Toegankelijkheid – meer dan nodig
Toegankelijkheid – meer dan nodig
Inhoud TOEGANKELIJKHEID – MEER DAN NODIG ........................................................................................................ 4 TOEGANKELIJKHEID IS BELANGRIJK – MAAR VOOR WIE? ....................................................................................................4 TOEGANKELIJKHEID IS BELANGRIJK – MAAR WAAROM?.....................................................................................................9 TOEGANKELIJKHEIDSBARRIÈRES ..................................................................................................................... 11 TOEGANKELIJKHEID VOOR IEDEREEN – MAAR HOE? ...................................................................................... 24 EENVOUDIGE AANBEVELINGEN OM INFORMATIE EN COMMUNICATIE TOEGANKELIJKER TE MAKEN. ..........................................27 EENVOUDIGE AANBEVELINGEN VOOR EEN MEER TOEGANKELIJKE OPENBARE RUIMTE ............................................................28 EENVOUDIGE AANBEVELINGEN VOOR TOEGANKELIJKER OPENBAAR VERVOER ......................................................................30 EENVOUDIGE AANBEVELINGEN VOOR MEER TOEGANKELIJKE OPENBARE DIENSTEN ...............................................................32 EENVOUDIGE AANBEVELINGEN VOOR MEER TOEGANKELIJKE KLANTENDIENSTEN NA DE REIS ...................................................33 TOEGANKELIJKHEID IS MEER DAN EEN CONCEPT. HET IS EEN MANIER VAN DENKEN! .................................... 34
2
Toegankelijkheid – meer dan nodig
Over het project ISEMOA ISEMOA - Improving seamless energy-efficient mobility chains for all (verbeteren van naadloze energie-efficiënte verplaatsingsketens voor iedereen) - startte in mei 2010. ISEMOA is een driejarig project dat ondersteund wordt door de Europese Commissie binnen het IEE-programma. ISEMOA wil lokale en regionale besturen in Europa helpen bij het energie-efficiënter maken van hun vervoer door de toegankelijkheid van deur tot deur verplaatsingsketens te verbeteren. Een verhoogde toegankelijkheid zorgt ervoor dat alle inwoners en bezoekers (ook personen met een beperkte mobiliteit, PBM) een minder autoafhankelijke levensstijl kunnen aannemen. Verder zal het verbeteren van de toegankelijkheid van de openbare ruimte en het openbaar vervoer de kwaliteit en aantrekkelijkheid van het openbaar vervoer doen toenemen en bijdragen tot een verhoogde veiligheid voor voetgangers en fietsers. Om dit doel te bereiken, ontwikkelt ISEMOA een kwaliteitszorgsysteem (ISEMOAKZS) voor de continue verbetering van de toegankelijkheid van de volledige deur tot deur verplaatsingsketen in Europese steden, gemeenten en regio's. De kern van het ISEMOA-KZS bestaat uit een gemodereerde auditprocedure. De procedure helpt lokale en regionale betrokkenen om, samen met een externe auditor, de toegankelijkheid van de publieke ruimte en het openbaar vervoer in hun gebied te beoordelen, en om strategieën en maatregelen te ontwikkelen om de kwaliteit van hun werk rond toegankelijkheid continu te verbeteren. Meer informatie over ISEMOA kan teruggevonden worden op www.isemoa.eu. Projectcoördinator: Austrian Mobility Research FGM-AMOR, Michaela Kargl,
[email protected]. Legal disclaimer: De verantwoordelijkheid voor de inhoud van deze publicatie ligt volledig bij de auteurs. Het vertegenwoordigt niet noodzakelijk de mening van de Europese Unie. Noch EACI noch de Europese Commissie is verantwoordelijk voor het gebruik van de informatie opgenomen in de publicatie. Deze brochure werd ontwikkeld binnen het Europese project ISEMOA – Improving seamless energyefficient mobility chains for all in oktober 2011. ISEMOA wordt ondersteund door de Europese Unie binnen het IEE 2009 STEER programma.
3
Toegankelijkheid – meer dan nodig
Toegankelijkheid – meer dan nodig Toegankelijkheid is belangrijk – maar voor wie?
Dit is Tobias. Hij is 11 jaar. Na het maken van zijn huiswerk gaat hij graag op bezoek bij zijn vrienden. Hij gebruikt hiervoor zijn step of zijn inline-skates want dat is veel leuker dan gewoon stappen en veel sneller. Wanneer hij zijn klasgenoot wil bezoeken die ongeveer 15 km verder woont, gebruikt Tobias de bus.
Dit is Mevr. G. Zij is 85 jaar oud. Iedere dag maakt zij een korte wandeling om wat beweging te hebben en voor de frisse lucht. Wanneer zij alleen wandelt, maakt ze gebruik van een wandelstok, maar ze voelt zich meer op haar gemak wanneer ze iemand bij zich heeft die ze kan vasthouden. Tot vorig jaar vond ze het leuk om te gaan kaarten, maar nu haar ogen verslechterd zijn, kan ze niet meer meespelen.
4
Toegankelijkheid – meer dan nodig
Dit is Mr. M. Vier maanden geleden werd hij papa van een schattig zoontje. Hij houdt van zijn baan als schrijnwerker, maar hij kijkt er telkens ook naar uit om thuis te komen en bij zijn vrouw en zoon te zijn. Vooral tijdens het weekend houdt hij ervan om te gaan wandelen met zijn zoon.
Dit is Mr. R. Hij is vader van twee kinderen, een meisje van vier en een jongen van twee jaar oud. Hij is blij dat beide kinderen naar dezelfde school gaan. Dit maakt het leven er gemakkelijker op en zorgt ervoor dat hij niet zo lang onderweg is. Nadat hij ’s morgens de kinderen naar school heeft gebracht, kan hij immers zonder omwegen doorfietsen naar het werk.
Dit is Mevr. O. Zij heeft onlangs een graduaat in de geografie behaald en werkt nu in de toeristische sector. Net zoals andere vrouwen van haar leeftijd, houdt ze ervan om te gaan shoppen en om ‘s avonds uit te gaan. In de vakantieperiode houdt ze ervan om te reizen en om andere landen te bezoeken. Zij gebruikt al meer dan 10 jaar een elektrische rolstoel.
5
Toegankelijkheid – meer dan nodig
Dit is Mr. S., werkzaam als wetenschapper in het Space Research Institute. Wanneer hij les moet geven aan de universiteit, reist hij met het openbaar vervoer. Mr. S. is blind en is blij dat men de dag van vandaag auditieve reizigersinformatie aanbiedt op de bus. Dit geeft hem meer zekerheid dat hij uitstapt aan de juiste halte.
Dit is Mevr. W. met haar kleinkind Elena, die naar de lagere school gaat. Ze kijken beide uit naar het moment waarop Elena alleen naar school kan stappen. Momenteel is dit nog veel te gevaarlijk omdat ze een aantal drukke straten moet oversteken. Mvr. W. rijdt niet met de wagen en ze houdt ervan om korte afstanden te voet af te leggen, zoals om te gaan winkelen of om Elena naar school te brengen.
Dit is Mr. K. Hij is al op pensioen maar is nog een actieve doe-het-zelver. Hij houdt zich bezig met klusjes in zijn huis, in de tuin en met het beoefenen van zijn hobby’s: hij houdt ervan om te gaan rondtrekken en om samen met zijn vrouw te dansen in de lokale dansgroep. Mr. K. is hardhorig en gebruikt al jarenlang een oorapparaat.
6
Toegankelijkheid – meer dan nodig
Dit zijn enkele van de mensen die in onze buurt wonen. Op het eerste zicht hebben zij weinig gemeen. Echter, al die mensen ondervinden hindernissen en problemen wanneer zij zich in de openbare ruimte en met het openbaar vervoer verplaatsen. Ieder van hen hoort tot de groep van PBM, personen met een beperkte mobiliteit. De groep van PBM bestaat niet alleen uit mensen met beperkingen, ouderen (vooral zij ouder dan 75/80 jaar), kinderen, en personen die kleine kinderen vergezellen, maar omvat ook personen met leerproblemen, mensen die zware tassen of bagage dragen, personen met een andere dan gemiddelde grootte, mensen die weinig tot geen kennis hebben van de lokale taal, personen met oriëntatieproblemen, mensen met mentale/psychologische problemen, kleurenblinden of analfabeten, mensen met arthritis, heupproblemen of hartproblemen, personen die herstellende zijn van een operatie of een ziekte, en mensen met tijdelijke beperkingen zoals een gebroken been, enz.
7
Toegankelijkheid – meer dan nodig
Volgens de schattingen van experts1 bestaat meer dan een derde van de Europese bevolking uit personen met een beperkte mobiliteit (PBM), zijnde personen die hindernissen ondervinden wanneer ze zich te voet of met de fiets verplaatsen doorheen de openbare ruimte of zich verplaatsen met het openbaar vervoer. Wanneer we rekening houden met tijdelijke belemmeringen, zoals het dragen van zware tassen, herstellende zijn van een ziekte of een operatie, een ander land bezoeken enz., dan wordt het duidelijk dat ieder van ons ooit wel te maken heeft met beperkingen in de mobiliteit. We ondervinden allemaal wel eens situaties die het wandelen of het fietsen in de openbare ruimte of het nemen van het openbaar vervoer bemoeilijken. Hoe ernstig die moeilijkheden zijn en hoe vaak ze zich voordoen is wat ons van elkaar onderscheidt.
1
Access and Inclusion – Improving Transport Accessibility for All, CEMT/CM(2006)7FINAL, p. 3.
8
Toegankelijkheid – meer dan nodig
Toegankelijkheid is belangrijk – maar waarom? Mobiliteit maakt integraal deel uit van ons leven. Zowel tijdens ons werk als in onze vrije tijd. We zijn elke dag “mobiel”. We moeten naar school, het werk, de dokter en de winkel. Daarnaast spreken we ook nog met onze vrienden af, gaan we op restaurant, naar de fitness of naar de cinema. Soms hebben we ook gewoon zin in een fiets- of wandeltocht. Toegankelijkheid gaat over ergens geraken… op een gemakkelijke manier. Elke verplaatsing die we maken, bestaat uit verschillende elementen die kunnen weergegeven worden als een “mobiliteitsketting”. Dat wordt geïllustreerd in onderstaande grafiek die alle elementen verduidelijkt, zowel voor, tijdens als na de verplaatsing:
Gewoonlijk vatten mensen hun reis pas aan als ze er zeker van zijn dat alle schakels in de mobiliteitsketting naar behoren zullen functioneren. Zo zijn ze zeker dat ze op hun bestemming zullen geraken.
9
Toegankelijkheid – meer dan nodig
Als er ook maar één element uit de mobiliteitsketting niet goed functioneert, m.a.w. als er een barrière wordt opgeworpen bij één van de elementen, zal de mobiliteitsketting niet functioneren. Daarom is het heel belangrijk dat de volledige mobiliteitsketting toegankelijk is. Dit is vooral van belang voor PBM, voor wie ontoegankelijke schakels in de mobiliteitsketting niet alleen irritant zijn maar ook problematische gevolgen kunnen hebben. Bijvoorbeeld: als er ook maar één straat is waar men niet veilig kan oversteken, is de volledige route ontoegankelijk voor kinderen; als er niet genoeg mogelijkheden zijn om te zitten en even te rusten, kan de volledige route ontoegankelijk zijn voor ouderen; als een belbus enkel kan gereserveerd worden in de lokale taal, wordt het moeilijk voor anderstaligen om die busdienst te gebruiken. als er onderweg ook maar één hoge stoeprand is, dan is de volledige route ontoegankelijk voor rolstoelgebruikers; als er ook maar één lange trap is, dan is de volledige route ontoegankelijk voor mensen die met een zware winkeltrolley op stap zijn.
Om het openbaar domein en het openbaar vervoer toegankelijker te maken en ervoor te zorgen dat iedereen zich op een duurzame wijze (te voet, met de fiets of het openbaar vervoer) kan verplaatsen, moet met bij de planning, ontwerp, constructie, organisatie en het onderhoud van het openbaar domein en het openbaar vervoer rekening houden met de noden van iedereen. Belemmeringen in de openbare ruimte en het openbaar vervoer dienen zo veel als mogelijk vermeden of verwijderd te worden.
10
Vaak voorkomende behoeftes en barrières
Toegankelijkheidsbarrières Het is niet zo moeilijk om gemeenschappelijke noden in de schakels van de mobiliteitsketting te identificeren:
vooraf aan de verplaatsing is het belangrijk voor iedereen om over recente, betrouwbare, verstaanbare en voldoende gedetailleerde informatie te beschikken en dit in een toegankelijke format. Iedereen heeft informatie nodig over mogelijke en aanbevolen routes, de beschikbare diensten, het openbaarvervoernetwerk, de dienstregeling, de lokale gebruiken en details over de toegankelijkheid van de routes. tijdens de verplaatsing heeft iedereen correcte begeleiding of informatie nodig zodat men de juiste en veiligste weg kan nemen. Duidelijke infobordjes kunnen hierbij al veel helpen. Na de verplaatsing willen mensen soms de openbaarvervoersmaatschappij of de stadsdienst contacteren om vragen te stellen, om hulp te vragen (bijv. als ze onderweg iets zijn kwijtgeraakt) of om feedback te geven (bijv. om hun ervaringen te delen, een klacht in te dienen of voorstellen tot verbetering te doen). Wanneer er met deze gemeenschappelijke noden geen rekening wordt gehouden bij de planning, het ontwerp, de constructie, organisatie en het onderhoud van de openbare ruimte en het openbaar vervoer, zullen er barrières bestaan in elke schakel van de mobiliteitsketting. Hierna volgen enkele vaak voorkomende voorbeelden van barrières:
11
Vaak voorkomende behoeftes en barrières
Enkele typische voorbeelden van problemen die zich tijdens de voorbereiding van de verplaatsing kunnen voordoen en die de planning bemoeilijken.
Noodzakelijke reisinformatie is niet altijd beschikbaar of is niet voor iedereen toegankelijk.
De klantendienst is niet aangepast aan de noden van mensen met een beperkte mobiliteit.
Voorbeelden van problemen die zich onderweg vaak voordoen waardoor PBM moeilijk – of niet – kunnen verder wandelen, fietsen of het openbaar vervoer gebruiken.
Voetpaden of bushaltes zijn afgezet of te smal.
12
Vaak voorkomende behoeftes en barrières
Trappen of roltrappen zijn de enige toegangsmogelijkheid. Er zijn geen alternatieve routes via een hellend vlak of een lift.
Trappen, hellende vlakken of andere obstakels worden niet op een contrastrijke manier aangegeven.
Er is maar aan één kant van het hellend vlak of de trap een leuning geplaatst of er zijn helemaal geen leuningen. De kleuren van de trapleuningen contrasteren niet genoeg met de achtergrond.
Voetpaden hebben in de breedte of in de lengte een hellend vlak dat te lang of te steil is.
13
Vaak voorkomende behoeftes en barrières
Voetpaden zijn niet effen of ze zijn te glad.
Voetpaden worden niet voldoende onderhouden.
Er zijn niet genoeg herkenningspunten voor slechtzienden, zoals muren, hekken, trottoirranden, blindengeleidelijnen of de herkenningspunten zijn niet toegankelijk (bijvoorbeeld door verkeerd geparkeerde fietsen, sneeuw of afgevallen bladeren)
Er is geen niveauverschil of tactiel verschil tussen het voetpad en de weg of het fietspad.
14
Vaak voorkomende behoeftes en barrières
Er zijn hoge stoepranden bij oversteekplaatsen.
De verkeerslichten zijn niet voor iedereen toegankelijk.
Er zijn te weinig veilige oversteekplaatsen voor voetgangers.
Er zijn te weinig toegankelijke rust- en/of schuilplaatsen.
15
Vaak voorkomende behoeftes en barrières
Er zijn te weinig toegankelijke openbare toiletten.
Voetgangers zijn verplicht om grote omwegen te maken (bijvoorbeeld door een te weinig fijnmazig voetgangersnetwerk, onvoldoende bewegwijzering, een tekort aan doorsteekjes voor voetgangers, ...)
Er doen zich gevaarlijke situaties voor zoals bij te drukke plaatsen, voertuigen die te snel rijden, …
Er zijn plaatsen waar mensen zich als voetganger niet veilig en op hun gemak voelen. Voorbeelden van zulke ‘bedreigende’ plaatsen zijn voetgangerstunnels, ondergrondse bus- of metrohaltes of slecht verlichte, verlaten plaatsen.
16
Vaak voorkomende behoeftes en barrières
Dagelijkse diensten (vooral supermarkten, sportcentra, cinema’s, enz.) zijn niet uitgerust om klanten te ontvangen die te voet, met de fiets of met het openbaar vervoer komen.
De infrastructuur is niet geschikt voor fietskarren, driewielers, tandems, enz.
Er is geen toegankelijke en goed verstaanbare passagiersinformatie beschikbaar bij de haltes van het openbaar vervoer en bij de stations.
Het is moeilijk om de weg te vinden of zich te oriënteren omdat het station te groot of te complex is.
17
Vaak voorkomende behoeftes en barrières
Het systeem om een kaartje te kopen voor het openbaar vervoer aan een automaat is te ingewikkeld.
Het is moeilijk om het juiste vervoermiddel terug te vinden aan haltes of stations waar er meerdere openbaarvervoervoertuigen samenkomen.
Het lijnnummer en de eindbestemming zijn niet duidelijk leesbaar door reflectie, slechte verlichting, vuil of stof.
Het is moeilijk op- en afstappen omdat er een groot afstands- en/of hoogteverschil is tussen het openbaarvervoermiddel en het platform of omdat er trappen zijn bij de ingang van het vervoermiddel.
18
Vaak voorkomende behoeftes en barrières
De bus stopt te ver van de stoeprand omdat de chauffeur er geen aandacht aan besteedt of omdat er auto’s of andere obstakels in de weg staan.
Het is moeilijk om een zitplaats te vinden voor het voertuig weer verder rijdt.
Er is weinig ruimte voor rolstoelgebruikers of buggy’s.
De bus, tram of metro heeft te weinig leuningen, palen en handvaten die gemakkelijk herkenbaar en bruikbaar zijn.
19
Vaak voorkomende behoeftes en barrières
Openbaarvervoervoertuigen worden nog steeds gebruikt ook al werken sommige van hun technische diensten zoals liften, luidsprekers of displays/schermen voor realtime passagiersinformatie, toegankelijke toiletten, etc. niet meer.
(Real-time) passagiersinformatie wordt enkel auditief of enkel visueel weergegeven of er is helemaal geen realtime informatie beschikbaar.
Men vreest dat het personeel niet bereikbaar zal zijn als men tijdens het vervoer hulp nodig heeft.
Het personeel van het openbaar vervoer is niet op de hoogte van de specifieke noden van PBM of ze weten niet hoe ze ermee moeten omgaan. Bijgevolg kunnen er wederzijdse misverstanden ontstaan en kunnen personeel en passagiers elkaars gedrag verkeerd interpreteren. Dat kan onzekerheden of ongemakken veroorzaken.
20
Vaak voorkomende behoeftes en barrières
Een gebrek aan duidelijke informatie en noodroutines waarin rekening wordt gehouden met toegankelijkheid in het geval van onverwachte omleidingen en storingen.
Mensen zijn gehaast en opgejaagd waardoor ze - vooral aan het begin en het eind van hun rit met het openbaar vervoer - gestresseerd raken.
Er is te weinig tijd om over te stappen. Er wordt vooral geen rekening gehouden met PBM die veel trager stappen.
Bij het plannen van een openbaarvervoerdienst, vindt men het vaak belangrijker om de reistijd te beperken dan om mensen de tijd te geven op en van het voertuig te stappen. Hierdoor staan chauffeurs onder een enorme tijdsdruk. Ze willen liever niet afwijken van hun strenge dienstregeling waardoor ze vaak niet genoeg geduld hebben om PBM op een respectvolle manier te benaderen.
21
Vaak voorkomende behoeftes en barrières
Te weinig (toegankelijke) bagageruimte bij stations of overstapplaatsen.
Enkele van de vaakst voorkomende barrières na de rit zijn:
Ontbreken van duidelijke en toegankelijke informatie over wie men moet contacteren bij klachten of suggesties over de openbare ruimte of het openbaar vervoer.
Het personeel bij klantendiensten of bij de balie van de verloren voorwerpen is niet opgeleid rond zaken die te maken hebben met toegankelijkheid of rond het communiceren met PBM.
Ontbreken van duidelijke en toegankelijke informatie over waar mensen verloren voorwerpen kunnen binnenbrengen en hoe ze daar moeten raken. Bovendien zijn de balies van de verloren voorwerpen in vele gevallen niet toegankelijk.
22
Vaak voorkomende behoeftes en barrières
Verloren voorwerpen moeten persoonlijk afgegeven worden. Dat is voor veel mensen een barrière, vooral als het dienstpunt voor verloren voorwerpen ver weg is van waar iemand woont, of als de balie moeilijk toegankelijk is.
Balies voor verloren voorwerpen zijn moeilijk bereikbaar via geschreven media zoals SMS, e-mail of fax.
23
Toegankelijk voor iedereen – maar hoe?
Toegankelijkheid voor iedereen – maar hoe? Het is zeer belangrijk om alle hindernissen in openbare ruimtes en in het openbaar vervoer weg te halen. Op die manier kan de toegankelijkheid van dagelijkse diensten zoals winkels, scholen of sport- en vrije tijdsfaciliteiten afgestemd worden op de noden van openbaarvervoerpassagiers, fietsers en voetgangers met of zonder hulpmiddelen. Er bestaan veel richtlijnen voor het ontwerpen van toegankelijke openbare ruimtes, gebouwen, openbaar vervoerrijtuigen en –infrastructuur. In de meeste Europese landen zijn hierover ook technische normen en regels. Die technische normen zijn in de verschillende Europese landen vaak heel verschillend. Ieder land heeft zijn eigen beleid. Deze brochure geeft enkele eenvoudige aanbevelingen over hoe je de vaakst voorkomende barrières in de mobiliteitsketting kunt vermijden. Misschien kunnen de voorstellen je aanmoedigen om zelf actie te ondernemen. Houd daarbij altijd rekening met onderstaande punten: Er is geen universeel recept of wondermiddel dat in detail uitlegt hoe je alle publieke ruimtes en het openbaar vervoer kan toegankelijk maken. In de meeste gevallen zijn er meerdere manieren waarop barrières verwijderd of vermeden kunnen worden. Het is belangrijk dat de toegepaste oplossing aangepast is aan de specifieke lokale omstandigheden. “Checklists”, zoals hieronder kunnen nooit “volledig” zijn en alomvattend. De aanbevelingen zijn geen technische normen (zoals de minimum breedte van een voetpad, de maximale hellingsgraad van een hellend vlak, etc.). Kijk voor dergelijke zaken altijd de nationale normen en standaarden na.
24
Toegankelijk voor iedereen – maar hoe?
De toegankelijkheid verbeteren is geen kwestie van specifieke oplossingen te zoeken voor enkelingen, maar wel van de mobiliteit voor iedereen te vergemakkelijken. Baseer alle maatregelen om toegankelijkheid te verbeteren op het principe van integrale toegankelijkheid. Om de toegankelijkheid van openbare ruimtes en het openbaar vervoer te verbeteren is het erg belangrijk om zowel met de noden van een specifieke doelgroep als met de principes van integrale toegankelijkheid rekening te houden. Zo kan iedereen maximaal gebruik maken van openbare ruimte en het openbaar vervoer, zonder dat er speciale aanpassingen moeten gebeuren. De volgende 7 principes van het “Universal Design” kunnen hierbij helpen: Het ontwerp moet bruikbaar en handig zijn voor mensen met verschillende vermogens. Het ontwerp moet beantwoorden aan allerlei individuele behoeftes en voorkeuren. Het ontwerp moet makkelijk bruikbaar en begrijpbaar zijn voor iedereen, ongeacht de ervaring, kennis, taalvaardigheid of concentratieniveau. Het ontwerp moet de nodige informatie op een effectieve manier communiceren, ongeacht de omgeving of de zintuigelijke beperkingen van de gebruikers. Het ontwerp moet zo weinig mogelijk ruimte laten voor risico’s en de negatieve gevolgen van ongelukken of andere onbedoelde acties. Het ontwerp kan zonder al te veel moeite efficiënt en makkelijk gebruikt worden. Er is voldoende ruimte voor toegang, bereik, hantering en gebruik, ongeacht de lichaamsbouw en mobiliteit van de gebruiker. Een universeel ontwerp kan ook oplossingen bieden voor tegenstrijdige behoeftes zoals de hoogte van de stoeprand bij oversteekplaatsen: De “Grazer T” bijvoorbeeld, is een combinatie van een blindengeleidelijn en een vlakke oversteekplaats waardoor iedereen op een veilige en comfortabele manier kan oversteken.
25
Toegankelijk voor iedereen – maar hoe?
Houd er rekening mee dat bezorgdheid om de veiligheid en (gepercipieerde) veiligheidsrisico’s één van de belangrijkste redenen zijn waarom mensen niet gaan wandelen of fietsen in openbare plaatsen of niet met het openbaar vervoer reizen. Om deze hindernissen weg te nemen, is het enerzijds belangrijk om openbare ruimtes en het openbaar vervoer zodanig te ontwerpen, te bouwen en te onderhouden dat het veiligheidsrisico voor iedereen, ook PBM, beperkt is. Anderzijds is het ook belangrijk om mensen te informeren, op te leiden en bewust te maken over de geïmplementeerde oplossingen. Vooral voor mensen met een beperkte mobiliteit is het belangrijk dat ze alle angsten overwinnen en zelfzekerder worden.
26
Toegankelijk voor iedereen – maar hoe?
Eenvoudige aanbevelingen om informatie en communicatie toegankelijker te maken. □ Bied informatie altijd in twee of meer vormen aan, zodat er altijd minstens twee zintuigen worden aangesproken. Dat kan bijvoorbeeld door informatie te tonen én om te roepen of door visuele info ook op een tastbare manier aan te bieden □ Gebruik altijd verschillende communicatiekanalen (bijv. internet/e-mail, telefoon, informatiebalie) om contacten met de klanten te onderhouden (bijv. voor reservaties, feedback, informatie-aanvragen, etc.). □ Hanteer altijd een eenvoudige taal (vermijd lange/complexe zinnen, technische woorden, leenwoorden, afkortingen, aanvoegende wijs…). □ Structureer de informatie op een duidelijke manier. □ Gebruik makkelijk begrijpbare grafieken en pictogrammen. □ Bied visuele informatie altijd in hoog contrast aan. (Deze voorwaarde moet op alle tijdstippen van de dag en in alle weersomstandigheden vervuld zijn!) □ Visuele informatie moet voldoende groot worden afgebeeld. (Let op: de vereiste grootte vergroot naarmate de leesafstand verkleint!) □ Vermijd rood-groene combinaties. □ Gebruik nooit alleen een kleurencode om iets uit te leggen (bijv. op een kaart, grafiek, tabel, begeleidingssystemen, etc.). □ Herhaal (audio of visuele) informatie op aanvraag. □ Zie erop toe dat websites die online informatie geven toegankelijk zijn en voldoen aan de standaarden van AnySurfer. □ Zorg ervoor dat infobalies en klantendiensten uitgerust zijn met een inductielus voor slechthorenden en personeel hebben dat vertrouwd is met gebarentaal en verschillende talen spreekt. Er moeten altijd pictogrammen aanwezig zijn die aangeven waar deze diensten beschikbaar zijn.
27
Toegankelijk voor iedereen – maar hoe?
□ Raadpleeg de verschillende groepen PBM bij het ontwikkelen van infomateriaal en gebruik hun feedback om aanpassingen te maken waar nodig.
Eenvoudige aanbevelingen voor een meer toegankelijke openbare ruimte Onderstaande tekening geeft de minimale ruimte aan die PBM nodig hebben bij hun verplaatsingen.
Figuur 1: Noodzakelijke minimale bewegingsruimte voor mensen met mobiliteitsbeperkingen. (Bronnen: Stadt Graz: Barrierefreies Bauen für alle Menschen; Schweizerische Fachstelle für behindertengerechtes Bauen: Obstacle free traffic areas – Demands of people with disabilities, UK Department for Transport: Inclusive mobility)
28
Toegankelijk voor iedereen – maar hoe?
□ Hou de nodige bewegingsruimte altijd vrij. Verwijder alle obstakels. □ Ontwerp en bouw de voetgangersinfrastructuur zodanig dat twee PBM elkaar moeiteloos op een veilige manier kunnen kruisen □ Voorzie drukke wegen in dorpen, gemeenten en steden altijd van voetpaden aan beide kanten van de weg. □ Garandeer altijd een hellend vlak of een toegankelijke lift als alternatief voor trappen en liften. □ Zorg voor leuningen aan beide kanten van een trap of hellend vlak. □ Zorg ervoor dat hellende vlakken niet te steil zijn (bij voorkeur ≤6%) □ Vermijd transversale hellende vlakken. □ Vermijd voetgangerstunnels. □ Geef de randen van het voetpad aan met zowel visuele als tactiele elementen. □ Duid trappen en andere obstakels altijd aan met zowel visuele als tastbare elementen. □ Plaats een goede belichting langs de voetgangersinfrastructuur. □ Garandeer veilige oversteekplaatsen voor voetgangers (vooral bij drukke straten). □ Vermijd hoge stoepranden bij oversteekplaatsen (maximaal 3 cm hoog). □ Garandeer voldoende toegankelijke mogelijkheden om te rusten (aangeraden: ten minste om de 300 m een bank plaatsen). □ Voorzie voldoende toegankelijke toiletten. □ Plaats blindengeleidelijnen op plaatsen waar er geen “natuurlijke” looplijnen zijn zoals muren, hekken, etc. □ Zorg voor akoestische/tactiele verkeerslichten bij zebrapaden.
29
Toegankelijk voor iedereen – maar hoe?
□ Onderhoud de voetgangers- en fietsersvoorzieningen regelmatig (vegen, sneeuwruimen, strooien, wegdekherstellingen, banken poetsen, vuilnisemmers legen, controle van verlichting, …) □ Plaats bewegwijzering voor voetgangers en fietsers. □ Hou bij het plannen van de fietsinfrastructuur ook rekening met fietskarren, driewielers en tandems. Die hebben meestal bredere straten en meer bewegingsen draairuimte nodig dan andere fietsers. □ Zorg voor genoeg toegankelijke parkeermogelijkheden die ook bruikbaar zijn voor tandems, fietskarren en driewielers. □ Betrek altijd vertegenwoordigers van verschillende PBM groepen bij de planning, implementatie en evaluatie van alle maatregelen die betrekking hebben op nieuwe ontwikkelingen en vernieuwingen. Gebruik hun feedback om de maatregelen te verbeteren. □ Zorg ervoor dat PBM van bij het begin betrokken worden in het burgerparticipatie proces rond de planning en ontwerp van “shared spaces” zodat er ook met hun noden en eisen rekening kan worden gehouden.
Eenvoudige aanbevelingen voor toegankelijker openbaar vervoer □ Zorg ervoor dat alle haltes van het openbaar vervoer haltes/stations toegankelijk zijn voor mensen die moeilijk de trap of lift kunnen gebruiken. □ Zorg bij haltes en perrons voor genoeg toegankelijke zitplaatsen en voorziening waar mensen kunnen schuilen bij slecht weer. □ Zorg bij elke halte voor toegankelijke en makkelijk begrijpbare reizigersinformatie. □ Bij elke halte moet er genoeg ruimte zijn om veilig met een rolstoel, kinderwagen of wandelrek te manoeuvreren.
30
Toegankelijk voor iedereen – maar hoe?
□ Stations moeten een duidelijke en goed gestructureerde lay-out hebben. □ Zorg voor duidelijke en makkelijk verstaanbare visuele en geleidingssystemen in openbaarvervoerstations en overstapplaatsen.
tactiele
□ Zorg ervoor dat ticketautomaten voor iedereen toegankelijk zijn. □ Zorg ervoor dat er naast de ticketautomaten nog andere manieren zijn om een ticket te kopen. □ Het openbaarvervoernetwerk, de dienstregelingen en het tariefsysteem moeten makkelijk te begrijpen en te onthouden zijn. □ Zorg ervoor dat de veiligheidsprocedures voor noodgevallen op een duidelijke en toegankelijke manier aan alle passagiers worden meegedeeld. □ Veiligheidsprocedures moeten aan alle toegankelijkheidsnoden voldoen. □ Het lijnnummer en de bestemming moeten op alle momenten van de dag en bij alle weersomstandigheden goed leesbaar zijn op alle openbaar vervoer voertuigen. □ Rust alle openbaar vervoer voertuigen uit met technische middelen die PBM helpen om de afstand tussen het voertuig en het platform en/of het niveauverschil te overbruggen. □ Maak van het onderhoud en herstel van de “toegankelijkheidsmaatregelen” een prioriteit. Zaken zoals real-time passagiersinformatie, hellende vlakken en passagiersliften vragen evenveel onderhoud als alle andere onderdelen van de infrastructuur en voertuigen. □ Organiseer regelmatig personeelsopleidingen over toegankelijkheidsproblemen. □ Leg parkeerrestricties op bij openbaarvervoerhaltes. □ Bied zitplaatsen voor PBM dicht bij de ingang van het voertuig aan. □ Plaats in de openbaarvervoervoertuigen voldoende leuningen, handvaten en grijppalen die duidelijk herkenbaar (met een groot visueel contrast t.o.v. het interieur), goed bereikbaar en makkelijk bruikbaar zijn voor alle passagiers.
31
Toegankelijk voor iedereen – maar hoe?
□ Zorg ervoor dat er genoeg ruimte is in het voertuig om rolstoelen, kinderwagens en wandelrekken te plaatsen. □ Bied (real-time) passagiersinformatie aan in een visueel en auditief formaat. □ Zorg ervoor dat het personeel makkelijk bereikbaar is voor passagiers die hulp nodig hebben. □ Hou bij het opstellen van dienstregelingen voor het openbaar vervoer rekening met het feit dat PBM trager wandelen dan gemiddeld. □ Zie erop toe dat de wandelafstanden naar openbaarvervoerhaltes niet te lang zijn en dat de haltes op een veilige manier toegankelijk zijn voor voetgangers. □ Geef passagiers- en mobiliteitstrainingen aan verschillende PBM groepen. □ Betrek vertegenwoordigers van alle verschillende PBM groepen bij de planning, implementatie en evaluatie van alle verbeteringsmaatregelen die betrekking hebben op de toegankelijkheid van het openbaar vervoer.
Eenvoudige aanbevelingen voor meer toegankelijke openbare diensten □ Laat stads- en transportplanners, lokale en regionale overheiden en makelaars inzien dat dagelijkse diensten (zoals winkelcentra, supermarkten, sport- en recreatieruimtes, scholen, crèches, ziekenhuizen, buurtcentra, etc.) toegankelijk moeten zijn voor voetgangers, fietsers en openbaar vervoer passagiers. □ De toegankelijkheid voor voetgangers, fietsers en openbaar vervoer reizigers moet een voorwaarde worden om een bouwvergunningen voor dagelijkse diensten te verkrijgen. □ Maak van de toegankelijkheid van dagelijkse diensten voor voetgangers, fietsers en openbaar vervoerpassagiers een algemeen principe in de ruimtelijke ordening. □ Wijs het grote publiek op de voordelen van dichtbij dagelijkse diensten te wonen die goed toegankelijk zijn zonder een auto, zodat ze daar rekening mee houden bij het kiezen van een nieuwe woonplaats.
32
Toegankelijk voor iedereen – maar hoe?
Eenvoudige aanbevelingen voor meer toegankelijke klantendiensten na de reis □ Zorg voor een contactpunt voor klanten die feedback willen geven over knelpunten in openbare ruimte of het openbaar vervoer. □ Zorg voor een toegankelijke balie voor verloren voorwerpen. □ Zorg ervoor dat het personeel van de klantendiensten en de balie verloren voorwerpen en de op de hoogte zijn van toegankelijkheidsproblemen. □ Geef duidelijke en toegankelijke informatie over hoe men de klantendienst of de balie verloren voorwerpen kan bereiken. Geef deze informatie via verschillende kanalen mee. Bijvoorbeeld op de website van de stad of de openbaarvervoermaatschappij, de lokale krant, posters met informatie over het openbaar vervoer, vermelding op een infobord van de stad en aan de haltes van het openbaar vervoer, … □ Zorg ervoor dat de klantendienst en de balie verloren voorwerp via verschillende kanalen bereikbaar zijn, zoals via e-mail, de post, de website (online-formulier), telefoon, fax en persoonlijk contact. □ Zie erop toe dat de feedback van de klanten meteen wordt doorgegeven aan de verantwoordelijke bij de stad of openbaarvervoersmaatschappij. □ Zorg ervoor dat de klanten een persoonlijk antwoord krijgen in een voor hen toegankelijk formaat.
33
Toegankelijkheid is een manier van denken!
Toegankelijkheid is meer dan een concept. Het is een manier van denken! Een tegenargument dat vaak wordt aangehaald in discussies rond toegankelijkheid is de hoge kostprijs en het gebrek aan een budget. De meeste maatregelen om de toegankelijkheid te verbeteren zijn inderdaad niet “gratis.” Vooral maatregelen die een aangepaste infrastructuur vragen, kunnen vrij duur uitvallen.
Hier zijn vijf tips voor geldbewuste mensen: fnice.deu
1. Zorg ervoor dat toegankelijkheid een algemene trend en een wijdverspreid concept wordt bij het grote publiek. Een groot deel, misschien zelfs de meerderheid, van de hindernissen in de openbare ruimte en het openbaar vervoer zijn te wijten aan een gebrek aan bewustzijn van en kennis over de noden van PBM. Problemen en barrières zijn vaak het gevolg van ondoordachtzaamheid en “goedbedoelde” maar slecht geïnformeerde acties van zowel het publiek als van mensen die werken in de planning, de constructie en het onderhoud van openbare ruimtes en het openbaar vervoer. Bewustmaking en opleidingen rond toegankelijkheid zijn efficiënte en essentiële stappen in het streven naar integrale toegankelijkheid!
34
Toegankelijkheid is een manier van denken!
2. Let erop dat je niet de “verkeerde problemen” oplost. Alle gebruikers (dus ook de verschillende groepen PBM) betrekken bij de ontwikkeling van een toegankelijkheidsstrategie en –programma zal helpen om de “echte” problemen te identificeren, de juiste prioriteiten te stellen en om een strategie te ontwikkelen die duurzame verbeteringen van de toegankelijkheid realiseert, met de steun van het publiek. Gebruikers (ook PBM) betrekken bij de ontwikkeling van een toegankelijkheidsstrategie en –programma is een effectieve manier om fouten te vermijden en duurzame verbeteringen van de toegankelijkheid te garanderen.
3. Zorg ervoor dat er rekening wordt gehouden met de noden van de gebruikers (met inbegrip van de noden van alle groepen PBM) tijdens de planningsfase van alle maatregelen. Vertegenwoordigers van alle gebruikersgroepen betrekken bij de planning, implementatie en evaluatie is een effectieve strategie om fouten en dure aanpassingsmaatregelen te vermijden. Gebruikersparticipatie in alle stadia van de planning, implementatie en evaluatie is kostenbesparend en voorkomt dure fouten.
4. Zie erop toe dat de ontwikkelde en toegepaste oplossingen de toegankelijkheid van de openbare ruimte en het openbaar vervoer voor zoveel mogelijk mensen verbetert. Universal Design principes toepassen is veel kostenefficiënter dan het toepassen van maatregelen die maar een kleine groep mensen vooruit helpt. Daarom is het aan te raden dat alle ontwerpers, architecten, planners, bouwpersoneel en onderhoudsploegen een degelijke opleiding krijgen over universeel ontwerpen. Universal Design principes toepassen, zorgt voor kostenefficiënte oplossingen die de toegankelijkheid voor iedereen verbeteren.
35
Toegankelijkheid is een manier van denken!
5. Zorg ervoor dat de toegankelijkheid vanaf de planningsfase geïntegreerd is in alle aanbestedings-, bouw-, renovatie- en verbouwingsacties. Het bespaart veel geld als de toegankelijkheidsproblemen al van bij het begin in rekening worden gebracht. In veel gevallen brengen die toegankelijkheidsverbeteringen dan helemaal geen extra kosten met zich mee. Achteraf nog de barrières moeten wegwerken of de toegankelijkheid moeten verbeteren, is in ieder geval kostelijker. Toegankelijkheid van bij het begin opnemen in aanbestedings-, bouw-, renovatie- en verbouwingsacties werkt kostenbesparend!
Investeren in een toegankelijke, veilige en comfortabele voetgangers-, fiets- en openbaarvervoersinfrastructuur en diensten loont. Investeren in een toegankelijke, veilige en comfortabele infrastructuur en diensten voor voetgangers, fietsers en gebruikers van het openbaar vervoer leidt tot besparingen in: Milieukosten – aangezien toegankelijkheid alle mensen (ook PBM) toelaat om het openbaar vervoer te gebruiken en dus geld, energie, ruimte en schadelijk uitstootgassen te besparen. Sociale kosten - aangezien toegankelijkheid alle mensen (ook PBM) toelaat om dagelijkse diensten onafhankelijk te raadplegen. Die onafhankelijke mobiliteit is een essentiele voorwaarde om te kunnen deelnemen aan het dagelijkse leven. Kosten in de gezondheidszorg – aangezien toegankelijkheid alle mensen (ook PBM) toelaat om hun dagelijkse verplaatsingen op een actieve manier te doen, zoals wandelen en fietsen. Op die manier blijft iedereen fit en beweeglijk.
36
Toegankelijkheid is een manier van denken!
Investeringen in toegankelijkheid dragen op doeltreffende wijze bij aan een duurzame economie en maatschappij, en bieden een duidelijk visie voor het aanpakken van huidige en toekomstige uitdagingen die het gevolg zijn van demografische veranderingen zoals het toenemend aantal immigranten of de vergrijzing.
37