Uit sympathie P.R. academie dko
Uit sympathie Wim Laureys www.ferlin-interieur.be
1
kiwanis brugge i
ferlin interieur
A D E M T O C H T 2
Vernissage op 28 november 2008 om 20u. Jan Garemijnzaal, Belfort Markt Brugge. Tentoonstelling toegankelijk voor het publiek elke dag van 29 november tot en met 6 december 2008 van 10u. tot 12u. en van 14u. tot 19u. Nocturne op 1 december 2008 om 20u. voor Kiwanisleden Brugge I en genodigden. Nocturne op 4 december 2008 om 20u. voor hoofdsponsor SG Private Banking en genodigden Feestelijk diner op 6 december 2008 : receptie in de Jan Garemijnzaal en diner in de Albrecht Rodenbachzaal met topchef Wout Bru (** Michelin) aan het fornuis. Jazz-lounge met live muziek als afsluiter.
DEELNEMENDE KUNSTENAARS eric de volder geert vanoorlé william phlips ad cominotto sarah van dale tania desmet hendrik van doorn philippe flachet
A D E M T O C H T
kiwanis brugge i
ERIC DE VOLDER
VOORZITTER Laureys Wim LEDEN Constandt Luc
Quintyn Olivier
Creytens Carlos
Reynaert Etienne
De Backer Albert
Roets Omer
De Cloedt Yves
Ryde Paul
Denys Jan
Schorreel Jean-Pierre
De Pauw Dirk
Sinnesael Johan
De Prêtre Geert
Soutaer Filip
Deprez Kristof
Sybout Eric
Detavernier Marc
Van Dale Nico
Dierickx Koen
Van De Voorde Paul
Geerardijn Piet
Van Oost Emmanuel
Hellebuyck Etienne
Van Pamel Frederiek
Henderix Johan
Vyvey Rik
Hendrickx Steven Lachat Georges
ERELEDEN
Lowette Jeroen
Cottyn Jean - Luc
Maenhout Stefaan
Opstaele André
Morbee Theo
Van Den Abeele Dries
Peene Pascal
Vermeersch Roger
Pieters Carlos
Willemot Yvan
kiwanis brugge i
ERIC DE VOLDER
2
HOofdDEKSel ScheDELpAn HaarLIJn OogZak
WenkBRauw
KrOKKodiLLenTRaan oORvIJG
KrAAiEnpOOt OogkaS
JukBEEn
KaAKsLag
NeuSVLeugEL AdEMtocHt LAchKUIL
MONdHOEK
TongFiLET tANdStEEn KiNNEbaK HersENstAM 3
kiwanis brugge i
kiwanis brugge i
3
Drie jaar na de tentoonstelling ‘IN’ organiseert Kiwanis Brugge I* dit najaar opnieuw een artistiek project. ADEMTOCHT heet het, onder andere, en het heeft een dubbele opzet. De hoofdmoot is een tentoonstelling van het werk van de Gentse theatermaker en beeldend kunstenaar Eric De Volder én van een aantal van zijn artistieke medewerkers van Toneelgroep Ceremonia. Curatoren van de tentoonstelling zijn Nico Van Dale en William Phlips. William Phlips bracht Eric aan als centrale gast en sprak een schare kunstenaars aan die zich, net als hijzelf, tot Erics zielsverwanten rekenen. Dit zijn: Ad Cominotto , componist en muzikant Tania Desmet, fotografe Philippe Flachet, beeldend kunstenaar Hendrik Van Doorn, beeldend kunstenaar Sarah Van Dale, cineaste Geert Vanoorlé, beelden kunstenaar en, uiteraard, William Phlips zelf, beeldend kunstenaar, performer, ontwerper en occasioneel tentoonstellingsmaker. Aan deze tentoonstelling wordt, getrouw aan de IN-traditie, een ‘Kunstkit’ of ‘Art Box’ gelinkt. Voor het ontwerp van deze ‘Kunstkit’ staken Eric, William en Nico de koppen bij elkaar. Wat ze ontwierpen is niet een doos, zoals de naam abusievelijk laat vermoeden, maar een kaft. Vervaardigd uit echt leder, in een schitterende kleur en met een gouden diepdruk. Van deze kaft worden 50 exemplaren gemaakt: 50 verschillende, stuk voor stuk unieke luxeuitvoeringen. In iedere kaft steken schilderijen, pentekeningen, zeefdrukken, foto’s, een cd… kortom: stukken die representatief zijn voor het oeuvre van ieder van de deelnemende kunstenaars. Bij de samenstelling van ie4
kiwanis brugge i
dere kaft liet William Phlips zich inspireren door de organisatie aan wie de opbrengst van het project wordt geschonken: VAGA vzw*, een Vereniging voor Aangeboren Gelaatsafwijkingen, die zich specifiek naar kinderen en jongeren richt. Een andere inspiratiebron was een reeks samengestelde woorden die met het menselijk gezicht worden geassocieerd, zoals HoofdDeksel, SchedelPan, OogKas, KraaiePoot, KaakSlag, MondHoek, OorVijg, ADEMTOCHT… - een ander woord voor leven. Alle 50 luxe exemplaren worden, samen met de tentoongestelde werken, voor het goede doel te koop aangeboden. Prijs: 500,00 € per kaft. ‘ADEMTOCHT’ is te zien in de Garemijn zaal, in de Hallentoren gelegen op de historische markt van Brugge. Het tweede luik van dit dubbelproject heet Getekende gezichten en gezichtjes en bestaat uit een reeks portretten, gemaakt door kinderen van kunstenaars. Net als kunstenaars van ADEMTOCHT laten de jonge tekenaars zich voor deze portretten inspireren door VAGA. Ook ‘Getekende Gezichten en Gezichtjes’ is te zien in de Garemijn zaal. Op sinterklaasdag 6 december worden de portretten geveild. Door de sint – en zijn hoogstaande gezelschap - zelve! Nico Van Dale
Het dubbelproject wordt geopend op 28 november ‘08 om 20 uur. De tentoonstelling is te bezichtigen van zaterdag 29 november tot en met zaterdag 6 december ‘08. 0peningsuren: 10-12 en 14-19 uur
ADEMTOCHT
Toen Sarah Van Dale me aan haar vader Nico voorstelde en me vroeg om samen met hem een tweede IN-tentoonstelling op te zetten, dacht ik meteen aan Eric De Volder. Hij zou de centrale gast worden. Ik volg Eric al 35 jaar en weet dat hij de kunst verstaat om te veroorzaken en te geven. In de theaterwereld weet iedereen waarvoor de bescheiden maar gedecideerde De Volder staat: het Etherisch Strijkersensemble Parisiana, KIM en Toneelgroep Ceremonia. Stuk voor stuk broedplaatsen, waar veel van Vlaanderens theatertalenten ooit zijn gepasseerd. Erics grafisch werk – zijn schetsen en tekeningen – zijn niet zo gekend. Dit is een keuze uit de teken- en schetsboeken die hij de afgelopen 35 jaar bijhield. Werk dat voor het eerst aan een publiek wordt voorgesteld. De tijd is rijp. En voor wie nog andere facetten van Erics werk wil bekijken: in het Gentse Museum dr. Guislain loopt van 4 oktober ’08 tot en met 12 april ’09 de tentoonstelling ‘Het Spel van de Waanzin. Over gekte in film en theater’, waarin werken van Eric zijn opgenomen. William Phlips
Over VAGA
*VAGA werd in 1992 opgericht met als doel kinderen en jongeren met aangeboren gezichtsafwijkingen én hun families te ondersteunen. Immers, al te vaak wordt een ongewoon gezichtje nog geassocieerd met mentale achterstand. Voor het kind en de familie is dit het begin van een lange lijdensweg. Operaties en medische behandelingen volgen elkaar in sneltempo op, maar erger nog zijn de vooroordelen en reacties van buitenstaanders. Het werk dat VAGA de voorbije jaren leverde, toont aan dat het mogelijk is, van in de kindertijd tot de volwassenheid, om te gaan met sociale situaties, een degelijk zelfbeeld te ontwikkelen en vooral vertrouwen in de toekomst te hebben. VAGA, dat bestaat uit een team van 20-tal vrijwilligers, is erkend door het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap en ontving meerdere onderscheidingen. Van VAGA verschenen inmiddels drie publicaties: ‘Een gezicht met toekomst’, ‘De droom van Kaat’ en de Engelse versie daarvan ‘Katie’s dream’. www.vaga.be.
Over KIWANIS
*KIWANIS is een internationale organisatie van serviceclubs. De afdeling KIWANIS BRUGGE I werd opgericht in 1975, en heeft tot op vandaag een zeer dynamische werking, trouw aan de idealen en doelstellingen die KIWANIS voorschrijft: op een bescheiden wijze te bouwen aan, en bij te dragen tot, een betere gemeenschap.
Alle leden van Kiwanis Brugge I hopen eind 2008 na afloop van de tentoonstelling een mooie financiële bijdrage te kunnen leveren aan het werk van VAGA.
kiwanis brugge i
4
Eric De Volder
(°1946) ) stond in zijn tienerjaren voor de keuze: of muziek, of tekenen en schilderen. Hij koos voor het laatste, en volgde een beeldende opleiding in Sint-Lucas in Gent, met als specialisatie ‘vrij schilderen’. De goesting en de inspiratie om te schilderen verdwenen nog tijdens die opleiding, en bleven nadien een hele tijd weg. Wel maakte De Volder af en toe tekeningen en schetsen, van landschappen, mensen, steden… En hij gooide zich weer op de muziek: ’s avonds en in de weekends kwam hij met vrienden bijeen om te musiceren. Zijn debuut in de podiumkunsten maakte De Volder als cabaretzanger, o.a. bij Het Belgisch Combo (1977). Twee jaar later nam hij het initiatief tot het Etherisch Strijkersensemble Parisiana, dat een grote groep kunstenaars van zeer divers pluimage samenbracht in anarchistische performances en totaalspektakels. Op het moment dat hij met theater begint, steekt ook de drang om te schilderen opnieuw de kop op. ‘Het gevoel van schilderijen te zitten maken op je zolderkamer zonder te weten wat je moet schilderen, is toen vanzelf weggegaan.’ Vanaf dan is De Volders plastisch oeuvre niet meer los te koppelen van zijn werk als theatermaker. Een belangrijke stap in De Volders theaterloopbaan is de oprichting, in 1987, van vzw 5
kiwanis brugge i
KIM (Kunst Is Modder)/Het Theater van de Niets, een klein gezelschap met als thuisbasis een zolderruimte in het Gentse Oudburg. In de intimiteit van deze repetitiezaal maakte De Volder, haast geruisloos, kleine voorstellingen. 1992 was een sleuteljaar: De Volder stichtte Toneelgroep Ceremonia, bracht onder dit vaandel een aantal vrienden en collega’s van vroeger (o.a. van Parisiana) bij elkaar en creëerde met hen de voorstelling Kom Terug. Het was de eerste van een hele reeks creaties die ontstonden in én gepresenteerd werden op de theaterzolder van KIM. Het duurde nog tot 1994, toen Het Nachtelijk Symposium voor het eerst werd getoond, dat het grote publiek en de hele theatersector z’n weg vond naar dit ‘best bewaarde geheim van Gent’. Deze voorstelling werd een succès fou en betekende een doorbraak, ook internationaal. Een greep uit wat volgde: Regent en Regentes, Brand, Meestersnacht, Diep in het bos / Au fond du bois (in samenwerking met componist Dick van der Harst van Het muziek Lod), Vadria, Zwarte vogels in de bomen, Achter ’t eten / Après manger, Zwarte vogels in de bomen, Les in hysterie… Het gros van deze voorstellingen viel ook in de prijzen: de Thersitesprijs, de Cultuurprijs van de Stad Gent (2001), de Vlaamse Cultuurprijs voor Toneelliteratuur (2003), de Vlaamse Cultuurprijs voor Podiumkunsten, de Grote Theaterfestival-
prijs 2004, de Prijs voor Letterkunde van de Vlaamse Provincies 2005 en een nominatie voor de Taalunie Toneelschrijfprijs 2005 – De Volders palmares is inmiddels indrukwekkend. De Volders theater gaat over kleine mensen en hun grote verhalen. Inspiratie vindt hij in dagboeken en oude briefwisselingen, krantenknipsels, foto’s, kunstboeken, doodsprentjes, medische encyclopedieën, missalen,… materiaal waar een geschiedenis aan kleeft. Met dat materiaal gaan de spelers aan de slag. Via improvisatiesessies gaan ze op zoek naar de stem van diegenen die door de officiële geschiedschrijving nooit gehoord zijn, naar een authentiek en universeel herkenbaar verhaal. Geleidelijk komen er personages tot leven: archetypische, groteske figuren die voorbij gaan aan elk psychologisch naturalisme. ‘Ik werk binnen repetities niet vanuit spreken over, wel op horen en zien’, zegt De Volder over de manier waarop zijn theatervoorstellingen tot stand komen. ‘Ik denk dat het een goede zaak is geweest dat ik in een beeldende opleiding beland ben, en niet in een conservatorium. Je wordt verplicht om hele dagen te kíjken en onmiddellijk te reageren. Je oog wordt geoefend, en dat heeft mee bepaald hoe ik nu kijk als er een groep spelers in een werkruimte voor mij staat. In mijn verbeelding is dan alles mogelijk.’ Die plastische aanpak zie je ook aan het licht, het decor, de lichaamstaal van de personages, hun kostuums en – niet het minst – aan hun schmink. Voor De Volder en zijn spelers is grime een wezenlijk onderdeel van het personage. Al wat er omgaat in een personage maar wat het niet onder woorden kan brengen, wordt zichtbaar in de kleuren en vormen van de schmink. Het zijn kleurenexplosies die aan het Duitse fauvisme en het expressionisme – stromingen die De Volder naar
eigen zeggen sterk beïnvloeden - doen denken. Zijn voorkeur gaat uit naar figuratieve kunst, naar kleurrijke fantastische beelden die voortvloeien uit een interpretatie van de werkelijkheid. Maar tegelijkertijd is hij net zo gefascineerd door de zwarte doeken van Rothko. Wie zijn grote voorbeelden zijn, kan hij niet zo direct zeggen. De inspiratie komt van overal. ‘Alles is schoon, eigenlijk.’ Theater mag dan De Volders hoofdbezigheid zijn, zijn plastisch werk vormt een wezenlijk onderdeel van het theatermaken. ‘Ik teken geregeld tijdens de repetities. Tekenen of schetsen is voor mij vaak een manier om dingen te noteren. Het is soms ook een manier om inzake vormgeving, decor, kostuums een idee door te geven. Een schets is soms duidelijker dan een babbel, ook naar de spelers toe. Ik schilder ook, en als ik op reis ben maak ik veel schetsen in de natuur. In de eerste plaats amuseer ik mij ermee, maar dat plastisch werk heeft ook te maken met kijken naar en noteren van wat rond mij gebeurt.’ Het werk dat nu tentoongesteld wordt, is een selectie uit De Volders schets- en tekenboeken – de neerslag van 35 jaar intens creëren en reizen.
kiwanis brugge i
5
Ad Cominotto
(°1956) pakte als kleuter de accordeon van zijn zus af en gaf die nimmer meer terug. Het was het enige ‘speelgoed’ dat hem nooit verveelde. Later nam hij pianolessen aan het Conservatorium in Luik en werd, tot zijn grote opluchting, aan de deur gezet. Hij kocht een synthesizer, experimenteerde erop los, speelde in plaatselijke bandjes. Werkte in de jaren ’80 samen met Walter Verdin in diens controversiële groep ‘Pas de Deux’, met de al even omstreden muzikant Luc Van Acker en in de experimentele formatie Coyote and the Last Dakotas. Hun ‘sound’, een mix van punk, metal en samples, was uniek voor die tijd. In 1988 richtte Cominotto zijn eigen groep Commusic op; een jaar later werd hij gevraagd door Arno, een ontmoeting die resulteerde in een intense samenwerking die 11 jaar duurde. In de jaren ’90 werkte Cominotto voor televisie (onder meer ‘Onvoorziene Omstandigheden’) en radio (‘Levende Lijven’), en schreef hij zijn
6
kiwanis brugge i
eerste filmsoundtrack. Nadien volgenden allianties – als gastmuzikant en/of producer – met o.a. Viktor Lazlo, Geert Hautekiet, Mama’s Jasje… In 2001 zette hij met Marcel Vanthilt ‘U NU’ op, een muzikale show rond Nederlandse/ Vlaamse poëzie waarmee het duo gedurende maanden toerde. De liefde voor de accordeon bleef. Op vraag van Adamo deed Cominotto meerdere opnamesessies als accordeonist, opende het Klarafestival in 2004 en verschillende edities van het aan accordeon gewijde Airbag Festival in Brugge. Schrijft, naast het vele werk als muzikant bij Vaya Con Dios en tussen de opnames van een eigen CD door, ook nog tunes voor televisieprogramma’s en scores voor dans- en theatervoorstellingen. In opdracht van Toneelgroep Ceremonia schreef hij de muziek voor, onder meer, de voorstellingen ‘Meestersnacht’ en het recente ‘Les in hysterie’, beiden in een regie van Eric De Volder.
Tania Desmet
(°1961) volgde toen ze 40 was avondlessen fotografie aan de Gentse Koninklijke Academie voor Schone Kunsten, lang na een opleiding Toegepaste Monumentale Kunsten, en maakte zo een meisjesdroom waar. Ze ontdekte dat haar talent lag op het vlak van ‘mensenfotografie’. ‘Ik denk dat het door mijn naturelligheid komt. Ik ben sociaal, ik kom graag bij de mensen, en de mensen voelen zich snel op hun gemak bij mij. Ik ben een beetje de afwezige aanwezige, ze vergeten dat ik er ben.’ Eén van haar projecten was een reis naar Turkije waar ze een dorpsgemeenschap fotografeerde. Het leven zoals het is. ‘Met mijn fototoestel leg ik een moment vast. Ik trok er bijvoorbeeld foto’s terwijl er een geit geslacht werd – normaal kan ik daar niet naar kijken zonder kotsmisselijk te worden. Dan fungeert mijn camera als een soort barrière.’ De momenten die ze vastlegt, getuigen van een manier van leven die bij ons, anno 2008, verleden tijd is. Dit vastleggen van geschiedenis is een rode draad doorheen haar foto’s; niet voor niets catalogiseert ze haar werk onder de noemer ‘docu-
mentaire- en reportagefotografie’. ‘Het is een versmelting van beide, overgoten met een portie plasticiteit.’ Haar opleiding in de beeldende kunsten is zonder twijfel van invloed. Haar foto’s zijn stuk voor stuk composities, waarvoor ze zorgvuldig het kader kiest. Wat niet wil zeggen dat ze geconstrueerde foto’s maakt. Ze streeft telkens, net als in haar schilderijen, naar directheid, ‘naar met weinig middelen veel zeggen, zonder fouten te verbergen’. Fotograferen is voor haar: ‘door landschappen en beelden wandelen en er mensen ontmoeten in tijd en ruimte, heden en verleden, omdat: ‘Ik mij graag mijn jeugd herinner. Ik graag op stap ben Ik graag bezig ben met verschillende kunstvormen en als het nodig is lelijkheid wil riskeren in de hoop schoonheid te vinden’. Ze maakte ook fotoreportages over o.a. de Borinage; het plattelandsleven in Vlaanderen, Wallonië en Frankrijk; het dorp van haar moeder; de verdwenen Vlaamse wijken Het Zandeken en de Lourdeshoek, imamfamilies in Turkije en Gent… Sinds 2000 staat Tania in voor de productiefotografie van alle voorstellingen van Ceremonia.
kiwanis brugge i
6
Philippe Flachet (°1949)
maakte deel uit van het door Eric De Volder gestichte Etherisch Strijkersensemble Parisiana, dat professionele acteurs én amateurs samenbracht in anarchistische totaalspektakels. Hij stond ook aan de wieg van de later door De Volder gestichte Toneelgroep Ceremonia. Zijn ervaringen als speler bij Parisiana én de stukken van Ceremonia blijven Flachet ook als beeldend kunstenaar inspireren. Die inspiratie is overigens wederzijds: de Ceremoniavoorstelling Mesdames Messieurs gaat deels terug op pentekeningen die Flachet aan de makers voorlegde. Naast het (theater) werk van De Volder vernoemt Flachet het werk van Léon Spilliaert – ‘vind ik mooi en intrigerend’ – en dat van de Oostenrijkse expressionistische tekenaar/illustrator Alfred Kubin. De sfeer die Flachet in zijn pentekeningen oproept, getuigt van een voorliefde voor het absurde, de nonsens, de vervreemding. Hij zet menselijke figuren – die hij ontleent aan bestaande foto’s en reproducties van schilderijen – neer in geheimzinnige, haast onheilspellende, monumentale ‘decors’ waarin het perspectief extra in
7
kiwanis brugge i
de verf is gezet. Deze figuren hebben allemaal iets theatraals, zijn als het ware op heterdaad betrapt in dramatische, soms gewelddadige situaties. Het zijn halfnaakte vrouwen met vogelmaskers die een mes tevoorschijn trekken, lange mannen met hoge punthoeden die wijdbeens door kasteelachtige ruimtes stappen… ‘Dat is De Wo o rd e n va n g e r ’ , legt Flachet uit, ‘één van mijn figuren uit de Ceremoniaacts.’ Het zouden figuren uit een droom kunnen zijn; daarom hebben ze iets ongrijpbaars en tijdloos, zoals ook dromen niet onderhevig zijn aan het verloop van de tijd. Flachet wijst op een door hem gekoesterd citaat van Maurice Maeterlinck, dat werd afgedrukt in de catalogus van een groepstentoonstelling waaraan hijzelf ook deelnam:
‘Sortant du passé nous rentrons dans l’avenir tout en restant dans le présent hier et demain nous serons là tant que nous serons là et quand nous n’y serons plus nous deviendrons hier tout en restant demain.’…
Hendrik Van Doorn
(°1968) heeft een grafische opleiding achter de rug, en verzeilde per toeval in het theater, toen hij door Eric De Volder werd gevraagd om mee te spelen in de inmiddels legendarische voorstelling Nachtelijk Symposium. Sindsdien maakt hij met acteurs Ineke Nijssen en Johan Knuts deel uit van de kleine maar harde Ceremonia-kern. Van Doorn noemt zichzelf een zondagsschilder. Hij schildert in de luwe periodes, tussen het einde van een speelreeks en de aanvang van een nieuw repetitieproces in. ‘Dan steekt de goesting om te schilderen weer de kop op, wordt schilderen voor mij opnieuw een noodzaak. Waar theater een expansie is van energie, is schilderen een beweging naar binnen toe. Terug naar nul.’ En ook: ‘Ik heb theater nodig om te kunnen schilderen, maar niet omgekeerd. Ik word er niet altijd vrolijk van, van mijn geschilder. Behalve wanneer het lukt. En ik ben niet snel tevreden: onder elk werk zal je twee à drie andere schilderijen vinden. Van Doorn gebruikt olieverf op doek. Hij
schildert stills van videobeelden, bij voorkeur barslechte B-films, obscure prenten, of oude opnames van het televisiejournaal. ‘Beelden die op VHS-banden zijn vastgelegd, met een grove korrel en een gebroken coloriet: die vind ik het meest inspirerend. Het zijn altijd beelden van mensen. Als je die op pauze zet, valt de oorspronkelijke context waarin deze mensen zich bevinden weg. Wat overblijft zijn gezichten die autonoom zijn. Die een eigen leven leiden, waar ik zelf als schilder buiten sta.’ Het resultaat van dit proces is op zijn minst intrigerend. Voor deze portretten werd immers niet geposeerd, integendeel: het zijn snapshots: gezichten die onaangekondigd in een freeze zijn vastgelegd en daardoor kwetsbaar, onthullend worden. Als inspiratiebronnen noemt Van Doorn Velasquez, El Greco, Goya, Hopper en ook Spilliaert. En uiteraard de jarenlange samenwerking met Eric De Volder. ‘Met Eric werken, dat is denken en kijken en handelen in functie van beelden. Het theater dat hij maakt is picturaal én fysiek. Dat is schilderen voor mij ook.’
kiwanis brugge i
7
Geert Vanoorlé
(°1965) volgde een opleiding in het schildersatelier van Dan Van Severen aan de Hogeschool voor Wetenschap & Kunst Sint-Lucas in Gent. Lange tijd werd hij door deze opleiding beïnvloed; vandaag heeft hij zich aan Van Severens stempel ontworsteld, en ontwikkelde hij een eigen stijl die veel meer naar het figuratieve neigt. Vanoorlé schildert op dit moment vooral werk op papier, zowel op groot als op klein formaat; hij gebruikt verschillende kleuren acrylverf, Chinese inkt en potlood. Hij is gefascineerd door wandelende figuren, die hij vaak in één penseelstreek neerzet. ‘Een wandelaar is onderweg naar ergens. Naar waar precies doet er niet toe; het gaat me om de richting die werd gekozen en waarheen de beweging werd ingezet.’ Vanoorlé houdt ervan zijn wandelaars een hindernis op te leggen: hij laat hen tegen een muur opbotsen, zet hen een te ruime hoed of een kartonnen doos op het hoofd, plaatst omheiningen. Daarnaast schildert hij, alweer in een paar penseelstreken, figuren die (jeugd)herin-
8
kiwanis brugge i
neringen weergeven of zelfs een maatschappelijke bekommernis uitdrukken: een vogeltje – ‘op mijn vaders wijze; het was het enige wat hij kon tekenen’; een anker – ‘dat is jeugdsentiment; ik had als kind een trui waarop een anker stond afgebeeld’; een merel – ‘vorige zomer zat hier zo’n triestig, verwaterd mereltje dat regelmatig werd aangevallen door eksters’; een man met zijn hoofd in een fermette – een verwijzing naar de steeds meer toenemende kortzichtigheid. De kleine morsvlekken en andere onvolkomenheden, resultaat van de accidentjes die tijdens het schilderen gebeuren, laat Vanoorlé staan. ‘Dat maakt de tekening interessanter, zoals littekens een gezicht ook bijzonder kunnen maken.’ Vanoorlé werkt sinds ruim 15 jaar als lichtontwerper en technieker voor Ceremonia. ‘Van Eric heb ik geleerd om dingen die toevallig ontstaan en nog geen betekenis hebben, niet onmiddellijk af te wijzen, maar te koesteren. Niet alles hoeft direct uitlegbaar te zijn.’
William Phlips
(°1953) heeft naar eigen zeggen in zijn hele leven maar drie keer tentoongesteld. Logisch, want zijn werk beperkt zich niet tot het galerijencircuit. Tot zijn oeuvre behoort ‘zo’n beetje van alles’: schilderijen, tekeningen, assemblages, objets trouvés of readymades – dada en Marcel Duchamp zijn bij Phlips immers nooit ver weg. Hij is het genre kunstenaar dat ‘ingrepen’ pleegt: in café’s, restaurants, theaterscènes, filmsets en vele woonkamers. Phlips’ werken zijn vaak pièces uniques, te bewonderen in particuliere ruimtes. ‘Niet als een vorm van decoratie of binnenhuisarchitectuur, maar als een soort van levenskunst die doorloopt.’ Wat hij maakt noemt hij een reflectie op wat hij in zijn leven en tijdens zijn reizen - van IJsland tot Papoea-Nieuw-Guinea heeft gezien en ervaren. Creëren is bij hem een traag proces, dat meestal in fasen verloopt. ‘Ik zet iets op en laat het vervolgens weer liggen; pik de draad terug op en laat die weer los. Sommige van mijn werken vallen pas na jaren in de plooi. Tot ze rijp zijn. Dan is het moment aangebroken om ze te plukken. Dan pas geven ze hun verhaal prijs. In vele van die verhalen zit een ironische en tragische ondertoon. Als voorbeeld ver-
meldt Phlips het werk Apenverdriet, vervaardigd uit Javaanse stoffen, een prentje van een kind met een hazenlip dat z’n tong uitsteekt, en vele, vele kopjes van Javaanse poppen. Het verhaal achter dit werk verwijst naar het emigratieprogramma dat Java sinds 1950 oplegt aan haar snel groeiende bevolking. Vele arme boeren, vaak uit de moslimgemeenschap, kwamen zo in Irian Jaja (het Indonesische gedeelte van Nieuw Guinea) terecht. Moslims, voor wie varkensvlees verboden is, moesten samenleven met de oorspronkelijke bewoners, die peniskokers droegen en zich haast uitsluitend met varkensvlees voedden. Resultaat van de integratiepoging: de moslims besmetten alle varkens en roeiden in één klap de plaatselijke bevolking uit. ‘Zo zie je maar hoe onzinnig en wreed de mens in elkaar zit’, zegt Phlips. ‘Apenverdriet is, zoals veel van mijn werken, ogenschijnlijk mooi en grappig, maar in wezen zeer triestig.’ Getuige van deze ondraaglijk lichte tristesse is ook het werk met de tot de verbeelding sprekende titel Lakshmi wordt het dorp uitgejaagd met stokken en wordt vervolgens gestenigd – ze zag wit, met blauwe bollen, de vrouw van de schilder. Welkom in Phlips’ wondere wereld.
kiwanis brugge i
8
Sarah Van Dale
(°1978) studeerde in 2003 af als cineaste aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten (KASK) in Gent, richting audiovisuele kunsten. Hoewel deze opleiding zich toespitst op zowel cameratechnieken en productie als filmregie, gaat haar voorkeur uit naar regisseren. ‘En naar schrijven’, voegt ze er aan toe. ‘Ik ben nu bezig aan het scenario van mijn tweede kortfilm, en daar geniet ik intens van. Haar eerste kortfilm, die ze als afstudeerproject maakte, heet ‘Love Machine’ en gaat over de liefde. Jill, het hoofdpersonage, interviewt mensen die op zoek zijn naar de liefde via dating-rubrieken in de krant. Ze vindt het immers al te absurd dat mensen elkaar op die manier opzoeken. Ze merkt al snel dat al haar gesprekspartners getekend zijn door een verloren of nooit gevonden liefde. Zij wil zich hiertegen verzetten maar moet er zelf aan geloven, wanneer ook zij een hopeloze coup de foudre meemaakt.’ Liefde is ook het thema van haar tweede kortfilm. ‘Ik hou van menselijkheid,’ zegt ze. ‘Een goeie film vertelt altijd een verhaal over gewone mensen. Die mensen worden op een gegeven moment met zichzelf geconfronteerd, waardoor de tijd eventjes
stil blijft staan. Liefde en dood zijn thema’s die de mens in een halve seconde in zijn blootje kunnen zetten.’ ‘Ik tracht steeds dagdagelijkse situaties neer te zetten, en die dan uit te vergroten. Waar ik naar streef is een grote emotionaliteit, gekoppeld aan humor. En naar een goed verhaal’. Haar lievelingsregisseur is niet voor niets Alejandro González Iñárritu, maker van Amores Perros, 21 Grams en Babel: het zijn stuk voor stuk films met een menselijke thematiek en een ingenieuze verhaalstructuur. Van Dale werkt daarnaast ook in opdracht. Ze geeft workshops aan kinderen rond cameratechnieken, en draait op dit moment met Kamagurka dagelijks filmpjes rond absurde gebeurtenissen die als tubes op NRC-TV te zien zijn. Haar bijdrage aan de Kunst-Kit van ADEMTOCHT is een dvd rond aspecten van De Volders oeuvre, in het bijzonder zijn voorliefde voor maskers en grime. Voor de toekomst stippelde Van Dale een vijfjarenplan uit. Ze wil meerdere films maken. Documentaires, fictieve kortfilms, misschien een langspeelfilm. En ik ben ook gestopt met roken, ik hoop dat dit scheelt in de rimpels die ik hoe dan ook zal krijgen.’
Colofon: teksten: Mieke Versyp 9
kiwanis brugge i
kiwanis brugge i
9
10
kiwanis brugge i
kiwanis brugge i
10
11
kiwanis brugge i
kiwanis brugge i
11