TOELAGEREGLEMENT VOOR OPSTART, BRANDCONTROLE EN GELUIDSBEPERKENDE MAATREGELEN bij GROEPSOPVANG (TRAP 0, 1 en 2B) EN KWALITEITSTOELAGE bij GEZINSOPVANG (TRAP 0, 1, 2A en 2B) VOOR KINDEREN VAN 0 TOT 3 JAAR IN DE STAD ANTWERPEN
LUIK 1: ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1. GELDENDE BEGRIPPEN Groepsopvang: een initiatief van minstens 9 kinderen van 0 tot 3 jaar, met een vergunning van Kind en Gezin. Gezinsopvang: een initiatief met maximum 8 kinderen van 0 tot 3 jaar, met een vergunning van Kind en Gezin. Reguliere opvang: opvang die o minstens 220 dagen per jaar open is op die locaties waarvoor het initiatief de financiële ondersteuning aanvraagt. o opvang trap 0: minstens 10 uur per dag ononderbroken open is tussen 6 uur en 20 uur. groepsopvang trap 1: minstens 10 uur per dag ononderbroken open is tussen 6 uur en 20 uur. groepsopvang trap 2 die op 1 april 2014 subsidies voor IKG ontvangt: in 2014 en 2015 minstens 9 uur per dag ononderbroken open is tussen 6 uur en 20 uur. Vanaf 2016 minstens 11 uur ononderbroken open is tussen 6 uur en 20 uur. groepsopvang trap 2 opgestart na 1 april 2014: minstens 11 uur ononderbroken open is tussen 6 uur en 20 uur. o kinderen opvangt van 0 tot 3 jaar en openstaat voor zowel baby’s als peuters. De aanvrager van de financiële ondersteuning: het organiserend bestuur van de opvang waarover de aanvraag gaat. Het bestuur duidt aan wie de aanvraag voor financiële ondersteuning indient. Vergunning: de vergunning van Kind en Gezin om kinderopvang te mogen inrichten. Kindplaatsen: het aantal kindplaatsen vermeld op de vergunning van Kind en Gezin. Het decreet kinderopvang: het decreet van 20 april 2012 houdende de organisatie van kinderopvang van baby’s en peuters. Nieuwe kindplaatsen: kindplaatsen ingericht in een nieuw initiatief of een bestaand initiatief dat extra kindplaatsen inricht. Opstartdatum: de datum die Kind en Gezin registreert als startdatum. Inplanting opvang: het adres waar de opvang gevestigd is of gevestigd zal zijn. Trappen 0, 1, 2, 3: het niveau van de trap is gedefinieerd in de regelgeving van Kind en Gezin. De trap geeft de soort en de hoeveelheid subsidies aan die het initiatief ontvangt van Kind en Gezin.
Trap 3
Trap 0
Trap 2
Plussubsidie
Trap 1
Subsidie voor inkomenstarief
Subsidie voor inkomenstarief
Basissubsidie
Basissubsidie
Basissubsidie
Trap 2B: initiatieven die bij het inwerkingtreden van het decreet kinderopvang wel bij trap 2 horen, maar tijdens de overgangsfase van 6 jaar nog niet de volledige subsidie van Kind en Gezin voor trap 2 ontvangen. Zolang zij de volledige subsidie van trap 2 niet ontvangen, kunnen zij financiële ondersteuning ontvangen van de stad Antwerpen. Gezinsopvang trap 2A komt eveneens in aanmerking voor de kwaliteitstoelage voor gezinsopvang. Rechtspersoon: een rechtspersoon is een vzw, de inrichtende macht van een school, een bedrijf, een bvba, vof, nv, cvoa, gcva, vso of cvba. Natuurlijk persoon: een natuurlijk persoon is één persoon die een éénmanszaak opricht.
1
TOELAGEREGLEMENT VOOR OPSTART, BRANDCONTROLE EN GELUIDSBEPERKENDE MAATREGELEN bij GROEPSOPVANG (TRAP 0, 1 en 2B) EN KWALITEITSTOELAGE bij GEZINSOPVANG (TRAP 0, 1, 2A en 2B) VOOR KINDEREN VAN 0 TOT 3 JAAR IN DE STAD ANTWERPEN
Feitelijke vereniging: een feitelijke vereniging is een vereniging van twee of meer personen zonder rechtspersoonlijkheid. Zij organiseren in onderling overleg een activiteit met het oog op de verwezenlijking van een onbaatzuchtige doelstelling, zonder winstverdeling onder haar leden en bestuurders. De vereniging oefent rechtstreekse controle uit op de werking van de vereniging.
Artikel 2.
DOEL VAN DIT REGLEMENT
De stad Antwerpen streeft naar 33 opvangplaatsen per 100 kinderen van 0 tot 3 jaar. Dit reglement heeft tot doel de groepsopvang voor 0 tot 3-jarigen zowel kwantitatief als kwalitatief te stimuleren door middel van financiële ondersteuning.
Artikel 3.
INWERKINGTREDING VAN DIT REGLEMENT
Dit reglement is van toepassing vanaf 1 oktober 2015. De voor 1 oktober 2015 ingediende maar nog niet goedgekeurde aanvragen zullen behandeld worden volgens dit reglement.
Artikel 4.
TOEPASSINGSGEBIED
Dit reglement omvat vier mogelijkheden voor financiële ondersteuning Voor groepsopvang: 1. Een opstarttoelage voor nieuwe kindplaatsen 2. Een toelage voor geluidsbeperkende maatregelen 3. Tussenkomst in de onkosten van een brandcontrole, zowel periodiek als bij opstart of uitbreiding Voor gezinsopvang: 4. Kwaliteitstoelage
Artikel 5.
JAARLIJKSE BUDGETTERING
De stad Antwerpen voorziet jaarlijks een budget voor opstarttoelage, toelage brandcontrole, toelage voor geluidsbeperkende maatregelen en kwaliteitstoelage gezinsopvang. Indien de kredieten van het jaar waarin de aanvraag wordt gedaan ontoereikend zijn, kan de aanvraag worden goedgekeurd en geheel of gedeeltelijk het volgend werkingsjaar worden uitbetaald met de kredieten van dat werkingsjaar. WETGEVING en LOKALE BELEIDSMAATREGELEN
Artikel 6.
EVALUATIE VAN DE BEDRAGEN VAN DE FINANCIËLE STEUN
De bedragen van de toelagen worden jaarlijks herbekeken in functie van beschikbare budgetten, evaluatie van kinderopvangbehoeften en actuele beleidsrichtlijnen van de stad Antwerpen.
Artikel 7. 1.
ANDERE WETGEVING VAN TOEPASSING OP DIT REGLEMENT
Voor zover er in dit reglement niet van wordt afgeweken is de wet van 14 november 1983 over de controle en de aanwending van sommige toelagen van toepassing.
2
TOELAGEREGLEMENT VOOR OPSTART, BRANDCONTROLE EN GELUIDSBEPERKENDE MAATREGELEN bij GROEPSOPVANG (TRAP 0, 1 en 2B) EN KWALITEITSTOELAGE bij GEZINSOPVANG (TRAP 0, 1, 2A en 2B) VOOR KINDEREN VAN 0 TOT 3 JAAR IN DE STAD ANTWERPEN 2. 3.
Voor zover er in dit reglement niet van wordt afgeweken, het algemeen reglement op de toelagen, goedgekeurd in de gemeenteraad van 18 december 2006, jaarnummer 2730, is van toepassing. Het decreet kinderopvang en de bijhorende uitvoeringsbesluiten.
Artikel 8.
INTERPRETATIE VAN HET REGLEMENT
Het college van burgemeester en schepenen beslist over alle niet uitdrukkelijk in het reglement voorziene gevallen.
Artikel 9.
FUNDAMENTELE RECHTEN
Ieder die een subsidie van de stad Antwerpen ontvangt of rechtstreeks of onrechtstreeks gebruik maakt van stedelijke infrastructuur, neemt het engagement op zich om op een constructieve manier mee te werken aan de opbouw van een stad waarin burgers zonder onderscheid, met respect voor elkaar, harmonieus samen leven. Uiteraard betekent dit de volstrekte naleving van de wetten van het Belgische volk en het Europees Verdrag ter bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden. De subsidie of infrastructuur aanwenden op een wijze die in strijd is met het engagement leidt steeds tot sancties zoals: 1. weigeren of terugvorderen van de subsidie; 2. éénzijdig beëindigen van de samenwerking; 3. verhuurverbod in alle stedelijke centra; 4. weigering logistieke ondersteuning. De stad kan niet aansprakelijk worden gesteld voor de schade die geleden wordt naar aanleiding van de opgelegde sancties.
3
TOELAGEREGLEMENT VOOR OPSTART, BRANDCONTROLE EN GELUIDSBEPERKENDE MAATREGELEN bij GROEPSOPVANG (TRAP 0, 1 en 2B) EN KWALITEITSTOELAGE bij GEZINSOPVANG (TRAP 0, 1, 2A en 2B) VOOR KINDEREN VAN 0 TOT 3 JAAR IN DE STAD ANTWERPEN
LUIK 2: FINANCIËLE ONDERSTEUNING VOOR GROEPSOPVANG: toelage voor opstart, brandcontrole en geluidsbeperkende maatregelen HOOFDSTUK 1: ALGEMEEN AANVRAGEN FINANCIËLE ONDERSTEUNING
Artikel 10.
CUMULATIE VAN FINANCIËLE ONDERSTEUNING DOOR DE STAD ANTWERPEN
De opstarttoelage, de toelage geluidsbeperkende maatregelen en de toelage voor brandcontrole zijn cumuleerbaar. Ze kunnen samen of apart worden aangevraagd.
Artikel 11.
COFINANCIERING
Cofinanciering (financiering door bvb een andere overheid of een particulier) is toegestaan in het kader van duurzaamheid en slaagkans van het initiatief.
Artikel 12.
DUBBELE FINANCIERING
Voor dezelfde uitgaven financiële steun ontvangen van verschillende financieringsbronnen is niet toegestaan.
Artikel 13.
DIGITALE AANVRAAG
De aanvraag gebeurt digitaal en kan enkel ingediend worden via www.ondernemeninantwerpen.be. Alle communicatie en opvolging gebeurt via dit platform.
Artikel 14.
VORMVEREISTEN VOOR HET AANVRAGEN VAN DE TOELAGE
1.
De aanvrager duidt aan voor welke financiële steun hij een verzoek indient, hij motiveert en omschrijft de reden waarvoor hij meent een beroep te kunnen doen op financiële steun.
2.
De verplicht in te vullen gegevens omvatten: 2.1. identificatiegegevens van de aanvrager die de aanvraag ondertekent en persoonlijk verantwoordelijk is voor de aanvraag en de verdere opvolging en verantwoording van de aanwending van de toelage; 2.2. identificatiegegevens van het initiatief; 2.3. de identificatie- en contactgegevens van de contactpersoon; 2.4. informatie over de beheersvorm, de structuur, het doel en de werking van de organisatie; 2.5. IBAN-bankrekeningnummer.
3.
Verplicht in te dienen documenten: 3.1. kopie van de vergunning;
4
TOELAGEREGLEMENT VOOR OPSTART, BRANDCONTROLE EN GELUIDSBEPERKENDE MAATREGELEN bij GROEPSOPVANG (TRAP 0, 1 en 2B) EN KWALITEITSTOELAGE bij GEZINSOPVANG (TRAP 0, 1, 2A en 2B) VOOR KINDEREN VAN 0 TOT 3 JAAR IN DE STAD ANTWERPEN 3.2. betalingsbewijzen en gedetailleerde facturen met de vermelding van het leveringsadres/adres waar de werken plaatsvonden, gedetailleerde kassabonnen. 4.
Verplicht in te dienen gegevens en documenten voor de opstarttoelage, toelage brandcontrole en de toelage voor geluidsbeperkende maatregelen : Deze substantiële vormvereisten zijn afhankelijk van de rechtsvorm van het initiatief: 4.1. Rechtspersonen: 4.1.1. een verwijzing naar de publicatiedatum van de geldende statuten in het Belgisch Staatsblad; 4.1.2. de identiteit, het adres en het telefoonnummer van de namens de rechtspersoon gemandateerde bestuurder, die de aanvraag ook ondertekent; 4.1.3. de identiteit, het adres en het telefoonnummer van de door de raad van bestuur aangestelde gevolmachtigden voor dagelijks bestuur; 4.1.4. het bankrekeningnummer van de rechtspersoon; 4.1.5. het laatst goedgekeurde jaarverslag, inclusief de balans, de resultatenrekening, de toelichting bij de rekeningen en het activiteitenverslag; 4.1.6. de laatst goedgekeurde begroting; 4.1.7. het btw-statuut. 4.2. Feitelijke verenigingen: 4.2.1. een lijst van de bestuursleden; 4.2.2. de identiteit, het adres en het telefoonnummer van de aanvrager, die de aanvraag ondertekent en persoonlijk verantwoordelijk is voor de aanvraag en de verdere opvolging en verantwoording van de aanwending van de toelage; 4.2.3. het bankrekeningnummer van de feitelijke vereniging dat niet het rekeningnummer mag zijn van een natuurlijke persoon. 4.3. Natuurlijk persoon: moet geen extra documenten indienen, buiten de gegevens beschreven in artikel 15.1, 15.2 en 15.3
Artikel 15.
TIJDIG INDIENEN VAN EEN AANVRAAG
De aanvrager dient volgende timing te respecteren: 1. voor nieuwe kindplaatsen kan de aanvrager de drie toelagen gezamenlijk of afzonderlijk aanvragen: 1.1. opstarttoelage: ten vroegste bij de opstart, ten laatste zes maanden na de opstart 1.2. toelage geluidsbeperkende maatregelen : ten vroegste bij de opstart en na het bekomen van positief geluidsadvies, ten laatste zes maanden na betaling van de factuur en mits een positief geluidsadvies maximum 12 maanden oud is. 1.3. toelage brandcontrole: ten vroegste bij de opstart, ten laatste zes maanden na de opstart of zes maanden na betaling van de factuur 2.
voor bestaande kindplaatsen: Een kindplaats wordt als bestaand beschouwd vanaf de zevende maand na opstartdatum. 2.1. toelage geluidsbeperkende maatregelen: ten vroegste na het bekomen van positief advies, ten laatste zes maanden na betaling van de factuur en mits het positief advies maximum 12 maanden oud is 2.2. toelage brandcontrole: ten laatste zes maanden na betaling van de factuur
Artikel 16.
EEN VOLLEDIGE AANVRAAG
5
TOELAGEREGLEMENT VOOR OPSTART, BRANDCONTROLE EN GELUIDSBEPERKENDE MAATREGELEN bij GROEPSOPVANG (TRAP 0, 1 en 2B) EN KWALITEITSTOELAGE bij GEZINSOPVANG (TRAP 0, 1, 2A en 2B) VOOR KINDEREN VAN 0 TOT 3 JAAR IN DE STAD ANTWERPEN
1.
2.
Een aanvraagdossier is volledig indien het tijdig, digitaal en met alle gevraagde documenten, inclusief bewijsstukken, is ingediend. Indien het dossier onvolledig is, verwittigt de stad Antwerpen de aanvrager per email. Het dossier moet binnen de maand na de verwittiging door de stad Antwerpen vervolledigd worden. Zodra het dossier volledig is, krijgt de aanvrager een bevestiging van volledigheid op datum, en gaat de administratie van de stad Antwerpen over tot inhoudelijk onderzoek van de aanvraag.
ADMINISTRATIEF ONDERZOEK EN BESLISSING VAN HET COLLEGE Artikel 17.
ONDERZOEK en BESLISSING
1.
Het college beslist binnen de drie maanden na bevestiging van volledigheid over de toekenning of afwijzing van de vraag om financiële steun.
2.
De stad Antwerpen brengt de aanvrager op de hoogte van deze beslissing.
UITBETALING TOELAGE EN CONTROLE
Artikel 18.
PROCEDURE VOOR UITBETALING VAN DE TOELAGE
De uitbetaling gebeurt binnen de maand na goedkeuring van het college van burgemeester en schepenen.
Artikel 19.
CONTROLEBEREIDHEID OP DE AANWENDING VAN DE TOELAGE
Elke aanvrager moet de controle van de stad Antwerpen op het gebruik van de toelage aanvaarden. De stad Antwerpen heeft daarom het recht om, ook achteraf, bijkomende inlichtingen of documenten op te vragen bij het opvanginitiatief of ter plaatse te komen kijken of de voorgelegde aankopen gebeurden.
Artikel 20.
INTREKKEN VAN DE TOELAGE EN ONMIDDELLIJKE TERUGVORDERING
1.
De stad Antwerpen zal de betoelaging stopzetten en/of de uitbetaalde middelen geheel of gedeeltelijk terugvorderen, indien de aanwending in strijd is met dit reglement. Dit geldt ook indien pas achteraf blijkt dat de criteria en/of de voorwaarden vervat in dit reglement niet worden nageleefd. Enkele voorbeelden: 1.1. indien bewijsstukken van betaling en facturen niet tijdig werden aangeleverd, vervalt de toezegging van de toelage; 1.2. bedragen werden niet aangewend waarvoor ze werden aangevraagd; 1.3. substantiële informatie werd fout aangeleverd om op die manier te voldoen aan de criteria en/of voorwaarden van deze reglementen; 1.4. de middelen werden aangewend voor een vestiging buiten de stad Antwerpen. 1.5. de groepsopvang weigert controles en/of controlestukken aan te leveren.
2.
Ook in volgende gevallen zal de stad Antwerpen toelage onmiddellijk en integraal of gedeeltelijk terugvorderen: 2.1. als het initiatief binnen de twee jaar na het ontvangen van de toelage de vestiging sluit; 2.2. als het initiatief binnen de twee jaar na het ontvangen van de toelage een vestiging sluit indien zou blijken dat de nieuwe vestiging opgericht werd in het kader van een vermomde verhuis;
6
TOELAGEREGLEMENT VOOR OPSTART, BRANDCONTROLE EN GELUIDSBEPERKENDE MAATREGELEN bij GROEPSOPVANG (TRAP 0, 1 en 2B) EN KWALITEITSTOELAGE bij GEZINSOPVANG (TRAP 0, 1, 2A en 2B) VOOR KINDEREN VAN 0 TOT 3 JAAR IN DE STAD ANTWERPEN 2.3. bij overname binnen de twee jaar na het ontvangen van toelage, dient diegene die het initiatief overdraagt deze toelage terug te storten; 2.4. als het initiatief binnen de twee jaar minder plaatsen ingericht heeft dan aangevraagd. Tenzij de aanvrager overtuigend kan aantonen dat dit gebeurde buiten de wil van de organisator. Artikel 21.
BETWISTING OVER HET TERUGVORDEREN VAN TOELAGE
Bij betwisting zijn de rechtbanken van Antwerpen bevoegd.
HOOFDSTUK 2: OPSTARTTOELAGE Artikel 22.
TOEPASSINGSGEBIED
1.
De toelage is bedoeld om het inrichten van nieuwe vergunde kindplaatsen in de stad Antwerpen te stimuleren of voor het behoud van kindplaatsen bij overname.
2.
Dit reglement heft het toelagereglement opstartpremie voor nieuwe, niet gesubsidieerde kinderopvangplaatsen voor kinderen van 0 tot 3 jaar in de groepsopvang, goedgekeurd in de gemeenteraad op 22 september 2008, jaarnummer 1389, op.
Artikel 23.
BEDRAG
De toelage bedraagt maximum 400 euro per nieuw vergunde kindplaats en mag de reëel betaalde kostprijs niet overschrijden.
Artikel 24.
WIE KOMT IN AANMERKING
1.
Groepsopvang die aan al deze voorwaarden voldoet: 1. reguliere groepsopvang met een vergunning; 2. zonder subsidies of met subsidies trap 1 of trap 2 B. 3. gevestigd op het grondgebied van de stad Antwerpen; 4. die niet kan beschikken over VIPA subsidies; 5. groepsopvang die uitgaat van een bedrijf of organisatie moet openstaan voor kinderen uit andere bedrijven en/of organisaties en de omgeving.
2.
Groepsopvang van de groep stad Antwerpen of haar dochters komt niet in aanmerking.
3.
De werking van de groepsopvang mag niet strijdig zijn met 1. het decreet kinderopvang; 2. de vergunning van Kind en Gezin. Zowel bestaande groepsopvang die wil uitbreiden, als starters van een groepsopvang die nieuwe kindplaatsen inrichten, kunnen een aanvraag indienen. Bij de overname van een kinderdagverblijf kan de opstarttoelage aangevraagd worden. Bij omschakeling van een gezinsopvang naar een groepsopvang, zonder verhuis van het initiatief, komen enkel de bijkomende kindplaatsen in aanmerking voor de berekening van de opstarttoelage. Bij omschakeling van een gezinsopvang naar een groepsopvang, met verhuis van het initiatief, komen alle kindplaatsen op de vergunning in aanmerking voor de berekening.
4.
5.
7
TOELAGEREGLEMENT VOOR OPSTART, BRANDCONTROLE EN GELUIDSBEPERKENDE MAATREGELEN bij GROEPSOPVANG (TRAP 0, 1 en 2B) EN KWALITEITSTOELAGE bij GEZINSOPVANG (TRAP 0, 1, 2A en 2B) VOOR KINDEREN VAN 0 TOT 3 JAAR IN DE STAD ANTWERPEN 6.
Een groepsopvang die verhuist zonder uitbreiding van het aantal kindplaatsen kan geen opstarttoelage aanvragen. Een groepsopvang die verhuist met uitbreiding van het aantal kindplaatsen kan de opstarttoelage enkel aanvragen voor de bijkomende opvangplaatsen. Het aanvaarden van de opstarttoelage impliceert een bereidheid tot samenwerken met de stad Antwerpen: communicatiestrategie, kinderopvangzoeker, deelnemen aan overleg.
7.
Artikel 25. 1.
2.
3.
POSITIEF ADVIES
Vooraleer een groepsopvang op te starten of uit te breiden moet de aanvrager via de site www.ondernemeninantwerpen.be locatieadvies vragen voor de inplanting van de groepsopvang en het aantal nieuwe kindplaatsen dat men wenst te realiseren. Bij de opmaak van het locatieadvies houdt de stad Antwerpen rekening met de tekorten aan kinderopvang, de werkzaamheidsgraad en het gemiddelde inkomen in de regio waarin de groepsopvang dat men wenst op te starten of uit te breiden zich bevindt en de luchtkwaliteit en de geluidskwaliteit. Enkel indien men een positief advies krijgt, kan men in aanmerking komen voor de opstarttoelage. Dit positief advies blijft 12 maanden geldig. Wie niet binnen de 12 maanden na het bekomen van dit advies de groepsopvang opstart of uitbreidt, dient een nieuw advies aan te vragen. Groepsopvang die is opgestart vóór de inwerkingtreding van dit reglement hoeft niet te beschikken over dit positief advies, tenzij bij uitbreiding.
Artikel 26.
VORMVEREISTEN VOOR DE AANVRAAG
1.
Bovenop de vormvereisten dient de aanvrager een ondernemingsplan met financieel plan in dat is goedgekeurd door een overheidsdienst of opdrachthouder.
2.
De opstarttoelage kan maar één keer worden verkregen tenzij bij een latere, bijkomende uitbreiding.
Artikel 27.
WAARVOOR MAG DEZE TOELAGE AANGEWEND WORDEN
1.
Deze middelen mogen enkel aangewend worden voor: 1.1. het (ver-) bouwen van infrastructuur; 1.2. de inrichting van de infrastructuur (zoals vloeren, wanden, sanitair,…); 1.3. de aankoop van meubilair; 1.4. de aankoop van speelgoed; 1.5. werkuren betaald aan een officiële firma die één van de hierboven aangehaalde werken heeft uitgevoerd.
2.
De kosten moeten bewezen worden met officiële facturen of kassabonnen met datum, met gedetailleerde vermelding van de aangekochte goederen of de uitgevoerde werken en het leveringsadres/adres waar de werken plaatsvonden. Facturen en kassabonnen met een datum tussen 8 maanden voor de opstart en de opstartdatum komen in aanmerking. Ook facturen en kassabonnen met een datum tussen de opstartdatum en de datum van aanvraag komen in aanmerking.
HOOFDSTUK 3: TOELAGE BRANDCONTROLE Artikel 28.
TOEPASSINGSGEBIED
8
TOELAGEREGLEMENT VOOR OPSTART, BRANDCONTROLE EN GELUIDSBEPERKENDE MAATREGELEN bij GROEPSOPVANG (TRAP 0, 1 en 2B) EN KWALITEITSTOELAGE bij GEZINSOPVANG (TRAP 0, 1, 2A en 2B) VOOR KINDEREN VAN 0 TOT 3 JAAR IN DE STAD ANTWERPEN
1.
De groepsopvang die wettelijke brandcontroles moet laten uitvoeren door de brandweer van Antwerpen, wordt voor een deel vergoed voor die kosten.
2.
Dit reglement heft het reglement toelage brandcontrole, goedgekeurd in de gemeenteraad van 22 oktober 2012, jaarnummer 01081, op.
Artikel 29.
BEDRAG
Het bedrag van de toelage bedraagt maximum 200 euro en mag de reëel betaalde kostprijs niet overstijgen. Alle kosten voor de brandpreventieopdrachten dienen te worden samengeteld.
Artikel 30. 1.
2. 3. 4.
5.
6. 7.
8.
WIE KOMT IN AANMERKING
Groepsopvang die aan al deze voorwaarden voldoet: 1. Reguliere groepsopvang met een vergunning 2. Zonder subsidies of met subsidies trap 1 of trap 2B Uitzondering: samenwerkende kinderbegeleiders, aangesloten bij een dienst voor gezinsopvang en gesubsidieerd volgens trap 2A; 3. Gevestigd op het grondgebied van de stad Antwerpen 4. Die niet kan beschikken over VIPA subsidies Groepsopvang die uitgaat van een bedrijf of organisaties moet openstaan voor kinderen uit andere bedrijven en/of organisaties en de omgeving. Groepsopvang van de groep stad Antwerpen of haar dochters komt niet in aanmerking. De werking van de groepsopvang mag niet strijdig zijn met 1. het decreet kinderopvang; 2. de vergunning van Kind en Gezin. De aanvrager kan per pand slechts eenmaal de toelage ontvangen, tenzij nieuwe controle nodig is omwille van uitbreiding, verbouwingen, veranderende regelgeving of het verstrijken van de geldigheid van het brandweerattest (8 jaar). Indien een initiatiefnemer meerdere initiatieven heeft, kan hij per initiatief één aanvraag indienen. Indien een initiatiefnemer meerdere panden gebruikt voor één opvanginitiatief met één vergunning, kan hij één aanvraag voor financiële ondersteuning indienen, tenzij nieuwe controle nodig is omwille van de hierboven vernoemde redenen. Indien de toelage wordt aangevraagd naar aanleiding van de opstart of uitbreiding van een initiatief dient positief locatieadvies te zijn verleend voor deze opstart of uitbreiding (zie artikel 25).
Artikel 31.
WAARVOOR MAG DEZE TOELAGE AANGEWEND WORDEN ?
Voor volgende brandpreventieopdrachten waarvoor retributie werd betaald aan de brandweer van de stad Antwerpen, zoals bepaald in het retributiereglement voor opdrachten inzake brandveiligheid: 1. alle adviesverleningen en controlebezoeken die wettelijk verplicht zijn; 2. de tijd besteed aan voorbesprekingen, studie van de plannen, dossierbehandeling en nabespreking; 3. een schriftelijk verslag dat wordt opgesteld naar aanleiding van voor- en /of nabespreking; 4. de administratieve kost.
9
TOELAGEREGLEMENT VOOR OPSTART, BRANDCONTROLE EN GELUIDSBEPERKENDE MAATREGELEN bij GROEPSOPVANG (TRAP 0, 1 en 2B) EN KWALITEITSTOELAGE bij GEZINSOPVANG (TRAP 0, 1, 2A en 2B) VOOR KINDEREN VAN 0 TOT 3 JAAR IN DE STAD ANTWERPEN
HOOFDSTUK 4: TOELAGE VOOR GELUIDSBEPERKENDE MAATREGELEN Artikel 32.
TOEPASSINGSGEBIED
Deze toelage is bedoeld om geluidsoverlast ten opzichte van de buren, van zowel bestaande als nieuwe initiatieven, te voorkomen of te beperken. Deze toelage is eveneens bedoeld voor eventuele geluidskwaliteit in de opvang zelf te verhogen. Deze toelage maakt onderdeel uit van een reeks maatregelen die de groepsopvang moet nemen om geluidsoverlast te voorkomen.
Artikel 33.
BEDRAG
De toelage wordt berekend aan maximum 200 euro per vergunde kindplaats. Het toegewezen bedrag kan de reëel betaalde kostprijs niet overstijgen.
Artikel 34. 1.
2. 3. 4.
5.
6.
8.
WIE KOMT IN AANMERKING
Groepsopvang die aan al deze voorwaarden voldoet: 1. reguliere groepsopvang met een vergunning; 2. zonder subsidies of met subsidies trap 1 of trap 2 B. 3. gevestigd op het grondgebied van de stad Antwerpen; 4. die niet kan beschikken over VIPA subsidies; Groepsopvang die uitgaat van een bedrijf of organisatie moet openstaan voor kinderen uit andere bedrijven en/of organisaties en de omgeving. Groepsopvang van de groep stad Antwerpen of haar dochters komt niet in aanmerking. De werking van de groepsopvang mag niet strijdig zijn met 1. het decreet kinderopvang; 2. de vergunning van Kind en Gezin. Groepsopvang die geluidsoverlast wil voorkomen of beperken. De groepsopvang engageert zich om ook bij de organisatie van de werking geluidsoverlast zoveel mogelijk te voorkomen. Het kan gaan om een 1. startende groepsopvang; 2. bestaande groepsopvang; 3. bestaande groepsopvang die wil uitbreiden. Elke groepsopvang kan de toelage slechts één keer verkrijgen, tenzij er een uitbreiding wordt gerealiseerd waardoor er een bijkomend risico op geluidsoverlast bestaat. De toelage wordt dan berekend op basis van de uitbreiding.
Artikel 35.
POSITIEF ADVIES
Vooraleer een aanvraag voor een toelage voor geluidsbeperkende maatregelen kan ingediend worden, dient de aanvrager via de site www.ondernemeninantwerpen.be geluidsadvies aan te vragen. De aanvrager dient een beschrijving van de klachten en/of de geluidsproblematiek in toe.
10
TOELAGEREGLEMENT VOOR OPSTART, BRANDCONTROLE EN GELUIDSBEPERKENDE MAATREGELEN bij GROEPSOPVANG (TRAP 0, 1 en 2B) EN KWALITEITSTOELAGE bij GEZINSOPVANG (TRAP 0, 1, 2A en 2B) VOOR KINDEREN VAN 0 TOT 3 JAAR IN DE STAD ANTWERPEN Artikel 36.
WAARVOOR MAG DEZE TOELAGE AANGEWEND WORDEN?
De toelage wordt enkel toegekend voor die kosten waarvoor positief geluidsadvies werd verleend door de stad Antwerpen. Deze toelage mag worden aangevraagd voor maatregelen ter beperking van mogelijke geluidsoverlast , zoals onder meer: 1. verbouwen, bouwen of inrichten met geluidsdempende/geluidsisolerende materialen, zoals bijvoorbeeld het aanpassen van vloeren, wanden, plafonds tussen het initiatief en de buren; 2. maatregelen om lawaai (van buitenspeelplaatsen) te dempen en/of te voorkomen zoals bijvoorbeeld valdempende matten, bekleden van tuinmuren/gevels, het overkoepelen van de probleemzone die aan de buren paalt; 3. werkuren betaald aan een officiële firma en bewezen met officiële facturen; 4. …….
11
TOELAGEREGLEMENT VOOR OPSTART, BRANDCONTROLE EN GELUIDSBEPERKENDE MAATREGELEN bij GROEPSOPVANG (TRAP 0, 1 en 2B) EN KWALITEITSTOELAGE bij GEZINSOPVANG (TRAP 0, 1, 2A en 2B) VOOR KINDEREN VAN 0 TOT 3 JAAR IN DE STAD ANTWERPEN
LUIK 3: FINANCIËLE ONDERSTEUNING VOOR GEZINSOPVANG HOOFDSTUK 5: KWALITEITSTOELAGE VOOR DE GEZINSOPVANG Artikel 37.
TOEPASSINGSGEBIED
De toelage biedt een financiële ondersteuning aan de gezinsopvanginitiatieven die samen met de stad Antwerpen werken aan kwaliteitsvolle kinderopvang. De kwaliteitstoelage kan elk kalenderjaar één maal verkregen worden voor een vormingsmoment dat binnen datzelfde kalenderjaar succesvol gevolgd werd.
Artikel 38.
BEDRAG
De toelage bedraagt 200 euro per gezinsopvanginitiatief. In het geval van samenwerkende kinderbegeleiders aangesloten bij een dienst voor gezinsopvang, bedraagt de toelage 200 euro per kinderbegeleider.
Artikel 39.
WIE KOMT IN AANMERKING?
1.
Gezinsopvang die aan al deze voorwaarden voldoet: 1. reguliere gezinsopvang met een vergunning. Ook samenwerkende kindbegeleiders (groepsopvang) aangesloten bij een dienst voor gezinsopvang komen eveneens in aanmerking voor de kwaliteitstoelage gezinsopvang; 2. zonder subsidies (trap 0) of met subsidies trap 1 of trap 2A/2B; 3. gevestigd op het grondgebied van de stad Antwerpen; 4. gezinsopvang die uitgaat van een bedrijf of organisatie moet openstaan voor kinderen uit andere bedrijven en/of organisaties en de omgeving.
2.
Gezinsopvang van de groep stad Antwerpen of haar dochters komt niet in aanmerking.
3.
De werking van de gezinsopvang mag niet strijdig zijn met 1. het decreet kinderopvang; 2. de vergunning van Kind en Gezin.
Artikel 40.
KWALITEITSVERHOGING
Door middel van de kwaliteitstoelage zet de stad Antwerpen in op de verhoging van de kwaliteit bij de gezinsopvang. Er wordt gekozen voor een jaarlijkse thematische aanpak. Artikel 41.
BIJKOMENDE VOORWAARDEN
De gezinsopvang participeert succesvol in één of meerdere door de stad Antwerpen of in samenwerking met de stad Antwerpen hiertoe georganiseerde vormingsmomenten
12
TOELAGEREGLEMENT VOOR OPSTART, BRANDCONTROLE EN GELUIDSBEPERKENDE MAATREGELEN bij GROEPSOPVANG (TRAP 0, 1 en 2B) EN KWALITEITSTOELAGE bij GEZINSOPVANG (TRAP 0, 1, 2A en 2B) VOOR KINDEREN VAN 0 TOT 3 JAAR IN DE STAD ANTWERPEN ARTIKEL 42. WAARVOOR MOGEN DEZE FINANCIËLE MIDDELEN AANGEWEND WORDEN? De toelage wordt bedeeld in de vorm van een aankoopcheque. Met deze aankoopcheque kan de gezinsopvang materiaal noodzakelijk voor de opvang van kinderen aankopen, met nadruk op pedagogisch en taal ondersteunend spelmateriaal. De aanvrager kan zijn aankopen kiezen uit een productenlijst, samengesteld door de stad Antwerpen met het oog op duurzaamheid en kwaliteit in de kinderopvang.
Artikel 42.
VORMVEREISTEN VAN DE AANVRAAG
De gezinsopvang schrijft zich in voor één of meerdere vormingen georganiseerd door of in samenwerking met de stad Antwerpen voor de verhoging van de kwaliteit van de gezinsopvang in Antwerpen. De gezinsopvang dient geen extra aanvraag tot verkrijgen van de kwaliteitstoelage in te dienen. Een inschrijving in een vormingsmoment, impliceert het aanvragen van de kwaliteitstoelage. Indien nodig werkt de stad Antwerpen samen met de dienst voor gezinsopvang waarbij de kinderbegeleider is aangesloten. De modaliteiten voor het aanvragen van de toelage voor de gezinsopvang aangesloten bij een dienst voor gezinsopvang worden vastgelegd samen met de diensten voor gezinsopvang. UITBETALING TOELAGE EN CONTROLE
Artikel 43.
PROCEDURE VOOR VERKRIJGEN VAN DE TOELAGE
De gezinsopvang verkrijgt de aankoopcheque, ter waarde van 200 euro, na het succesvol afronden van het vormingsmoment/de vormingsmomenten.
Artikel 44.
CONTROLEBEREIDHEID OP DE AANWENDING VAN DE TOELAGE
Elke aanvrager moet de controle van de stad Antwerpen op het gebruik van de toelage aanvaarden. De stad Antwerpen heeft daarom het recht om, ook achteraf, bijkomende inlichtingen of documenten op te vragen bij het opvanginitiatief of ter plaatse te komen kijken of de voorgelegde aankopen gebeurden in functie van de gezinsopvang. De controle bij kinderbegeleiders die aangesloten zijn bij een dienst voor gezinsopvang verloopt via de dienst voor gezinsopvang.
Artikel 45.
INTREKKEN VAN TOELAGE EN ONMIDDELLIJKE TERUGVORDERING
1.
De stad Antwerpen zal de betoelaging stopzetten en/of de uitbetaalde middelen geheel of gedeeltelijk terugvorderen, indien de aanwending in strijd is met dit reglement. Dit geldt ook indien pas achteraf blijkt dat de criteria en/of de voorwaarden vervat in dit reglement niet worden nageleefd. Enkele voorbeelden: 1.1. aankoopcheque werd niet aangewend waarvoor ze werd verstrekt; 1.2. informatie werd fout aangeleverd om op die manier te voldoen aan de criteria en/of voorwaarden van deze reglementen; 1.3. de middelen werden aangewend voor een vestiging buiten de stad Antwerpen.
13
TOELAGEREGLEMENT VOOR OPSTART, BRANDCONTROLE EN GELUIDSBEPERKENDE MAATREGELEN bij GROEPSOPVANG (TRAP 0, 1 en 2B) EN KWALITEITSTOELAGE bij GEZINSOPVANG (TRAP 0, 1, 2A en 2B) VOOR KINDEREN VAN 0 TOT 3 JAAR IN DE STAD ANTWERPEN 1.4. de gezinsopvang weigert controles en/of controlestukken aan te leveren. 2.
Ook indien de kinderopvang binnen het jaar na het ontvangen van de toelage de werking stopzet of laat overnemen, kan de stad Antwerpen de aangekochte goederen onmiddellijk en integraal of gedeeltelijk terugvorderen.
Artikel 46.
BETWISTING OVER HET TERUGVORDEREN VAN DE TOELAGE
Bij betwisting zijn de rechtbanken van Antwerpen bevoegd.
14