Tweede Kamer der Staten-Generaal
2
Vergaderjaar 2005–2006
30 473
Voorlopige rekening 2005
Nr. 1
BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 27 februari 2006 1. Inleiding/samenvatting De Voorlopige Rekening presenteert de voorlopige realisaties van de uitgaven, inkomsten alsmede saldo- en schuldontwikkeling van het voorgaande jaar ten opzichte van de Najaarsnota. Naar huidige inzichten komt het EMU-tekort 2005 uit op 0,5% BBP. Dit is ⁄ % gunstiger dan de eerste indicatie over 2005 die in de brief d.d. 21 januari jl. werd gegeven. De verbetering is vooral toe te schrijven aan het feit dat nieuwe informatie over de belastingontvangsten januari nu is verwerkt. Een substantieel deel van de belastingontvangsten januari wordt toegerekend aan december 2005. Dit verklaart 0,1% BBP van de verbetering. Voorts valt de verwachte verslechtering van het tekort van de lokale overheid naar huidig inzicht 0,1% BBP lager uit.
14
Het totale uitgavenkader 2005 laat een onderschrijding zien die 0,9 mld omvangrijker is dan bij Najaarsnota werd voorzien. Bij de Rijksbegroting in enge zin vallen de uitgaven 0,6 mld lager uit, bij de Sociale Zekerheid zijn de uitgaven 0,3 mld lager. Bij de Zorg is sprake van een geringe overschrijding t.o.v. de Najaarsnota. De bij Najaarsnota nog te realiseren in=uittaakstelling van 560 mln is volledig gerealiseerd met onderuitputting op de begrotingen. De inkomsten vallen ten opzichte van de Najaarsnota met 1,5 mld mee. Daarvan komt het grootste deel (1,4 mld) voor rekening van de belastingen premies volksverzekeringen. De werknemersverzekeringen laten op basis van voorlopige cijfers een meevaller zien van 0,1 mld. De definitieve rekening over het begrotingsjaar 2005 zal worden opgemaakt in het Financieel Jaarverslag van het Rijk 2005 waarin ook meer definitieve cijfers van de andere overheidssectoren worden opgenomen. In het Financieel Jaarverslag van het Rijk 2005 zal ook worden ingegaan op de verschillen tussen de realisatie en de ontwerpbegroting.
KST95335 0506tkkst30473-1 ISSN 0921 - 7371 Sdu Uitgevers ’s-Gravenhage 2006
Tweede Kamer, vergaderjaar 2005–2006, 30 473, nr. 1
1
De Voorlopige Rekening bevat geen doorwerking naar latere jaren. Een integraal beeld van deze doorwerking zal gelijktijdig met de uitvoering van de begroting 2006 in de Voorjaarsnota 2006 aan de orde komen. 2. Uitgaven Per saldo is sprake van een onderschrijding van het totale uitgavenkader van 1,7 mld. De kaders Rbg-eng en SZA laten ten opzichte van de Najaarsnota een extra onderschrijding zien, terwijl het kader Zorg vrijwel ongewijzigd blijft. Tabel 2.1. Uitgaventoetsing totaal kader in miljarden euro (min is onderschrijding) 2005 Onderschrijding NN 2005 Rijksbegroting in enge zin Sociale Zekerheid Zorg (ijklijn) Onderschrijding VR 2005
– 0,86 – 0,63 – 0,26 0,02 – 1,73
Onderstaande tabellen geven per budgetdisciplinesector een overzicht van de mutaties sinds de Najaarsnota. Rijksbegroting in enge zin Tabel 2.2. Uitgaventoetsing Rijksbegroting in enge zin in miljarden euro (min is onderschrijding) 2005 Onderschrijding NJN 2005 Onderuitputting diverse begrotingen Tegenboeken in=uit-taakstelling1 Rente Overig Onderschrijding VR 2005
– 0,79 – 0,66 0,56 – 0,10 – 0,43 – 1,42
1
Departementen mogen via hun eindejaarsmarge maximaal 1% van hun gecorrigeerd begrotingstotaal meenemen naar volgend jaar. Dit wordt dan bij VJN toegevoegd aan hun begrotingen. Toevoegen van deze middelen betekent een ontlasting van het EMU-saldo in t-1 en een belasting van het EMU-saldo in jaar t. Om het EMU-saldo hiermee niet te belasten, wordt een even grote taakstelling geboekt op de aanvullende post. Deze taakstelling moet worden ingevuld via het saldo «specifiek beeld». Lukt de invulling van de taakstelling in=uit niet, dan is deze voor rekening van het EMU-saldo.
De onderschrijding van het kader Rbg-eng is ten opzichte van de Najaarsnota toegenomen met 0,63 miljard euro. De meevallers betreffen vooral de onderuitputting die zich over de hele linie voordoet, maar met name bij verschillende projecten op het Infrastructuurfonds (0,3 mld). Per saldo is de onderuitputting ruim voldoende om de resterende in=uittaakstelling uit de Najaarsnota te realiseren. Naast bovengenoemde meevallers zijn er onder meer meevallers in de rentelasten. De overige meevallers worden voornamelijk verklaard door lagere EU-afdrachten en hogere dividendinkomsten (beide 0,1 mld).
Tweede Kamer, vergaderjaar 2005–2006, 30 473, nr. 1
2
Sociale Zekerheid Tabel 2.3. Uitgaventoetsing Sociale Zekerheid en Arbeidsmarkt in miljarden euro (min is onderschrijding) 2005 Onderschrijding NJN 2005 WW-volume Uitvoeringskosten UWV Overig Onderschrijding VR 2005
– 0,50 – 0,09 – 0,07 – 0,10 – 0,76
Het kader Sociale Zekerheid en Arbeidsmarkt vertoont een onderschrijding van 0,26 miljard euro ten opzichte van de Najaarsnota. De onderschrijding wordt met name verklaard door een lager gerealiseerd WW-volume en het niet aanwenden van middelen voor nieuwe regelgeving, uit te voeren door het UWV. Tevens zijn er – verspreid over diverse regelingen – meevallers met een totale omvang van circa 0,1 miljard. Zorg Tabel 2.4. Uitgaventoetsing IJklijn Zorg in miljarden euro (min is onderschrijding) 2005 Overschrijding NJN 2005 Mutatie Zorg Overschrijding VR 2005
0,43 0,02 0,45
De hogere uitgaven van 0,02 mld in de zorg betreffen een saldo van verwachte mee- en tegenvallers en overige uitgavenmutaties, op basis van voorlopige cijfers van het CTG en CVZ. Op grond van de ontvangen gegevens lijkt sprake van een meevaller van 0,1 mld bij de geneesmiddelen. Deze wordt deels toegerekend aan het verwachte volume-effect van de ingevoerde no-claim (in totaal geraamd op 0,2 mld). Dit is eveneens een oorzaak van verwachte lagere uitgaven bij de hulpmiddelen (0,1 mld). Voor 2005 is bovenop de regulier beschikbare ruimte een contracteermarge van 1% van het AWBZ-uitgavenniveau van 2004 beschikbaar gesteld (0,2 mld). Deze is deels benut om extra productieafspraken te maken, en deels om extra (kwaliteits)impulsen in de sector mogelijk te maken. Uit de januari-afrekening volgt verder een financieringsmutatie van -/- 0,1 mld, samenhangend met mutaties in de financieringsachterstand van verschillende sectoren. Tezamen met enkele kleinere mee- en tegenvallers ontstaat per saldo een tegenvaller van 0,02 mld. Mutaties niet relevant voor enig kader Naast bovenstaande mutaties is sprake van mutaties die niet tot enig kader behoren. Ten opzichte van de Najaarsnota heeft zich een meevaller bij de aardgasbaten voorgedaan van 0,3 mld. Deze meevaller is relevant voor het EMU-saldo. Daarnaast is sprake van lagere leningverstrekking aan agentschappen en RWT’s (0,3 mld) en onvoorziene vervroegde aflossingen door RWT’s in het kader van het geïntegreerd middelenbeheer (0,1 mld). Tot slot zijn in de Voorlopige Rekening de ontvangsten verwerkt als gevolg van de verkoop van aandelen KPN eind vorig jaar (1,4 mld). Dit betreft een financiële transactie die niet meetelt in het EMU-saldo.
Tweede Kamer, vergaderjaar 2005–2006, 30 473, nr. 1
3
EMU-saldo lokale overheid Het EMU-saldo van de lokale overheden verslechtert met 0,4 mld tot 2,3 mld (0,5% BBP). Deze verslechtering is gebaseerd op de eerste uitkomsten van een enquête van het CBS onder de lokale overheden. 3. De ontvangsten De totale overheidsinkomsten over 2005 (belastingen en premies) op EMU-basis komen 1,7 miljard hoger uit dan de raming ten tijde van de Najaarsnota. Tabel 3.1. Ontwikkeling voor de overheidsinkomsten 2005 (in miljarden euro) conform EMU-definitie
Najaarsnota Endogeen Voorlopige Rekening
Belastingen en premies vvz
Premies wnvz*
Totaal
155,2 1,5 156,7
28,7 0,2 28,9
183,9 1,7 185,6
* Premieopbrengst werknemersverzekeringen (wnvz) betreft een raming o.b.v. voorlopige inzichten
De belastingontvangsten en ontvangsten premies volksverzekeringen In 2005 is op EMU basis in totaal 156,7 miljard euro aan belastingen en premies volksverzekeringen ontvangen. Ten opzichte van de raming bij Najaarsnota is dat een stijging van 1,5 miljard euro. De meevaller ten opzichte van de Najaarsnota slaat met name neer in de loon- en inkomensheffing (+0,8 mld), omzetbelasting (+0,5 mld), de vpb (+0,2 mld), en de belastingen van rechtsverkeer (+0,2 mld). De accijnzen (–0,2 mld) en de BPM (–0,1 mld) zijn licht achtergebleven bij de verwachtingen. In bijlage 2 is een nader overzicht van de belasting- en premieopbrengsten opgenomen.
De premieontvangsten bij de werknemersverzekeringen De cijfers voor de werknemersverzekeringen betreft nog een raming. De inhoudingsplichtigen hebben over het afgelopen jaar op grond van voorlopige aanslagen de werknemersverzekeringspremies afgedragen en in januari 2006 dienen zij hun definitieve premieaangiften 2005 in. Daarna leggen de uitvoeringsinstellingen de definitieve aanslagen op. De realisatiecijfers 2005 zijn daardoor pas bij het Financieel Jaarverslag van het Rijk 2005 beschikbaar. 4. Ontwikkeling van het EMU-saldo en de EMU-schuld
Ontwikkeling van het EMU-saldo en EMU-schuld 2005 Het EMU-tekort 2005 bedraagt 0,5% BBP. Ten opzichte van Najaarsnota is het tekort met 0,7%-punt verbeterd. De belangrijkste oorzaak betreft meevallende belastingontvangsten (zie ook tabel 4.1).
Tweede Kamer, vergaderjaar 2005–2006, 30 473, nr. 1
4
Tabel 4.1. EMU-saldo ten opzichte van NJN 2005 (% BBP) 2005 EMU-saldo NJN 2005 Inkomsten Uitgaven onder de kaders Saldo OPL Agentschappen Overig EMU-saldo VR 2005
– 1,2% 0,3% 0,2% – 0,1% 0,1% 0,1% – 0,5%
De EMU-schuld 2005 bedraagt op basis van de huidige inzichten 53,2% BBP. Dit is een verbetering van 1,1%-punt ten opzichte van de Najaarsnotaraming van 54,3% BBP. Deze verbetering is met name groter dan de verbetering van het EMU-saldo dankzij de verkoop aandelen KPN, welke wel zichtbaar is bij de schuldreductie maar niet meegerekend mag worden voor het EMU-saldo. De Minister van Financiën, G. Zalm
Tweede Kamer, vergaderjaar 2005–2006, 30 473, nr. 1
5
BIJLAGE I
BUDGETTAIRE KERNGEGEVENS Tabel 1.1. Budgettaire kerngegevens in miljoenen euro (in lopende prijzen; min betekent uitgaven) 2005 1. 2. 3. 4.
Netto-uitgaven onder het kader RBG-eng Netto begrotingsgefinancierde uitgaven SZA Netto uitgaven niet relevant voor enig kader* Netto begrotingsgefinancierde uitgaven (4=1+2+3)
5. Belastingen 6. Overig 7. EMU-saldo Centrale Overheid
– 93 117 – 14 941 – 12 528 – 120 586 120 742 124 279
8. EMU-saldo Lokale Overheid
– 2 300
9. EMU-saldo Sociale Fondsen
– 455
10. EMU-saldo rest Centrale Overheid 11. EMU-saldo (- = tekort) idem, in % BBP BBP (in miljarden euro’s)
0 – 2 475 – 0,5% 487
* excl. aflossing en uitgifte vaste schuld en incl. verkooptaakstelling
Tweede Kamer, vergaderjaar 2005–2006, 30 473, nr. 1
6
BIJLAGE 2
BELASTING- EN PREMIEOPBRENGSTEN CONFORM EMU-DEFINITIE Tabel 2.1. Belasting en premieopbrengsten 2005 (in miljarden euro) conform EMU definitie Najaarsnota
Voorlopige Rekening
Mutatie VR tov NJN
Kostprijsverhogende belastingen Invoerrechten Omzetbelasting Belasting op personenauto’s en motorrijwielen Accijnzen Belastingen van rechtsverkeer Motorrijtuigenbelasting en belasting op zware motorrijtuigen Belastingen op een milieugrondslag Verbruiksbelasting alcoholvrije dranken ea producten
64 252 1 577 38 029 3 376 9 439 5 044 2 586
64 703 1 693 38 530 3 147 9 327 5 211 2 519
451 116 501 – 229 – 112 167 – 67
4 051 149
4 126 150
75 1
Belastingen op inkomen, winst en vermogen en premies vvz Loon- en inkomensheffing* Dividendbelasting Kansspelbelasting Vennootschapsbelasting Vermogensbelasting Successierechten
90 999
91 987
987
65 672 4 256 160 19 178 19 1 714
66 442 4 262 184 19 358 32 1 709
770 6 24 180 13 –5
– 24
9
33
155 228
156 699
1 471
28 689
28 911
222
183 917
185 610
1 693
Niet nader toe te rekenen belastingontvangsten Totaal belastingen en premies vvz conform EMU definitie Premies werknemersverzekeringen Totaal belastingen en premies conform EMU definitie
* Binnen de loon- en inkomensheffing vinden er jaarlijks nabetalingen plaats tussen belastingen en premies vvz. In 2005 hebben deze nabetalingen geleid tot een overdracht van per saldo 2,8 mld van premies naar belastingen. Dit heeft geen effect op de totale inkomsten of het EMU-saldo.
Tweede Kamer, vergaderjaar 2005–2006, 30 473, nr. 1
7