Tweede Kamer der Staten-Generaal
2
Vergaderjaar 2007–2008
21 501-07
Raad voor Economische en Financiële Zaken
22 112
Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie
Nr. 610
VERSLAG VAN EEN ALGEMEEN OVERLEG Vastgesteld 10 juni 2008
1
Samenstelling: Leden: Van der Vlies (SGP), Vendrik (GroenLinks), Blok (VVD), voorzitter, Ten Hoopen (CDA), ondervoorzitter, Weekers (VVD), Gerkens (SP), Van Haersma Buma (CDA), De Nerée tot Babberich (CDA), Haverkamp (CDA), Dezentjé Hamming-Bluemink (VVD), Omtzigt (CDA), Kos¸er Kaya (D66), Irrgang (SP), Luijben (SP), Kalma (PvdA), Blanksma-van den Heuvel (CDA), Cramer (ChristenUnie), Van der Burg (VVD), Tony van Dijck (PVV), Spekman (PvdA), Heerts (PvdA), Gesthuizen (SP), Ouwehand (PvdD), Tang (PvdA) en Vos (PvdA). Plv. leden: Van der Staaij (SGP), Halsema (GroenLinks), Remkes (VVD), Jonker (CDA), Aptroot (VVD), Van Gerven (SP), Jan de Vries (CDA), Van Hijum (CDA), Mastwijk (CDA), De Krom (VVD), De Pater-van der Meer (CDA), Pechtold (D66), Kant (SP), Ulenbelt (SP), Van der Veen (PvdA), Smilde (CDA), Anker (ChristenUnie), Nicolaï (VVD), De Roon (PVV), Van Dam (PvdA), Smeets (PvdA), Karabulut (SP), Thieme (PvdD), Heijnen (PvdA) en Roefs (PvdA). 2 Samenstelling: Leden: Van der Vlies (SGP), Vendrik (GroenLinks), Kant (SP), Blok (VVD), Ten Hoopen (CDA), Weekers (VVD), Van Haersma Buma (CDA), De Nerée tot Babberich (CDA), Aptroot (VVD), voorzitter, Dezentjé Hamming-Bluemink (VVD), Omtzigt (CDA), Ko°er Kaya (D66), Luijben (SP), Van der Veen (PvdA), Kalma (PvdA), Van Gerven (SP), Blanksma-van den Heuvel (CDA), Cramer (ChristenUnie), Tony van Dijck (PVV), Gesthuizen (SP), Ouwehand (PvdD), Heijnen (PvdA), Tang (PvdA) en Vos (PvdA), ondervoorzitter. Plv. leden: Van der Staaij (SGP), Van Gent (GroenLinks), Roemer (SP), Van der Burg (VVD), Jonker (CDA), Snijder-Hazelhoff (VVD), Jan de Vries (CDA), Van Hijum (CDA), Van Beek (VVD), Boekestijn (VVD), De Pater-van der Meer (CDA), Van der Ham (D66), Gerkens (SP), Vermeij (PvdA), Kuiken (PvdA), Anker (ChristenUnie), De Roon (PVV), Irrgang (SP), Thieme (PvdD), Heerts (PvdA), Besselink (PvdA), Depla (PvdA) en Mastwijk (CDA).
KST119459 0708tkkst21501-07-610 ISSN 0921 - 7371 Sdu Uitgevers ’s-Gravenhage 2008
De vaste commissie voor Financiën1 en de commissie voor de Rijksuitgaven2 hebben op 24 april 2008 overleg gevoerd met minister Bos van Financiën en staatssecretaris De Jager van Financiën over: – verslag van de Ecofin Raad d.d. 4 maart 2008 (21 501-07 nr. 602); – verslag van de Ecofin Raad d.d. 4 en 5 april 2008; – agenda van de Ecofin Raad d.d. 14 mei 2008; – kabinetsvisie Europese harmonisatie brandstofprijzen/ brandstofaccijnzen (31 305, nr. 5); – fiche over een mededeling inzake betere regelgeving (22 112, nr. 623, fichenr. 3); – fiche over een richtlijn inzake accijns (o.a. in verband met invoering geautomatiseerd systeem toezicht accijnsgoederen) (22 112, nr. 627, fichenr. 3); – fiche over een actieplan ter versterking van de toezichthoudende rol van de Commissie (aanpak foutenpercentage uitgavendeclaraties) (22 112, nr. 628, fichenr. 1); – opbrengsten bronheffing spaartegoeden (21 501-07, nr. 603). Van dit overleg brengen de commissies bijgaand beknopt verslag uit. Vragen en opmerkingen uit de commissies De heer De Nerée tot Babberich (CDA) wil weten of het klopt dat de minister niet aanwezig was op de Informele Ecofin Raad van 4 april. Wordt er niet juist op deze vergaderingen een aanzet gegeven voor nieuwe ontwikkelingen binnen de EU? Is Basel II wel voldoende? Het lijkt erop alsof het IMF, nu het bijna failliet is, nieuwe taken zoekt en zich zelfs bemoeit met de Nederlandse huizenmarkt. Behalve verheugend, is het ook zorgwekkend dat Nederland de laagste werkloosheidscijfers van het Eurogebied heeft. Het cijfer ligt namelijk ver beneden de evenwichtswerkloosheid. Deze situatie kan leiden tot forse looneisen en uiteindelijk tot een loon-prijsspiraal. Er moeten daarom meer mensen aan het werk. Is, gezien dit cijfer, het doel van de kinderopvangregeling om meer mensen aan het werk te krijgen, bereikt? Wat wordt, in het kader van geïntegreerde investeringsfaciliteiten in de
Tweede Kamer, vergaderjaar 2007–2008, 21 501-07 en 22 112, nr. 610
1
Westelijke Balkan, bedoeld met de opmerking dat Nederland van mening is dat het resultaat een bundeling van initiatieven zou moeten zijn en niet een proliferatie daarvan? Welke andere internationale financiële instellingen zijn erbij betrokken, naast de EIB en de EBRD? Kan het initiatief met bestaande middelen uitgevoerd worden? Het lijkt erop alsof de Europese Commissie extra taken creëert voor zichzelf met het plan voor financiële educatie van consumenten. Het zou beter zijn als de Commissie eerst zichzelf een goede financiële educatie zou geven. Is er zicht op licht aan het einde van de tunnel van de kredietcrisis in de VS? De heer De Nerée is geschrokken van de antwoorden op de schriftelijke vragen over de spaartegoedenrichtlijn en de uitbreiding daarvan naar jurisdicties buiten de EU. De richtlijn is gatenkaas. Burgers worden geacht naar vermogen bij te dragen aan het in stand houden van de collectieve voorzieningen in hun land. Het moet niet mogelijk zijn te ontsnappen aan deze solidariteit. De regering moet er bij de Europese Commissie op aandringen dat het aangekondigde evaluatierapport snel verschijnt. De geannoteerde agenda heeft een hoog «de wens is de vader van de gedachte»-gehalte waar het de relatie tussen de korting op de EU-afdrachten en de FES-voeding betreft. Wanneer valt het wetsvoorstel over de wijziging van de Wet-FES te verwachten? Noch de regeling waarbij glastuinbouwkassen niet beschouwd worden als onroerend goed, noch de toezeggingen waardoor hetzelfde geldt voor recreatiewoningen zijn tot nu toe gerealiseerd, omdat uit informele contacten met de EU zou blijken dat dit als staatssteun beschouwd wordt. Er moet daarom inzage komen in de documenten die zijn gewisseld met Brussel over dit onderwerp. Wanneer en met wie is er informeel contact geweest? Wat is er inhoudelijk in de (in)formele sfeer gewisseld? Hoe staat het met de rentebox? Hoe is de beveiliging van de enorme database van de EU-handel geregeld? De heer Irrgang (SP) vraagt zich af of de minister van plan is zijn collega’s tijdens de Informele Raad te wijzen op de koppeling tussen de kredietcrisis en de hoge topsalarissen. De credit rating agencies hebben moeite de gedragscode na te leven die zij zelf hebben vastgesteld. Dit pleit ervoor te komen tot regulering in plaats van zelfregulering. Gaat Nederland instemmen met het plan voor financiële educatie, gezien eerdere twijfels van het kabinet of dit wel tot de taken van de Europese Commissie behoort? Klopt het dat het witboek hypothecaire financieringen geen nadelige gevolgen heeft voor Nederland? Wat voor gevolgen zijn er wel? Kom er een systeem van home country control? Accijnsverhoging is ideaal om autorijden eerlijker te maken. Dit kan eventueel ook gerealiseerd worden via een kilometerheffing maar daar kleven grote bezwaren aan. Het lijkt daarom een goed idee om in Europees verband afspraken te maken om te komen tot een gezamenlijke accijnsverhoging. De heer Weekers (VVD) is aangenaam getroffen door de inzet van de minister voor de sovereign wealth funds. Het valt te waarderen dat hij gekozen heeft voor een liberale benadering. Brengt de minister het punt van de reciprociteit naar voren? Wat was op het punt van de spaartegoedenrichtlijn de reactie van Duitsland op de vraag om inlichtingen te verschaffen over Nederlanders die op de fiches van Liechtenstein stonden? Wordt er aan actieve informatieuitwisseling gedaan?
Tweede Kamer, vergaderjaar 2007–2008, 21 501-07 en 22 112, nr. 610
2
Wat is in de geannoteerde agenda het verschil tussen de inschatting van het IMF en de inschatting van de Europese Commissie van de economische ontwikkeling en de inflatie? Wat zijn de verklarende factoren voor het verschil in inflatie tussen de Europese landen? Bestaat er gevaar dat Nederland de inflatie zal importeren gezien de hoge inflatie in andere EU-landen? Er lijkt op het punt van de financiële stabiliteit weinig urgentie te bestaan om het toezicht op de Europese financiële markten te coördineren. Dit zou wel moeten, zeker gezien de toename in grensoverschrijdende fusies. Financiële educatie is geen taak voor Europa. Wanneer kan de Kamer de evaluatie van de Nederlandse financiële educatie verwachten? Met het witboek hypotheken wordt binnenkort een voortdenderende trein in werking gesteld. Kan deze trein nog ergens gestopt worden? Moet hij überhaupt gestart worden? Wanneer komt het wetsvoorstel over een nieuwe systematiek voor de FES-voeding? Wat gebeurt er daarna met de aardgasbaten? Er moet in het mobiliteitsbeleid geen ongeclausuleerde accijnsverhoging of kilometerheffing komen, maar een gezamenlijke Europese aanpak via accijns waarbij rekening wordt gehouden met de zwaarte van het voertuig en het energieverbruik. Heeft Europa zich een bruto taakstelling gesteld bij het verminderen van de administratievelastendruk in plaats van een netto taakstelling zoals die in Nederland bestaat? Betekent dit dat er per saldo een verzwaring van de administratievelastendruk zal ontstaan? Komt het punt van de Single Euro Payment Area (SEPA) binnenkort op de agenda van de Ecofin Raad? Zou de minister dan de Europese standaardprotocollen aan de orde willen stellen, evenals het thema van de nummerportabiliteit? De heer Weekers sluit zich aan bij de vragen over de glastuinbouw en de recreatiewoningen van de heer De Nerée tot Babberich. De heer Tang (PvdA) vraagt zich af waar de discussie over de kwaliteit van de publieke financiën eigenlijk over gaat. Hoe zit het met de loon-prijsspiraal? Wat is de rol van eventuele loonstijgingen? Zijn er aanwijzingen voor onverantwoorde afwenteling van gestegen energie- of voedselprijzen? Klopt het dat momenteel de ergste crisis sinds 1929 zich afspeelt? De Europese landen zijn het niet eens over een toezichtsregeling. Valt er vooruitgang te verwachten? De heer Tang heeft grote twijfel of financiële educatie een taak voor Europa is. Is de staatssecretaris tevreden met de huidige instrumenten om btw-fraude tegen te gaan? Valt er vooruitgang te verwachten bij de onderhandelingen over de spaartegoedenrichtlijn? Welke landen betalen het meest aan andere landen? Wat betaalt Nederland? De heer Tony van Dijck (PVV) vindt dat er in de voorspellingen over de economische groei en de inflatie veel verschillende percentages gegeven worden. Hoe staat het er nu precies mee, zeker gezien de huidige financiële crisis? Welke maatregelen kunnen er genomen worden tegen de kredietcrisis? Welke lessen kunnen eruit worden getrokken? Moet er gevreesd worden voor een overreactie? De credit rating agencies hebben een groot aandeel in het veroorzaken van de kredietcrisis. Het is onduidelijk wat Europa precies wil doen om dit in de toekomst te voorkomen. Credit rating agencies werken voor de organisaties waarvan ze de producten moeten beoordelen. Dit kan gemakkelijk tot integriteitsproblemen leiden.
Tweede Kamer, vergaderjaar 2007–2008, 21 501-07 en 22 112, nr. 610
3
De minister straalt uit dat hij de staatsfondsen niet zo gevaarlijk vindt, maar eigenlijk de meest ideale aandeelhouder. Dit is weliswaar nu zo, maar het is een naïeve houding met het oog op de toekomst. In Europees verband moeten de staatsfondsen actief worden aangepakt. Er is geen goed inzicht in de omvang van de btw-fraude. Hoe verhoudt zich de voorgenomen btw-verhoging met de fraude? Waarom doet Nederland niet mee aan het proefproject? Gaat de minister artikel 30 uit de fiche over de richtlijn inzake accijns aanvechten? De heer Van Dijck sluit zich aan bij de vraag van de heer De Nerée tot Babberich over de spaartegoeden. Antwoord van de bewindslieden De minister zegt dat hij de eerste dag afwezig was bij de Informele Ecofin Raad, nadat hij zich er van tevoren van had vergewist dat er geen uitgebreide besluitvorming of zelfs maar een beweging naar besluitvorming zou plaatsvinden. Hij opende die dag een andere conferentie in Londen. De tweede dag van de Informele Raad was hij wel aanwezig. De laatste tijd is het niet meer zo dat de Informele Ecofin Raad belangrijker is dan de officiële. In het licht van de internationale kredietcrisis is Basel II niet voldoende maar wel een verbetering, bijvoorbeeld door het feit dat het Financial Stability Forum nu met 70 aanbevelingen is gekomen. Het IMF is met nieuwe, vrij sombere cijfers over de groeiramingen gekomen. Nederland vindt het IMF te somber en houdt vast aan de cijfers van het CPB. Drie zaken vragen nu aandacht omdat zij cumulatief risico’s met zich meebrengen voor de economische groei. Ten eerste betreft dit de vraag in hoeverre de financiële crisis doorwerkt in de reële economie, ten tweede de vraag hoe de dollar-euro-koers zich zal ontwikkelen en ten derde betreft dit de inflatie. Op elk van deze drie punten doet Nederland het goed in vergelijking met de rest van Europa en de VS. Er blijft echter een risico bestaan. Er moet geprobeerd worden meer werk te creëren, zodat de opwaartse druk op de loonkosten, veroorzaakt door de lage werkloosheid, verminderd wordt. De stijging van de kosten van de kinderopvang is veel groter dan de onderliggende stijging in de arbeidsparticipatie. Het kabinet beraadt zich op de vraag wat hieraan gedaan moet worden. De EIB en de EBRD zijn onderling aan het uitvechten wie in het kader van geïntegreerde investeringsfaciliteiten in de Westelijke Balkan het voor het zeggen krijgt en de meeste initiatieven mag nemen. Daarbovenop zijn er bilaterale ontwikkelingsbanken die ook een rol willen spelen. Ook vanuit de Raad van Europa is er een geïnteresseerde ontwikkelingsbank. Dat allemaal bij elkaar is te veel van het goede en inefficiënt. In dit kader moet de opmerking worden gezien dat Nederland van mening is dat er een bundeling van initiatieven zou moeten komen in plaats van een proliferatie. Er is inmiddels meer bekend over de rol van Europa in de financiële educatie. Het blijkt niet om onderwijsmodellen te gaan die dwingend opgelegd zullen worden zoals eerder het geval leek te zijn. Dit betekent dat het formeel niet in strijd is met de subsidiariteit. De minister twijfelt overigens nog steeds of financiële educatie wel de taak van Europa is. Zijn inbreng in het debat zal dan ook zeer kritisch zijn. Het wetsvoorstel over een nieuwe systematiek voor de FES-voeding zal na de zomer naar de Kamer worden gestuurd. De rol van de topsalarissen in de huidige crisis komt aan de orde op de bijeenkomst van de Eurogroep. Daarna zal het besproken worden in de Ecofin Raad. De minister zal daar het verband leggen met de financiële sector. Tijdens de Ecofin Raad van mei zal voornamelijk worden gekeken naar de
Tweede Kamer, vergaderjaar 2007–2008, 21 501-07 en 22 112, nr. 610
4
kosten en de baten van de verschillende beleidsopties op het punt van het witboek hypotheken, voordat er definitieve voorstellen komen. De inbreng van de minister zal zijn dat Nederland de consumentenbescherming op het gebied van hypotheken goed geregeld heeft en dat Europese harmonisatie kan leiden tot een lager niveau van bescherming voor de Nederlandse consument. Theoretisch zijn accijnzen de ideale kilometerbeprijzingsmethodiek. Dit lukt echter alleen op pan-Europese schaal, omdat er anders onhoudbare grenseffecten kunnen optreden. Het zou enkele decennia duren om dit te regelen. Zolang kan er niet gewacht worden. Daarom kijkt de regering nu naar andere maatregelen, die specifiek voor Nederland zullen gelden. De reciprociteit van de staatsfondsen staat niet op de agenda van de aankomende Ecofin Raad. Het zal wel aan de orde komen in overleggen met de Wereldbank en het IMF. Er is mogelijk een soort psychologisch effect bij inflatie dat ertoe leidt dat arbeidsonrust en hoge looneisen kunnen overslaan van het ene land naar het andere. In dit licht is de president van de Europese Centrale Bank beducht voor de huidige looneisen en stakingen in Duitsland. Het echte transmissie-effect van inflatie vindt plaats via rentediscussies. Het is voor de Europese Centrale Bank heel moeilijk om een rentepolitiek te voeren op het moment dat de inflatie in verschillende landen nogal uiteen loopt. In een dergelijk geval kan het feit dat er in Duitsland een enorme opwaartse druk op de prijzen ontstaat ten gevolge van loononderhandelingen betekenen dat de druk op de Europese Centrale Bank om iets te doen met het rente-instrument heel groot wordt. Daar hebben dan de andere landen ook last van. Er is een lage sense of urgency voor samenwerking op het terrein van toezichthouders. Dit heeft mede te maken met de houding van het Verenigd Koninkrijk dat deze samenwerking niet ziet zitten. Het is gunstig dat in Washington in het kader van de G7-discussies het idee is ontstaan dat de twintig grootste financiële instellingen ter wereld permanente colleges of supervisors zullen oprichten. In de volgende brief over Ecofin zal staan wanneer de volgende discussie over SEPA in Europa plaatsvindt en wat de positie van Nederland daarin is betreffende de standaardprotocollen en de nummerportabiliteit. Discussies over de kwaliteit van de openbare financiën op de Ecofin Raad leiden zelden tot harde besluiten. Het is meer een uitwisseling van best practices. De huidige crisis is niet de ergste crisis sinds 1929, maar wel de ergste financiële crisis sinds 1929. De staatssecretaris zegt dat er uitgebreid is nagegaan of er ruimte is om de toezegging uit te voeren dat glastuinbouwkassen en recreatiewoningen geen onroerend goed zijn. Er is zelfs bezien of er in de uitvoeringssfeer een uitzondering kan worden gemaakt. Dit alles stuitte echter op het adagium «ongeoorloofde staatssteun» bij de Europese Commissie. De staatssecretaris belooft dit nader toe te lichten in zijn brief in antwoord op vragen van de heer Van Mastwijk. Er is nog geen uitsluitsel over de rentebox, omdat de procedure nog loopt. Nederland bepaalt pas een standpunt als de Europese beschikking er is. Het is een te groot risico het nu al in te voeren. Als er een afwijzende beschikking komt, gaat Nederland in beroep bij het Gerecht van eerste aanleg en indien nodig in hoger beroep bij het Hof van Justitie. Vanwege het belang van het onderwerp kan de staatssecretaris geen informatie verschaffen over de reactie van Duitsland op de vraag om inlichtingen over Nederlanders die op de fiches van Liechtenstein stonden, anders dan te zeggen dat Nederland goede contacten met Duitsland heeft. Het lukt wegens gebrek aan draagvlak helaas niet om in Europa een netto taakstelling in te voeren zoals die in Nederland bestaat betreffende de
Tweede Kamer, vergaderjaar 2007–2008, 21 501-07 en 22 112, nr. 610
5
afname van de administratievelastendruk. Wel zal er een monitorsysteem worden ingevoerd bij gelijkgestemde landen. Overigens is zelfs het voorliggende plan met bruto taakstelling al een verbetering ten opzichte van de huidige situatie. Het is zeker niet alleen het wegsnijden van dor hout. De groep-Stoiber houdt een en ander scherp in de gaten. De spaartegoedenrichtlijn is nu niet waterdicht en moet dus worden aangepakt. Dit is moeilijk omdat er in andere landen veel weerzin tegen bestaat. Duitsland heeft enkele concrete suggesties gedaan zoals het onderbrengen van stichtingen in de richtlijn. Nederland ondersteunt de Duitse inspanningen. De aanpak van Nederland bestaat niet alleen uit aanscherping van en meer druk op de evaluatie van de spaartegoedenrichtlijn, maar ook uit het uitwisselen van informatie via het afsluiten van belastingverdragen. Als een compleet belastingverdrag nog niet mogelijk met bepaalde oude «belastingparadijzen», sluit Nederland daar tax information exchange agreements mee. Het overzicht van de bronheffing is compleet voor hetgeen de Nederlandse Belastingdienst ontvangt. Nederland keert geen geld uit. Het tarief van de bronheffing is nu 15% en gaat omhoog naar 35%. Daarbij vallen gedragseffecten te verwachten. Er wordt daarom overleg gevoerd met die landen waarnaar mensen hun geld kunnen sturen. Europa heeft een minimumtarief voor brandstofaccijns. Er is overleg gaande om dit stapsgewijs te verhogen en om diesel en benzine gelijk te trekken. Nederland is hier voorstander van. Er zit echter weinig schot in deze onderhandelingen. Om btw-fraude tegen te gaan moet het bestaande instrumentarium verbeterd worden. Ook zijn er wellicht ingrijpende veranderingen nodig van de bestaande wetgeving. Deze mogen echter niet gepaard gaan met een grote toename van de administratieve lasten. Overigens is btw-fraude in Nederland in tegenstelling tot andere landen geen groot probleem. De horizontale richtlijn accijns betreft procesregelgeving en geen tarieven. Het voorstel van de Commissie maakt het mogelijk aankopen op afstand door een particulier, zonder dat deze particulier zelf de accijnsgoederen vervoert, vrij te stellen. Nederland heeft grote moeite met dit punt. De staatssecretaris zegt toe schriftelijk te zullen reageren op de vraag over de douane. De voorzitter van de vaste commissie voor Financiën, Blok De voorzitter van de commissie voor de Rijksuitgaven, Aptroot De griffier van de vaste commissie voor Financiën, Berck
Tweede Kamer, vergaderjaar 2007–2008, 21 501-07 en 22 112, nr. 610
6