomst graag voor Driemaster schrijven. Die wens is niet zo gek, trouwens. In mijn JS-periode ben ik voor ongeveer twee jaar hoofdredacteur van haar tijdschrift Lava geweest. Momenteel ben ik eerstejaars student Latijn aan de Universiteit van Amsterdam. Die taal is mijn grote passie. Later zou ik graag taalkundige of vertaler willen worden. Ook in mijn vrije tijd ben ik veel bezig met Latijn. Taalkundige vragen bedenken en daarover correspondentie voeren, Nederlands-Latijn vertalen of zelf in het Latijn schrijven. Vorig jaar, in mijn eindexamenjaar op het gymnasium, heb ik bijvoorbeeld de Volkskrant-strip Sigmund vertaald, te zien op de website van de tekenaar Peter de Wit.
NUMMER 4 - SEPTEMBER 2007 DRIEMASTER | 21
Foto archief Isabelle Buhre
Bij elke politieke jongerenorganisatie tref je wel aan dat er machtsvertoon zonder macht bestaat. Wie de glazen afwast na de afdelingsborrel, mag zich bestuurder noemen, en op een congres doet men speciale kleding aan. Voor een nieuw lid kan dat afschrikwekkend zijn, maar van mij hoeft het niet veranderd te worden. Ik stap open minded deze club binnen, hoop er leuke mensen te ontmoeten, en opnieuw politiek-geïnspireerd te raken.”
WA N T E D DRIEMASTER
Z OEKT
J ONG
EN
L IBERAA L
TA L ENT
VOOR
DE
Z ESTIGSTE
J AARGANG
k r i t i s c h , o p i n i ë r e n d e n O p z o e k n aa r j o u !
GOUDEN PENNETJE?
Driemaster zoekt schrijftalent en uiterst precieze eindredacteuren
Driemaster is voor de zestigste jaargang van het blad op zoek naar jonge liberalen met een gouden pennetje en eindredacteuren met een oog voor taalfouten. Naast ingezonden opiniestukken wil de redactie namelijk in iedere Driemaster achtergrondartikelen, analyses, interviews en verslagen publiceren. Vanzelfsprekend moeten ook al die artikelen gecontroleerd worden. Jonge liberalen met schrijftalent en/of met een zeer goede kennis van de Nederlandse taal zijn dus van harte welkom. Daarnaast zoekt de redactie razende reporters die allerlei activiteiten door het hele land willen verslaan voor www.driemaster.com. Wat verwacht Driemaster van jou? - Je bent bekend met de JOVD; - Je kunt prachtige artikelen schrijven, messcherp analyseren en/of spraakmakende interviews afnemen (als je interesse hebt in de functie van bureauredacteur); - Je hebt een prima kennis van de Nederlandse taal en vindt het leuk om artikelen van anderen te lezen en te corrigeren (als je interesse hebt in de functie van eindredacteur); - Je bezoekt graag activiteiten en vindt het leuk om daarvan verslag te doen (als je interesse hebt in de functie van verslaggever); - Je bent creatief, flexibel en bent bereid energie in Driemaster te stoppen; - Ervaring met journalistiek is een pré, maar zeker geen vereiste. Wat biedt Driemaster jou? - De kans om jouw artikelen terug te zien in Driemaster; - De eer dat er door jouw medewerking geen taalfout in Driemaster te ontdekken valt; - De kans om door te groeien binnen de redactie en de JOVD; - Een investering in jouw toekomst; - Een geweldige tijd!
Interesse? Neem telefonisch contact op met hoofdredacteur Paul Vereijken (06 21 900 834) of stuur hem een e-mailbericht (
[email protected]).
C
Olumn
“Het is een schande!” Het gebeurt niet vaak dat ik met weemoed terugdenk aan voormalig Kamervoorzitter Frans Weisglas, maar tijdens het lezen van Wilders’ “artikel” in de Volkskrant van 8 augustus jl. verlangde ik hevig terug naar hem. En niet vanwege de verwerpelijke mening die Wilders daar tentoonspreidde. Ik ga er vanuit dat Weisglas, net als ik, het uitgangspunt van Voltaire onderschrijft: “Ik kan uw mening nog zo abject vinden, maar ik zal uw recht verdedigen om die te uiten.” Ik stoor mij aan het onwaardige taalgebruik van Wilders om die mening te ventileren en de wijze waarop daarmee de politiek wordt ondermijnd. En in de strijd tegen onparlementair taalgebruik weet eenieder zich altijd gesteund door Frans Weisglas: de hoeder van beschaafd sprekend Nederlands. DOOR Ferdi de Lange Ontegenzeggelijk is het taalgebruik van onze geachte afgevaardigden binnen én buiten de politieke arena de afgelopen decennia sterk veranderd. Dit is over het algemeen een goede ontwikkeling geweest. Ondanks het veelgehoorde verwijt dat parlementariërs onbegrijpelijk jargon spreken, valt er in de huidige tijd toch meer chocola te maken van hetgeen de politici zeggen dan zo’n vijftig jaar geleden. Dat hiermee ook een bepaalde verruwing optrad moet als een gegeven worden beschouwd. De opmerking van Jan Marijnissen in de richting van (waarnemend) Kamervoorzitter Frans Weisglas “effe te dimmen” in de herfst van 1997 was op het randje, maar herbergde nog een humoristische, bijna poëtische, schoonheid in zich.
len. In mijn beleving zijn politici, en met name leiders van de politieke partijen, diegenen die in de politieke arena elkaar bestrijden op grond van uiteenlopende maatschappijvisies. Alleen dan kan er een zinnig debat ontstaan dat de keuze voor de kiezer helder maakt en uiteindelijk leidt tot oplossingen van problemen en het creëren van kansen binnen de samenleving. Blair verwoordde het bij zijn afscheid als premier nog het beste: “Some may belittle politics. But we who are engaged in it, know it is where people stand tall. Although I know it has its many harsh contentions, it is still the arena that sets the heart beating a little faster. If it is on occasion the place of low skulduggery, it is more often the place for the pursuit of noble causes.” Oprispingen zoals die van Wilders doen afbreuk hieraan en leiden tot een steeds negatiever beeld van de politiek, het opzoeken van extremen en het creëren van tegenstellingen waardoor juist de corebusiness van de politiek, het oplossen van problemen, steeds meer op de achtergrond raakt. Wilders maakt alleen maar problemen, hij lost ze niet op. Ik hoop daarom van harte dat de kiezers, mede door dit soort uitlatingen, het ware gezicht van Wilders zien. Een gefrustreerde man die leiding geeft aan een partij die zich afficheert “voor de vrijheid” maar in werkelijkheid repressie en de schending van elementaire en zwaarbevochten grondrechten propageert. Om nog maar te zwijgen over de schending van de normen op het vlak van beschaafd taalgebruik en het bedrijven van politiek. Waar is Frans Weisglas als je hem eindelijk eens nodig hebt?
Ferdi de Lange is voormalig Landelijk Voorzitter van de JOVD (2002-2003).
De lezer van dit stuk zal natuurlijk denken: “Waar maakt die De Lange zich toch druk over? Laat die Wilders toch, het is toch jouw partij niet.” De reden waarom ik in dit geval me niet kan beperken tot leven en laten leven is het feit dat ik stellig van mening ben dat de wijze waarop politici zoals Wilders het debat aangaan en spreken over hun “tegenstanders” de rol van de politiek in het algemeen en de rol van de parlementariër in het bijzonder uithol-
Foto archief Driemaster
Anno 2007 lijkt het erop dat de grenzen van het betamelijke volledig uit het oog zijn verloren. Wat mij betreft is het “artikel” van Wilders daar een sprekend voorbeeld van. Los van het feit dat het een nogal slecht beargumenteerd en weinig verheffend stuk is (de reden dat NRC Handelsblad het stuk weigerde te plaatsen), staan er zinsneden in die geschreven zouden kunnen zijn door menig moslimfundamentalist: “Den Haag zit vol met laffe lieden. Bange mensen die laf zijn geboren en laf zullen sterven.” Wat dat betreft heeft Wilders überhaupt een patent op dit soort uitspraken. Ik kan me de laatste keer niet meer herinneren dat een voor Wilders onwelgevallig voorstel, uitspraak of mening niet werd begroet met zijn catchphrase: “Het is een schande!”. Zodra ik dat Limburgse accent weer hoor, zijn kenmerkende kapsel zie en zijn woorden tot mij neem schieten immer de woorden van Jozias van Aartsen door mijn hoofd: “Meine Ruhe ist hin, mein Herz ist schwer, daar begint Geert Wilders weer.”
NUMMER 4 - SEPTEMBER 2007 DRIEMASTER | 23
F
ilosofie
John Stuart Mill gaf met zijn boek ‘On Liberty’ (1859) blijk van grote vrijheidslievendheid. Tijd om deze filosoof langs de liberale meetlat van de JOVD te leggen.
Langs de liberale meetlat: John Stuart Mill
I
n het boek ‘Filosofen van het klassieke liberalisme’ van de Teldersstichting is Mill opgenomen met de kanttekening dat hij zeker niet ondubbelzinnig liberaal kan worden genoemd. In dit artikel zullen wij zijn belangrijkste liberale werk, ‘On Liberty’ bespreken. Vervolgens zullen we kijken hoe liberaal Mill’s ethische theorie, het utilisme (maximalisering van geluk als criterium voor moraliteit) is. DOOR Mark Reijman Mill (1806-1873) leerde al op driejarige leeftijd Grieks. Latijn volgde ‘pas’ op zijn achtste. Daarnaast onderwees Mill’s vader James hem al vroeg in wiskunde, logica en geschiedenis. Het positieve gevolg daarvan was dat Mill de rest van zijn leven 25 jaar voorliep op zijn leeftijdgenoten. Het negatieve gevolg was dat Mill fysiek onhandig bleef en al op zijn 21e in een depressie terecht kwam. De twee belangrijkste onderwerpen die Mill bespreekt in ‘On Liberty’ zijn de vrijheid van meningsuiting en individualiteit. Mill heeft ook een universeel criterium voor overheidsinterventie: “The only purpose for which power can rightfully be exercised over any member of a civilised community, against his will, is to prevent harm to others.” Iemand die zichzelf schade dreigt toe te brengen rechtvaardigt voor Mill dus geen overheidsingrijpen. De schade aan derden wordt door hem beperkt uitgelegd. Als iemand zich beledigd voelt doordat een ander zijn mening ventileert, levert dit geen schade op die de vrijheid van meningsuiting beperkt. Ook de ´schade´ die iemand ondervindt door de wetenschap dat homoseksualiteit niet verboden is en vrijelijk in de slaapkamer kan worden gepraktiseerd is volgens Mill te indirect en te klein om overheidsinterventie te rechtvaardigen. Mill maakt dus een onbewuste afweging welke ‘schade’ zwaarder weegt: het verbieden van homoseksualiteit of het toestaan ervan. Hij stelt dan ook: “I 24 | DRIEMASTER NUMMER 4 - SEPTEMBER 2007
regard utility as the ultimate appeal on all ethical questions.” Vrijheid van meningsuiting Als de hele bevolking op één persoon na een mening aan deze laatste andersdenkende oplegt is dat net zo ongerechtvaardigd als wanneer deze laatste persoon zijn mening aan de gehele samenleving zou willen opleggen. Mill geeft hier een aantal argumenten voor. Allereerst kan het huidige meerderheidsstandpunt onjuist zijn. Het doodzwijgen van een discussie impliceert dan de veronderstelling van onfeilbaarheid van het huidige standpunt, een veronderstelling die in het verleden maar al te vaak onhoudbaar is gebleken. Juist door de botsing van tegengestelde meningen op de ‘free market of ideas’ komt de waarheid aan het licht. Vrijheid van meningsuiting zorgt ook voor wetenschappelijke, artistieke en morele vooruitgang. Het naakte feit van een tegengestelde mening zorgt er ook voor dat overtuigingen levend en bewust worden beleefd, terwijl een gebrek aan tegenargumenten juist zorgt voor een dood, dof en dogmatisch geloof in overtuigingen. Voor een volledig begrip van een onderwerp is dus juist oppositie nodig! Uiteindelijk zal vrijheid van meningsuiting er volgens Mill voor zorgen dat er over steeds meer onderwerpen consensus ontstaat en de diversiteit van meningen enigszins slinkt. Daarmee toont Mill zich een onverbetelijke Verlichtingsoptimist. Indien mensen naar hun denkbeelden willen leven, moeten ze volgens Mill op basis van dezelfde argumenten als hierboven deze vrijheid krijgen. Mensen zijn vrij hun eigen individualiteit te ontwikkelen, zolang ze daarmee anderen geen schade toebrengen. Een andere leefwijze dan de meerderheid noemt Mill een ‘experiment of living’ en hij meent dat deze leerzaam en nuttig kan zijn. Als we deze experimenten welig laten tieren zullen sommigen wellicht evolueren tot de levensstijl van de meerderheid en zo een groot maatschappelijk nut opleveren. Maar ruimte voor werkelijke
Langs de liberale meetlat: John Stuart Mill
individualiteit is ook nodig om een intellectuele minderheid zich te laten ontplooien, zodat zij de maatschappij tot nieuwe hoogten weet op te stuwen. Zonder individualiteit geen vooruitgang in bijvoorbeeld nieuwe schilderstijlen, literatuur en architectuur. Het probleem is volgens Mill dat de meerderheid over het algemeen niet begrijpt waarom de non-conformistische minderheid op een andere manier wilt leven. De tyrannie van de status quo is desastreus, omdat de samenleving de neiging heeft haar eigen ‘way of life’ aan minderheden op te leggen, ‘Er is toch niets mis mee?’, zo vraagt zij semi-onschuldig. De mens gedraagt zich als een kuddedier en vraagt niet ‘Wat wil ik?’, maar ‘Hoe moet iemand in mijn positie zich gedragen?’. Existentialistisch stelt Mill honderd jaar vóór Sartre: “Human nature is not a machine to be built after a model and set to do exactly the work prescribed for it.” Vooruitgang is enkel mogelijk omdat mensen experimenteren en omdat er geen ‘blauwdruk van het leven’ is. De liberale meetlat Als we kijken naar het uiteindelijke doel waarmee Mill vrijheid van meningsuiting en individualiteit verdedigt, dan is dat niet naakt omwille van de vrijheid, maar vanwege de vooruitgang in de maatschappij die er volgens hem uit zal volgen. Slechts omdat het a priori onduidelijk is welke mening en welke ‘experiment of living’ tot vooruitgang zal leiden, staat Mill ze allemaal toe. Mill is gebrand op vooruitgang, omdat hij veronderstelt dat daarmee de samenleving gelukkiger zal worden, het ultieme doel in zijn ethische theorie, het utilisme. Het is dus omwille van de onmogelijkheid de toekomst te voorspellen dat Mill de vrijheid verdedigt. Ondanks of dankzij Mill’s utilisme kan men ‘On Liberty’ toch als een liberaal boek beschouwen. Waarom? Om dit te verdedigen zou ik een tweedeling binnen het utilisme willen voorstellen, namelijk tussen liberaal-utilisme en sociaal-utilisme. Mill toont zich een liberaal-utilist door de samenleving gelukkig te willen maken door elk individu zoveel mogelijk vrijheid te gunnen. Hij doet dit vanuit de overtuiging dat de overheid niet elke burger gelukkig kan maken met wetgeving, maar wel met vrijheid. Ten eerste weet de overheid niet wat mensen gelukkig maakt en doet er daarom verstandig aan mensen dit op individueel niveau te laten uitzoeken. Ten tweede hebben verschillende mensen verschillende wensen, waardoor een wet – per definitie van algemene strekking – altijd het geluk van bepaalde burgers zal aantasten. Ten derde weet de overheid zelf ook niet welke mening en welk ‘experiment of living’ op termijn succesvol zal zijn. De sociaal-utilist daarentegen ontkent dit en wil de samenleving zo gelukkig mogelijk maken door zoveel mogelijk zaken dwingend aan de burger op te leggen vanuit een paternalistisch ideaal. Dit type utilisme is uitermate vatbaar voor misbruik. De sociaal-utilist meent dat de burger beschermd moet worden tegen haar eigen vrijheid. Zie hier haar onnoemelijke arrogantie: de pretentie van tevoren te weten wat wel en niet schadelijk is voor alle burgers. De sociaalutilist ziet zichzelf graag als een verlicht despoot, maar vergeet dat de grootste misdaden in de wereldgeschiedenis zijn gepleegd door mensen met goede intenties. Utilisme en liberalisme De vraag die dan resteert is of vrijheid (liberalisme) en geluk (utilisme) waarden zijn van met elkaar concurrerende ethische theorieën.
Willen liberalen vrijheid om de vrijheid en laat de dosis geluk die daar al dan niet op volgt hen koud? Liberaal-utilisten zoals Mill gebruiken vrijheid als instrumentele waarde om de maximale hoeveelheid geluk te bereiken. Sociaal-utilisten zijn er van overtuigd dat het maximale geluk niet kan worden bereikt met enkel vrijheid in het instrumentarium en dat daarvoor andere ‘instrumenten’ (dwang) noodzakelijk zijn. Sociaal-utilisten proberen daarmee hun versie van geluk aan de samenleving op te leggen. Terwijl liberaal-utilisten de definitie van geluk juist aan de individuele burger overlaten. Toch blijft de liberaal-utilist kwetsbaar simpelweg omdat hij een einddoel formuleert waarnaar de mens moet leven. Hiermee blijft de liberaal-utilist een waarde (zijn eigen waarde, geluk!) als einddoel aan de mensheid opleggen. Men kan zich de vraag stellen of mensen überhaupt wel naar geluk streven. “Alleen de Engelsman doet dat” schreef Nietzsche, verwijzend naar Mill. De liberaal is in dat opzicht radicaler in haar acceptatie dat het hoogst mogelijke nastrevenswaardige doel voor de samenleving in essentie instrumenteel is: vrijheid. Het liberalisme onthoudt zich van de vraag of geluk, superioriteit, zelfverwerkelijking, succes, liefde, een band met God of gezondheid de uiteindelijke waarde moet zijn die mensen met hun vrijheid najagen. Die beslissing ligt bij het individu. Doordat het liberalisme geen oordeel vormt over welk einddoel moet worden verwezenlijkt met de verschafte vrijheid, heeft zij zich kunnen ontwikkelen tot de meest neutrale en tolerante ideologie. Haar robuuste kracht ligt in het zwijgen over het einddoel van de mens. Het liberalisme laat de burger zogezegd in de steek, laat hem achter in een existentialistisch vacuüm van vrijheid. Het liberalisme is het meest zwijgzame orakel. Voor sommige mensen kan dit leeg en eenzaam overkomen. Het liberalisme is geen ideologie die zin geeft aan het leven, maar de mens juist alle ruimte geeft de zin zelf te vinden of te vormen. Veel meer dan haar zwakte is dit juist haar grootste kracht. Het liberalisme geeft elk individu de vrijheid om het leven naar eigen overtuiging ‘zin’ te geven zonder voor te schrijven hoe men dit in concreto behoort te doen. Dit is juist een optimistische boodschap! Hoewel Mill zeker geen volbloed liberaal kan worden genoemd, is hij toch zeker een halfbloedje om trots op te zijn. De redenen waarmee hij de vrijheid van meningsuiting en het toestaan van ‘experiments of living’ verdedigt, staan vandaag de dag nog steeds als solide liberale argumenten. Als we binnen het utilisme een onderscheid maken tussen sociaal en liberaal-utilisme, kunnen we Mill zeker onder de tweede groep scharen. Dit omdat hij de definitie van ‘schade aan derden’ beperkt definieert en daardoor de rol van de staat beperkt en dus de vrijheid van burgers vergroot. Daarnaast is Mill bij uitstek iemand die gelooft dat de hoeveelheid geluk wordt gemaximaliseerd door burgers vrijheid te gunnen in plaats van hen (letterlijk) de wet voor te schrijven. Zijn biograaf Richard Reeves schreef dan ook terecht over hem: “Mill was a second-rate utilitarian, but a first-rate liberal.” Mark Reijman is bureauredacteur van dit blad.
NUMMER 4 - SEPTEMBER 2007 DRIEMASTER | 25
O
Pinie
O
p 1 juli 1863 werden er in Paramaribo 21 kanonsschoten gelost; het was het symbolische einde van de Nederlandse slavernij. Alle slaven, voornamelijk zwarte, werden vrije burgers en de staat gaf hen een vergoeding van 300 gulden. Die vergoeding ging echter niet naar de bevrijde slaven, maar naar de slaveneigenaren, als ‘compensatie voor het verlies van arbeidskrachten’. Ondanks de wrange bijsmaak was de algemene vrijheid een feit: geen mens zou in Nederland ooit nog als slaaf geboren kunnen worden of als slaaf worden verhandeld, toch? DOOR Allard Altena Het spijt me om het te moeten mededelen, maar slavernij bestaat nog altijd. Correct: het zijn niet meer dezelfde praktijken als vroeger, waarbij het ging om een mens als persoonlijk eigendom, maar desalniettemin lijken sommige huidige praktijken er verdraaid veel op. Maar waar heb ik het over? Welke praktijken bedoel ik en waarom horen we er zo weinig van? Loonslavernij, dat is het probleem. Een praktijk die tot grote spijt van de humaniteit niet alleen sociaal acceptabel lijkt geworden, maar ook sociaal alledaags. Terug naar de vroegere noeste fabrieksarbeid. Werkende kinderen en lage lonen. Lange werkuren en geen vakantie. Minimumloon als richtlijn in plaats van regel. Bij wet zijn die malafide praktijken afgeschaft, een revolutionair proces voor de negentiende eeuw. Maar daarna gebeurde er bijna niets meer: het minimumloon correspondeerde slecht met de inflatie met als gevolg dat het minimumloon vandaag de dag voor een volwassene 1.317 euro is. Feitelijk betekent dit dat de arbeiders, productiewerkers en transporteurs, de mensen waarop onze hele economie rust en zonder wie we van vandaag op morgen bankroet zouden zijn, per maand alleen rond kunnen komen als zowel man als vrouw werken. Als we eveneens in acht nemen dat opslag eerder uitzondering dan regel is, moet ons dat aan het denken te zetten: als man en vrouw dienen te werken, dan verschuift het traditionele kostwinnersmodel terug naar het verbannen gezinsloonmodel, wat we in de praktijk al zien. Voorts houdt dit in dat het onmogelijk wordt voor de ouders om overdag voor de kinderen te zorgen, wat aangeeft dat er extra kosten gemaakt dienen te worden voor opvang. Is het misschien om die reden dat sommige partijen kinderopvang kosteloos maken? In dat geval wordt niet het probleem aangepakt, maar eerder op de lange baan geschoven. Immers, aan het eind van de dag als het hele gezin bij elkaar is, dan is er nog steeds geen extra geld. Overleven, dat is het motto van de dag. Het behoort leven te zijn. Ontslag is geen mogelijkheid: een gemist maandsalaris zou al een doodsteek kunnen zijn. Men is afhankelijk van de baas, die laatste kan veel doen of laten. Klinkt het socialistisch? Een mogelijke oplossing zou socialistisch kunnen zijn, maar ook liberaal of conservatief. Wat ik hier aankaart is slechts realistisch, een stroming die bij mijn weten in de politiek soms wel eens kopje onder gaat. Een liberale oplossing zou even26 | DRIEMASTER NUMMER 4 - SEPTEMBER 2007
goed verhoging van het minimumloon kunnen zijn - al strookt dit volstrekt niet met het liberale beginsel van de ‘nachtwakersstaat’ waarin de staat de burger passief dient te beschermen. Naast bovenstaand probleem kennen we nog een ander problematisch fenomeen dat de dimensie heeft aangenomen van een humanitaire aanslag. Wat ik bedoel zijn de zogenaamde controversen rondom zogenaamde lage-lonen-arbeiders, mensen die uit de nieuwe Oost-Europese lidstaten vluchten naar het Westen in de hoop wat meer te kunnen verdienen dan het karige salaris dat ze thuis bij elkaar kunnen schrapen. In het Westen is er een grote vrees ontstaan voor deze mensen, die onterecht worden gezien als een aanslag op onze economie. Regeringen hebben getracht alles te bewerkstelligen om hen buiten de landsgrenzen te houden, daarmee direct ingaand tegen het Europese gedachtegoed. Maar daar ligt het probleem niet. Het probleem zit hem in het ambivalente gedrag van de westerse burgers zelf, die enerzijds van de daken moord en brand schreeuwen uit angst voor aantasting van hun economie, maar anderzijds in groten getale dit soort arbeiders naar zich toe halen, omdat ze uiteindelijk “toch zo lekker goedkoop zijn”. Eenmaal aangekomen krijgen de werknemers te maken met erbarmelijke leefomstandigheden tijdens de klus en geen enkele zekerheid na de klus. Uiteindelijk worden ze onderbetaald op straat gezet, nadat ze het werk hebben verricht waar wij westerlingen onze neus voor ophalen. Stank voor dank? Rondom Parijs is al een heuse sloppenwijk ontstaan van Bulgaren die uiteindelijk op straat gezet werden maar toch een krot prefereren boven Sofia. Deze Europeanen vallen buiten alle (zorg)verzekeringen. Het is een nieuwe kaste van ‘untouchables’. Wij westerlingen moeten inzien dat niet alles moet draaien om ‘winstmaximalisatie’, maar dat een bepaalde graad van humaniteit ook belangrijk is. Aan het einde van de rit moeten we kunnen zeggen dat we ons leven optimaal hebben geleefd, maar niet ten koste van anderen. Dat is een wijsheid die al vele jaren wordt gepredikt, maar ook snel wordt vergeten. Allard Altena is chef-bureauredactie van dit blad.
Foto archief Driemaster
Slavernij in de 21ste eeuw
O
nze Liberaal
O
Ns soort agenda
22 SEPTEMBER Antillendag te Den Haag. Aanmelden verplicht
[email protected]
Foto archief Driemaster
6 EN 7 OKTOBER Landelijk Introductieweekend Meer informatie www.jovd.nl 8 OKTOBER Deadline Driemaster Kopij
[email protected]
Onze Liberaal : George Soros
J
aarlijks verkiest de JOVD de Liberaal van het Jaar. De verkozen persoon dient een jaar lang als inspiratiebron voor andere liberalen. Deze jaargang roept Driemaster haar liberalen uit. Vrijheidsstrijders die inspiratie kunnen bieden aan vele anderen. In deze uitgave: George Soros, filantroop, zakenman en filosoof.
Gevoel voor filosofie en filantropie is George Soros (77) nooit vreemd geweest. Zo was zijn vader, Tivadar Soros, een spilfiguur in de Internationale Esperantisten beweging, die als doel had universeel een nieuwe Lingua Franca in te voeren: het Esperanto. Soros werd niet alleen opgevoed met het Esperanto, maar ook met haar idealen, zoals gelijkwaardigheid onder de mensen, stevige justitie en pacifisme. Tijdens de oorlog wist Soros ondanks zijn Joods-Hongaarse afkomst vervolging door de Nazi’s te ontlopen, maar moest na de Sovjetinvasie van Hongarije onverhoopt vluchten naar het liberale Londen. Daar studeerde hij in 1952 af aan de London School of Economics. Tijdens zijn universitaire loopbaan werd hij erg beïnvloed door de colleges van de filosoof Popper. Zo sloot Soros zich volledig aan bij Poppers strijd tegen de politieke ideologieën en systemen die de open society, een samenleving waarin kritiek leidt tot verbetering, wilden vernietigen. Soros is de stichter van de ‘Open Society Institute’, een instituut waar hij vele miljoenen dollars inpompt en dat overal ter wereld organisaties steunt die opkomen tegen repressie, schendingen van mensenrechten en ‘gesloten systemen’ in het algemeen. Soros steunde via zijn instituut in de nadagen van de USSR onder meer de instituten Solidarność en Charta 77. In het verlengde van deze steun ligt ook zijn bemoeienis met de Oranje en Rozen revolutie in respectievelijk Oekraïne en Georgië. Toen de USSR was gevallen verlegde Soros zijn terrein naar onder meer Oost-Europa en Zuid-Afrika om aldaar democratie te stimuleren. Zo stimuleerde Soros de opbouw van open informatiestromen en kennis door onder meer bibliotheken te bouwen en de Central European University in Boedapest te stichten. Voorts is hij erg betrokken bij de wereldwijde bestrijding van corruptie en armoede, onder meer door te investeren in Transpareny International en Millenium Promise. Soros heeft zich nooit actief bemoeid met de Amerikaanse politiek, het land waar hij zich in 1956 vestigde, tot 2004. In dat jaar steunde Soros openlijk de kandidatuur van John Kerry. Sinds dat jaar is Soros de subsidieverstrekker voor heel wat oppositiepartijen die tegen het Republikeinse beleid in Amerika vechten. Soros zelf heeft altijd zijn forse kritiek geuit op Republikeinse punten als vrije wapenwetgeving en ongelimiteerde subsidie voor politieke partijen, waarbij Soros in feite tegen zichzelf spreekt als grote geldschieter. In de VS is Soros vaak een mikpunt van laster, vooral uit Republikeinse hoek. Zo suggereerde het Republikeinse kopstuk Dennis Hastert onder meer dat een deel van Soros` kapitaal uit de drugshandel afkomstig zou zijn. Driemaster verkiest George Soros tot een van de vijf liberalen die dit blad uitroept vanwege zijn onvermoeibare inzet voor mensenrechten en voor zijn filantropische activiteiten in het algemeen.
13 OKTOBER Golftoernooi JOVD Open 2007 Meer informatie www.jovddenbosch.nl/jovdopen2007 20 en 21 oktober Politiek en Filosofisch Weekend te Den Haag Meer informatie www.jovd.nl 17 en 18 november JOVD Najaarscongres te Rotterdam Meer informatie www.jovd.nl/congres Aanmelden activiteiten
[email protected]
D
eadline kopij
De deadline van de volgende Driemaster is 8 oktober 2007 en de editie verschijnt in de week van 5 november 2007. Kopij kan als platte tekst aangeleverd worden op e-mailadres
[email protected]. Beeldmateriaal kan als JPEG-bestand ingezonden worden.
H
B-besluiten
Via
[email protected] kun je je inschrijven voor de JOVD-nieuwsbrief en ontvang je tevens de Hoofdbestuursbesluiten.
O
nze Liberaal
Eerder verkoos Driemaster Shami Chakrabarti, Viktor Joesjenko en Jacob Kohnstamm in het kader van Onze Liberaal. Een compleet overzicht is te vinden op www.driemaster.com/onze-liberaal NUMMER 4 - SEPTEMBER 2007 DRIEMASTER | 27
Eén van de hoogtepunten in het liberale jaar van de JOVD is het Augustus Offensief. In de zomerse maanden augustus en september trekken vele jonge liberalen het land in om nieuwe leden te werven. Vanzelfsprekend wordt daarbij gretig gebruik gemaakt van de vele introductieperiodes in de studentensteden. Op de foto zijn onder andere de Utrechtse afdelingsbestuurders Mark Thiessen (voorzitter, midden) en Annelien Zur Lage (vicevoorzitter Organisatie, rechts) te zien.
UIT HET L A ND : UTRECHTS A U G USTUS O F F ENSIE F