Tweede Kamer der Staten-Generaal
2
Vergaderjaar 2002–2003
21 501-30
Raad voor Concurrentievermogen
Nr. 11
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal ’s-Gravenhage, 16 december 2002 Hierbij zend ik u het verslag van de Raad voor het Concurrentievermogen van 14 november jl. Daarnaast treft u op eigen verzoek de voortgangsrapportage over de Strategie inzake integratie van duurzaamheid en milieubescherming in Interne Markt beleid aan. De Staatssecretaris van Economische Zaken, J. G. Wijn
KST65819 ISSN 0921 - 7371 Sdu Uitgevers ’s-Gravenhage 2002
Tweede Kamer, vergaderjaar 2002–2003, 21 501-30, nr. 11
1
Follow-up informele raad Nyborg Het Deense voorzitterschap heeft verslag gedaan van de informele Raad voor het Concurrentievermogen op 11 en 12 oktober jl. in Nyborg, Denemarken. Het voorzitterschap benadrukte het belang van een sterke Raad voor het Concurrentievermogen voor het Lissabonproces. De Raad zou zich moeten richten op horizontale vraagstukken, die van belang zijn voor de ontwikkeling van het concurrentievermogen. Daarom stelt het voorzitterschap een (Raadswerk)groep op hoog ambtelijk niveau voor ter integratie van de industrie, onderzoek en interne markt. De groep zou de horizontale vraagstukken voor de Raad voor het Concurrentievermogen moeten voorbereiden om een gecoördineerde aanpak te ontwikkelen voor concurrentiekracht en groei van bedrijven in de Europese Unie. In het bijzonder zou de groep aandacht moeten besteden aan de structurele micro-economische analyses die ingebracht worden voor de Voorjaarstoppen. Voorts zal de groep een actieve rol spelen bij het benchmarken van nationale initiatieven om concurrentiekracht en groei te bevorderen. Inmiddels is besloten dat de eerste High Level Group zal vergaderen op 18 december 2002.
Vereenvoudiging van regelgeving De Raad heeft kennisgenomen van het verslag van Commissaris Bolkestein over de voortgang van de uitvoering van het actieplan voor de verbetering van de kwaliteit van regelgeving. Commissaris Bolkestein benadrukte de gedeelde verantwoordelijkheid van Commissie, Raad, Europees Parlement en de Lidstaten voor het belangrijke onderwerp verbetering van wetgeving als het gaat om impact assessment en consultaties met het veld. De Commissie werkt momenteel aan het opstellen van richtsnoeren voor het toetsen van de economische, sociale en milieu impact van nieuwe voorstellen. Deze impact assesments zullen vanaf 2003 stapsgewijs ingevoerd worden en vanaf 2005 algemeen toegepast worden. Daarnaast werkt de Commissie aan vereenvoudiging en vermindering van de bestaande Europese regelgeving. Dit betekent geen letterlijke vermindering van regels -of deregulering-, maar samenvoeging en stroomlijning van wetgeving. Een voorbeeld hiervan is de concept richtlijn inzake wederzijdse erkenning van beroepskwalificaties (zie blz. 4) die 15 richtlijnen in één richtlijn samenvoegt, dat betekent 60 artikelen in plaats van 300. Commissaris Bolkestein streeft naar een reductie van het volume van de huidige Europese regelgeving van 25% in 2005. De Commissie komt volgend jaar met een nadere prioriteitstelling in het kader van dit meerjarig vereenvoudigingsprogramma.
Scoreboard Interne Markt Commissaris Bolkestein presenteerde de elfde versie van Scoreboard Interne Markt, waarin onder andere de omzetting van richtlijnen en nationaal recht wordt bijgehouden. Het Scoreboard staat deze keer in het teken van 10 jaar Interne Markt zonder grenzen. Het gemiddelde omzettingstekort bedraagt per november 2,1%, een stijging van 0,3%-punt ten opzichte van de 1,8% in mei 2002. De Lissabon doelstelling van 1,5% wordt met dit resultaat niet gehaald. Negen lidstaten hebben een omzettingstekort van boven de 1,5 %. Nederland heeft een omzettingstekort van 1,3%. Frankrijk is hekkensluiter met een omzettingstekort van 3,8%. Frankrijk kondigde aan prioriteit te geven aan de omzetting van richtlijnen in nationaal recht. Door middel van een actieplan streeft de Franse regering naar een reductie van het percentage tot een acceptabel niveau. Commissaris Bolkestein sprak ook zijn zorg uit over het hoge aantal infractieprocedures voor het Europese Hof van Justitie (meer dan 1500),
Tweede Kamer, vergaderjaar 2002–2003, 21 501-30, nr. 11
2
waarbij de Commissie lidstaten voor het Hof van Justitie daagt wegens schending van Europees recht. Hiervan is 30% toe te rekenen aan Frankrijk en Italië. Nederland staat met 62 zaken op de zesde plaats. Tenslotte worden speciaal in dit Scoreboard de resultaten gepresenteerd van een grote enquête onder bedrijven en burgers naar «10 jaar interne markt zonder grenzen». Hieruit blijkt dat burgers en bedrijven van mening zijn dat zij profiteren van de interne markt. Meer dan 80% van de bedrijven binnen de EU beschouwt de vervolmaking van de interne markt als topprioriteit voor de toekomst.
Gezamenlijk werkprogramma van de Voorzitterschappen DK/GR/I Het Deense voorzitterschap presenteerde het gezamenlijk werkprogramma van de drie voorzitterschappen Denemarken, Griekenland en Italië voor het komende jaar. Het werkprogramma legt de nadruk op de interne markt aspecten van de Raad voor het Concurrentievermogen. Het werkprogramma maakt onderscheid tussen individuele dossiers en horizontale beleidskwesties. Als individueel dossier heeft het gemeenschapsoctrooi prioriteit. De Raad zal verder werken aan regelgeving inzake onder andere vrij verkeer van personen, overnamebodrichtlijn, grensoverschrijdende diensten, farmaceutische producten, technische harmonisatie, chemische stoffen, wederzijdse erkenning van diploma’s en corporate governance. De aandacht bij horizontale vraagstukken gaat uit naar: Cardiff, actieplan corporate governance, integratie van milieu en duurzame ontwikkeling in de beleidsterreinen van het concurrentievermogen, vereenvoudiging van regelgeving en de voorbereiding en monitoring van kandidaat-lidstaten voor toetreding. Nederland heeft nogmaals het belang van integratie van onderzoek en industrie in de Raad benadrukt. Dat onderwerp zou prioriteit van de komende voorzitterschappen moeten krijgen. Toegezegd is dat het in het werkprogramma van de voorzitterschappen voor 2003 meegenomen zal worden.
Integratie van duurzaamheid en milieubescherming in Interne Markt beleid De Raad heeft het verslag over de voortgang van de strategie voor integratie van duurzame ontwikkeling en milieubescherming in het beleid van de Raad voor het Concurrentievermogen aangenomen (zie bijlage).
Commissie rapport over Interne Markt voor Diensten De Raad heeft raadsconclusies over het Commissie rapport over de interne markt voor diensten aangenomen. Hiermee verwelkomt de Raad het rapport van de Commissie, waarin gesignaleerd wordt dat de interne markt voor diensten nog niet optimaal functioneert. Het wegwerken van belemmeringen op de grensoverschrijdende dienstenmarkt is nu prioriteit van de Raad. Tevens vraagt de Raad vraagt de Commissie, op terreinen waar geen andere oplossing mogelijk is, zo spoedig mogelijk (uiterlijk eind 2003) met een voorstel voor harmonisatie van wetgeving te komen.
Wederzijdse erkenning beroepskwalificaties De Raad heeft een oriënterend debat gevoerd over de richtlijn wederzijdse erkenning van beroepskwalificaties. Doel van de richtlijn is het grensoverschrijdend verkeer van arbeid en diensten te bevorderen. De richtlijn vloeit voort uit de prioriteit die aan dit onderwerp is gegeven in het kader van de Lissabonstrategie. De meeste lidstaten spraken zich uit voor de in de richtlijn voorgestelde vereenvoudiging van het bestaande stelsel van richtlijnen. Een meerderheid leek er niettemin van overtuigd dat een bepaalde beschermingsgraad voor beroepen waarmee een algemeen
Tweede Kamer, vergaderjaar 2002–2003, 21 501-30, nr. 11
3
belang was gediend, zoals de medische sector, gehandhaafd dient te blijven. Nederland ondersteunde dit en benadrukte dat de juiste balans gevonden moet worden tussen het vrije verkeer van diensten en het waarborgen van de kwaliteit van de dienst. Evenwel hechtte Nederland veel belang aan de bevordering van het grensoverschrijdend verkeer van arbeid en diensten. Het Grieks voorzitterschap streeft naar een gemeenschappelijk standpunt op de Raad voor het Concurrentievermogen in mei 2003.
Octrooiering van in computer geïmplementeerde uitvindingen De Raad heeft kennisgenomen van de stand van zaken van octrooiering in computer geïmplementeerde uitvindingen. Er kon nog geen akkoord bereikt worden over het compromisvoorstel van het Voorzitterschap. Frankrijk en Spanje maakten een algemeen (studie)voorbehoud. In beide landen is men nog bezig met het innemen van een standpunt. De EU-Commissie hield een voorbehoud bij één artikel voorgesteld door de lidstaten dat het verlenen van program product claims mogelijk maakt. Met een program product claim wordt bedoeld de uitdrukking van een computerprogramma op bijvoorbeeld een CD-rom. De Commissie heeft zich gedurende de onderhandelingen altijd op het standpunt gezet dat zgn. program product claims niet wenselijk zijn. Veel delegaties vinden dat op de CD-rom met het programma niet alleen auteursrecht, maar ook octrooirecht zou moeten kunnen rusten. Als argument hiervoor wordt gewezen op de omstandigheid dat optreden tegen inbreuk via het octrooirecht gemakkelijker is. Ook vindt men dat het schijfje octrooibescherming verdient, omdat het in feite het belangrijkste tastbare onderdeel van de vinding is. De EU-Commissie daarentegen vindt dat het fenomeen program product claim een onwenselijke vervaging van de grenzen tussen auteursrecht en octrooirecht betekent. Waarschijnlijk zal de eerste lezing van het Europees Parlement afgewacht worden alvorens de Raad een politiek akkoord zal bereiken.
Gemeenschapsoctrooi Bij de behandeling van dit voor de Lissabonstrategie belangrijke dossier lag de nadruk op het systeem van rechtspleging voor het Gemeenschapsoctrooi. Het gaat hierbij om het systeem van rechtspleging waarbij de rechtsspraak volledig fysiek centraal in Luxemburg plaatsvindt, of dat er naast een centrale rechtsprekende instantie ruimte is voor de instelling van filialen, zogenaamde regiokamers. De discussie werd gedomineerd door eigen belang van lidstaten, waardoor de besprekingen op niets uitliepen en over het deelonderwerp rechtspleging geen overeenstemming bereikt kon worden. Het is twijfelachtig dat het Deense Voorzitterschap nog vooruitgang zal boeken in dit dossier, waardoor voor de 3e keer de Lissabon deadline niet gehaald wordt.
Vrij verkeer van personen De Raad heeft een oriënterend debat gevoerd over de richtlijn vrij verkeer van EU burgers en hun families. Het doel van deze richtlijn is de verschillende verordeningen en richtlijnen inzake het recht op vrij verkeer voor burgers van de Unie en familieleden om zich op het grondgebied van de lidstaten vrij te verplaatsen en er vrij te verblijven, te vereenvoudigen en te bundelen in één richtlijn. De Raad besprak een drietal discussiepunten: – de mogelijkheid van controle door lidstaten van EU burgers die langer dan zes maanden op hun grondgebied wensen te verblijven; – de leeftijdsgrens voor gezinshereniging en (financiële) afhankelijkheid tussen de familieleden en het hoofdgezinslid; – de mogelijkheid van verwijdering van EU burgers met duurzaam
Tweede Kamer, vergaderjaar 2002–2003, 21 501-30, nr. 11
4
verblijfsrecht door die lidstaat in geval van een ernstige bedreiging voor de openbare orde en veiligheid. Nederland is voorstander van controle vooraf. Verder wil Nederland de leeftijdsgrens van 21 jaar behouden en de gezinsleden moeten ten laste zijn van het gezinshoofd. Tenslotte is Nederland voor het handhaven van de mogelijkheid tot verwijdering in gevallen van bedreiging voor de openbare orde en veiligheid. Op hoofdlijnen deelden de meeste lidstaten de Nederlandse bezwaren. De Commissie kondigde aan te werken aan een compromisvoorstel, waarin aan de bezwaren ven de lidstaten tegemoet gekomen zal worden. De Commissie streeft naar een gemeenschappelijk standpunt voor de zomer 2003.
Overnamebodrichtlijn Commissaris Bolkestein presenteerde het nieuwe voorstel voor de overnamebodrichtlijn. Uitgangspunt van de richtlijn is dat de toekomst van de onderneming bepaald moet worden door de eigenaren en niet door het management. Het voorstel beoogt de rechtszekerheid bij (grensoverschrijdende) openbare biedingen op effecten van beursvennootschappen te vergroten en minderheidsaandeelhouders, die met een openbaar bod worden geconfronteerd, te beschermen. Commissaris Bolkestein gaf aan dat op dit moment een geheel level playing field niet haalbaar is en dat dit een suboptimale oplossing is. Het voorstel werd door de meeste lidstaten op hoofdlijnen positief ontvangen. Duitsland maakte grote bezwaren, omdat het voorstel niet zou leiden tot een level playing field. Duitse bedrijven zouden moeten afzien van bepaalde beschermingsconstructies, terwijl in andere lidstaten bepaalde beschermingsconstructies wel toegestaan blijven, bijvoorbeeld meervoudig stemrecht. Nederland en België spraken ook hun twijfels over of het richtlijnvoorstel leidt tot een level playing field. De Commissie zal voortvarend te werk gaan om deze richtlijn zo spoedig mogelijk af te ronden, om zo de deadline uit het Actieplan Financiële Diensten (eind 2005) te halen.
Corporate governance De Raad heeft kennis genomen van het rapport met aanbevelingen over modernisering van het Europese vennootschapsrecht en corporate governance opgesteld onder leiding van prof.mr. Jaap Winter als de voorzitter van de High Level Group of Company Law Experts. De High Level Group ziet een rol weggelegd voor de EU op het gebied van meer transparantie over corporate governance regels en praktijken en een lichte vorm van coördinatie tussen de opstellers van corporate governance codes in de lidstaten. In dit rapport wordt echter niet gepleit voor nieuwe regelgeving en harmonisatie, zoals een Europese corporate governance code. Alle lidstaten hebben het Rapport Winter positief ontvangen. Slechts Frankijk pleitte voor regelgeving op Europees niveau. De Commissie zal naar aanleiding van dit rapport een actieplan corporate governance opstellen, dat begin volgend jaar gepresenteerd zal worden.
Richtlijn 5e WA verzekering motorvoertuigen De Raad heeft kennis genomen van de presentatie van de Commissie van de richtlijnvoorstel inzake WA verzekering motorvoertuigen. Het betreft een modernisering van de bestaande regelgeving. Daarnaast beoogt het voorstel te voorkomen dat mensen die (tijdelijk) naar een andere lidstaat verhuizen, buiten de boot vallen bij het afsluiten van verzekeringen. Belangrijk element van de richtlijn is ophoging van de schadeloosstelling. Het besluitvormingsproces over dit onderwerp bevindt zich nu in een beginfase en de komende voorzitterschappen en de Commissie streven naar snelle afronding.
Tweede Kamer, vergaderjaar 2002–2003, 21 501-30, nr. 11
5
Consumentenkrediet De Raad heeft kennis genomen van de presentatie van Commissaris Byrne van het richtlijnvoorstel inzake consumentenkrediet. De Commissaris benadrukte dat de huidige richtlijn Consumentenkrediet uit 1987 niet meer voldoet aan de eisen die momenteel door betrokkenen worden gesteld. De belangrijkste elementen van het nieuwe voorstel zijn: uitbreiding van de reikwijdte (o.a. tot kredietbemiddelaars), bevorderen van transparantie en het opzetten in iedere lidstaat van een centraal nationaal kredietregistratiebureau en een samenwerkingsverband tussen deze kredietregistratiebureau’s op Europees niveau. Het besluitvormingsproces over dit onderwerp bevindt zich nu in een beginfase en de komende voorzitterschappen en de Commissie streven naar snelle afronding.
Groenboek Consumentenbescherming Commissaris Byrne heeft verslag gedaan van de voortgang van het Groenboek Consumentenbescherming en de consultaties van de betrokkenen. De Commissie meldde dat zij veelvuldig belanghebbenden geconsulteerd hadden, waaronder 1600 consumenten en 3000 bedrijven. De Commissie werkt momenteel aan het opstellen van een kaderrichtlijn en laat terzake een impact assessment uitvoeren. Nederland sprak twijfel uit over de noodzaak van deze kaderrichtlijn. De Nederlandse reactie op het Groenboek is in februari aan de Commissie verzonden (Kamerstuk no. 27 879, nr. 3). Het Nederlandse standpunt werd ondersteund door Ierland en het Verenigd Koninkrijk. Commissaris Byrne beoogt in het medio 2003 een ontwerp kaderrichtlijn aan de Raad te presenteren.
Tweede Kamer, vergaderjaar 2002–2003, 21 501-30, nr. 11
6