Uitwerking van het regionale Plan Münsterland Zakelijk deelplan energie Informaties voor geїnteresseerden aan de Nederlandse kant De verandering in de energiewinning in de richting van duurzame productie van energie op de basis van duurzame energieën is een van de belangrijkste maatschappelijke doelen in Duitsland voor de komende jaren. Om dit ambitieuze doel te kunnen bereiken moet ook van de instrumenten van de landelijke en regionale planning worden gebruik gemaakt. Zo worden er in Noordrijn-Westfalen nu bij de uitwerking van de nieuwe landelijke ontwikkelingsplannen (LEP) voor Noordrijn-Westfalen voor het eerst doelen en beginselen van de ruimtelijke ordening met betrekking tot de onderwerpen milieubescherming en gebruik van regeneratieve energieën ontwikkeld. Deze beginselen vormen de wettelijke basis voor het regionale plan.
Ook de regionale planning in het Münsterland (district Borken, Coesfeld, Steinfurt en Warendorf en de stad Münster) ondersteunt met het ingediende ontwerp van het zakelijk deelplan energie het proces van verandering op het gebied van het milieu en de energie.
De ontwikkeling en uitbreiding van duurzame energieën staat in nauwe verbinding met de gebruikmaking van terreinen en dus ook door concurrentie voor wat betreft het gebruik van de ruimte en andere ruimtelijke implicaties. Het sturen van de plaatsen voor in het bijzonder de beduidende en voor de ruimte relevante duurzame energieën – in het Münsterland zijn dit de windenergie en het gebruik van de biomassa door biogasinstallaties en PV installaties in de vrije ruimte – vindt vooral op regionaal gebied plaats. Als gevolg daarvan worden er nu strategieën voor het zakelijk deelplan energie ontwikkeld om de nodige ruimtelijke eisen met de concurrerende belangen zoals bv. van de vestigings- en landschapsontwikkeling, de landbouw en de natuur- en soortenbescherming in overeenstemming te brengen.
Naast deze belangrijke sturende beginselen voor de regionale planning is ook nog beslissend dat de door het regionale plan toegestane speelruimte door de 1
regionale en gemeentelijke organen en ook door de investeerders wordt waargenomen om aan de met de veranderingen in de energiewinning verbonden doelen en verwachtingen te voldoen. Om deze redenen werd het plan door een wetenschappelijk gefundeerde empirische expertise van de Hogeschool Münster begeleid.1 Het doel ervan is de drie elementen energie-efficiëntie, energiebesparing en regeneratieve energiewinning meer in het centrum van het regionale denken en handelen te zetten.
Naast de regelingen voor het vastleggen van standplaatsen voor de winning van duurzame energie worden nog andere ressorts bij het zakelijke deelplan energie betrokken.
Alles bij elkaar houdt het voor ons liggende concept van het zakelijk deelplan energie de doelen en principes in in vorm van teksent en tekeningen met uitleg en redenering. . Installatie voor de exploitatie van windenergie . Installatie voor de exploitatie van biomassa . Installatie voor de exploitatie van zonenergie
(PV)
. Terreinen voor de combinatie van duurzame energievormen (energiepark) . Vestiging van elektrische centrales . Combinaties van leidingen en . Aardgaswinning uit onconventionele vindplaatsen
Bij het onderwerp aardgaswinning uit onconventionele vindplaatsen hoort onder andere ook het in het Münsterland controversieel gediscuteerde onderwerp fracking. Wat dit betreft houdt het conceptplan een duidelijke formulering van de doelen in die de bescherming van absoluut noodzakelijke bronnen en daarbij vooral het water uitdrukkelijk prioriteit voor plannen voor de energiewinning verleent die deze bronnen in gevaar brengen of waar de risico’s voor de bronnen niet precies in te schatten zijn. 2
Bij de meeste boven genoemde onderwerpen houdt het zakelijke deelplan energie alleen informatieve teksten in. Getekende afbeeldingen worden uitsluitend voor windenergieterreinen, PV-installaties en voor de zogenoemde “energieparken” gemaakt. Het conceptplan bevindt zich als bijlage een uitvoerige beschrijving erover hoe de hier voorgestelde windenergieterreinen als geprefereerde terreinen vastgesteld werden.
Bij de selectie van de windenergieterreinen werden voornamelijk twee doelen beoogd: Aan de ene kant moest gewaarborgd worden dat er in dit deelplan alleen terreinen worden voorgesteld die geen conflicten veroorzaken. Aan de andere kant moeten de hier gepresenteerde windenergieterreinen in het geheel volgens de doelstelling 10.2-2 van het landelijk ontwikkelingsplan (LEP) Noordrijn-Westfalen minstens 6000 hectare omvatten.
Alle regelingen van het conceptplan worden begeleid door een omvangrijk milieurapport. Daarbij werd ook een controle van de milieumedia aan de Nederlandse kant doorgevoerd om te waarborgen dat er geen grensoverschrijdende benadeling van het milieu volgens de “Gemeinsame Erklärung über die Zusammenarbeit bei der Durchführung grenzüberschreitender Unverträglichkeitsprüfungen sowie grenzüberschreitender Strategischer Umweltprüfungen im deutschniederländischen Grenzraum” tussen het ministerie voor infrastructuur en milieu in Nederland en de Duitse Bondsrepubliek zullen optreden. Langs de DuitsNederlandse grens zullen er in het zakelijk deelplan energie geen nieuwe windenergieterreinen worden gepresenteerd. Bij het tot aan de Nederlandse grens gaande windenergieterrein in de stad Bocholt gaat het om een al bestaand windpark.
De regionale raad Münster heeft in zijn vergadering op 30 juni 2014 de districtsregering in Münster opgedragen de ontwikkelingsprocedure voor het regionale plan Münsterland – zakelijk deelplan energie door te voeren. Als eerste stap wordt van 18 augustus tot 19 december 2014 3
een procedure voor de deelname doorgevoerd. In deze periode kunnen degenen die aan de procedure officieel deelnemen voorstellen en bezwaren inbrengen. Aan de Nederlandse kant horen bij de deelnemers onder andere de naburige provincies als verantwoordelijke instantie van de daarginds bevoegde regionale planning, de naburige gemeentes en waterschappen en bovendien aan de Duitse kant onder andere de voor het plangebied verantwoordelijke gemeentes, districten, kamers en instanties voor zover zij met de ruimtelijke maatregelen en planningen te maken hebben. Ook het brede publiek kan in de boven aangegeven periode zijn standpunt hierbij duidelijk maken. Dit geldt ook voor de betrokken burgers, ondernemingen en instanties aan de Nederlandse kant van het plangebied.
Na afloop van deze periode zal de districtsregering Münster de op tijd ingebrachte standpunten nader bespreken, suggesties en bezwaren van de bij de procedure betrokkenen tegen elkaar en onder elkaar afwegen. Bij alle suggesties en bezwaren worden dan compromisvoorstellen geformuleerd.
In aansluiting daarop worden deze compromisvoorstellen met de bij de procedure betrokkenen bediscussieerd. Hierbij gaat het voor de regionale planning erom een zo groot mogelijke consensus met alle betrokkenen te bereiken. Op basis van de daarbij bereikte resultaten zal het regionale conceptplan nog eens worden herzien. Als er grote wijzigingen worden aangebracht, volgt opnieuw een gelegenheid ter inzage van het geactualiseerde conceptplan.
Ten slotte besluit de regionale raad over de inhoud van het nieuwe regionale plan en neemt daarbij het zogenoemde plaatsingsbesluit. Daarbij moet er ook over die inhoud van het plan een beslissing worden genomen waar vooraf geen regionaal consensus kon worden gevonden.
Op dit moment moeten volgens de planning, dus tot het voorjaar 2015, de binnengekomen standpunten geanalyseerd en geëvalueerd worden en dan wordt de discussie met de betrokkenen gevoerd. Het plaatsingsbesluit door de regionale raad moet medio 2015 volgen. Daarna is dan het opgestelde plan aan 4
de “Staatskanzlei NRW” als bevoegde instantie van het land voor te leggen. Met de publicatie in het “Gesetz-und Verordnungsblatt NRW” wordt het zakelijk deelplan energie rechtsgeldig.
Indien u vragen hebt met betrekking tot de inhoud van het zakelijk deelplan energie, kunt u zich richten aan: .
de heer Lauer (
[email protected], tel.: 0251/411-1800) voor inhoudelijke vragen of aan
.
de heer DR. Wolf (
[email protected], tel.: 0251/411-1795) voor vragen over de procedure.
5