Tweede Kamer der Staten-Generaal
Vergaderjaar 1984-1985
2
Rijksbegroting voor het jaar 1985
18600 Hoofdstuk XIV Ministerie van Landbouw en Visserij
Nr. 99
VERSLAG VAN EEN MONDELING OVERLEG Vastgesteld 25 juni 1985 De vaste Commissie voor Landbouw1 heeft op 13 juni 1985 mondeling overleg gevoerd met de Staatssecretaris van Landbouw en Visserij over het gebruik van groeihormonen bij mestkalveren. De staatssecretaris was vergezeld van drs. G. van der Lely, plv. directeurgeneraal landbouw en voedselvoorziening, drs. F. H. Pluiner, adjunctdirecteur Rijksdienst voor de Keuring van Vee en Vlees, mr. W. Steemers, directeur Juridische en Bedrijfsorganisatorische Zaken, en drs. P. P. M. Rutjes, directie Voorlichting en Externe Betrekkingen. De commissie heeft de eer van het gevoerde overleg als volgt verslag te doen.
1 Samenstelling: Leden: Van Rossum (SGP), Van der Sanden (CDA), ondervoorzitter, De Boois (PvdA), Evenhuis (VVD), Meijer (PvdA), Eversdijk (CDA), Wöltgens (PvdA), Van der Linden (CDA), Spieker (PvdA), Van Noord (CDA), Tazelaar (PvdA), Blauw (VVD), voorzitter, Nijland (CDA), Tommei (D'66), Hummel (PvdA), Te Veldhuis (VVD), Linschoten (VVD), Metz (VVD), De Kok (CDA). Plv. leden: Wagenaar, Couprie (CDA), Konings (PvdA), Jorritsma-Lebbink (VVD), Salomons (PvdA), Janmaat-Abee (CDA), De Pree (PvdA), Schartman (CDA), Dijkman (PPR), Andela-Baur (CDA), Zijlstra (PvdA), Nijhuis (VVD), Cornelissen (CDA), Nvpels (D'66), Van der Hek (PvdA), Braams (VVD), Keja (VVD), Franssen (VVD), Borgman (CDA).
De Staatssecretaris van Landbouw en Visserij wees op het bestaan van de EG-richtlijn waarbij het verboden is om aan een landbouwdier stoffen met thyreostatische werking en stoffen moet oestrogene, androgene en gestagene werking toe te dienen. De stoffen met groeibevorderende werking kunnen worden onderscheiden in natuurlijke steroïden, xenobiotische steroïden en verbindingen met een steroïde structuur. Onder bepaalde omstandigheden mogen deze stoffen voor therapeutische behandeling worden gebruikt. Bij de EG-raad ligt een wijziging van de richtlijn voor, waarbij de bedoeling is het gebruik van natuurlijke hormonen onder bepaalde voorwaarden voor mestdoeleinden toe te staan. De achterliggende gedachte hiervan is dat wanneer het gebruik van natuurlijke hormonen wordt toegestaan, het gebruik van andere groeibevorderende stoffen zal teruglopen. Griekenland, West-Duitsland, Denemarken, Italië en Nederland zijn voor een algeheel verbod van dergelijke stoffen en zijn dus ook tegen het voorstel. Vervolgens schetste de bewindsman de te volgen procedure voor het in de handel brengen van vlees ingevolge artikel 68 Veewet. Hij wees ook op het bestaan van de Vleeskeuringswet en de Verordening toediening van stoffen met oestrogene werking. Overtreding van de verordening is een economisch delict. De Officier van Justitie kan, zolang de behandeling ter terechtzitting niet is begonnen, een voorlopige maatregel opleggen wanneer tegen een verdachte ernstige bezwaren zijn gerezen en onmiddellijk ingrijpen wordt vereist. Wanneer het wetsvoorstel «Gezondheids- en Welzijnswet voor dieren» is aangenomen, krijgt een door de minister aan te wijzen ambtenaar dezelfde bevoegdheid. Het voorstel voor een Dierge-
Tweede Kamer, vergaderjaar 1984-1985, 18600 hoofdstuk XIV, nr. 99
1
neesmiddelenwet heeft de bedoeling alleen de dierenarts de bevoegdheid te geven stoffen met hormonale werking voorhanden te hebben en toe te dienen. De staatssecretaris had de indruk dat, voor zover dat nu te overzien is, er geen sprake is van een grootscheepse hormomenaffaire. De belangen voor de Nederlandse export zijn echter van dien aard dat, in overleg met het betrokken bedrijfsleven, het keuringssysteem opnieuw is onderzocht. Het is de bedoeling dat de controle geïntensiveerd wordt op de slachterij. De Rijksdienst voor de keuring van vee en vlees (RVV) krijgt daarom instructies om een keuringsprocedure te volgen, die ook voor de consument, een grotere garantie biedt voor het hormoonvrij zijn van het vlees. Een schema van de nieuwe keuringsprocedure is als bijlage bij dit verslag opgenomen. Daarnaast zal de terugkoppeling van de RVV naar de Algemene Inspectiedienst (AID) worden geïntensiveerd. De AID zal in het vervolg onmiddellijk op de hoogte worden gebracht van positieve hormonenuitslagen, zodat het bedrijf van herkomst aan een grondig onderzoek kan worden onderworpen. De bewindsman was van mening dat dat binnen de bestaande capaciteit van de AID kan worden opgevangen. De eigenaar/veehouder kan verzoeken om een herkeuring, welke nu door de overheid wordt betaald. In 95% van de gevallen komt de uitslag overeen met de uitslag in eerste instantie. De staatssecretaris zei van plan te zijn in die gevallen voortaan de boer/eigenaar de kosten van het ongelijk te laten betalen. De heer Tazelaar (P.v.d.A.) was van mening dat de voorstellen van de staatssecretaris aan de magere kant waren. Hij vroeg waarop de staatssecretaris baseert dat het hier niet om een grootscheepse hormonenaffaire gaat. De heer Tazelaar was een andere mening toegedaan omdat het in het geval dat tot dit mondeling overleg heeft gevoerd, gaat om 58 liter synthetische groeihormonen. Dat is genoeg voor tienduizenden toedieningen. Volgens een van de kringdirecteuren van de RVV is het, ondanks de bevoegdheden van de RVV, toeval als bij de vleeskeuring hormonengebruik wordt ontdekt, omdat het aantonen van residuen moeilijk is. Dit lid vroeg wat de uitkomsten zijn van het overleg in de EG-ministerraad. Wat zal het beleid zijn als Nederland per 1 juli voorzitter is van de ministerraad? Volgens de heer Tazelaar zou het een goede suggestie zijn om de AID uit te breiden ten behoeve van de controle en de opsporing. Als argument voerde hij hierbij ondermeer aan dat de regelgeving, en daarmee de controle, in de landbouw steeds complexer wordt. Ten slotte vroeg hij of de RVV in de toekomst niet het hele koppel kan afkeuren, als er bij 1 dier van dat koppel residuen worden gevonden. De heer Van der Linden (C.D.A.) meende dat de producenten die te goeder trouw zijn niet in een kwaad daglicht gesteld moeten worden. Echter voor degenen die niet te goeder trouw zijn, kan de sanctie niet hard genoeg zijn. Dit lid wilde pleiten voor aanvullende maatregelen. Bij het Benelux overleg is er een probleem met België, zowel ten aanzien van de keuringssystemen als in het gebruik van natuurlijke hormonen. Dat geeft problemen bij de import. De staatssecretaris wil de keuring op het slachthuis verbeteren. Is dan bekend waar die dieren vandaan komen? Dit lid wilde ervoor pleiten om, als er duidelijke aanwijzingen zijn, ook op de boerderij te controleren. Daarnaast vroeg de heer Van der Linden of de AID niet tijdelijk versterkt kan worden met mensen die in de sector zelf gewerkt hebben. Er wordt gezocht naar een eenvoudiger onderzoeksysteem. Hoe staat het daarmee? Dit lid toonde zich teleurgesteld in de houding van de EG ten opzichte van de harmonisatie van de keuringssystemen. Kan dat prioriteit krijgen tijdens het voorzitterschap van Nederland.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1984-1985, 18600 hoofdstuk XIV, nr. 99
2
De heer Metz (V.V.D.) bracht naar voren dat harde sancties tegen personen die groeihormonen en anabolica in het voedsel brengen, op zijn plaats zijn. Ook hij wilde pleiten voor een aantal maatregelen. Deze woordvoerder was eveneens voorstander van een tijdelijke versterking van de AID. Het is niet alleen van belang dat er een strengere keuring komt bij de slachterijen, maar ook dat er een vliegende controle komt. De heer Metz meende dat naast het betalen van de kosten van herkeuring, het in beslag nemen van de veestapel een belangrijke sanctie zou zijn. Dit lid toonde zich voorstander van harmonisatie van de keuringssystemen op internationaal niveau. De te nemen maatregelen zullen moeten worden afgestemd op de andere EG-landen. Tenslotte verwachtte de heer Metz dat de staatssecretaris ook in het buitenland bekend zal maken dat Nederland in dezen orde op zaken stelt. De heer Mik (D'66) sloot zich aan bij de mening van de vorige sprekers betreffende versterking van het controleapparaat. Hij was van mening dat nader onderzoek over de omvang van hormonengebruik op zijn plaats is. Wordt er naast gebruik op DES ook op gebruik van andere hormonen gekeurd? Zijn alle hormonen op te sporen? Dit lid vroeg hoe het staat met de voorlichting aan de consument. Kan de onrust worden weggenomen? De staatssecretaris merkte op dat ook nu intensief op hormonengebruik wordt gecontroleerd. Dat gebeurt steekproefgewijs, gevolgd door een integraal onderzoek bij positieve uitslag, dat is in 0,1% van de gevallen. De staatssecretaris herhaalde dat groeihormonen niet thuis horen in vlees, zowel uit het oogpunt van volksgezondheid als vanuit de positie van de Nederlandse export. Dat is ook duidelijk gemaakt door de Nederlandse vertegenwoordiging in EG-verband. De AID heeft een hoge prioriteit. Ongeveer 2 maanden geleden is de AID met een fors aantal formatieplaatsen uitgebreid. De bewindsman zag in deze hormonenaffaire geen aanleiding om dat nog eens te vergroten. De bewindsman wees erop dat de AID zelf de al eerder genoemde 58 liter op het spoor is gekomen. Het gaat er voornamelijk om de keuring te richten. Ervaren mensen zou, indien ze er waren, de bewindsman liever bij de RVV dan bij de AID inzetten. De staatssecretaris bleef overigens van mening dat controle op de slachterijen het meest van belang is. Hij was het niet eens met de suggestie om bij 1 positieve bevinding het hele koppel af te keuren, omdat dan ook goed vlees wordt afgekeurd, wat in strijd is met de Vleeskeuringswet. Als er gegevens zijn over illegaal gebruik van groeihormonen is het overigens zowel in het belang van de handel als in het belang van de boeren om dat te melden bij de AID. In België zijn natuurlijke hormonen nog niet toegestaan, men is echter de mening toegedaan dat die hormonen ongevaarlijk zijn. De staatssecretaris had niet de intentie die hormonen toe te staan, o.a. omdat een groot deel van onze export naar landen gaat waar dat gebruik niet is toegestaan. In de EG stelt Nederland zich ook op dat standpunt. Op voorstel van de minister hebben 8 landen zich politiek gecommitteerd om de controle per 1 juni 1986 te harmoniseren. De staatssecretaris zegde toe de vragen van de heer Mik schriftelijk te zullen beantwoorden. De heer Tazelaar bleef van mening dat deze hormonenaffaire maar een klein deel is van wat er gebeurt. Vandaar dat hij pleitte voor een versterking van de AID. Kan de Kamer schriftelijk worden ingelicht over de Nederlandse voornemens in EG-verband? De heer Van der Linden vroeg nogmaals naar het Benelux overleg. Hij betwijfelde of de keten van boerderij tot slachthuis gesloten is. Hij pleitte nogmaals voor een tijdelijke versterking van de AID.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1984-1985, 18 600 hoofdstuk XIV, nr. 99
3
De heer Metz sprak eveneens over uitbreiding van de AID. Hij herhaalde dat wanneer 1 dier positief wordt bevonden het hele koppel in beslag moet worden genomen. De heer Mik sprak nogmaals over het belang van voorlichting in de richting van de consument. De staatssecretaris wilde inderdaad middels voorlichting de ongerustheid bij de consument wegnemen. Hangende het onderzoek zijn er in het overleg met het bedrijfsleven een aantal maatregelen genomen. De bewindsman bleef van mening dat uitbreiding van de AID nu niet noodzakelijk is. Mocht echter blijken dat er bij de AID problemen optreden dan zal daar wat aan gedaan worden. Ten aanzien van de gesloten keten merkte de staatssecretaris op dat alles samenkomt op het slachthuis. Het is daarom het meest zinvol, de controle daar te intensiveren en vervolgens terug te koppelen naar de boerderij. De bewindsman zou met het ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur overleg voeren over het afkeuren van het hele koppel als 1 dier positief wordt bevonden. Mocht in dat overleg blijken dat dat een verstandige maatregel is, dan zal die worden overwogen. Op verzoek van de heer Van der Linden zegde de staatssecretaris toe spoedig een brief te zullen zenden over hoe hij zich voorstelt de controle via AID en RVV te intensiveren zonder uitbreiding van de AID. De voorzitter van de commissie, P. Blauw De griffier voor dit verslag, Hordijk
Tweede Kamer, vergaderjaar 1984-1985, 18600 hoofdstuk XIV, nr. 99
4
Bijlage
Toekomstige situatie:
Koppel kalveren histologisch positief en verdacht
zoeken naar spuitplekken
dieren met spuitplekken 4 dagen wachten tot onderzoek klaar is
positief:
dieren zonder spuitplekken ook 4 dagen wachten
negatief: goedkeuren
bij positief chemisch onderzoek van andere dieren van dezelfde koppel volgt nader intensief onderzoek naar spuitplekken, spieren diep insnijden wel spuitplekken
geen spuitplekken
I
chemisch onderzoek
bevestigen met GCMS, positief
positief: afkeuren
negatief: goedkeuren
afkeuren
Tweede Kamer, vergaderjaar 1984-1985, 18 600 hoofdstuk XIV, nr. 99
5