Uw kind naar CSG Beilen

Uw kind naar CSG Beilen 6 1 0 2 / 5 1 20

CS Vincent van Gogh locatie CSG Beilen vmbo (inclusief leerwegondersteunend onderwijs), havo & vwo (onderbouw) Bezoekadres De Omloop 4 9411 KA BEILEN [email protected] www.csvincentvangogh.nl Correspondentieadres Postbus 226 9400 AE ASSEN Administratie Salland 4 9405 GM ASSEN 0592-390290 [email protected] ABN/AMRO-rekening: NL58ABNA045.62.85.091 ING-rekening: NL33INGB065.47.11.402 Directie & teamleiders D.K. Everts directeur J.K. Beuker teamleider bovenbouw vmbo R.R. Beute teamleider onderbouw vmbo H.H. Veenema-Veldsink teamleider vwo/havo Colofon Inhoud Team locatie CSG Beilen Redactie Vera Duiker Fotografie Lous Doornkamp Vormgeving bureauDRP

3

4 Welkom 5 Een bijzondere school 6 Visie en missie 7 Kwaliteit

17 Leerlingbegeleiding





17 Begeleiding



17 Mentor



17 Mentorles

7 Examenresultaten



17 Zorgadviesteam



7 Schoolprestaties



18 Speciale begeleiding



7 Enquêtes: ouders en leerlingen



18 Leerproblemen



18 Dyslexie

8 Onderwijs



18 Kurzweil



8 Begeleiding



18 Dyscalculie



9 Onderbouw



18 Training omgaan met faalangst



9 Bovenbouw



18 Training sociale vaardigheden



10 Leerwegondersteunend onderwijs



19 Reboundvoorziening



10 Leerwegen



19 Leerlingvolgsysteem



11 Talenten



19 Vertrouwenspersonen



11 Onderwijs op Maat (O2M-uren)



19 Schoolmaatschappelijk werker



11 Studie-uren



19 Centrum Jeugd & Gezin Midden Drenthe



11 Verrijkingsmodules



12 ICT in het onderwijs

20 Op school



12 Maatschappelijk ondernemend onderwijs



20 Leefklimaat



12 Lichamelijke opvoeding 2 (LO2)



20 Leerlingenraad



12 De omgeving



12 Plusklas hoog- en meerbegaafde leerlingen

21 Activiteiten



13 Van basisschool naar CSG Beilen



21 Excursies en werkweken



13 Plaatsing



21 Maatschappelijke stage



21 Jeugddebat

14 Dagelijkse onderwijspraktijk



21 Schoolband



14 Klassen



21 Projecten en schoolfeest



15 Vakken



22 School & Sport



15 Lessen



15 Lesrooster

23 Ouders en school



15 Huiswerk



23 In contact met u



15 Proefwerken



23 Huisbezoek



15 Beoordelingen



23 Activiteiten voor ouders



16 Rapporten



23 Meehelpen



16 Doorstroming



23 Meedenken



16 Advies



24 Meebeslissen



16 Doubleren



24 Ziekte en schoolverzuim



24 Te laat komen en spijbelen



24 Vrijwillige ouderbijdragen



24 Verzekering



25 Studieboeken



25 Klachtenprocedure

4

Welkom! Voor u ligt de informatiegids van CSG Beilen, locatie van CS Vincent van Gogh. U leest hierin over onze school, het onderwijs dat wij geven en hoe wij dat doen. CS Vincent van Gogh is een brede scholengemeenschap voor christelijk voortgezet onderwijs waar persoonlijk onderwijs aan elke leerling wordt gegeven. Wij hebben veel aandacht voor de veiligheid van elke leerling, zodat iedereen zich op school prettig voelt en zich optimaal kan ontwikkelen. Wij zijn trots op onze locatie CSG Beilen en wij vertellen u graag tijdens de open dag alles over onze school. Mocht u na de open dag of na het lezen van deze gids nog vragen of opmerkingen hebben, dan kunt contact met ons opnemen en een afspraak maken. Graag tot ziens! Namens CS Vincent van Gogh Locatie CSG Beilen, D.K. Everts - Directeur

5

Een bijzondere school CS Vincent van Gogh is een brede christelijke scholengemeenschap, waarvan locatie CSG Beilen één van de drie locaties is. Van onze personeelsleden vragen we een actieve bijdrage aan de christelijke identiteit van de school. Ze geven hun lessen vanuit een mensbeeld en een visie die gebaseerd zijn op de Bijbel. We gaan uit van de volgende, op de Bijbel gebaseerde, waarden:  Ieder mens is uniek: je mag zijn wie je bent. Elke leerling is in tel!  Betrokkenheid:

leerlingen, ouders en personeel denken mee, doen mee en beslissen mee.  Solidariteit en respect voor de medemens: we houden rekening met elkaar. We waarderen elkaar.  Naastenliefde: je bent verantwoordelijk voor jezelf en voor de ander.  Vrede en gerechtigheid: we handelen rechtvaardig. We pesten elkaar niet.  Zorg voor de schepping: ieder mens heeft de opdracht verantwoord en bewust om te gaan met alles wat leeft.  Vertrouwen: vertrouwen in de toekomst en in de mogelijkheden van elk kind.

Onze identiteit komt duidelijk naar voren in de manier waarop we met elkaar omgaan. We dragen onze identiteit uit in projecten waarin de medemens centraal staat. Bij het vak godsdienst komt de identiteit specifiek naar voren en ook bij de dagopeningen en de vieringen rond Kerst en Pasen. Voor het volgen van het vak godsdienst is geen voorkennis nodig en wij stellen geen eisen aan leerlingen wat betreft de levensovertuiging. We willen wel dat onze leerlingen actief meedoen aan de hierboven beschreven schoolactiviteiten en dat de keuze van ouders voor onze school een bewuste keuze is.

6

Visie en missie Onze visie is geïnspireerd op de mensvisie vanuit onze christelijke identiteit. De visie gaat verder dan ‘het kind centraal’ en geeft antwoord op hoge verwachtingen van de ontwikkeling van het individu; elke leerling is uniek! Het is onze opdracht om leerlingen zich te laten ontplooien in relatie tot de ander, in ontmoeting en verbondenheid, met talenten en beperkingen. Wij begeleiden onze leerlingen waar dat nodig is en dagen hen uit waar dat mogelijk is.

Onze missie leren leren, leren leven! wordt in de dagelijkse praktijk vormgegeven door:  te streven naar goede leerresultaten voor al onze leerlingen met zorg waar nodig en uitdaging waar mogelijk;  een hoge kwaliteit van leerlingbegeleiding en leerlingzorg;  afstemming van het onderwijs op individueel niveau, tempo en leerstijl van de leerling;  leerlingen zelfstandig te laten leren en werken als goede voorbereiding op het vervolgonderwijs;  leerlingen bewust te maken van hun rol in de samenleving door ze verantwoordelijkheid en medezeggenschap te geven;  een veilig schoolklimaat te bieden waar leerlingen, personeelsleden en ouders zich prettig en welkom voelen en waarbij sprake is van positieve sociale binding;  een breed onderwijsaanbod mogelijk te maken waarbij gewerkt wordt met doorgaande leerlijnen en buitenschools leren;  samen te werken met externe organisaties zodat onze school wordt verankerd in de maatschappij;  een aanbod van culturele en buitenschoolse activiteiten waarbij talenten verder ontwikkeld kunnen worden. .

7

Kwaliteit De locatie CSG Beilen staat goed bekend vanwege het pedagogische en persoonlijke schoolklimaat: elke leerling is in tel! Onze sterke punten:  Doorgaande leerlijn van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs.  Kleine klassen: gemiddeld 22-24 leerlingen.  Goede begeleiding van leerlingen en specifiek van leerlingen met dyslexie.  Uitstekend schoolklimaat.  Goede examenresultaten; in de afgelopen jaren vaak een slagingspercentage van 100%.  Lichamelijke opvoeding 2 (LO2) als examenvak in de bovenbouw van het vmbo.  Culturele Kunstzinnige Vorming: niet alleen in leerjaar drie en vier maar ook in de onderbouw.  Veel aandacht voor sport en bewegen. Samen met verschillende sportverenigingen hebben we School & Sport opgezet waardoor leerlingen direct na schooltijd kunnen sporten.  Goede contacten tussen school en ouders, onder andere in het ouderpanel. Hier kunnen ouders meepraten, meedenken en meebeleven.  Ook leerlingen praten en denken mee over schoolzaken.  Elke leerling is in tel! De leerling die dat aankan wordt uitgedaagd en de leerling die dat nodig heeft krijgt extra begeleiding! Examenresultaten De examenresultaten van de leerlingen van CSG Beilen zijn goed. Bijna alle leerlingen slagen voor hun diploma. Vergelijkingen met landelijke cijfers tonen aan dat de examenresultaten van CSG Beilen tot de betere in Nederland

behoren. Leerlingen die na leerjaar twee de theoretische leerweg volgen, behalen op CSG Beilen hun diploma. Datzelfde geldt ook voor de beroepsgerichte afdeling Zorg & Welzijn van het vmbo. Hierin werken leerlingen nu al met het vernieuwde examenprogramma. CSG Beilen loopt hiermee voor op landelijke ontwikkelingen. Veel leerlingen sluiten deze opleiding af op een niveau, dat hen betere kansen geeft op een vervolgopleiding op een Regionaal Opleidingencentrum (ROC). Schoolprestaties Op de opbrengstenkaart van CSG Beilen, samengesteld door de onderwijsinspectie (zie ook onze website, onder de knop Over CS Vincent van Gogh/kwaliteit), worden de schoolprestaties gemeten aan de hand van het rendement van de onderbouw, het onvertraagd doorstromen naar leerjaar drie, het onvertraagd halen van een diploma, het verschil tussen het schoolexamencijfer en het centraal schriftelijk examencijfer en het gemiddelde eindexamencijfer. Op alle onderdelen scoort CSG Beilen boven of op het landelijk gemiddelde. CSG Beilen heeft het vertrouwen van de inspectie van het onderwijs. Leerlingen die met een positief advies zijn doorverwezen naar vervolgonderwijs (vwo, havo of vmbo) behalen goede resultaten. Enquêtes: ouders en leerlingen Wij vragen de ouders en leerlingen naar de kwaliteit van onze school door middel van enquêtes. De uitkomsten geven aan dat ouders en leerlingen van CSG Beilen erg tevreden over de school, het onderwijs, de begeleiding, de organisatie en de samenwerking met ouders.

8

Onderwijs De samenleving verandert razendsnel. Ouders en kinderen veranderen mee en hebben wensen ten aanzien van het onderwijs. De één wil meer aandacht voor kennis, de ander vindt aandacht voor specialismen zoals cultuur, sport of de ontwikkeling van normen en waarden erg belangrijk. We verbinden de wens van leerlingen en ouders met onze kennis en expertise. Naast kennisoverdracht biedt de school de leerlingen begeleiding op weg naar maatschappelijke participatie. Door zelf ervaringen op te doen kunnen leerlingen zichzelf beter ontwikkelen. Wij bieden aan elke leerling een veilige, krachtige leeromgeving met een doorlopende leerlijn van basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs en vervolgens naar een vervolgstudie. Wij bieden onderwijs:  dat aansluit bij de individuele mogelijkheden en interesses van de leerlingen;  dat een maximale ontwikkeling van de leerlingen bewerkstelligt;  waar aandacht is voor de talenten van de leerlingen;  waar (basis)kennis belangrijk is;  waarin leerlingen die dat aankunnen extra worden uitgedaagd;  waar extra hulp aan een leerling die dat nodig heeft, wordt geboden;  waar weinig lessen uitvallen;  waar naast de reguliere lessen ook buitenschoolse activiteiten worden aangeboden;  dat midden in de samenleving staat.

Begeleiding We verbinden onze pijlers: kwalitatief goed onderwijs, elke leerling is in tel, begeleiding en uitdaging met elkaar. Dit gebeurt in de lessen en ook daarbuiten. Als elke leerling in tel is, houden we rekening met de interesse en de mogelijkheden van elke leerling. We dagen elke leerling uit net iets verder te gaan dan wat hij al beheerst. Voor een leerling in het vmbo-basisberoepsgericht (bb) is dat bijvoorbeeld het volgen van lesstof op het niveau van vmbo-kaderberoepsgericht (kb) of praktisch verwerken van een bepaald onderwerp. Voor een vwo-leerling kan dat bijvoorbeeld zijn de verdieping in een bepaald onderwerp door onderzoek te doen. Soms heeft een leerling bij zijn verdere ontwikkeling begeleiding nodig. Andere leerlingen gaan zelfstandig of samen met medeleerlingen de uitdaging aan. Leerlingen op vwo-niveau krijgen wekelijks verrijkingsmodules aangeboden. Deze verrijkingsmodules zijn een succes. De motivatie van de meeste vwo-leerlingen neemt toe. Wij bieden begeleiding waar nodig en uitdaging waar mogelijk!

9

Onderbouw In de onderbouw (leerjaren 1 en 2) bieden we kansen aan alle leerlingen. Leerlingen krijgen vanuit het basisonderwijs een advies voor niveauplaatsing (vmbo-bb, kb of tl, havo of vwo). Soms is het aan het eind van de basisschool niet duidelijk welk niveau bij een leerling past. Deze leerling krijgt een dubbel advies. Daarom hebben wij naast klassen op één niveau (bijvoorbeeld vwo), ook dakpanklassen. Op die manier heeft de leerling de eerste twee leerjaren de tijd om die leerweg (vmbo, havo of vwo) te kiezen, die het beste bij hem past. De leerlingen krijgen onderwijs op het hoogste niveau en er wordt getoetst op twee niveaus. Leerlingen krijgen daarmee een kans om te groeien. Er zijn ook leerlingen die zich anders ontwikkelen en waarvoor de plaatsing aan het begin van leerjaar één niet aansluit bij de ontwikkeling van de leerling. Het risico is aanwezig dat deze leerling dan onderpresteert of dat een leerling op een te hoog niveau het onderwijs volgt. Voor deze leerlingen zijn er overstapmogelijkheden tussen de verschillende leerwegen. Wij besteden veel aandacht aan het advies aan elke leerling bij het kiezen van de juiste leerweg. De mentor en de decaan spelen hierin een belangrijke rol. Aan het eind van leerjaar twee kiezen alle leerlingen een leerweg.

Bovenbouw In de bovenbouw (vanaf leerjaar 3) hebben leerlingen de leerweg gekozen die het best bij hen past. In de kader- en basisberoepsgerichte leerwegen hebben de leerlingen ook al voor een sector gekozen. CSG Beilen biedt de sector Zorg & Welzijn aan. In deze sector is Zorg & Welzijn het beroepsgerichte vak. Leerlingen volgen dit vak twaalf uur per week. Daarnaast kunnen leerlingen verschillende keuzemodules volgen. In leerjaar drie van de theoretische leerweg volgen de leerlingen nog bijna alle vakken. Hiermee blijven zoveel mogelijk opties voor het vervolgonderwijs open. In leerjaar vier kiezen de leerlingen een sector en een bijbehorend vakkenpakket. Bijna alle leerlingen van het vmbo volgen in het examenjaar een extra vak. Hierdoor worden de slaagkansen en de doorstroommogelijkheden naar het vervolgonderwijs vergroot. Als leerlingen dat aankunnen sluiten ze één of meer vakken af op een hoger niveau.

10

Leerwegondersteunend onderwijs (lwoo) Wij bieden succesvol onderwijs aan elke leerling van groep acht van de basisschool. Leerlingen zijn verschillend. Hoe kunnen we goed omgaan met deze verschillen, zodat elke leerling kan uitblinken? Leerlingen voor vmbo met leerwegondersteuning of passend onderwijs krijgen extra begeleiding. Het lwoo is bedoeld voor leerlingen die met extra ondersteuning minimaal de basisberoepsgerichte leerweg van het vmbo met een diploma kunnen afsluiten. De begeleiding van deze leerlingen is intensief. Deze leerlingen krijgen les in kleine groepen. Door de extra begeleiding kunnen deze leerlingen uitblinken. Leerlingen die voor lwoo in aanmerking komen, worden getest door de Centrale Commissie Leerlingenzorg en geïndiceerd door de Regionale Verwijzingscommissie. Meer informatie over lwoo is te lezen in een aparte brochure. Deze is te vinden op onze website of op school verkrijgbaar. Leerwegen In de onderbouw, de leerjaren één en twee, worden de leerlingen geplaatst in een groep die past bij het door de basisschool geadviseerde niveau. Hierbij worden de volgende niveaugroepen onderscheiden:  vmbo, kader en basisberoepsgerichte leerweg (met leerwegondersteunend onderwijs (lwoo));  vmbo, theoretische leerweg (met lwoo);  havo;  vwo.

Afhankelijk van het advies van de basisschool wordt er in overleg met de leerling en zijn ouders op één of twee niveaus getoetst. Aan het eind van leerjaar twee kiezen alle leerlingen voor een leerweg die het best bij hen past. Op locatie CSG Beilen wordt les gegeven op alle niveaus: vmbo (met lwoo), havo en vwo. Van deze onderwijssoorten kan op CSG Beilen examen worden gedaan in het vmbo in de theoretische leerweg of de beroepsgerichte leerweg in de afdeling Zorg & Welzijn. Leerlingen die naar een andere beroepsgerichte leerweg of naar het vwo willen, verlaten CSG Beilen na twee jaar. Leerlingen die naar de havo willen, kunnen de eerste drie jaar onderwijs op CSG Beilen volgen. De leerlingen die voor het gymnasium kiezen, maken na het eerste leerjaar de overstap. De meeste leerlingen die vanaf CSG Beilen de overstap maken, zetten hun studie voort op de locatie Salland of de locatie Lariks in Assen. Met de locatie Lariks voor havo & vwo, werkt CSG Beilen vakinhoudelijk samen. Dat houdt in dat voor de meeste vakken in de eerste leerjaren dezelfde methoden worden gebruikt. Verder vindt er regelmatig overleg plaats tussen de docenten van beide scholen over de te behandelen lesstof, proefwerken en de resultaten van de leerlingen.

11

Talenten CSG Beilen biedt leerlingen vele mogelijkheden om hun talenten verder te ontwikkelen. Zo zijn leerlingen actief in:  het sporten bij sportverenigingen: School & Sport;  het maken van foto’s en films van activiteiten op school;  de leerlingenraad;  het organiseren van sportdagen;  het organiseren van acties voor goede doelen;  het aangaan van de dialoog met organisaties in de omgeving van de school, zoals met het deelnemen ‘aan de dag van de dialoog’;  het in de schijnwerpers zetten van aanwezige talenten tijdens een talentenavond;  ‘Leren? Moet je doen!’ Leerlingen van de afdeling verzorging van het vmbo gebruiken hun talenten in verschillende instellingen in de omgeving van de school;  het deelnemen aan het Drentse en landelijke jeugddebat. Onderwijs op Maat (O2M-uren) Alle leerlingen in de onderbouw krijgen onderwijstijd voor verrijkingsmodules, leren leren of voor huiswerk (studie-uren). Tot de herfstvakantie ligt voor alle leerlingen in het eerste leerjaar de nadruk op het maken van een persoonlijke studieplanning en het leren leren: Hoe leer ik Engelse woordjes? Hoe maak ik de opdrachten van wiskunde?

Studie-uren Leerlingen die onderwijs op havo-niveau volgen hebben dagelijks extra onderwijstijd. Leerlingen die onderwijs op vmbo-niveau volgen hebben dagelijks studie-uren. Deze leerlingen maken een start met het maken en leren van huiswerk. Wij zijn geen huiswerkvrije school, omdat niet al het huiswerk op school wordt gemaakt en geleerd. Op school beginnen de leerlingen aan hun huiswerk, thuis maken ze het af. Verrijkingsmodules Ook op cognitief gebied dagen wij leerlingen uit. Leerlingen die vwo doen, krijgen wekelijks twee uur verrijkingsmodules aangeboden; bijvoorbeeld een module over mythen of het heelal. De inhoud van de modules is vakoverstijgend. Deze verrijkingsmodules gaan over thema’s die niet in de reguliere lessen aan de orde komen. Er wordt een groot beroep op kennis, inzicht en vaardigheden gedaan. De leerlingen komen in aanraking met verschillende interesse- en kennisgebieden. Ze krijgen een breed aanbod, waardoor ze zich breed ontwikkelen. De leerlingen op vwo-niveau volgen ook allemaal een module Chinees. In vwo-3 kunnen ze er voor kiezen om naast de reguliere talen ook Chinees te volgen.

12

ICT in het onderwijs Leren kan aantrekkelijk en efficiënt verlopen en bij de belevingswereld van onze leerlingen aansluiten door het gebruik van nieuwe Informatie en Communicatie Technologieën (ICT). We maken gebruik van verschillende soorten hardware, zoals pc’s, tablets, Chromebooks, smartphones, en software, zoals Magister, elektronische leeromgeving (elo), Kurzweil en diverse webtools en applicaties. Wij bieden de ruimte en ondersteuning aan leerlingen om deze hulpmiddelen goed te kunnen gebruiken. Het is ook onze taak om de leerlingen goed voor te bereiden op een leven in een snel veranderende (informatie-) maatschappij. Maatschappelijk ondernemend onderwijs Het maatschappelijk ondernemend onderwijs is bedoeld voor ondernemende leerlingen met een initiatiefrijke en creatieve handelsgeest. Leerlingen leren door te ondernemen. Leerlingen komen zoveel mogelijk in aanraking met situaties die verband houden met het ondernemerschap. Lichamelijke opvoeding 2 (LO2) Leerlingen kunnen lichamelijke opvoeding, LO2, als examenvak kiezen. Met LO2 wordt een goede basis gelegd om in de toekomst verder te gaan in de sport. Leerlingen die LO2 volgen, ontwikkelen vaardigheden die voor elke vervolgstudie belangrijk zijn. De omgeving Verbinden met de omgeving gebeurt met de maatschappelijke stage, het leerwerktraject ‘Leren? Moet je doen’, vakexcursies en met veldwerk. Onze school staat volop in de samenleving en werkt samen met partijen uit de samenleving,

zoals gemeente, verzorgingsinstellingen, bedrijven, sportverenigingen, culturele instellingen, ouders en centrum jeugd en gezin. Hierdoor kunnen de leerlingen zich maximaal ontwikkelen. De leerlingen van de basis- en kaderberoepsgerichte leerweg in leerjaar 3 volgen een aantal uren van het vak verzorging in praktijksituaties; leren? Moet je doen! Zij werken en leren één ochtend per week in een aantal instellingen en bedrijven in Beilen. Leerlingen leren binnen en buiten de school. De leerstof kan daardoor direct worden toegepast in realistische situaties. Verder krijgen de leerlingen door deze opdrachten een beter beeld van de mogelijke, toekomstige werkomgeving. Zo leggen we de verbinding tussen onze school en de omgeving! Plusklas hoog- en meerbegaafde leerlingen De plusklas in Beilen is een samenwerkingsproject van CBS De Eshorst, CBS Prinses Beatrix en CSG Beilen. Vanaf 1 februari 2011 volgen hoogen meerbegaafde leerlingen uit groep zes, zeven en acht van de basisscholen en de leerjaren één en twee van CSG Beilen één middag in de week onderwijs in de plusklas.

Elke leerling krijgt de kans om het beste uit zichzelf te halen!

13

Van basisschool naar CSG Beilen Om de leerlingen van de basisschool aan de nieuwe school te laten wennen, is samenwerking met het basisonderwijs erg belangrijk. Het basisonderwijs en CSG Beilen verdiepen zich gezamenlijk in onderwijskundige thema’s. Leerlingen van groep acht van de basisscholen bezoeken in het najaar en in het voorjaar CSG Beilen en krijgen daar van vakdocenten les. Voorafgaand aan het nieuwe schooljaar worden de nieuwe brugklassers vóór de zomervakantie een middag op CSG Beilen uitgenodigd voor een nadere kennismaking. Zij krijgen enkele lessen en ontdekken het schoolgebouw. Zo ontstaat er een natuurlijke overgang van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs. In de eerste schoolweek voor de brugklassers zijn er introductiedagen met een aantal spelmomenten en een survivaltocht. In deze eerste schoolweek leren de leerlingen hun nieuwe klasgenoten kennen. Ook krijgen de leerlingen het brugklasboekje, met daarin tips en trucs om snel te wennen aan het voortgezet onderwijs. De inhoud van het boekje wordt klassikaal besproken. De meeste leerkrachten van groep acht van de basisschool hebben in het eerste jaar twee keer overleg met de mentor van de nieuwe brugklassers. Samen praten ze over hoe het in de brugklas gaat en hoe het op de basisschool ging.

Plaatsing De plaatsingscommissie van CSG Beilen overlegt met de leerkracht van groep acht over de plaatsing van de toekomstige leerlingen. Ze bespreken samen welke vorm van onderwijs, de beroepsgerichte leerweg, de theoretische leerweg of onderwijs op havo- of vwo-niveau het beste bij de leerling past. Daarna worden ouders over de plaatsing geïnformeerd en kan hier op verzoek overleg over plaatsvinden. Het onderwijskundig rapport is een goed hulpmiddel bij de toelating op onze school, omdat daarin veel informatie over de leerling wordt gegeven, zoals leerhouding, didactische gegevens en eventuele bijzonderheden. Bij de plaatsing van de leerling is het van belang te weten dat onze plaatsingscommissie kijkt naar de volgende zaken:  gegevens uit het leerlingvolgsysteem van de basisschool (plaatsingswijzer);  de adviezen van de leerkrachten op de basisschool;  extra toetsen die mogelijk zijn afgenomen. Op grond van deze gegevens wordt de leerling door de plaatsingscommissie in één van de brugklassen geplaatst. Bij de indeling van de brugklassen houden we zoveel mogelijk rekening met de wens van de leerling. Ouders ontvangen een brief over de plaatsing van hun kind.

14

Dagelijkse onderwijspraktijk Klassen De gemiddelde klassengrootte op CSG Beilen is 22-24 leerlingen. In vmbo-klassen met (veel) lwoo-leerlingen zitten gemiddeld 14-16 leerlingen.

15

Vakken In de onderbouw worden op CSG Beilen de volgende vakken gegeven: Nederlands, Engels, Duits, Frans*, aardrijkskunde, geschiedenis, wiskunde, rekenen, mens en natuur, science**, muziek, tekenen, handvaardigheid, lichamelijke opvoeding en techniek. Daarnaast besteedt CSG Beilen aandacht aan mentorles, godsdienst en het gebruik van ICT in het onderwijs. In leerjaar twee komen bij deze vakken nog: economie en natuur- en scheikunde. * Frans wordt alleen op havo/vmbo-tl, havo- en vwo-niveau gegeven. ** Science is een vak, waarbij een combinatie en integratie van denken en doen plaatsvindt. Het is een combinatie van de vakken natuurkunde, scheikunde en techniek. Lessen Bij het lesgeven wordt steeds meer de nadruk gelegd op het zelfstandig leren. Dit neemt vanaf leerjaar één tot en met leerjaar vier toe. De docent krijgt in het onderwijs steeds meer een begeleidende rol. In de lessen worden verschillende werkvormen gebruikt. Binnen de verschillende vakken en leergebieden wordt aan vakoverstijgende activiteiten gedaan. Ook leren in levensechte situaties buiten school wordt mogelijk gemaakt. Lesrooster De lesroosters voor de klassen in de onderbouw hebben geen tussenuren. Wanneer een les uitvalt, doordat de docent ziek is of een studiedag heeft, hebben de leerlingen geen tussenuur. Een andere docent valt in of het lesrooster wordt zo gewijzigd, dat leerlingen later op school komen of eerder naar huis kunnen gaan. Het percentage lesuitval is laag. Daardoor voldoen wij ruim aan de verplichte onderwijstijd. De lestijden van alle onderbouwklassen en van bijna alle bovenbouwklassen eindigen op hetzelfde moment, zodat de leerlingen de mogelijkheid hebben gezamenlijk naar huis te fietsen.

Leerlingen kunnen in de school verblijven tussen 07.45 en 16.30 uur (vrijdags tot 16.00 uur). Er is toezicht, in die zin dat personeelsleden altijd in de buurt zijn en vlot te bereiken zijn. Leerlingen kunnen na schooltijd zelfstandig op school huiswerk maken. Huiswerk Huiswerk is een belangrijk onderdeel van het schoolleven. Huiswerk maken/leren is voor goede schoolprestaties noodzakelijk. In de vaklessen, de mentorlessen en tijdens de Onderwijs op Maat-uren krijgen de leerlingen begeleiding in het maken en het leren van huiswerk. Ouders kunnen hun kind bij het maken en het leren van huiswerk helpen door het te stimuleren, belangstelling te tonen en af en toe eens te overhoren. Voor sommige kinderen is deze belangstelling zelfs gewenst. Het kan voorkomen, dat in overleg met ouders en leerling afspraken worden gemaakt voor het maken van huiswerk op school. Proefwerken Per dag mag maximaal één proefwerk worden gemaakt. De proefwerken worden vermeld in de Elektronische leeromgeving (ELO). Bij sommige vakken worden gestandaardiseerde proefwerken niet teruggegeven. Deze proefwerken liggen op school ter inzage. Beoordelingen De meeste beoordelingen worden in een cijfer uitgedrukt. De beoordelingen voor de verrijkingsopdrachten worden in een portfolio weergegeven. Cijfers van schriftelijke overhoringen tellen voor de berekening van een rapportcijfer één keer mee, terwijl proefwerkcijfers twee of drie keer tellen. De wijze van beoordeling en de weging van cijfers in de leerjaren drie en vier van het vmbo is vastgelegd in het PTA: programma van toetsing en afsluiting. De wijze van beoordeling en de weging van cijfers in havo-leerjaar drie is vastgelegd in het PTB: programma van toetsing en beoordeling.

16

Rapporten Drie keer per jaar krijgen de leerlingen een rapport. Het derde rapport is het eindrapport. CSG Beilen werkt met een voortschrijdend gemiddelde: het cijfer op het eindrapport is het gemiddelde cijfer van alle in het jaar behaalde resultaten. Het kan voorkomen dat een leerling voor een bepaald niveau geen bevordering krijgt. Dat houdt in dat de leerling voor dat niveau ‘blijft zitten’. In de meeste gevallen is een ‘overstap’ naar een lager niveau mogelijk. Een overzicht met de overgangsnormen is te vinden op de website van de school. Ouders kunnen voor alle vakken de behaalde cijfers van hun kind op elk moment met een eigen toegangscode inzien via internet.

Advies In het tweede leerjaar wordt nadrukkelijk gesproken over de vervolgopleiding: wordt het atheneum of havo, wordt het havo of de theoretische leerweg of wordt het de beroepsgerichte leerweg van het vmbo? En als het de beroeps­gerichte leerweg wordt, welke afdeling dan? Bij dit keuzeproces wordt in het vmbo gebruik gemaakt van een Talentenmap. De decaan heeft hierbij een adviserende en ondersteunende taak. In het derde en vierde leerjaar van het vmbo houdt de decaan zich bezig met de keuze van de vervolgopleiding. De bevordering op grond van cijfers is bepalend voor de vervolgstudie. De decaan verzorgt ook de aanmelding voor het vervolgonderwijs.

Doorstroming CSG Beilen legt in het onderwijs veel nadruk op een goede voorbereiding van doorstroming vanuit de onderbouw naar de bovenbouw van vmbo, havo of vwo.

Doubleren Zittenblijven komt in de eerste twee leerjaren van CSG Beilen nauwelijks voor. Aan het einde van het tweede leerjaar komt het wel eens voor dat leerlingen er voor kiezen het tweede leerjaar over te doen om te proberen naar een ‘hogere vorm’ van onderwijs te kunnen doorstromen.

Elke leerling is in tel! Binnen CSG Beilen besteden we aandacht aan het welbevinden van leerlingen, omdat dat als een voorwaarde wordt gezien voor goede schoolprestaties. Sommige leerlingen hebben extra begeleiding nodig. Deze wordt gegeven door de vakdocent, de mentor of een interne specialist. Extra begaafde leerlingen krijgen verrijkingsmodules aangeboden. Wekelijks krijgen deze leerlingen verrijkingsuren, waarin ze uitdagende opdrachten krijgen die aansluiten bij hun mogelijkheden.

17

Leerlingbegeleiding Wij kennen elke leerling. Wij investeren in de relatie met de leerling. Elke leerling is in tel! De leerlingbegeleiding bestaat uit basisbegeleiding en speciale begeleiding. Basisbegeleiding is bedoeld voor alle leerlingen. Het is die begeleiding die nodig is om een krachtige en veilige leeromgeving te bieden met een doorlopende leerlijn voor elke leerling. Leerlingen die op grond van een bepaalde problematiek behoefte hebben aan extra ondersteuning krijgen speciale begeleiding. Begeleiding Voor de begeleiding van leerlingen zijn H.H. Veenema-Veldsink, H.F. Hoving en G.J. SeubringMulder verantwoordelijk. Samen met de mentoren zorgen zij voor het welbevinden van de leerlingen. In april/mei bezoeken zij, of een lid van de plaatsingscommissie, de basisscholen om met de leerkracht van groep acht te spreken over het niveau en eventuele bijzonderheden van de aangemelde leerlingen. Mentor Elke leerling heeft een mentor. De mentor begeleidt de leerling. Er wordt gelet op leerprestaties en het welbevinden van de leerling. Minimaal één keer vóór elk rapport houdt de mentor een gesprekje met de leerling. Ook voert hij met de gehele klas gesprekken. De mentor onderhoudt vanuit school contact met de ouders en is voor de ouders het eerste aanspreekpunt van de school. Op spreekavonden ontvangt de mentor de ouders om over de leerresultaten, het gedrag en het welbevinden van de leerling te praten. Verder organiseren de mentoren van een leerjaar een ouderavond, een klassenactiviteit en/of excursies. De mentor van een brugklas heeft ook minimaal twee keer contact met de meeste groepsleerkrachten van het basisonderwijs wat betreft de overdracht van leerlinggegevens en de resultaten van de leerlingen in het eerste leerjaar. Dit noemen wij ‘schoolplein’.

Mentorles Tijdens de mentorlessen in het eerste leerjaar besteden we veel aandacht aan het zich thuis voelen binnen de groep. Verder leren de leerlingen hoe ze moeten studeren (studievaardigheden). In de mentorles in het tweede en derde leerjaar staat de keuzebegeleiding centraal. Ook ouders worden uitgebreid voorgelicht over vervolgonderwijs en profielen. Zorgadviesteam (ZAT) CSG Beilen heeft een zorgadviesteam waarin leerlingen met specifieke leer- en/of gedragsproblemen worden besproken en voor wie een handelingsplan kan worden opgesteld. In dit zorgadviesteam zitten interne en externe deskundigen. Intern zijn dat de coördinator leerlingenzorg, een mentor en de intern begeleider. Extern zijn dat: een vertegenwoordiger van het Regionaal Expertisecentrum Noord-Nederland, een jeugdarts, een schoolmaatschappelijk werker, de leerplichtambtenaar en de reboundspecialist.

18

Speciale begeleiding CSG Beilen heeft een brochure ‘leerlingbegeleiding’, waarin nader wordt ingegaan op de hulp die de school kan bieden aan leerlingen met specifieke problemen. Leerproblemen Er wordt extra begeleiding gegeven aan leerlingen met leerproblemen. Dat gebeurt zoveel mogelijk binnen de vaklessen, maar kan, indien nodig, ook tijdens de mentorlessen plaatsvinden en/of door de remedial teacher worden gegeven. Ook wordt specifieke aandacht gegeven aan leerlingen, die slechthorend zijn of leerlingen met bijvoorbeeld AD(H)D of PDD-NOS. Dyslexie Voor leerlingen met dyslexie worden speciale afspraken gemaakt en zijn er faciliteiten beschikbaar. CSG Beilen heeft een dyslexieprotocol. De interne dyslexiespecialist begeleidt de leerlingen. Leerlingen met dyslexie krijgen een dyslexiekaart waarop de gemaakte afspraken staan vermeld. De leerling speelt zelf een belangrijke rol in de begeleiding. Alle docenten zijn op de hoogte van deze afspraken die met de leerlingen zijn gemaakt. Tijdens de lessen houden zij daarmee rekening. Op school worden contactavonden voor belangstellende ouders georganiseerd en er is een oudercontactpunt. Op de website van de school staat alle informatie over het dyslexiebeleid van de school.

Kurzweil Voor leerlingen met dyslexie wordt in veel gevallen het programma Kurzweil 3000 gebruikt. Het is een ICT-hulpmiddel (tekst naar spraakprogramma) voor kinderen met dyslexie. Het programma ondersteunt de leerlingen bij het lezen, het schrijven en het studeren. Bovendien geeft het leerlingen met dyslexie een grotere zelfstandigheid. Daarnaast kunnen leerlingen van CSG Beilen gebruik maken van de Alpha Smart Neo en/of van de zogenaamde Daisy-speler. Leerlingen met dyslexie mogen examen doen met de hiergenoemde hulpmiddelen. Dyscalculie Leerlingen met dyscalculie hebben te kampen met hardnekkige problemen bij het rekenen of het ruimtelijk inzicht (de automatisering van het getalbegrip). De begeleiding van leerlingen met dyscalculie door een interne deskundige is met name gericht op het omgaan met dyscalculie in de verschillende lessen bij verschillende vakken door de leerling en de vakdocent. Leerlingen met dyscalulie krijgen een kaart waarop de gemaakte afspraken staan vermeld. Training omgaan met faalangst Leerlingen die hinder ondervinden van faalangst kunnen een korte training op school volgen. De training wordt door een interne specialist verzorgd. Training sociale vaardigheden Leerlingen met sociaal-emotionele problemen kunnen een training sociale vaardigheden volgen. Deze training wordt verzorgd door interne specialisten. De training wordt voor ouders en leerlingen met een avond op school afgesloten.

19

Reboundvoorziening Leerlingen die door grensoverschrijdend gedrag en/ of gebrek aan motivatie niet meer te begeleiden zijn binnen de reguliere leerlingenzorg van de school, krijgen een niet-vrijblijvende laatste kans om gedrags- en leervaardigheden aan te leren in een kleine groep. De leerlingen volgen maximaal drie maanden het Reboundprogramma. In deze periode moet duidelijk worden of en hoe de leerling terugkeert in de reguliere groep. De Reboundvoorziening is gevestigd op de locatie Salland in Assen. Leerlingvolgsysteem De ontwikkeling van elke leerling wordt bijgehouden in het leerlingvolgsysteem. Hiervoor wordt een leerlingdossier aangelegd waarin verschillende documenten over de leerlingen worden bewaard, zoals gegevens vanuit het basisonderwijs, gespreksverslagen, testresultaten en rapportoverzichten. Vertrouwenspersonen CSG Beilen heeft de volgende vertrouwenspersonen: H.H. Veenema-Veldsink, A. Zijnge, R.A. Borneman en M. Boven.

Schoolmaatschappelijk werker Op scholen in het voortgezet onderwijs is Schoolmaatschappelijk Werk (SMW) aanwezig. Leerlingen kunnen zonder tussenkomst van ouders/verzorgers een oriënterend gesprek bij het Schoolmaatschappelijk Werk aanvragen. Is er een vervolggesprek nodig, dan zal de schoolmaatschappelijk werkster de ouders/ verzorgers hiervan op de hoogte stellen. Is de leerling zestien jaar of ouder, dan kan hij/zij onafhankelijk van de ouders/verzorgers contact opnemen met SMW. De jeugdarts houdt spreekuur op school. De arts roept soms leerlingen op om hem te bezoeken. Leerlingen kunnen ook zelf een afspraak met de jeugdarts maken. De naam, het adres en telefoonnummer van de jeugdarts staan vermeld in de informatiegids van de school. Centrum voor Jeugd & Gezin Midden-Drenthe Bij het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) kunnen alle inwoners van Midden-Drenthe terecht met vragen over opgroeien en opvoeden, voor advies, voorlichting en ondersteuning: ouders, verzorgers, jongeren van 0-23 jaar, professionals, buren, opa’s en oma’s. Het CJG is er om makkelijk en snel een antwoord te vinden op vragen over opvoeden en opgroeien. Het CJG is een samenwerkingsverband van bestaande organisaties die zich bezighouden met jeugd en opvoeden: Icare, GGD Drenthe, Noordermaat, Stichting Welzijn Midden-Drenthe en Bureau Jeugdzorg Drenthe. De jeugdarts, de jeugdverpleegkundige en het schoolmaatschappelijk werk zijn dus bijvoorbeeld ook onderdeel van het CJG en zij zijn de CJG-contactpersonen voor de school. Kijk voor meer informatie op de website van het CJG: www.cjgmiddendrenthe.nl.

20

Op school CSG Beilen is aan De Omloop gelegen en is op loopafstand van het NS-station. Het gebouw aan De Omloop dateert uit de jaren vijftig van de vorige eeuw. Het gebouw is goed onderhouden en in de afgelopen jaren zijn verschillende delen van het gebouw gemoderniseerd en aangepast aan de wensen van het onderwijs. Door de sterke groei heeft CSG Beilen een tijdelijke locatie in een voormalige basisschool aan de Leliestraat. Dit gebouw is in de zomer van 2012 opgeknapt en wordt als leslocatie voor de hogere leerjaren gebruikt. De lessen voor het eerste leerjaar vinden in het schoolgebouw aan De Omloop plaats. Het leslokaal voor lichamelijke opvoeding ligt naast de school. Tussen dit leslokaal en het schoolplein ligt een zogenaamde all weather-baan. Deze wordt evenals het sportveld gebruikt voor de buitenlessen lichamelijke opvoeding. Vanaf het eerste tot het laatste lesuur ontvangen de leerlingen nagenoeg al hun lessen in de eigen schoolgebouwen of op de buitensportaccommodatie, alle gelegen op één terrein. Voor de lessen lichamelijke opvoeding maken we ook gebruik van de Drenthehal. Leefklimaat CSG Beilen is een school met duidelijke afspraken. Er zijn vanzelfsprekendheden. Deze worden ieder jaar met de leerlingen besproken en zijn zichtbaar in de school opgehangen. Daarnaast is er een leerlingenstatuut: een leerling heeft niet alleen plichten, maar ook rechten. Voor een goede sfeer en een fijn leefklimaat is het in de eerste plaats nodig, dat een ieder bij zijn doen en laten rekening houdt met de ander. Iedereen gedraagt zich zoals hij ook graag wil dat een ander dat doet. In de pauzes verblijven leerlingen buiten of in de leerlingenruimte. Leerlingen komen alleen in de fietsenstalling als zij hun fiets daar stallen of weghalen. Samen met de leerlingen in de leerlingenraad en in de medezeggenschapsraad is afgesproken, dat de leerlingen niet in of rondom de school roken. Schade door leerlingen

aan de materialen van medeleerlingen en aan eigendommen van de school toegebracht, wordt bij de ouders in rekening gebracht. Een schoolklimaat dat veiligheid biedt is een voorwaarde om te kunnen leren, het verhoogt de onderwijsprestaties, voorkomt verzuim en voortijdig schoolverlaten bij leerlingen en ziekteverzuim bij docenten. We besteden veel aandacht aan het schoonhouden van het gebouw en de omgeving. De leerlingenraad is nauw betrokken bij het schoonhouden en inrichten van CSG Beilen. Er wordt veel gedaan om leerlingen zich op school thuis te laten voelen. We kennen elkaar. We spreken elkaar er op aan over hoe we met elkaar omgaan. Onaangepast gedrag of pesten wordt niet geaccepteerd. Bij extreem verbaal of lichamelijk geweld wordt een leerling voor enkele dagen geschorst. Bij verbaal of lichamelijk geweld wordt altijd contact gezocht met de ouders van de dader en het slachtoffer. Gelukkig komt dit nauwelijks voor. Mocht het toch voorkomen, dan is het erg belangrijk dat in een vroeg stadium de leerling, de ouders en de school elkaar inlichten, zodat de mentor dit met de betrokken leerlingen en ouders kan bespreken. Leerlingenraad CSG Beilen is een school van en voor de leerlingen, waarin de leerlingen kunnen meedenken en meepraten, zodat de leerlingen zeggen: ‘Dit is mijn school. Hier voel ik mij prettig!’ CSG Beilen heeft een leerlingenraad, die ongeveer één keer in de vier weken vergadert. Bij de vergaderingen is een docent aanwezig. De vergaderingen vinden onder schooltijd plaats. Bij toerbeurt maakt een leerling een verslag van de vergadering. In de leerlingenraad komen aan de orde:  het organiseren van activiteiten;  de inrichting van de school;  in de pauze verkoop van eten en drinken;  allerlei schoolzaken.

21

Activiteiten Wij stimuleren leerlingen bij het opzetten van buitenschoolse activiteiten. Hierbij wordt de leerlingen de ruimte gegeven bij het organiseren van feesten, acties voor goede doelen, sportwedstrijden en de inrichting van het schoolgebouw en het schoolterrein. Excursies en werkweken CSG Beilen organiseert voor haar leerlingen veel extra activiteiten. In leerjaar 1 zijn de introductiedagen aan het begin van het schooljaar. In alle klassen worden jaarlijks onderwijsinhoudelijke excursies georganiseerd. In het derde leerjaar van het vmbo kunnen leerlingen kiezen uit:  een studiereis naar een stad in het buitenland;  een sportactieve excursie;  een excursie naar Ameland;  een excursie in Nederland. In het derde leerjaar van de havo hebben de leerlingen een tweedaagse excursie. Voor verschillende vakken worden vakexcursies georganiseerd. De opdrachten tijdens deze excursies kunnen een onderdeel van het examenprogramma zijn. Ook gaan leerlingen voor muziek naar een echt orkest, of bezoeken ze het gemeentehuis. Door deze excursies leren leerlingen in contextrijke situaties. Als er voor een excursie kosten worden gemaakt, wordt een kostendekkende bijdrage van ouders gevraagd. Voor vakgebonden excursies geldt dat deze verplicht zijn. Bij het (onverhoopt) niet volgen van een excursie maakt de leerling op school (een) vervangende opdracht(en). Aan het begin van het schooljaar worden de excursies met de bijbehorende kosten bekend gemaakt.

Maatschappelijke stage Een maatschappelijke stage houdt in dat leerlingen gratis iets voor een ander doen. Het doel is om op die manier jongeren kennis te laten maken met allerlei vormen van vrijwilligerswerk, zoals die in de samenleving worden uitgevoerd. De leerlingen in leerjaar 1,2 en 3 lopen een maatschappelijke stage (MaS). CSG Beilen organiseert in het eerste leerjaar een deel van de MaS. De overige uren kunnen de leerlingen in overleg met de school zelf invullen. Veel jongeren doen al allerlei activiteiten die onder de definitie van de maatschappelijke stage vallen: scouting, training geven bij de eigen sportclub, collecteren, clubs, zondagsschool, enz. De school heeft een databank van activiteiten en klussen die kunnen worden uitgevoerd. Jeugddebat Leerlingen doen jaarlijks aan het provinciale jeugddebat in Assen mee. Van deze leerlingen mochten er de afgelopen jaren ook leerlingen aan het landelijke jeugddebat deelnemen: een geweldige ervaring! Schoolband Samen muziek maken is geweldig. Leerlingen kunnen wekelijks samen onder begeleiding van de muziekdocent in een schoolband spelen. Projecten en schoolfeest Gedurende het gehele schooljaar worden enkele projecten georganiseerd. De leerlingen van de onderbouw en de bovenbouw maken kennis met diverse activiteiten op het gebied van kunst en cultuur. Er is ook veel aandacht voor sportactiviteiten zoals school-sportdagen, interscolaire hardloop- en schaatswedstrijden. Minimaal twee keer per jaar wordt voor alle leerlingen een schoolfeest georganiseerd.

22

School & Sport School & Sport is een samenwerkingsverband tussen CSG Beilen en plaatselijke en regionale sportverenigingen. CSG Beilen en de sportverenigingen hebben een alliantie ondertekend waarin zij beide verklaren dat:  sport en bewegen onmisbaar zijn voor de totale ontwikkeling in de opvoeding en het onderwijs van jongeren;  sport bijdraagt aan diverse positieve, fysieke waarden, zoals de ontwikkeling van de fysieke gezondheid, het tegengaan van bewegingsarmoede en, in combinatie met verantwoorde voeding, het tegengaan van overgewicht;  sport bijdraagt aan de sociale gezondheid van individuen en de samenleving door het bijbrengen van waarden en normen, het versterken van integratie en het bevorderen van veiligheid;  sport bijdraagt aan de mentale gezondheid van jongeren door verbeterde gevoelens van welbevinden en zelfrespect, doorzettingsvermogen en zelfstandigheid;  het in het belang van de jeugd is om school en sport structureel met elkaar te verbinden.

CSG Beilen heeft elke deelnemende sportvereniging toegezegd dat zij haar leerlingen extra zal stimuleren om deel te nemen aan een lessenserie van de deelnemende sportverenigingen. De sportverenigingen hebben zich exclusief verbonden aan CSG Beilen. Zij verzorgen jaarlijks lessen, die worden gegeven door gekwalificeerde trainers. Leerlingen die intensief sporten krijgen een sportmentor en kunnen gebruik maken van extra faciliteiten, zoals bijvoorbeeld vrij krijgen om deel te nemen aan belangrijke wedstrijden.

23

Ouders en school In contact met u CSG Beilen streeft naar een goede samenwerking met de ouders/opvoeders, omdat opleiden en opvoeden hand in hand gaan. CSG Beilen vindt betrokkenheid van ouders bij de school erg belangrijk. Na het eerste en het tweede rapport krijgen ouders gelegenheid op een spreekavond met de mentor over de leerprestaties, het gedrag en het welbevinden van hun kind te spreken. Na de vaststelling van het eindrapport zijn docenten op een aangegeven tijd telefonisch voor vragen van ouders bereikbaar. In een aantal gevallen, waarbij het naar de mening van de docentenvergadering noodzakelijk is, zal de mentor contact opnemen met de ouders over de schoolkeuze, of het wel of niet bevorderen van de leerling. Ook bij problemen over het gedrag van een leerling, bij ongeoorloofd schoolverzuim en bij sterk tegenvallende schoolprestaties wordt telefonisch of schriftelijk contact met de ouders opgenomen. Dit kan gaan via de mentor, de teamleider of een directielid. Uiteraard kunt u ook contact opnemen met school. Ouders en leerlingen kunnen met een persoonlijke code via het internet op elk gewenst moment inzage krijgen in de schoolresultaten. Huisbezoek School en huis zijn niet van elkaar te scheiden. De ouders van alle nieuwe leerlingen worden thuis bezocht. Tijdens dit bezoek wordt gesproken over wat de ouders van school mogen verwachten en wat de school van de ouders verwacht.  

Activiteiten voor ouders Elk schooljaar worden voor alle leerjaren één of meer ouderavonden georganiseerd. De eerste klassenouderavond in leerjaar één wordt in het begin van het schooljaar gehouden. De teamleider stelt tijdens deze avond de mentoren voor en geeft informatie over het onderwijs in leerjaar één. Er wordt verteld over het omgaan met elkaar op school. Ook worden er foto’s van de introductieweek getoond. Na de pauze gaan de ouders met de mentor naar een lokaal, waar allerlei zaken worden besproken en waar vragen gesteld kunnen worden. Tijdens de ouderavonden in de leerjaren twee en drie wordt vooral aandacht besteed aan mogelijke vervolgopleidingen. Tijdens de ouderavonden voor de leerjaren drie en vier wordt vooral ingegaan op het onderwijsprogramma in deze leerjaren, het examen, vervolgstudies en de excursies. De oudergeleding van de medezeggenschapsraad organiseert jaarlijks een thema-ouderavond voor de ouders. Bij bijzondere activiteiten, zoals projecten en een kerstmarkt, worden ouders uitgenodigd. Meehelpen: activiteiten CSG Beilen vraagt de ouders mee te helpen met eendaagse buitenschoolse activiteiten. Hierbij denken we vooral aan sportwedstrijden, zoals hardlopen en schaatsen. Meedenken: ouderpanel In het ouderpanel zitten ouders van leerlingen uit verschillende klassen. In het ouderpanel overlegt de schoolleiding drie tot vier keer per jaar met de ouders over allerlei schoolzaken, waarbij de ouders een meedenkende rol hebben. Ouder(s)/ verzorger(s) van leerlingen van verschillende basisscholen zijn als ‘ambassadeurs’ van CSG Beilen bereikbaar om vragen te beantwoorden. U kunt hen bereiken via: [email protected].

24

Meebeslissen: medezeggenschapsraad CSG Beilen heeft een actieve deelmedezeggenschapsraad. Deze is samengesteld uit drie ouders, twee leerlingen en vier personeelsleden. De deelmedezeggenschapsraad vergadert ongeveer zes keer per jaar. In de vergaderingen komen onderwerpen aan de orde, zoals vakantieregeling, ouderbijdrage, organisatiestructuur en de leerlingenraad. Leden van de deelraad vertegenwoordigen CSG Beilen in de medezeggenschapsraad van CS Vincent van Gogh.

Te laat komen en spijbelen Op CSG Beilen komen leerlingen die in een bepaalde periode drie keer te laat komen een uur terug. De leerling die zes keer te laat komt, wordt door de leerplichtambtenaar van de gemeente Midden-Drenthe voor een preventief gesprek uitgenodigd. Bij ongeoorloofd verzuim hanteren we de wettelijke regelgeving. CSG Beilen heeft een procedure verzuimregistratie. Met deze procedure willen we ongeoorloofd verzuim voorkomen. Bij spijbelen moet de leerling de verzuimde tijd dubbel inhalen.

Ziekte en schoolverzuim Als leerlingen ziek zijn, wordt verwacht dat de ouders de school hierover tussen 08.30 uur en 09.00 uur telefonisch inlichten. Wanneer tussen 09.00 en 10.00 uur wordt geconstateerd dat een leerling niet is afgemeld, neemt de school contact op met de ouders. Bij herstel van ziekte levert de leerling op de administratie een ingevuld voorgedrukt herstelformulier in. Dit formulier is door één van de ouders ondertekend. Een herstelformulier is vanaf de website te downloaden of bij de administratie op te halen.

Vrijwillige ouderbijdragen CSG Beilen vraagt geen vrijwillige ouderbijdrage. Voor excursies en culturele activiteiten waarvoor reizen moeten worden gemaakt, wordt voor de auto- en/of buskosten en/of entreekosten een bijdrage gevraagd aan die leerlingen die gebruik maken van deze activiteit. Aan de ouders van leerlingen van leerjaar één wordt voor de introductiedagen een bijdrage van € 25,00 gevraagd. De inschrijving en toelating van de leerling is niet afhankelijk van het voldoen van de bijdrage(n) voor deelname aan de introductiedagen of excursie. Als een leerling niet deelneemt aan een excursie of activiteit, maakt de leerling op school een vervangende opdracht.

Moet een leerling om andere redenen de lessen verzuimen, dan wordt dit van te voren door de ouders met de verantwoordelijke teamleider van de school besproken. Een leerling is op school aanwezig, ook wanneer hij om medische redenen een les niet kan volgen (bijvoorbeeld bij lichamelijke opvoeding). Tijdens elke les worden afwezige leerlingen genoteerd. De school is verplicht regelmatig schoolverzuim te melden bij DUO.

Verzekering Ouders dienen zich te verzekeren tegen risico’s. De school heeft wel een onderwijsverzekering tegen ongevallen en voor gedeeltelijke dekking van de niet-materiële kosten die de ouders niet vergoed krijgen van hun verzekeringsmaatschappij. Dat is echter een aanvullende verzekering. Hiervoor wordt door de school geen financiële bijdrage gevraagd. Als een leerling schade veroorzaakt, moet de schuldige de kosten betalen. Daarom is het van belang dat er door de ouders een WA-verzekering is afgesloten die hiertegen dekking geeft.

25

Studieboeken De studieboeken zijn eigendom van de school. De leerlingen hebben de boeken een jaar lang in bruikleen. De boeken moeten met stevig papier worden gekaft. Beschadigingen aan de boeken worden in rekening gebracht bij de ouder(s)/ verzorger(s). Aan het begin van het schooljaar horen de leerlingen in welke boeken wel en niet mag worden geschreven. Klachtenprocedure Bij een conflict kunnen de leerlingen contact opnemen met de vertrouwenspersoon of - in volgorde - de mentor, de teamleider, de adjunct directeur en/of de directeur. CSG Beilen bezit een klachtenregeling (verkrijgbaar bij de administratie). In deze regeling staat de weg aangegeven die ouders kunnen volgen indien er klachten zijn over het onderwijs of wanneer er een conflict is met iemand van de school.

n in CSG Beile

het kort:

is in tel!; e leerling lk e t: h c a d aar het nlijke aan  persoo itdaging w u n e is ig r het nod iding waa  begele is; bezig en mogelijk sen actief s le e d s n n tijde rlingen zij hten;  de lee an opdrac a n e m a s aak werken v p Maat); derwijs O n (O vak); n re  O2M-u ls examen a 2 LO , m a portEOSte ing; & sport (S  school nige vorm in tz s n u k lturele en ht voor cu landelijk  aandac regionaal/ n a a n e lnem eren: dee dialoog;  debatt ag van de d e d n e t a jeugddeb chool; ct ouders-s ta n co d e  go raad. leerlingen  actieve n elkaar!

Wij kenne

! l e t n i s i g n i l r e e l lke

Zorg

n j i z l & We

l e n a p r e d u o VWO

s g n i k j i verr

havo

O2M

LO2