Themadag Ouderen in veilige handen
Breukelen, 22 november 2013 1
Welkom Christina Harrevelt, voorzitter NOOM Namens het bestuur en de medewerkers van NOOM heet Christina Harrevelt alle deelnemers heel hartelijk welkom op deze studiedag. Een speciaal welkom is er voor mevrouw Aaf Tiems, projectleider ouderen in veilige handen van het ministerie van VWS en de heer Robert Candelaria van het Kabinet van de Gevolmachtigde Minister van Curaçao. ‘Het is vandaag weer zo’n NOOM studiedag waar je heel snel bij moet zijn. Zoals altijd bij het NOOM was de dag weer overtekend. We hebben mensen op de wachtlijst moeten zetten en de afgelopen dagen zelfs ook moeten teleurstellen. En dat voor een thema waarvan in het begin van de campagne werd gezegd: ‘Nee hoor, dit komt bij ons niet voor. Wij zorgen goed voor onze ouderen’. Dan ben je gauw uitgepraat natuurlijk. Maar de grote uitdaging was voor ons vooral om het onderwerp bespreekbaar te maken. Dat heeft heel wat los gemaakt. Uit de eerste bijeenkomsten bleek inderdaad dat het niet altijd even makkelijk was om over dit onderwerp te praten. Want inderdaad heeft men groot respect voor de ouderen en wil men ook heel goed voor hen zorgen. Maar toen de voorbeelden kwamen bleek al gauw dat er toch meer aan de hand is. Dat we bijvoorbeeld extra alert moeten zijn op de signalen die we krijgen over overbelaste mantelzorgers. Maar ook dat er meer vormen van ouderenmishandeling zijn dan men denkt.’ ‘In het ochtendgedeelte van deze themadag zullen we voornamelijk een stand van zaken geven en ervaringen uitwisselen; in de workshops in de middag willen we ons verder verdiepen. Ik zei het al in het begin: het onderwerp heeft veel los gemaakt. Het heeft heel veel opgeroepen en vooral ‘Wat gaan we er aan doen?’. Wij als lidorganisaties van NOOM voelen ons verantwoordelijk en willen ons richten op: ‘Hoe pakken we dit op? Welk gevolg kunnen we hier op geven?’. Ik hoop dat we vandaag in elk geval een belangrijke stap daartoe kunnen zetten!’.
2
Stand van zaken van het landelijk Actieplan ouderen in veilige handen Aaf Tiems, projectleider Ministerie van VWS
Waarom een Actieplan? Het Actieplan Ouderen in veilige handen maakt deel uit van de VWS-aanpak ‘Geweld in afhankelijkheidsrelaties’. Uitgangspunten in het Actieplan zijn: Ouderen moeten zich veilig voelen én veilig zijn Ouderen moeten vertrouwen kunnen hebben in de zorg. Het doel van het Actieplan is: ouderenmishandeling zo vroeg mogelijk stoppen. Hieraan wordt gewerkt in een gezamenlijke aanpak door ouderen zelf en hun omgeving, gemeenten, professionals en vrijwilligers. Het Actieplan loopt van maart 2011 tot en met eind 2014. We hebben dus nog een jaar te gaan. Het gaat om ouderenmishandeling in huiselijke kring én door professionals / vrijwilligers. Er is aandacht voor doelbewuste mishandeling (dader en slachtoffer), maar ook ontspoorde (mantel)zorg (waar vaak sprake is van twee slachtoffers). Ouderenmishandeling wordt aangepakt in al zijn verschillende vormen: Fysieke mishandeling Psychische mishandeling Financiële uitbuiting Verwaarlozing Seksueel misbruik. Stand van zaken Een aantal acties zijn afgerond: Handreiking huisverbod en crisisopvang bij ouderenmishandeling zie: www.huiselijkgeweld.nl/dossiers/huisverbod Handreiking vrijwilligers tegen ouderenmishandeling Zie: www.verwey-jonker.nl e-learning module ‘Ouderen in veilige handen’ zie: www.leerstationzorg.nl
3
Andere acties lopen nog: Voorlichtingscampagne ‘Ouderen in veilige handen’ Leidraad ‘Veilige zorgrelatie’ Project ‘Met mentorschap in veilige handen’ Pilots financiële uitbuiting (Almere, Den Bosch, Ede, Gouda, Groningen, Haarlem, Rotterdam). Hierin werken gemeenten, banken, notarissen en woningcorporaties samen. Ontspoorde mantelzorg. De publiekscampagne ´Een veilig thuis, daar maak je je toch sterk voor´ draait op volle toeren. Vele aanwezigen hebben al iets gehoord of gezien via tv- en radiospotjes. Opvallend is dat het tv-spotje is genomineerd voor de Ster Gouden Loeki (reclameprijs). Het is bijzonder dat een tv-reclame voor een niet-commercieel doel dit jaar meedingt naar de prijs. Mw. Tiems roept iedereen op om te stemmen via http://www.welovereclame.nl/gouden-loeki om ervoor te zorgen dat ‘onze’ tv-spot de prijs bemachtigt. De publiekscampagne krijgt verder gestalte via posters en folders, brede publiciteit via regionale radio- en tv-zenders en andere media. Ook is op de 50 Plus Beurs in de Jaarbeurs in september aandacht besteed aan ouderen in veilige handen. In een aparte ruimte werden door de trainersgroep De Wilde Kastanje korte scènes gespeeld en nabesproken met het publiek. De voorlichters van de gezamenlijke ouderenorganisaties, ook van het NOOM, zijn hierbij betrokken geweest.
4
Het belangrijkste doel van het Actieplan is om de problematiek van ouderenmishandeling bespreekbaar te maken. Door het onderwerp breed onder de aandacht te brengen wordt gewerkt aan herkenning en erkenning. Samen gooien we een steen in de vijver en zo breidt de bewustwording zich steeds verder uit in de samenleving. Dat is nodig om ouderenmishandeling een halt toe te roepen. Zo kunnen we er gezamenlijk voor zorgen dat ouderen zich veilig voelen en veilig zijn.
Mw. Aaf Tiems begon haar inleiding met een gedicht van de Japanse dichteres Toyo Shibata, die in 2010 op 99-jarige leeftijd debuteerde als dichteres.
Aan mezelf De verzorgsters laat ik om boodschappen gaan De schoonmaak en de was ook koken doen ze voor me De verpleegsters die geven me een bad Als niemand een handje helpt kom ik de dag niet door Maar zelf kan ik woorden weven kan ik draadjes knopen aan andermans hart Vooruit, kop op kijk naar de hemel Toyo Shibata
5
Uitwisseling ervaringen met het thema Ouderen in veilige handen onder leiding van Jeanny Vreeswijk-Manusiwa, coördinator van de Landelijke Stuurgroep Molukse Ouderen Na de inleiding van Aaf Tiems gingen de deelnemers uiteen in 10 groepen om te spreken over de volgende vragen: Wat zijn je ervaringen met het thema tot nu toe? Had je het onderwerp in beeld? Hoe is dat nu? Durf je het te bespreken in het contact met (andere) ouderen? De opdracht was om vanuit iedere groep één aandachtspunt op te halen en dat mee te geven voor de plenaire bespreking. Jeanny Vreeswijk-Manusiwa vatte de aandachtspunten als volgt samen: 1.
Ouderenmishandeling is een taboe onderwerp. Er is veel schaamte om erover te spreken. Het is van belang om een sfeer van vertrouwelijkheid te scheppen om er over te kunnen praten. Soms is het beter om het onderwerp in 1 op 1 gesprekken aan de orde te stellen.
2.
Nu bespreken we ouderenmishandeling als ouderen onder elkaar. Maar het is minstens zo belangrijk om het gesprek met jongere mensen op gang te brengen. Zij horen er ook bij.
3.
De ouderen zien het respect voor ouderen snel afnemen. Er moet al vroeg met bewustwording worden gestart, in het gezin en op de basisschool.
4.
Voor moeders is er vaak wel mantelzorg, maar in bepaalde groepen is het voor de vaders veel moeilijker. Soms is er sprake van relatief veel echtscheidingen of hebben de vaders tijdens het leven meerdere vrouwen gehad. Ook voor hen moeten we oog hebben.
5.
Ouderen rekenen vaak vanzelfsprekend op de hulp van hun kinderen als mantelzorgers. Maar tegelijk zijn ze bang om kritiek te leveren, vanwege het idee dat de kinderen en kleinkinderen dan misschien niet meer komen. De afhankelijkheid is groot.
6.
Financiële uitbuiting/financieel misbruik is een belangrijk aandachtspunt in de migrantengroepen. Maar er is veel ‘voorwerk’ nodig. Bijvoorbeeld vrouwen die nog nooit zelf geld in handen hebben gehad. Ze zijn volledig afhankelijk van hun man en later van hun kinderen of derden als hun man komt te overlijden. Dus belangrijk om te investeren in: o Bewustwording van het belang van zelf je geld beheren o Het zelfstandig maken van vrouwen: leren met geld omgaan, pinnen, ovchipkaart gebruiken, budgetteren, financiële administratie op orde houden, internetbankieren. 6
7.
Er wordt ook gesignaleerd dat ouderen, met name vrouwen veel worden ingezet om op te passen. Ouderen moeten soms 5 – 7 dagen per week beschikbaar zijn. De ouderen zijn angstig om voor zichzelf op te komen, ze zijn afhankelijk geworden en bang om de ondersteuning te verliezen.
8.
Als de professionele zorgverleners steeds wisselen is het erg moeilijk om vooral bij kwetsbare ouderen een goede band op te bouwen. Als je je niet begrepen voelt, de taal niet spreekt, geen respect krijgt, dan raakt iemand het vertrouwen kwijt. Het kan ook dat ouderen zó bang zijn dat de hulpverlener weggaat, dat ze kwetsbaar worden voor misbruik van macht.
9.
Er is een grote kloof tussen professionals en de ouderen uit de migrantengroeperingen. En ook tussen professionals en de vrijwilligers die voor en met de ouderen optrekken en deel uitmaken van het sociale netwerk van de ouderen.
Belangrijke vraag is hoe we deze kloof kunnen overbruggen. 10.
Vanuit onze organisaties moeten we antennes ontwikkelen om te weten hoe het met de ouderen gaat. We moeten ons eigen netwerk (vangnet) ontwikkelen en versterken, en zorgen dat we de wettelijke regelingen goed kennen.
11.
Aan NOOM wordt gevraagd om informatie en materiaal te ontwikkelen om: o Taboe te doorbreken o Ouderen weerbaarder te maken o Het eigen netwerk te versterken.
7
Stand van zaken campagne Ouderen in veilige handen binnen NOOM Yvonne Heygele, projectleider Yvonne Heygele laat zien hoe de lidorganisaties van het NOOM ervoor zorgen dat de boodschap over Ouderen in veilige handen ‘landt’ bij de migrantenouderen. Het is belangrijk om rekening te houden met eigen manieren van communiceren en eigen gevoeligheden. Een paar voorbeelden volgen hieronder.
Het algemene beeldmerk van de campagne Ouderen in veilige handen. Het beeldmerk dat lidorganisaties naar keuze kunnen gebruiken als ze dat meer aansprekend vinden. Het NOOM heeft gekozen voor gespreksbijeenkomsten, niet voor voorlichting. We vinden het belangrijk dat de ouderen in gesprek gaan, zich vertrouwd maken met de gedachte dat er ook dingen fout gaan in familiekring. Ook al denkt iedereen: ‘Dat komt bij ons niet voor!’. Om het gesprek vanaf het begin van de bijeenkomst op gang te helpen zijn voor alle groepen sets van foto’s samengesteld. Deze beginnen met vrolijke, sterke ouderen. Maar stap voor stap worden plaatjes getoond waar het minder goed met ouderen gaat. Zo formuleren de aanwezige ouderen zelf de risicofactoren en beschermende factoren die te maken hebben met toenemende kwetsbaarheid en afhankelijkheid. Vanzelfsprekend moeten de plaatjes iets oproepen van herkenning van de eigen groep.
8
Soms moet de informatie in eigen taal gebracht worden. Er kan gebruik gemaakt worden van toneel, gespeeld door professionals, maar soms ook door vrijwilligers uit de groepen zelf.
In andere groepen wordt een verwijzing gemaakt naar bronnen uit de heilige boeken:
ف َو َال َت ْن َه ْر ُه َما ٍّ ن إ ِ ْح َساناً إ ِ َّما َي ْب ُل َغنَّ عِندَ َك ا ْل ِك َب َر َأ َح ُد ُه َما َأ ْو ِك َال ُه َما َف َال َت ُقل َّل ُه َما ُأ َ ََ َق ِ ضى َر ُّب َك َأ َّال َت ْع ُبدُو ْا إ ِ َّال إ ِ َّياهُ َوبِا ْل َوالِ َد ْي ُ ُّ َ ُ ْ } َو32{ ً} َوقل َّل ُه َما ق ْو ًال َك ِريما 32{ صغِير ًا َ ِض َل ُه َما َج َنا َح الذل ِّ مِنَ ال َّر ْح َم ِة َوقل َّر ِّب ْار َح ْم ُه َما َك َما َر َّب َيانِي ْ اخف Uw Heer heeft u bevolen, zeggende: "Aanbidt niemand anders dan Mij en betoont vriendelijkheid jegens de ouders. Indien één hunner bij u een hoge leeftijd bereikt of beiden doen dit, zeg dan nimmer tot hen "Foei" noch stoot hen af, doch spreek tot hen een welgevallig woord. En wees teer voor hen in erbarming. En zeg: "Mijn Heer, ontferm u over hen daar zij mij opvoedden toen ik jong was." (Koran 17:23-24 )
9
In de achterban van het NOOM zijn de ouderen flink aan het denken gezet: Komt dit bij ons voor? Hoe zit het met mezelf? o Als partner van een zieke man of vrouw o Als vader of moeder o Als zoon of dochter Ondanks dat het gaat om een taboe onderwerp, zijn de ouderen gaan praten. Twee reacties van gespreksleiders van de afgelopen week: Het lijkt wel of dit het moment is waarop de ouderen hebben zitten wachten Het is alsof het de ouderen op de lippen brandt. Een fundamentele discussie is op gang gebracht: Wat is goede zorg? Is dat zorg waar de oudere zelf aan het roer staat? Of is dat zorg waar de kinderen en kleinkinderen alles bepalen? En hoe zit het met de ondersteuning van de mantelzorger(s)? Wanneer wordt het te zwaar om te zorgen, ook al is de norm vanuit cultuur, geloof en traditie dat je tot het einde toe zorgt voor je partner of vader of moeder? Mag je ook zeggen: ik heb hulp nodig? Van anderen uit de familie of gemeenschap, of van professionals? Het onderscheid tussen moedwillige mishandeling en uitbuiting en ontspoorde mantelzorg vraagt om een verschillende aanpak. We moeten ons bezinnen welke aanpak passend is. We signaleren een grote kloof tussen de reguliere hulpverlening en onze ouderen en vrijwilligers. Wat kunnen we doen om dat gat te dichten? Het middagprogramma van deze themadag wil hiervoor een aanzet doen. Want één ding was duidelijk vanaf de start van de campagne. We willen er over praten, maar we willen vooral ook iets doen om de problematiek te stoppen.
10
Gedicht van een vader (vertaald uit het Arabisch) Aan diegenen aan wie ik mijn leven heb gegeven, Mijn zoon, mijn dochter Op een dag zal je zien dat ik al oud ben en niet logisch in mijn spraak en daad. Dan verzoek ik jou wat tijd aan mij te geven, En wat geduld aan mij te schenken, Zodat je mij kunt begrijpen. Als mijn handen trillen Als het eten op mijn borst valt, Als ik mijn kleren niet zelf meer aan kan doen, Denk dan aan de voorbije jaren toen ik jou leerde wat ik nu niet kan. Als ik mijn woorden steeds herhaal, en veel over mijn leven vertel, Word dan niet boos, Want hoe vaak heb ik voor jou verhalen en bewegingen herhaald omdat ze jou blij maakten. Als ik niet meer knap ben en mijn geur niet meer lekker ruikt, Irriteer je dan niet aan mij, Denk dan aan hoe vaak ik geprobeerd heb jou knap te maken. Ik heb jou geleerd hoe je beleefd moet zijn, en hoe je tegen het leven kunt strijden Hoe kan het dan dat jij mij vandaag leert wat mag, en wat niet mag? Irriteer je niet aan mijn zwakke verstand en mijn langzame woorden, want mijn geluk tegenwoordig is op de momenten dat ik met jou ben. Help me alleen met wat ik van jou vraag omdat ik zelf nog steeds weet wat ik wil. Genade voor mijn ouderdom. Geef me je hand, want morgen zal je zelf op zoek gaan naar iemand die jou een hand wil geven. Ik wacht op mijn sterven, Blijf bij mij Vergeef me Bedek me, bedek mijn intieme plekken. Ik was bij jou toen jij geboren werd, Wees bij mij als ik aan het sterven ben. Jouw lach en glimlach, maken me nog steeds blij Laat me jou genegenheid niet missen Allah beschermt jullie na mij. Jullie lieve vader 11
Workshop 1 Het voorkomen en tegengaan van financieel misbruik m.m.v. notaris Jaap van der Hammen, notariskantoor Van der Hammen in Zevenhuizen (namens de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie) Jaap van der Hammen begint zijn presentatie met een uitleg van de werkzaamheden van een notaris. Een notaris is deskundig op het terrein van familierecht (testamenten, nalatenschappen, huwelijksvoorwaarden, levenstestamenten en volmachten) ondernemingsrecht (oprichten b.v.’s , verkoop aandelen en bedrijven, bedrijfsopvolging) onroerend goed recht (overdracht van huizen en hypotheken). Bij al deze activiteiten is het wettelijk vereist dat deze schriftelijk worden vastgelegd en worden bewaard. Anders hebben ze geen wettelijke status en kunnen mensen daar geen aanspraak op maken. Dhr. Van der Hammen legt de deelnemers een casus voor: Een alleenstaande vrouw (weduwe)heeft twee kinderen, waarvan één werkloos met een hypotheek op zijn eigen huis. De vrouw heeft weinig zelfvertrouwen en heeft geen contact met anderen dan de kinderen. Zij kan zelf niet internet bankieren en maakt geen gebruik van een pinpas. Aan inkomen is er AOW, een beetje spaargeld en een klein pensioen. Aan de hand van dit voorbeeld wordt met de zaal besproken waar risico’s liggen voor financieel misbruik. En wat deze mevrouw en haar omgeving het beste kan doen om te voorkomen dat zij financieel in de gevarenzone komt, waarin sprake kan zijn van financieel misbruik.
12
Als notaris heeft Van der Hammen dagelijks te maken met het maken, vastleggen en bewaren van officiële documenten met betrekking tot familierecht. Als geen ander weet hij wat er fout kan gaan, als zaken niet goed geregeld zijn binnen een familie of als afspraken niet goed vastgelegd en bewaard worden. Dat kan leiden tot ruzies binnen een familie, rechtszaken die jarenlang kunnen duren en erg veel geld kosten of zelfs het verdwijnen van erfenissen. Op vragen uit de zaal hoe het dan zit met erfenissen of eigendommen in het land van herkomst, adviseert hij in zo’n geval een en ander zowel hier als daar goed vast te leggen omdat de wetgeving in beide landen kan verschillen met betrekking tot familierecht of erfrecht. Enkele deelnemers vragen wat de status is van een briefje dat mensen zelf opstellen en ondertekenen. De notaris merkt op dat zo’n briefje voor de nabestaanden prima is, zolang er geen meningsverschillen zijn. Maar zodra er een meningsverschil is of als er zaken naar boven komen zoals schulden, niet beschreven eigendommen of andere familieleden die menen nog ergens recht op te hebben, kunnen grote problemen ontstaan. Als daar vervolgens rechtszaken over gevoerd worden, blijft er weinig over van een erfenis of ontstaan er schulden voor de familie als gevolg van hoge proceskosten. Het opstellen van een testament kost ongeveer tussen de € 300,- tot € 400,- en dat lijkt veel geld. Maar als er sprake is van een juridisch gevecht of van financieel misbruik, kan dat in de duizenden euro’s lopen. Om te voorkomen dat er later problemen ontstaan als bijvoorbeeld een oudere komt te overlijden of als een oudere dementerend wordt en in feite niet meer handelingsbekwaam is (maar dit volgens de wet nog wel is), adviseert de notaris het volgende: Houdt zo lang mogelijk zelf de regie in handen en blijf zelf de baas over je geld en eigendommen Kom voor jezelf op Wees kritisch en laat je niet ompraten met mooie woorden en verhalen Probeer niet afhankelijk te worden van anderen Breng iemand, ook niet de familieleden, in de verleiding om dingen te doen met jouw eigen geld of bezittingen Maak tijdig in overleg met een notaris een afspraak over wie in geval van ziekte, handelingsonbekwaamheid of overlijden, jouw zaken mag en kan afhandelen Als je bang bent dat je handelingsonbekwaam gaat worden, overleg tijdig met een notaris wie het bewind of volmacht krijgt over jouw eigendommen en geld. Bij een bewind kun je zelf niet meer beslissen over je eigendommen; bij een volmacht wel, maar dan kan iemand anders voor je tekenen. Zowel bij bewindvoering of volmacht kan dat iemand uit je familie zijn of een ander; eventueel zelfs een notaris een organisatie die daarvoor speciaal is opgericht. De procedure voor het aanstellen van een bewindvoerder loopt via de kantonrechter; die voor een volmacht via een notaris.
13
Als je denkt - of zeker weet - dat er sprake is van financieel misbruik, onderneem actie (zie de voorlichting van het NOOM met betrekking tot het meldpunt). Tevens adviseert notaris Van der Hammen met klem om ‘en/of bankrekeningen’ met kinderen te vermijden. Dat is niet goed voor hen en niet goed voor jou. De ervaring leert dat dan vaak inkomsten en uitgaven door elkaar heen gaan lopen en dat onduidelijk is voor wie zaken eigenlijk betaald worden. Na het overlijden van een van beiden, ontstaan bovendien problemen met de bank over wie aanspraak mag maken over het geld wat nog op de rekening staat.
Op de themadag is het gratis consumentenboekje ‘Wie geeft u het vertrouwen?’, uitgegeven door de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie uitgedeeld aan alle aanwezigen. Deze brochure is te downloaden via: http://epub02.publitas.com/KNB/levenstestament/ U kunt de brochure ook in grotere aantallen opvragen om uit te delen tijdens een gespreksbijeenkomst of voorlichting. Stuur dan een email naar
[email protected].
14
Workshop 2 Signaleren… en dan? (over goed observeren, signaleren en actie ondernemen) m.m.v. Saadia Daouairi van Dona Daria, Kenniscentrum Emancipatie in Rotterdam Saadia Daouairi begint de workshop met een casus: Je bent huisbezoekvrijwilliger. Al langere tijd kom je eens per maand bij een oudere man. Zijn vrouw is 2 jaar geleden overleden. Begin dit jaar is hij ingetrokken bij zijn dochter, schoonzoon en vier kinderen. Sindsdien bezoek je mijnheer op zijn nieuwe adres. Als je weer naar hem toegaat laat de dochter je binnen. Het valt je meteen op dat mijnheer heel erg suf is. Je had al gemerkt dat mijnheer een beetje vergeetachtig aan het worden was, maar zo had je mijnheer nog niet meegemaakt. Je vraagt zijn dochter hoe het komt dat haar vader zo wazig is en zijn ogen nauwelijks open kan houden. De dochter vertelt: Ik moest nog boodschappen doen en een paar andere dingen regelen. Het is ook zo vreselijk druk. Mijn vader weet soms niet zo goed wat hij doet. Hij gaat soms zomaar de straat op en dan weet hij niet meer waar hij woont. Dan komen de buren hem thuisbrengen. Ik schaamde me dood. Laatst had hij het gas aan laten staan en het melkpannetje was helemaal zwart. Ik ben bang dat hij domme dingen doet. Ik moet ook om mijn kinderen denken natuurlijk. Mijn man heeft gezegd dat ik gewoon mijn vader wat extra pillen moet geven. Dus als ik weg moet of als ik het druk heb met het huishouden dan ben ik blij dat ik hem medicijnen kan geven. Ze legt de aanwezigen twee vragen voor, die gezamenlijk worden besproken. De volgende zaken komen naar voren: Wat kan hier aan de hand zijn? Dementie Overbelaste mantelzorger Misbruik kalmerende middelen Onbedoelde mishandeling (2 slachtoffers of zelfs meer) Wat is de rol van de partner? Hij oefent druk uit De mantelzorger zou moeten erkennen, accepteren dat vader ernstig ziek is De juiste zorg ontbreekt De dochter is niet realistisch
Schone schijn Schaamte Eenzaamheid Verdriet Onveilige situatie Het respect ontbreekt Ontreddering Dochter moet hulp zoeken
15
Wat doe je? Eerst: vertrouwen winnen! Praten met de dochter; wat is hier aan de hand? Niets doen (?) Deskundige hulp inschakelen, bijvoorbeeld de huisarts Familie informeren en adviseren over mogelijkheden hulp (formeel en informeel) Zelforganisatie vanuit gemeenschap inschakelen Doorverwijzen naar een verpleeghuis
Bezigheid zoeken voor de vader Praten met de schoonzoon: wat is hier aan de hand? Doorgeven aan een vertrouwenspersoon, of leidinggevende / vrijwilligerscoördinator Politie bellen Ondersteuning organiseren voor de mantelzorger Zorg in eigen taal organiseren Dagopvang adviseren / regelen
De bespreking maakt veel los. Daarbij gaat het over: Inschatting van de situatie Wat is je rol als vrijwilliger? Waar begin je mee? Wat kun je zelf doen? Wat mag je zelf doen? Waar vind je ondersteuning als vrijwilliger? In het tweede deel van de workshop geeft Mw. Daouairi met behulp van een powerpointpresentatie een handreiking voor vrijwilligers die in hun activiteiten te maken kunnen krijgen met signalen. Dat doet ze in de vorm van een stappenplan. Dit stappenplan voorziet ze van commentaar en adviezen, met aandacht voor een aantal specifieke punten die van belang zijn voor vrijwilligers in migrantengroepen. Stappenplan STOP ouderenmishandeling 1. Breng signalen in kaart 2. Consulteer een collega of expert, raadpleeg zo nodig het SHG 3. Praat met betrokkenen 4. Weeg aard, ernst en risico 5. Organiseer hulp of meld bij het SHG 6. Evalueer en reflecteer. 1. Breng signalen in kaart Maak onderscheid tussen Feiten: Wat zie ik? Wat hoor ik? en Interpretatie: Wat denk ik? Wat vermoed ik?
16
Signalen bij de oudere kunnen zijn: Zichtbaar letsel Schrikreactie of angstig Onsamenhangende verklaringen over verwondingen Depressieve of angstige indruk Onverzorgd, verwaarloosd uiterlijk Spullen die verdwijnen Weigeren van hulp of gesprek Krijgt geen gelegenheid om met anderen te praten Onverklaarbaar geldtekort Veranderd eet- of slaappatroon Signalen bij de pleger kunnen zijn: Onverschillige of juist overdreven vriendelijke toon Lijkt overbelast en is gespannen Schelden, schreeuwen Afschermen oudere van derden Klagen over de oudere Overdreven benadrukken hoe goed men is voor de oudere 2. Consulteer een collega, leidinggevende of expert Een belangrijke vraag: Bij wie ga ik te rade als ik signalen opvang? Denk daar goed over na. Binnen de migrantengemeenschappen is men erg bang voor roddel. Vertrouwelijkheid en waarborg van privacy moet voorop staan. Dus je gaat niet zomaar tegen iemand (medewerkster van de balie, of je man of vrouw) vertellen over wat je hebt gezien. Vaak kan het zinvol zijn om direct naar je leidinggevende (de vrijwilligerscoördinator) te gaan. Maar binnen zelforganisaties is niet altijd duidelijk wie die functie heeft. Dus: Wie kies ik?
Denk aan vertrouwelijkheid en privacy. Afweging: hoe acuut is het? Ken je beperkingen als vrijwilliger! Spreek af wie de volgende stap zet.
3. Praat met betrokkenen Stel (samen) vast: Wie is de direct betrokkene? Wie zijn verder betrokkenen? In de casus is de vader de direct betrokkene. Daarnaast zijn op zijn minst de dochter en schoonzoon betrokken.
17
In het gesprek: Bespreek de feiten: Wat zie ik? Wat hoor ik? Leg voor wat je denkt. Nodig uit tot reageren. Vraag: Waar zou u mee geholpen zijn? Leg opties voor als de oudere dat niet kan bedenken. Check of de boodschap goed is overgekomen. Let op! Je wekt verwachtingen, maar ook onzekerheid. Geef tijd en ruimte om een besluit af te wegen. Kom eventueel later weer terug. Denk aan de veiligheid van de oudere.
4.
Weeg aard, ernst en risico Maak een afweging van de signalen en feiten Is er sprake van kwade opzet (dader en slachtoffer) of ontspoorde zorg (twee slachtoffers)? Taxeer het risico Vraag eventueel advies bij Steunpunt Huiselijk Geweld.
18
5.
6.
Organiseer hulp Wie heb je daarbij nodig? (Eigen netwerk? Professionals?) Wat heb je daarbij nodig? Maak heldere afspraken Nogmaals: Ken je beperkingen! Vraag eventueel advies bij het Steunpunt Huiselijk Geweld, of in een duidelijk onveilige situatie: melden. Volg de effecten. Houd in de gaten welke vervolgstappen door anderen worden gemaakt en informeer bij betrokkenen hoe het met hen gaat.
Evaluatie Reflecteer op persoonlijk en organisatieniveau: o Op de situatie vooraf o Op het proces o Op de situatie achteraf o Op je zelf: je inzet en vaardigheden Wat heb je goed gedaan? Wat had beter gekund? Wat miste je aan competenties en vaardigheden? Wat zou de organisatie moeten doen om de vrijwilligers beter toe te rusten voor dergelijke situaties?
19
Workshop 3 Wat kun je als organisatie doen om mantelzorgers te ondersteunen? m.m.v. Chris Matitahatiwen, opbouwwerker en Joke Sapuletej, ouderenadviseur, beiden werkzaam in Moordrecht (gem. Zuidplas) Ontstaan Rumah Orang Tua Tua, dagopvang voor Molukse ouderen in Moordrecht 2005 – 2006: Huiskamerproject, in de vorm van een dagopvang zonder indicatie, opgestart en verder uitgewerkt 2007 – 2013: Op 17 maart 2007 is het dagopvangproject Rumah Orang Tua Tua (ROTT) officieel geopend. Financiering van het project is van belang voor continuïteit van de dagopvang.
20
Moluks vrijwilligerswerk Moluks vrijwilligerswerk is ontstaan vanaf de komst van de eerste generatie Organisatievormen bestaan ruim 60 jaar Vrijwilligers Rumah Orang Tua Tua Rumah Orang Tua Tua heeft 26 vrijwilligers waarvan 5 ouderenadviseurs. De overige vrijwilligers ondersteunen bij het organiseren van activiteiten. Joke Sapuletej is coördinator. ROTT wil in 2014 onderscheid maken in soorten vrijwilligerswerk onder leiding van een of twee Molukse Ouderen Adviseurs. Aantal ouderen, november 2013 Eerste generatie: 26 ouderen waarvan 20 vrouwen en 6 mannen (maar 1 echtpaar) Tweede generatie: ca. 350 tot 400 personen (in Indonesië en jaren ‘50 in Nederland geboren). Hoe werkt het Molukse netwerk? Voorbeeld van het organiseren van voorlichting over het thema Eenzaamheid in het kader van de landelijke week tegen eenzaamheid. Molukse werkgroepen, bijvoorbeeld werkgroep Panas Hubungan, (werkt aan onderlinge band binnen de Molukse gemeenschap) werden uitgenodigd Molukse kerken: predikanten, kerkenraden en Molukse vrouwenorganisaties werden uitgenodigd. Publiciteit Gebruik maken van mond tot mond reclame Posters ophangen in de Molukse kerk Verspreiden van uitnodigingen in- en buiten de Molukse wijk Nieuwsbrief Rumah Orang Tua Tua Facebook Bewaken van kwaliteiten (brede invulling). Hiervoor is het volgende nodig: Belangrijk is dat Rumah Orang Tua Tua weet wat ze als Molukse vrijwilligersorganisatie wil. Met een duidelijke visie en missie kunnen de werkplannen gemaakt worden. Zijn de vrijwilligers in staat om de plannen uit te voeren? Is deskundigheidsbevordering gewenst? Overleggen met externe partners. Op de hoogte blijven van landelijke en gemeentelijke beleidsontwikkelingen. Contact ‘warm’ houden met verantwoordelijke wethouders, ambtenaren en gemeenteraad Belangrijk is vertaalslag maken naar Rumah Orang Tua Tua.
21
Samenwerkende formele partners Steunpunt Mantelzorg Zuidplas Ouderenadviseur Zuidplas Nederlandse vrijwilligersorganisatie, NPV Zuidplas Overleg Zorg en Welzijn Moordrecht
22
Concreet praktijkvoorbeeld aan de hand van een bijeenkomst met Molukse mantelzorgers op 31 juli 2013 Doelgroep Molukse ouderenadviseurs, vrijwilligers en 10 mantelzorgers van Rumah OrangTua Tua en consulent steunpunt mantelzorg Zuidplas. Aanleiding Rumah Orang Tua Tua heeft het onderwerp mantelzorg /familiezorg aan de orde gesteld. Via de informele contacten is bekend dat Molukse mantelzorgers overbelast dreigen te raken of zelfs al overbelast zijn, maar toch doorgaan met het zorgen van hun ouders of familielid omdat zij zich verantwoordelijk voelen. Ook komt in de gesprekken naar voren dat ze zich vaak niet eens bewust zijn van overbelasting. Ze gaan door tot ze niet meer kunnen en zelfs psychische problemen krijgen. De nieuwe ontwikkelingen in de zorg vragen om eigen regie. Wat betekent dit voor Rumah Orang Tua Tua? Rumah Orang Tua Tua, een informele vrijwillige zorgorganisatie, ziet dit als een uitdaging en wil de regie zelf ter hand te nemen en uitvoeren. Wat heeft Rumah Orang Tua Tua geleerd van de bijeenkomst en hoe verder? Ervaringen ROTT krijgt vertrouwelijke informatie langs verschillenden kanalen De mantelzorgers/familiezorgers zien in de praktijk overlappingen van begrippen mantelzorg en familiezorg. Concreter wordt het als ingegaan wordt op de vraag wie meer dan 8 uur zorg verleend. Hierin is communicatie van wezenlijk belang. Delen van ervaringen is belangrijk. Afspraken Er zijn afspraken gemaakt over hoe om te gaan met vertrouwelijke privacy informatie. Bij vragen of problemen waar geen antwoord op gegeven kan worden is de mogelijkheid om naar het spreekuur te komen. Men kan terecht bij een Molukse vrijwillige ouderenadviseur, consulent mantelzorg, en ouderenadviseur van de gemeente Zuidplas. Het spreekuur vindt twee keer in de maand plaats in ROTT. Het houden van kleine bijeenkomsten over een gevoelig onderwerp zoals mantelzorg werkt beter. Er kan tijd worden genomen om over het onderwerp te praten.
23
Terug naar ouderen in veilige handen: Hoe gaan we hiermee om? Vertrouwen door ontmoeting Informatie via een omweg Bewustwording en voorlichting Voorbeelden: Een ouder alleen laten om snel boodschappen te kunnen doen Negeren als een oudere telkens dezelfde verhalen herhaalt, niet wetende dat hij/ zij problemen heeft met haar geheugen Zonder overleg niet mee willen naar leuke / bijzondere gelegenheden zoals ontmoeting met generatiegenoten omdat hij/zij denkt dat het te vermoeiend voor de oudere is. Financiëel beheer en onbewust gebruik maken door voor zichzelf boodschappen te doen met het pasje van de oudere. Rumah Orang Tua Tua onderkent dat het een lastig onderwerp is om aan de orde stellen maar vindt het toch belangrijk om hierover voorlichting te geven aan de Molukse gemeenschap. Vraag aan de deelnemers gesteld: Welke ervaringen heeft u in het informele netwerk met deze problematiek? Overbelaste mantelzorgers Intermediair zijn tussen ouderen, mantelzorgers en reguliere instellingen Een luisterend oor bieden Ervaringen met ontmoetingen en voorlichting Wat kunnen we van elkaar leren?
24
Colofon Dit verslag is een uitgave van het NOOM Netwerk van Organisaties van Oudere Migranten
Bezoekadres: Piet van Dommelenhuis 4e etage Churchilllaan 11 3527 GV Utrecht Postadres: Postbus 2069 3500 GB Utrecht T: 030 276 99 85 / 06 535 548 18 M:
[email protected] W: www.netwerknoom.nl
Tekst:
Yvonne Heygele, Projectleider Ouderen in veilige handen voor NOOM Met dank aan inleiders en workshopleiders!
Utrecht, december 2013 25