Uw belastingtips Dit jaar doet u belastingaangifte tussen 1 maart en 1 mei. We hebben voor u een aantal tips op een rij gezet die u kunnen helpen bij uw belastingaangifte over het fiscale jaar 2014.
Koopwoning Aftrekposten eigen woning Als u een eigen woning bezit, kunt u profiteren van bepaalde aftrekposten, zoals de rente over de eigenwoningschuld, boeterente, advieskosten en taxatiekosten. Deze kosten zijn aftrekbaar mits zij rechtstreeks verband houden met de verkrijging van de geldlening die u ten behoeve van uw eigen woning sluit. De kosten met betrekking tot de financiering van uw eigenwoning zijn in veel aangiften inkomstenbelasting de belangrijkste aftrekpost. Het loont dan ook de moeite om nauwkeurig alle mogelijke aftrekposten m.b.t. de eigen woning te bekijken. Op belastingdienst.nl ziet u hiervan een overzicht. Als u uw eigen woning na 28 oktober 2012 heeft verkocht en daardoor een restschuld heeft, kunt u de rente over die restschuld aftrekken gedurende maximaal 10 jaar nadat de schuld is ontstaan. Per 1 januari 2015 wordt de termijn verlengd met 5 jaar naar 15 jaar. Deze verlenging geldt ook voor restschulden die tussen 28 oktober 2012 en 1 januari 2015 zijn ontstaan. Lening bij BV of ouders voor eigen woning Heeft u in 2014 een lening voor de eigen woning afgesloten bij uw eigen BV of binnen uw familieverband? Dan bent u in voorkomende gevallen verplicht om uiterlijk bij het indienen van de aangifte over het kalenderjaar waarin de overeenkomst tot stand is gekomen deze lening aan te melden bij de belastingdienst. Meldt u de lening niet aan dan heeft u geen recht op rente aftrek over deze lening. U dient onder andere aan te geven van wie u heeft geleend, het rente percentage, de contractueel vastgelegde manier van aflossing en de looptijd van de lening. Voor alle gegevens die u moet doorgeven klik hier. Verhuisregeling Heeft u tijdelijk 2 woningen, bijvoorbeeld door de koop van een nieuwe woning terwijl de oude woning nog niet verkocht is? Dan heeft u onder voorwaarden mogelijk recht op rente aftrek voor beide woningen. U kunt deze rente maximaal 3 jaar aftrekken. Voor de woning waarin u niet meer woont geeft u vanaf het moment dat u verhuisd bent het eigen woningforfait aan van € 0,-. Tot het moment van verhuizen geeft u in deze periode over de nieuwe woning een eigenwoningforfait aan van € 0,-. De verhuisdatum is bepalend voor de hoogte van het aan te geven eigenwoningforfait.
Vermogen Peildatum: 1 januari 2014 Voor de vaststelling van uw box 3-vermogen wordt er gekeken naar uw vermogen op 1 januari van het aangiftejaar. Hogere box 3-vrijstelling voor 65-plussers Als uw box 3-vermogen boven de vrijstelling van € 21.139,- per persoon uitkomt (voor fiscale partners is dit in totaal € 42.278, - ), betaalt u over het meerdere 1,2% vermogensrendementsheffing. Voor 65-plussers kan de vrijstelling hoger zijn dan € 21.139 per persoon, als het inkomen uit werk en woning voor persoonsgebonden aftrek lager is dan € 19.895,- en uw grondslag sparen en beleggen niet groter is dan € 279.708,- (voor fiscale partners is dit in totaal € 559.416,-). Kijk hiervoor op belastingdienst.nl.
Vraag ingehouden dividendbelasting terug Bij dividenduitkeringen houdt de bank veelal 15% voorheffing in. Deze kunt u verrekenen in uw aangifte inkomstenbelasting. Dit wordt vaak vergeten. Uw bank of vermogensbeheerder geeft u een overzicht van ingehouden dividendbelasting. Extra heffingskorting voor groene beleggingen Heeft u belegd in fondsen die door de Belastingdienst zijn aangewezen als groene fondsen? Dan heeft u mogelijk recht op een extra heffingskorting van 0,7% over het bedrag dat u in "groene" beleggingen heeft ondergebracht. Deze is wel gemaximeerd tot het bedrag dat is vrijgesteld in box 3 aan groene beleggingen (€ 56.420,- en partners € 112.840,-). In het aangifteprogramma kunt u dit bij box 3 aangeven. Geblokkeerde tegoeden op een spaarloonrekening Geblokkeerde tegoeden op een spaarloonrekening hoeft u tot het maximum van € 17.025,- niet op te geven als box 3 vermogen. Als het bedrag hoger is, geeft u alleen het gedeelte aan dat boven € 17.025,- uitkomt. Zodra spaarloon gedeblokkeerd is, geldt deze vrijstelling niet meer. Het spaarloontegoed telt dan mee voor het bepalen van uw vermogen in box 3 waarover u belasting betaalt. Deze vrijstelling vervalt vanaf 1 januari 2016. Levensloop tegoed Tegoeden op een levensloop regeling zijn vrijgesteld in box 3. De vrijstelling geldt voor het gehele levenslooptegoed. Tweede woning in het binnen/ en of buitenland Een tweede woning/ vakantiewoning behoort tot het vermogen in box 3. U mag de eventuele financieringsschuld op tweede woning als schuld in box 3 in aanmerking nemen. Let op: ·
· · ·
De daadwerkelijke huuropbrengst van deze woning is onbelast. Omdat in box 3 het voordeel wordt gesteld op 4% (forfaitair rendement) over je box 3 vermogen minus schulden minus het heffingsvrije vermogen. de rente op de financiering van de tweede woning kunt u niet aftrekken van uw inkomen. de tweede woning moet worden gewaardeerd op de WOZ-waarde van het desbetreffende jaar. Als de tweede woning wordt verhuurd, dient de WOZ-waarde vermenigvuldigd te worden met de zgn. leegwaarderatio. De leegwaarderatio wordt bepaald door de hoogte van de jaarlijkse huuropbrengst en de WOZ-waarde van de woning.
In het geval van een in het buitenland gelegen woning heeft Nederland geen heffingsrecht. U dient wel de waarde van deze woning in het buitenland aan te geven in uw aangifte inkomstenbelasting in Nederland. U bent namelijk in Nederland belastingplichtig voor uw gehele wereld inkomen. U kunt in uw aangifte aftrek ter voorkoming van dubbele belasting claimen.
Erfbelastingschulden wel aftrekbaar in box 3 Belastingschulden mag u, in tegenstelling tot andere schulden, niet aftrekken van uw box 3 vermogen. Er geldt één uitzondering, namelijk voor nog te betalen erfbelasting. Deze schulden mag u wel aftrekken in box 3. Door deze schulden af te trekken verlaagt u uw vermogensgrondslag in box 3.
Controleer uw kapitaalverzekering De meeste kapitaalverzekeringen hoeft u niet op te geven als vermogen in box 3. Dit hangt onder andere af van de waarde van de kapitaalverzekering, als die in box 3 valt. Vraag uw tussenpersoon of verzekeraar in hoeverre uw kapitaalverzekering inderdaad is vrijgesteld in box 3. Kapitaalverzekeringen welke gekoppeld zijn aan de eigen woning, zogenoemde kapitaalverzekeringen eigen woning, hoeft u niet op te geven in box 3 van de inkomstenbelasting. Deze verzekeringen vallen namelijk in box 1.
Fiscaal Partner Inkomsten en aftrekposten verdelen Heeft u een fiscale partner, dan kan het verdelen van inkomsten en aftrekposten u geld opleveren. In het elektronische aangifteprogramma kunt u daar eenvoudig mee spelen om te kijken wat voor u het gunstigst uitkomt. Zo kan het aantrekkelijk zijn om (een deel van de) aftrekposten naar de meest verdienende partner te verschuiven. Let op: Als door het verschuiven van aftrekposten het inkomen van de meest verdienende partner volgens een lager tarief wordt belast dan het inkomen van de minst verdienende partner, loopt u wellicht belastingvoordeel mis. Dan kan de minst verdienende partner misschien beter ook een deel van de aftrek voor zijn of haar rekening nemen. Door bij de verdeling van de aftrekposten en het eventuele vermogen de posten tussen de partners te verschuiven kunt u een optimale verdeling bereiken. Het kost u hooguit enkele minuten maar kan u een aanzienlijk voordeel opleveren. Te verdelen aftrekposten voor fiscale partners Fiscale partners kunnen verschillende aftrekposten onderling verdelen, bijvoorbeeld specifieke zorgkosten (ziektekosten), aftrekbare giften, partneralimentatie, en de aftrek eigen woning.
Scheiding Gescheiden? Partneralimentatie, kosten voor levensonderhoud van kinderen en advocaat- en proceskosten zijn vaak aftrekbaar. Laat u hierover goed voorlichten of kijk op Belastingdienst.nl Laatste kans op aftrekkosten voor levensonderhoud U mag de uitgaven voor het levensonderhoud van uw kind aftrekken. Uitgaven voor levensonderhoud zijn bijvoorbeeld; de kinderalimentatie die u betaalt; uitgaven voor kleding of voeding voor uw kind of de premie die u betaalt voor de zorgverzekering van uw kind. U mag een vast bedrag aftrekken van uw inkomen als is voldaan aan de volgende voorwaarden: · · · ·
·
Uw kind is aan het begin van het kwartaal jonger dan 21 jaar. Uw kind kan in dat kwartaal niet zelf in zijn levensonderhoud voorzien. In dat kwartaal krijgt niemand in uw huishouden kinderbijslag of een vergelijkbare buitenlandse uitkering voor uw kind. Uw kind kan in dat kwartaal geen studiefinanciering, tegemoetkoming in de studiekosten of een vergelijkbare (buitenlandse) regeling krijgen. Uw uitgaven voor het levensonderhoud voor uw kind zijn in dat kwartaal minimaal € 416,-. Het moet gaan om uitgaven waarvoor u geen vergoeding krijgt. Hebt u een fiscale partner? Dan mag u de uitgaven van uw fiscale partner meetellen.
Per 1 januari 2015 vervalt deze mogelijkheid van aftrekbare kosten voor het levensonderhoud van uw kind. Wellicht moeten in verband hiermee de bestaande afspraken opnieuw bekeken worden .
Schenking Giften Heeft u een of meer giften gedaan aan goede doelen? Dan kunt u deze aftrekken als het betreffende goede doel is geregistreerd als ANBI (algemeen nut beogende instelling). Op belastingdienst.nl kunt u nagaan of dit het geval is. De hoogte van de gift moet minimaal 1% (met een minimum van € 60,-) van uw drempelinkomen zijn om voor aftrek in aanmerking te komen. U kunt echter niet meer dan 10% van uw drempelinkomen aftrekken. Heeft u een gift gedaan aan een culturele ANBI dan mag u deze gift verhogen met 25%. Voor deze verhoging geldt een maximum van € 1.250,-. Voor periodieke giften aan ANBI’s die u minimaal vijf jaar achtereen doet, geldt geen drempel en geen maximum. Vanaf 2014 kunt u dit naast in een notariële ook in een onderhandse akte vastleggen. Zie ook belastingdienst.nl voor meer informatie.
Extra aftrek Reisaftrek Als u een of meer keren per week, of minimaal 40 keer per jaar, met het openbaar vervoer naar uw werk gaat en uw reiskosten niet volledig vergoed krijgt, kunt u recht hebben op reisaftrek. Hiervoor heeft u dan wel een reis- of openbaarvervoerverklaring nodig. Studiekosten Als u studiekosten maakt en u ontvangt geen studiefinanciering, dan zijn deze kosten onder voorwaarden aftrekbaar. Tel al uw studiekosten bij elkaar op en trek hiervan de vergoeding die u van uw werkgever ontvangt af. Het resterende deel is aftrekbaar, met uitzondering van een drempelbedrag ter grootte van € 250,-. De studie die u volgt moet er wel op gericht zijn om inkomen te verwerven. U kunt de studiekosten van uw fiscale partner aftrekken van uw inkomen of het inkomen van uw fiscale partner. Heeft u gestudeerd en uw fiscale partner gewerkt, dan kan uw fiscale partner uw studiekosten mogelijk in aftrek brengen. Aftrekbare zorgkosten Bepaalde ziektekosten die buiten uw eigen risico vallen en die u niet vergoed krijgt of waarvoor u geen recht heeft op vergoeding van uw zorgverzekeraar, kunt u aftrekken van uw inkomen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan niet-vergoede kosten voor voorgeschreven medicijnen, de tandarts, steunzolen, kunstgebit, en fysiotherapie. Vergeet daarnaast ook niet de kosten van vervoer naar de arts, aanpassingen aan auto of fiets en bijvoorbeeld dieetkosten op medisch voorschrift. Ook uitgaven voor regelmatig ziekenbezoek aan huisgenoten die elders verblijven, kunt u aftrekken. Ten slotte zijn ook de ziektekosten van kinderen jonger dan 27 jaar aftrekbaar als u deze kosten betaalt omdat de financiële situatie van uw kind het niet toelaat. Let op: Er geldt een inkomensafhankelijke drempel waar uw ziektekosten overheen moeten gaan, om in aanmerking te komen voor aftrek. U mag de ziektekosten alleen in aftrek brengen in het jaar dat u deze heeft betaald. Kijk voor meer informatie over op belastingdienst.nl. Lijfrente Heeft u een premie voor een lijfrente verzekering betaald of heeft u geld ingelegd op een lijfrente bankspaarrekening dan zijn deze mogelijk aftrekbaar. U dient hiervoor een berekening te maken van de eventuele jaarruimte of reserverings-ruimte om te bepalen of de lijfrentepremie of lijfrente- inleg aftrekbaar is. Als de inleg valt binnen de jaarruimte of reserveringsruimte en de premie of inleg is betaald in het jaar 2014 is de inleg mogelijk aftrekbaar. Voor zelfstandig ondernemers geldt dat zij een dotatie kunnen doen aan de oudedagsreserve. Deze reserve kan worden omgezet in een lijfrente op de AOW gerechtigde leeftijd.
Algemene Tips Aangiftetermijn verlengd naar 1 mei, echter let op belastingrente In 2015 over het belastingjaar 2014, mag u ook na 15 april, maar uiterlijk voor 1 mei uw aangifte indienen. De Belastingdienst heeft echter aangegeven dat hij, alleen aan die belastingplichtigen, die voor 15 april 2015 hun aangifte 2014 indienen, garandeert dat ze hun aanslag voor 1 juli 2015 ontvangen. Deze garantie, een ontvangstdatum van voor 1 juli 2015, is van groot belang bij het voorkomen van te betalen belastingrente. De Belastingdienst brengt belastingrente in rekening als u inkomstenbelasting moet betalen en u niet tijdig aangifte heeft gedaan of als de Belastingdienst de gegevens uit de aangifte corrigeert. Een aantal feiten over belastingrente: ·
·
· ·
Belastingrente wordt uitsluitend in rekening gebracht als een aanslag inkomstenbelasting met een te betalen bedrag een dagtekening heeft die ná 30 juni ligt. Belastingrente wordt in rekening gebracht over de periode die loopt van 1 juli 2015 tot het einde van de reguliere betalingstermijn op de aanslag. Dat is dus van 1 juli tot en met aanslagdatum + 6 weken. Het rentepercentage is op dit moment 4%. Belastingrente moet u over de gehele periode betalen ook indien u eerder betaalt dan het verstrijken van de betalingstermijn.
Generiek uitstel van betaling voor belastingaanslag 2014 Vanaf 1 januari 2014 is een aantal belastingregels veranderd. Zo is de algemene heffingskorting, net zoals de arbeidskorting, inkomensafhankelijk geworden. De wijzigingen werden definitief nadat de Belastingdienst de voorlopige aanslagen over 2014 had verstuurd. Hierdoor konden deze wijzigingen niet meer worden verwerkt door de Belastingdienst. Om betalingsproblemen bij deze groep te voorkomen geeft de staatssecretaris van Financiën aan iedereen, die volgend jaar een aanslag inkomstenbelasting over 2014 moet betalen, 4 maanden extra de tijd om te betalen. Deze 4 maanden komen bovenop de gebruikelijke betalingstermijn van 6 weken. Normaliter moet er na overschrijding van de gebruikelijke betalingstermijn van 6 weken (na dagtekening van de aanslag) invorderingsrente betaald worden. Invorderingsrente wordt in rekening gebracht als een te betalen aanslag inkomstenbelasting niet binnen de daarvoor geldende betalingstermijn wordt voldaan. Bij tijdige betaling is dat dus na 6 weken + 4 maanden. Deze tegemoetkoming (generiek uitstel): · · · · 1.
2.
verlengt de duur van het betalingsuitstel met 4 maanden en komt bovenop de bestaande termijn van zes weken geldt voor het gehele bedrag van de aanslag geldt voor zowel voorlopige als definitieve aanslagen over 2014 mits de dagtekening tussen 1 mei 2015 en 30 juni 2016 ligt kent wel enkele aandachtspunten: er moet binnen deze verruimde periode betaald worden anders is de invorderingsrente alsnog verschuldigd vanaf de datum dat de wettelijke betalingstermijn van zes weken is verstreken. Dus betaalt u te laat dan wordt ook over de periode van vier maanden van het extra betalingsuitstel invorderingsrente gerekend. op de aanslag staat de gebruikelijke betalingstermijn van 6 weken. De belastingplichtige mag hiervoor lezen 6 weken plus 4 maanden (alle belastingplichtigen die een te betalen belastingaanslag 2014 krijgen, krijgen hier een brief over).
Kloppen de vooraf ingevulde gegevens? Vanaf 1 maart 2015 kunt u een gedeeltelijk al voor u ingevulde aangifte downloaden via belastingdienst.nl. Controleer altijd goed of de reeds ingevulde gegevens kloppen en overeenkomen met uw eigen informatie. U blijft uiteindelijk namelijk altijd zelf verantwoordelijk voor de juistheid van alle gegevens die in de ingediende aangifte zijn ingevuld. Ook blijken in de praktijk bepaalde gegevens niet te kloppen met uw eigen situatie. Denkt u hierbij bijvoorbeeld aan de situatie dat u twee woningen heeft waarvan een verhuurd is. Dit is meestal niet bekend bij de Belastingdienst. Uitstel aanvragen? Uw aangifte moet voor 1 mei 2015 zijn ingediend. Heeft u meer tijd nodig? Dan kunt u tot 1 mei 2015 een verzoek indienen voor uitstel tot 1 september 2015. Meestal verleent de Belastingdienst in dat geval uitstel. Uitstel wordt niet verleend als u in de laatste drie belastingjaren minstens twee aangiften niet of niet op tijd heeft ingeleverd. Als u niet op tijd aangifte doet, zal de Belastingdienst u eerst een herinnering en daarna een aanmaning zenden. Doet u geen aangifte binnen de in de aanmaning gestelde termijn, dan legt de Belastingdienst een verzuimboete op. De standaard boete bedraagt € 369,-. Als u uitstel aanvraagt voor het doen van aangifte bent u vanaf 1 juli tot aan het moment van betalen van de aanslag rente verschuldigd. Uitstel van belastingaangifte kan hierdoor financieel nadelig voor u zijn. Middeling van inkomen bij wisselende inkomsten Heeft u de afgelopen drie jaar wisselende inkomsten gehad, bijvoorbeeld door ontslag, promotie een stijging van uw salaris of door pensionering voor uw pensioengerechtigde leeftijd een daling in inkomsten? Dan kan het interessant zijn om een verzoek tot middeling in te dienen. Bij middeling telt u uw inkomsten van de afgelopen drie jaar bij elkaar op en deelt u hierna de uitkomst door drie. Over dit nieuwe inkomen per jaar wordt vervolgens belasting berekend. Heeft u over dit tijdvak gemiddeld teveel betaald dan krijgt u door de middeling wellicht een bedrag aan te veel betaalde inkomstenbelasting terug. U kunt dit voor de betreffende 3 jaar periode één keer doen. U kunt alleen van deze regeling gebruik maken binnen een periode van 36 maanden nadat alle aangiftes voor dit tijdvak onherroepelijk vaststaan. Voor de middelingsregeling geldt een teruggave drempel. Van de verschuldigde herrekende belasting trekt u een bedrag van € 545,- af. Is het resultaat van deze berekening positief dan is dat het bedrag dat u terugkrijgt. Toeslagen aanvragen/ checken Wellicht heeft u zonder dit te weten recht op toeslagen of geen recht meer op toeslagen. U kunt toeslagen nog met terugwerkende kracht aanvragen tot 1 september 2015 voor het jaar 2014 met uitzondering van kinderopvangtoeslag. Deze moet binnen 3 maanden na aanvang van de opvang aangevraagd zijn. Wijzigingen moet u doorgeven voordat uw situatie verandert. Is dat niet gelukt dan in ieder geval binnen 4 weken nadat uw situatie is veranderd. Kijk op www.toeslagen.nl of u recht heeft op toeslagen. Ook voor uw meerderjarige kinderen, vanaf 18 jaar, geldt dat zij eventueel recht hebben op zorgtoeslag. Dus ook voor uw kind is het handig om op toeslagen.nl te kijken. Ook aangifte doen als u geen verzoek tot aangifte heeft ontvangen Doe ook aangifte als uw inkomen laag is, bijvoorbeeld als u alleen AOW heeft. Uw ziektekostenaftrek kan dan mogelijk leiden tot een extra uitkering op basis van de tegemoetkomingsregeling voor specifieke zorgkosten (TSZregeling). Krijgt u geld terug? Verwacht u geld terug van de fiscus? Dan is het goed om te weten dat de Belastingdienst met ingang van het belastingjaar 2012, meestal geen rente meer hoeft te vergoeden. Als u de aangifte vóór 15 april 2015 indient, staat het bedrag dat u terugkrijgt meestal vóór 1 juli 2015 op uw rekening.
Vakantiewerk van uw kinderen Heeft uw kind gewerkt in 2014, bijvoorbeeld tijdens de vakantie of in de weekeinden, dan heeft uw kind mogelijk recht op belastingteruggave. Uw kind kan hier zelf aangifte voor doen. IB ondernemer Bent u zelfstandig ondernemer, profiteer dan van de startersaftrek , de zelfstandigenaftrek, eventueel van de meewerkaftrek en de MKB winstvrijstelling. Voor alle regeling die voor u van toepassing kunnen zijn klik hier. Welke gegevens heeft u minimaal nodig? Voor uw aangifte heeft u minimaal de volgende gegevens nodig: ·
Jaaropgave(s) van uw werkgever(s) / uitkeringsinstantie / pensioenuitvoerder(s) en van uw partner · Overzicht ziektekosten · Overzicht betaalde/ontvangen alimentatie · Overzicht ontvangen toeslagen · Ontvangen voorlopige aanslagen · Overzicht betaalde lijfrentes · Saldi bankrekeningen, spaarrekeningen, beleggingsrekeningen welke niet voor de aflossing op de hypotheek gebruikt worden · Overzicht niet-vrijgestelde kapitaalverzekeringen · Overzicht tweede woning en overige vermogensbestanddelen Voor huiseigenaren: · · ·
Jaaropgave hypotheekverstrekker WOZ-beschikking eigen woning (en eventueel van andere woningen) Notaris afrekening indien nieuwe woning is aangekocht, de lening is verhoogd voor bijvoorbeeld verbouwing of als de woning opnieuw is gefinancierd
Bovenstaande lijst is niet uitputtend, maar geeft u in ieder geval een overzicht van de belangrijke documenten die u voor uw aangifte nodig heeft.