Inleiding U heeft een afspraak voor een urodynamisch onderzoek (een blaasmeting). Het doel van dit onderzoek is na te gaan hoe de blaas, de bekkenbodemspieren en het sluitspiermechanisme bij u werken. De aanleiding voor dit onderzoek kunnen klachten zijn als moeilijk plassen en ongewild urineverlies (incontinentie). Het onderzoek geeft vaak inzicht in de oorzaak van de problemen die u ervaart. Het is de bedoeling dat de arts na het onderzoek u een gericht behandeladvies kan geven. Het blaasfunctie onderzoek is een inwendig onderzoek. Met behulp van dunne slangetjes die in uw plasbuis en anus worden gebracht, kan de verpleegkundige de blaasinhoud, de druk in de blaas, de uitstroomsnelheid van de urine en de activiteit van de bekkenbodemspieren meten. De meetresultaten worden met een computer verwerkt. Het is geen pijnlijk onderzoek, wel oncomfortabel en soms nat. Het onderzoek duurt 45 tot 60 minuten. Het onderzoek vindt plaats op de polikliniek Urologie. Menstruatie Voor vrouwelijke patiënten geldt dat de menstruatie een reden is om het onderzoek te verplaatsen. Wilt u dan een nieuwe afspraak maken? Het telefoonnummer staat achter in deze folder.
Voorbereidingen Voorbereiding thuis Wilt u in de week voorafgaand aan het onderzoek gedurende 1 dag een plaslijst bijhouden? De plaslijst heeft u tegelijk met deze folder gekregen.
1
Blaasfunctie onderzoek
Voor het onderzoek is het belangrijk dat uw blaas gevuld is, zodat u een normale plas kunt doen. Daarom vragen wij u om twee uur van te voren niet meer te plassen en twee à drie glazen water extra te drinken. Als u een verblijfskatheter heeft, hoeft u niets te doen. Is er aandrang voor ontlasting, dan kunt u naar het toilet gaan. Voorbereiding in het ziekenhuis Het onderzoek vindt poliklinisch plaats. Nadat u de kleding van uw onderlichaam heeft uitgetrokken, plast u op een speciaal toilet waarbij de kracht van de straal wordt gemeten. Vervolgens gaat u op de onderzoekstafel liggen. Met behulp van een echoapparaat kijkt de verpleegkundige hoeveel urine er is achtergebleven in de blaas. Op de billen rondom de anus worden met stickers enkele elektrodes geplakt. Deze elektrodes meten de activiteit van de bekkenbodemspieren. Er wordt een dun slangetje in de anus gebracht om de druk in de buik te meten. De verpleegkundige reinigt bij mannen de penis en bij vrouwen de uitgang van de plasbuis met een zeepvloeistof. Vervolgens brengt de verpleegkundige een dun slangetje (de blaaskatheter) via de plasbuis in de blaas. Tijdens het onderzoek wordt dit slangetje gebruikt om de blaas te vullen en om de druk in de blaas en de plasbuis te meten. Alle slangetjes worden op de huid met pleisters vast geplakt zodat ze op hun plaats blijven. Het inbrengen van de slangetjes is niet pijnlijk, maar kan wel een onaangenaam gevoel geven.
Het onderzoek Als alle slangetjes zijn aangesloten begint het onderzoek. De functie van de sluitspier wordt gemeten door de blaaskatheter langzaam via de plasbuis naar buiten te halen. Daarna wordt het slangetje weer voorzichtig op de juiste plek geschoven. De 2
Urologie | Gynaecologie
onderzoekstafel gaat van de liggende naar de zittende stand, zodat u komt te zitten. De blaas wordt langzaam gevuld met steriel lauw water. De verpleegkundige vraagt u aan te geven wat u voelt. U zegt bijvoorbeeld ‘de blaas vult zich’, ‘beetje aandrang’ of ‘hevige aandrang’. Het is belangrijk dat u dit zo goed mogelijk aangeeft. Tijdens het vullen van de blaas meet de computer de druk in de blaas en in de buik. De verpleegkundige vraagt u regelmatig om te hoesten. Als u flinke aandrang heeft en de plas niet langer meer kunt ophouden, vraagt de verpleegkundige u te plassen. De kracht van de straal wordt weer gemeten. Het slangetje blijft tijdens het plassen in de blaas zitten, u plast langs het slangetje. Tijdens het plassen verlaat de verpleegkundige de kamer. U kunt hem/haar bellen wanneer u klaar bent. Na het plassen vult de verpleegkundige de blaas opnieuw en krijgt u opnieuw de mogelijkheid om te plassen. Daarna verwijdert de verpleegkundige alle plakkers en slangetjes en is het onderzoek afgelopen. U kunt zich weer aankleden. Video-urodynamisch onderzoek Als de arts het nodig vindt, kunnen er gelijktijdig röntgenopnames gemaakt worden. De blaas wordt dan gevuld met contrastvloeistof zodat uw blaas en plasbuis op een röntgenfoto zichtbaar zijn. Dit heet een video-urodynamisch onderzoek. Het video-urodynamisch onderzoek kan niet doorgaan wanneer u (mogelijk) zwanger bent.
Na het onderzoek Na het onderzoek kunt u direct naar huis. Gebruik van eigen of openbaar vervoer is geen probleem. Na het onderzoek kunt u last hebben van een pijnlijk en branderig gevoel tijdens en na het plassen. Ook kunt u extra plasdrang en wat bloedverlies hebben. Dit komt omdat de plasbuis geïrriteerd is door het slangetje. Soms
3
Blaasfunctie onderzoek
houden de klachten enkele dagen aan, dit is niet verontrustend. Wij raden u aan na het onderzoek extra veel te drinken. Contact opnemen Heeft u na enkele dagen nog pijn, koorts of moet u heel vaak plassen, neem dan contact op met uw behandelend specialist: Afdeling Urologie (050) 361 44 11. Afdeling Gynaecologie (050) 361 31 07. Beide afdelingen zijn bereikbaar van maandag t/m vrijdag van 8.00 tot 16.30 uur. Buiten deze uren kunt u in geval van spoed het algemene nummer van het UMCG bellen, telefoonnummer (050) 361 61 61 en vragen naar de dienstdoende uroloog of gynaecoloog. Vervolgafspraak De specialist bespreekt met u de uitslag van het onderzoek. U maakt hiervoor een nieuwe afspraak op de polikliniek.
Vragen Als u naar aanleiding van deze informatie nog vragen heeft, dan kunt u op werkdagen van 8.30 - 12.00 en 13.00 - 16.00 uur contact opnemen met de afdeling Urologie. Het telefoonnummer is (050) 361 21 67. Wat te doen in geval van ziekte of verhindering Als u door ziekte of om een andere reden verhinderd bent uw afspraak na te komen, vragen wij u om zo snel mogelijk contact op te nemen met met de polikliniek Urologie. Het telefoonnummer staat hierboven vermeld bij Vragen. In uw plaats kan dan een andere patiënt worden geholpen. www.urologie.umcg.nl Het (web)adres voor informatie over de afdeling Urologie van het UMCG. 4