Tweede Kamer der Staten-Generaal
2
Vergaderjaar 1995–1996
21 501-02
Algemene Raad
Nr. 170
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BUITENLANDSE ZAKEN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal ’s-Gravenhage, 3 juni 1996 Conform de bestaande afspraken heb ik de eer U hierbij aan te bieden de voorlopige geannoteerde agenda van de Algemene Raad d.d. 10/11 juni 1996. De Staatssecretaris van Buitenlandse Zaken, M. Patijn
6K1760 ISSN 0921 - 7371 Sdu Uitgevers ’s-Gravenhage 1996
Tweede Kamer, vergaderjaar 1995–1996, 21 501-02, nr. 170
1
GEANNOTEERDE VOORLOPIGE AGENDA VAN DE ALGEMENE RAAD D.D. 10/11 JUNI 1996 Vervolg van de Conferentie van Barcelona Het voorzitterschap zal waarschijnlijk aandacht vragen voor de voortgang die tot dusverre is geboekt bij de uitwerking van de Verklaring van Barcelona. De teneur van deze rapportage zal in grote lijnen positief zijn, waarbij de voorzitter zal aangeven dat er op dit moment een zeker evenwicht is in de uitwerking en invulling van de drie luiken (betreffende veiligheidspolitieke, financieel-economische respectievelijk sociale en menselijke aspecten) van de Verklaring van Barcelona, ofschoon de aktiviteiten in het derde luik enigszins achter dreigen te blijven bij die in de andere twee. Voorts zal wellicht worden gesproken over het voornemen van het voorzitterschap om een informele ministerie¨le EU/MZ-bijeenkomst te organiseren op 17 juni a.s. te Rome en marge van het Conclaaf voor de ER van Florence, eveneens voor die datum is gepland. Stand van de onderhandelingen en de verkennende gesprekken met het oog op Euromediterrane verdragen De Commissie zal waarschijnlijk verslag doen van de stand van zaken van de onderhandelingen over Euro-mediterrane verdragen met Libanon, Jordanie¨ en Egypte. Wellicht zal de Commissie tevens verslag doen van de voorbereidende besprekingen met de Palestijnse Autoriteit over een eventueel toekomstig Euro-mediterraan verdrag. Besluitvorming over de verdragen in onderhandeling lijkt prematuur, zowel om inhoudelijke redenen, als vanwege het algehele Britse voorbehoud. MEDA-verordening Het voorzitterschap zal waarschijnlijk opnieuw de MEDA-verordening ter goedkeuring voorleggen. De Algemene Raad van 25/26 maart bereikte een politiek compromis over de MEDA-verordening. Tot dusverre (Algemene Raad van 22 april resp. 13 mei jl.) bleef goedkeuring uit als gevolg van de Griekse blokkade van financie¨le middelen t.b.v. Turkije. Besluitvorming wordt nu verder bemoeilijkt door het algemene Britse veto. Betrekkingen met Syrie¨/voorbereidingen tweede Samenwerkingsraad De Raad zal worden gevraagd zijn goedkeuring te hechten aan de concept-agenda en interventie van het voorziterschap ten behoeve van de tweede Samenwerkingsraad EG/Syrie¨. Tijdens de Associatieraad zal de meeste aandacht waarschijnlijk uitgaan naar de discussie over de politieke aspecten die tijdens de lunch aan de orde zullen komen. Hoewel een agenda nog niet is vastgesteld, ligt voor de hand dat m.n. van gedachten zal worden gewisseld over het Midden-Oosten Vredesproces, het vervolg van de Conferentie van Barcelona, alsmede de vooruitzichten om eventueel op afzienbare termijn besprekingen aan te vangen met Syrie¨ die moeten uitmonden in een Euro-mediterraan verdrag. President Assad heeft zich onlangs in positieve zin uitgelaten over een dergelijk verdrag. Syrie¨ is actief betrokken bij het Euro-mediterrane partnerschap, en komt in aanmerking voor een Euro-mediterraan associatieverdrag (dat overigens geen toetredingsperspectief biedt). Struikelblokken bij de totstandkoming van een dergelijk verdrag vormen m.n. de voortgang in het MiddenOosten Vredesproces alsmede de noodzakelijke politieke en economische hervormingen in Syrie¨.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1995–1996, 21 501-02, nr. 170
2
Voorbereidingen EER-Raad De Raad zal mede worden benut voor een ontmoeting met de EVA-landen, die deel uitmaken van de EER (Noorwegen, IJsland en Liechtenstein). De EER-Raad zal plaatsvinden op 11 juni a.s. Waarschijnlijk zal tevens ruimte worden ingelast voor een politieke dialoog; hoewel een eventuele agenda daarvoor nog niet is vastgesteld, ligt voor de hand dat bij die gelegenheid enkele actuele politieke kwesties aan de orde zullen komen. De eigenlijke EER-Raad zal plaatsvinden op 11 juni a.s. De agendapunten zullen hoofdzakelijk routinematig van aard zijn: goedkeuring notulen vierde EER-Raad, voortgangsrapport EER Gemengd Comite´, evaluatie functioneren EER etcetera. Na afloop van de EER-Raad zullen alle EVA-landen (inclusief Zwitserland) nader worden ingelicht over de IGC. Voorbereiding Associatieraad met Turkije Het Voorzitterschap is voornemens om op 10 juni a.s. de 38e Associatieraad EG/Turkije te laten plaatsvinden. Deze was oorspronkelijk voorzien voor 26 maart jl. Athene stelde toen echter slechts te kunnen meewerken aan een succesvolle Associatieraad indien Ankara aan drie voorwaarden zou voldoen: – afzien van geweld in de bilaterale betrekkingen; – respect voor internationaal recht/verdragen; – voorleggen territoriale geschillen aan Internationaal Gerechtshof. Deze eisen bleken voor Turkije niet aanvaardbaar. De Algemene Raad besloot derhalve de Associatieraad uit te stellen «om zodoende een inhoudelijke en positieve reactie te kunnen geven op de recente verklaring van de Turkse MP Yilmaz». In deze verklaring (van 23 maart jl.) bood MP Yilmaz een opening voor onderwijs in de Koerdische taal, en gaf hij aan zonder voorwaarden vooraf met Athene te willen praten over alle bilaterale geschillen (waarbij hij uitdrukkelijk de mogelijkheid openhield om geschillen uiteindelijk ter beoordeling aan het Internationaal Gerechtshof voor te leggen). Athene wijst tot dusverre echter bilaterale besprekingen over uitstaande kwesties af. Een verbetering van deze Grieks-Turkse betrekkingen is, mede als gevolg van de fluı¨de politieke situatie in Turkije, in elk geval op korte termijn weinig waarschijnlijk. Het ligt derhalve voor de hand dat ook de Associatieraad van 10 juni a.s. tot nader order zal worden uitgesteld. Voormalig Joegoslavie¨ Op 13 en 14 juni a.s. zal in Florence een Conferentie plaatsvinden inzake de voortgang van het vredesproces in Bosnie¨ Herzegovina. Tijdens de Raad van 10 en 11 juni zal de gemeenschappelijke positiebepaling in Florence aan de orde komen. Het Voorzitterschap zal hiertoe voorstellen doen. De Raad zal tevens een principebesluit moeten nemen over verlenging van het mandaat van het EU-bestuur in Mostar, na afloop van het huidige mandaat op 23 juli. Daarop kan het Voorzitterschap contact opnemen met de partijen in Mostar over eventuele aanpassingen van het mandaat, indien dat verlengd wordt. Een daadwerkelijk besluit over verlenging van het mandaat kan dan genomen worden door de Raad van 15 en 16 juli, nadat bekend is of de verkiezingen op bevredigende wijze hebben plaatsgevonden. Nederland heeft zich op voorgaande Raden uitgesproken voor verlenging van het mandaat van het EU-bestuur.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1995–1996, 21 501-02, nr. 170
3
Midden-Oosten Vredesproces De Raad zal waarschijnlijk de gevolgen bespreken van de uitslag van de recente Israe¨lische verkiezingen voor het Midden-Oosten Vredesproces. Nederland zal zich, zowel bilateraal als in EU-kader, onverminderd inspannen om de pogingen van de sleutelpartijen in het Midden-Oosten vredesproces te ondersteunen om een duurzame, rechtvaardige en alomvattende vrede tot stand te brengen. Betrekkingen met Chili De Raad zal zich uitspreken over het sluiten van een kaderovereenkomst met Chili. De overeenkomst werd op 27 april jl. geparafeerd, en zal en marge van de Europese Raad worden ondertekend. Nederland stemt hiermee in. De overeenkomst, die erop gericht is de bestaande betrekkingen te verstevigen, bevat twee fasen: in de eerste fase dient de geleidelijke en wederzijdse liberalisering van de handel te worden voorbereid, de tweede fase zal op den duur leiden tot een associatie tussen de EU en Chili van politieke en economische aard. Naast economische en handelssamenwerking voorziet de overeenkomst in samenwerking op o.m. het gebied van financie¨le en technische hulp, onderwijs, cultuur en drugsbestrijding. APS Landbouw De Raad van 10/11juni a.s. zal zich buigen over het (aangepaste) compromisvoorstel van het voorzitterschap inzake de herziening van het landbouw-APS. Het voorstel volgt op het in 1995 van kracht geworden APS voor industrieprodukten. Hoofdpunten van discussie waren produktdekking, tariefmodulatie, behandeling van de MOL’s, centraalamerikaanse en Andes-landen en opname van Zuid-Afrika. Nederland kan met het voorstel instemmen. Handelsvraagstukken
a. WTO-onderhandelingen over zeevervoer De Raad zal mogelijk de dreigende mislukking van de onderhandelingen in WTO-kader over maritiem transport bespreken. De onderhandelingen bevinden zich in een kritieke fase door toedoen van de Verenigde Staten, die nog steeds weigert een aanbod op tafel te leggen. Nederland steunt het initiatief van de EG om in plurilateraal verband (i.c. 25 landen, VS niet) te proberen een substantieel pakket van verbeterde aanbiedingen tot stand te brengen in een poging de VS aan boord te krijgen. Wel dient daarbij als voorwaarde gesteld te worden dat de VS met een gelijkwaardig aanbod moet komen.
b. Mededeling van de Commissie inzake een EU-markttoegangsstrategie De Raad zal zich buigen over de Mededeling van de Commissie inzake een EU-markttoegangsstrategie. De Mededeling (m.n. van belang met het oog op de WTO Conferentie te Singapore in december a.s.) bevat naast een multilateraal gedeelte ook een bilateraal gedeelte, waarin een assertiever EU-beleid t.a.v. afdwinging van markttoegang in derde landen wordt voorgesteld. Nederland kan de publikatie van de Mededeling verwelkomen.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1995–1996, 21 501-02, nr. 170
4
Vreedzaam gebruik van kernenergie tussen de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en de regering van de Republiek Argentinie¨ De Raad zal gevraagd worden om in te stemmen met het voorgestelde besluit tot goedkeuring van de sluiting door de Commissie van een nucleaire overeenkomst betreffende samenwerking inzake vreedzaam gebruik van kernenergie tussen Euratom en Argentinie¨. Nederland kan instemmen met het voorstel. Niger Op verzoek van Frankrijk zal tijdens de Raad de situatie in Niger worden besproken en een voorstel tot hervatting van de OS-hulp worden voorgelegd. Nederland is van mening dat indien de Chefs de Poste van de EU in Niger gezamenlijk kunnen bevestigen dat de politieke partijen vrijelijk kunnen opereren, de OS-relatie van de EU met Niger hervat kan worden. Topconferentie EU-Afrika Aan de Raad zal nogmaals het voorstel van Portugal voor het houden van een Euro-Afrikaanse Top in 1997 worden voorgelegd. Nederland is in principe voor het houden van een dergelijke Top, mits er meer duidelijkheid over de te bespreken onderwerpen komt om overlap met andere onderwerpen te voorkomen. Teneinde deze Top goed voor te bereiden, zou deze pas na de IGC gehouden kunnen worden. Betrekkingen met Canada Aan de vooravond van de EU-Canada Top in Rome zal de Raad zich over het EU-Canada actieplan buigen. Het is de bedoeling dat tijdens de Top een definitief actieplan plus bijbehorende politieke verklaring wordt vastgesteld. Nederland staat positief tegenover de opzet en de inhoud van het (concept-) EU-Canada actieplan. Betrekkingen met de VS Aan de Raad zal het rapport van de Senior Level Group (SLG), die belast is met het toezicht op de uitvoering van de Nieuwe Transatlantische Agenda, worden voorgelegd. Het rapport van de SLG zal als basis moeten dienen voor de uitkomst van de EU-VS Top in juni a.s. te Washington. Nederland kan met het rapport instemmen. KEDO De Raad zal mogelijk beraadslagen over een eventuele aanzienlijke en structurele rol van de EU in KEDO (Korean Energy Development Organisation). Tussen de lidstaten bestaan hierover verschillen van inzicht, die moeilijk lijken op te lossen. Nederland houdt vast aan de wenselijkheid van een aanzienlijke en structurele rol voor de EU in KEDO. Het overleg terzake dient te worden voortgezet. Nederland staat positief tegenover de voorstellen die het voorzitterschap en de Commissie (o.m. voortzetting van overleg in eerste pijler) hebben ontwikkeld. Ministerie¨le bijeenkomst met Mercosur En marge van de Raad zal de eerste Ministerie¨le Bijeenkomst EU-Mercosur plaatsvinden. Deze bijeenkomst vloeit voort uit de interregionale kaderovereenkomst EU-Mercosur die in december 1995 werd
Tweede Kamer, vergaderjaar 1995–1996, 21 501-02, nr. 170
5
getekend. Op de agenda van de bijeenkomst, die slechts een uur zal duren, staan de volgende onderwerpen: integratieprocessen in EU en Mercosur; multilaterale onderwerpen, zoals WTO Singapore; multilateralisme en regionalisme; drugs en daarmee samenhangende problemen; stand van zaken ratificatie interregionale kaderovereenkomst; duurzame ontwikkeling en milieu. Slovenie¨ Het Europa-Akkoord tussen de EU en haar lidstaten enerzijds en Slovenie¨ anderzijds zal waarschijnlijk, behoudens de eventuele algemene blokkade van het Verenigd Koninkrijk, als gevolg van de BSE-affaire, worden ondertekend en marge van de Algemene Raad van 10 en 11 juni 1996 te Luxemburg. Nederland stemt in met de ondertekening. De ondertekening van het Europa-Akkoord met Slovenie¨ is tot nog toe uitgebleven door een geschil tussen Slovenie¨ en Italie¨ over het verwerven van eigendom van onroerend goed op Sloveens grondgebied. Op 11 april jl. echter, heeft het Sloveense Parlement het compromisvoorstel van het Spaanse voorzitterschap (tweede helft 1995) aangenomen en heeft het de Sloveense regering geautoriseerd de ondertekening van het Europa-Akkoord te bewerkstelligen. De Sloveense regering is bereid de onroerend-goedmarkt te liberaliseren. In concreto zullen EU-onderdanen, die langer dan drie jaar legaal op Sloveens grondgebied hebben verbleven, onroerend goed kunnen verwerven. Ook de nieuwe Italiaanse regering Prodi kan met de ondertekening van het EuropaAkkoord akkoord gaan.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1995–1996, 21 501-02, nr. 170
6