Tweede Kamer der Staten-Generaal
2
Vergaderjaar 2007–2008
26 991
Voedselveiligheid
Nr. 175
VERSLAG VAN EEN ALGEMEEN OVERLEG Vastgesteld 22 februari 2008
1
De vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit1 en de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport2 hebben op 30 januari 2008 overleg gevoerd met minister Verburg van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en minister Klink van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over: – de brief van de minister van LNV van 10 december 2007 over het toezicht op de controle van diervoeders, naar aanleiding van toezeggingen gedaan tijdens het AO diervoederbeleid van 24 mei 2007 (26 991, nr. 159); – de brief van de minister van VWS van 17 december 2007 over openbaarmaking van controlegegevens van de VWA (26 991, nr. 160); – de brief van de minister van LNV van 17 december 2007 over de financiering van de VWA: kostendekkende tarieven (26 991, nr. 161); – de brief van de minister van LNV van 20 december 2007 over de voorhang wijziging tarieven in de Regeling diervoeders (26 991, nr. 162); – de brief van de minister van LNV van 30 januari 2008 met een reactie op het VWA-rapport «Modernisering activiteiten levende dieren en levende producten» (26 991, nr. 163); – de brief van de minister van VWS van 30 januari 2008 met een aanvulling op de brief over openbaarmaking van controlegegevens van de VWA, van 17 december jl., het rapport «Openbaarheid van controlegegevens: evaluatie van de drie cases» (26 991, nr. 164). Van dit overleg brengen de commissies bijgaand samenvattend verslag uit.
Samenstelling: Leden: Van der Vlies (SGP), ondervoorzitter, Schreijer-Pierik (CDA), voorzitter, Atsma (CDA), Van Gent (GroenLinks), Poppe (SP), Waalkens (PvdA), Snijder-Hazelhoff (VVD), Jager (CDA), Ormel (CDA), Koopmans (CDA), Van der Ham (D66), Van Velzen (SP), De Krom (VVD), Samsom (PvdA), Van Dijken (PvdA), Neppérus (VVD), Jansen (SP), Jacobi (PvdA), Cramer (ChristenUnie), Koppejan (CDA), Graus (PVV), Vermeij (PvdA), Zijlstra (VVD), Thieme (PvdD) en Polderman (SP). Plv. leden: Van der Staaij (SGP), Mastwijk (CDA), Ten Hoopen (CDA), Duyvendak (GroenLinks), Luijben (SP), Tang (PvdA), Boekestijn (VVD), Bilder (CDA), Biskop (CDA), Kos¸er Kaya (D66), Van Leeuwen (SP), Dezentjé Hamming (VVD), Eijsink (PvdA), Depla (PvdA), Van Baalen (VVD), Kant (SP), Blom (PvdA), OrtegaMartijn (ChristenUnie), Van Heugten (CDA), Brinkman (PVV), Kuiken (PvdA), Ten Broeke (VVD), Ouwehand (PvdD) en Lempens (SP). 2 Samenstelling: Leden: Van der Vlies (SGP), Halsema (GroenLinks), Kant (SP), Snijder-Hazelhoff (VVD), Ferrier (CDA), ondervoorzitter, Joldersma (CDA), Jan de Vries (CDA), Smeets (PvdA), voorzitter, Van Miltenburg (VVD), Schippers (VVD), Omtzigt (CDA), Kos¸er Kaya (D66), Willemse-van der Ploeg (CDA), Van der Veen (PvdA), Schermers (CDA), Van Gerven (SP), Wolbert (PvdA), Heerts (PvdA), Zijlstra (VVD), Ouwehand (PvdD), Agema (PVV), Leijten (SP), Bouwmeester (PvdA) en Wiegman-van Meppelen Scheppink (ChristenUnie). Plv. leden: Van der Staaij (SGP), Vendrik (GroenLinks), Van Velzen (SP), Neppérus (VVD), Vietsch (CDA), Sterk (CDA), Ormel (CDA), Van Dijken (PvdA), Verdonk (Verdonk), Dezentjé Hamming (VVD), Atsma (CDA), Van der Ham (D66), C q örüz (CDA), Gill’ard (PvdA), Smilde (CDA), Langkamp (SP), Vermeij (PvdA), Arib (PvdA), Kamp (VVD), Thieme (PvdD), Bosma (PVV), Luijben (SP), Hamer (PvdA), Ortega-Martijn (ChristenUnie) en De Wit (SP).
KST115603 0708tkkst26991-175 ISSN 0921 - 7371 Sdu Uitgevers ’s-Gravenhage 2008
Vragen en opmerkingen uit de commissies Mevrouw Thieme (PvdD) wijst erop dat zij op 12 september 2007 in een motie heeft gevraagd om een onafhankelijk onderzoek naar de positie van de keuringsartsen van de Voedsel- en Warenautoriteit (VWA), en naar de effectiviteit van de controle op veetransporten. De minister zei toen over zo’n onderzoek dat zij daarvoor geen enkele aanleiding zag en er geen
Tweede Kamer, vergaderjaar 2007–2008, 26 991, nr. 175
1
behoefte aan had. Zij ontraadde de Kamer om voor de motie te stemmen. Nu blijkt in een intern rapport van de VWA al in januari 2007 een vernietigend oordeel te zijn geveld over de controle op veetransporten. Door de vleessector wordt dit gebrek aan goede controle gebruikt om dieren te mishandelen en misbruiken. De VWA heeft dit rapport aangeboden aan de hoogste ambtenaren bij LNV. Het is volstrekt ongeloofwaardig dat de minister dit rapport niet zou kennen. Zij heeft de Kamer de inhoud van het rapport in de loop van 2007 onthouden bij de beantwoording van zeven sets Kamervragen van de PvdD en tijdens twee spoeddebatten over veetransporten en het functioneren van de VWA. Dit is een politieke doodzonde. Welke consequenties verbindt de minister hieraan voor zichzelf en de betrokken ambtenaren? Vindt zij dat zij de Kamer volledig heeft geïnformeerd? Waarom is de opsteller van het rapport een spreekverbod opgelegd? – Worden bij een onderzoek naar de feiten ook ex-medewerkers van de VWA betrokken? Wordt de AIVD erbij betrokken? Wordt de Kamer betrokken bij de formulering van de onderzoeksvragen? Wie gaat het onderzoek leiden? – Sinds 2006 heeft de VWA de controles voor een groot deel uitbesteed aan het private bedrijf BV Kwaliteitskeuring Dierlijke Sector (KDS), omdat deze constructie goedkoper is voor de vleessector. Wie zit er achter deze bv? Wie zijn de eigenaren, bestuursleden en functionarissen van KDS, de Stichting Administratiekantoor KDS en het moederbedrijf BV Centraal Bureau Slachtveediensten (CBS)? Klopt het dat deze stichtingen niet aan de eigen statutaire vereisten voldoen? Hoe wordt belangenverstrengeling voorkomen? Mogen controles zomaar worden uitbesteed aan een bv met winstoogmerk? Europa staat alleen uitbesteding van VWA-taken aan een onafhankelijke stichting toe. Ontvangen KDS en het CDS overheidsgeld? Betalen deze bedrijven vennootschapsbelasting? Hoe is de opsplitsing van de VWA in 2005 verlopen? Hoe functioneert dit nu? Hoe vinden de postmortemkeuringen plaats? Is hierbij een VWA-arts aanwezig, of alleen een assistent van KDS? – Wegens de misstanden en de falende controle van de VWA moet per direct de gehele veesector stelselmatig worden gecontroleerd door middel van de 100%-klepcontrole, een GPS-systeem en ketencontrole. Dit moet gebeuren door een onafhankelijke instantie die ook geen banden heeft met LNV. – Hoe staat het met de openbaarmaking van de VWA-gegevens over diertransporten? De heer Waalkens (PvdA) vindt dat het met het transparant maken van de inspectiegegevens van de VWA goed gaat. Is dit beleid van naming and shaming voldoende juridisch geborgd? – Tarieven van de inspecties moeten steeds meer concurrerend en kostendekkend worden, maar aan de afspraken over de reorganisatie van de VWA en de financiering van de destructie moet niet worden getornd. – De heer Waalkens is er nog altijd op tegen dat de VWA taken heeft op het gebied van zowel LNV als VWS. – Welke stappen heeft de minister gezet naar aanleiding van het interne rapport van de VWA dat zij naar eigen zeggen pas enkele dagen geleden voor het eerst heeft gezien? Het toegezegde onderzoek naar aanleiding van het rapport dient geheel onafhankelijk te zijn en moet worden geleid door een gezaghebbend persoon. De onderzoeksopdracht moet aan de Kamer worden meegedeeld en de resultaten moeten zo snel mogelijk worden voorgelegd. Gezien de inhoud van het rapport dat nu bekend is geworden, zegt de heer Waalkens er spijt van te hebben dat hij de vraag om een onderzoek naar de inspectie
Tweede Kamer, vergaderjaar 2007–2008, 26 991, nr. 175
2
–
eerder niet heeft gesteund. Hij zegt dit ook namens de fractie van de ChristenUnie. Om alle twijfel over de inspecties van veetransporten weg te nemen, willen de fracties van de PvdA en de ChristenUnie per direct, zolang dit nodig en voor zover dit mogelijk is, een 100%-klepcontrole invoeren. Daarmee moet niet worden gewacht tot de resultaten van het onafhankelijk onderzoek bekend zijn.
Mevrouw Snijder-Hazelhoff (VVD) is voor een zo groot mogelijke transparantie van de VWA-gegevens. Het moet voor consumenten duidelijk zijn welke bedrijven zich niet aan de regels houden. De informatie moet echter toegankelijker worden gepresenteerd. – Moeten herinspecties door het bedrijfsleven worden betaald of vallen die onder de controletaak van de overheid? In verband met het level playing field is het van belang te weten op welke manier andere landen bepalen welk deel van de inspecties voor rekening van het bedrijfsleven komt. Is dit onderzocht? Hoe verhoudt deze kostenverdeling zich met het systeem van bonus-malus en het toenemende toezicht op controle? Hoe zorgt de minister ervoor dat dit toezicht ook werkelijk toeneemt? – Bedrijven die met de VWA te maken hebben, klagen over de inflexibiliteit van deze organisatie. Niet alleen efficiëntie moet vooropstaan bij de VWA, maar ook flexibiliteit. – In het interne rapport van de VWA wordt een onthutsend beeld geschetst, maar de geschetste situatie is die van een jaar geleden. In hoeverre is de situatie inmiddels verbeterd? Als na onderzoek blijkt dat er nog steeds sprake is van misstanden, moet voorlopig een 100%klepcontrole worden ingevoerd. Hoe heeft het kunnen gebeuren dat dit rapport niet op het bureau van de minister is beland? – Zijn de EU-regels voor diertransporten vastgelegd in een verordening of in een richtlijn? Gelden zij in alle lidstaten? Had de verordening op dit punt sinds januari 2007 uitgevoerd moeten worden en, zo ja, is dit volledig gebeurd? Volgens mevrouw Van Velzen (SP) schiet de handhaving door de VWA van alle regels die te maken hebben met levende dieren, zowel in kwalitatief als in kwantitatief opzicht, ernstig tekort. Binnen het ministerie waren hoge ambtenaren op de hoogte van de inhoud van het interne rapport van de VWA van januari 2007. Zij hebben de minister bij elke discussie in de Kamer in 2007 over diertransporten kunnen attenderen op de situatie bij de VWA. Het is ongeloofwaardig dat de minister niet van het bestaan van dit rapport wist. Tot welke ambtenaren is het rapport wél doorgedrongen? Hebben ambtenaren informatie onder de pet willen houden? Geldt volgens de minister de ministeriële verantwoordelijkheid? – Is volgens de minister van VWS de VWA wel in goede handen bij het ministerie van LNV? Wanneer heeft hij het interne rapport van de VWA onder ogen gekregen? – Zijn de opleidingen bij de VWA inmiddels verbeterd? Is de handhaving van de VWA sinds januari 2007 in zowel kwantitatief als kwalitatief opzicht verbeterd? Is er voldoende aandacht voor de kwaliteit van exportcertificering en dierenwelzijn in het curriculum van VWA-medewerkers? Waarom hebben de controles die de afgelopen jaren wel zijn uitgevoerd, nauwelijks geleid tot effectieve straffen? Hoe is het mogelijk dat alle aanbevelingen zijn overgenomen van een rapport dat tot voor enkele dagen niet bekend was? – Wat is waar van de verhalen dat transporten die zijn goedgekeurd, na de keuring terugrijden om meer dieren te laden? Worden er inderdaad noodslachtverklaringen afgegeven voor zieke dieren? Waarom is dit niet aan de Kamer gemeld? Hoe staat het met de afspraak dat na drie overtredingen de vergunning van een transporteur wordt ingetrokken?
Tweede Kamer, vergaderjaar 2007–2008, 26 991, nr. 175
3
–
–
Is het waar dat varkens non-stop in 88 uur naar Siberië zijn getransporteerd? De minister moet niet meer aankomen met het argument dat de Kamer niet met geruchten maar met feiten moet komen, want de bewijslast ligt op dit moment bij haar. In de roodvlees- en pluimveesector wordt nog steeds voor minder dan de kostprijs gekeurd. Ook het tarievenstelsel dat nu wordt voorgesteld, brengt een vorm van staatssteun met zich mee. Weet de minister dat de Food and Veterinary Office (FVO), de toezichthouder van de Europese Commissie, heeft gesteld dat KDS niet voldoet aan de eisen die worden gesteld aan een controlerend orgaan?
Volgens de heer Van der Vlies (SGP) zijn de gegevens verontrustend die uit het interne rapport van de VWA naar voren komen. Het is nog verontrustender dat de minister er niet van op de hoogte was. Toch behoort de Kamer eerst hoor en wederhoor toe te passen voordat conclusies worden getrokken. Het is in staatsrechtelijk opzicht laakbaar dat de PvdD haar conclusies al lijkt te hebben getrokken, nog voordat de vragen zijn gesteld. Een onafhankelijk onderzoek lijkt nodig om het gezag van de VWA te herstellen. – Is het VWA-rapport door een externe consultant opgesteld? – Kleine slachterijen en roodvleeskeuringen mogen niet het slachtoffer worden van de forse verhogingen van de tarieven voor keuringen. De minister wil nichemarkten stimuleren. Hierin spelen deze kleine bedrijven een belangrijke rol. Ook in de wat verdere toekomst moeten deze sectoren worden ontzien. – Een vergelijkbaar probleem speelt voor kleine bedrijven die schepen in de havens bevoorraden. De concurrentiepositie met gelijksoortige bedrijven in buitenlandse havens mag niet in gevaar komen door hogere tarieven. – Het tarief van exportcertificaten zal mogelijk fors stijgen. Dit mag niet leiden tot een onredelijke kostenverhoging van de export van pluimveemest. – Het is goed dat de controlegegevens van de VWA zo veel mogelijk openbaar worden gemaakt. Er moet echter worden voorkomen dat ketenpartijen overtredingen door leveranciers op basis van beperkte monsterneming buitenproportioneel afstraffen. Mevrouw Van Gent (GroenLinks) is blij dat nu ook de fracties van de PvdA en de ChristenUnie zich hebben uitgesproken voor een 100%klepcontrole. Daarmee is hiervoor een meerderheid in het parlement ontstaan. – Wie heeft de opdracht gegeven het interne VWA-rapport op te stellen? – Het vertrouwen in de VWA is zo gedaald, dat mevrouw Van Gent zich kan voorstellen dat een onafhankelijk onderzoek uitmondt in een parlementair onderzoek. De heer Van der Ham (D66) wijst erop dat er het afgelopen jaar uitentreuren is gediscussieerd over veetransporten in de Kamer. Die discussies zijn gevoerd en de Kamer heeft zijn afwegingen gemaakt op basis van informatie van de minister die nu op veel punten onjuist blijkt te zijn. Ambtenaren hebben bij al deze debatten en bij herhaling relevante informatie achtergehouden. De vraag rijst of de minister voldoende greep heeft op haar departement. – In hoeverre is de conceptstatus van het rapport van invloed op de reactie van de minister? Is deze status een manier om de Wet openbaarheid van bestuur te omzeilen? – De minister had van het onderzoek op de hoogte behoren te zijn, ook als straks na onderzoek blijkt dat het beeld niet juist is dat in het rapport wordt geschetst. – De 100%-klepcontrole moet per direct worden ingevoerd.
Tweede Kamer, vergaderjaar 2007–2008, 26 991, nr. 175
4
Volgens de heer Atsma (CDA) bevestigt het interne rapport van de VWA het beeld dat de organisatie in het verleden te veel aandacht had voor futiliteiten, bijvoorbeeld op braderieën, en te weinig voor de zaken waar het echt om ging. Het is goed dat de minister laat onderzoeken of de situatie werkelijk zo ernstig is. Pas nadat dit onderzoek is afgerond, mogen conclusies worden getrokken en zo nodig maatregelen worden genomen. – Het is goed dat de overheid een deel van de kosten voor keuringen en destructie voor haar rekening neemt, omdat de samenleving er groot belang bij heeft dat een en ander goed is geregeld en er geen hoge drempels zijn. Ook de concurrentiepositie van Nederland speelt hierbij een rol. Antwoord van de bewindslieden De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit benadrukt dat zij tot 29 januari niet op de hoogte was van het bestaan van het interne VWA-rapport. Zij vindt dat zij het wel had moeten kennen. Volgens haar geldt hierbij een volle ministeriële verantwoordelijkheid. De situatie die in het rapport wordt geschetst, is niet acceptabel. De VWA behoort een gezaghebbend instituut te zijn. – Het rapport is niet door een externe consultant geschreven, maar door een medewerkster van de VWA. De leiding van de VWA heeft begin februari 2007 het rapport besproken en op grond daarvan een aantal maatregelen genomen. – Het onderzoek dat naar aanleiding van het VWA-rapport zal worden opgestart, moet uiteraard onafhankelijk zijn. Hierin zullen drie vragen centraal staan. 1. Geven de bevindingen in het rapport een getrouw beeld van de situatie bij de keuringen? 2. Welke acties heeft de VWA-leiding sinds januari 2007 naar aanleiding van het conceptrapport ondernomen met welk resultaat? 3. Hoe is het rapport verspreid binnen de VWA en het ministerie van LNV? Hierover moet de onderste steen boven komen. De minister vraagt tot 5 maart de tijd om dit onderzoek af te ronden. Die dag zal zij de Kamer de resultaten voorleggen en de stappen aankondigen die zij naar aanleiding ervan wil zetten. De Kamer krijgt zo snel mogelijk te horen wie het onafhankelijk onderzoek gaat leiden en hoe de onderzoeksopdracht exact is geformuleerd. De Kamer krijgt de mogelijkheid hieraan zo nodig vragen toe te voegen. Als dat er veel worden, kan dit echter leiden tot vertraging van het onderzoek. – De minister verzet zich tegen de invoering van een 100%-klepcontrole nog voordat de resultaten van het onafhankelijk onderzoek bekend zijn en voordat precies duidelijk is welke maatregelen de VWA inmiddels heeft genomen. Er wordt namelijk op dit moment met de sector gewerkt aan de ontwikkeling van een goed kwaliteitssysteem. Daarbij worden goede vorderingen gemaakt. Zij vindt het niet juist als de transportsector wordt gestraft met een invoering per direct van de 100%-klepcontrole vanwege problemen bij de VWA. Als de resultaten van het onafhankelijk onderzoek bekend zijn, volgt een nieuw moment van afweging over de klepcontrole. – Er is de minister maar één versie van het conceptrapport bekend. Op basis van deze versie is de leiding van de VWA aan de slag gegaan. – Sinds 5 januari 2007 geldt de Europese transportverordening voor dieren. Met uitzondering van de regels over temperatuursensoren zijn deze regels geïmplementeerd. – KDS is een stichting. Het bestuur telt een aantal onafhankelijke leden en twee leden die afkomstig zijn uit het bedrijfsleven. De VWA zet personeel van KDS in bij keuringen. De aandelen van het bedrijf zijn in beheer bij de stichting. Deze rechtspositie leidt tot kostenbesparing
Tweede Kamer, vergaderjaar 2007–2008, 26 991, nr. 175
5
–
–
–
– – –
–
voor het bedrijfsleven. De verantwoordelijkheid blijft echter steeds bij de VWA. Over de overdracht van de bandkeuring is uitvoerig met de Kamer overlegd. De minister kent geen berichten over de Europese FVO die zou beweren dat KDS niet zou voldoen aan de eisen. De opzet van KDS is door Brussel goedgekeurd. De minister zegt toe de overige vragen over KDS schriftelijk te beantwoorden. Op grond van Europese regelgeving moeten herinspecties worden doorberekend. Deze regels gelden voor alle lidstaten. Uit onderzoek van het LEI blijkt dat de tarieven in Nederland, Duitsland en Denemarken vergelijkbaar zijn. Om kostenefficiënt te kunnen werken, is het voor de VWA van groot belang om strak te plannen. Er wordt gezocht naar een goede balans tussen kostenefficiëntie en flexibiliteit. Er wordt gewerkt aan toezicht op controle in de zuivel-, kalver-, pluimvee- en varkenssector. Wellicht kunnen de IKB-systemen hierbij een rol spelen. Initiatieven moeten van de sectoren zelf komen. De bonus-malusregeling kan leiden tot een geringere inspectiedruk. Als zaken in orde zijn, zijn er weinig controles en dus weinig kosten. Ook in de roodvleessector moet de inspecties nog tijdens deze kabinetsperiode kostendekkend kunnen worden uitgevoerd. Er is veel aandacht voor de positie van kleine bedrijven. Alleen de allerkleinste bedrijven gaan binnenkort enkele procenten meer betalen. De voorziening die hiervoor nu is getroffen, kan in principe in de toekomst worden voortgezet. Europa biedt de mogelijkheid voor een bijzondere behandeling van kleinere bedrijven. De minister zegt toe om met de minister van VWS te zoeken naar een maatwerkoplossing voor bedrijven die schepen bevoorraden. De exportcertificatie van pluimveemest wordt zo spoedig mogelijk gekoppeld aan meldapplicaties van de Dienst Regelingen. Hiervoor is echter eerst een goed werkend ICT-systeem nodig.
De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport meldt dat er wordt gewerkt aan een meer laagdrempelige presentatie van de gegevens over de inspecties op de VWA-site. Bedrijven vragen hierbij om een andere benadering dan consumenten. Bedrijven krijgen in de toekomst de kans om een weerwoord bij de gepresenteerde gegevens te plaatsen. Ook worden bedrijven in de toekomst beter geïnformeerd over de vraag welke monsters voor de tests zijn gebruikt. – Op dit moment biedt de Wet openbaarheid van bestuur het juridische aanknopingspunt voor de openbaarmaking van inspectiegegevens. Deze wet kent echter op het punt van de naleving nogal wat beperkingen en is vooral gericht op de burger die informatie van de overheid vraagt. Daarom wordt een nieuw wetgevingstraject gestart om te komen tot een volwaardige juridische context voor de openbaarmaking. Het is nog niet duidelijk of dit wetgevingstraject via de Gezondheidswet zal lopen, of via een rijksbreed kader dat op dit moment door het ministerie van Justitie wordt ontwikkeld. – De VWA is nog maar pas overgegaan van VWS naar LNV. Alleen al daarom is het niet goed om de VWA nu alweer terug te laten keren. De minister heeft het interne rapport van de VWA pas de ochtend voorafgaand aan dit algemeen overleg onder ogen gekregen. Toezeggingen –
De minister van LNV zal de Kamer in week 6 melden wie het onafhankelijk onderzoek naar het interne VWA-rapport zal leiden en hoe de onderzoeksopdracht precies wordt geformuleerd.
Tweede Kamer, vergaderjaar 2007–2008, 26 991, nr. 175
6
–
De minister van LNV zal de openstaande vragen over KDS schriftelijk beantwoorden.
De voorzitter van de vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, Schreijer-Pierik De voorzitter van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport, Smeets De adjunct-griffier van de vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, Berenschot
Tweede Kamer, vergaderjaar 2007–2008, 26 991, nr. 175
7