Tilburg University
De victimologie bloeit, zij het incognito van Dijk, Jan; Winkel, F.W.; Letschert, Rianne Published in: Tijdschrift voor Criminologie Document version: Publisher final version (usually the publisher pdf)
Publication date: 2008 Link to publication
Citation for published version (APA): van Dijk, J. J. M., Winkel, F. W., & Letschert, R. M. (2008). De victimologie bloeit, zij het incognito. Tijdschrift voor Criminologie, 50(2), 182-192.
General rights Copyright and moral rights for the publications made accessible in the public portal are retained by the authors and/or other copyright owners and it is a condition of accessing publications that users recognise and abide by the legal requirements associated with these rights. • Users may download and print one copy of any publication from the public portal for the purpose of private study or research • You may not further distribute the material or use it for any profit-making activity or commercial gain • You may freely distribute the URL identifying the publication in the public portal Take down policy If you believe that this document breaches copyright, please contact us providing details, and we will remove access to the work immediately and investigate your claim.
Download date: 05. jan. 2016
KRONIEK
De victimologie bloeit, zij het deels incognito Jan van Dijk, Frans Willem Winkel en Rianne Letschert
De victimologie kan worden omschreven als de wetenschappelijke bestudering van het slachtofferschap van misdrijven in ruime zin, de gevolgen hiervan voor de betrokkenen en de reactie hierop van de zijde van de strafrechtspleging en hulpverlening. Er gebeurt de laatste jaren veel op dit onderzoeksgebied, zowel in /FEFSMBOEBMTEBBSCVJUFO *O/FEFSMBOEWFSTDIFOFOJOUXFFNPOPHSBmFÑO WBO WPPSNBMJHF NFEFXFSLFSTWBOIFU4PDJBBM$VMUVSFFM 1MBOCVSFBV*OSlachtoffer van Criminaliteit; Feiten en Achtergronden CJFEU ,BSJO 8JUUFCSPPE FFO uitputtend overzicht van statistische informatie over slachtofferschap, slachtof GFSIVMQFO[PSH.BBT8BBM CJFEUJOBBOWVMMJOH EBBSPQFFOHFEFUBJMMFFSEF TPDJBMFLBBSU WBOBMMFWPPS[JFOJOHFOWPPSTMBDIUPĊFSTJO/FEFSMBOE Een nuttig overzicht van de rechtspositie van slachtoffers van misdrijven in het /FEFSMBOETFSFDIUCJFEUIFUJFUTPVEFSFCPFLKFWBO''-BOHFNFJKFS %JU OBTMBHXFSL JTPWFSJHFOTWBOXFHFOJFVXFXFUFOSFHFMHFWJOH OVBMXFFSUPFBBO FFOCJKHFXFSLUFFEJUJF*O/FEFSMBOEJTQFSKBOVBSJIFUTQSFFLSFDIUWPPS TMBDIUPĊFST WBO [XBSF NJTESJKWFO JOHFWPFSE )FU XFUTWPPSTUFM AUFS WFS sterking van de positie van het slachtoffer in het strafproces’ – thans in behande MJOHCJKEF&FSTUF,BNFSo[BMTQPFEJHCFMBOHSJKLF OJFVXFIFSWPSNJOHFO NFU[JDI meebrengen. %F BGHFMPQFO KBSFO WFSTDIFOFO FS OBBTU FFO UIFNBOVNNFS WBO +VTUJUJÑMF 7FS kenningen over victimologie, verschillende rapporten over beleidsgerichte stu EJFTOBBSTMBDIUPĊFSIVMQFOTMBDIUPĊFS[PSH)FU8JMMFN1PNQF*OTUJUVVUWPFSEF FFO FWBMVBUJF VJU WBO EF TDISJGUFMJKLF TMBDIUPĊFSWFSLMBSJOH ,PPM FB FO WBOIFU[FMGEFJOTUJUVVUWFSTDIFFOJOFFOPOEFS[PFLTWFSTMBH PWFSTMBDIUPG GFSTDIBQPOEFSFUOJTDIFNJOEFSIFEFOWBO%JSL,PSGFO'SBOL#PWFOLFSL )FU 80%$ QVCMJDFFSEF JO TBNFOXFSLJOH NFU */5&37*$5 FFO TZTUFNBUJTDIF MJUFSBUVVSTUVEJF OBBSACFIPFGUFO [PBMTEPPSTMBDIUPĊFST[FMGHFVJU #PPN,VJ QFST 7FSEFS WFSTDIFOFO FS WFSTDIJMMFOEF TUVEJFT OBBS EF UFWSFEFOIFJE WBOTMBDIUPĊFSTNFUEFSFDIUTQMFHJOH FOTMBDIUPĊFSIVMQEPPS,PPMFOFB
8JOLFMFB FO7BO8POEFSFOFO.PMM *OEJUWFSCBOEWFSEJFOU[FLFS ook vermelding de omvattende, op waarnemingen en open interviews met sleu telfiguren en slachtoffers gebaseerde evaluatiestudie naar het Belgische slacht PĊFSCFMFJE -FNPOOF FB )PFWFFM XFUHFWJOH FO CFMFJE FS PPL NBH [JKO geproduceerd, reden tot zelfgenoegzaamheid voor de beleidsmakers bieden deze evaluatiestudies allerminst. %F CMPFJ WBO EF WJDUJNPMPHJF XPSEU JO /FEFSMBOE JOTUJUVUJPOFFM HFNBSLFFSE door de oprichting eind 2005 van het International Victimology Institute op de Universiteit van Tilburg (www.tilburg.edu/intervict). Aan dit instituut zijn
182
TVC_2_2008_7.indd 102
Tijdschrift voor Criminologie 2008 (50) 2
6 -6 -2008 9 :3 7:4 7
De victimologie bloeit, zij het deels incognito
inmiddels vier hoogleraren verbonden en een wetenschappelijke staf van 25. *O WFSMFFOEF EF ,POJOLMJKLF /FEFSMBOETF "DBEFNJF WBO 8FUFOTDIBQQFO WPPS[JKOWJDUJNPMPHJTDIF PFVWSFEF)FOESJL.VMMFSQSJKTBBO.BSD(SPFOIVJKTFO PSBUJF +BOWBO%JKL FO'SBOT8JMMFN8JOLFMT IJFMEFOIVO Tilburgse oraties over respectievelijk het slachtofferetiket als stigma en posttrau matische woede. Inmiddels is R enée R omkes toegetreden als vierde hoogleraar NFU BMT MFFSPQESBDIU IVJTFMJKL HFXFME )FU JOTUJUVVU PSHBOJTFFSEF JO FFO internationaal congres over ‘Victim Empowerment’ en in 2008 over ‘Victims of 5FSSPSJTN )FU JOTUJUVVU POEFSIPVEU OBVXF CBOEFO NFU IFU FWFOFFOT POMBOHT PQHFSJDIUF[VTUFSJOTUJUVVU PQEF5PLJXB6OJWFSTJUFJUOBCJK5PLJP +BQBOEBUFFO nieuw tijdschrift uitgeeft (International Perspectives in V ictimology) onder redactie WBO+PIO%VTTJDI B rittania rules De bloei van de victimologie blijkt internationaal onder meer uit de verschijning van een reeks nieuwe inleidingen en handboeken. Als eerste verdient vermelding het H andbook of V ictims and V ictimology, HFSFEJHFFSEEPPS4BOESB8BMLMBUF %JU TUFSL #SJUT HFPSJÑOUFFSEF IBOECPFL o NFU BMT FOJHF OJFU#SJUTF CJKESBHF FFO stuk van Van Dijk en G roenhuijsen over het bereik van slachtofferhulp in Europa – IFFGU FFO PWFSXFHFOE TPDJPMPHJTDIF JOTMBH )FU CFIBOEFMU TMBDIUPĊFSFORVÐUFT studies naar de rol van het slachtoffer in het strafproces, feministische studies en CJFEUWFSEFSFFOLSJUJTDIFSFnFDUJFPQEFWJDUJNPMPHJTDIFUIFPSJFWPSNJOH)FUWBMU PQEBUEFQTZDIPTPDJBMFIVMQWFSMFOJOHFSJOEJUIBOECPFLXBUCFLBBJEBGLPNU)FU begrip posttraumatische stress wordt zelfs nergens genoemd. Een nieuwe bundel opstellen over victimologie, V ictims, Crime and Society (Davies FB LBOBMTPQWPMHFSLBOXPSEFOHF[JFOWBOIFUFFSEFSCJKEF[FMGEFVJUHF ver verschenen V ictim of Crime -VSJHJP FB "OEFSTEBOEFFFSEFSFCVOEFM wordt ook dit boek gedomineerd door Britse criminologen waaronder W alklate, +P(PPEFZFO3PC.BXCZ%FJOESVL EBUEF#SJUTFDSJNJOPMPHFO IFUPOEFS[PFLT veld van de victimologie momenteel overheersen, wordt bevestigd door de ver schijning van een reeks monografieën uit dit land. Te noemen zijn V ictims and V ictimologyWBO+P(PPEFZ NFUFFOPSJHJOFFM IPPGETUVLPWFSTMBDIUPĊFST van nieuwe typen criminaliteit en Crime V ictims van Basia Spalek (2006) met originele beschouwingen over slachtoffers onder etnische minderheden. Verder WFSTDIFFOJOIFU7FSFOJHE,POJOLSJKL OPHFFOVJUWPFSJHF CJPHSBmFWBOEFTMBDIU offerbeweging door Paul R ock (2004) en een metatheoretische reflectie, Imagining the V ictim of CrimeWBO XFEFSPN 4BOESB8BMLMBUF )PFXFM[JK[JDIKBSFO heeft sterk gemaakt voor een kritische victimologie, die bestaande wetgeving niet als kader aanvaardt, is de eindindruk van deze Britse golf publicaties toch dat hervormingsgerichte, empirische studies de overhand hebben. In dit opzicht lijkt EFTJUVBUJFOJFUXF[FOMJKLUFWFSTDIJMMFO WBOEJFJO/FEFSMBOE W ie ter oriëntering of voor onderwijsdoeleinden een van deze bundels zou wil len aanschaffen, is in onze ogen het beste af met de nieuwe bundel van Davies e.a. Deze inleiding is het meest toegankelijk en gevarieerd en zal veel lezers voor de victimologie kunnen enthousiasmeren. Als laatste indicator van de Britse do
Tijdschrift voor Criminologie 2008 (50) 2
TVC_2_2008_7.indd 103
183
6 -6 -2008 9 :3 7:4 7
+BOWBO%JKL 'SBOT8JMMFN 8JOLFM FO3JBOOF -FUTDIFSU
minantie kan gelden een bundel ter gelegenheid van de 25e versie van de Britse /BUJPOBM $SJNF 4VSWFZ )PVHI .BYmFME %F #SJUTF OBUJPOBMF TMBDIU PĊFSFORVÐUFHFMEUUIBOTJOUFSOBUJPOBBM BMTEFFNCMFNBUJTDIFMBOEFMJKLFTMBDIU offerenquête. De bundel geeft een overzicht van de ‘state of the art in crime sur veying’, inclusief de laatste technische uitdagingen zoals het toenemend gebruik WBONPCJFMFUFMFGPPOTFOEFNPHFMJKLIFEFOWBOOFUCBTFEJOUFSWJFXJOH %FCVO EFM CFWBU UFWFOT FFO PWFS[JDIUTBSUJLFM WBO +BO WBO %JKL PWFS EF *OUFSOBUJPOBMF Slachtofferenquête (ICVS), ooit een coproductie van onderzoekers van het W O DC FOEFPOEFS[PFLTEJFOTU WBOEF)PNF0ċDF3FTVMUBUFOWBOEFWJKGEFSPOEFWBO de ICVS zijn inmiddels verschenen in de W O DC reeks (Van Dijk e.a., 2008). O ok ten lange leste verschenen is een rapportage over de survey van vergelijkend ge XFMEUFHFOWSPVXFO VJUHFWPFSESPOEJOFMGMBOEFO +PIOTPOFB %JU boek biedt tevens een goed overzicht van nieuw internationaal onderzoek naar geweld tegen vrouwen. Tegenover het Britse publicatieoffensief staan opvallend weinig nieuwe publica ties uit de Verenigde Staten of andere landen. Vermeldenswaardig is Controversies in V ictimologyWBO-BVSB.PSJBSUZ NFUCJKESBHFOPWFSWJDUJNCMBNJOH maar verder lijkt er in de VS onder de noemer van victimologie de laatste vijf jaar XFJOJHOJFVXTUF[JKOWFSTDIFOFO)FUMJKLUFSPQEBUWPPSBMJOEF7FSFOJHEF4UBUFO over onderwerpen die volgens de definitie tot het onderzoeksgebied van de victi mologie behoren steeds vaker wordt gepubliceerd onder een andere vlag. In de VS WBMUFFOLSBDIUJHFCBDLMBTI UFDPOTUBUFSFOUFHFOIFUATMBDIUPĊFSJTNFEFDVMUVVS WBO NBUFMPPT CMBNFO FO DMBJNFO ;PBMT EF "NFSJLBBOTF DSJNJOPMPPH ,BSNFO (2004) in een herziene versie van zijn inleiding in de victimologie concludeert, is het begrip victimologie in de Verenigde Staten een belaste term geworden. In een TDIFSQ[JOOJHF BOBMZTFWBO$PMF XPSEUIFUBOUJTMBDIUPĊFSJTNF HFEVJEBMT FFOWPSNWBOSFDIUTDPOTFSWBUJFWF DVMUVVSLSJUJFL De verkettering die aandacht voor slachtoffers en slachtofferkunde tegenwoordig in de VS ten deel valt, maakt het voor Amerikaanse onderzoekers waarschijnlijk minder aantrekkelijk hun studies onder de vlag van de victimologie te publiceren. )FUPOEFS[PFLTHFCJFEJTCFUFSCFLFOEPOEFSEFCFOBNJOH USBVNBUJDTUSFTTTUV dies. W e geven hierna een overzicht van de nieuwste inzichten. Als twee andere belangrijke trends zien we de toegenomen belangstelling voor het slachtoffer bin nen het herstelrecht (in de Angelsaksische literatuur bekend als restorative jus UJDF FOEFJOUFSOBUJPOBMJTFSJOH WBOEFXFUFOSFHFMHFWJOH;PXFMCJOOFO&VSPQB als internationaal bestaat er toenemende belangstelling voor de codificering van SFDIUFOWBOTMBDIUPĊFSTWBONJTESJKWFO )JFSOB[BMBDIUFSFFOWPMHFOTBBOEBDIU XPSEFOCFTUFFEBBOEFESJFHFOPFNEFWJDUJNPMPHJTDIF UIFNBTEFQTZDIPTPDJBMF hulpverlening, de rol van slachtoffers in het herstelrecht en slachtofferschap in in UFSOBUJPOBBM QFSTQFDUJFG8FHFOTUJKEFOQMBBUTHFCSFL[BMHFFOTQFDJBMF BBOEBDIU worden besteed aan de recente literatuur over gender studies in relatie tot slacht offerschap en huiselijk geweld in het bijzonder, hoewel dit laatste subthema zeker in Europa weer helemaal terug is op de politieke en wetenschappelijke agenda.
184
TVC_2_2008_7.indd 104
Tijdschrift voor Criminologie 2008 (50) 2
6 -6 -2008 9 :3 7:4 7
De victimologie bloeit, zij het deels incognito
Psychologische victimologie De stand van zaken op het domein van de psychologische victimologie is recent JOLBBSU HFCSBDIUEPPS#BMESZ FO8JOLFM
EPPS1FNCFSUPOFB FO door W inkel e.a. (2008). Achtereenvolgens zullen worden behandeld de aard van psychotrauma’s, de effectiviteit van behandelingsmethodieken, en instrumenten om ernstige verwerkingsproblemen en herhaald slachtofferschap te voorspellen. *OIFUIBOECPFLWBOQTZDIJTDIF TUPPSOJTTFO EF%4. NBBLUEFQPTUUSBVNBUJTDIF stressstoornis (PTSS) deel uit van de angststoornissen. Dat suggereert nadrukke MJKLEBUBOHTUEFLFSOFNPUJFWBOEFTUPPSOJTJT)FUTUFSFPUJFQFCFFMEJTJOEFSEBBE dat slachtoffers met chronische PTSS vooral doordrenkt zijn van angst, vrees, af schuw en hulpeloosheid. In een nieuwe benadering wordt chronische PTSS vooral opgevat als een noodreactie, die bij vatbare slachtoffers een chronisch beloop IFFGU 8JOLFM #MPPUTUFMMJOH BBOFFOUSBVNBUJTDIF TUSFTTPSLBOFFO[PEB nige bedreiging van de lichamelijke integriteit inhouden dat, vrijwel automatisch, een noodreactie wordt geactiveerd. In navolging van de fysioloog Cannon wordt EJFOPPESFBDUJFEPPSHBBOT NFUBGPSJTDI PNTDISFWFOBMTAWFDIUWMVDIUSFBDUJF*O UFSNFOWBOFNPUJFTPNWBUEFOPPESFBDUJFFFOAXPFEFBOHTUSFBDUJF Duidelijk is dat aan die noodreactie een lichamelijk preparatieprogramma ten HSPOETMBHMJHU NFUFFOXBUFSWBM BBOOFVSPOBMFFOFOEPDSJFOFSFBDUJFT,FONFSL van dat programma is dat het ‘aspecifiek’ werkt, dat het gelijktijdig voorbereidt op vechten en vluchten. Dat programma zet daarom zowel het angstsysteem als het woedesysteem op scherp. Slachtoffers met PTSS functioneren in deze visie in een WBMTBMBSN NPEVT[F[JKOPWFSHFWPFMJHWPPSMBHFESFJHJOHTJHOBMFO EJF[JDIJOIVO PNHFWJOHBGUFLFOFO[JK[JKOPWFSBMFSU FOWPFMFO[JDICJKWPPSUEVSJOH CFESFJHE JOFFOAIJFSFOOVPNHFWJOHEJFEBBSFJHFOMJKLHFFOBBOMFJEJOH UPFHFFGU%FCF trokkenen lijden onder zowel chronische woede als chronische angsten. Uit een SFDFOUFNFUBBOBMZTF WBOTUVEJFTCMJKLUEBUEFSFMBUJFUVTTFOXPFEFFO1544 FO EJFUVTTFOIPTUJMJUFJUFO1544 EPPSEFCBOLHFOPNFO[FFSTVCTUBOUJFFM JT 0SUI 8JFMBOE )FUMJHUEBOWPPSEFIBOEPNCJOOFODISPOJTDIF 1544[PXFMJO onderzoek als de behandelingspraktijk onderscheid te maken tussen een intern gerichte of internaliserende variant – posttraumatische angst – en een extern gerichte, externaliserende variant, de posttraumatische woede. In de afgelopen decennia zijn tientallen experimentele studies uitgevoerd naar de effectiviteit van behandelingsmethodieken van PTSS. Een systematisch overzicht van dergelijke studies wordt geboden in de 22e Praktijkrichtlijn van het Britse /BUJPOBM *OTUJUVUF GPS $MJOJDBM &YDFMMFODF /*$&
HFQVCMJDFFSE EPPS EF 3PZBM $PMMFHF PG 1TZDIJBUSJTUT FO EF #SJUJTI 1TZDIPMPHJDBM 4PDJFUZ #14 )FU SBQQPSU (BTLFMMBOEUIF#14 JTWSJKCFTDIJLCBBS WJBIFU*OUFSOFU)FUFJOEPPSEFFM van deze review lijkt te zijn dat cognitieve gedragstherapie, waaronder internet toepassingen in de vorm van geleide schrijfopdrachten, significant bijdraagt aan het terugdringen van posttraumatische stressstoornissen, en het verzachten van posttraumatische stressklachten. Achter het wat abstracte etiket van cognitieve gedragstherapie gaan diverse geprotocolleerde psychologische behandelingen TDIVJM XBBSPOEFS-BOHEVSJHF #MPPUTUFMMJOH 1SPMPOHFE&YQPTVSF POUXJLLFME EPPS &EOB'PB
&ZF.PWFNFOU%FTFOTJUJ[BUJPO BOE3FQSPDFTTJOH &.%3POUXJLLFME
Tijdschrift voor Criminologie 2008 (50) 2
TVC_2_2008_7.indd 105
185
6 -6 -2008 9 :3 7:4 7
+BOWBO%JKL 'SBOT8JMMFN 8JOLFM FO3JBOOF -FUTDIFSU
door Francine Shapiro) en cognitieve verwerkingstherapie van Anke Ehlers en Pat 3FTJDL)PFXFMIFUIFSCFMFWFOWBOUSBVNBUJTDIF IFSJOOFSJOHFO WSJKXFMBMUJKE[FFS pijnlijk is voor de patiënt en dus verre van ideaal, zijn er sterke aanwijzingen dat langdurige herhaalde blootstelling aan de traumatiserende gebeurtenis klachten bij slachtoffers vermindert door een overigens nog nauwelijks begrepen gewen OJOHTPGVJUEPWJOHTNFDIBOJTNF 7FFMCFMPWFOEMJKLUPPLEFUFDIOJFLWBO&.%3 waarbij het slachtoffer leert zich te ontspannen bij de herinnering van het gebeu ren. Voorts is er substantiële evidentie voor de stelling dat eenmalige debriefing van slachtoffer na het gebeuren niet w erkt (Van Emmerik e.a., 2002). Daarnaast is er op zijn minst initiële evidentie voor de notie dat sommige vormen van hulp verlening zelfs averechts, klachtversterkend werken. Dat geldt onder meer voor emotionele debriefing, vooral ten aanzien van slachtoffers met hyperreactieve klachten (Sijbrandij e.a., 2006) en binnen het kader van contactgroepen van lot genoten, vooral ten aanzien van slachtoffers met een pessimistische levensoriën tatie en een sterke sociale vergelijkingsoriëntatie (W inkel, 2006). Een tweede kernthema bij de hulpverlening aan slachtoffers is dat bijvoorbeeld uit de Internationale Slachtofferenquêtes blijkt dat slechts een minderheid van TMBDIUPĊFSTEJF[FHHFOIVMQUFCFIPFWFO EF[FPPLPOUWBOHFO 7BO%JKL(SPFO huijsen, 2006). Een elegante oplossing zou zijn de invoering van een stelsel van screening waarbij vooral slachtoffers met een verhoogd risico op chronische klachten actief worden benaderd. R isicotaxatie kan, ook door leken zoals politie mensen die aangiften opnemen, snel en in een vroegtijdig stadium worden uit gevoerd met behulp van empirisch gevalideerde instrumenten, zoals de Scanner FOEF5SBVNB4DSFFOJOH2VFTUJPOOBJSF 542 8JOLFM FB #PWFOEJFO[JKO ook nog diverse initieel gevalideerde instrumenten beschikbaar voor specifieke categorieën slachtoffers met hoog risico op blijvende klachten. Een voorbeeld is de Brief Spousal Assault Form for the Evaluation of R isk (BSafer), waarmee ook het risico op herhaald slachtofferschap vroegtijdig in beeld kan worden gebracht. De belangrijkste ontwikkelingen op het vlak van de risicotaxatie bij huiselijk ge weld, gericht op het identificeren van mannelijke en vrouwelijke partners met een verhoogd risico op recidive en herhaald slachtofferschap, zijn recent in kaart ge bracht in de door Baldry en W inkel (2008) geredigeerde bundel. Verdere verfijning van deze instrumenten is een uitdaging voor de psychologische victimologie. In de recente literatuur wordt geopperd dat in de huidige generatie risicotaxa tieinstrumenten een onbedoeld manco, dat averechts uitwerkt op de predictieve validiteit, is ingebouwd. De focus ligt bij uitstek op risicofactoren gerelateerd aan de mannelijke partner, zonder dat naar de rol van de vrouwelijke partner wordt HFLFLFO;PXFM%VUUPO CJKWJO#BMESZ 8JOLFM BMT8JOLFM TVHHF reren een substantiële overlap in het klinische profiel van mannelijke en vrouwe lijke partners, betrokken bij huiselijk geweld. Empirische evidentie daarvoor bie den onder meer de studies van Bookwala (2002), Critchfield e.a. (2008), Doumas FB JOESVL FO3PUIFB *OFFOOJFVXJOTUSVNFOU [VMMFOLFONFSLFOWBO EFWSPVXFMJKLFQBSUOFSTNPFUFOXPSEFONFFHFOPNFO.FUmOBODJÑMF TUFVOWBO de Stichting Achmea Slachtoffer en Samenleving wordt thans door Intervict aan de ontwikkeling en validering van zo’n model gewerkt.
186
TVC_2_2008_7.indd 106
Tijdschrift voor Criminologie 2008 (50) 2
6 -6 -2008 9 :3 7:4 7
De victimologie bloeit, zij het deels incognito
H et slachtoff er in het herstelrecht Als theoretische grondlegger van het herstelrecht wordt vaak de Australische criminoloog Braithwaite genoemd, met zijn theoretisch onderbouwde pleidooi voor reintegrative shaming. W ie de oorspronkelijke teksten van Braithwaite er op naleest, zal bemerken dat aan de belangen en noden van reële slachtoffers nau welijks enige aandacht wordt besteed, laat staan aan lastige sentimenten zoals wraakzucht en woede. In een zeer kritische beschouwing van de Canadese filo TPGF"OOBMJTF "DPSO XPSEUBVUFVST[PBMTEF/FEFSMBOEFS)FSNBO#JBODIJ verweten dat zij in hun ijver om het strafrecht door herstelrecht te vervangen PWFS EF CFMBOHFO WBO TMBDIUPĊFST [JKO IFFOHFXBMTU )JFSJO JT JO EF MBBUTUF HPMG van publicaties over restorative justice duidelijk verandering gekomen. De toon XFSEHF[FUEPPS)FBUIFS4USBOHNFUIBBSCPFLRepair or Revenge:V ictims and Restorative Justice (2002). Strang’s eigen studies zijn uitdrukkelijk mede gericht op de slachtofferbelangen en zij betoogt op grond daarvan dat herstelrechtelijke ar rangementen juist voor de slachtoffers voordelig kunnen zijn, misschien zelfs wel meer dan voor de daders of de maatschappij. Inmiddels is de empirische evidentie WPPSEF[FDMBJNTUFSLFSHFXPSEFO 4USBOH4IFSNBO 4USBOHFB
[JK IFUNFUIPEPMPHJTDI XFMMJDIUOPHOJFUJK[FSTUFSL 8JOLFM .FEFPQHSPOEWBOEF[FQPTJUJFWFVJULPNTUFOXPSEUJOEFIFSTUFMSFDIUFMJKLF MJ teratuur thans vaker gepleit voor een sterkere oriëntatie op de belangen van de slachtoffers. In verband hiermee wordt het herstelrecht ook minder stellig gepo sitioneerd als een alternatief voor het strafrecht. Sommigen pleiten vanuit het slachtofferperspectief voor opname van herstelrechtelijke elementen in de con WFOUJPOFMF TUSBGSFDIUFMJKLF BBOQBL %PBL .BIPOZ 1FNCFSUPO 5ZQFSFOE JT EF POUXJLLFMJOH EJF UF [JFO WBMU JO IFU EFOLFO WBO .BSD 6NCSFJU FFO WBO EF "NFSJLBBOTF QJPOJFST WBO EBEFSTMBDIUPĊFSHFTQSFLLFO )FFUUFO EF door hem georganiseerde ontmoetingen tussen daders en slachtoffers aanvan LFMJKLOPH0ĊFOEFS7JDUJN 3FDPODJMJBUJPO 1SPHSBNT UFHFOXPPSEJHOPFNUIJK[F 7JDUJN4FOTJUJWF 0ĊFOEFS7JDUJN &ODPVOUFST 6NCSFJU In Critical Issues in Restorative Justice ;FIS5PFXT CFTQSFLFOEFWJDUJ NPMPHFO.BSZ"DIJMMFT FO4VTBO)FSNBOPG FO[PKBPOEFSXFMLFWPPSXBBSEFO herstelrecht een slachtoffervriendelijke optie kan zijn. Een ander voorbeeld van dergelijke problematisering is het hoofdstuk van Daly in een bundel over her stelrecht onder redactie van Elliott en G ordon (2005). Deze thematiek heeft een duidelijke plaats gekregen in het H andbook of Restorative Justice onder redactie WBO(FSSZ+PIOTUPOFFO%BOJFM7BO/FTT XBBSJO POEFSNFFSFFOLSJUJTDIF beschouwing van Simon G reer over de moeizame relatie tussen de slachtoffer CFXFHJOHFOIFUIFSTUFMSFDIU7PPSFFO/FEFSMBOETFXFFSTMBHWBOEF[FEJTDVTTJF kan worden gewezen op publicaties in het Tijdschrift voor H erstelrecht (Pemberton, %BFNT FOOBBS1FNCFSUPOFB De internationale dimensie 7FSTDIJMMFOEFJOUFSOBUJPOBMFPSHBOJTBUJFTIFCCFOJOTUSVNFOUFOPOUXJLLFMEXBBS in bepalingen over slachtofferrechten zijn vervat. Zo heeft de R aad van Europa al
5JKETDISJGU WPPS$SJNJOPMPHJF
TVC_2_2008_7.indd 107
6 -6 -2008 9 :3 7:4 7
+BOWBO%JKL 'SBOT8JMMFN 8JOLFM FO3JBOOF -FUTDIFSU
JOFFO7FSESBHJO[BLF$PNQFOTBUJFWPPS4MBDIUPĊFSTWBO.JTEBEFO $&54 116) opgesteld, gevolgd door een belangrijke, meer algemene aanbeveling in 1985 betreffende de Positie van Slachtoffers in het Straf(proces)recht (1985/II). In WPMHEFOEF7FSFOJHEF/BUJFTNFUFFO7FSLMBSJOHJO[BLFEF#FTDIFSNJOHWBO 4MBDIUPĊFSTWBO.JTEBEFOFO.BDIUTNJTCSVJL ("3FT FOJOLXBN EF&VSPQFTF6OJFNFUIFU,BEFSCFTMVJUPNUSFOUEF1PTJUJFWBOIFU4MBDIUPĊFSJO 4USBGSFDIUFMJKLF1SPDFEVSFT +)" 7BONPFJMJKLUFPWFSTDIBUUFOCFUFLF nis zijn de bepalingen betreffende de procedurele rechten van slachtoffers in het Statuut van R ome van 1998 ter instelling van het Internationale Strafhof en de MBUFSFVJUXFSLJOHWBOEFEFTCFUSFĊFOEFSFHFMHFWJOHWBO)FUNFFTUSFDFOU aangenomen document is de Aanbeveling van de R aad van Europa 2006(8) inzake hulp aan slachtoffers. Deze aanbeveling is vrij omvattend en gedetailleerd. Dit zijn slechts enkele voorbeelden van instrumenten, opgesteld door internationale of regionale organisaties. Voor een uitgebreid overzicht, inclusief alle basisteksten, [JF(SPFOIVJKTFO-FUTDIFSU Veel is de laatste jaren ook gepubliceerd over de implementatie van het EU ,BEFSCFTMVJUJO[BLF4MBDIUPĊFSSFDIUFO #JKEFNFFTUFBSUJLFMFO XBTBBOQBTTJOH van het nationale recht vereist per maart 2002. G elet op het veelomvattende ka SBLUFSWBOIFU,BEFSCFTMVJUXBTEF[FLPSUFUFSNJKOXFMMJDIUOJFUFSHSFBMJTUJTDI In ieder geval kan worden vastgesteld dat geen enkele lidstaat binnen die peri PEF FFOBMMFTPNWBUUFOEF XFUIFFGUBBOHFOPNFOUFOFJOEFPQFFOTZ TUFNBUJTDIFXJK[FBBOEFFJTFOWBOIFU,BEFSCFTMVJUUFWPMEPFO*ONBBSU kwam het rapport uit van de Europese Commissie omtrent de naleving van het ,BEFSCFTMVJU $0.
mOBM )FUSBQQPSUXBTSPOEVJUWFSOJFUJHFOE (FFO FOLFMFMJETUBBUXPSEUHFTQBBSE (SPFOIVJKTFO1FNCFSUPO (SPFOIVJKTFO 3FZOBFST 7BO4DIJKOEFM De laatste jaren worden gekenmerkt door een nieuwe ontwikkeling, waarbij spe cifieke slachtofferbepalingen zijn ontwikkeld ten aanzien van bepaalde groepen slachtoffers of ten aanzien van bepaalde delicten. Z o werden door de Verenigde /BUJFTHFEFUBJMMFFSEF SJDIUMJKOFO BBOHFOPNFOWPPSEFCFKFHFOJOHWBOLJOEFSFOJO IFUTUSBGQSPDFT 6/3FT +VMZ 0PLWFSTDIFOFOFSCJKEF3BBE van Europa richtlijnen voor de bejegening van slachtoffers van seksueel geweld of huiselijk geweld en van slachtoffers van terrorisme. O ver slachtoffers van sek sueel geweld zijn met name belangrijke voorzieningen geschapen in het Statuut van het Internationale Strafhof. Ten aanzien van slachtoffers van terrorisme zijn tevens zeer recent aanbevelingen ontworpen op verzoek van de Europese Com NJTTJF -FUTDIFSU FB O ndanks de adoptie van algemene of meer specifieke slachtofferrechten worden de rechten van slachtoffers nog niet altijd voldoende erkend en lijden slachtoffers vaak onnodig wanneer zij bevoegde autoriteiten helpen bij het vervolgen van de EBEFST TFDVOEBJSFWJDUJNJTBUJF 7/-JETUBUFO IFCCFOEBBSPNJOEF7FSLMBSJOH behorende bij het Eleventh U nited N ations Congress on Crime Prevention and Criminal Justice, dat plaatsvond in Bangkok in 2005, wederom de noodzaak onderschre ven om getuigen en slachtoffers van misdaad en terrorisme beter te beschermen en het juridische en financiële kader daarvoor waar nodig te versterken. Ter on
188
TVC_2_2008_7.indd 108
Tijdschrift voor Criminologie 2008 (50) 2
6 -6 -2008 9 :3 7:4 7
De victimologie bloeit, zij het deels incognito
dersteuning van de uitvoering van deze voornemens is door de W orld Society of 7JDUJNPMPHZ 847 FFOFYQFSU NFFUJOHHFPSHBOJTFFSECJK*/5&37*$5 JOEFDFN CFS XBBSPQFFO0OUXFSQ7FSESBHJO[BLFEF#FTDIFSNJOH WBO4MBDIUPĊFST WBO .JTEBEFO FO .BDIUTNJTCSVJL JT PQHFTUFME 7BO (FOVHUFO FB %F UFLTUJTUFEPXOMPBEFOXXXUJMCVSHVOJWFSTJUZOMJOUFSWJDUVOEFDMBSBUJPO 4BNFOWBUUFOE EF WJDUJNPMPHJF CMPFJU BMT HFCJFE WBO FNQJSJTDI PQ IFSWPSNJOH WBO EF TUSBGSFDIUTQMFHJOH HFSJDIU TPDJBBMXFUFOTDIBQQFMJKL POEFS[PFL %F LFO nis over behandelingsmethodieken is eveneens sterk aan het toenemen, zij het niet zozeer onder de vlag van de victimologie. Belangrijke opkomende thema’s zijn de rol van het slachtoffer in het herstelrecht en de strafrechtelijke procedure en de ontwikkeling van internationale wetgeving over rechten van slachtoffers, CJKWPPSCFFMECJKIFU*OUFSOBUJPOBMF 4USBGIPGJO%FO)BBH Literatuur Acorn, A. (2004), Compulsory Compassion; A Critique of Restorative Justice.7BODPVWFS6#$ Press. #BMESZ "$8JOLFM '8 FET Intimate partner violence prevention and intervention: the risk assessment and management approach.)BVQQBHF /:/PWB4DJFODF #PPLXBMB + ɥF SPMF PG PXO BOE QFSDFJWFE QBSUOFS BUUBDINFOU JO SFMBUJPOTIJQ aggression. Journal of Interpersonal V iolence, 17
#PPN "UFO,VJQFST , 8BUXJMIFU4MBDIUPĊFSJustitiële verkenningen, 33(3), $PMF ". Th e Cult of True V ictimhood, From Th e War on Welfare to the War on Terrorism.4UBOGPSE4UBOGPSE6OJWFSTJUZ 1SFTT $SJUDImFME ,- -FWZ ,/ $MBSLJO +',FSOCFSH 0' ɥFSFMBUJPOBM DPOUFYU PG BHHSFTTJPO JO CPSEFSMJOF QFSTPOBMJUZ EJTPSEFS VTJOH BEVMU BUUBDINFOU TUZMF UP predict forms of hostility. Journal of Clinical Psychology, 64
%BFNT 5 %FTMBDIUPĊFSEJNFOTJF WBOIFUTUFMHFSJDIUF JOUFSWFOUJFT FFOTMVJNFSFOEF therapeutisering? Tijdschrift voor H erstelrecht, 7(
%BWJFT 1 'SBODJT 1 (SFFS ' V ictims, Crime and Society -POEPO 4BHF Publications. %JKL ++.WBO Th e M ark of Abel; reflections on the social labelling of crime victims, inuaugural lecture /PWFNCFS 5JMCVSH 5JMCVSH6OJWFSTJUZ %JKL ++.WBO ,FTUFSFO +WBO4NJU 1 Criminal V ictimisation in International perspective; K ey findings from the 2004-2005 ICV S and EU ICS 80%$ */5&37*$5 6/*$3*6/0%$ %FO )BBH 80%$#PPN +VSJEJTDIF VJUHFWFST 0OEFS[PFL FO CFMFJE %PBL +0.BIPOZ % ɥF7FOHFGVMM 7JDUJN "TTFTTJOH UIF"UUJUVEFT PG7JDUJNT 1BSUJDJQBUJOH JO 3FTUPSBUJWF :PVUI $POGFSFODFT International Review of V ictimology, 13
%PVNBT %. 1FBSTPO $- &MHJO +& .D,JOMZ -- GPSUIDPNJOH "EVMU BUUBDINFOU BT B SJTL GBDUPS GPS JOUJNBUF QBSUOFS WJPMFODF ɥF NJTQBJSJOH PG partners’attachment styles. Journal of Interpersonal V iolence. &MMJPU &3.(PSEPO N ew Directions in Restorative Justice$VMMPNQUPO 8JMMBO Publishing. &NNFSJL "" WBO ,BNQIVJT +) )VMTDICPTDI ".&NNFMLBNQ 1.( 4JOHMF4FTTJPO%FCSJFmOH BGUFS1TZDIPMPHJDBM 5SBVNBBNFUBBOBMZTJT Lancet, 360, Tijdschrift voor Criminologie 2008 (50) 2
TVC_2_2008_7.indd 109
189
6 -6 -2008 9 :3 7:4 8
+BOWBO%JKL 'SBOT8JMMFN 8JOLFM FO3JBOOF -FUTDIFSU
G askel and the British Psychology Society (2005). Post traumatic stress disorder.Th e management of PTSD in adults and children in primary and secondary care, www.nice.org.uk. (FOVHUFO 8WBO (SPFOIVJKTFO .4 (FTUFM 3WBO-FUTDIFSU 3. -PPQIPMFT 3JTLT BOE "NCJWBMFODFT JO *OUFSOBUJPOBM -BXNBLJOH ɥF $BTF PG B 'SBNFXPSL Convention on Victims’ R ights, N etherlands Yearbook of International Law FO www.tilburguniversity.nl/intervict/undeclaration/. (PPEFZ + V ictims and V ictimology; Research, Policy and Practice)BSMPX1FBSTPO (SPFOIVJKTFO .1FNCFSUPO " )FUTMBDIUPĊFSJOEFTUSBGSFDIUFMJKLFQSPDFEVSF EFJNQMFNFOUBUJFWBOIFU&VSPQFFT,BEFSCFTMVJUJustitiële verkenningen, 33
(SPFOIVJKTFO .4 4MBDIUPĊFST WBONJTESJKWFO JOIFUSFDIUFOJOEFWJDUJNPMPHJF Verslag van een intellectuele zoektocht. Delikt en Delinkw ent, 38
(SPFOIVJKTFO .4-FUTDIFSU 3. Compilation of International V ictims’Rights Instruments TFDPOE SFWJTFE FEJUJPO /JKNFHFO8PMG-FHBM1VCMJTIFST (SPFOIVJKTFO .43FZOBFST 4 )FU&VSPQFFTLBEFSCFTMVJU JO[BLF EFTUBUVTWBO het slachtoffer in de strafprocedure;implementatieperikelen en interpretatievragen, Panopticon, 27
)PVHI ..BYmFME . Surveying Crime in the 21st Century./FX:PSL$SJNJOBM +VTUJDF1SFTT +PIOTUPOF ( 7BO /FTT %8 H andbook of Restorative Justice. $VMMPNQUPO W illlan Publishing. ,BSNFO " Crime V ictims:An Introduction to V ictimology..POUFSFZ $"ɥPNTPO W adsworth. ,PPM 34# 1BTTJFS 3$ #FJKFS " Evaluatie implementatie schriftelijke slachtofferverklaring.6USFDIU8JMMFN 1PNQF*OTUJUVVU ,PPMFO * )FJEF . WBO EFS ;JFHFMBBS " Tevredenheid van slachtoffers van misdrijven met de slachtofferzorg,-FJEFO3FTFBSDI WPPS#FMFJE ,PSG %+#PWFOLFSL ' ).Dubbel de K los; Slachtofferschap van criminaliteit onder etnische minderheden.%FO)BBH#PPN+VSJEJTDIF VJUHFWFST -FNPOOF " 7BO $BNQ 5 7BOGSBFDIFN * 7BOOFTUF $ O nderzoek met betrekking tot de evaluatie van de voorzieningen ten behoeve van slachtoffers van inbreuken. #SVTTFM /BUJPOBBM *OTUJUVVUWPPS$SJNJOPMPHJF FO$SJNJOBMJTUJFL .PSJBSUZ - Controversies in V ictimology$JODJOBUUJ "OEFSTPO 0SUI 68JFMBOE & "OHFS IPTUJMJUZ BOE154%JOUSBVNBFYQPTFE BEVMUT" NFUBBOBMZTJT Journal of Consulting and Clinical Psychology 1FNCFSUPO " )FU4QSFFLSFDIU 7FSHFMEJOHPG)FSTUFMTijdschrift voor H erstelrecht, 5
1FNCFSUPO " 8JOLFM '8 (SPFOIVJKTFO .4 5BLJOH 7JDUJNT 4FSJPVTMZ JO 3FTUPSBUJWF +VTUJDF3FTUPSBUJWF +VTUJDFBOE7JDUJNT /PUB4FMG&WJEFOU 3FMBUJPOTIJQ International Perspectives in V ictimology, 3
R ock, P. ( 2004). Constructing V ictim’s Rights; Th e H ome O ffi ce, N ew Labour and V ictims. 0YGPSE0YGPSE6OJWFSTJUZ 1SFTT 3PUI 4 /FXNBO & 1FMDPWJU[ % 7BOEFS,PML #.BOEFM '4 $PNQMFY154% JOWJDUJNT FYQPTFE UPTFYVBM BOEQIZTJDBMBCVTF3FTVMUTGSPNUIF%4.*7mFMEUSJBM for PTSD. Journal of Traumatic Stress, 10
4DIJKOEFM 3". WBO %F JNQMFNFOUBUJF WBO IFU LBEFSCFTMVJU JO[BLF EF TUBUVT van het slachtoffer in de strafprocedure; een veeleisend Europa of een behoudend /FEFSMBOE *O .+ #PSHFST '() ,SJTUFO SFE Europees straf(proces)recht 2006/2008.Basisteksten./JKNFHFO"ST"FRVJ-JCSJ Spalek, B. (2006). Crime V ictims; Th eory, Policy and Practice./FX:PSL1BMHSBWF
190
TVC_2_2008_7.indd 110
Tijdschrift voor Criminologie 2008 (50) 2
6 -6 -2008 9 :3 7:4 8
De victimologie bloeit, zij het deels incognito
4USBOH ) Repair or Revenge: V ictims and Restorative Justice. 0YGPSE $MBSFOEPO Press. 4USBOH ) 4IFSNBO - Protocol for a Campbell Collaboration Systemic Review : Effects of Face-to Face Restorative Justice for Personal V ictims of Crime, see www. campbellcollaboration.org. 4USBOH ) 4IFSNBO - "OHFM 8PPET %+ #FOOFUU 4/FXCVSZ#JSDI %*OLQFO / 7JDUJN&WBMVBUJPOT PG'BDFUP'BDF3FTUPSBUJWF +VTUJDF$POGFSFODFTB2VBTJ Experimental Analysis. Journal of Social Issues, 62
6NCSFJU . $SJNF7JDUJNT 4FFLJOH 'BJSOFTT /PU3FWFOHF5PXBSET3FTUPSBUJWF +VTUJDFFederal Probation, 53
8JOLFM '8 1FFS 4VQQPSU (SPVQT &WBMVBUJOH UIF NFSF DPOUBDUNFSF TIBSJOH model and some impairment hypotheses. V ictimology:International Perspectives, 2(1), 8JOLFM '8 Post traumatic anger:M issing link in the w heel of misfortune/JKNFHFO 8PMG-FHBM1VCMJTIFST 8JOLFM '8 #BMESZ "$ ,VJQFST , 1FNCFSUPO " $ISPOJTDIF 1544 CJK TMBDIUPĊFST WBO NJTESJKWFO FO IVJTFMJKL HFXFME /JFVXF FWJEFOUJFHFCBTFFSEF POUXJLLFMJOHFO *O5*0FJ-)8.,BJTFS SFE Forensische psychiatrie onderw eg: In de spiegel kijken naar het verleden en koersen naar de toekomst./JKNFHFO8PMG-FHBM 1VCMJTIFST 8JOLFM '8 4QBQFOT "$ -FUTDIFSU 3. %JKL ++.WBO(SPFOIVJKTFO .4 Tevredenheid van Slachtoffers met Rechtspleging en Slachtofferhulp/JKNFHFO8PMG-FHBM Publishers. 8POEFSFO 3WBO.PMM . Beoordeling Dienstverlening Slachtofferhulp N ederland. 4MBDIUPĊFSIVMQ /FEFSMBOE ;FIS ) 5PFXT # Critical Issues in Restorative Justice. /FX :PSL $SJNJOBM +VTUJDF1SFTT
Tijdschrift voor Criminologie 2008 (50) 2
TVC_2_2008_7.indd 111
191
6 -6 -2008 9 :3 7:4 8