http://www.edusom.nl
Thema In en om het huis
Les 26. Herhaling thema
Wat leert u in deze les?
De woorden uit les 22, 23, 24 en 25
Veel succes! Deze les is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente Den Haag en DWI Amsterdam
WOORDEN Opdracht 1. Raad het goede woord. Kijk naar les 22. 1. Vul het goede woord in op de ………
2. Maak dan 1 goed woord van de letters in de
* De mensen die naast je wonen:
* Woning:
.
* Niet jong maar:
b
.
.
. . .
. . s
.
* De dag voor vandaag:
.
d
g i . . .
.
. n
Maak nu het woord van de letters: .
. .
. Bekijk de antwoorden op p. 9
Les 26 Beginners- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2014
2
WOORDEN Opdracht 2. Is de zin waar of niet waar? Kies! Kijk naar les 23. Vul ‘waar’ of ‘niet waar’ in op de ………
1. Als je verhuist, dan ga je ergens anders wonen:
.
.
.
.
.
2. Een fiets gaat sneller dan een brommer:
.
.
.
.
.
3. Een buurtcomité werkt in het ziekenhuis:
.
.
.
.
.
4. Als je hard loopt, dan loop je heel langzaam:
.
.
.
.
.
.
.
5. Als je verhuist dan moet je licht aanvragen:
.
.
.
Bekijk de antwoorden op p. 9
Les 26 Beginners- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2014
3
WOORDEN Opdracht 3. Kies het goede antwoord? Kijk naar les 24. 1. Kaas koop je
A Op de groenteafdeling B Op de afdeling met verse producten C Op de vleesafdeling
2. Aubergine is een soort
A Groente B Fruit C Vlees
3. Wat is het meest?
A Kilo B Ons C Pond
4. Wat kun je lang bewaren?
A Melk B Brood C Rijst
5. Wat kun je niet drinken?
A Thee B Suiker C Koffie
6. Als je iets koopt moet je altijd goed letten op
A De kleur B De datum C De tijd
Bekijk de antwoorden op p. 9 Les 26 Beginners- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2014
4
WOORDEN Opdracht 4. Zoek de zinnen bij elkaar. Kijk naar les 25. Let op! Eén zin is een vraag, de andere zin is het antwoord. Zoek steeds de twee zinnen bij elkaar die samen vraag en antwoord zijn! Trek lijntjes tussen de zinnen die bij elkaar horen.
Vraag
Antwoord
Hoeveel is dat samen?
Ja het is erg voordelig!
Wat is dat voor rode groente?
Dat is bij elkaar 23 euro!
Heeft u het niet kleiner?
4 euro!
Is het in de aanbieding?
Dat is paprika!
Hoeveel kost dat?
Nee sorry, ik heb alleen een briefje van 20 euro!
Bekijk de antwoorden op p. 9 Les 26 Beginners- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2014
5
WOORDEN Opdracht 5. Tegenstellingen: raad het goede woord. Kijk naar les 22, 23, 24 en 25. 1. Vul het goede woord in op de ………
2. Maak dan 1 goed woord van de letters in de
* Niet oud maar:
* Niet groot maar:
. .
.
.
g
l . . .
* Niet duur maar:
v o .
* Niet zacht maar:
h
* Niet iets maar:
.
.
n . .
.
. e . . .
. .
.
s
Maak nu het woord van de letters: . . . . . Bekijk de antwoorden op p. 9 Les 26 Beginners- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2014
6
Opdracht 6. Lees de zinnen en probeer ze te gebruiken.
WAT KUNT U ZEGGEN IN DIE SITUATIE? Als u opbelt om gas of licht aan te vragen: - Goedendag, ik wil graag gas en licht aanvragen voor mijn woning. - Goedendag, mijn naam is …….. Ik ben verhuisd. Ik zou graag licht en gas aanvragen voor mijn nieuwe huis. - Goedendag, u spreekt met ……. Graag zou ik gas en licht willen voor in mijn nieuwe woning. Kunt u mij helpen? Als u opbelt om een afspraak te maken: - Goedemiddag buurman, u spreekt met …….. Ik wil graag een afspraak maken om een keer samen een kopje koffie te drinken. - Goedendag, u spreekt met ……. Ik wil graag een afspraak maken. Het liefst wil ik een afspraak maken in de ochtend. Als u een gesprek hebt bij de woningbouwvereniging: - Goedendag ik ben …….. Ik heb een afspraak om 11 uur. - Goedemiddag, ik ben …… Ik kom voor mijn afspraak met …… Waar moet ik zijn?
Als u kennis wilt maken met de buren: - Goedemiddag, ik ben uw nieuwe buurman. Ik ben . …… - Goedendag, ik ben …. Ik ben hier net komen wonen. Wij zijn verhuisd. - Hoi buurman, wij zijn verhuisd. Wij zijn nu uw nieuwe buren. - Hallo ik ben ……. Ik ben net verhuisd en ik ben in deze straat komen wonen.
Les 26 Beginners- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2014
7
Opdracht 7. Kunt u het nu? Vul dit in voor uzelf. Ik kan…
Ja, dat kan ik Nee, nog niet
Gas en licht aanvragen.
Een huizenkrant lezen.
Een huizenkrant begrijpen.
Opbellen om een afspraak te maken.
Een gesprek voeren bij een woningbouwvereniging.
Huur betalen.
Kennis maken met mijn buren.
Een gesprek voeren met mijn buren.
Les 26 Beginners- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2014
8
ANTWOORDBLAD Opdracht 1. * Buren * Huis * Oud * Gisteren Het woord van de letters: huur Opdracht 2. 2. Waar 3. Niet waar 4. Niet waar 5. Niet waar 6. Waar Opdracht 3. 1. B 2. A 3. A 4. C 5. B 6. B Opdracht 4. Hoeveel is dat samen?
Ja het is erg voordelig!
Wat is dat voor rode groente?
Dat is bij elkaar 23 euro!
Heeft u het niet kleiner?
4 euro!
Is het in de aanbieding?
Dat is paprika!
Hoeveel kost dat?
Nee sorry, ik heb alleen een briefje van 20 euro!
Opdracht 5. * Jong * Klein * Voordelig * Hard * Niets Het woord van de letters: krant
Les 26 Beginners- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2014
9
EXTRA OEFENEN VOOR HET INBURGERINGSEXAMEN
De lessen van dit thema gaan over situaties in en om het huis. Dit sluit aan bij thema 2 ‘Omgangsvormen, normen en waarden’ en thema 3 ‘Wonen’ van KNS van het Inburgeringsexamen. Kijk nog eens terug naar de oefeningen in de lessen 22 t/m 25.
Kijk voor meer informatie over het inburgeringexamen op: http://www.inburgeren.nl/inburgeraar/examen/examen.asp Maak de voorbeeldexamens. Beginnersles 42 van Station Nederlands gaat ook over het examen.
Les 26 Beginners- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2014
10
Hoe leer je Nederlands? Door veel te oefenen in de praktijk. Door de lessen van Edusom te volgen op radio, tv en internet. Door met deze lesbrieven te werken. En met Station Nederlands. Kijk ook eens op Oefenen.nl. Daar vindt u programma’s over taal, maar ook over rekenen, gezondheid en nog veel meer. Kijk naar AT5 en Leef & Leer. Zoek een taalvriend om spreken en schrijven te oefenen. En zoek een taalcursus om nog meer te leren. U kunt ook naar het Taalspreekuur van de OBA gaan. Veel leerplezier!
Les 26 Beginners- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2014
11
Meer oefenen? Kijk naar films van ETV. Op ETV en de website www.ETV.nl zijn veel programma’s over wonen en samenleven te vinden. Doe de extra opdracht.
Bijvoorbeeld: - Klussen in huis - Een ander huis - In en om het huis - Feest in het buurthuis - Wat een mooi huis - In huis - Het huis - Thuis voor de buis
Extra Opdracht Lees de twee advertenties en geef antwoord op de vragen. U krijgt het volgende briefje in de brievenbus. Het is een advertentie.
Bent u opzoek naar een glazenwasser? De Bakker heeft nog plek om ook uw ramen te wassen! Glazenwassen tegen een vast tarief voor elk type woning € 12,50 We gebruiken ladders tijdens het glazenwassen en kunnen daarom op verzoek ook uw dakgoot schoonmaken. maak gerust een afspraak (068833997) met vriendelijke groet, Jan de Bakker kvk nummer 58685545
U praat met uw buurvrouw over de advertentie. Zij laat u een andere advertentie zien: Van der Pas is een schoonmaakbedrijf en bestaat al bijna dertig jaar. Onze glazenwassers maken heldere afspraken over de te reinigen ramen en vragen een vast tarief van 10 euro. Zij komen langs op momenten waarop het u uitkomt. De ramen die onze glazenwassers wassen, zijn na afloop streeploos schoon. Voor een afspraak belt u met Van der Pas schoonmaakbedrijf op 020 34 56 788
Les 26 Beginners- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2014
12
Opdracht Kies het goede antwoord: 1. Waarvan zijn de advertenties? a. Van een bakker. b. Van een glazenwasser. 2. Wat kan Jan de Visser nog meer doen voor u? a. De dakgoot schoonmaken. b. Alleen de ramen wassen. 3. Welke glazenwasser is goedkoper? a. Jan de Bakker. b. Van der Pas schoonmaakbedrijf.
Les 26 Beginners- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2014
13
ANTWOORDBLAD MEER OEFENEN Opdracht: 1. b. Een glazenwasser. 2. a. De dakgoot schoonmaken. 3. b. Van der Pas schoonmaakbedrijf.
Les 26 Beginners- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2014
14