Tweede Kamer der Staten-Generaal Vergaderjaar 1987-1988
2
Rijksbegroting voor het jaar 1988
20200
Nr. 14
VERSLAG V A N EEN M O N D E L I N G OVERLEG Vastgesteld 3 november 1987 De vaste commissie voor Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken' heeft op 14 oktober 1987 mondeling overleg gevoerd met minister De Koning in het kader van het feitenonderzoek ter voorbereiding van de begrotingsbehandeling. Ter voorbereiding van het overleg heeft de minister een aantal stukken aan de commissie doen toekomen, die als bijlage 1 t/m 3 bij het verslag zijn opgenomen. De minister was tijdens het overleg vergezeld van de volgende ambtenaren: C. Moerman (directie Financieel-economische zaken ministerie van Landbouw en Visserij), P. G. M. Giezeman (Accountantsdienst ministerie van Landbouw en Visserij), F. A. Palm (kabinet Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse zaken). Van het overleg brengt de commissie bijgaand woordelijk verslag uit, dat vervaardigd is door de Stenografische dienst. De voorzitter van de commissie. De Kwaadsteniet De griffier van de commissie, Nieuwenhuizen
1 Samenstelling: Leden: Den Uyl (PvdA), Haas-Berger (PvdA), Aarts (CDA), De Kwaadsteniet (CDA) voorzitter, Meijer (PvdA), Hermes (CDA), Van Leijenhorst (CDA), Scherpenhuizen (VVD), Knol (PvdA), E. Terpstra (VVD), Hennekam (CDA), Jabaaij (PvdA), ondervoorzitter, Krajenbrink (CDA), Van Es (PSP), Wiebenga (VVD), Vermeend (PvdA), Nuis (D66). Plv. leden: Roethof (PvdA), Ter Beek (PvdA), Kraaijeveld-Wouters (CDA), Moret-de Jong (CDA), Pronk (PvdA), Van der Vlies (SGP), Nijland (CDA), Weisglas (VVD), Müller-van Ast (PvdA), B. de Vries (CDA), Herfkens (PvdA), De Hoop Scheffer (CDA), De Grave (VVD), Eisma (D66) en Tommei (D66).
Tweede Kamer, vergaderjaar 1987-1988, 20 200 hfdst. IV, nr. 14
1
Stenografisch verslag van een mondeling overleg van de vaste commissie voor IMederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken*
V o o r z i t t e r : V a n Erp De V o o r z i t t e r : Ik open de vergadering en heet minister De Koning, de directeur van het kabinet, de heer Palm, en vertegenwoordigers van het ministerie van Landbouw en Visserij de heren Moerman en Giezeman welkom. Ook heet ik de medewerkers van de commissie voor de Rijksuitgaven welkom. Ik geef dadelijk het woord aan de minister voor enkele inleidende woorden. Daarna volgt er een algemene discussie over de accountantscontrole en het begrotingsbeheer. Ik stel voor, hiervoor maximaal een uur uit te trekken. Daarna gaan wij over op de artikelsgewijze behandeling, waarvoor een overzicht is verstrekt. Het betreft de artikelen nrs. 1 tot en met 27 en 43 van hoofdstuk IV. Mij blijkt dat de leden van de commissie met deze werkwijze kunnen instemmen. Minister D e Koning: Mijnheer de Voorzitter! Graag vat ik, ook ten behoeve van het verslag van deze vergadering, nog even samen wat al in het ambtelijk vooroverleg is gezegd over het financiële beheer van KABNA. In die zin is er sprake van een bijzondere situatie dat de financiële administratie en het begrotingsbeheer, dus de activiteiten van de afdeling financieel-economische zaken, niet bij KABNA zelf zijn ondergebracht maar bij een ander departement. In het verleden is het lange tijd gewoonte geweest dat de minister voor Antilliaanse en Arubaanse Zaken de afdeling financieel-economische zaken van zijn departement vroeg, ook de KABNA-zaken te behartigen. Dat leverde natuurlijk moeilijkheden op omdat er regelmatig wisselingen plaatsvonden. Enkele jaren geleden is besloten, dat de afdeling FEZ van
Landbouw en Visserij ook de zaken van KABNA zou behartigen. Die werkwijze komt nu langzamerhand goed op gang nadat er aanvankelijk door personeelsmutaties wat vertraging optrad. Wij hebben nu een rapport van het accountantskantoor Peat Marwick Nederland, waarin de administratieve organisatie wordt beschreven. Vanaf 1 januari 1987 werken wij volgens deze opzet. Voorts wordt per 1 januari 1988 het geïntegreerde kas- en verplichtingensysteem, zoals het wordt gehanteerd door Landbouw en Visserij, ook voor KABNA ingevoerd. Wij denken dat wij op die manier de voorwaarden hebben geschapen voor een optimaal begrotingsbeheer. Ook de controletaken worden vervuld door de accountantsdienst van Landbouw en Visserij. Deze dienst heeft onder voorbehoud voor 1986 en voorgaande jaren een goedkeurende verklaring afgegeven. Dit voorbehoud heeft betrekking op de meerjarenplanprojecten waaraan de belangrijke post van 1 20 min. is verbonden. De uitvoering van en de controle op deze projecten vormen in de eerste plaats een verantwoordelijkheid voor de Antillen en Aruba. Voor zover wij bij het kabinet een en ander moeten controleren, is er sprake van een adequate controle maar er geldt wat betreft die meerjarenplanprojecten een achterstand omdat er in de Antillen en Aruba sprake was van een onderbezetting bij de accountantsdiensten. Wij hebben daarom bij het laatste bestedingsoverleg aangeboden om externe accountants in te schakelen en de kosten daarvan ten laste van het project te brengen. Ook bij het laatste bezoek van collega Crestian, de minister van Ontwikkelingssamenwerking van de Antillen dat enkele weken geleden plaats-
Woensdag 14 oktober
Aanvang20.00uur
vond, heb ik onderstreept dat het noodzakelijk is o m deze achterstand in te lopen. Daarbij is opnieuw bevestigd dat daarvoor externe accountants kunnen worden ingeschakeld. Vervolgens wil ik nog een algemene opmerking maken over de raming van de verschillende begrotingsposten. Voorzitter! Wij committeren gelden in Nederlandse guldens maar de uitgaven worden aangegeven in Antilliaanse guldens. Door de grote koersschommelingen die wij in de afgelopen jaren hebben gekend — de dollar was in het begin van de jaren tachtig ruim twee Nederlandse guldens w a a r d ; in 1 9 8 3 / 1 9 8 4 was de dollar vier Nederlandse guldens w a a r d ; nu zijn wij weer terug in de buurt van twee Nederlandse guldens — is het buitengewoon moeilijk om een adequate aansluiting te vinden tussen de raming in Nederlandse guldens en de uitgaven in Antilliaanse guldens. In 1984 hebben wij de begroting met 2 5 % verhoogd, om de gevolgen van de RTC op te vangen. In Antilliaanse guldens was daar niets van te zien; men kreeg eigenlijk alleen maar minder Antilliaanse guldens. Nu pas werken de eigenlijke verhogingen door, drie, vier jaar na datum, nu de Antilliaanse gulden samen met de dollar weer verder gedaald is. Ten slotte maak ik nog een enkele opmerking over dat voorbehoud bij de meerjarenprojecten. Ik zei al dat dit voorbehoud betrekking heeft op het ontbreken van accountantsverslagen over de gerealiseerde projecten. Wij hebben een uitgewerkte procedure, waarbij het project eerst wordt aangemeld bij de eilandsoverheid en bij het bestuurscollege. Dan wordt het voorgelegd aan de Antilliaanse minister voor ontwikkelingssamenwerking, vervolgens wordt het
Tweede Kamer, vergaderjaar 1 9 8 7 - 1 9 8 8 , 2 0 2 0 0 h f d s t . IV, nr. 14
2
getoetst door KABNA, zo nodig met inschakeling van deskundigen, het wordt in het bestedingsoverleg gebracht tussen de eilandsregering, de landsregering en de minister voor Antilliaanse en Arubaanse Zaken en dan wordt het nog een keer getoetst in het kader van de Comptabiliteitswet. Daarna wordt uiteindelijk over het project een besluit genomen door de minister voor Antilliaanse en Arubaanse Zaken. Dan begint de realisatie onder het toezicht van het bureau van de interne deskundige, verbonden aan het departement van financiën in de Antillen. Daarna wordt daar weer een toetsing door KABNA uitgevoerd. Als er knelpunten in de realisatie zijn, vraagt dat o m overleg tussen de eilandsregering en de minister voor Antilliaanse en Arubaanse Zaken. Als het hele spul klaar is, komt er een proces-verbaal van oplevering door het departement van financiën van de Nederlandse Antillen. Dan w o r d t het ter plekke gecontroleerd door de accountantsdienst van de Nederlandse Antillen. Ten slotte is er een overall accountantscontrole van de accountantsdienst van het ministerie van Landbouw en Visserij. Dit is heel kort samengevat de procedure die een project moet doorlopen. Het probleem zit in de voorlaatste fase, de accountantscontrole in de Antillen en in Aruba, vanwege de achterstanden die men daar heeft opgelopen. Ik hoop dat wij dat nu kunnen vervolmaken, althans in een behoorlijk tijdschema kunnen brengen door het inhuren van externe accountants. De V o o r z i t t e r : Nu gaan wij over tot de algemene beschouwingen. De heer A a r t s (CDA): De minister zei dat zijn begroting en administratie worden gecontroleerd door Landbouw. Op zichzelf hebben wij daarmee geen problemen. Integendeel. Ik geloof dat dit goed is, daar de minister voor Antilliaanse en Arubaanse Zaken nogal eens verwisselt, niet in persoon maar wel wat de koppeling aan een ministerie betreft. Nogmaals, het is goed dat dit bij één ministerie blijft. Ik denk ook dat er geen enkele klacht is over de wijze waarop Landbouw voor Antilliaanse en Arubaanse Zaken werkt. Toch blijft de vraag bovenkomen of deze opdracht aan Landbouw, gezien ook het specifieke karakter ervan en
de competenties die daaraan verbonden zijn, niet formeel geregeld moet worden. Dat zal geen principieel probleem zijn. Het is heel goed, de aanwijzing van de accountantsdienst van Landbouw voor Antilliaanse Zaken in een formele competentieregeling vast te leggen. De accountantsverklaring over 1986 wordt, zoals de minister al heeft gezegd, onder voorbehoud gegeven. Dat voorbehoud betekent materieel nogal wat. Zoals u weet, gaat dat voorbehoud over 120 miljoen gulden. Dat is de helft van de hele begroting. De minister zegt terecht dat dit voorbehoud met name slaat op meerjarige ontwikkelingsprojecten in de Antillen. Daar dit de harde kern is van het werk dat wij in de Antillen doen, is dit toch een zorgelijke zaak. De minister zegt: wij hopen daaraan wat te kunnen doen. Zou hij kunnen aangeven op welke termijn welke achterstand kan worden weggewerkt? Hieraan koppel ik het volgende. In het begeleidend schrijven zegt de minister, dat er alsnog geen goedkeurende accountantsverklaring kan worden afgegeven. Dat " a l s n o g " vul ik aldus in dat de minster ervan uitgaat dat er nog een nieuwe accountantsverklaring komt, waarin het voorbehoud over het desbetreffende jaar w o r d t opgeheven. Ik vraag de minister of dat waar is. Kan hij ons het volgende jaar in zijn correspondentie met de Kamer mededelen welke jaarrapporten uit het verleden dat voorbehoud inmiddels niet meer kennen? Wij hebben het hier gehad over de Antilliaanse accountantskantoren. Ik neem aan dat ik binnen de orde van de vergadering ben, als ik hier het probleem van de Antilliaanse rekenkamer ter sprake breng. Ik denk dat de Antilliaanse rekenkamer in dezen een taak heeft, aangezien het vaak projecten betreft die ten dele met Antilliaanse geld worden gefinancierd. Het laatste geldt zeker voor de exploitatie. Er is een probleem bij de Antilliaanse rekenkamer, maar ik ga daar niet op in, omdat dit te veel tijd zou kosten. Kan de minister nog eens aangeven of de competentieproblemen tussen de Algemene Rekenkamer en de Antilliaanse rekenkamer tot een oplossing kunnen worden gebracht? In dat verband vraag ik hem voor de volledigheid ook, of deze problemen er ook zijn met betrekking tot de rekenkamer van Aruba.
T w e e d e Kamer, v e r g a d e r j a a r 1 9 8 7 - 1
Wat het algemene begrotingsbeheer betreft hebben wij een accountantsrapport gehad van Peat Marwick. Hoewel, wij hebben dat niet gehad. Er w o r d t kennis van gegeven. Ik heb via de deskundigen van de commissie, die ook dit rapport bekeken hebben, gemerkt dat in het rapport wordt geduid op een aantal procedures die zijn omschreven en die worden gevolgd. Het laatste slaat echter niet op alle posten van de begroting. Als ik het juist heb, slaat het bij voorbeeld niet op alle posten die wij hedenavond behandelen. Peat Marwick hebben zich vooral beziggehouden met de ontwikkelingsprojecten van de begroting. Zij hebben zich echter niet beziggehouden met de procedures die samenhangen met het werk dat in Nederland gebeurt. Het is mij niet helemaal duidelijk. Ik zal de zin voorlezen die ons is voorgelegd door onze deskundige: "Nergens blijkt of er ook procedures zijn beschreven voor de uitvoering van het overige deel van de begroting (circa 5 0 % van de uitgaven), waaronder alle voor het feitenonderzoek geselecteerde artikelen." Ik neem aan dat deze indicatie juist is. Is het te verwachten dat er in de periode tussen nu en het volgende jaar procedureel volledige zekerheid komt over de wijze waarop niet alleen projecten, maar ook uitgaven in het algemeen worden behandeld. Dat staat natuurlijk los van de vraag, hoe in de procedures mensen en instanties werken. Dat is dus een tweede zaak. De minister heeft naar mijn mening gesproken over een essentieel punt voor de Kamer, namelijk om de begroting en in het bijzonder de realisaties te bekijken. Dat betreft het probleem van de koersverschillen. Toen ik mij in de cijfers begaf, bleek het voor mij praktisch een onmogelijke zaak te zijn o m het beleid — niet het totale beleid, maar het cijfermatige beleid - te beoordelen. Heel dikwijls staat namelijk bij de artikelen: deze verhoging of verlaging werd in hoge mate veroorzaakt door koersverschillen. Dat staat bij bijna alle posten. Het vervelende is dat het voor de Kamer volstrekt onmogelijk is, in de loop der jaren steeds exact te weten welk effect het voor- of nadelig koersverschil heeft op de realisatie in de begroting en op het verschil tussen de realisatie en de begrotingsartikelen. Als de minister zegt dat afwijking in hoge mate te danken of te wijten is aan koersver-
, 2 0 2 0 0 hfdst. IV, nr. 14
3
schillen, dan is de feitelijke situatie ik zeg niet dat de minister dit wil — dat de Kamer de mogelijkheid wordt ontnomen o m te bezien hoe de zaak er in feite voor staat. Ik weet wel dat wij kunnen vragen of de minister bij elke post wil aangeven wat het koersverschil is ten opzichte van het moment van realisatie. Dan kunnen wij zien of er nog duizenden guldens verschil in zit. Ik zou het ook niet zeggen, als de verschillen tussen de realisatie en de planning niet erg groot waren. Wij komen hierop terug bij de afzonderlijke posten. Ik weet dat het een probleem is, waarmee de minister ook zit. Ideaal is het, als de Antillen voor dit doel de koppeling met de dollar verlaten en zich bij de gulden aansluiten. Dan zijn wij van de moeilijkheden af. Beleidsmatig zijn hier problemen mee en ik ga er dus niet vanuit. Wel heb ik mij afgevraagd of het mogelijk is, in de begroting een zodanige voorstelling van zaken aan de Kamer te geven dat het effect van koersverschillen per jaar wordt weggewerkt. Ik kan mij voorstellen dat administratief een verrekeningskoers van bij voorbeeld 1,50 wordt gebruikt en dat de bedragen aan het einde van het jaar op grond van de werkelijke koers worden gelijkgetrokken. Ik zie in dat het technisch niet eenvoudig is, maar als het niet gebeurt, is het althans voor mij onmogelijk, de begrotingsuitvoering te bekijken. Anders moeten de minister en wij zoveel werk verrichten dat bij elke betaling de koersverschillen worden weggewerkt. Ik acht dit niet mogelijk. Ik zeg het nu, zodat ik straks hiernaar kan verwijzen, dat het mij opvalt dat bij vele posten de planning van de uitgaven sterk verschilt van de realisatie. Laat ik nu geen voorbeelden noemen, maar naar wat oorzaken vragen. Wij zullen straks zien dat er bijna geen post is waarvoor de uitgaven ongeveer zo hoog zijn als de begroting, behalve het koninklijke bezoek van 1986, dat precies binnen de begroting is afgewerkt. Ik heb mij afgevraagd wat de oorzaak hiervan is. Betreft het vaak uitgaven die heel moeilijk te prognotiseren zijn, die heel onverwacht zijn of die niet groot zijn in de ogen van een kabinet dat met miljarden werkt, zodat het niet kijkt op een paar honderdduizend gulden? Ik weet het niet; de minister mag de vraag beantwoorden. Het lijkt mij niet juist dat bij een post zoals het bouwen van een woning of onderhoud aan een
w o n i n g , of deze nu in de Antillen, in Aruba of in Nederland staat, verschillen van 5 0 % , 6 0 % of 7 0 % ontdekt worden, altijd naar boven natuurlijk. Het lijkt mij ook niet juist dat plotseling enkele tonnen besteed moeten worden aan groot onderhoud dat niet gepland is, dus helemaal niet in de begroting is opgenomen. Ik neem aan dat het kabinet voor Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken een zodanig toezicht houdt op de rijkseigendommen en trouwens op alle andere materiële uitgaven, dus niet zaken zoals vervroegde pensioenen of overlijdens, dat in een soort van meerjarenplanning bekend is welke kosten gemaakt moeten worden en op grond van reële ramingen zoveel mogelijk hierbinnen bedragen worden opgenomen. Ten slotte kom ik op dit punt bij een vraag die ik ook heb gesteld in het voorlopige verslag over de laatste begrotingswijziging. Als er aanzienlijke overschrijdingen zijn, duurt het lang voordat wij een suppletoire begroting krijgen. De ministervan Financiën kan op grond van de nieuwe comptabiliteitswet strenger toezicht houden en ik hoop dat hij dit zal doen. Het mag niet zo gaan als wij nu gezien hebben met de laatste begrotingswijziging. In oktober 1983 werd een mutatie voorgesteld, waarom wij overigens gevraagd hadden, namelijk voor de Surinaamse pensioenen, en in 1987, dus vier jaar naderhand, wordt deze pas gerealiseerd in een begrotingswijziging. Dit is een onschuldig voorbeeld, maar het geldt voor alle posten. Ik vind dat het zo niet kan. Het kan zo ook niet met de begrotingslening aan Aruba. Terwijl het besluit al twee jaar of misschien al langer geleden genomen is, krijgen wij nu een begrotingswijziging hiervoor. Dit hoeft niet, lijkt mij. Ik denk dat de minister de Kamer op de hoogte moet stellen op het moment dat er een belangrijke wijziging is — dus niet de wijziging in de zin van hoger uitgevallen kosten van een zaak die op zich bekend is bij de Kamer. Maar wanneer er beleidswijzigingen zijn of wanneer er wijzigingen zijn op grond van wensen van de Kamer, dan zou ik het het liefste hebben dat de minister binnen, zeg maar, drie maanden de begrotingswijziging aan de Kamer doet toekomen, zodat de Kamer daaraan dan ook formeel haar goedkeuring kan hechten.
Ik zou willen vragen: Minister, hoe is het met uw feiten? Ik heb begrepen dat het daar niet zo best mee is. Laat ik echter beginnen met een algemeen compliment aan de commissie voor de Rijksuitgaven, in het bijzonder ook aan de stafmedewerkers die er een weggetje voor ons doorheen geschapen hebben. Ik ben hen daar zeer erkentelijk voor. Tegen de minister zou ik willen zeggen, dat als je dit voor het eerst moet doen, het erg teleurstelt dat wel zijn informatie voldoende blijkt te zijn, maar dat de toelichting veel te summier is. Juist omdat het de eerste keer was, mijnheer de Voorzitter, meende ik toch te kunnen verwachten dat dit niet het geval zou zijn. Ook de brief van de minister vind ik veel te mager, lettende ook op de knelpunten die daarin genoemd worden. Die befaamde commissie voor de Rijksuitgaven is nota bene van oordeel dat er geen positief oordeel kan worden gegeven over de kwaliteit van de begrotingsraming. Als ik minister was, zou ik dat als een soort gele kaart ervaren... Ja, een rode kan ik u niet geven. Uit al die kleuren kies ik dan maar voor een gele! De Kamer is volgens de commissie slecht geïnformeerd en ik vind dat eigenlijk ook. Het blijkt dat wij al jarenlang suppletoire begrotingen op de agenda van de Kamer plaatsen en dat wij die in procedure nemen. Wij doen dat niet voor niets. Wij zitten soms te vechten om een ton of om drie ton, en dan komt de minister met een grote suppletoire begroting. Nu weet de minister wel, bij overschrijdingen: als het geld goed besteed is voor de Antillen, zal hij mevrouw Jabaaij niet horen knarsetanden. Maar het gaat om de systematiek van de begroting... De heer A a r t s (CDA): Voorzitter! Ik vind niet dat hier nu van belang is de vraag of het geld wel goed besteed is. Ik denk ook dat mevrouw Jabaaij het niet zo bedoelt. Hier is aan de orde de vraag of voldaan is aan de voorwaarde: mits zodanig besteed dat het enige instituut in Nederland dat daarover iets te zeggen heeft, de Kamer, daaraan haar goedkeuring gehecht heeft. Mevrouw Jabaaij (PvdA): Zeker, mijnheer Aarts. Neemt u mij gerust serieus: dit was een zijdelingse
Mevrouw J a b a a i j (PvdA): Voorzitter!
T w e e d e Kamer, vergaderjaar 1 9 8 7 - 1 9 8 8 , 2 0 2 0 0 hfdst. IV, nr. 14
4
opmerking die voor de minister was bedoeld. Ik wist niet dat u meeluisterde. Door de systematiek van de doorberekening is niet meer te lokaliseren waar in eerste instantie de uitgavengroei heeft plaatsgevonden en ik vind dit niet juist. De minister zegt wel dat vanaf 1988 die doorberekeningen niet meer zullen plaatsvinden naar de artikelen in de afdeling III. Ik ben het echter met de heer Aarts eens dat de afwijkingen tussen raming en realisatie vaak erg groot zijn. Deze zijn slechts voor een deel te verklaren uit de koersontwikkeling. De heer Aarts moet eens naar artikel 22 kijken. Dan ziet hij dat het 1 0 0 % meer is geworden, terwijl de realisatie veel lager was. Nu weet ik wel, mijnheer de Voorzitter, dat de positie van het kabinet voor Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken een unieke is. De procedures met betrekking tot de begrotingsvoorbereiding mogen dan wel duidelijk zijn — dat zegt ook de commissie voor de Rijksuitgaven —, maar de procedures voor de uitvoering van de begroting zijn dat niet altijd. Ik ben het ook met de heer Aarts eens: als het om 5 0 % gaat en niet alleen procedures voor begrotingsuitvoering bij projecten die in het kader van de ontwikkelingshulp worden gefinancierd, zou ik ook graag willen weten hoe dat met dat andere deel is. Er is ook zoiets als het kabinet van de gouverneur, studietoelagen, toeslagen. Hoe zit het daar dan mee? In de brief van de minister, van 8 september, wordt gesteld dat met ingang van 1 januari 1988 die geïntegreerde verplichtingen/kas-administratie zal worden gevoerd. Ik zou dan inderdaad ook willen weten, voor welk deel dat wel geldt en voor welk deel dat niet geldt. Er moet toch een duidelijke band zijn tussen verplichtingen en uitbetaling. Dat moet je toch ook vastleggen in je administratie. De accountantscontrole is uitbesteed aan de hoge heren van Landbouw en Visserij. Ik heb daar veel respect voor. Dat is inderdaad een overblijfsel uit een periode, waarin deze minister ook verantwoordelijk was voor de post landbouw. In de brief van de stafmedewerker staat echter, dat de taken nooit formeel zijn geregeld. Ik denk, dat dit zeker zou moeten gebeuren, want wie toetst anders de beslissingen van de directie van Landbouw en
Visserij? Die is toch ook verantwoording schuldig aan de minister? Waar ligt dat dan vast? Ik heb het niet kunnen vinden. De accountant is kennelijk toch zeker van de zaak, want hij geeft onder voorbehoud goedkeuring. Ik vraag mij toch af of dat niet op een andere manier had gemoeten. De minister zegt te hebben aangeboden, dat externe accountants kunnen worden ingeschakeld. Heeft minister Crestian dat overigens aangepakt en gaat dit ook gebeuren? Anders komen wij natuurlijk geen stap verder. Ik vind het overigens terecht wat de heer Aarts over de Algemene Rekenkamer heeft opgemerkt; misschien kan de minister daarover dit keer of de volgende week bij de begrotingsbehandeling iets zeggen. Ik wil nog even terug naar het voorbehoud van de accountant. Waarom zijn er geen duidelijke procedures wat de Antillen betreft? Die zijn niet duidelijk genoeg beschreven. De minister heeft er wel een verhaal over verteld, maar waar staat het dan? Is het ergens o m schreven? Het zal in de toekomst anders gaan, maar is dat effect al merkbaar? Ik vrees dat dit niet het geval is na hetgeen de minister heeft verteld over hetgeen hij minister Crestian heeft aangeboden. W a t betreft de registratie van de vorderingen en de schulden zijn er grote achterstanden. Er worden wel maatregelen genomen, maar hebben die al effect gehad? Ten slotte wil ik nog mijn algemene oordeel uitspreken en wel, dat ik het erg jammer vind dat weliswaar het materiaal uitvoerig aan ons is toegestuurd maar dat te weinig handvatten zijn geboden en dat wij gelukkig de commissie voor de Rijksuitgaven hadden om die weg voor ons te banen. Een gele kaart dusl Mevrouw T e r p s t r a (VVD): Voorzitter! Het is onvermijdelijk als je allemaal dezelfde rapporten en dezelfde gegevens leest, dat je toch drie keer in ieder geval op hoofdlijnen dezelfde verhalen kan horen. Het zal bij mij niet anders zijn, zeker niet als de derde spreker. Ik wil allereerst een paar algemene opmerkingen maken. Onze fractie hecht buitengewoon veel waarde aan dit feitenonderzoek evenals aan een goed begrotingsbeheer en een goede accountantscontrole. Het mag toch
duidelijk zijn, dat het voor iedere begroting en zeker voor de begroting van Antilliaanse Zaken en Aruba van belang is, dat de mensen en zeker wij kunnen vertrouwen op goed begrotingsbeheer en op een goede accountantscontrole. Het gaat toch om een niet onaanzienlijk deel — 5% - van de post voor Ontwikkelingssamenwerking. Dat is van belang voor het draagvlak van die ontwikkelingshulp aan de Nederlandse Antillen en Aruba. Het spijt mij dan ook, dat wij in het algemene oordeel buitengew o o n kritisch moeten zijn, hoewel veel al lijkt te zijn verbeterd in het kader van de feitenonderzoeken zoals die het vorige jaar en ook dit jaar worden uitgevoerd. Alleen al de preventieve werking van deze feitenonderzoeken vind ik buitengewoon positief. Een van die positieve punten is bij voorbeeld, dat wij in het verleden keer op keer hebben gewezen op de wel heel late indiening van begrotingswijzigingen en op de enorme achterstand van uiteindelijk dan toch de controles van de rapporten. W e l , ik zie hier nu dat de achterstand van 1983 en 1986 uiteindelijk in april is ingehaald, het rapport van 1984 in juni 1986, het rapport van 1985 in december 1986 en het rapport van 1986 in 1987. Kortom, niet alleen de achterstand is ingehaald maar ook de verbeteringen zijn zeer recent. Mijn compliment daarvoor. Ik hoop, dat de minister ook zo doorgaat, hoewel wij de slotwet 1986 dus nog niet nebben gekregen. Wij moeten dus constateren, dat het begrotingsbeheer in de afgelopen jaren in ieder geval veel kritiek verdient. Dit wordt nog versterkt door de achterstand die op dit moment in de Antillen en in Aruba nog steeds bestaat. De minister duidde daar al op. Volgens de gegevens die wij hebben zijn de Antillen pas tot 1982 bij. Ik denk dat dit ook voor Aruba geldt, maar Aruba treft in dit geval nog nauwelijks schuld. Het is natuurlijk onaanvaardbaar. Er zijn wel alle mogelijke verklaringen voor en wij hebben ook begrip voor de problemen in de Antillen en in Aruba. Wij zijn het echter volstrekt eens met de minister, dat deze achterstand zo snel mogelijk moet worden ingehaald. Wij zijn het ook eens met zijn aanbod om desnoods met extra hulp en extra geld uit Nederland accountants beschikbaar te stellen, opdat de achterstand kan worden ingehaald.
T w e e d e Kamer, vergaderjaar 1 9 8 7 - 1 9 8 8 , 2 0 2 0 0 h f d s t . IV, nr. 14
5
De vraag is alleen hoe gereageerd is op dit aanbod van de minister. En als er nog geen reactie is ontvangen, waarom niet? Wanneer zal die reactie dan volgens de minister wel komen? Wellicht is deze behandeling een signaal naar de Antillen en Aruba toe. Ook ik wil in dit verband nog even wijzen op de schriftelijke vragen die wij destijds hebben gesteld over de problemen met de Antilliaanse rekenkamer naar aanleiding van de opmerking van de Algemene Rekenkamer in Nederland, dat het toch wel wenselijk zou zijn om een doelmatigheidsonderzoek van de Antilliaanse rekenkamer in te stellen. Op zich zelf is het begrijpelijk dat de Antilliaanse rekenkamer zich autonoom opstelt. Ik respecteer dat ook. Er moet dus een compromis worden gevonden. Een compromis dat naar ons idee uitvoerbaar is, zou een gezamenlijk uitgevoerd onderzoek zijn, met een rapportage aan zowel de Nederlandse als de Antilliaanse regering. Kan de minister hierop ingaan? Ik heb net gesproken over de achterstand in Nederland en over de achterstand in de Antillen en Aruba. De kritische benadering van het algemene beeld van het Nederlandse begrotingsbeheer wordt nog ernstiger als blijkt dat er in het verleden nogal lustig is geschoven met door de Kamer geaccordeerde uitgavenposten. Ik vind dit buitengewoon ernstig, omdat het hierbij in feite gaat om het budgetrecht van de Kamer. De minister kan dan wel, terecht overigens, wijzen op de problemen die juist bij deze begroting bestaan in verband met koersverschillen, maar dit laat onverlet dat er ook begrotingsposten zijn die jaar in jaar uit op een volstrekt verkeerde wijze worden ingeschat. Het probleem doet zich ook voor met posten die door de Kamer zijn geaccordeerd die niets te maken hebben met koersverschillen. Ik vind dat de minister dat ook ruiterlijk moet toegeven. Ten eerste omdat ik vind dat hij anders de zaak toch wat verhuld en ten tweede omdat ik vind dat daarin verbetering moet komen. Als voorbeelden van posten die niets te maken hebben met die koersverschillen noem ik de materiële en personele uitgaven van het kabinet hier. Wij zullen later nog over artikel 15 spreken waarin het eveneens over dergelijke posten gaat. Maar er zijn ook heel andere merkwaardige zaken aan de gang.
Als jaar in jaar uit een uitgavenpost kennelijk verkeerd is gesteld, zou het dan zo langzamerhand geen tijd worden om daarmee rekening te houden bij de opstelling van de nieuwe begroting? Ik heb een paar voorbeelden van dergelijke uitgavenposten gevonden. In artikel 2 is sprake van een uitgavenpost die vanaf 1983 ieder jaar suppletoir verhoogd moest worden. In artikel 43 staat de post waaruit iedere keer wel weer geput kon worden en waarmee geschoven kon worden. Als zich dat vanaf 1983 als trend voordoet, moet daarmee naar mijn oordeel met de opstelling van de begroting rekening worden gehouden. Sterker nog, ik denk dat dit zal moeten worden aangepast en geactualiseerd. De kostenstijgingen die als trend duidelijk naar voren komen in de analyse van de staf van de commissie voor de Rijksuitgaven zijn soms wel heel fors. Wij zullen daarover nog spreken tijdens de artikelsgewijze behandeling,. Enkele kostenstijgingen zijn heel goed te verklaren, bij voorbeeld die van artikel 27, de toeslagen van de pensioenen, waarbij sprake is van een verhoging met 465%. Dat is echt de kampioen daarbij. Maar er zijn ook andere posten die een zo sterke kostenstijging vertonen, dat ik mij afvraag of dat alleen maar te verklaren is vanuit de koersverschillen. Voorzitter! Ik ben het met vorige sprekers eens dat de verstrekte gegevens soms moeilijk zijn uit te spitten naar de verschillende onderdelen. Het zou plezierig zijn, wanneer bij een volgende gelegenheid een wat ruimere verklaring kon worden gegeven. Hoewel, sommige zaken waren met name in het accountantsrapport bijzonder boeiend om te lezen. Veel vragen die rezen, werden onmiddellijk van een antwoord voorzien. Tussen haakjes, ook wij zijn benieuwd naar de mening van de minister over de vraag of het noodzakelijk is om formele afspraken te maken met de externe accountantsdienst, de accountantsdienst van Landbouw en Visserij. Ik spreek er mijn waardering voor uit dat is gekozen voor het permanent stationeren bij Landbouw en Visserij. Het zou buitengewoon inefficiënt zijn om keer op keer met een wisseling van de minister ook een wisseling van deze post te krijgen. Niet alleen wij moeten de nodige ervaring opdoen, voordat wij geheel thuis zijn in deze materie!
Ik zei zojuist dat het accountantsrapport op onderdelen boeiend was om te lezen. Er worden procedures beschreven die helder zijn. Enkele procedures worden helemaal niet beschreven. Daarover zijn inmiddels al vragen gesteld, waarop ik dan ook niet meer terugkom. Het accountantsrapport geeft echter nog aanleiding tot enkele algemene vragen. Op pagina 3 wordt gesproken over tekortkomingen die in het kabinet aanleiding hebben gegeven tot het nemen van stappen om deze op te heffen. Welke stappen zijn genomen? Heeft het te maken met het wel opsturen van geautoriseerde stukken, omdat bij voorbeeld computeruitdraaien niet gebruikt kunnen worden voor de accountantsverklaring? Dit lijkt een detail, maar het is een opstapje voor mijn volgende vraag. Wij hebben gelezen dat er op Curapao, in Willemstad, een nieuwe rekenplichtige is aangesteld. Kennelijk was deze niet op de hoogte van het feit dat zo'n computeruitdraai niet geschikt is. Hoe gebeurt dat nou? Wordt zo iemand alleen aangesteld? Krijgt hij een training, een soort deskundigheidsbevordering? Of is men dat vergeten en ging men ervan uit dat dit wel bekend zou zijn? Heeft men geleerd van dit soort gesignaleerde tekortkomingen en heeft men dat alsnog gedaan? Kunnen verbeteringen te verwachten zijn? Kan daarmee in ieder geval de vertraging vanuit de Antillen en Aruba voor een deel worden opgelost? Hebben die stappen ook te maken met de nieuwe beheers- en bestuursregelingen die thans worden geformuleerd? Door wie en met welk doel worden die geformuleerd? Hebben die stappen ook te maken met het straks in te voeren geïntegreerde verplichtingen/kas-systeem? Er zullen nieuwe eisen worden gesteld. De mensen van Landbouw en Visserij zijn er kennelijk al mee vertrouwd! Hebben de genomen stappen ook betrekking op de achterstand in de registratie van vorderingen en schulden als gevolg van die computeruitdraai? Het is mij een raadsel waarom het bij automatisering niet mogelijk is om op elk gewenst moment een geactualiseerde uitdraai van de registratie van vorderingen en schulden te krijgen. Het lijkt mij een vanzelfsprekend instrument om te komen tot een goed budgetbeheer. Ik denk dat op
Tweede Kamer, vergaderjaar 1987- 988, 20 200 hfdst. IV, nr. 14
6
dit punt dan ook in ieder geval stappen moeten worden genomen. Voorzitter! Er is voor 1986 slechts een goedkeurende verklaring onder voorbehoud afgegeven. Terecht hebben vorige sprekers erop gewezen dat het niet niks is wanneer bijna de helft van alle uitgaven geen goedkeurende verklaring zonder voorbehoud kan krijgen. In de briefing is het probleem nogal gebagatelliseerd. De minister heeft dat vandaag nog eens overgedaan door te zeggen: onze procedures zijn haarscherp, het risico is eigenlijk maar heel klein. Ik vind zélfs als het risico heel gering is, een klein percentage van 120 miljoen nog altijd veel te veel. Ik ben benieuwd hoe de minister hierin verbetering denkt te brengen! Minister D e K o n i n g : Mijnheer de Voorzitter! De opdracht aan de accountantsdienst en de directie FEZ van het ministerie van Landbouw en Visserij is formeel geregeld. Er is een ministeriële beschikking van de minister van Landbouw en Visserij, tevens minister voor Nederlands-Antilliaanse Zaken. Die dateert dus uit de tijd van de heer Van der Stee, uit 1977. Daarin wordt aan de directie FEZ van Landbouw en Visserij met ingang van 2 januari 1978 opgedragen de behandeling van comptabele zaken betrekking hebbend op het Kabinet voor Nederlands-Antilliaanse Zaken. Er is dus een formele opdracht van de toenmalige verantwoordelijke minister. Ik kom op de kwestie van de accountantsverklaring onder voorbehoud. Ik heb al gezegd dat het voorbehoud betrekking heeft op de achterstand in de controle van meerjarenplanprojecten in de Antillen zelf. Dat moet gebeuren door de accountantsdiensten van de Antillen en nu ook van Aruba. Die accountsdiensten kunnen dat niet bijbenen; vandaar de noodmaatregel externe accountants in te schakelen om die achterstand in te lopen. Dat is formeel besloten in augustus van dit jaar. Het is herhaald ten opzichte van de heer Crestian, toen hij enkele weken geleden hier was. In hoeverre men al een begin gemaakt heeft met de uitvoering daarvan, kan ik niet zeggen. Daarover hebben mij nog geen berichten bereikt. In ieder geval heeft de heer Crestian het aanbod met beide handen aanvaard. Ik neem dan ook aan dat hij daar ten spoedigste gebruik van zal maken. Dit
betekent ook dat ik nu nog niet kan zeggen wanneer de voorbehouden zullen worden opgeheven, want de resultaten van het inschakelen van die externe accountants moeten nog worden afgewacht. Dan kom ik op de zaak met de Antilliaanse rekenkamer. Aanvankelijk hebben de Nederlandse Antillen het standpunt ingenomen dat er alleen een taak lag voor de Antilliaanse rekenkamer en niet voor de Nederlandse rekenkamer op grond van de staatsrechtelijke redenering dat het geld in de Antillen werd uitgegeven en onder verantwoordelijkheid van de Antillen de werken werden uitgevoerd, zodat zowel de rechtmatigheid als de doelmatigheid gecontroleerd zou moeten worden door de Antilliaanse rekenkamer. Tegenargument mijnerzijds is dat het wel geld is dat uit Nederland afkomstig is en waarvoor ik verantwoording moet afleggen ten opzichte van de Tweede Kamer. Dan is het toch ook redelijk dat voor die gelden, net als voor alle andere Nederlandse overheidsbestedingen, de Nederlandse rekenkamer een bevoegdheid heeft. Dat heeft lang op en neer gedobberd. Ten slotte heb ik zoals bekend het compromis-voorstel gedaan: laat dan beide rekenkamers onder gezamenlijke verantwoordelijkheid dat onderzoek doen. Als het rapport ondertekend is door de presidenten van beide rekenkamers en het wordt gericht aan zowel de Staten-Generaal der Nederlanden als aan de Staten van respectievelijk de Antillen en Aruba, dan is wat mij betreft de zaak tot een bevredigende oplossing gebracht. Aruba heeft daar geen enkel probleem mee. De Antillen hebben nog niet geantwoord op mijn dringende en herhaalde vraag of het compromis voor hen aanvaardbaar zou zijn. Mij is wel gebleken dat de president van de Nederlandse rekenkamer inmiddels enkele weken geleden een brief heeft gekregen van zijn collega van de Antilliaanse rekenkamer. Hij meent dat de zaak enige voortgang maakt, maar ik ken de inhoud van die brief niet precies. Als de zaak tussen beide rekenkamers geregeld kan worden op een bevredigende wijze, dan is het voor mij allemaal prima. Dan kan het van start gaan. Het is mij echter niet helemaal duidelijk geworden of de Antilliaanse rekenkamer assistentie heeft gevraagd van de Nederlandse rekenkamer dan wel of het een joint venture wordt onder gezamenlijke
verantwoordelijkheid. Als de Antilliaanse rekenkamer assistentie vraagt van de Nederlandse rekenkamer, dan valt er wat mij betreft op zichzelf best over te praten, maar wordt er formeel geen rapport uitgebracht aan de Nederlandse Staten-Generaal. Ik meen dat dit onder de maat is die het parlement wil aanleggen. In antwoord op de vraag van de heer Aarts of de procedures betrekking hebben op de gehele begroting zeg ik: ja, inderdaad. De voorstellen van het accountantskantoor Peat Marwick Nederland en het gevolg dat eraan gegeven wordt hebben betrekking op alle onderdelen van de begroting. De kwestie van de koersverschillen lijkt mij ingewikkeld. De heer Aarts zegt: ja, je zou toch eigenlijk per betaling moeten aangeven wat de conversie is van Nederlandse guldens in Antilliaanse guldens. Dat wordt toch buitengewoon lastig. Het helpt ons ook niet in de begrotingsproblematiek. Vooral als het projecten betreft die zich over meer jaren uitstrekken, krijgen wij verschillen tussen de jaren. Dan zou je dus voor het onderdeel van het project dat uitgevoerd is en tot betaling is gekomen, in ieder begrotingsjaar exact moeten aangeven wat de koersverhoudingen zijn. Wij krijgen van Financiën de koers die wij moeten aanhouden voor een bepaald jaar. Voor dit jaar is het, geloof ik, f 1,12. Daar gaan wij dus van uit. Als een project dat begin dit jaar gestart is, in oktober tot uitbetaling komt, kan de feitelijke koers natuurlijk een andere zijn dan de verrekenkoers die Financiën voor het hele jaar als hulplijntje heeft aangegeven. Daar blijven wij boven of wij komen eronder. Ik denk dat wij er dit jaar iets onder komen, als ik zo op het gevoel af kijk naar de dollarkoers. Ik denk dus dat wij er op die manier niet goed uitkomen. Waar het uiteindelijk om gaat, is dat wij voor alle betalingen van een project achteraf kunnen nagaan of inderdaad de juiste koers is aangehouden bij de betaling in de Antillen en bij de voorschotbetaling die vanuit Nederland in Nederlandse guldens is gedaan. Dat is een zaak die volgens mij de accountant moet bekijken. Hij moet bekijken of dat correct gebeurd is. De heer A a r t s (CDA): Dat is mijn probleem niet. Het is een moeilijke
T w e e d e Kamer, vergaderjaar 1 9 8 7 - 1 9 8 8 , 2 0 2 0 0 hfdst. IV, nr. 14
7
zaak, zowel voor u als voor ons. Het gaat mij er niet o m dat u in een bepaald jaar over de begroting schiet vanwege de koersverschillen of dat u eronder blijft. Daar kunt u niets aan doen. Waar het mij o m gaat, is dat het door het aangeven van de oorzaak van de verhoging als liggende in de koersverschillen, voor ons volstrekt onduidelijk w o r d t waar het nog meer aan kan liggen. Ik noem even een voorbeeld. Wij komen hier straks nog op terug. Op de begroting staat ƒ 1 0 0 . 0 0 0 . Er wordt echter ƒ 1 4 0 . 0 0 0 uitgegeven. Als u dan zegt dat dat verschil in hoge mate is veroorzaakt door koersverschillen, maar er staat niet bij tot welke hoogte, kunnen wij niet beoordelen of er andere factoren in het geding zijn. Het zou kunnen zijn dat, als je het uitgerekend had — ik geef u echter toe dat dit een heidens karwei is - je zou komen aan f 130.000 en dat je voor die f 10.000 een andere oorzaak, die beleidsmatig kan zijn, kan aanwijzen. Dat is het probleem. Het is dus voor mij — dat zal straks blijken als wij daar dieper op ingaan — bij geen enkele post duidelijk of het aan u te wijten is of aan president Reagan. Dat is voor mij als Nederlands parlementariër een gevaarlijke zaak. Minister De K o n i n g : Voorzitter! Ik denk dat wij er dan over zouden moeten overleggen of wij bij de slotwet per artikel zouden kunnen aangeven waar afwijkingen hebben plaatsgevonden en waar die aan te wijten zijn. Ik kijk even naar mijn buren of dit een uitvoerbare mogelijkheid is. Kijk, bij de slotwet brengen wij de begroting in overeenstemming met de werkelijkheid. Dat is een charmante procedure van de kant van het Rijk. Wij maken een begroting en zeggen hoe wij het willen doen. Aan het eind van het jaar zeggen wij niet dat het anders is uitgekomen. Neen, wij stellen de begroting bij, zodat die weer klopt met de werkelijkheid. Ik kijk even naar het hoofd FEZ of hij een mogelijkheid ziet. De heer M o e r m a n : Wij zouden het wel willen, maar dat betekent in feite dat elke betaling gesplitst moet worden. Je moet bekijken hoe die oorspronkelijk was begroot, op welk moment het betaald is en wat toen de koers was. Dat wordt een gigantisch karwei. Het is op zijn hoogst gemiddeld te bepalen.
Mevrouw T e r p s t r a (VVD): Voorzitter! Als wij het nu eens de andere kant op proberen. Het verhaal van die koersverschillen is duidelijk. Ik heb er voldoende vertrouwen in, wanneer er wordt gezegd welke oorzaken naast de koersverschillen hebben geleid tot een verhoging of een verlaging. Laat die koersverschillen dan maar helemaal zitten. Daar moeten wij op vertrouwen. Dat is veel te ingewikkeld. De minister heeft daar gelijk in. Ik denk dat de kosten-batenanalyse dan uiteindelijk negatief zal zijn. Als wij er nu op kunnen vertrouwen dat iedere andere afwijking afgezien van die koerswijziging wel wordt weergegeven, zijn wij er toch ook. Minister D e K o n i n g : Voorzitter! Ik denk dat dat inderdaad in de slotwet vermeld zou kunnen worden. Voor de grootste post, de pensioentoeslagen, zal het verschil helemaal te wijten zijn aan koersverschillen. Daar komen de grootste afwijkingen voor. Een ander voorbeeld betreft de ambtswoning en het kantoor van de gouverneur van Aruba. Je maakt een begroting. Dan houd je een aanbesteding. Vervolgens valt het tegen. Als de laagste inschrijver een stuk hoger uitkomt en er verder niet meer over te praten valt, moet je gewoon achteraf zeggen dat de aanbesteding is tegengevallen en dat deze de begroting heeft overschreden. Vervolgens is het de vraag of je dan een suppletoire begroting moet indienen. Dan kijk ik naar de data, waarop onze slotwetten worden opgesteld. Dat is altijd medio het jaar, volgend op het begrotingsjaar. Pas dan gaat de slotwet naar Financiën, maar dan is zij nog niet altijd bij de Kamer. Daar zit dus nog maar heel weinig tijdsverschil in. Ik denk dat wij in veel gevallen met een suppletoire begroting ongeveer gelijk uitkomen als met de slotwet. Binnen een halfjaar na afsluiting van het boekjaar is de slotwet ingediend bij Financiën en afhankelijk van het tempo dat men daar aanhoudt, komt zij enkele maanden later bij de Kamer terecht. De Kamer heeft dan inzicht in de begrotingsoverschrijdingen of onderschrijdingen die zich hebben voorgedaan, geabstraheerd van de invloed van koersverschillen. De heer A a r t s (CDA): Dit is een oplossing die ons wat ons vertrouwen betreft, helpt. Dat vertrouwen moeten we ook hebben. Dit kan echter alleen maar iets betekenen
voor de Kamer, als niet gewezen wordt op koersverschillen plus een andere buitenplaats. Dan moet ongeveer worden aangegeven, om welk bedrag het gaat, wat wil zeggen dat u toch enigermate moet aangeven, hoe in de loop van de tijd koersverschillen feitelijk invloed hebben gehad. Het kan niet zo zijn dat u zegt: naast de koersverschillen is dit en dat nog gebeurd, als niet aangegeven wordt om welk percentage van de kosten het gaat. Straks zal blijken dat het inderdaad op sommige punten tot een verhoging met 1 0 0 % komt, die niet alleen door de koersverschillen kan zijn veroorzaakt. Er moet dus een indicatie zijn, over welk bedrag we het hebben. Minister D e K o n i n g : Ik denk dat het mogelijk is o m , geabstraheerd van koersverschillen, andere gronden voor onder- of overschrijdingen aan te geven. Mevrouw J a b a a i j (PvdA): Ik denk dat u bereid moet zijn, toe te geven dat het in sommige gevallen gewoon een kwestie is van niet goed ramen. Als je goed raamt, heb je uiteraard minder suppletoire begrotingen nodig, wat in sommige gevallen bij de artikelen wel eens het geval is geweest. Minister D e K o n i n g : We hebben ramingen, bij voorbeeld ten aanzien van technische bijstand, die aanmerkelijk te laag zijn geweest. Hoe komt dat? Mijn toenmalige collega, de heer Chance, drong er zeer op aan, de technische bijstand aanmerkelijk terug te brengen, omdat hij dat zag als een verkwisting van geld. Hij geloofde ook niet al te zeer in de effectiviteit van de technische bijstand. Ik heb hem altijd gesteund in het zuinig omspringen met technische bijstand, want dat is toch een vrij duur artikel. Omdat die technische bijstand niet per eiland werd toegerekend aan de allocatie die per eiland was vastgesteld, was het erg verleidelijk om wat ruimer in die pot te grijpen, omdat men toch zag dat het niet in mindering kwam op de allocatie voor het betrokken eiland. Op aandringen van de heer Chance hebben wij de begroting toen sterk beperkt met 2 of 3 min. en daarna kwamen er meer aanvragen dan ooit tevoren voor technische bijstand via het departement van de minister voor ontwikkelingssamenwerking in de Antillen. Dan krijg je
T w e e d e K3mer, vergaderjaar 1 9 8 7 - 1 9 8 8 , 2 0 2 0 0 hfdst. IV, nr. 14
8
natuurlijk een forse overschrijding, want beleid en uitvoering in de Antillen blijken niet met elkaar in de pas te lopen. Ik noem een ander geval met forse afwijkingen. Wij ramen de post studietoelagen altijd vrij hoog, omdat we niet weten, hoeveel studenten zullen worden aangemeld. Uiteindelijk worden er minder studenten aangemeld dan geraamd is en er komen er nog minder dan zijn aangemeld, en dan heb je een forse onderschrijding van de post studietoelagen. W e zullen die post nu gaan bijstellen, omdat het nu helemaal de pan uit rijst, nu via de W e t op de studiefinanciering veel minder mensen een beroep doen op een studietoelage ten laste van de begroting van KABNA. Soms zijn het inderdaad verkeerde ramingen, maar wat heet verkeerd? De ambtswoning van de gouverneur van de Antillen, hebben wij de kosten daarvoor goed geraamd of heeft de aannemer dat goed gedaan? De raming van de aannemer telt toevallig, want dat bedrag moet je betalen. De vertraging in de suppletoire begrotingen voor Surinaamse pensioenen en voor de begrotingssteun aan Aruba kan ik niet thuisbrengen, maar misschien kan straks één van de medewerkers daarover wat zeggen. De heer A a r t s (CDA): Ik kan het heel simpel zeggen. W e hebben gisteren een voorlopig verslag ingeleverd naar aanleiding van een wetsvoorstel, waarmee deze twee mutaties zijn verwerkt in de begroting, terwijl dit al in oktober 1983 — ik noem alleen maar de Surinaamse pensioenen — in de memorie van antwoord respectievelijk in het antwoord op vragen bij de begroting is toegezegd, toen we erom vroegen, die posten van de begroting af te voeren en onder te brengen bij een andere begroting. Het is dus vier jaar na dato. Dat vind ik toch een beetje lang. De meeste kamerleden maken een dergelijke periode zelfs niet eens mee. De V o o r z i t t e r : Ter voorkoming van een forse overschrijding van de 60 minuten die wij afgesproken hebben voor een algemene beschouwing, wil ik de interrupties over dit onderwerp nu beperken. Ik geef het woord aan de minister. Minister De K o n i n g : Wat betreft de
begrotingssteun Aruba kan een oorzaak gelegen zijn in het feit dat eergisteren pas besloten is de laatste tranche uit te betalen. Misschien wordt de totale begrotingssteun dan in één keer verwerkt. Ik ben al ingegaan op de kritiek van mevrouw Jabaaij met betrekking tot de te summiere toelichting. Wanneer e r v a n afwijkingen sprake is, moet dat zo duidelijk mogelijk worden aangegeven. Over de procedures rond de uitvoering van de begroting is er naar mijn mening wel duidelijkheid. Mevrouw Jabaaij noemde twee voorbeelden in dit verband. Het kabinet van de gouverneur dient de raming in. Wij bekijken die en plaatsen eventuele op- en aanmerkingen. Daarna wordt de raming definitief vastgesteld en in onze begroting verwerkt. Ik heb zojuist al gezegd dat de raming van de post studietoelagen aan de te ruime kant is gebleken. De geïntegreerde verplichtingen/kasadministratie betreft de gehele begroting. Er is gevraagd waar de externe accountantscontrole plaats moeten vinden. Welnu, dat gebeurt in de op één na laatste fase van de procedure die ik in mijn inleiding al heb aangegeven. Wanneer het project voltooid is, het proces verbaal van oplevering door het departement van Financiën Nederlandse Antillen is gemaakt, is er ter plaatse een accountantscontrole. Daarna komt er nog eens een accountantscontrole door de accountantsdienst van het ministerie van Landbouw en Visserij alhier. Dus de vertraging zit in de op één na laatste schakel. Wat betreft de administratie van vordering en schulden was er een achterstand die nu echter vrijwel is ingelopen. Ik ben het helemaal eens met mevrouw Terpstra dat het voor iedere hulpverleningsactie en voor het behoud van het draagvlak daarvan, nodig is dat er in ieder geval ten aanzien van de geldbesteding geen twijfel mag worden gewekt. Zoals ik al zei, is de slotwet inzake de begroting 1986 inmiddels bij het ministerie van Financiën ingediend. Mevrouw Terpstra heeft gezegd dat het schuiven met posten het budgetrecht van de Kamer aantast. Tegelijkertijd merk ik van mijn kant op dat wij, zeker nu er een bandbreedte geldt binnen bepaalde beleidsterreinen, wel de mogelijkheid moeten hebben om te kunnen schuiven. Ik ben voor brede begrotingsartikelen, waarbij een beleidsterrein gedekt
wordt door een begrotingsartikel. Dan moet je de bevoegdheid hebben om van het ene onderdeel van het artikel naar het andere te schuiven om daarmee een voldoende uitputting van dat artikel te kunnen waarborgen. Mevrouw T e r p s t r a (VVD): Ja, Voorzitter, ik zie u wel op de klok kijken, maar dit is een buitengewoon essentieel punt. Het gaat hier in feite o m de hamvraag. Het gaat hier o m de wijze waarop Kamer en minister met elkaar omgaan. Als ik in de schoenen van de minister zou staan, zou ik natuurlijk ook voor een zo groot mogelijke algemene begrotingspost zijn. Dan heb je namelijk alle beleidsruimte. Het aardige is nu echter dat wij hier aan deze kant van de tafel zitten. Wij zitten soms niet voor niets te millimeteren over bepaalde posten, waarbij wij amendementen indienen. Als er een te brede begrotingspost is, vragen wij zelfs aan de minister die onder te verdelen opdat wij zicht hebben op de bestedingen. De minister onderstreept nu als het ware mijn stelling dat het schuiven met posten, zelfs als ze breed zijn, het budgetrecht van de Kamer aantast. Het spijt mij ontzettend voor de minister — hij zegt het allemaal heel beminnelijk — maar ik denk niet dat wij dit over onze kant kunnen laten gaan. Minister De Koning: Toch blijf ik voorstander van soepelheid binnen een begrotingsartikel. Dat betekent dat bij de beoordeling van de begroting de Kamer moet zeggen of zij de artikelsgewijze indeling kan accepteren. Ik verwijs naar de factfinding begroting Sociale Zaken en Werkgelegenheid waar steen en been geklaagd wordt over het feit dat men uit al die artikelen geen wijs meer kan worden. Men weet niet wat op wat slaat. Ik heb daarbij gezegd dat het niet in mijn voornemen ligt, hoezeer mij dat persoonlijk zou passen, een begroting in te dienen met één artikel, uitgaven Sociale Zaken en Werkgelegenheid 23 mld. Dat zou iets te ver gaan. Maar het ligt wel in mijn voornemen om het artikel over scholing te zien als één artikel. Daarbij kan ik dan meer geld inzetten voor de ene vorm van scholing of voor de andere vorm van scholing. Die ruimte moet ik hebben als ik al wel aanvragen voor scholing conform a, meer dan is voorzien en minder voor een andere vorm van
T w e e d e Kamer, vergaderjaar 1 9 8 7 - 1 9 8 8 , 2 0 2 0 0 hfdst. IV, nr. 14
9
scholing heb. Dan moet ik daarin kunnen schuiven. Dat geldt ook voor een aantal posten op de begroting van KABNA. Neem de post technische bijstand. Dat is één post. Ik zou ook helemaal radeloos worden als wij een post technische bijstand accountancy in moesten voeren of een post voor technische bijstand aanleg van bruggen etc.
rapport zijn aanvaard. De verbeteringen worden nu geleidelijk aan ingevoerd. Te zamen met de geïntegreerde kas/verplichtingen-administratie zal een en ander in 1988 volledig zijn beslag krijgen. Maar in 1987 zijn er al belangrijke stappen gezet tot opheffing van die knelpunten en er blijven er erg weinig over op dit moment.
Mevrouw T e r p s t r a (VVD): Neen Voorzitter, ik denk dat de minister ons nu doelbewust verkeerd verstaat. Vanzelfsprekend is één post technische bijstand effectiever en efficiënter dan allerlei onderverdelingen. Maar het maakt natuurlijk wel wat uit of je bij voorbeeld een post voor een of ander ontwikkelingsproject jaar in jaar uit bij wijze van spreken gaat gebruiken voor een post — ik noem maar wat — verbouwing van het huis van de gouverneur. Dat geschuif vind ik onterecht.
De heer A a r t s (CDA): Voorzitter! Ik heb nog één opmerking naar aanleiding van wat de minister heeft gezegd, omdat ik hem meen te hebben betrapt op iets wat hij waarschijnlijk zelf niet precies wist. In bijlage 6 van het accountantsrapport dat is gemaakt door Landbouw staat uitdrukkelijk na de stand van ultimo juni 1987 onder taken en bevoegdheden: niet formeel geregeld; in de praktijk geen probleem. Dus als de minister zegt dat dat allemaal is geregeld, is dat niet waar, tenzij het accountantsrapport niet waar is. Ik denk ook dat het hier niet alleen gaat om het aanwijzen door de minister van Landbouw en Visserij van de accountantsdienst aan het KABNA, maar dat het gaat om een regeling van de formele bevoegdheden. Ik wijs erop dat het van belang kan zijn in de gevallen — het gaat niet altijd even goed in de w e r e l d ; er zijn ook wel eens conflicten — waarbij de accountantsdienst van een ander ministerie onder een andere leiding iets te maken kan hebben met de minister van het andere ministerie respectievelijk met de verschillende diensthoofden. Daar moet in voorzien worden. Ik denk dat dat in de praktijk geen probleem is, maar ik wil toch signaleren dat de minister iets gezegd heeft wat in het accountantsrapport anders staat vermeld.
Minister D e K o n i n g : Ja, maar dat zou ook niet kunnen, want dat is een verschuiving van het ene artikel naar het andere. Het gaat mij om verschuivingen binnen het artikel. Dan kan de Kamer vooraf beoordelen of het beleidsterrein dat door dat artikel is gedekt moet worden onderverdeeld ja of neen. Mijnheer de Voorzitter! Ik heb over de niet op koersverschillen te verklaren verschillen al gesproken. De kostenstijging ten aanzien van pensioenen is geheel te wijten aan koersverschillen. Ik zou graag aan het hoofd accountantsdienst, de heer Giezeman willen vragen welke stappen al genomen zijn om de tekortkomingen op te heffen die gesignaleerd werden in het accountantsrapport. Ik denk dat de training voor ambtenaren in de Antillen in het bedienen van hun computers niet op onze weg ligt, tenzij daarvoor technische bijstand zou worden gevraagd. Er is geen verband met de nieuwe beheers- en bestuursregels. Die gaan niet in op de details van de administratie, in die zin of het per computeruitdraai kan of anders moet gebeuren. Op het voorbehoud met betrekking tot de 120 miljoen gulden ben ik al uitvoerig ingegaan in het kader van de externe controle. De heer G i e z e m a n : Voorzitter! Het rapport van Peat Marwick heeft aangegeven hoe de verbeterde administratieve organisatie eruit moet zien. De aanbevelingen in dat
Minister D e K o n i n g : Voorzitter! Dat is een misverstand. Ik had inderdaad de formele ministeriële beschikking met betrekking tot de bevoegdheden van financieel-economische zaken van Landbouw en Visserij op het oog. Ik denk dat wij een eventuele tekortkoming eenvoudig kunnen regelen door voor het KABNA dezelfde relaties te hebben tussen FEZ en de accountantsdienst van het ministerie van Landbouw en Visserij als voor de zaken van Landbouw en Visserij zelf. De Voorzitter: Wij gaan thans over tot de artikelsgewijze behandeling. Allereerst stel ik aan de orde artikel
1, algemeen beheer en personeel, van de eerste afdeling. De heer A a r t s (CDA): Mijnheer de Voorzitter! Ik verwijs in dit verband naar de aanbiedingsbrief die de minister bij de stukken heeft gevoegd. In de laatste zin wordt gesteld: "Ten slotte deel ik u mee dat de regeerakkoord-ombuigingen voor 1988 en latere jaren niet van toepassing zijn op mijn begrotingshoofdstuk.". Deze uitspraak geldt ook voor artikel 2 en andere artikelen. In Nederland kennen wij thans het stringente begrotingsbeheer, met ombuigingen en afslanking in de personeelsbezetting. Ik weet dat het niet om een groot bedrag gaat maar ik heb nooit begrepen dat dit hoofdstuk, buiten het ontwikkelingsbudget, zou zijn vrijgesteld van regeerakkoord-ombuigingen. Ik ben hier wel tevreden over maar moet toch constateren dat blijkbaar voor de personeelsbezetting niet de norm geldt zoals die in het raam van de afslanking voor andere ministeries wél geldt. Ook aan de hand van het tweede artikel blijkt dat er geen sprake is van enige bezuiniging maar van verhogingen. Minister D e K o n i n g : Voorzitter! Op KABNA wordt wel degelijk de 1 %-efficiency-korting toegepast, evenals op andere departementen. Dat betekent dat de personeelssterkte in de loop van de huidige kabinetsperiode zal verminderen van 63 naar 60. De V o o r z i t t e r : Ik stel artikel 2 aan de orde. Mevrouw T e r p s t r a (VVD): Mijnheer de Voorzitter! Ik heb al aandacht gevraagd voor de sterke stijging van posten. Vanaf 1983 moest artikel 2 steeds suppletoir worden verhoogd. Voor de jaren 1983, 1984 en 1986 kan hiervoor een verklaring worden gegeven maar dat geldt niet voor het jaar 1985. Kan de minister hierop nader ingaan? Een andere vraag betreft de meerjarenramingen. Na doorberekening zouden deze ramingen ongeveer een verdubbeling laten zien. Waardoor wordt dit veroorzaakt? Ligt het aan de aparte status van Aruba? Dat kan ik mij bijna niet voorstellen. Ligt het aan de automatisering of ligt het aan het feit — ik heb mij hierover verbaasd en verwijs naar de toelichting op de post materiaal algemeen
Tweede Kamer, vergaderjaar 1 9 8 7 - 1 9 8 8 , 2 0 2 0 0 h f d s t . IV, nr. 14
10
beheer — dat er bijna elk jaar sprake is van het aanschaffen van nieuw kantoormeubilair, kantoormachines, herinrichting enz.? Is er hier sprake van een planmatige aanpak? Als er w o r d t gesproken over budgetbeheer w o r d t er dan niet goed gepland? Ik vind het al met al een merkwaardige post.
reiskosten ten behoeve van de reizen van het kabinet naar de Antillen.
Mevrouw J a b a a i j (PvdA): Voorzitter! Ik vind dit een bewijs voor de stelling dat als er beter wordt gepland suppletoire begrotingen helemaal niet nodig zijn. Is de minister bereid, dit in deze situatie te bevestigen?
Minister D e K o n i n g : Die verdubbeling heeft volgens mij met name te maken met de herinrichting van het kantoor. Dat is toch een vrij omvangrijke operatie. Voorts, wat ik zoeven wilde zeggen ...
Minister D e K o n i n g : Mijnheer de Voorzitter! Waar het om de verhoging in het jaar 1986 gaat, moet de oorzaak in de automatisering worden gezocht. Mede in verband met het t o t stand brengen van de verplichtingen- en kasadministratie is een automatische verwerking van gegevens nodig. Verder is het pand opnieuw ingericht. De buitenkant was al keurig opgeknapt maar het interieur was langzamerhand versleten. Daarbij komt dat wij tussentijds van " t e m p e l " zijn verwisseld omdat het efficiënter leek het schilderen van het interieur niet over drie jaar uit te smeren maar in één keer af te doen.
Mevrouw Terpstra (VVD): Maar die is al afgelopen. Het gaat mij nu om de meerjarenraming.
Mevrouw T e r p s t r a (VVD): Ik herinner aan mijn vraag over de verdubbeling van de kosten, zoals die na doorberekening uit de meerjarenramingen naar voren komt. De heer M o e r m a n : De achtergrond van de verdubbeling is voornamelijk de toename van de algemene uitaven. Er worden gewoon meer kosten gemaakt vanwege het vele werk. Ook de reiskosten zijn vanaf 1982 tot in 1989 van de voorlopige raming aanmerkelijk toegenomen. Daarbij hebben wij ook rekening gehouden met een stelpost van aanschaffingen. Mevrouw T e r p s t r a (VVD): Artikel 2 gaat alleen maar over materiële uitgaven. De heer M o e r m a n : Ik heb het ook over artikel 2. Dat artikel bestaat uit algemene uitgaven, specifieke uitgaven en aanschaffingen. De algemene uitgaven betreffen bureaukosten, etcetera; en de aanschaffingen en daarin zitten ook de automatiseringskosten, alsook de
Mevrouw Terpstra (VVD): Een verdubbeling in de meerjarenraming is toch niet niks? Er moet toch enige visie ten grondslag hebben gelegen aan het opschrijven van die verdubbeling?
Minister De Koning: Over de post reizen had ik net willen beginnen. Wij voeren ambtelijk vooroverleg voordat het bestedingsoverleg plaatsvindt. Tot één a anderhalf jaar geleden was er bij ieder bestedingsoverleg eerst een uitvoerig gesteggel over de cijfers, omdat men op de betrokken eilanden in de Antillen een cijferopstelling bijhield die vaak niet klopte met onze cijferopstelling. Het vroeg veel tijd en het bracht veel irritatie teweeg om staande het bestedingsoverleg eerst te weten te komen wat de uitgangspunten waren, met name voor het nog te besteden bedrag. Naar aanleiding daarvan hebben wij gezegd: wij moeten een ambtelijk vooroverleg hebben om de boekhoudingen telkenjare of, liever gezegd, per halfjaar weer op elkaar af te stemmen, zodat de klokken gelijk staan voordat het bestedingsoverleg begint. Ik denk dat dit toch een rendabele investering in reiskosten is. Het voorkomt namelijk heel veel ergernis en het is beter dan wanneer bestuurders van het eiland enerzijds en ik anderzijds praten aan de hand van verschillende cijfers. Mevrouw J a b a a i j (PvdA): Zou het niet wenselijk zijn dat de minister, wanneer hij terugkomt van dat bestedingsoverleg en weet wat hem boven het hoofd hangt, de Kamer informeert? Als wij het ook maar zouden mogen weten, maar wij weten vaak niet wat dat is. Ik denk aan een overzichtje. Minister De Koning: Ik wil dat wel doen, maar ik denk dat het niet hoeft. Het is standaard geworden dat er een missie van twee of drie ambte-
naren een week of twee van tevoren naar de Antillen gaat om de klokken gelijk te zetten. Mevrouw T e r p s t r a (VVD): Als het al standaard is en dus is doorberekend in de cijfers voor 1985 en 1986 — de minister heeft gelijk als hij zegt dat dit buitengewoon interessant is; het is volgens mij ook effectief — verklaart dat nog niet de verdubbeling in de meerjarenraming. De heer M o e r m a n : Die uitgaven zijn natuurlijk in principe structureel. Immers, vooral de meerkosten van het vooruit-reizen komen elk jaar terug; dat zal jaarlijks gebeuren. Mevrouw T e r p s t r a (VVD): Dat was toch ook al in 1986? Er moet dan toch een constante zijn? Na die doorberekening mag er toch geen sprake zijn van een verdubbeling? De heer M o e r m a n : Nee, zonder de doorberekening was het eerst f 3 5 0 . 0 0 0 en nu is het f 7 0 0 0 0 0 . Ja, zo is het. Mevrouw T e r p s t r a (VVD): Mag ik nog wat voorlezen? Artikel 2: het niveau van de uitgaven na doorberekening stijgt van 7 0 . 0 0 0 in 1982 tot 155.000 in de meerjarenraming; dat wil zeggen, meer dan een verdubbeling; de doorberekening bedraagt volgens de toelichting 8 0 % , zodat de werkelijke uitgaven stijgen van 3 5 0 . 0 0 0 naar 7 7 5 . 0 0 0 . Die analyse is toch juist of niet? De heer M o e r m a n : De analyse moet van jaar tot jaar bekeken worden. Wij hebben dat nu voorlopig voor 1989 zo gepland. Dat zal straks bij de voorbereiding van de begroting opnieuw kritisch worden bekeken aan de hand van de realisatiecijfers over de afgelopen jaren. Dan zal het in positieve of negatieve zin worden bijgesteld op basis van de ervaringen in dit jaar en begin 1988. Het is echter niet onmogelijk, dat deze post naar beneden wordt bijgesteld, nu ter zake een aantal voorzieningen is getroffen. De V o o r z i t t e r : Het lijkt mij dat dit onderwerp is uitgediscussieerd in die zin dat de kamerleden de gelegenheid hebben, hierop volgende week terug te komen bij de begrotingsbehandeling. De heer P a l m : Ik denk dat mevrouw
T w e e d e Kamer, vergaderjaar 1 9 8 7 - 1 9 8 8 , 2 0 2 0 0 h f d s t . IV, nr. 14
11
Terpstra gelijk heeft. Er zijn natuurlijk eenmalig kosten gemaakt. Dat is afgesloten. Ik denk dat wij dit in de meerjarenramingen heel snel moeten bijstellen, en wel naar beneden. Mevrouw Terpstra (VVD): Dat bedoel ik dus! De Voorzitter: Dan komen wij nu tot artikel 3, representatie. De heer Aarts (CDA): Dit is typisch een artikel dat de Nederlandse schatkist niet in moeilijkheden zal brengen. Toch heb ik er een paar vragen over. Als de gouverneur van de Nederlandse Antillen afscheid neemt, kost dat 15.000 gulden extra. Dat is geen klein bedrag. Ik heb mij er echter werkelijk over verbaasd dat het twee keer zoveel kost, als de directeur van KABNA afscheid neemt. Ik gun hem natuurlijk van alles, maar er mag zich toch niet de situatie voordoen dat er naast de normale representatiekosten, groot 20.000 gulden, 28.000 gulden wordt opgevoerd voor een afscheid. Mede gezien het feit dat de gouverneur in een wat andere positie verkeert, vind ik de 28.000 gulden toch wel erg veel. Mevrouw Terpstra (VVD): Ook ik wilde deze opmerking maken. Ik heb nog een aanvullende vraag. Kwamen het afscheid van de gouverneur en het afscheid van de directeur KABNA zo onverwacht? Kon het niet wat beter geraamd worden? Kon men zich na de raming niet als een goed huisvader wat beter aan het budget houden? Minister De Koning: Het afscheid van de gouverneur was te voorzien, omdat dit plaatsvond naar aanleiding van het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd. Ik denk dat de werkelijke kosten van het afscheid achteraf in de begroting zijn verwerkt en dat daardoor de overschrijding is ontstaan. Het had inderdaad beter tevoren geraamd kunnen worden. Het afscheid van de directeur KABNA was niet te voorzien. Zo lang ik hem ken, zegt hij al dat hij met VUT zal gaan. Op een bepaald moment deed hij het inderdaad! Dat afscheid moest achteraf verwerkt worden. Ik ben van mening dat het verantwoord is, na zo'n lange diensttijd op ieder eiland afscheid te nemen. De per eiland gemaakte
kosten zijn naar mijn idee aanvaardbaar.
De heer Aarts (CDA): Het is nog niet bekend wat dit gekost heeft.
De Voorzitter: Ik zie dat niemand het woord wenst over de artikelen 4 tot en met 8. Dan is aan de orde artikel 9, Koninklijk bezoek aan de Nederlandse Antillen en Aruba.
Minister De Koning: Het kan zijn dat er nog iets na komt. Wij hebben datgene wat ons bekend is, opgevoerd.
Mevrouw Jabaaij (PvdA): Dit is een voorbeeld van een heel goede planning. De cijfers lopen maar heel weinig uiteen. Het kan blijkbaar wel! Mevrouw Terpstra (VVD): Ik merk niet alleen op dat ik deze posten goed kan verklaren, maar dat ik er ook alle begrip voor heb, gezien het behaalde succes. Ik val er dus niet over. De heer Aarts (CDA): Ik deel de mening dat deze post uitstekend geraamd is. Hoe kan de minister echter verklaren dat er in 1982 70.000 gulden is geraamd en in 1987 250.000 gulden? Minister De Koning: Het eerste betreft een nabetaling naar aanleiding van de reis die de Koningin in 1981 heeft gemaakt. Ook toen kwam de raming overeen met de feitelijke uitgave, althans als je alle rekeningen van het bezoek bij elkaar optelt. De heer Aarts (CDA): Toch begrijp ik het niet. De 250.000 gulden voor 1987 slaan op de reis die in 1986 is gemaakt. Minister De Koning: Dat betreft de laatste reis. De heer Aarts (CDA): Ik hoop dat ik het niet goed zie, maar ik begrijp eruit dat er voor de reis 50.000 gulden is geraamd en dat ongeveer dit bedrag is uitgegeven in 1986. Toch is er een bedrag van 250.000 gulden geraamd voor 1987. Dat is dus 5 keer zoveel. Minister De Koning: De reis in 1986 is van prinses Margriet. De heer Aarts (CDA): Waar slaat dan het bedrag in 1987 op? Minister De Koning: Op het bezoek van de Koningin. Mevrouw Terpstra (VVD): En prins Willem-Alexander.
De heer Aarts (CDA): Er staat geen realisatie bij voor het bezoek van de Koningin. De heer Palm: Het jaar loopt nog. De Voorzitter: Dit zult u volgend jaar in het feitenonderzoek kunnen behandelen. Wij gaan over naar artikel 10, commissies en vergadering. De heer Aarts (CDA): Wij hebben het zojuist gehad over reis- en verblijfskosten. Er was een misverstand bij mij, omdat ik dacht dat ik deze bij een andere post was tegengekomen. Nu komen wij het grote brok reis- en verblijfskosten tegen, namelijk van alle mensen die op reis gaan buiten de ambtenaren van het kabinet voor Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken. Ik besef dat het niet precies in de hand te houden is. Vooral in 1982 en latere jaren was het nodig om hier wat aan te doen. Toch verbaast het mij dat er in 1982, 1983 en 1984 percentueel ontzaglijke overschrijdingen zijn geweest. Ik zeg dit, omdat het in die jaren ging om bedragen van minstens 100.000 gulden, oplopend tot zelfs 400.000 gulden, en nu 10.000 gulden per jaar wordt begroot. Dit is een reis van één man naar de Antillen. De minister kan toch niet denken dat de problemen zodanig opgelost zijn dat in de eerstkomende zes jaar geen commissievergaderingen, ronde-tafelconferenties of zoiets worden gehouden? Ik vind 10.000 gulden een belachelijk bedrag, als het gaat om het naar de West gaan. Minister De Koning: Je moet het ongeluk niet over je afroepen. Ik voorzie inderdaad geen ronde-tafelconferenties in de overzienbare toekomst. In 1982 heeft de voorbereiding van de RTC veel extra kosten gevergd, in 1983 was het de RTC zelf en daarna heeft de coördinatiecommissie, die ook op verzoek van de Kamer is ingesteld, nogal wat extra kosten moeten maken om de uitvoering van de voorbereiding tot 1986 te begeleiden. Dit is de
Tweede Kamer, vergaderjaar 1987-1988, 20 200 hfdst. IV, nr. 14
12
verklaring voor de bedragen in die jaren. Ik hoop dit niet weer te beleven, zeker niet in de eerstkomende jaren. Mevrouw J a b a a i j (PvdA): Zo'n toelichting kan uitgebreid worden. De coördinatiecommissie moest mensen inhuren en er moesten stukken en notulen worden gemaakt en soms uit het Papiaments in het Nederlands worden vertaald of omgekeerd. Zoiets kun je ook in de toelichting lezen, nietwaar. De Voorzitter: Wij gaan over naar artikel 1 1 , onvoorzien. Mevrouw T e r p s t r a (VVD): Ik heb mij verbaasd, maar misschien heb ik het verkeerd gelezen. Voor deze post worden bedragen van ongeveer 75.000 gulden opgevoerd; dit is bijna een constante tot 1992, behalve in 1987, waarvoor maar 4 5 . 0 0 0 gulden is geraamd. Waarom is dit zo of is het een tikfout? Minister De Koning: Er zijn geen aanwijzingen voor een tikfout. Mevrouw T e r p s t r a (VVD): Kunt u mij dan verklaren waarom er opeens een knik is? Minister De Koning: Ik denk dat het kenmerkend is voor de post onvoorzien. Mevrouw T e r p s t r a (VVD): Dit kan het antwoord zijn, wanneer het niet om een meerjarenraming, maar om de realisatie gaat. Dan heeft de minister gelijk en is een knik vanzelfsprekend. Dan was de minister zelfs te prijzen, omdat hij de post onvoorzien slechts weinig heeft hoeven aan te spreken. Het staat echter in de meerjarenramingen. Het is tot 1987 tamelijk constant, dan daalt de post voor 1987 naar 4 5 . 0 0 0 gulden en vanaf 1988 is het weer telkens 73.000 gulden Komt u gewoon wat te kort? Minister De Koning: Ik kan slechts zeggen dat het een stelpost is die in een zuinige bui is opgesteld. Mevrouw J a b a a i j (PvdA): Soms is de minister zuinig, maar soms niet. De Voorzitter: Wij gaan over naar afdeling II, Nederlandse Antillen en Aruba, onderafdeling I, gouverneur
van de Nederlandse Antillen, artikel 12. De heer A a r t s (CDA): Ik wil dit alleen als voorbeeld noemen, want ik praat natuurlijk niet over het salaris van de gouverneur, maar over het bedrag. Ten aanzien van 1986 zie ik dat geraamd is 145.000, terwijl de realisatie minder dan 100.000 is. Daar staat dan onder: koersverloop van de Antilliaanse gulden. Voor zover ik dit heb kunnen berekenen, kan dit niet helemaal kloppen. Dit kan geen 5 0 % naar beneden zijn, vergeleken ook met 1985, waar het ongeveer 20 tot 3 0 % naar boven is gerealiseerd. Ik denk dat daar iets anders bij moet zitten. Mevrouw T e r p s t r a (VVD): Niet alleen dit verschil valt op, Voorzitter. Het verschil met de meerjarenraming voor 1987 is opeens weer 220.000 gulden. Dat kan deels doorberekening zijn, maar dan zou ik graag willen weten, hoe dit in het oude systeem zou zijn uitgevallen. De heer M o e r m a n : De raming is al aanmerkelijk teruggebracht, vanwege de koersverschillen. Toch is er enigszins ruim geraamd, om als er toch koerswijzigingen zijn, niet al weer meteen met een aanpassing te komen. Ik kan het, eerlijk gezegd, niet beter verklaren. De heer A a r t s (CDA): Bij deze post is dat op zich ook geen gevaar, want wij weten bij voorbeeld wat de man verdient. Maar dan ziet u eens hoe moeilijk het voor u en voor ons is, zelfs bij een post waarbij wij weten wat de gouverneur verdient — dat kunnen wij zo nakijken in de tabellen —, om het vanwege die koersverschillen te bepalen. Stel voor dat het om een beleidszaak ging, die u wel in eigen hand hebt. Minister D e K o n i n g : Dat is juist, Voorzitter. Alleen, zoals de heer Aarts al zegt, de realisatie telt uiteindelijk. Een beetje ruime raming... Ja, het is een kwestie van smaak of je zegt: ik wil liever achteraf bijstellen of van tevoren al rekening houden met een oplopende dollarkoers. Mevrouw T e r p s t r a (VVD): Het betekent wel, Voorzitter, dat wij inmiddels — wij zijn pas bij artikel 12 - al drie posten hebben, die op zijn minst een suppletoire begroting
rechtvaardigen en nu al te voorzien zijn. Daarvan was er dus één afhankelijk van de koersverschillen. Minister De K o n i n g : Eind 1987 zal dit inderdaad blijken. Dan kunnen wij de keuze maken tussen het alsnog indienen van een suppletoire begroting of het meteen bij slotwet verwerken ervan. W a t betreft koersverschillen geef ik daaraan de voorkeur, want daaraan valt toch niets te doen. De Voorzitter: Ik zou de leden en de minister willen adviseren om één dezer dagen eens na te kijken hoe de behandeling vandaag verlopen is van de derde wijziging Comptabiliteitswet. Ik denk dat er ten aanzien van het indienen van suppletoire begrotingen een aardig amendement ligt van de commissie voor de Rijksuitgaven. De strekking is dat het in hetzelfde dienstjaar moet gebeuren. Dit betreft dus suppletoire begrotingen en niet de slotwet. Wij gaan over naar artikel 13, materieel. De heer A a r t s (CDA): Voorzitter! Dit is een voorbeeld, bij 1985, waar de minister gedaan heeft wat wij van hem vragen: niet alleen het nadelige koerseffect noemen, maar ook een andere oorzaak geven. Dan kunnen wij hem ook op zijn beleid beoordelen en, eventueel, bestraffen. Ik begrijp niet precies hoe deze overschrijding hier - ik heb het in het begin al aangeduid bij mijn algemeen verhaal — zo groot kan zijn, als je uitgaat van de noodzaak, zoals ieder van ons toch ook doet in zijn eigen huishouden, om van tevoren te voorzien of er al of niet een verandering, een restauratie of een verbouwing moet plaatsvinden en dit dan ook van tevoren te ramen. Ik zou bijna zeggen — in het algemeen, zonder bijzondere omstandigheden — dat, wanneer je geen geld in de begroting hebt staan, je niets mag doen. Dan kun je niet zomaar zeggen: en toch doen we iets voor twee ton. Eigenlijk zou de minister aan ons hebben moeten zeggen, middels een spoedprocedure: " W e ontdekken dat wij dit en dit moeten doen. Vindt u het goed dat wij 100.000 gulden meer op die post begroten? Ik heb daar de volgende dekking voor". Ik geef het nu even wat cerebraal, maar dat zou toch eigenlijk de positie zijn, want stel
Tweede Kamer, vergaderjaar 1 9 8 7 - 1 9 8 8 , 2 0 2 0 0 hfdst. IV, nr. 14
13
eens voor dat wij het hier niet mee eens zijn, achteraf. Minister D e K o n i n g : Voorzitter! Er zijn inderdaad onzekerheden bij de restauratie van een pand van enige eeuwen oud. Als er plotseling ontdekt w o r d t dat zich in de dakbalken een boktor heeft ingedrongen, dan kun je natuurlijk naar de Kamer gaan en zeggen: mag ik een suppletoire begroting o m daar een balk in te zetten? Maar die balk moet sowieso vervangen worden, anders kun je net zo goed de hele restauratie afblazen. Ik ben graag bereid o m in ieder contact met de Kamer tegenvallers — meevallers zijn er zelden bij restauraties — gedetailleerd te melden. Maar daar worden wij met zijn allen niet wijzer van. De heer A a r t s (CDA): Ik denk, dat dit oordeel de minister eigenlijk niet toekomt. Ik denk maar even aan wat er met de Stopera is gebeurd. Dit is natuurlijk een heel klein stoperaatje, maar in feite is het schandelijk wat daar gebeurd is. Er zijn altijd oorzaken die niet tot plezier van iedereen zijn. Natuurlijk is het altijd een boktor of een verkeerde berekening. Maar het is fout. Het is fout wanneer je een restauratie van een oud pand begint als je van tevoren niet op boktorren let! Ik denk, dat dat het punt is! Wij hebben er bij de briefing ook al over gesproken maar ik wil er hier nog eens op wijzen dat de minister op afstand moet werken. Ik begrijp dat, maar dan moet hij zich ook goed realiseren wie in de Antillen hem wat aan cijfers voorlegt voordat hij de begroting maakt. Het valt op, dat het bijna allemaal dit soort cijfers zijn die te laag zijn begroot en alles wat bij de minister zelf in huis zit, is redelijk te overzien. Ze moeten niet in de Antillen denken dat dit een normale wijze van werken is. Ik ben van mening, dat de minister alleen al om een voorbeeld te stellen erop moet wijzen, dat het opgegeven cijfer het einde is en dat wij verder niet kunnen gaan. Dit wordt aan de Kamer voorgelegd. Mevrouw J a b a a i j (PvdA): Mijnheer de Voorzitter! Ik wil de heer Aarts graag ondersteunen omdat het o m een fundamenteel recht gaat wat wij hebben op het krijgen van informatie. Dat moet ook tijdig gebeuren. Ook al is het misschien het ontwikkelingsdeel, er wordt natuurlijk ook gepraat over andere dingen die te maken
hebben met die panden. Als de minister terug komt, kan hij best een overzicht geven van hetgeen hem en ons te wachten staan. Hij vraagt mij ook altijd waar ik die ton vandaan wil halen. Nu kijk ik naar hem met de vraag waar hij hem vandaan wil halen en hij kijkt weer terug naar mij. Als ik het hem echter niet duidelijk kan maken, pikt hij het niet. Maar ik moet het wel pikken van hem! Minister De K o n i n g : Voorzitter! Overschrijdingen kunnen inderdaad gemeld worden, maar op welke termijn? Naar mijn mening zou dat bij zo'n meerjarenproject het beste kunnen met een jaarlijkse opgave van de meevallers en — een tamelijk lange opgave — van de tegenvallers. Bij het begroten van een nieuwe gebouw is er één verklaring waarom de begroting wordt overschreden, namelijk dat de aanbesteding hoger uitvalt dan was begroot. Bij de restauratie van een pand van een paar eeuwen oud wordt dat een buitengewoon ingewikkelde c o n structie en is het niet van tevoren te ramen. Een andere zaak is de inrichting. Daar hebben wij inderdaad in de eerste opgave, zoals deze door de toenmalige gouverneur werd ingediend, krachtig het rode potlood gezet en gezegd, dat deze opgave stukken lager moest zijn. Dan kun je inderdaad afdwingen. Men kan goedkoper meubilair kopen e.d. Bij restauratie is het een ondoenlijke zaak; je staat voor verrassingen en je hebt ze te accepteren. Als de Kamer daarvan per jaar een opgave wil hebben, kan dat. De heer A a r t s (CDA): Waarom zei u straks dat de studietoelagen van Antilliaanse studenten ruim geraamd worden omdat niet precies bekend is wat er gebeurt? U weet, dat u bij de restauratie van zo'n pand ook ruim moet ramen! Minister D e K o n i n g : Maar alles toch binnen zekere redelijke grenzen. Bij de studiebeurzen kun je op een bepaald moment zeggen: op is op, meer wordt er niet toegekend. Omdat ik dat moment niet al te vroeg wil inroepen, raam ik aan de ruime kant zodat ik het redelijke aanbod van Antilliaanse Zaken kan honoreren. Bij een restauratie vraag je de architect o m een raming te maken, maar het gebeurt in regie. Dat betekent, dat de begroting telkenmale moet worden bijgesteld.
De V o o r z i t t e r : Wij gaan over naar Onderafdeling II, artikel 14. Mevrouw T e r p s t r a (VVD): Voorzitter! Ik begrijp de uitgebreide toelichting, maar de toelichting van 1986 luidt dat de post personeel van het kabinet van de gouverneur van de Nederlandse Antillen als gevolg van het gunstige koersverloop van de Antilliaanse gulden op dit artikel aanmerkelijk kon worden verlaagd en wel bijna met een ton. In de meerjarenramingen staan voor 1987 echter wederom die 4 8 0 . 0 0 0 gulden in plaats van die ton minder. Hierbij heb ik de doorberekening ook betrokken, maar ik kom toch weer op het oude systeem terecht. Wij hebben het nu al een paar keer gehad over een wat ruimere raming, ook omdat wij niet weten hoe de dollarkoers verloopt. Wij hebben nogal wat posten besproken waarvoor de raming aanzienlijk ruimer is dan uiteindelijk nodig is geweest. Wij hebben het nog altijd over het jaar 1987, het lopende begrotingsjaar. Wij kennen het systeem van de bandbreedte. Kijkend naar al deze begrotingsposten waarin nu, in oktober 1987, nogal wat ruimte blijkt te zitten, hoor ik graag wat de minister op het ogenblik doet. Beschikt hij inmiddels al over een uitdraai aan de hand waarvan is te schatten hoeveel ruimte er optreedt ten gevolge van de te hoge ramingen? Is hij nu koortsachtig bezig te bekijken hoe hij de rest nog in de laatste twee maanden kan besteden, opdat er niet te veel terug gaat naar Financiën? Minister De K o n i n g : Voorzitter! Ik veronderstel dat dit met de post personeel niet mogelijk is. Als bij die post door koersverschillen de kosten lager uitkomen en er vindt een onderscheiding van de begroting plaats, zal dat niet kunnen worden verschreven naar andere artikelen van de begroting. Dat zal dan zeker moeten terugvloeien naar Financiën. Mevrouw Terpstra (VVD): U heeft gelijk. Ik had het beter bij een andere te ruim geraamde post moeten vragen. Mijn vraag sloeg op uw systematiek, nu wij al een hele reeks van dit soort te ruime ramingen hebben gehad. Ik vraag dit te meer, omdat de heer Palm daarstraks in antwoord op een van mijn vragen zei: Ik denk dat wij dat moeten bijstellen. Daar had hij groot gelijk in. Ik denk
T w e e d e Kamer, vergaderjaar 1 9 8 7 - 1 9 8 8 , 2 0 2 0 0 hfdst. IV, nr. 14
14
dat dit voor meer posten geldt. Het verbaast mij zo dat medio oktober 1987 een gedachte wordt ontwikkeld dat wellicht verschillende posten moeten worden bijgesteld, terwijl er toch voor moet worden gezorgd dat het budget voor de ontwikkelingssamenwerking voor ultimo december ruim wordt besteed. De minister heeft gelijk als hij zegt dat dit niet voor personeelskosten geldt. De heer A a r t s (CDA): Dit is geen ontwikkelingssamenwerking. Mevrouw T e r p s t r a (VVD): Ik bedoel ook de andere posten. Minister D e K o n i n g : Wij kunnen dit in redelijke mate beïnvloeden. Wij kunnen de gevolgen in redelijke mate opvangen door bij de overmaking van voorschotten rekening te houden met de verplichtingsruimte en de kasruimte die wij nog hebben. Voorts bestaat het systeem van de bandbreedte, dat ons ruimte geeft om bedragen op te slaan en mee te nemen naar het volgende jaar. Voor onderschrijdingen is de bandbreedte kleiner dan voor overschrijdingen. De heer P a l m : De bandbreedte beweegt zich tussen de + 3 0 % en de -10%. Mevrouw T e r p s t r a (VVD): Voorzitter! De essentie van mijn vraag was of de minister inmiddels al voldoende zicht heeft op die kasruimte. Minister D e K o n i n g : Dankzij de geautomatiseerde systemen houden wij de zaak bij. Wij kunnen het van maand tot maand volgen. Per maand gaan de maandstaten naar Financiën. Niet in alle gevallen kunnen wij corrigeren. Het kan namelijk niet met posten zoals deze. Mevrouw T e r p s t r a (VVD): Kunt u mij dan nu zeggen wat de ruimte eind september was? De heer P a l m : Ik denk dat mevrouw Terpstra vraagt naar posten die buiten deze artikelen liggen. Wij bekijken op het moment al heel aandachtig hoeveel geld wij dreigen over te houden, als ik het zo mag uitdrukken. Als ik mij niet vergis, is het bedrag dat op dit moment over 1 s 5,5 min. Maar wij hebben nog een paar maanden te gaan.
Mevrouw Terpstra (VVD): Dat valt mij niet tegen. De heer A a r t s (CDA): Er dreigt een misverstand te ontstaan. Wij hebben het nu over het gedeelte dat niet binnen Ontwikkelingssamenwerking valt en waarvoor de bandbreedte niet geldt. Alles wat zoeven is gezegd, slaat niet op het stuk dat wij nu behandelen. Ik merk dit met nadruk op, omdat ik vind dat de wij de luxe die bij Ontwikkelingssamenwerking bestaat — 1,5% mag, moet zelfs worden uitgegeven — niet over de andere posten moeten uitstrekken. Wanneer het algemene gedeelte van de begroting op een zeker moment voldaan kan worden met minder geld, moeten wij niet verschrijven, moeten wij geen posten gaan opmaken. Daar heb ik bezwaar tegen, omdat ik vind dat als het geld besteed is en de doelen bereikt zijn, de minister van Financiën het recht moet krijgen om de rest ten bate van het financieringstekort te besteden. Een andere opmerking van de minister viel mij op. Hij zei dat koersvoordelen aan Financiën ten goede komen. Ik kan mij dat voorstel len. Geldt dat echter ook bij koersnadelen? Minister De Koning: De koersvoordelen komen ten goede aan de Nederlandse Antillen. Dat geldt niet voor de post die wij nu behandelen. Ik ben het op dit punt eens met het eerste deel van het betoog van de heer Aarts. Verder komen de koersvoor- en nadelen ten gunste of ten laste van de Nederlandse Antillen. Op den duur vindt er natuurlijk een zekere prijsaanpassing plaats, ook in de dollarsfeer in de Verenigde Staten. Deze wordt gevolgd in de Antillen. Dat proces loopt langzaam, tergend langzaam zo lijkt het op het ogenblik. Als ten opzichte van de Nederlandse gulden een appreciatie plaatsvindt van de dollar, hebben wij minder Antilliaanse guldens te besteden voor een project dat wèl even duur blijft. De heer A a r t s (CDA): Dan gaat het om een project. Het gaat mij nu om dit stuk. Minister D e Koning: Bij dit stuk moeten wij inderdaad betalen, koste wat het kost. De heer A a r t s (CDA): Het kan op een zeker moment zijn dat de
T w e e d e Kamer, vergaderjaar 1 9 8 7 - 1
gouverneur plotseling geen 100.000 Nederlandse guldens, maar 8 0 . 0 0 0 Nederlandse guldens kost. Dan is er een winst van ƒ 2 0 . 0 0 0 , die naar de minister van Financiën gaat. Minister De K o n i n g : Ja. De heer A a r t s (CDA): Dat is ook terecht. Maar als het nu ƒ 120.000 wordt omdat de dollar sterker stijgt dan wij begroten? Minister De K o n i n g : Dan wordt het verschil ten laste gebracht van de begroting van het Kabinet voor Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken. In feite komt het dan ten laste van het hulpdeel. De heer A a r t s (CDA): Daarover zou je kunnen praten. Vanwege de tijd zullen wij dat niet doen. De Voorzitter: Dat kunt u het beste bij de begrotingsbehandeling doen. Mevrouw T e r p s t r a (VVD): Om alle misverstanden weg te nemen, wijs ik nog op het volgende. Misschien had ik het bij het algemene gedeelte moeten zeggen, maar ik ben het natuurlijk eens met hetgeen de heer Aarts stelde over zaken als personeel en materieel en over het niet verschrijven. Als voorbeeld van dit soort te ruime ramingen, zei ik dat het exemplarisch is voor andere posten die ook ruim geraamd zijn en die wel te maken hebben met de bandbreedte. Minister D e K o n i n g : Dat is inderdaad juist. Wij moeten bekijken of systematisch wel of niet rekening kan worden gehouden met een mogelijke appreciatie. Beide mogelijkheden zijn verdedigbaar. Het moet in ieder geval wel systematisch gebeuren. Wat de opmerking van de heer Aarts betreft, merk ik op dat het verkeer met de minister van Financiën in hoofdzaak wordt gekenmerkt door eenrichtingverkeer! De Voorzitter: Vervolgens komen wij bij artikel 15. Het woord is aan mevrouw Jabaaij. Mevrouw J a b a a i j (PvdA): Voorzitter! Er zijn hier duidelijk afspraken die je niet kunt verklaren uit de koersontwikkeling. Dat is bij een aantal andere artikelen wèl het geval. Hier zijn factoren als tariefverhogingen die
, 2 0 2 0 0 hfdst. IV, nr. 14
15
ook van invloed zijn. Deze opmerking wil ik de minister meegeven. De V o o r z i t t e r : Uw opmerking is gesignaleerd, mevrouw Jabaaij. Ik constateer dat over artikel 16 niemand het woord wenst te voeren. Wij komen dan bij artikel 17. Het w o o r d is wederom aan mevrouw Jabaaij. Mevrouw J a b a a i j (PvdA): Er is bij artikel 17 wat wonderlijks aan de gang. Er wordt een grote sprong gemaakt. Ik weet niet of die verklaard kan worden uit de vertraging in verband met de ambtswoning. Er wordt gesproken van een gunstiger koersverloop in 1986. Dat vind ik toch merkwaardig. Wellicht kan hierop een toelichting worden gegeven? Minister D e K o n i n g : Ik veronderstel dat de vertraging heeft geleid tot onderschrijding van de geraamde posten in 1985 en dat het in 1986 niet tot overschrijding heeft geleid dank zij het gunstige koersverloop. De V o o r z i t t e r : Ik constateer dat over de artikelen 18 en 19 niemand het woord wenst te voeren. Hiermee zijn wij aanbeland bij artikel 20. Mijnheer Aarts, aan u is het w o o r d ! De heer A a r t s (CDA): Voorzitter! De kwestie waarop ik nu wil ingaan, heb ik al gesignaleerd bij de begrotingswijziging. Kan de minister zeggen in welke gevallen hij 8 0 % en in welke gevallen hij 5 0 % doorberekent? De heer M o e r m a n : Bij het kabinetsdeel wordt 8 0 % en bij het gouverneursdeel wordt 5 0 % toegerekend aan het plafond van de ontwikkelingshulp. De heer A a r t s (CDA): Kunt u ook zeggen op welk criterium resp. welke beslissing dat is terug te voeren? Of wordt de beslissing jaarlijks door de minister genomen? Minister D e K o n i n g : Dat is ontstaan uit gewoonte en bijgelovigheid. Daar is het bij gebleven! De heer A a r t s (CDA): Maar er zal toch wel een redenering ten grondslag liggen aan die 8 0 % resp. 50%? Minister D e Koning: Het is een zo gefundeerde beslissing dat dat niet het geval pleegt te zijn!
De heer A a r t s (CDA): De minister doet nu te badinerend. Wij hebben het ten slotte over geld voor de Antillen. Minister D e K o n i n g : Ik veronderstel dat men heeft gezegd: de gouverneur is een rijksorgaan, een vertegenwoordiger van de Kroon. Dat maakt toch enig verschil in de toerekening mét de overige kosten. De heer A a r t s (CDA): Dat begrijp ik. Ik wil het badinerende er even af hebben, omdat het hierbij gaat om geld dat voor ontwikkelingsprojecten in de Antillen bestemd is. Dat is het doel. Elke doorberekening gaat daarvan af. Nu kan ik mij heel goed voorstellen dat je een hoog percentage neemt voor alle ambtelijke en andere instanties die zich bezighouden met de Nederlandse Antillen hier en daar, want het is voor 8 0 % ontwikkelingssamenwerking. Ik meen dat 5 0 % voor de gouverneur in dat opzicht niet juist is, principieel niet omdat hij rijksorgaan is. Hij zit er niet om de ontwikkelingshulp van Nederland op de een of andere wijze ten goede of ten kwade te laten komen. Daar hebben wij een eigen instituut voor, te weten de vertegenwoordiger van Ontwikkelingssamenwerking. Ik weet ook niet of hij een directe functie heeft, anders dan dat hij daar waarschijnlijk de brieven doorstuurt. Persoonlijk heb ik wat moeite met het doorberekenen van het percentage van het salaris van de gouverneur, die daar zit uit hoofde van het Statuut. Of wij nu ontwikkelingshulp geven of niet, hij zit daar vanuit een staatsrechtelijke situatie. In feite betalen zij daar dus de helft van zijn kosten. Dat vind ik niet fijntjes. Minister D e K o n i n g : Het is inderdaad een beetje arbitrair. Bij voorbeeld de afdeling politiek-juridische zaken van KABNA houdt zich in zeer veel gevallen ook bezig met de staatkundige verhoudingen binnen het Koninkrijk. Dat drukt helemaal op de begroting van KABNA. Ook daarover zou je kunnen zeggen: daar moet het niet. Waar moet het dan wel terechtkomen? Op de begroting Binnenlandse Zaken of wat ook? De heer A a r t s (CDA): U zegt: de begroting van KABNA. Dat is dan een misverstand. De begroting van KABNA bestaat uit wat wij nu bespreken, algemeen beheer en de
begroting Ontwikkelingssamenwerking. Dat laatste stuk komt ten goede aan de ontwikkeling van de Antillen. Het eerste stuk is een onderdeel van de staatsrechtelijke situatie in het Nederlandse Koninkrijk. Ik vind dan ook dat het salaris van de gouverneur — het is een voorbeeld; er zijn misschien meer posten — volledig ten koste moet komen van het algemeen deel van de begroting en niet doorberekend moet worden aan de ontwikkelingskosten. Dat bedoel ik. Dus niet overbrengen naar Binnenlandse Zaken, maar gewoon het algemeen deel van de begroting Antilliaanse Zaken verhogen met 50%. Minister D e K o n i n g : Als u het spoor terug volgt: wij hebben eigenlijk pas zeer recent, namelijk enkele jaren geleden, de 5%-clausule ingevoerd. Voor die tijd werd de begroting vastgesteld op grond van onderhandelingen met de minister van Financiën, die daarna dat deel weer terugploegde in de begroting Ontwikkelingssamenwerking. Tot twee, drie jaar geleden maakte het helemaal niks uit hoe je het berekende. Het betekent dat het een onderdeel was van de totale begroting, waar geen bepaald gefixeerd percentage voor bestond. Dat is het nu wel. Het is nu 5 % van 1,5% van het netto nationaal inkomen. Nu gaan dit soort redeneringen iets meer klemmen dan destijds het geval was. Bij het maken van de deal met betrekking tot de 5 % is deze problematiek eigenlijk nooit aan de orde geweest, omdat wij toen al werkten met begrotingstotalen, waarbij een zekere onderverdeling tot stand was gebracht. Als je nu op grond van de 5%-clausule, waardoor een vaste relatie bestaat, althans tot het eind van deze kabinetsperiode, met het plafond van Ontwikkelingssamenwerking zou zeggen dat wij deze posten, die wij vroeger redelijk zuiver vonden, in een keer onzuiver vinden, dan zullen wij daar weinig succes mee boeken. De V o o r z i t t e r : Het lijkt mij overigens een boeiend onderwerp voor de begrotingsbehandeling. Artikel 2 1 . Dan ga ik naar onderafdeling II, Vertegenwoordigingen van Nederland voor ontwikkelingshulp. Artikel 2 2 . Mevrouw J a b a a i j (PvdA): Ik vind de afwijkingen hier wel erg groot
T w e e d e Kamer, vergaderjaar 1 9 8 7 - 9 8 8 , 2 0 2 0 0 h f d s t . IV, nr. 14
16
worden. Ik meen dat, als je er vier jaar over hebt gedaan om overeenstemming te krijgen met de regering van de Nederlandse Antillen over de uitbreiding, je dit natuurlijk ook anders had kunnen ramen. Ik begrijp dit niet helemaal. Misschien kan het even worden uitgelegd.
Minister D e K o n i n g : De nieuwe beheers- en bestuursregels zijn nog maar zeer kort geleden vastgesteld, namelijk op 1 oktober van dit jaar. Ik denk niet dat dat al verwerkt is in de begroting 1988. Het kan echter in ieder geval verwerkt worden in de begroting 1989.
Minister D e K o n i n g : Voorzitter! Ik denk dat de sprong in de cijfers verklaard wordt door het gereed komen van het nieuwe kantoor in Aruba.
Minister D e K o n i n g : Het is een in de cijfers neergeslagen overtuiging van ons dat dit al vier jaar geleden had moeten gebeuren.
Mevrouw T e r p s t r a (VVD): Het is wel verwerkt in de meerjarenraming.
Minister De K o n i n g : Ja, dit slaat op beide kantoren. Wij hebben na de status aparte een nieuw kantoor moeten inrichten voor de vertegenwoordiger in Aruba.
Mevrouw J a b a a i j (PvdA): Ja, daar heb ik wat aan! De V o o r z i t t e r : Hoe u de informatie verwerkt, moet u zelf weten. De heer A a r t s (CDA): Laat ik het maar even overnemen. Heeft de minister het nu over het cijfer voor 1986? Over welk jaar heeft hij het? Wanneer begint zijn verleden? Minister D e K o n i n g : In feite gaat het over de hele periode die hier vermeld staat. Mevrouw J a b a a i j (PvdA): Ja, tot en met 1987. De heer A a r t s (CDA): Wanneer houdt dat gewetensonderzoek van u op? Minister D e K o n i n g : Op het moment dat het doel bereikt is. De heer A a r t s (CDA): Waar hangt dat van af? Minister D e K o n i n g : Van de instemming van de kant van de Nederlandse Antillen. Ik denk dat wij nu met de nieuwe beheers- en bestuursregels een heel eind gevorderd zijn wat betreft het uiteindelijk vastleggen van de positie van de vertegenwoordiger. In Aruba is die vanaf het begin van het status aparte bevredigend geregeld. In de Antillen heeft dat echter sinds jaar en dag erg veel moeite gekost. In de nieuwe beheers- en bestuursregels en in de delegatie die wij vanuit KABNA doen met betrekking tot de programmahulp, komen wij langzamerhand tot een realisatie van datgene wat wij sinds jaar en dag nastreven. De heer A a r t s (CDA): Kunt u nu zeggen dat dit in 1988 verandert?
Minister D e K o n i n g : Dan moet die worden bijgesteld. De V o o r z i t t e r : Dan komen wij op artikel 23 en vervolgens artikel 24. De heer A a r t s (CDA): Ik kom nog even op artikel 23. Het is hier de vraag waarom deze kosten wel redelijk hoog gebleven zijn. Mevrouw T e r p s t r a (VVD): Ik heb daar nog een aanvullende vraag bij. Ik kijk even naar de koersverschillen en het effect daarvan op de andere begrotingsposten. Hier is de post ondanks de lagere dollarkoers bijna gelijk gebleven. Betekent dit in feite dat je hier een verhulde begrotingsoverschrijding ziet? Laat ik het anders zeggen. Als de dollarkoers zich ontwikkeld had, zoals voorzien was tijdens de raming, zou hier dan in feite een forse begrotingsoverschrijding hebben plaatsgevonden? Betekent dit dat ook hier niet echt rekening is gehouden met het toegestane budget? De V o o r z i t t e r : Wij hebben het nu over artikel 2 3 . Ik was al bij artikel 24. De heer Aarts heeft echter gevraagd of wij naar artikel 23 terug konden gaan. Mevrouw T e r p s t r a (VVD): Ik had het over artikel 2 4 . De heer A a r t s (CDA): Toen ik iets gezegd had, nam mevrouw Terpstra het over. Ik was eigenlijk nog niet klaar. Ik heb het dus over artikel 23. Wij hebben net gezien dat de minister ernaar streeft om de personele mogelijkheden op te voeren naar de begroting. Het merkwaardige is dat de materiële voorzieningen die toch altijd een beetje verband houden met de personele voorzieningen, naar verhouding teruglopen in de meerjarenramingen. Dat is zelfs aanzienlijk het geval.
De heer A a r t s (CDA): Slaat dit op de beide kantoren?
De V o o r z i t t e r : Dan komen wij nu op artikel 24. Mevrouw Terpstra heeft hier al een vraag over gesteld. Zij heeft daar nog geen antwoord op gehad. Minister De K o n i n g : Voorzitter! Ik denk dat de verschillen zitten in de vertraging die is opgetreden bij de bouw van de ambtswoning en het kantoor van de gouverneur van Aruba. De heer A a r t s (CDA): Het is meer dan een verdubbeling. Minister D e K o n i n g : Jawel, maar er is dus een aanmerkelijke onderschrijding in 1985. Deze is ingehaald in de loop van 1986. Mevrouw T e r p s t r a (VVD): Dan blijft toch mijn vraag bestaan. Als er niet het voordeel was geweest van een gunstige dollarkoers en daarmee eigenlijk een te verwachten aanmerkelijk lagere realisatie dan geraamd, dan zouden wij hier dus in feite een forse begrotingsoverschrijding moeten zien. Dat betekent dus dat men zich ook hier niet gehouden heeft aan het toegestane budget. De heer A a r t s (CDA): U hebt gezegd — daar zat wel enige logica achter — dat er bij een oud gebouw onzekerheden bestaan. We hebben hier een gebouw dat nieuw gebouwd is en dat meer dan het dubbele heeft gekost in vergelijking met de oorspronkelijke raming. Mevrouw T e r p s t r a (VVD): Ondanks de dollarkoers. Minister De K o n i n g : Ik heb net al gezegd dat er een raming is gemaakt, waarna bij de aanbesteding is gebleken dat we met die raming op geen stukken na uitkwamen. De
T w e e d e Kamer, vergaderjaar 1 9 8 7 - 1 9 8 8 , 2 0 2 0 0 h f d s t . IV, nr. 14
17
aanbestedingssom is 3 0 % hoger uitgevallen dan de raming. De heer A a r t s (CDA): Ik ben het daar niet mee eens en ik zal dat uitleggen. Het kan niet zo zijn — dat doen we ook in Nederland niet — dat de raming die gemaakt wordt door een derde, geaccepteerd wordt door een gemeentebestuur of een overheidsdienst als zijnde een wet van Meden en Perzen, waarvan later wel wordt bekeken, hoe of wat. Het is heel gebruikelijk — waarschijnlijk ook in de Antillen — dat wanneer ergens in het buitenland een gebouw verbouwd of gebouwd wordt, ter plaatse een begroting wordt gemaakt, die wordt gecontroleerd. Bij nieuwbouw kan het niet zo zijn dat een plaatselijke aannemer — op die kleine eilanden betekent dat vaak nogal wat — een opgave verstrekt die later niet uit kan komen. Zo kan het niet werken: als het niet in regie wordt aanbesteed, moet het mogelijk zijn om daarvoor te bouwen. Om te beoordelen of het een reëel bedrag is, zou de Rijksgebouwendienst moeten worden ingeschakeld. Minister D e K o n i n g : Er wordt inderdaad altijd deskundigheid ingeschakeld. Of dat in dit geval de Rijksgebouwendienst is geweest, weet ik niet, het kan ook een andere consultant zijn geweest. Er wordt een raming gemaakt; dan komt er een aanbesteding uit de bus, waarbij de laagste inschrijver aanmerkelijk hoger zit dan de raming en dan ga je bij elkaar zitten. De architect en de aannemer proberen dan tot elkaar te komen langs de weg van het uitkleden van het gebouw. Als je je benedengrens op dat punt hebt bereikt, moet je je verlies nemen en dat hebben we dus gedaan. De heer A a r t s (CDA): Als ik gemeenteraadslid was, kwam u niet zo gemakkelijk met mij weg. Dit soort posten kan ik achteraf echter zo moeilijk beoordelen. Er is natuurlijk geen sprake van dat je een complex woningen of een gebouw neerzet, terwijl later blijkt dat ondanks een gecontroleerde begroting meer dan een verdubbeling van de kosten optreedt. Daarmee is iets mis. Minister D e K o n i n g : Het gaat om 3 0 % ; de rest wordt veroorzaakt door koersverschillen. Het gaat om een overschrijding met 3 0 % van de aanbesteding van de oorspronkelijk
gemaakte raming. Er is net al een voorbeeld genoemd waaruit blijkt dat zulke dingen in Nederland ook voorkomen en door de gemeenteraad worden geaccepteerd. Mevrouw T e r p s t r a (VVD): U zei dat je je verlies neemt als een aanbesteding op een bepaald niveau boven het geraamde budget is aanbeland. Ik vind dat toch wat te gemakkelijk. Er is namelijk nog een mogelijkheid: niet het bedrag, maar het ontwerp op zichzelf aanpassen, zodat je je wensenpakket wat lager stelt. Het is duidelijk dat er altijd overschrijdingen kunnen zijn, maar eenderde vind ik behoorlijk. Omdat er zo langzamerhand toch niemand meer aanwezig is, moet het mij toch van het hart dat het er de schijn van heeft dat toch wel heel gemakkelijk over dit soort toegestane budgetten wordt heengegaan. Minister D e Koning: Ik kan alleen maar constateren dat het gebeurd is, dat het gebouw redelijk sober is uitgevoerd en dat wij van mening waren dat we niet verder terug moesten gaan dan tot de staat waarin het uiteindelijk tot stand is gekomen. De Voorzitter: We gaan over naar artikel 25. Mevrouw J a b a a i j (PvdA): Hier is iets heel aardigs gebeurd. Er wordt een relatie gelegd met artikel 22, waarbij blijkt dat daar kosten worden opgevoerd voor de aankoop van huizen voor mensen die niet benoemd werden of niet benoemd konden worden, omdat er nog geen overeenstemming met de Antilliaanse regering bestond. Kan mij dat nu eens worden uitgelegd? Als ik de minister was, zou ik dit als er toch geen overeenstemming over is, gewoon niet ramen. De heer Palm: Zoals ook in de toelichting staat, hangt dit samen met het voorgenomen beleid om aldaar meer mensen aan te trekken. Zolang dat beleid niet gerealiseerd wordt, heb je ook minder woningen nodig. Ik denk dat die samenhang volstrekt logisch is. De vraag is inderdaad of die post al die jaren steeds opgenomen had moeten worden. Ik denk dat het mevrouw Jabaaij ook bekend is dat wij al heel lang bezig zijn om die taakuitbreiding te realiseren. Dat is nu net, een paar
weken geleden via het protocol gerealiseerd. De heer A a r t s (CDA): Voor 1984 is begroot ƒ 9 0 0 . 0 0 0 terwijl daarvan is uitgegeven ƒ 2 4 . 0 0 0 . Wat is er nu met de rest van dat bedrag gebeurd? Mevrouw T e r p s t r a (VVD): Dat is vervolgens gebruikt voor het schuiven van posten. De heer A a r t s (CDA): Neen, neen. Mevrouw T e r p s t r a (VVD): Nou en of. Minister De K o n i n g : Ik denk dat het ging om onderhoud of een verbouwing die redelijkerwijs niet ten laste van de bewoners kon worden gebracht. Ik denk dat het genoemde bedrag ingeleverd moet worden in de slotwet. De heer A a r t s (CDA): Laten wij er van uitgaan dat dit nu is gebeurd. Maar nu naar de toekomst toe: u hebt nog steeds niet de woningen voor de mensen of de mensen voor de woningen, want voor 1985 zit men nog ƒ 7 0 0 . 0 0 0 onder hetgeen is beoogd. Ér komt natuurlijk een jaar dat er wel gekocht moet worden. Dan wordt het memorie in 1986. Met andere woorden: u hebt de pannen erop gelegd — dat kan heel prettig zijn voor de minister van Financiën — en u koopt geen woningen meer want u heeft er geen geld meer voor gereserveerd. Als u dan in een bepaald jaar, nu het memorie staat, bij voorbeeld ƒ 500.000 moet opvoeren, dan moet u het ergens anders van aftrekken. Minister De K o n i n g : Dat is juist. Als wij in 1988 over zouden gaan tot uitbreiding van het personeel van de vertegenwoordiging zouden wij allereerst proberen huizen te huren, maar zonodig overgaan tot koop. Het is ook een beetje afhankelijk van wat het voordeligst is. Dan zal het desbetreffende bedrag alsnog moeten worden opgevoerd. De Voorzitter: Ik constateer hiermee dat artikel 25 voldoende is besproken. Dan gaan wij naar artikel 26. Mevrouw J a b a a i j (PvdA): Het lijkt wel een vervolgverhaal. Bij dit artikel is sprake van onderhoud van woningen die niet aangekocht
T w e e d e Kamer, vergaderjaar 1 9 8 7 - 1 9 8 8 , 2 0 2 0 0 hfdst. IV, nr. 14
18
konden worden voor mensen die niet benoemd konden worden.
Minister De K o n i n g : Het antwoord is: omdat u zich daaraan stoort.
een keer goed ramen, is dat meer geluk dan wijsheid.
De heer A a r t s (CDA): In tegenstelling tot het vorige artikel wordt hier wel braaf in de meerjarenraming een bedrag van ƒ 100.000 opgevoerd voor woningen die via pro memorie dus niet worden aangekocht.
De V o o r z i t t e r : Ik denk dat dat het voordeel is van de fact-finding. Ik zie dat mevrouw Terpstra daar enigszins o m lacht, maar het is natuurlijk wel een feit. Fact-finding heeft nogal wat teweeg gebracht, onder andere dit. Daarom zijn wij daar gelukkig mee. Dan kunnen wij nu overgaan naar artikel 27.
De heer A a r t s (CDA): Ja ja, dat begrijp ik.
Mevrouw T e r p s t r a (VVD): Ik denk dat het antwoord van de minister van zoeven dat het o m verbouwingen gaat die redelijkerwijs niet ten laste konden worden gebracht van de bewoners, op dit artikel slaat. Minister D e K o n i n g : Ik denk dat het hier gaat o m een consequent doortrekken van de tegenvaller in de ramingen w a t betreft de omvang van het personeel. Als het personeel wordt uitgebreid en indien daartoe woningen moeten worden aangekocht, dan zal dat een weerslag hebben op de post onderhoud. Mevrouw T e r p s t r a (VVD): Zonder enige twijfel. De heer A a r t s (CDA): Artikel 26 is een schoolvoorbeeld van een wijze waarop je niet moet ramen. Ik hoop, Voorzitter, dat u dat als lid van de commissie voor de Rijksuitgaven met mij eens bent. In 1982 wordt er 8 % besteed, in 1983 9 % , in 1984 3 1 % , in 1985 en 1986 6 0 % . Dat wil dus zeggen dat wij in al die jaren nooit hoger zijn gekomen dan 6 0 % . Is het dan wel logisch door te gaan met een bedrag van ƒ 100.000? Minister D e K o n i n g : Als je de reeks ziet, is ƒ 100.000 voor 1987 of 1988 niet irreëel. Ik ben wel van mening dat die post zich leent voor bijstelling. Mevrouw T e r p s t r a (VVD): Voorzitter! Ja maar — dat heb ik ook bij de bespreking van de algemene punten al gezegd — dit is niet de enige post die zich leent voor bijstelling. Ik heb een paar andere posten genoemd, die vanaf 1983 ook iedere keer of te hoog of te laag waren en dan suppletoir steeds moesten worden bijgesteld. Hoe komt het dat pas nu na een reeks jaren waarin dezelfde trend iedere keer duidelijk zichtbaar was, opeens iemand tot de ontdekking komt dat het misschien een post is die in aanmerking komt voor enige bijstelling?
Mevrouw T e r p s t r a (VVD): Voorzitter! U moet niet generaliseren. De heer A a r t s (CDA): Bij artikel 27 zet de minister ons in de toelichting in de laatste regels eigenlijk voor het probleem van de wisselkoersen. Hij zegt hier dat de ramingen niet te relateren zijn aan voorafgaande jaren, dat zij een gevolg zijn van een externe factor die niet te beïnvloeden is en dat hiertegen geen afdoende maatregelen kunnen worden genomen. Ik stel alleen vast dat dat op zichzelf waar is in de enge zin, maar dat wij zojuist toch afgesproken hebben dat er wel afdoende maatregelen kunnen worden genomen om de Kamer erover te informeren wat er aan invloeden zijn geweest buiten de koerswisselingen. Het is natuurlijk een desolaat verhaal als je als Kamer tot taak hebt om te beoordelen hoe het beleid is geweest. Als je hier ziet hoe de realisatie is vergeleken bij de oorspronkelijke vaststellingswet, dan ... Ik kan mij niet voorstellen dat Philips zo werkt en die werkt ook internationaal. Op een of andere wijze is er iets heel geks aan de hand. Ik zie dat wij voor 1986 — misschien kan dat worden toegelicht — van 100.000 gulden via een maandstaat van 4 miljoen komen op precies de goede realisatie. Misschien is het mijn ondeskundigheid, maar ik krijg hierop graag een toelichting. De V o o r z i t t e r : Wil mevrouw Terpstra over deze post nog een vraag stellen? Mevrouw T e r p s t r a (VVD): Ja Voorzitter, ik sluit mij aan bij de gestelde vragen, want dit is de kampioen met die 4 6 5 % overschrijding. Ik sluit mij aan bij de vragen die met name te maken hebben met afwijkingen die niet te wijten zijn aan de wisselkoersen. Minister De K o n i n g : Voorzitter! Wat de koersverschillen betreft: als wij
De V o o r z i t t e r : Akkoord? De heer A a r t s (CDA): Neen, het cijfer voor 1986 is daarmee niet verklaard. Dat zal echter een heel duidelijke verklaring zijn, want het is een te groot verschil. In de vaststellingswet staat 100.000 gulden in de maandstaat staat 4 . 6 5 0 . 0 0 0 gulden. De V o o r z i t t e r : Kan het een typefout zijn? Minister De K o n i n g : Ik kan het niet anders verklaren dan uit de koersverschillen, gelet ook op de toelichting die eronder staat: bij een lagere koers moeten wij veel bijbetalen. De heer A a r t s (CDA): Ja, maar toch niet in een verhouding van ... Ik kan het bijna niet uitrekenen. De heer P a l m : Voorzitter! Door Financiën is ons opgegeven — en dat hebben wij ook geraamd — een koers van 1,90 over 1986. Het is uiteindelijk uitgepakt op 1,38. De garantiekoers voor die pensioenen is 1,63. Als je daar onder duikt, loopt het aanzienlijk op en dat is inderdaad in dit geval niet te ramen geweest. Dus de realisatie was de koers van 1,38, terwijl wij uitgegaan zijn van 1,90. Het is dus beneden die 1,63 gezakt en dat betekent dat wij aanzienlijk hebben moeten betalen. De heer A a r t s (CDA): Neen, maar voor 1986 moet het een drukfout zijn, zoals de voorzitter dat eigenlijk waarschijnlijk onbewust zei. De V o o r z i t t e r : Ik zeg niets onbewust. De heer A a r t s (CDA): Dan heb ik u nog onderschat. Er staat 100.000 gulden, dat moet toch 1 miljoen gulden zijn? Mevrouw T e r p s t r a (VVD): Ja, dat kan niet anders. De heer A a r t s (CDA): Dan nog gaat de redenering overigens niet op dat het alleen door koersverschillen komt, want het kan niet van 1 miljoen vermeerderd moeten worden met 4,6 miljoen. Dat kan niet. Misschien
T w e e d e Kamer, vergaderjaar 1 9 8 7 - 1 9 8 8 , 2 0 2 0 0 hfdst. IV, nr. 14
19
kunnen wij daarop een nadere toelichting krijgen. Minister D e K o n i n g : Wij zullen kijken of wij daarop een nadere schriftelijke toelichting kunnen geven. Het gaat dus om post 2 7 . Mevrouw T e r p s t r a (VVD): En dan voor het jaar 1986. De V o o r z i t t e r : Dan gaan wij naar artikel 4 3 , de studietoelagen. Dat is de laatste. Dat betekent dat wij aan het einde gekomen zijn van deze fact-finding. De heer A a r t s (CDA): Mijnheer de Voorzitter! Hoe raamt de minister het aantal studenten? Hij zegt dat dit ruim gebeurt en dat is prachtig maar waarop baseert men zich? Ik neem aan dat er enig houvast is, bij voorbeeld het aantal afgestudeerden van een bepaald niveau in de Antillen en Aruba. Minister D e Koning: Voorzitter! Ik kan moeilijk een raming maken omdat studietoelagen worden toegekend aan studenten die zich willen bekwamen in een studierichting die in de Antillen zelf niet aanwezig is. De behoefteraming moet dus worden opgesteld door de Antilliaanse regering. De heer A a r t s (CDA): En die geven per jaar aan hoeveel studenten er op de verschillende niveaus naar Nederland komen en een studietoelage moeten hebben? Minister D e K o n i n g : Ja. Wij vinden het nodig, gelet op de voorziening van manpower in de Antillen, dat er bepaalde aantallen afgestudeerden zijn in bepaalde richtingen. De heer A a r t s (CDA): Is de veronderstelling juist dat Nederland aan elke student die door de Antillen of Aruba naar Nederland w o r d t gestuurd omdat de desbetreffende studierichting daar ontbreekt, een toelage geeft? Minister D e K o n i n g : Dat is juist, voor zover er voor die studenten beurzen zijn aangevraagd ten laste van de KABNA-begroting. Mevrouw J a b a a i j (PvdA): En die anderen komen gewoon rechtstreeks en vragen hier een beurs aan.
Mevrouw T e r p s t r a (VVD): Mijnheer de Voorzitter! Het heeft mij verbaasd dat er geen duidelijke knik in het gebruik van deze mogelijkheden bestaat waarmee wordt aangetoond dat de activiteiten van de universiteit van de Antillen meer substitutie heeft mogelijk gemaakt. Wanneer de realisatie van de jaren van 1982 tot 1986 wordt bekeken, blijkt dat er alleen een kleine terugval in 1983 is maar die is nauwelijks de moeite waard. Heeft de uitbreiding van de Antilliaanse universiteit in het geheel geen gevolgen gehad? Als er een overzicht is van alles wat er op dit terrein gaande is, kan wellicht een inzicht worden gegeven in de mate waarin voor het jaar 1987 de ontwikkelingen zich aftekenen. Ik denk daarbij ook aan de invoering van de studiefinanciering en de bereikbaarheid daarvan voor Antilliaanse studenten. Minister D e K o n i n g : Voorzitter! Er is inderdaad een uitbreiding geweest van de capaciteit van de Antilliaanse universiteit; ook is het aantal studierichtingen vergroot, hoewel dit niet daverend is geweest. Tegelijkertijd moet men constateren dat de behoefte aan beurzen voor studies in Nederland gelijk is gebleven en dat dus de totale behoefte aan afgestudeerden kennelijk stijgt. Dat laatste lijkt mij ook voor de hand liggend.
dan blijkbaar in andere studierichtingen dan in de Antillen beschikbaar zijn. Minister D e K o n i n g : Dat mag men aannemen want dat is de afspraak. De heer A a r t s (CDA): Mijnheer de Voorzitter! Er staat wat dit onderwerp betreft een bedrag in de begroting. De Nederlandse minister is daarvoor verantwoordelijk ten opzichte van de Kamer. Ik heb echter de indruk dat hij niet zelf de administratie ter zake voert en dat de uitvoering hiervan in handen is van de Arubaanse en Antilliaanse vertegenwoordigingen in Nederland. Minister D e K o n i n g : De aanvragen worden ingediend via de minister van onderwijs van de Nederlandse Antillen. De uitvoering daarvan, eigenlijk het toezicht op de studenten is in handen van de gevolmachtigd minister van de Antillen of van Aruba. De controle op de gelden die inderdaad zijn uitbetaald, vindt op de gebruikelijke wijze plaats, naar ik aanneem. Wij controleren gewoon de boeken. De heer A a r t s (CDA): Wie betaalt er uit? Minister D e K o n i n g : Dat zou ik niet kunnen zeggen.
Mevrouw T e r p s t r a (VVD): Dat is niet voor de hand liggend want de faculteiten van de Antilliaanse universiteit zijn vooral uitgebreid in de richtingen, waarin de meeste behoefte aan afgestudeerden bestaat. De studenten die naar Nederland komen, kunnen alleen maar studenten zijn die bij die universiteit niet terechtkunnen. Zo zijn de spelregels voor die beurzen. Men had een en ander toch in de cijfers terug moeten vinden?
Mevrouw J a b a a i j (PvdA): Ons is vanmiddag gezegd, dat in Nederland bij de Arubaanse vertegenwoordiging wordt uitbetaald.
Minister D e K o n i n g : Ik heb de indruk dat de behoefte aan afgestudeerden in de Antillen in de afgelopen jaren steeds is toegenomen, zodat de uitbreiding van het aantal studenten en het aantal studierichtingen in de Antillen geen vermindering tot gevolg heeft gehad waar het gaat o m de behoefte aan beurzen voor studies in Nederland. Men wil gewoon meer mensen opleiden.
De heer A a r t s (CDA): Dan treedt hier de vertegenwoordiging van Aruba en van de Antillen op namens de minister van onderwijs van de Antillen?
Mevrouw T e r p s t r a (VVD): Ja, maar
Minister D e Koning: Maar waarvan krijgt men het geld? Is dat regelrecht van KABNA? Dat zou een beetje tegen de regels zijn. Administratief moet het in ieder geval lopen via de minister van onderwijs in de Antillen of in Aruba. Een deel is op declaratiebasis.
Minister D e Koning: Ik weet niet of het zo is, maar het zou kunnen. Als het zo is, maak ik er geen bezwaar tegen. De heer A a r t s (CDA): Nee, ik maak er geen bezwaar tegen. Procedures kun je op alle mogelijke manieren
T w e e d e Kamer, vergaderjaar 1 9 8 7 - 1 9 8 8 , 2 0 2 0 0 hfdst. IV, nr. 14
20
vorm geven. Dit is misschien een goede procedure. Alleen is het wel noodzakelijk met het oog op de Nederlandse situatie, waaruit blijkt hoe ingewikkeld en hoe moeilijk het is om te controleren en o m eerst uit te vinden wat iemand moet krijgen, of die nog studeert en dergelijke, dat dit echt goed moet worden gecontroleerd. Ik ga ervan uit dat de accountantsdienst niet alleen inzage heeft in datgene wat betaald is, maar ook alle uitgaven controleert, onder wiens verantwoordelijkheid ook gedaan (de minister van onderwijs daar of hier de gevolmachtigd minister voor beide landen). De heer G i e z e m a n : Wij constateren dat de brondocumenten bij het kabinet voor Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken zijn, te zamen met de declaratie. Als zij voor ons aanvaardbaar zijn, keuren wij die posten goed. Dus die controle is er. De heer A a r t s (CDA): U hebt op geen enkele wijze, ook niet via steekproeven, ooit gecontroleerd of de uitbetalingen aan met name genoemde studenten terecht hebben plaats gehad? De heer G i e z e m a n : Daarop moet ik op dit moment het antwoord schuldig blijven. Minister De Koning: Ik ben graag bereid om dit onderdeel nog eens in kaart te brengen, zodat duidelijk wordt wat de procedures precies zijn, hoe de geldstromen lopen en waar de controles plaatsvinden. De heer A a r t s (CDA): Akkoord. Mevrouw Terpstra (VVD): Wil de minister de volgende vraag eventueel schriftelijk beantwoorden? Wat is de ontwikkeling in de realisatie in 1987 in verband met de toegankelijkheid van de studiefinanciering voor de Antilliaanase studenten? Minister De Koning: Dat zijn twee verschillende dingen. Wij betalen beurzen aan door de minister van onderwijs van de Antillen voorgedragen studenten. Dat is een volledige beurs. Daarnaast zijn er natuurlijk studenten die voor eigen rekening naar Nederland komen; zij krijgen dan een basisbeurs. Mevrouw T e r p s t r a (VVD): Dat begrijp ik. Daar ging het ook niet o m .
Er is voor 1987 2,4 miljoen begroot. Aangezien het veel voordeliger is om gewoon via de studiefinanciering te studeren, neem ik aan dat dit een post is die zeer aanmerkelijk zal moeten worden bijgesteld. De vraag is of de minister daarop enig zicht heeft. Minister D e K o n i n g : Ik heb daar nog geen zicht op. Het zou mij verbazen, wanneer deze post aanmerkelijk zou moeten worden bijgesteld, althans wanneer de realisatie aanmerkelijk zou afwijken van die in voorgaande jaren. Immers, vanuit de student gezien is het per saldo natuurlijk voordelig om een beurs te hebben van de Nederlandse Antillen, dat wil zeggen declarabel bij KABNA. Als de student een basisbeurs krijgt in Nederland - dat is heel makkelijk en heel mooi — blijft er echter altijd nog een bedrag van 3.000 a 4.000 gulden over dat privé gefinancierd moet worden dan wel geleend moet worden.
gelden. In het rapport " H e t comptabel bestel" staat dat zal worden bezien of het doelmatig is, het voor alle artikelen te doen gelden. De gedachte is dat het niet zinvol is o m het te doen bij gewone apparaatskosten, omdat die betaald worden op het moment dat erover wordt beslist. Daar zit dus geen langdurige periode tussen. Het geldt wel voor verplichtingen die enige tijd lopen. Die moet je dan goed vasthouden. De V o o r z i t t e r : In de loop van 1988 zullen de vierde en de vijfde wijziging van de Comptabiliteitswet worden ingediend. Ik concludeer dat wij boeiende informatie hebben gekregen in dit feitenonderzoek, waarmee wij bij de begrotingsbehandeling ons voordeel kunnen doen. Ik dank de minister en de heren Palm, Moerman en Giezeman hartelijk voor de verstrekte informatie. Ik wens u allen wel thuis en welterusten. Sluiting 22.21 uur.
De Voorzitter: Mevrouw Jabaaij had nog een vraag over bijlage II? Mevrouw J a b a a i j (PvdA): Daar het al later is, kan ik mij niet meer precies herinneren wat de minister heeft gezegd over de financiële administratie. Er was een afspraak, daterend van 1977. Je zou je kunnen afvragen, of dat al niet erg lang geleden is. De minister heeft toegezegd dat de accountantscontrole formeel geregeld zou worden in die zin dat dit in de toekomst via Landbouw zou lopen. Dat lijkt mij prima, maar hoe zit het nu met de geïntegreerde verplichtingen kasadministratie? Geldt dat voor alle uitgaven of voor een deel daarvan? De heer M o e r m a n : Het geldt in principe voor alle uitgaven, waar het doelmatig is voor een goed financieel beheer. Het geldt natuurlijk niet voor de gewone personeelsuitgaven. Als wij met verplichtingen en langdurige projecten te maken hebben, geldt het zeker. Mevrouw Jabaaij (PvdA): U vindt dat het niet voor alle uitgaven moet gelden? De heer M o e r m a n : In de discussie met de minister van Financiën over de vierde wijziging van de Comptabiliteitswet is het nog de vraag of het al dan niet voor alle artikelen moet
Tweede Kamer, vergaderjaar 1 9 8 7 - 1 9 8 8 , 2 0 2 0 0 hfdst. IV, nr. 14
21
BIJLAGEN
Bijlage 1: Gevraagde informatie in het kader van het feitenonderzoek 1987 Bijlage 2: Accountantsrapport 1986 Bijlage 3: Nadere informatie in het kader van het feitenonderzoek 1987
Tweede Kamer, vergaderjaar 1987-1988, 20 200 hfdst. IV, nr. 14
23
Bijlage 1
KABINET VOOR NEDERLANDS-ANTILLIAANSE EN ARUBAANSE ZAKEN '••Oravenhage, Tel^ooo (070) 624301 No.
8 september
19 87
17025
Onderwerp Aan de V o o r z i t t e r van de Vaste Commissie voor N e d e r l a n d s - A n t i l l i a a n s e en Arubaanse Zaken u i t de Tweede Kamer der Staten-Generaal, Binnenhof l a , 's-GRAVENHAGE. !
Feitenondezoek
./•
x
Bijgaand doe ik U toekomen de door U bij brief van 1 juli 1987 gevraagde informatie in het kader van het feitenonderzoek 1987. In verband met de vele werkzaamheden, samenhangend met onder neer de begrotingsvoorbereiding 1988, is het niet mogelijk gebleken te voldoen aan Uw verzoek om de onderhavige informatie per IE augustus 1987 in Uw bezit te stellen, De door V gevraagde informatie onder punt I treft U aan op bijlage I. De bij de rubriek "Maandstaat december" vermelde cijfers, zijn de cijfers zoals opgenomen in de laatste maandstaat van het betreffende jaar waarover overeenstemming bestaat met het Ministerie van Financiën; de genoemde cijfers onder rubriek "Realisatie" zijn de cijfers van de "Rekening var. uitgaven en ontvangsten". Aan de door 'J gevraagde toelichting op de verschillen tussen de ci;fers, vermeid bij de rubrieken "Vaststellingswet" en "Realisatie", kan om twee reeenen niet altijd worden voldaan; a:
onderschri jdmgen worden in het algemeen niet toegelicht ir. de Siotregularisatiewet; bij een aantal gevallen is net daarom niet meer mogelijk de oorzaak van deze onderschrijdingen, doorgaans van beperkte omvang, te achterhalen.
b:
overschri jdmaen, eveneens van beperkte omvang, welke uit het artikel "Onvoorzien" worden gecompenseerd, worden in het betreffende besluit evenrr.ir. toeoelicht.
Verioexe aiie correspondentie te nchten aan postbus 20051. 2500 EB s-Gravenhage en slechts een onderwerp per brief te behandelen Gelieve bi| beantwoording van de bnet datum en nummer hiervan te vermeiden Bezoekadres Herengracht 19A, s-Gravenhage
Tweede Kamer, vergaderjaar 1987-1988, 20 200 hfdst. IV, nr. 14
24
Echter het overgrote deel en vooral de belangrijke verschillen worden wel verklaard. Overigens deel ik U mede, dat de administratie zodanig zal worden ingericht, dat in de toekomst ook kleine verschillen kunnen worden toegelicht. De door U gevraagde informatie onder punt 2 treft U aan op bijlage II. Het verslag van de Departementale Accountantsdienst over 1986 is bijgevoegd. Ten aanzien van het genoemde "voorbehoud" deel ik U mede dat tijdens het bestedingsoverleg met nadruk is gewezen op een adequate accountantscontrole en dat, indien de bezetting van de accountantsdienst niet toereikend is, de controle zal moeten worden uitbesteed. Tenslotte deel ik U mede, dat regeeraccoordombuigingen voor 1988 en latere jaren niet van toepassing zijn op mijn begrotingshoofdstuk.
DE MINIETER VOOR NEDERLANDSANTILLIAANSE EN ARUBAANSE ZAKEN,
^1
Tweede Kamer, vergaderjaar 1987-1988, 20 200 hfdst. IV, nr. 14
25
HET KABINET VOOR NEDERLANDS-ANTILLIAANSE EN ARL"BAAXSE ZAKEN
FEITEN 0NDER2CEX 1987
BIJLAGEN I EN I I
Tweede Kamer, vergaderjaar 1987-1988, 20 200 hfdst. IV, nr. 14
26
5 CD CD Q. CD
3 CD
<
CD
CO Q) CL CD
"55' CD
UI.UAGt I
CO
oo i
co 00 oo ro o ro
O
o
< 3
PKITKN ONDERZOEK
198 7
KAbINtT VOO* NEUIULANDS ANTILLIAANSE EN AKUBAANSt ZAKEN ( SCHEMA I ) ro
Art.nr. (1987):
1
SCHEMA I :
Naaa
: ratauue»!
(AI^M.II
ttlieer)
\i»l
19H3
IVB4
IV86
19Ö5
Ka* ftagrotlng: •
V a a t l t a l l i nngawat i
• Maandataat
dacaabar
Raallaatla:
5IK),()(H) 00
5 0 0 , 0 0 0 00
AVO,000.00
4 8 0 , 0 0 0 00
5 10,000.00
<.6 5 . o o o . 0 0
440,000.00
465,000.00
480,000.00
510,000
00
461 , 4 / 8 . 49
414,9/1.4/
400,650.61
454,/Ot
445.^40
11
h% Varpllchclngan
f1
9/
V *
/©
Bagrotlng:
• VaatitalUngavat • Maandataat Kaallaatla:
dacaabar M. V. T.
NVT.
N V. T
NVT
N V
T.
ToallchtIng i » ê 2 - Ï986: Da varoudarda organlaatla gaf aanlaldlug lul aan nieuw fornatla ondarzuali, lielgaan raaullauiUu In «au foraatia-rapport. In afwachting van da wljalglngau In dit futuuttla- rapport waa baalotan da vncaluiaa nog nlal In la vul U u Na da vaatatilling van Dovlnginoaad rapport la aan aanvang gamaakt atl da Invulling vin da vacanta plaalaan.
Art.nr.(1987):
2
SCHEMA I:
Neaii
; H«L«L i •« I
(Algemeen beheer) 1983
1982
1984
1981)
1986
Kea Begroting: • Vaatite11 Ingevet • Haandetaat december
11 , 0 0 0 . 0 0
f> , 0 0 0 . 0 0
IO-J.000.00
110,000 00
120.000.00
II ,000 00
94 , 0 0 0 . 0 0
11 *>, 0 0 0 . 0 0
tbb.oou.uo
go«. ooo oo
laalleatle:
10 . 1 0 6 . 1 1
9 3,969.9i
114,2b3 24
164.210.84
2<>ö . 161 10
°7 1 o 4 A*
t9<j%
/?iZ
NVT.
N V T.
<7 Verplichtingen
n*%
8egrot Ing: • Vaatitelllngevet
• Haandetaat deceaber lullittli:
NVT
NVT.
N.V.T.
Toelichting 1963:
.1 nul bbi miou portokosten, portokosten, teleroontelefoon* au «Il Lala laleglaatkonli.il, Al• * gevolg van hogere uitgavan voor schooiuaaakbedi 1]van. tulaatabladen re la- an verblijf kosten in aanschaf kantoormeubilair ward op dit artlkal aeer uitgegeven dan geraamd
198): Da verhoging van dit artlkal houdt Voornamelijk velband nat da In 1984 Ingevoerde autouat1 aai Ing. M l m v u u i w a n n da begroting 1984 f 16Ö.QÖÖ an in da begroting 1985 r 2^ 000 geraaad. Door vertraging ward voor aaiigeecliatt• oaputarapparatuur In 1964 t U O O Ö an In TS)§5 r' 152 .ooo betaald coaputa ding van dit artikel artikel, waarvan 80 \ wordt dooi berekend aan artlkal 21, bestaat beataa vardar It liogeru Da ovaraachrlldlng liogen oor kantoorbehoeften, poafcan, tlIdachrlften. telex en telefoonkosten, kantooruach lnas alsmede u i t . «avan voor •logere uitgaven voor apeclfleke uitgavan goals iels an veibl1]fkoatan. 1986; D« varhoging op d i t a r t l k a l houdt voornamelijk velband aai. de l i e r l n r l c l i t l n g van Ua>t kantoorpand van lial Keblnui voor Nadarlanaa-Antilllaanaa an Arubaanse Zaken Tsvans la da varhoging ta w i j t a n aan da hogsr* bureaukosten en de hogere advleer liigekoeten lnaeke eutoiaeileur ing
1984
Art.nr.(1987):
3
SCHEHA I;
Nai
i H«pi » a u ( «L I •
1981
1*61
ïyBA
l^BI
1-486
Kas Bagrotlng; '•gavat - Vaatitallini Maandataat dace«b»r Kaalleatia:
Verplichtingen
18,000
00
18,000.00
18,000.00
20,000.00
20,000.00
16,000.00
' . 0 , 0 0 0 00
13,000.00
33,000.00
l8,000.00
I2.J62.2)
32,69/.42
1 l,/30.<.0
o?/
/O 3 W
? ° 6>
< t / , « 4 2 16
&0 7o
Begroting: • Vaatitelllngavet - Maandetaat daceabar keallaatle:
NVT
N.V.T.
N V T
N.V.T.
N V T
Toallchtlng 1963: In varband aet gaaaakte kotten voor het etacheld van da Ouwvernaur van da Nadarleiulaa Antlllan au ontvang»t vui da nieuwe Gouverneur, lijn da uitgavan op dll artikel iaat f 15.000 ovarechradan. 19S6: Hogere uitgaven dan geraamd onder aeei veroortaakt duor ul«i gara anda koetan vooi lial atacheld van «ia vorige dlfactaur van hat KaBlnet voor Nederland» Antilliaanse 2aUon
s CD CD Q. CD
^ O)
3 CD
<
CD
CO Q) Q. CD
Art.nr.(1987):
4
N«*a
: SocUU
U«i«u
i
g
SCHtMA I :
1983
iy«6
00
o M O O
f":
Begroting: " V»»tlt»lllngiw»c
Nllil I
Q.
R*allaatl«:
< 3
Nllil 1
Nllil I
Nihil
Nllill
Nllill
Nllill
Nlbll
Nihil
Nllill
Nllill
Nllill
Nllill
Nihil Nllill
Varpllchtlngan Begroting: •
V*itït«lllngiw«c
• K«»nd*t»«t
N V T .
N. V. T.
s CD CD Q. CD
7^ O)
3 CD
<
CD -i CQ CU
g-
Art n r . ( 1 9 8 7 ) ;
5
SCHEMA I :
Sa»
; U K k a i l u t « i > Van by^ui.deiu a a t d lvt!/
19tti
I9B4
lVBb
1*86
co oo
Ka»
Begroting: - Vaatitelilngavet • H u n d m t t dtctabtr
50,000 00 31 ,000.00
3b,000.00 28,000.00
ID.OOÜ.ÜO 20,000.00
20.000 OU 1 / . 1 0 0 00
.'u.ooo üo 20,000.00
M
Reallaatle:
3 0 , i 2 6 10
27,112.40
1/.094.2*.
l/.0*<..2<.
IÖ.43V20
al
V» rp lichtingen
NV I
NVT.
NVT.
NVT
NVT
I
cc 000 0
O O
w
< EJ -*
Begroting: - VeatïtelUngavat - Maandataat dacaaibar Reallaatle: Toelichting
00
1962 • 1983: Al» gevolg van hat ovarlljdan van aan uiikaïlngagerochtlgde la op dit artikel ulnder banodlgd.
Art.nr.(1987):
6
Naam
: Pensioenen
van mul ÜtiUVei M e u r * van de N e d e r l a n d s e
I98
SCHEMA 1
Begroting: - Vaststelllngswet
198 3
AnLillen e n liun n a b e e t a a n d e n
1984
198!)
I*8b
440.00o.00
4«M>,000.00
460,000.00
4 10 , 000 00
2M.O00.00
448,000.00
468.000.00
401,000.00
I99.b00.00
1/8.000.00
44/,208. 36
66/,46).29
Ayb.y98.AA
l**.A6Z.A6
1//.42H
• Maandstaai december Raallaatle: Verplichtingen Begroting: • Vaatatelllngswet • Maandataat
december
NV T
Beallaatle:
NVT.
N V.T.
N V ï.
N V.T
Toellchting 1982
• 198A: Het overachot houdt verband wel muiaileu
In het p e n s l o e n b e s t a n d .
1984: Ter voldoening aan de toezegging aan de Tweede Kante i (kamei at ukken 11 1S» H J/1484 18100 IV no'a 8 e n 9 a n l w u o i d 6 4 ) on te betien of de uitvoering van de pens Ioeni'egelInu, v o m mul fiouverneura van buil name onder een ander h o o f d s t u k van de rl Jkebegrot ing kan worden gehiar.ht, la mei I nat emiul ng van Binnenlandse Zaken h e a l o t e n de Suitnaauise louverneurapensioenen, alanok de Ondel al andall die h l | wijze van pensioen aan v o o r m a l i g personeel In bui i name z l | n .oegekend, met Ingang van 1984 onder hoofdal uk Vil van de r i j k s b e g r o t i n g te b r e n g e n .
E
1986:
Het overachot
komt voort uit het gunstige
koet avoi luu|i In ll'Hh
/0
Art.nr.(1987) :
7
Nauw
: O n d c i nl «IHICII l < l | Alil I 1 l m
wl|w:e
v,m
pellbloell
iHM
SCHEMA I
aan
voormalig
19BJ
pel t o n e e l
lil d e
Nedol I anJsc
1986
198-5
lyn4
Kat
Begroting: • V a s t s t e l 1lngawet • Maandstaat
december
Real 1 bat Ie:
«"j.OOO.OO
3(1,000.011
40,000.00
ib.OOO 0 0
i l , 000
00
I4.0H0.04I
11, 0 0 0 0(t
*(*,OO0.00
ij,000
00
/H.IHIil
00
ii.U2.12
26,b94.64
49,166.44
12,46/8/
il.il*
Vb
NV. I
N . V . ï.
N V T
N V T .
N V.T.
Varpl lclit l n g a n Begroting: • Vaststel 1lngswet • Maandstaat
december
Realisatie:
Toelichting 1983: Ala gevolg van mutaties
In het bestand
van u i t k e i l n g a g e i e i h l l g d e n
la minder b e n o d i g d
1984. In verband met aanpaaalng van de onderst•uden aan de gewlt^en kosten van zijn de uitgaven op dit artikel hoger uitgevallen dun germtiml 198b: Zie toelichting bij artikel
6
dan werd
levensondeihoud
geraamd.
In de N e d e r l a n d a e
Antillen
Alt.nr.(198/):
Naam
8
: Au.lui •• u l i j i a v u n lie.l i r l k I ngen
uuu ui
Uu
luliucvr
I 'J H.
SCHEHA 1 :
van p e l s o u e e l ,
198 1
voormalig
1984
peiboueel
ut
198b
hun
14Kb
Kas Begroting: - Vaststelllngswet • Haandstaat
2 V ) . 000. 00
2/0,000.00
2/0,1)00.00
29b, 0 0 0 . 0 0
l/> ,000.00
298,0111100
2/0,000.00
192,000.00
264,HM).OU
1/'.,000.00
29/,916.4i
264,81/./)
186,9b/.08
264.01/.b6
14».411.19
december
Realisatie: Verpllclitlngen Begroting: • Vaststellingswet • Haandstaat
december N V.T
Real 1 gat ie:
N .V.T
NVT.
N V T .
N V.T
Toelichting 1982:
I n 1 9 8 2 Is e e n p e r s o o n begroting bekend w a s .
1984:
Door een gunstig verloop
198b: Op de post
meer
t e n laste
v a n d o waclil g e I d i e g e I I n g g e h o e k t ,
van liet l a n g d m I g z I eken vetzulm,
langdurig zieken vonden
geen ullgaven
plaats.
zonder
kon op dit attlkel
d a l d i t b i j liet o p s t e l l e n
mot een lager b e d r a g w o i d e n
v a n ile voleiuan
Art.nt . ( 1 9 B / ) ;
9
SCHEMA I
Naaiu
. Koninklijk
bo..uuk aan ilc Neder 1 andse Antillen en Aiuba
lya;
198 3
1984
1981
198b
NVT
NVT.
N.V.T.
NVT'.
NVT.
/O,OOI) 1)0
N.V.Ï.
4 1,000.00
NVT
Ml, 1)00. 0 0
69.8/ri
N V.T.
42.Bi2.bJ
N V T .
4 «#. 111.
Kas Begroting: • VaststelHngsuet • Maandsiaat
december
Baal 1aatIe:
)()
I i
Verpllchtlngen begroting: • Vaststel 1lngswet • Maandstaat Keallsatle:
drcenher N V
N V T .
N V T .
NVT'
N V T
Toelichting 1982:
In verband net het bezoek dat Hare Ma]oui«li >lo K o n i n g i n en Zijne K o n l n k l l ) k e Hoogheid Prins C l a u s dei N e d e i l a u d e n van 29 oktober tot en net 8 november 1980 auu de Nedeilannse A n t i l l e n liedden gebracht, la In 1982 de Juui de theauuilei van Hare Majesteit de Koningin Ingediende koatendeelaiat I e , a a n g e v e n d e een totaal b e d r a g van t 69 879, b e t a a l b a a r gesteld.
1984:
In verband net de officiële opening namens II M ile K o n i n g i n van de cont al na 11 havens uu C u r a c a o en A r u b a hebben llaie Koninklijke Hoogheid Prlnsaa Margriet en de heer tul' Hlefei van V o l l e n h o v e n van 17 tot en mei 31 a u g u s t u s 1984 een bezoek aan de Nederlandse A n t i l l e n gebracht
1986: De kosten op dit artikel houden verband met het bezoek van II K H Prinses Maigilet eu de heer im.Pielei van 14 tot en met 20 naart 1986 aan Aruba in velband mei de vlei ing van du Status Aparte Aruba
van Vul lenhoven
Art.nr.(198/) :
SCHKMA
10
Naam
1
.ullllll I :, a I <: i
uil
V u I u a l l e 1 1 UL-'.UII
198 2
I:
1981
1984
1 98 i
1'iBb
Kas Begroting: • Vaststel) 11 ngswet • Maand» t «ai
dei euber
Hoal 1 sat 1e.
100,1)00.00
100,000.00
10,000.00
KO.000.00
10,000.UU
JUU Otlil (10
2 30,000.00
6 8 , 0 0 0 00
8 8 , 0 0 0 00
24, 000 00
J/B.B 1/ . 9 9
22/ ,146
o h . 6 9 8 . /O
8 / , 600.19
2 1/21
N V T .
N.V.T.
N V T
60
01
Verpllchtlngen Begroting • Vaststt-) lingswet • Maandu'aal
december N.V.T
Keallsat!e;
N V T
Toelichting 1982: Da kosten van de Gemengde couualssle toakuiaal A m II Ion. h n . a u h l bit KB van 14 (auuarl 1982 lir.B. bestaan v u u m l uit reis en verblijfkosten De comntasle la ioa maal lu plenaire vergadering bl ) eerigekotuen; drie maal In N e d e i l a n d en drie reaal In de Nederlandse Antillen Daarnaast werd door de commissie een aantal duukundl gen uangolrokken vont liet v a l l i c h t e n van doe I a liidlea die h o l i e k k l n g hadden op de gevolgen op velerlei teireln van du onaFhankel T ) klie 1 d van Aruba vuur alle b e t r o k k e n p a r t n e r s In dit kadet kan b v. worden genoemd de rondreis In de regio van een oud ambassadeur, welke lot doel had de leacllea Ie Invunlail seren van de omliggende landen op een eventuele Arubaans» onafhankel1jkheld De commissie heeft op 21 november 1982 rapport uitgebracht en werd bij KB van 16 mei 1983, nr 4 , o n t b o n d e n 1963:
In naart 1983 werd In Den Haag een Kunde latei coiituionilu gehouden lussen de N e d e i l a n d s e A n t i l l e n en Nederland De kosten van de organisatie Kiervan. die geheel vuur rekening van Nederland kuaisen, b e d r o e g e n f lil 115,94
1984: Op dit artikel is meer uitgegeven dan weid geraamd De u i t g a v e n b e t r e f f e n de reiskosten voor: a: de Nederlandse leden en secretar 1 saen v«n de (looi d I nul 1 eioiiuiii ss 1 e K T C besluiten b: een lid van de gemengde Nederlands A m I 1 1 I auus/Nedoi 1 uiulse 1 ucht vaat t t ar ! evcncomiiil sa 1 e . 1981: De Status-Aparte werd geraamd.
van Aruba heeft uilndui
uitgaven
vooi
'commissies en v e t g a d e i I n g u n '
gevergd dan
aanvankelijk
s ft» CD
Q. CD Q>
3 CD
< CD
Alt.nr
(198/);
SCHKMA
I;
U
Naam
u n v . , . 1 t I DU
Q. CD O)
•
198^.
1981
1982
I^B")
l'irtb
Kal
CD
00 -J I
Begroting: • Vaststellingswet
CO
- Maandstaat
00 00 N> O N> O O Q.
6 0 ,111111 (10
december
Realisatie:
82,000.00
Nllil I
Nllil
Nllil I
Nihil
1
9/ ,000.00
/•j.000.00
iiiiil
(H)
Nihil
Nllil I
/•>
10.000
00
Nlbl l
Nlbl I
Nll.1 I
Verpl l c h t l n g e n Begroting: • Vaststellingawet
<
• Maandataat
december
3
N. V. T.
N V T
Reallaatle:
N V T .
Toellctit Ing 1982
• 1985: Tan tijde van de maandataat
decemliui
vam
hot aillkul
'Itiivuutiloii' mt.ls
CO
00
1986: Voor
1986 waa
ten tijde van de uiaandMlaut
een
luaiant
nog niet
vu idee ld
Veidueld.
N V T
N V T
Art.nr.(1987):
12
Naam
Ouii'« i noin
vuii do Nedci I uildse
I «>S i
l yHV
SCHEMA I :
Antillen
iy«4
lyai
1^86
Kas Begroting: • Vaststellingsvet • Maandstaat
260,(UMI.00
240.000.00
241.O00.O0
140,000.00
141.000 .00
242,000.00
26"),000.00
26b,000.00
166,000.00
l41.OUO.OU
24 1 , »<>•) 8 6
2 6 4 , 8 8 6 . J/
218,408.6/
I6V2//
december *2
40 , MiiÖ 84
Kaallaatle: Varpllchtingen begroting: • V a s t s t e l l Ing*wast • Maandstaat
december N V T
Kealisatle:
N . V . ï.
NVT.
N. V. T
N V ï
Toelichting 1983:
In verband net bet o n t s l a g v a n de oud liouveineui, wiens pensioen op 1 oktober 1981 la Ingegaan doch op i uie I 1481 reeds In Nederland verbleef voor dienst besprek! ngen en daarop aans lul tend aanspraak maakte op u u i l u l , la o|> hel onderdeel 'beloning wegens w a a r n e m i n g van hot amht ' euu a.m/.1enl1 |k hoger bedrag u i t g e g e v e n d a n werd gerauuul
1VB1:
Als gevolg van de gestegen koers
1986:
Ala gevolg v a n het koersverloop
van du Aul I I I I uansu van
gulden
Is op dit aitlkel
gulden kon op dit aitlkel
uiuui b e n o d i g d
d a n weid geiaaiuil
me i minder w o r d e n
volstaan
Ait
U I . (1*8/)
SCHEMA
13
NduiD
Mul e i I u I Ui IMIVC
i uut IL
vuu de Ntdei I andbe Ant I I I e n )
1*8 1
1:
1*84
1*81
1*80
Kas Begroting: • Vaststel 1lngswet • Maandstaat
l " ) d ,111)11 (Kt
i M I . 0 0 0 00
280.000.00
U i
,(MMI.(I(I
1'>9,000.00
309,000.00
11 i, t, 8 1. 'J1
)^>8, 1 0 8 . W
100,219.n
december
Keal 1satle :
,4
Verplicht1ngen
f o 7 ó.
1 8 0 . 0 0 0 0" 2 39,000 .00 2JB.6')/ 4 H
2111,000 00 148,000.00 14/.6/0./8
f 3 3 ,:
— ÜiC>
Begrot1ng: • Vast s t e l 1 l n g s w e t Maan*1utaat bteal l a a t t e :
december N V I'
NVT.
N V.T
NV T
N V 1'
Toelichting 1983: Ala gevolg van het vertrek van de oud (iouveiueur bleken du uitgaven van de puMl hoger dan werd geraamd. (Zie ook de toe! Ichting uu artikel 12)
' dl enat rel zen' van dll artikel
198b: De o v e r s c h r i j d i n g van dit artikel la I,el,,.Ivo aan hel nadelige koersef f act, In h o o f d z a a k toe Ie actn I ) ven a a n extra u i t g a v e n in verband net de medio 1*8") aangevangen retil nurat Ie van het gonvei n e u i a b u i s te UI 11 ernst ad Dooi het Ingrijpende karakter van de verbouwing diende do Gouverneur te b e s c h i k k e n over een andere w o o n en werkiulinti De extra u i t g a v e n betreffen: a: de huur van het Landhuis Santa Baibaia b: verhuizing v a n de Inboedel en de konten voor Ju Inrichting. 1986: Op de posten 'kosten verband houdende wul ilo hu I alioudl ng van de C o u v e i u e u i ' uu 'oiuleilioud en Siuiatul meubilair van de ambtswoning' kon met een lagui bedrag Wolden volstaan
van hel
Art.nr.(1987):
14
Nttciii
V ui tmuee I (Kulitiiul
van de l.uuvcl lieul
I9H..'
SCHEMA I :
Vdu ile Nede I I a u d a e
Antillen)
1984
iy«i
l'IHI,
iy»->
Kas
Begroting: • Vaststel 1lngswet • Haandataat
tio11 . i ti f' i IK)
/ JO.OOO.oo
«00,000.00
40b , 0 0 0 . 0 0
4Bo, 1 1 0 0 . 0 0
BV. ,(NHI .0(1
/ 10,000.00
B8b.000.0u
b) 1 ,000 00
4öu IIIHI Uil
84b,f)H.6H
661,ib2.91
8 8 1 , 9 2 4 . 70
b i 2 , 2 8 b 49
1/8 ,(Mfc.
december
Realisatie:
7
/L<J UV?
Verpl l c l i t l n g e n
r
/
.A)
9
°?
i
<*7
Begroting: •
Vaststeillngswet
• Haandataat
december N V I
tteal lsatle:
NVT.
N V T .
N V T
N V T
Toelichting 1982: De overschrijding van dit artikel la een gevolg V a n . a: hogere uitgaven voor de lonen van lokaal personeel en de v e r b l 1 ) t s t o e l a g e u van u i t g e h o u d e n personeel alt» g e v o l g van de o m r e k e n i n g s k o e r s . b: extra uitgaven voor v e r g o e d i n g e n voor nveiweik, alsmede de toekenning van een uitzeudpreinle bij eervol ontslag van de directeur van het Kabinet. 1984: Als gevolg van de gestegen A n t i l l i a a n s e
gulden
la uu dll
uttlkel
meer b e n o d i g d
dan werd
geraamd.
198^: De ui tzendvoorwaarden voor de ui tgezunden ambtenaren zijn eind 1984 v o l l e d i g In overeena teuuul ng gebracht met de uit zendregeIlngen die gelden voor her naai de Antillen u i t g e v o n d e n m i l i t a i r personeel van het Hlulufui li> van D o t m b l e Dit heeft geleld tot «en verhoging van de toelagen en uitkeringen voor het u i t g e z o n d e n p e r s o n e e l , uranium In du be loting voor 198) geen rekening was gebuuden it artikel waarop het la voorta o v e r s c h r e d e n door hogere u i t g a v e n vuui iet koersefrect koerserrect eveneens van Uiepaaslug loepaasliiK la is. voui | salarissen en overwetrkvergoedlngen van lokaal personeel, de u i t z e n d i n g vanuit Nederland van een tijdelijke lun.ilu naris voor de duur v;an drie maanden en de nabetalingen van s a l a r i s s e n en v e r b 1 1 \ f t o e l a g e n over de {aren 198? tot en met 1984
6
1986: Als gevolg van het
gunstige
koersverloop
van de Aul I I I I naus»e gulden
kon op dit
artikel
met minder
woideii vnlat.iau
Art.nr.(198'):
lb
U a n ili
: Matei teel
(Kul.lnui van du Uouvei lieul' van du Nedci I andse Antillen)
SCHEMA I:
198 2
1983
198*.
|y8b
198b
Kan Begroting: • Vaststelllngswet • Maandatsat
) lll.no.i (KI
420,000 00
420,000.00
21"),000 0 0
21"), 000. 0 0
UU, «HM». 00
bn2.UOO.00
426,O0O.O0
200,OUO.OU
llb.OOO.OO
4/1 , 9/6.M)
484, 3 12.69
42b,889.09
199,941ib
U b , 4 14 9b
f Of 6t>
<-4 $ *o
december
Realisatie:
f 3> °? to
Verpllchtlngen
((3
*7
,°7
3-f ÓO
J
Begroting: • Vaststel 1ingswet • Haandstaat december N V.T.
Realisatie:
N V T
N V.T
NVT.
N V T
Toel1 ebt ing 1982: De hogere uitgaven op dit artikel zijn. bubalve Juut' du pi M s s t 1 Jglngen In de Neder land** Antillen en de tiugeie omrekeningskoers, een gevolg van tarletavethoglngon voot water en electrlcitelt, toegenomen telefoon- en telex kosten, a.smede rels-, verblijf• en uitlnat Ingskoaton verbonden aan de uitzending van een ambtenaar Ier veivanglng van een functionaris gedurende buitenlands zluktuVuilt
:i
1986: Als gevolg van het gunstige koersverloop van de AnJII11eunse gulden kon op dit artikel met minder worden volstaan
CD CD
QCD 7*
01
3 CD
Art.nr.(1987):
!
16
Naam
: i«o» .01 n c m
van Aiulia
S 19H,'
SCHEMA I: CD C» I CO
198 1
l 'J8^
N V T
N V T
Kas Begroting: • Vaststel 11ngawe<
N V
I'
00 00 IO
MelUOL 1 U
U1.IMIU.O0 | . , ' , , 1 ) 0 ( 1 110
• Haandataat
Mciuoi
december
o O O
I9B6
i o
l u l . t W . 10 Nll.l
Kaallsatle:
I
Vuip1lchttngen Begroting:
<
• Vaststelllngswet • Maandstaat
december
Keallsatle:
N V I
N V T
N V T
N V T
N V T
Toelichting 1986: Als gevolg van tie' gunstige koeraveiIuop
van de AnL I I I 1 aauae gulden kon op dlL utilkel
met uiludet
wunlou
volstaan.
Art. nr. (198 /) :
SCHEMA
17
Naam
: Malei l e d
(duuvui nciu
1:
vun Aiuliii)
198/
198 3
iy8A
N.V T.
N.V.T
N V.T.
\'Jtib
1985
Kas Begroting: - Vaststalltngswet • Maandataat
122,'JIMJ.OO
Zbii.OlMI.UU
5 b , MM».(Ml
22VIMMJ 0 0
december
i .666
Heallsacle:
tb
I'4(1,^66
II
Verpl lchtlngen BegrotIng: • Vaststel 1lngswet • Maandataat
december
Heallaatle:
N V 'I
N V T
N V.T
N. V . T
N V.T.
ToellchtIng 1985:
Doordat de bouw van de ambtauoni ng veiiiuglug niet geheel tot betaling gekomen.
heel l ondel voluien,
lyöb. Door het gunstige koersverloop en I n t c m uil gaven iluu geluimd v m Couvernetir' is dit artikel aanmerkel I * k binnen de i inning' g e b l e v e n
la liet voul
Inlichting
'kouten vetbaud
beachl kbuui gcale Idc
houdende met
bediag
de h u l a h o u d l n ^
Van de
CD CD QCD 7S. O)
I
Ait
ut . U 9 Ö 7 ) :
1»
Naam
rouuneiil
f SCltfcHA CD
00 -J I CO
o o o CL
Van ilc I j u u v e i n e u i ' v a n A l u h a )
lyH.'
I ;
I9H3
iy«i.
N V T .
N V T
19H3
l'*t)6
Kas
Begrot ing: -
Vaststel!lngswet
NV
00 00 IO
ikubliiul
- Haa'i
I'
december
J/.bOO.OO
i/ti.OOU.00
i/.VIU.UO
l/li.UUO.00
KeallsatIe:
Verullchtingen
en
Begroting;
<
•
Vaststelllngswet
• Maanriataat
december
NV T
Keallaat!•:
N .V .T.
N .V.T.
NV
N V T
Toellchtlng 1^86:
A l s gevulg
v a n het gunstige
kueiavetlouu
v a n ilu A u l i I I I a u u b u
gulden
k u n uu dit aillkel
m e t uilndoi
wol d u n
vuUl umi
s CD CD CL CD
T: CU
3 <
CD CD
Ait.nr.(lV8/):
CD CU
19
Naam
Ma'uiluol
|Kul>liiol
vun itu i . u n v c l n u u r van Aiulia)
o. CD .-i
SCHEMA I;
"öj' CU
co oo I
co 00 00
ro o
\HWi
1981
1984
N V ï
NVT
N V T .
19B1)
i "'bö
Kus
Begroting: • Vastst el 1 itigswet • Maandataat
december
Keali s a t 1 1 :
I40.UUU.OU
2
U0.00il.U0
2iMI.ltUU.QU
/1, 'ibA
II
I/1./M1.64
o
O zr
Verpl l c h t i n g e n
Q. co
Begroting.
<
• V a s t s t e l 1!ngswet • Maan.1* i as • deceiabet NV I
Keal l s a t l e ;
N V T .
N.V.ï .
N.V.T.
N V.T
Toelichting 196b: Het k a b i n e t van de Gouverneur van Amba CD
13 l u u i
gauii t«mt:l l o n e i e n .
1986: A l s g e v o l g van h e t g u n s t i g e k o e r s v a l 1 uü|i vun >!a Aui I I I 1 uuu..u g u l d e n kon op d i t
atilkel
met uiindei
worden
volstaan.
Art . nr. (1987) :
20
Naam
: Aandeel
lil du nul bimeoli uil gaven geraamd
umlci
du artikelen
1,0,1/,iA.lt»
au
18
1984
iy8t>
1986
1:
1982
1481
Begroting: • Vaststellingswet
2,1100,01)0.00
2,100,000.00
2,060,000.00
2,542,100.00
J, i i m . o o o . 0 0
2,000,000.00
2 , 1 0 0 . 0 0 0 . (KI
2,060,000.00
2 . 4 4 0 , MM».OU
l.iUU.OUU.OO
I.8A4./IJ.9B
1,8/1,480.18
I./()().903.90
2.449,9b4.26
2 , IJ't. il 1 81
SCHEMA
Ka*
• Maandataat
tiermlier
Reallsatle: Verplichtingen Begroting:
• Vaststellingswet • Haandstaat
december N . V . T.
N . V. T.
NVT.
N VI'.
N V T
Realisatie: Toelichting Da verschillen van onderhavig artikel
zijn
toegelicht
lil) du aitlkelen genoemd
In de owsclil:! J ving van dit
artikel
CD CD CL CD CD
3 CD
< CD CO CU Q. CD
Art.nr.(1987)
SCHtMA CD 00 ^1 I CO 00 00 N>
O O
o -«* Q.
21
Naam
Aandoe I In ilu wal ui I o I e nIlgaven
I:
i'ja->
gel duiml ondel
de ai t I ke l en l , I 1 , 1 "i , I / e 11 19
198 1
1984
19B1)
\)8b
Kas Begroting: • Vaststelllngsvet • Haandstaat
290,000 DO
december
Keallsatle:
'.2»),ooo.oo
i.oy/.boooo
l , ib^.ooo oo
,! 9 0 , OOII 0 0
?<«),oiio.oo l/h,000
00
'.60,000.00
1 , 1//,•>()().00
1 . ^ l I ,011(1 0 0
ÜBO.'.?'. Ml
W>,8/9.B0
4V,012.9b
1 , 1 / 6 , 8 J1). 14
I .Mu././b.o')
Verpl lcht lngen Begroting:
<
• Vast stel 1lngauet • Haandstaat
december
NV ï
Reallsatle:
N V T .
N V T .
N .V T
Toelichting 00
De verschillen van onderhavig
artikel
zl)n
lougulli.hl
l.l| Oa m ( Ikelen genoemd
In de o m s c h r i j v i n g
van dit
artikel
N V T .
Art.nr.(1987):
22
Naam
: Peiooneel
( Ve i I u g u n w o t . i il I g l n g e n Nudui l u n d s e
SCHEMA
I:
van N e d e i l a n d
Anl I I I o n e » A i u b a
i y« i
l'JH2
VOOI' UMI w 1 k k e 1 1 n g s l i u I p o p I VNO
NA
1984
uu
VN.OA
de ))
itü^
l'(H6
Kan
Begroting: • Vaststel 1lngawet
I .1(10.0111). 00
I ,100, 000. 00
1,100,000.00
BK),000 00
l ,0'>),000 0
1,100,000.00
1,100,000 00
1,100,000.00
B10,000.00
4/0,000.00
!>N,I2/.16
489,208.16
14b.6b4.10
46l>,ol/./l
4//.266 HV
• Maandstaat december Kea 11 satIe: Verplichtingen Begroting: • Vaststel 1lngawet • Maandstaat. december N
V
I
N V T .
N V T
N V T
N V
Kea1 l a a t I e :
Toelichting 1982 • 1986: De uitgaven op dit artikel zijn beneden de lamlng gebleven als gevolg van bet niet beletten van vacatuict. Het beleid was en Is la er op gelicht de I aaktil el 1 Ing vun de V N O.N A. vilt te hielden. Tot en net 196/ 198/ la er over deze uitbreiding nog geen overeenstemming met de regering. Echter tijdens bet laatste beatedIngsoverleg beatedlngsoverleg 1la men een kleine lil rhre I dl ng van de taak van de V N O . N A . overeengekomen Tevens Is op dit artikel bet koeiaettect van toepassing.
I
AH. nr ( 1 9 8 / ) :
23
SCMtMA I:
Naam
: Malei l o e i
('.•'.' i i ii^fiiuuui .11 f', I nge :i vat) N e d e i l a n d Vuui' onLW 1 kke 1 1 llgsliU I u )
I9B2
iyHi
I9H4
198*1
l'
Kas BegrotIng: - Vaststelllngswet • Maandataat
december
RealI s a ! I e:
400,()(li|()()
400,000.00
400,000.00
180,000.00
1011.01)0. OU
4 0 0 , 0 0 0 00
400,000.00
400,000.00
1 0 0 , 0 0 0 00
W9.IIUU.UU
IV6.DV9.20
2 Ü . 3 9 I .94
201* , 1 6 9 . 0 /
V.fa, 144 09
i/Ö,1/b
Verpl lcht lngen Begroting: • Vasistwllingswet
• Haandataat december Realieatle:
N VI
N. V. T.
N V T .
NV I
Toelichting: 1982
1986: In samenhang met de toellchlIng op ailtkel 22 kun u|i du ponten algemene en aneclrleke uitgaven met een lager bedrag worden volmaan
N V T
10
Art.nr.(198/)
2U
Naam
SCHEMA I
; Aankoop on/ut i oulauial 11- gebouwen Aruba
\'JtiJ
1981
1'JB*.
|y«b
NVT
N V T
NVT.
1,800,(1(10.00
1 >Öb
Kaa Begroting: • Vaststslllngswet
• Maandataat december Kou 1lsatle:
Memoile
I ,800,00(1 00
I ,0/0,000.00
6//. 6 1 / 0 0
i ,*«.«. !•?") oy
Verpllchtlngen Begroting. • Vaatstellingswet • Maandstaai december N V T
Real 1 val 1Ö: Toelichting
J
bedragen
l'g<
N V.T.
N .V.T.
N . V I'
N V T
ArC . nr . ( 198 / ) :
25
Naam
: Aecikoi)|> wuiilngun Ion b e h o e v e vmi ui I JCZUIIJCM t i m c l l o n a r l b s c n
SCHEMA I:
198*.
1982
1981
I .Mio.ooo.OO
1,000,000.00
900,000.00
l.bbo.ooo.no
Nttiiüi I e
I.400,000.00
1,000,000.00
900.000.00
1.bbO.000.00
HCIHUI 1 e
2<.,44/.bO
9öH,bHi.29
iy«b
198b
Kas
begroting: • Vaststelllngauet • Maandstaat december
b0b,2tW . 2 0
Realisatie:
1
538,218
Nihil
co
•>6 sO
Vei uilchtlngen
/b
/•On
ZJ6>
Begroting. • Vaststel 1lngsvet • Maandstaat
december N V T
Keallaatle:
N V T
N V T .
N
N .V .T
ToellchtIng 1982 - 1985: In samenhang n e t de t o e l i c h t i n g uu a i t l k c l
II
kon n|i d i t
a r t i k e l uiet eelt l a g e r b e d r a g worden
volalaau
V.T.
Art.nr.(198/).
26
Nnam
; Ondei liuiul on vu tal e laaien woningen
SCHEMA I:
1982
198*.
1983
19B1)
l'JBb
Kas Begroting: • Vaststel 1ingswet • Haandstaat
10(1,00(1 (10
100,000.00
100,000.00
200,000.OÜ
KMI , 0 0 0 0 0
100,000.0(1
100,000.00
100,000.00
200,000 0 0
'<•. , 0 0 0 0 0
december B.H'iB.08
Realisatie:
y , //•>.
&7 Vet pilchtlngen
/
IO
31,132.03
b9,288
M
b 1 . 8/ / . 1b
42
v%
Begroting: • Vaststelllngswet • Haandstaat december N V T
KeallsatIe:
N V T
NVT'.
N V T
Toal lclitlng 1982 • 1986: In samenhang met de toelichting op u u I U I
II
kon u|i dit artikel met een lager bedrag worden volstaan
N V.ï.
Art
in
(198/):
27
Noum
: TUBSIOH.HII OVel h e i d a d l
SCHEMA
I:
U|> p o n u I o e n e n eubl
Bil
llUII
van
jiwoiiin
II. "(',« I U( e n
1982
ambt e n a r e u
lil
NoJbi U I K I Ï
AIU I I l U a n s e
b e l I 't*kk I n g u t l
1983
I S*8^
1981
I98Ö
Kas Begroting: " Vaststelllngswet • Maandataat decenbar Realisatie: Verplichtingen
9,400, «MM». (M)
6.bV) ,000.00
J,80b,000 00 ». 5/9,42/.00 &">
4 ,000,1)00. üü
1,000,000 00
1,900,000.00
100,000.00
26/,000.00
4,610,000 00
1,851,304.43
Vt,851.39
11,66/ //
4,649.04/.96
lS
£
Z£
(^
NVT.
NVT.
100,000 00
£
^5>
Begroting: • Vaststelllngswet • Maandstaat december Realisatie:
N VI.
NVT.
N V T
Toelichting 1982 • 1986: Ten laste van hoofdstuk IV wolden toeslagen itu Anl I I 1 1 aanse pensioenen verleend krachtens twee regelingen die belde al» effect hebhen dal voor de rei hl hebbenden het vulut avei 'sclil 1 bl] een lage koers van de Antilliaanse uiden wordt gecompenseerd, e grote verachlllen tuasan vaal si u I I InguUut en luullsatlu hl] illt specifieke artikel *l|u een gevolg van do stijging van de koera van de Antilliaanse gulden van 1,46 In (982 tot 1 .8 S In 1985. Hoewel de laiulngen Jaarlijks op een lager bedrag werden gestold bleven de realisaties tot 1986 toch nog onder de iaiuingsbedragen, als gevolg van een voortgaande st I jglng van de wl sbelkners Door een sterke daling van de wisseTknHia In 1986 (1,38) Is dele begrotingspost In dat jam belangrijk overschreden Hieruit blijkt dat de ramingen van ilu^u iioul ulei .'. I ] n I «1 ïolaleiou uau vooi a fgaande jarao De af w I J k I nf.eu zijn een gevolg van een externe factor il 1 o ulot Is te beïnvloeden Hiertegen kunnen geen atiUioudo iua.it • ege I en worden genomen.
B
CD CD
QCD
7^ cu
3 CD
•i
< CD
—i CQ O) Q. CD
Art.iu.(iy87). SCHEMA
CD 00
ui
NaaiL
b l u d I f • u u t dgCII
1981
1 98^.
2,400.01)0 00
2,400,000.00
2,400,000.00
2,400.000.00
I . I\i
1 ,'iH2,')')/
1;
\>)ÜJ
|y«b
l-»«b
2 ,400,001) .00
2,400,000 0 0
2 ,400. OOO. OU
1 .H/ 1 ),000.00
2.400,000.00
1,81/,OOO.O0
1 ,H12,2'>9.00
2,1B1.')2I
I . H lt> , 1 i b
Kaa
Begroting: CD
• Vaststel 1IngawBt
00 00 IO
- Haandstaat
d
O
fO
O
o Q. CA
Kaali aal Ie:
, l\ 'i 11
2/
.'£>7
Oc
Verpllchtlngen
1
•V
4/
o-?
7
0^>
2 ? co
Begroting: • Vaststel 1Inguwet • Haandstaat
december N V T
N V T .
N V.T.
NV T
N V.T
Reallsatle: Toelichting C71 CJ1
1982 t/a
1986: Het voor de Antilliaanse
en Ainhaanse
aluduiilen beschikbare
bedrag weid niet
In zijn geheel
geclaimd
00
sr.'i^cz : :
FEITEN DNDERZOEX 1 9 8 " KABINET VOCP. NE2ERLANCS-ANTI1LIAANSE ZAKEN
Tweede Kamer, vergaderjaar 1987-1988, 20 200 hfdst. IV, nr. 14
56
3:JLAOE
::
In de b e g r o t i n g 1988 komen de d o o r b e r e k e n i n g e n van de a r t i k e l e n o n d e r A f d e l i n g I en I I aan A f d e l i n g I I I toe u i t d r u k k i n g in de ' A r t i k e l s g e w i j z e t o e l i c h t i n g ' Dit in t e g e n s t e l l i n g t o t voorgaande j a r e n toen de d o o r b e r e k e n i n g e n t o e u i t d r u k k i n g kwamen in de ' v a s t s t e l l i n g b e g r o t i n g van u i t g a v e n ' De door U genoemde m a a t r e g e l e n t e r v e r b e t e r i n g z u l l e n , voorrover n o o d z a k e l i j k , worden a a n g e b r a c h t i n samenhang met de r i c h t l i j n e n welke z u l l e n worden aangegeven b i j de h e r z i e n i n g van de Comptabiliteitswet. De s t a n d van zaken met b e t r e k k i n g t o t i e S u p p l e t o i r e wetgeving en de r e k e n i n g e n 1982-1986: Siotreguiarisatiewetgeving: De s l o t w e t De s l o t w e t Ministerie Staatsblad
1985 l i g t b i j de Raad van S t a t e . 1986 i s b i j b r i e f d . d . 15 j u n i 1987 ingediend b i j h e t van F i n a n c i e n . Alle voorgaande s l o t w e t t e n z i j n in h e t verschenen.
De Rekening van u i t g a v e n en o n t v a n g s t e n : Voor a l l e Rekeningen t o t en met 1986 i s een accountants • v e r k l a r i n g uitgebracht. D« Rekeningen t o e en MC 1984 z i j n goedgekeurd door het M i n i s t e r i e van F i n a n c i e n en ingediend b i j ie Algemene Rekenkamer: ie Rekening 1985 i s i n g e d i e n d en ie Rekening 1986 wordt een dezer iagen ing e d i e n d b i j h e t M i n i s t e r i e van f i n a n c i ë n . Het
Tweede Kamer, vergaderjaar 1987-1988, 20 200 hfdst. IV, nr. 14
57
Op de artikelen die voor dit feitenonderzoek in aanmerking komen, zijn geen wijzigingen in de Voorjaarsnota 1987 opgenomen. Mee ingang van 1988 worde voor hec totaal van de apparaatskosten een structurele verlaging voorgesteld van f 200.000
De Directie FEZ houdt toezicht op grond van het Comptabiliteits• besluit; met name is er periodiek overleg net betrekking tot de begrotingsvoorbereiding en de begrotingsuitvoering terwijl documenten met eventuele financiële consequenties vooraf bij de Directie FEZ voor mede-paraaf worden aangeboden.
Op de begroting wordt een bedrag opgenomen voor 'Onvoorziene uitgaven' Compensaties hiervan betreft hoofdzakelijk geringe autaties.
lx>on- en prijsbijstellingen worden afgewikkeld op die artikelen die vanuit hun aard ioon- en prijsgevoelig zijn.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1987-1988, 20 200 hfdst. IV, nr. 14
58
ACCOUKTAMTWOWm
HxmmtmiMDmrniADmurOÊTmjt ','" ' ' M O KK. «ORAVtNHAOE TtLMQ*AMACmB LANOVU THJXNUMMCK SJO40 i wm amtam Dm Mm, CamrmmH T I L f «XJNNUMÉAW 070-WM01 •
VGrartnhage.
/
&a
31
j
o I 1
X987,
Inzake de controle van de financiële verantwoording van bet Kabinet voor Nederlands-Antilltaanse en Arubaanse Zaken over bet dienstjaar 1986 per 31 mei 1987.
RAPPORT: No. AD 87/279 (91.01)
In dit rapport rijn de volgende hoofdstukken opgenomen:
1. Algemeen. II. De reikwijdte van de controle. III. Administratieve organisatie en Interne controle. IV. Opmerkingen naar aanleiding van de controle ten aanzien van enkele onderdelen van de financiële verantwoording. V. Verklaring.
De volgende bijlagen zijn toegevoegd: 1. De financiële verantwoording over het dienstjaar 198ó - Uitgaven. 2. De financiële verantwoording over het dienstjaar 1986 - Ontvangsten. 3. Vorderingen en schulden. 4. Stand van verplichtingen (art. 16 C.W. 1976). 5. Overzicht garantieverpllchtlngen. 6. Overzicht betreffende de Accountantsdienst.
AAN de h e e r M i n i s t e r voor N e d e r l a n d s A n t i l l i a a n s e e n Arubaanse Zaken, p / a K a b i n e t voor N e d e r l a n d s A n t l l l l a a n s e en Arubaanse Zaken, Postbus 20051, 2 500 EB 's-CRAVEKHAGE. t "
pg/aa/1
y^
.4L<
-L<_
t : p n - n i i ' j <;•
~«y-é •
, . >
r
verzoe»* c»i oeanrwootang ons kenner* en aatum ie ve me>aei
LV 168-0013-85
Tweede Kamer, vergaderjaar 1987-1988, 20 200 hfdst. IV, nr. 14
59
I. ALCEMEEN. Opdracht. De p*rsoae*le- en comptabele aangelegenheden van k*t Kabinet voor Iederlandf-Antilliaanae en Arubaanae Zaken «ljn In beheer hij bat Miclatarle van Landbouw in Vlaaarlj. Dientengevolge keeft da Accountantedlenat van dit ministerie de controle Tan de financiële verantwoording uitgevoerd. Eén en ander conform het schrijven van de Minister voor Rederlande-Antilllaanse Zaken no. 79631, d.d. 7 oktober 1981 aan de Algemene Rekenkamer. Per '1 Januari 1986 la de Statua Aparte van Aruba een feit gewordenEen en ander heeft geleld tot het voeren van een apart financieel beheer door een rekenpllchtlge op Aruba. De controle op dit financiële beheer wordt eveneens door de Accountantsdienst van het Ministerie van Landbouw en Visserij uitgevoerd. Rapportering. Thans brengen wij een voorlopig rapport uit over de controle van het dienstjaar 1986, daar er aomenteel nog een begrotingswijziging in behandeling is, met betrekking tot de uitgaven over het dienstjaar 1986. Na 31 mei 1987 zijn er geen mutaties ten laste of ten gunste van het dienstjaar 1986 gebracht. I Er worden geen deelrapporten uitgebracht. II. DE REIKWIJDTE VAN DE CONTROLE. De controle van de financiële verantwoording, alsmede de verplichtingen, garantieverplichtingen, vorderingen en schulden van het Kabinet voor Nederlands-Antllllaanse en Arubaanse Zaken over het dienstjaar 1986 heeft geresulteerd in een goedkeurende _yerklarlng onder voorbehoud. Het voorbehoud behelst het volgende. Met betrekking tot de beoordeling van het financieel beheer en de aarwending van overgemaakte gelden ten behoeve van zogenaamde aeerjarenplanprojecten welke onder de verantwoordelijkheid van de respectieve regeringen op de Nederlandse Antillen en Aruba worden gerealiseerd, moeten wij ons baseren op rapporten en verklaringen van de Landsaccountantsdienst c.q. openbare accountants ter plaatseDoor het ontbreken van eerderbedoelde rapporten en verklaringen kan onzer— . zijds (nog) geen afrondende beoordeling plaatsvinden. Jaarlijks bedraagt het financieel belang van deze projecten * f 120 min.
i ~. —/& Ó^-'-i.1 ," ] + X'cUO &£
I
I Naar men ons mededeelde worden thans nieuwe beheers- en bestuursregelen geformuleerd. Met deze nieuwe beheers- en bestuursregelen wordt beoogd de procedures ten aanzien van het bestedingsoverleg, aanbesteding, uitvoering en oplevering van alle projecten alsmede de daarop uit te voeren technische en financiële controle vast te 6tellen.
pg/aa/2
Tweede Kamer, vergaderjaar 1987-1988, 20 200 hfdst. IV, nr. 14
60
III. AmilTISTaATIEVE OtCAWISATlE P
UmBOIE OOTKOLE.
In 1985 ontstane knelpunten, welka onder aeir verband houden act bet financieel beheer an 4a administratie van verplichtingen, bobben ertoe geleld dat «an opdracht aan l»eat Marvlck lederland Cc Dan Haag *crd gegeven tot bet verrichten van een onderzoek naar de administratieve Organiaatle en bet beoordelen van bet •erplichtlngeneyeteea. Dit onderzoek heeft thana gereeulteerd in een definitief rapport van 23 december 1986, waarin o.a* la opgenomen:
i
- een beschrijving van de voornaamste administratieve procedures; - een verdeling van de werkzaamheden tussen het Kabinet en de Directie Financieel-Economische Zaken van het Ministerie van Landbouw en Visserij. Op grond hiervan Is besloten de adviezen, vervoord in bovengenoead rapport, met Ingang van 1 januari 1987 op te volgen, zodat de knelpunten in de loop van 1987 zullen worden opgeheven. Bij de afdeling Algemene Zaken van het Kabinet hoopt nen bovendien per 1 oktober a.s. een financieel medewerker aan te stellen. Met ingang van januari 1986 is de verwerking van de administratie bij de Directie Financieel-Economische Zaken (F.E.Z.) ingebracht In het Administratie Pakket Landbouw (APL). APL maakt gebruik van een computersysteem. Naast APL is een geautomatiseerd SUPRA-systeem ontwikkeld, SUPRA staat voor SUbsidie PRoJecten Administratie. Eind 1987 hoopt men eveneens van dit systeem gebruik te maken om hiermede de verplichtingen-kasadministratie en tevens de projectadministratie bij te houden. De verwachte nieuwe Comptabiliteitswet verlangt namelijk een geïntegreerd verpllchtingen-kassysteem. In Willemstad op Curacao is een nieuwe rekenplichtige aangesteld. Thans wordt aldaar gewerkt met een eenvoudig geautomatiseerd systeem. De naar N'ecerlanc verzonder, bescheiden bevatten thans uitsluitend computeruit" draaien. In tegenstelling tot voorgaande jaren worden de volgende bescheiden c q . gegevens niet meer opgezonden: . . . .
bank- en giroafschriften processenverbaal van kasopneming rekening-courant overzichten cumulatieve cijfers over het gehele jaar.
Vooral het ontbreken van de r e k e n i n g - c o u r a n t o v e r z i c h t e n h e e f t b i j de d i r e c t i e F.E.Z. een e r n s t i g e v e r t r a g i n g veroerzaaict ir. de verwerking van m u t a t i e s in het grootboek. Onze c o n t r o l e werd daardoor s t e r k bemoei1iJkt. Er z i j n b i j het fcabiivei inaiiddels de nodige stappen ondernomen om de verme 1de tekortkomingen op t e h e f f e n .
pg/aa/3
Tweede Kamer, vergaderjaar 1987-1988, 20 200 hfdst. IV, nr. 14
61
iv. gSHBgSSB j*Ag kunxauK
VAR DE COKTVOLE TEN AAKZIEI VAJ EKULE
OMDERDELES VAN Pt n«ABCXELE VERAWTWOORDIBC. 1. Garantiaa. - Art* 28 Carantie van ranta an «floeslng Tan lenlagen ten behoeve Tan de financiering Tan rendabele projecten (periode 19621966) tot «en aaxlaua van I.A. f 125.000.000,— (Wetten 3 nel 1962, Btb. 153 en 23 april 1964, Stb. 133). Het rialco van de Staat per 31 december 1986 bedraagt N.f 132.391.000,— .
- Art. 29
Garantie van rente en aflossing van door de Nederlandse Investeringsbank voor Ontwikkelingslanden N.V. (N.I.0.) verstrekte leningsgelden.
Totaal verstrekt via voorfinanciering tot en met 31 deceaber 1986 Van de N.I.0. ontvangen
N.f 599.437.678,58 " 597.575.000,—
Resteert aan voorfinanciering
N.f
1.862.678,58
Het cumulatieve totaal aan leningen, welke door de N.I.0. zijn afgesloten met de Antilliaanse en Arubaanse regeringen bedraagt ultimo 1986 f 724.508.219,18. Hierop is afgelost f 15.023.778,85. Het risico van de Staat per 31 december 1986 voor deze leningen minus de aflossingen, inclusief rente bedraagt f 993.713.000,— (afgerond).
Op het totaal van de leninger is ultimo 1986 nog een bedrag van f 126.925.000,— af te roepen. - Art. 29A Garantie van rente en aflossing van door de Europese Investeringsbank (E.I.B.) verstrekte leningen. in samenhang met: Art. 8A (ontvangsten) Contragarantie op garantie van rente en aflossing door de Europese Investeringsbank verstrekte leningen. Het land de Nederlandse Antillen en de E.I.B. hebben een flnancieringsovereenkomst afgesloten. Het betreft hier een lening van ECU 7,1 miljoen ten behoeve van het water— en elektriciteitsbedrijf op Curacao. De Staat der Nederlanden heeft hiervoor een borgtochtover— eenkomst met de E.I.B. gesloten. Als voorwaarde heeft het land de Nederlandse Antillen een contragarantie moeten verstrekken. Door deze constructie staan beide posten memorie in de slotwet, Ie wijzigingsvoorstel. De Nederlandse Antillen erkennen het recht van de Staat der Neder— landen door schuldvergelijking, welke mede de door Nederland te verstrekken hulpgelden kan betreffen, deze gelden te verrekenen.
pg/aa/4
Tweede Kamer, vergaderjaar 1987-1988, 20 200 hfdst. IV, nr. 14
62
- Are 30
uitgaven in verband met k«t door de Staat la herverzekering aanvaarde betalingsrisico t.b.v. •arbouw, renovatie en uitbraldlng van nat Carlbbean Botal op Aruba.
Bet rlaico van de Staat per 31 december 1986 bedraagt S.f 23.000.000,— .
2. Ontvangsten. Op artikel 13 "Diverse Ontvangsten" Is onder meer een ontvangst geboekt vanuit Aruba ad f 1.000.000,— zijnde 2jZ rente over een leningbedrag ad f 40.000.000,— over 1986. Deze f 40.000.000,— is een onderdeel van een totale lening van f 100.000.000,—, welke is toegezegd als begrotlngssteun. De eerste tranche ad f 40.000.000,— kwam voor f 28.000.000,— voor rekening van-Derden via het Ministerie van Buitenlandse Zaken en voor f 12.000.000,— ten laste van de begroting van het Kabinet yopr Nederlands Antilliaanse en Arubaanse Zaken. Naar onze mening dient f 700.000,— (zijnde 28/40 van f 1.000.000,—) verrekend te worden met het Ministerie van Buitenlandse Zaken. De toekomstige aflossingen en rentebetalingen dienen onzes Inziens begrotings-technisch in de raming van de ontvangsten in de komende jaren te worden opgenomen.
3. Vorderingen en schulden. Met betrekking tot de vorderingen en schulden zijn de navolgende opmerkingen te maken: - Het bedrag van de Extra Comptabele Vorderingen en Schulden, opgenomen in de balans (zie bijlage 3) geeft een vertekend beeld. Veei «naties in 1986 zijn nog niet extra-comptabel geboekt. Het bureau van het Kabinet zal een en ander op korte termijn corrigeren. - Inzake de deel:iemingec en kredietverleningen wordt door ons nog nader aangegeven op welke wijze deze in de Extra Comptabele Vorderingen en Schulden moeten worden opgenomen.
4. STIOISA. De Stichting voor Culturele Samenwerking (STICUSA) wordt gecontroleerd door de Centrale Accountantsdienst (C.A.D.) van het Ministerie van Financiïn. Door de C.A.D. z i j n inmiddels a c c o u n t a n t s r a p p o r t e n u i t g e b r a c h t inzake de c o n t r o l e var. de j a a r r e k e n i n g e n 1984 en 1985.
pg/aa/5
Tweede Kamer, vergaderjaar 1987-1988, 2 0 2 0 0 hfdst. IV, nr. 14
63
5 . Begroting. uitgaven: De oorspronkelijke begroting * « n «•• oltgaven (Wet van 26 maart 1986, I t b . 194) bedroeg Slotwet: eerste wijxigingavooratel T o t e e l beschikbaar voor 1986
f 269.100.000,— 773.000,— f 269.875.000,— • svaemaBSBmam
mmmmwnmmm
De werkelijke uitgaven over 1986 bedroegen
f 269.817.432,15
Ontvangsten: De raaing van de ontvangsten (Wet van 26 maart 1986, Stb. 195) bedroeg
f 83.500.000,—
De werkelijke ontvangsten over 1986 bedroegen
f
93.474.833,04
V. VERKLARING. De door de rekenplichtige van de centrale kas van het Ministerie van Landbouw en Visserij over het dienstjaar 1986 per 31 mei 1987 verantwoorde begrotingsuitgaven en "ontvangsten tonen in totaal de volgende bedragen: Uitgaven. Personeelsuitgaven Materiele uitgaven
f 12.985.462,69 " 256.831.969,46
Totale uitgaven
f 269.817.432,15
Ontvangsten. Personeel Materieel
f "
2.057.730,16 91.417.102,88
Totale ontvangsten
f
93.474.833,04
Wij hebben de voorlopige jaarrekening 1986 (financiële verantwoording over 1986) van het Kabinet voor Nederlands-Antllliaanse en Arubaanse Zaken, welke is opgenomen ie de bijlagen van dit rapport, gecontroleerd.
pg/aa/6
Tweede Kamer, vergaderjaar 1987-1988, 20 200 hfdst. IV, nr. 14
64
De voorlopige Jaarrekening 1986 bastaat alt: e. de rekening van uitgaven en ontvangaten In het dienetjaar 1986 per 31 mei 1987 (bijlagen 1 «n 2); b^_ 4e balana over bat dUenatJaar 1986 per 31 mei 1987 (bijlage 3); c. het overzicht van de verplichtingen reaulterende In «Itgaven van latere dienstjaren per 31 deceatber 1986 betreffende de artikelen waarvan In de begroting 1986 ramingen zijn opgenomen (bijlage 4); d. de garantleverpllchtingen per 31 deceaber 1986 (toegelicht in hoofdstuk IV en verveld in bijlage 5 van dit rapport).
Op grond van ons onderzoek zijn wij van oordeel dat deze Jaarrekening, gelet op de in de Comptabiliteitswet 1976 gestelde eisen, getrouw weergeeft: - de begrotingsuitvoering dienstjaar 1986; - de saldi van de financiële posten die aan het einde van het dienstjaar bestaan en die naar het volgende dienstjaar Boeten worden overgedragen; - de verplichtingen per 31 december 1986, aangegaan in 1986; - de garantieverplichtingen per 31 december 1986; onder voorbehoud van hetgeen onder hoofdstuk II van dit rapport is vermeld.
/
pg/aa/7
Tweede Kamer, vergaderjaar 1987-1988, 20 200 hfdst. IV, nr. 14
65
flci<-t.. cel
/lQ
KABINET VOOR NEUERLANDS-ANTILLIAANSE EN ARUBAANSE ZAKEN 's-Gravenhage. * " september Teleloon (070) 624301
No.
ig87
/
17098 Onderwerp:
De b r i e f van 1 j u ^ T ^ 8 7 b e t r e f f e n d e fei tenïforfiyrzoekCA
TV" PI
r
. ~~\ / C~
,'"
:•:"'»
Dl?
1
Aan de Voorzitter van de Vaste Commissie voor Neder lands-Anti 11iaanse en Arubaanse Zaken uit de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof la 's-GRAVENHAGE
. /
I I
\
i
._
'.,/ DIEN:T:
/&£.
'e? ha.
S
?
Volgend op mijn brief nr. 17025 d.d. 8 september 1987 doe ik u hierbij toekomen, de verdere informatie in het kader van het feitenonderzoek 1987. 'J Ik wiis u erep dat de toekomstige koersontwikkeling van de Antilliaanse en Arubaanse munteenheden ten opzichte van de Nederlandse gulden een verantwoorde raming van een aantal begrotingsbedragen in hoge mate bemoeilijkt. Zoals blijkt uit de begroting 1988, vinden ter vereenvoudigir.g van de begrotingsstructuur geen interne doorberekeningen neer plaats; ter wille van de duidelijkheid van de informatie in uw schema II zijn fictieve doorberekeningsbedragen voor de komende jaren tussen haken geplaatst.
DE MINISTER VOOR NEDERLANDSAflTILLIAANSE EN ARUBAANSE ZAKEÏ-
(U, >*%
••±A
i.
wy Ï.y \
••
•
-
: (
JU,
l*J; ,•:
: < . . , ; >.
l '
Verzoeke alle correspondentie Ie nenten aan postbus 20051, 2500 EB s-Gravennage en slechls èên onderwerp per brief Ie Denandeler. Gelieve bi| beantwoording van de brief datum en nummer hiervan te vermelden Bezoekadres: Herengracnt 19A, s-Gravenhage.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1987-1988, 2 0 2 0 0 hfdst. IV, nr. 14
66
s CD CD O. CD
^ 3 o < CD -i
(O 0)
o. CD
g
EE1TEN ONDERZOEK
1987
-* CO
00 I
KAhlNET VUUK NEUEKIAN1JS ANTILLIAANSE EN ARUBAANSE ZAKEN
CO CO 00
( SCHEMA I I
M O NJ O O 3"
-*>
CL CO
< 3
CD
)
CD CD Q. CD
gf
Art.nr.(1987):
1
Naam
: Personeel
3 CD
SCHEMA II:
< CD
198/
1988
1989
1990
1991
1992
Kas Q. BB CD
Stand begrotingsvoorbereiding 198 7:
2,560,000
- Mutaties : - Herziene raming
^,560,000
2,560,000
2,560,000
2,560,000
15,000
15,000
15,000
15,000
2,575,000
2^575^000
2^575\000
2.5/5,000
(O CO ^1 I
"i
Stand begrotingsvoorbereiding 1988:
oo
Goedgekeurde begroting 1987:
£J ° O O
- Uaarvan in 1987 wordt doorberekend aan Ontwikkelingssamenwerking:
2,5/5,000
2,560,000 ( 2,060,000 ) ( 2,060,000 ) ( 2,060,000 ) ( 2,060,000 ) ( 2,060,000 ) 2,050,000 510,000
Verpl i clit ingen
<
Stand begrotingsvoorbereiding 1987: • Mutaties : -
O)
00
Stand begrotingsvoorbereiding 1988:
N.V.T
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T.
NVT.
s CD CD Q. CD
J
ArC.nr.(1987):
2
Naam
: Materieel
3
CD
SCHEMA I I :
<
198/
1988
1989
1990
1991
1992
CD •ï
CO 01
Q.
Kas
Stand begrotingsvoorbereiding 1987:
800,000
000,000
800,000
800,000
BOO.000
223,000
-23.000
-23.000
2b, OO0
1,025,000
7/3,000
7/3,000
//5.000
-i
Q)
- Mutaties : • Herziene raming
co CD ~j I
^
Stand begrotingsvoorbereiding 1988:
00
Goedgekeurde begroting 1987:
Q ^ O
- Waarvan In 1987 wordt doorberekend aan Ontwikkelingssamenwerking:
//5.000
800,ÜÜO óMJ.OOO 160,000
( 820,000 )
( 620,000 )
( 020,000 )
( t>20,000 )
( 620,000 )
CL
<
Verplichtingen Stand begrotingsvoorbereiding 190/: • Mutaties :•
CO
">
Stand begrotingsvoorbereiding 1988:
N V T
N V.T.
N.V.ï.
N . V . ï.
N.V.T.
N. V. T.
CD CD CL (D
3 CD
<
Art.nr.(1987):
CD
3
Naam
: Representatie
co Q)
S" "öj' CP
co
SCHEMA II:
198/
1988
1989
1990
1991
ly92
Kas Stand begrotingsvoorbereiding
1987:
20,000
20,000
20,000
20,000
20,000
20,000
20,000
20.000
20,000
00
I co 00 00
- Mutaties :
NJ
O M g
Stand begrotingsvoorbereiding
1988:
Goedgekeurde begroting 1987:
'0.000
20.000
Verplichtlngen Stand begrotingsvoorbereiding
1987:
• Mutaties :•
o
Stand begrotingsvoorbereiding
1988:
N.V.T.
N . V . T.
N . V . T.
N .V.T.
N . V .)•
N.V.T
CD CD
5. CD CU
3 CD -i
CD
Art . n r . (1987):
-i
4
Nuum
: S o c i a l e LauLen
ed
eo
ly»8
Q.
9j a j£
SCHEMA I I :
1989
1990
1991
1992
198/
Kas Stand begrotingsvoorbereiding 1987:
Nihil
Nihil
Nihil
Nihil
Nihil
Nihil
NU,11
Nihil
Nllill
00
I
• Mutaties : -
00 00 N>
j-J § o. en
< 3
Stand begrotingsvoorbereiding Goedgekeurde b e g r o t i n g 1987:
Nihil
1988: Nilil ]
Verplichtingen Stand begrotingsvoorbereiding 1987: • Mutaties :-
^1
Stand begrotingsvoorbereiding 1988:
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T
N V T
a> CD Q(D
Q)
3 CD
<
A r t . ni'. ( 1 9 8 7 ) :
CD
5
Naam
Ui i kei ingcii van byionduie aard
Q>
SCHEMA I I :
198/
19H8
1989
199Ü
1991
1992
Q>'
0)
co
Kas
Stand begrotingsvoorbereiding 1987:
20,000
22,000
22,000
22,000
22,000
• 2 ,000
-2.000
2,000
-2.000
20,000
20,000
20,000
20,000
00 -sl
I
• Mutaties :- Herziene raming
co 00 00
2
Stand begrotingsvoorbereiding 1988:
O
Goedgekeurde begroting 1987:
20,000
20,000
3" -+»
CL CO
Vuipi lchtlngen
<
Stand begrotingsvoorbereiding 1987: • Mutaties :-
M
Stand begrotingsvoorbereiding 1988:
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T.
N.V.1'.
N.V.Ï.
NVT.
CD CD
o. a> o
3 CD
»
Art.nr.(1987):
6
Naam
Pensioenen van oud uouvei ueurs van de Nederlandse Antillen en bun nabestaanden
ca 0> Q.
? "cü' 9> J^
SCHEMA I I : Kas Stand begrotingsvoorbereiding 1987:
lyö/
220.UUU
00 ^i
J_,
- Mutaties : - Herziene raming
iy«b
2 30,000
1989
1990
1991
2 30,000
2JO.000
210,000
10,000
-10,000
-10,000
-10,000
220,000
220,000
220,000
220.000
1992
CD 00
CO N>
^
Stand begrotingsvoorbereiding 1988:
8
Goedgekeurde begroting 1987:
220,000
220,000
Q. co
<
Veipl ichtingen Stand begrotingsvoorbereiding 1987:
- Mutaties :-
N V T Stand begrotingsvoorbereiding 1988:
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T.
s CD CD Q. CD
^ O)
3 CD
<
Art.nr.(1987):
CD
7
Naam
co
Ondel standen bi) wijze van pensioen aan voormalig personeel in de Nederlandse Antillen
CD
tl> "cü' 0)
co 00 l co oo 00 ro O N> O
SCHEMA I I :
198/
1988
1989
199U
1991
1992
Kas Stand begrotingsvoorbereiding 198/;
30,000
10,000
30,000
30,000
30,000
30,000
30,000
10,000
30,000
- Mutaties : -
Stand begrotingsvoorbereiding 1988: Goedgekeurde begroting 1987:
10,000
30,000
Q. co
Verplichtingen Stand begrotingsvoorbereiding 1987: • Mutaties :•
Stand begrotingsvoorbereiding 1988;
N.V.Ï.
N.V.Ï.
N.V.T.
NVT.
N.V.T.
NVT.
2 CD CC CL Cd ij
A f t . nr. (1987) :
8
Naam
3 CD < CD co o.
: Andere uitgaven aan ut ten behoeve van personeel, voormalig personeel beLiekklugen
SCHfcXA I I :
198/
1988
1989
1990
ol liun
1991
1992
Kas Stand begrotingsvoorbereiding
1987:
315,000
315,0Ü0
315,000
'31b,000
315,000
115,000
315,000
315,000
315,000
( lbü.000 )
( 150,000 )
( 150,000 )
( 150,000 )
(
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T.
CD B
o>
—\
- Mutaties
: -
co co I
co oo oo M O
M § 3"
Stand begrotingsvoorbereiding Goedgekeurde begroting
1988;
1987:
H5.000
315,000
• Waarvan in 1987 wordt doorberekend aan Ontwikkelingssamenwerking:
150,000
150.000 )
165,000
—•»
CL CA Verpllchtingen
<
Stand begrotingsvoorbereiding
1987:
13 • Mutaties :•
ai
Stand begrotingsvoorbereiding
1988:
N V T .
s
CD
CL CD
ff 3 CD
CD
Art.nr.(1987):
9
Naam
: Koninklijk
b e z o e k a a n de N e d e r l a n d s e A n t i l l e n en Aruba
(Q
a ? a> ^
SCHEMA II:
198/
1988
1989
1990
1991
1992
Kas Stand begrotingsvoorbereiding 1987:
2i0,00ü
Nihil
Nihil
Nihil
Nihil
Nihil
Nihil
Nihil
Nihil
00
I CD 00 00 Ni O
§
• Mutaties :•
Stand begrotingsvoorbereiding 1988: Goedgekeurde begroting 1987:
Nihil
250,000
Q.
Verplichtingen
<
Stand begrotingsvoorbereiding 1987: • Mutaties :•
en
Stand begrotingsvoorbereiding 1988:
NVT.
NVT.
N.V.T.
N.V.T.
NVT.
NVT.
s CD CD CL CD
7; CU
3 CD
<
Art.nr.(1987):
CD
Q. CD
a>
SCHEMA
10
Naam
II:
Cuiiuul s s 1 ub e n
198/
voijaJeiliigcn
1988
1989
1990
1991
1992
Kas
Stand begrotingsvoorbereiding 1987: CO 00
10,001)
10,000
10,000
10,000
10,000
10,000
10,000
10,000
I0,000
- Mutaties :co 00 00 to
o o o
Stand begrotingsvoorbereiding 1988: Goedgekeurde begroting 1987:
10,000
10,000
Q.
en
Verplichtingen
<
Stand begrotingsvoorbereiding 1987: Mutaties
Stand begrotingsvoorbereiding 1988:
N.V.T.
NVT.
N.V.T.
NVT.
N.V.T.
N.V.T.
s CD CD O. CD 7; tt
3 CD
<
Art .nr. (1987) :
CD -i CO Q)
O.
3> O) BD
-% -i 00
11
Naain
SCHEMA I I :
: Onvoorzien
198/
§
l9yo
iyyi
1992
/3.000
73,000
/3.000
73,000
2,000
2,000
2,000
2,000
75,000
75.000
/5.00Ó
75,000
45,000
• Mutaties :• Herziene raming
CO 00 00 N> 0
1989
Kas
___ Stand b e g r o t i n g s v o o r b e r e i d i n g 1987:
•sj
I
lyaa
Stand begrotingsvoorbereiding 1988: Goedgekeurde begroting 1987:
75,000
45,000
Verplichtingen
<
Stand begrotingsvoorbereiding 1987: • Mutaties :-
00
Stand begrotingsvoorbereiding 1988:
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T.
s CD CD Q. CD
?!
Art . n r . (1987) :
12
Naam
: Gouverneur van Je Nedeilaiidse
Antillen
3 CD
SCHEMA II:
< CD
L9B/
1988
1989
1990
19^1
19y2
Kas
•5
CO
Q.
"stand begrotingsvoorbereiding 198/:
220,000
290,000
290,000
290,000
290.000
-/0.000
-70,000
/O,000
-/0.000
220,000
220,000
220,000
220,000
-i
at' B
• Mutaties
: - Herziene raming
co co I
co 03 00
£J ° O O
Stand begrotingsvoorbereiding 1988: Goedgekeurde begroting 1987; - Waarvan in 1987 wordt doorberekend aan Ontwikkelingssamenwerking:
2 20^000
220,000 110,000 110,000
( 110,000 )
( 110,000 )
( 110,000 )
( 110.000 )
( 110,000 )
N.V.T.
N.V.T.
NVT.
N.V.Ï.
NVT.
Q.
Verplichtingen
<
Stand begrotingsvoorbereiding 1987: - Mutaties :•
CD
Stand begrotingsvoorbereiding 1988:
N.V.T.
s
•
CU
o.
a j^
Art.nr.(1987):
13
Naam
: Matei icel
(liuuvi m c u i van de Nederlandse Antillen)
3 a < a
SCHEMA II:
198/
1989
1990
1991
1992
Kas 420,000
CO O)
Qo
1988
Stand begrotingsvoorbereiding 198 7: • Mutaties :- Herziene raming
420,000
420,000
420,000
390,000 • 20,000
-20,000
-20.000
-20,000
cc 00
l
rt
Stand begrotingsvoorbereiding 1988:
oo
Goedgekeurde begroting 1987:
M °
o o
- Waarvan In 1987 wordt doorberekend aan Ontwikkelingssamenwerking:
400,000
400,000
400.000
400.000
400.000
390,000 ( 200.000 )
( 200,000 )
N.V.T.
N.V.T.
( 200.000 )
( 200,000 )
( 200.000 )
l9b,000
m.ooo
Verplichtingen
<
Stand begrotingsvoorbereiding 1987:
3
• Mutaties :-
00
O
Stand begrotingsvoorbereiding 1988:
NVT.
N.V.T.
N.V.T.
N V T
CD CD O. CD
7^
Art .nr. (1987) :
14
Naam
Personeel (.Kabinet van Je Gouverneur van de Nederlandse AnlllLen)
o>
3 a < ct>
SCHEMA I I :
1^8/
ly88
1989
1990
1991
1992
Kas
co
g_ et
Stand begrotingsvoorbereiding 1987:
960,000
960,000
960,000
9b0,000
960,000
-40.000
-40.000
40,000
40,000
920,000
920,OOo
920,000
920,000
«0,000
( 460,000 )
( 460,000 )
( 460,000 )
( 460,000 )
( 460,000 )
NVT.
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T.
M.V.Ï.
-i
g
- Mutaties :- Herziene raming
-i
CD 00 ~J
L
Stand begrotingsvoorbereiding 1988:
oo
Goedgekeurde begroting 1987:
lvj O O
- Uaarvan in 1987 wordt doorberekend aan Ontwikkelingssamenwerking:
960,000 480,000 480,000
Q.
0)
Verplichtingen -
Stand begrotingsvoorbereiding 198 7:
3
Mutaties
00
Stand begrotingsvoorbereiding 1988:
NVT.
Art.nr.(1987):
15
Naam
; MateLiecl (Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen)
SCHEMA II:
198/
1988
1989
1990
1991
1992
Kas Stand begrotingsvoorbereiding 1987:
180,000
• Mutaties :- Herziene raming
Stand begrotingsvoorbereiding 1988: Goedgekeurde begroting 1987: • Waarvan in 1987 wordt doorberekend aan Ontwikkelingssamenwerking:
410,000
430,000
AIO,000
430.000
110,000
-110,000
110,000
-110.000
320,000
320,000
320,000
320,000
320,000
380,000 190,000 190,000
( 160.000 )
(160.000 )
(lbO.000 )
(lbO.000 )
(160 000 )
Verplichtingen Stand begrotingsvoorbereiding 198/: • Mutaties :•
Stand begrotingsvoorbereiding 1988;
N.1 ï.
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T.
NVT.
N.V.T
s a> CD
o. CD
£>
Art.nr.(1987):
16
Naam
: Gouverneur van Aiulw
3 CD
SCHEMA II:
<
198/
|yö8
1989
1990
1991
1992
CD CO 0)
Kas
Q-
Stand begrotingsvoorbereiding 198/;
CU
Mutaties :- Herziene raming
220,000
'290,000
290,000
290,000
290,000
/0,000
-/0.000
•70,000
/O,000
220,000
220,000
220,000
220,000
220,000
( 110.000 )
( 110.000 )
( 110.000 )
( 110 000 )
( 110.000 )
NVT.
N.V.T.
N.V.Ï.
M.V.T.
M.V.T.
CO 00
I
Stand begrotingsvoorbereiding 1988: oo £> g O O
Goedgekeurde begroting 1987: - Uaarvan in 1987 wordt doorberekend aan Ontwikkelingssamenwerking:
220,000 110,000 110,000
Verplichtingen Stand begrotingsvoorbereiding 1987: • Mutaties :-
03 w
Stand begrotingsvoorbereiding 1988:
NVT.
s CD CD
EL CD
^
Art . n r . (1987) :
17
Naam
: Materieel
(Gouverneur van Aruba)
B
3 < CD CD
co o. CD D CD
SCHEMA II:
Stand begrotingsvoorbereiding 1987:
->
Stand begrotingsvoorbereiding 1988: Goedgekeurde begroting 1987:
ro
2/0,000
Mutaties :- Herziene raming
g IO O
198/
198«
1989
1990
1991
1992
Kas
• Waarvan in 1987 wordt doorberekend aan Ontwikkelingssamenwerking:
O
290,000
290,000
290,000
290,000
20,000
-20.000
-20.000
- 20,000
2/0,000
2 70,000
2/0,000
2 70,000
2/U.000
( llb.OOO )
( llb.000 )
( lii.OOO )
( Iib.OOO )
( 135,000 )
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T
N.V.T.
N.V.T.
2/0,000 135,000 135,000
Verplichtingen
<
Stand begrotingsvoorbereiding 1987; • Mutaties : -
CO
-P>
Stand begrotingsvoorbereiding 1988:
NVT.
§ CD CD O. CD
5
Art.nr.(1987):
18
Naam
: P«ruoucnl
(Kublu. t van du Gouverneur van Aruba)
3 CD
SCHEMA II:
198/
ly88
1989
1990
I9yl
lyy'2
Kas g-
Stand begrotingsvoorbereiding 1987:
680,000
/40.000
740,000
/40.00Ü
/40.000
•90,000
-90,000
-90,000
90,000
obO.000
6b0,000
6b0,000
bbO.ÓÖO
-i
"5 o>
• Mutaties : - Herziene raming
co 00
I
^ oo bj ~ §
Stand begrotingsvoorbereiding 1988: Goedgekeurde begroting 1987: • Uaarvan in 1987 wordt doorberekend aan Ontwikkelingssamenwerking:
6b0,000
680,000 140,000 340,000
( 12^,000 )
( 32b,000 )
( 12b,000 )
( J2b,00o )
( 32b,000 )
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T.
Verplichtingen
<
Stand begrotingsvoorbereiding 1987:
3
• Mutaties :-
00
Stand begrotingsvoorbereiding 1988:
N.V.T.
s £D CD Q. CD
2J
Arc.nr. (1987) :
19
Naam
: Materieel
(.Kabinet van de Gouverneur van Aruba)
3
SCHEMA II:
< CD CO Q) Q. CD
-* a>
198/
1989
1990
1991
1992
Kas Stand begrotingsvoorbereiding 198 7:
100,000
• Mutaties :- Herziene raming
CO 03 -J I
--
j£
Stand begrotingsvoorbereiding 1988:
§§
Goedgekeurde begroting 1987:
NJ ° §
1988
- Waarvan in 1987 wordt doorberekend aan Ontwikkelingssamenwerking:
140,000
340,000
340,000
340,000
-/0.000
70,000
-70.000
70,000
270,000
2/0,000
-
2/0,000
---
2/0,000
2/0,000
300,000 lbO.000 lbO.OOO
( 13b,000 )
(13b,000 )
(13b,000 )
(13b,000 )
(13b.000 )
Verplichtingen
< 3
Stand begrotingsvoorbereiding 1987: Mutaties
00 CD
Stand begrotingsvoorbereiding 1988:
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T
N V T .
s CD CD Q. CD
3 CD
<
CD
Are.nr.(1987):
CQ Q) Q. CD -i
20
Naam
SCHEMA II:
"Öj'
Aandeel In du peisonecla uitgaven geraamd onder de artikelen 1 , ü . 1 i. , IA , I ö en Is
198/
1988
1989
1990
1991
1992
OJ
Kub CO
00 -J I
Stand begrotingsvoorbereiding 1987: • Mutaties :——> Als gevolg vun nul het lalen laten vervallen van ue de 1interne doorberekeningen, vel valt liet onderhavige artikel met ingang van 1988
CO
oo 03 NJ
O ro O O
Stand begrotingsvoorbereiding 1988:
Verplichtingen
<
Stand begrotingsvoorbereiding 1987: • Mutaties
co Stand begrotingsvoorbereiding 1988:
N.V.T.
NVT.
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T.
NVT.
s CD CD Q. CD
3 CD
<
CD -i CQ Q> O. CD .-i
"Öj' 0) CD CX) >J I CC
Art.nr.(1987):
21
Naam
SCHEMA II:
: Aandeel in Je materiele uitgaven geraamd onder de artikelen 2,l°J,lb,W en 19
198/
1988
1989
1990
1991
ly92
Kas Stand begrotingsvoorbereiding 1987; • Mutaties :•
00 00
Als gevolg van het laten vervallen van de Interne door herekenlngeii, vervalt hel onderhavige artikel met ingang van 1988.
N>
o o o
Stand begrotingsvoorbereiding 1988:
Q. c/>
Verplichtingen
<
Stand begrotingsvoorbereiding 1987: • Mutaties :-
00 00
Stand begrotingsvoorbereiding 1988:
N.V.T
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T'
NVT.
Art.nr.(1987):
22
Naam
SCHEMA II:
Personeel (VeL legeuwoordi gi ngen van Nederland voor unLwi kke 1 iugshu 1 u op de Nederlandse Antillen en Aruba ( V.N.O.N.A. en V.N.u.A.))
1987
lytja
1989
199Ü
1991
1992
Kas Stand begrotingsvoorbereiding 1987:
925,000
• Mutaties :• Herziene raming
Stand begrotingsvoorbereiding 1988: Goedgekeurde begroting 1987:
l,095,000
1,095,000
1,095,000
1,095,000
270,000
-270.OOO
2/0,000
2/0,000
825,000
825.000
82 5,000
825,000
82 5,000
925,000
Verul iclitlngen Stand begrotingsvoorbereiding 198/: • Mutaties
Stand begrotingsvoorbereiding 1988:
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T.
Art .nr. (1987) :
23
Naam
SCHEMA II:
: Materieel (Vertegenwoordigingen van Nederland voor ontwikkelingshulp op Nederlandse Antillen en Aruba ( V.N.O.N.A. en V.N.O.A lyö/
1988
1989
1990
1991
Kas Stand begrotingsvoorbereiding 1987:
430,DUO
• Mutaties :- Herziene rawing
Stand begrotingsvoorbereiding 1988: Goedgekeurde begroting 1987:
bOO.000
bOO.000
bOO.OOO
bOO.OUÜ
-21b,000
-21t>,000
-21b,000
-2lb,000
28b,000
28b,000
28b.000
28b,0OÜ
430,000
Verplichtingen Stand begrotingsvoorbereiding 198/:
• Mutaties :•
Stand begrotingsvoorbereiding 1988:
NVT.
NVT.
N.V.T.
NVT.
N.V.T
s CD CD Q. CD
7*. Q)
3 CD
<
Art.nr.(1987):
CD •5 CQ Q) Q. CD
2U
Naaul
SCHEMA II:
: Aankoop en/or icaUuialic gebouwen Aruba
ïya/
1988
1989
mo
ly91
19^2
Kas Stand begrotingsvoorbereiding 1987: CO 00 -J I
Meuior Ie
Memorie
Memorie
Memorie
Memorie
Memorie
Memorie
Memorie
Meuior i l
• Mutaties :•
CC
00 00
N) O
ro o o
Stand begrotingsvoorbereiding 1988: Goedgekeurde begroting 198/:
Meiuor i e
Meuior i e
3" -h Q. Ut
Verplichtingen
<
Stand begrotingsvoorbereiding 1987:
3
• Mutaties :•
CD
Stand b e g r o t i n g s v o o r b e r e i d i n g 1988:
NVT.
N .V.T
N .V . ï.
N. V.T.
N . V.T.
N V T .
5a> 9
Q.
a 7\ Q)
3 cc -* »
Art.nr.(1987):
2b
Naam
«uiikuu|j woningen
Leil belioeve v a n uitgezonden
tuncllonari sscn
(3
o> o. % "5' ü> ^ 00 •-J ^ CO 00 00
SCHEMA I I : Kas Stand begrotingsvoorbereiding 1987:
198/
Mcuioi i e
iyaa Memorie
1989
Memorie
1990
Memorie
ïyy i
1992
Memorie
• Mutaties :-
ro jp
Stand begrotingsvoorbereiding 1988:
§
Goedgekeurde begroting 1987:
Memorie
Memorie
Memorie
Memolie
Memorie
Mentor 1 e
Q. co Verplichtingen
<
Stand begrotingsvoorbereiding 1987: • Mutaties :-
CD Stand begrotingsvoorbereiding 1988:
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T
N V T .
N V T
CD CD QCD
Tv Q)
3 CD
< ^
Are.nr.(1987):
—\
SCHEMA II:
CD CO 0) O. CD
"03' EU
CD
26
Naam
: Onderhoud en vaate lasten woningen
198/
lyö8
1989
1990
1991
1992
Kas Stand begrotingsvoorbereiding 1987:
1ou,ooo
100,000
100,000
100,000
100.000
100,000
100,000
100.000
100.00U
00 I
• Mutaties :-
CO
oo oo
Ni O N) O
Stand begrotingsvoorbereiding 1988: Goedgekeurde begroting 1987:
100,000
100,000
o -h CL c/>
Verplichtingen
<
Stand begrotingsvoorbereiding 1987: • Mutaties :-
CO
w
Stand begrotingsvoorbereiding 1988:
N. V. T.
N. V. T.
N . V . T.
N.V.T.
N V. T.
N . V . ï.
• CD Q.
a> B
3 a>
<
Art.nr.(1987):
CD
27
Naam
-i
Toeslagen op pensioenen van gewezen ambtenaren in Nederlands-Anti 11iaanse overbeldsdienst en bun nagelaten betrekkingen.
(Q
•
co ^>
SCHEMA I I :
a>
Kas
~i
_ .
-* oo i co oo oo
198/
1988
1989
1990
1991
1992
1/ _
Stand begrotingsvoorbereiding 1987:
/,600,000
• Mutaties :- Herziene raming
3,600,000
i,600,000
3,600,000
3,600,000
lt, 800,000
4,800,000
4,800,000
4,800,000
8,400,000
8,400,000
8,400,000
8,400,000
8,400,000
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T.
N.V.T.
NVT.
N>
^
Stand begrotingsvoorbereiding 1988:
§
Goedgekeurde begroting 1987:
7,600,000
Verplicht ingen
< 3
Stand begrotingsvoorbereiding 1987: • Mutaties :-
co Stand begrotingsvoorbereiding 1988:
N.V.T.
s CD CD Q. CD
* Q)
3 CD
a
Are.nr.(1987):
43
Naam
Studietoelagen
(S O) Q.
» "3' O) CD 00 I CD 00 00 O
198/
|y«8
1989
199U
1^91
1992
SCHEMA II: KasStand begrotingsvoorbereiding 198/:
2,400,000
2,400,000
2,400,000
2,400,000
2.400,000
2,400,000
2,400,000
2,400,000
2,400,000
NVT.
N.V.T.
- Mutaties
Stand begrotingsvoorbereiding 1988: Goedgekeurde begroting 1987:
2,400,000
2,400,000
Q. CA
Verplichtingen
,< 3
Stand begrotingsvoorbereiding 1987: • Mutaties :•
CD UI
Stand begrotingsvoorbereiding 1988:
NVT.
N.V.T.
N V T .
NVT.