http://www.edusom.nl
Thema Gezondheid
Les 34. Een afspraak bij de GGD. Wat leert u in deze les?
Informatie over vaccinaties begrijpen.
Hoe u een afspraak kunt maken bij de GGD.
Veel succes!
Deze les is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente Den Haag en Gemeente Amsterdam
HET GESPREK Opdracht 1. Lees het gesprek. U kunt het gesprek ook beluisteren via de website. HET GESPREK. DEEL 1.
Juanita en Corrine drinken samen koffie in de pauze. Juanita vertelt dat ze een afspraak bij de GGD heeft. Juanita: Corrine: Juanita: Corrine: Juanita: Corrine: Juanita: Corrine: Juanita: Corrine: Juanita:
Corrine: Juanita:
Ik moet vandaag op tijd weg. O, hoezo? Ik moet naar de GGD, om half vier. Ik moet prikken halen. Prikken? Ja, ik ga volgende maand naar Brazilië, mijn familie opzoeken. En moet je dan prikken halen? Ja, dat is verplicht. Hoe zo? Dat is tegen besmettelijke ziektes, dat je niet ziek wordt als je er bent. Wat voor ziektes dan? Nou, bijvoorbeeld gele koorts, dat is een hele ernstige infectieziekte. 30% van de mensen die het krijgt, gaat dood. En als je ingeënt bent, dan word je dus niet ziek. O, dus als je een prik haalt, dan ben je beschermd tegen gele koorts? Ja.
Even later in de middag. Juanita is in de wachtkamer bij de GGD. Ze moet een nummertje trekken. Man: Juanita: Man: Juanita: Man: Juanita: Man: Juanita: Man:
Juanita:
Goedemiddag Dag, Juanita Lopez. Gaat u zitten, u komt voor een vaccinatie? Ja, we komen voor een prik, we gaan volgende maand naar Brazilië. De kleine jongen ook? Ja. Goed. Even kijken …Brazilië. Dan krijgt u een vaccinatie tegen gele koorts, DTP en Hepatitis. Wie wil eerst? Eerst Manuel maar. Ga maar lekker bij je moeder zitten. Ja zo, … Dat was de prik al weer, goed zo! En nu je moeder … Zo, dat was het al weer. U kunt vanavond een beetje last krijgen van de vaccinatie, een zere arm of u een beetje koorts. Ja, dat weet ik.
Les 34 Plus- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2015
2
DE WOORDEN Opdracht 2. Lees de woorden. Zoek deze woorden op in het gesprek op pagina 2. Zet er een streep onder. Tip: U kunt de woorden ook beluisteren via de les op internet. De GGD De GGD is de Gemeentelijke Gezondheidsdienst. Voorbeeld: Je gaat naar de GGD om een vaccinatie te halen. Een besmettelijke ziekte Een besmettelijke ziekte gaat van de ene persoon naar de andere persoon. Voorbeeld: Joris had vorige week waterpokken. Nu hebben vijf kinderen uit de klas het, want waterpokken is een besmettelijke ziekte. De infectieziekte Als je een infectieziekte hebt, dan heb je een ziekte waarbij er een stof in je lichaam is gekomen die je ziek maakt. Voorbeeld: Gele koorts is een ernstige infectieziekte. Als je dichtbij iemand komt die de ziekte heeft, dan kun je het ook krijgen. Ingeënt zijn Als je bent ingeënt tegen een ziekte, dan heb je een prik gehad. En dan kun je die ziekte niet krijgen. Voorbeeld: Alle kleine kinderen worden ingeënt tegen rode hond, dan kunnen ze die ziekte niet krijgen. Beschermd zijn tegen Als je beschermd bent tegen rode hond, dan krijg je die ziekte niet. Voorbeeld: Ik ben beschermd tegen griep. Ik heb een griepprik gehad. De prik Voorbeeld: De dokter geeft Linda een prik tegen ziektes. De vaccinatie Als je een vaccinatie hebt gehad tegen gele koorts, dan ben je ingeënt tegen gele koorts. Je krijgt een vaccinatie met een prik. Voorbeeld: Bij de GGD kun je een vaccinatie krijgen als je op vakantie gaat.
Les 34 Plus- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2015
3
VRAGEN BIJ HET GESPREK Opdracht 3. Geef antwoord op de vragen.
1. Waar gaat Juanita naartoe?
…………………………………………………………………………………………
2. Waarom moet je worden ingeënt tegen besmettelijke ziektes?
…………………………………………………………………………………………
3. Met wie gaat Juanita naar de GGD?
…………………………………………………………………………………………
4. Kun je ziek worden van de prik?
…………………………………………………………………………………………
Bekijk nu de antwoorden op p. 22. Les 34 Plus- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2015
4
HET GESPREK Opdracht 4. Lees het gesprek. U kunt het gesprek ook beluisteren via de website. HET GESPREK. DEEL 2.
Juanita vraagt informatie bij de GGD. Man: Juanita: Man: Juanita: Man: Juanita: Man: Juanita: Man: Juanita: Man: Juanita: Man: Juanita: Man: Juanita:
En nu krijgt u van mij nog een recept voor malariapillen. Wanneer moet ik beginnen met die pillen? Dat kunt u allemaal in de bijsluiter lezen. O ja. En betaalt de ziektekostenverzekering de vaccinaties? Dat ligt aan uw aanvullende verzekering. Eh … en hoe weet ik dat dan? Dat moet u even opzoeken, even in uw polis kijken. Dat zal ik doen. Gaat u met zijn tweeën op reis? Nee, met mijn man en mijn dochter. En wanneer komen ze voor de vaccinaties? Dat weet ik nog niet. Het is belangrijk om op tijd te komen. Anders werkt het nog niet. Dan beschermt de vaccinatie niet tegen de ziektes. Ja, dat weet ik. Oké, nou, goede reis dan! Dank u wel.
En u? Bent U wel eens bij de GGD geweest?
Les 34 Plus- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2015
5
DE WOORDEN Opdracht 5. Lees de woorden. Zoek deze woorden op in het gesprek op pagina 5. Zet er een streep onder. U kunt de woorden ook beluisteren via de les op internet. De ziektekostenverzekering De ziektekostenverzekering betaalt de kosten als je ziek bent, bijvoorbeeld de dokter of de medicijnen. Voorbeeld: Ik betaal iedere maand geld voor de ziektekostenverzekering. De aanvullende verzekering De aanvullende verzekering betaalt de extra dingen die je nodig hebt als je ziek bent, bijvoorbeeld de tandarts of de fysiotherapeut. Voorbeeld: Ik heb een aanvullende verzekering bij mijn basisverzekering. Dus ik hoef de tandarts niet zelf te betalen. De polis De polis is een papier van de verzekering. Er staat in dat je een verzekering hebt en waarvoor je bent verzekerd. Voorbeeld: Mijn verzekering betaalt de vaccinaties. Dat staat in mijn polis. Op reis gaan Voorbeeld: We gaan volgende maand op reis. We gaan drie weken naar Ghana. De pil Een pil moet je doorslikken met water. Voorbeeld: Je moet deze pillen voor het eten innemen met een beetje water.
Les 34 Plus- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2015
6
VRAGEN BIJ HET GESPREK Opdracht 6. Geef antwoord op de vragen.
1. Wanneer moet Juanita met de malariapillen beginnen?
…………………………………………………………………………………………
2. Gaat Juanita alleen op reis?
…………………………………………………………………………………………
3. Waarom moet je de vaccinaties op tijd halen?
…………………………………………………………………………………………
Bekijk nu de antwoorden op p. 22. Les 34 Plus- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2015
7
HET GESPREK Opdracht 7. Lees het gesprek. U kunt het gesprek ook beluisteren via de website. HET GESPREK. DEEL 3.
Juanita en Corrine hebben pauze. Corrine vertelt dat ze de GGD moet bellen. Corrine: Juanita: Corrine: Juanita: Corrine: Juanita: Corrine:
Hoe was het gisteren? O, goed hoor. We hebben een prik gekregen en een recept voor pillen. Deed het pijn? Dat viel wel mee. En Manuel? Geen probleem. Ik moet de GGD ook bellen, mijn moeder is van de trap gevallen. Ze heeft haar been gebroken en zit in het gips. Dus ik moet hulp voor haar aanvragen.
Even later. Corrine belt naar de GGD. Stem: Corrine: Stem:
GGD Den Haag, goedemiddag … Goedemiddag, u spreekt met Corrine Verhulst. Ik bel voor mijn moeder. Ze heeft haar been gebroken en heeft hulp nodig. Ogenblikje, ik zal u even doorverbinden …
… Stem: Corrine: Stem: Corrine: Stem: Corrine: Stem: Corinne: Stem:
Met Jan van Dijk, afdeling Zorg. Met Corrine Verhulst. Mijn moeder heeft haar been gebroken, ze is van de trap gevallen. Ze kan nu niet voor zichzelf zorgen. Ik wil hulp aanvragen. Dat kan, hoe oud is uw moeder? 64 jaar. En wat voor hulp heeft uw moeder nodig? Nou, met wassen en aankleden en ook in huis, denk ik … Tja, dan moeten we een afspraak maken bij uw moeder om de situatie te bekijken. Daarna kan ik hulp regelen. Goed, wanneer kan dat dan? Ik begrijp dat er spoed bij is? Even kijken, morgenmiddag?
En u? Heeft U de GGD wel eens gebeld?
Les 34 Plus- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2015
8
DE WOORDEN Opdracht 8. Lees de woorden. Zoek deze woorden op in het gesprek op pagina 8. Zet er een streep onder. U kunt de woorden ook beluisteren via de les op internet. Hulp aanvragen Als je hulp aanvraagt bij de GGD, komen mensen je thuis helpen. Voorbeeld: Ik heb hulp aangevraagd voor mijn moeder. Ze kan niet meer goed voor zichzelf zorgen. Ik zal u even doorverbinden Voorbeeld: Ik wil spreken met meneer van Dijk. Een ogenblikje, ik zal u even met hem doorverbinden. De situatie De situatie is hoe iets is. Als de situatie in een land niet goed is, dan is het er niet goed. Voorbeeld: Ik kom de situatie thuis even bekijken. Dan kan ik zien wat voor hulp uw moeder nodig heeft. Spoed Spoed betekent dat het snel moet gebeuren. Er is haast bij. Voorbeeld: Na het ongeluk werd de vrouw met spoed naar het ziekenhuis gebracht.
Les 34 Plus- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2015
9
VRAGEN BIJ HET GESPREK Opdracht 9. Is de zin goed of fout? Zet een kruisje. Goed
Fout
1. Corrine en Manuel hebben alleen een prik gekregen. 2. Corrine moet hulp vragen voor haar moeder bij de GGD. 3. De moeder van Corrine heeft haar been gebroken. 4. Corrine is 64 jaar. 5. Corrine moet een afspraak maken bij de GGD.
Bekijk nu de antwoorden op p. 22.
Les 34 Plus- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2015
10
Samenvatting Schrijf in vijf zinnen op waar het hele gesprek over gaat. Let op: schrijf dus alleen het belangrijkste op!
………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………
Bekijk de antwoorden op p. 22. Les 34 Plus- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2015
11
SPREKEN Opdracht 10. Hoe zeg je dat? U wilt informatie wilt hebben. U gaat iemand opbellen, zeg dan: Goedemorgen, u spreekt met Juanita Lopez. Ik wil iets vragen. Hallo, met Juanita Lopez. Ik wil iets weten over vaccinaties. Goedemiddag, kunt u mij doorverbinden met de Thuiszorg? Dag, met mevrouw Lopez. Kan ik iemand van de afdeling Zorg spreken? Als u klaar bent met het telefoongesprek, zeg dan: Dank u wel voor de informatie. Bedankt, hoor. Hartelijk dank voor de informatie.
Les 34 Plus- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2015
12
OEFENING Opdracht 11. Maak de zin af. Hoe kunt u het ook zeggen? Kijk eerst naar het voorbeeld. Maak de zin af. Voorbeeld: Als uw kind het leuk vindt op school, dan gaat uw kind graag naar school.
Nu zelf. Hoe kunt u de zin ook zeggen? Maak de zin af. Als u op vakantie gaat, dan gaat u …………………………………………………………………………………………
Als u een vaccinatie gaat halen, dan gaat u een …………………………………………………………………………………………
Als u van de dokter medicijnen krijgt, dan krijgt u … …………………………………………………………………………………………
Als uw moeder met spoed hulp nodig heeft, dan heeft uw moeder …………………………………………………………………………………………
Als er op uw werk te weinig mensen zijn om te werken, dan zijn er …………………………………………………………………………………………
Als u ingeënt bent tegen gele koorts, dan heeft u een …………………………………………………………………………………………
Bekijk nu de antwoorden op p. 23. Les 34 Plus- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2015
13
DE WOORDEN Opdracht 12. Een pil of een prik? Schrijf de goede zin onder het juiste plaatje.
Kies uit: Dit is een prik en Dit is een pil.
…………………………………………
………………………………………
Wie zegt het? Tuma belt naar de GGD om informatie te vragen over infectieziekten. Tijdens het telefoongesprek zegt iemand: “Ik verbind u even door.”
Streep het foute antwoord door: Wie zegt dit?
Tuma / de medewerker van de GGD
Bekijk nu de antwoorden op p. 23. Les 34 Plus- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2015
14
DE WOORDEN Opdracht 13. Goed of fout? Is de zin goed of fout? Streep het verkeerde antwoord door. Kijk naar het voorbeeld. Voorbeeld: Als je een polis krijgt dan ben je ingeënt. Goed / Fout 1. Na een inenting voor Rode Hond ben je tegen die ziekte beschermd. Goed / Fout
2. Een vaccinatie is een prik. Goed / Fout
3. Een besmettelijk ziekte krijg je door de GGD. Goed / Fout
4. Een aanvullende verzekering verzekert meer dan een gewone ziektekostenverzekering. Goed / Fout
5. Een pil krijg je altijd in je arm. Goed / Fout
6. Als iets met spoed gaat dan gaat het langzamer dan normaal. Goed / Fout
7. Gele koorts is een ernstige infectieziekte Goed / Fout
Bekijk nu de antwoorden op p. 23.
Les 34 Plus- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2015
15
LEZEN Opdracht 14. Op reis gaan. Lees de informatie van de website van de GGD Amsterdam. Reizigersvaccinatie U gaat binnenkort op reis en u komt natuurlijk graag gezond weer thuis. In sommige landen kunt u vervelende en soms gevaarlijke ziekten oplopen. Meestal gaat het om diarree, malaria, huidproblemen en seksueel overdraagbare aandoeningen (SOA’s). Het is van belang om u te realiseren dat in een aantal landen de medische voorzieningen minder goed dan in Nederland zullen zijn. Bovendien kan de veiligheid op straat of in het verkeer anders zijn. Gezondheidsrisico's beperken Gelukkig kunt u een deel van de gezondheidsrisico's tot een minimum beperken door vaccinaties en/of malariatabletten. Bij de GGD Amsterdam krijgt u hierover deskundig advies van één van onze reizigersadviseurs. Dit zijn gespecialiseerde artsen en verpleegkundigen die werken volgens de richtlijnen van het Landelijk Coördinatiecentrum voor Landelijk Coördinatiecentrum voor Reizigersadvisering (LCR). Ieder advies is een advies op maat. De adviseur houdt rekening met uw specifieke gezondheidstoestand, reisdoel, reisduur, reisroute en manier van reizen. Ouderen, kinderen, vrouwen die zwanger zijn en mensen met een aandoening als hiv, reuma en diabetes hebben soms extra en andere adviezen nodig. Bij het vaccinatiebureau van de GGD is altijd een gespecialiseerde arts aanwezig die u hierin deskundig kan adviseren.
Les 34 Plus- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2015
16
OEFENING Opdracht 15. Beantwoord de vragen. In de vorige oefening heeft u informatie gelezen van de GGD over op reis gaan. Beantwoord nu de vragen over de tekst. 1. Kunt u in een ander land een besmettelijk ziekte of een infectieziekte krijgen? Ja / Nee 2. Noem vier ziektes die vaak voorkomen bij mensen die op reis zijn. ………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………… 3. Is de zorg in alle landen even goed? Ja / Nee 4. Hoe kunt u gezondheidsrisico’s beperken? ………………………………………………………………………………………… 5. Wat zijn reizigersadviseurs? ………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………… 6. Is elk advies hetzelfde? Ja / Nee 7. Welke mensen hebben soms extra of andere adviezen nodig? ………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………
Bekijk nu de antwoorden op p. 23.
Les 34 Plus- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2015
17
SPREKEN Spreek samen! Doe samen met uw Taalvriend de spreekopdrachten. Lees samen. De een leest A, de ander B.
Opdracht 16. Lees samen met uw taalvriend: A
Ik ga vandaag een prik halen. Ik ga vandaag een prik halen. B
A
Ik ga op reis naar Gambia Ik ga op reis naar Gambia. B
A
Waar ga je die prik dan halen? Waar ga je die prik dan halen?
Bij de GGD. Bij de GGD. B
A
Naar Gambia? Naar Gambia? Moet je dan een prik halen? Moet je dan een prik halen?
Ja, dat is verplicht! Ja, dat is verplicht! B
A
Een prik? Een prik? Waarvoor? Waarvoor?
De GGD? Wat is dat dan? De GGD? Wat is dat dan?
Die is voor de gezondheid! Die is voor de gezondheid! Van alle mensen! Van alle mensen!
Les 34 Plus- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2015
18
SPREKEN Spreek samen! Opdracht 17. Lees samen met uw taalvriend: A
Goedemorgen, GGD Goedemorgen, GGD B
A
Dag mevrouw, Dag mevrouw, Wat kan ik voor u doen? Wat kan ik voor u doen? B
A
Hallo, u spreekt met Ellen Blok Hallo, u spreekt met Ellen Blok
Ik wil graag de Thuiszorg spreken. Ik wil graag de Thuiszorg spreken.
Een momentje alstublieft Een momentje alstublieft Ik zal u even doorverbinden. Ik zal u even doorverbinden.
… B
A
Met Nanet Verhoef, afdeling Zorg Met Nanet Verhoef, afdeling Zorg
Spreek ik met de Thuiszorg? Spreek ik met de Thuiszorg? B
Ja zeker, zeg het maar … Ja zeker, zeg het maar …
VRAAG VAN DE LES Waarvoor ga je naar de GGD? Les 34 Plus- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2015
19
LEZEN Opdracht 18. Lees. DE INFORMATIE. De GGD Op veel plaatsen in Nederland is een GGD. GGD betekent Gemeentelijke Gezondheidsdienst. De GGD doet allemaal dingen om te voorkomen dat mensen ziek worden. Iedereen kan naar de GGD gaan. Bijvoorbeeld als u een vaccinatie voor uw vakantie moet hebben wanneer u naar een ver land in Afrika of Zuid-Amerika gaat. Sommige vaccinaties zijn verplicht, andere vaccinaties worden aanbevolen. U kunt ook naar de GGD gaan als uw kind naar de jeugdarts moet. De jeugdarts onderzoekt uw kind. Hij kijkt bijvoorbeeld of uw kind goed kan horen en goed kan zien. U kunt zelf ook vragen bespreken met de jeugdarts. Bijvoorbeeld over de gezondheid of opvoeding van uw kind. Soms is er een inloopspreekuur waar ouders naartoe kunnen gaan met hun vragen. U kunt ook een afspraak maken met de jeugdafdeling. Daar kunt u hulp vragen als er problemen zijn met uw kind. Als uw kind bijvoorbeeld gepest wordt. De jeugdafdeling geeft cursussen voor ouders over pesten. Dan kunt u met andere ouders praten en elkaar tips geven. De GGD geeft ook voorlichting over gezondheid, bijvoorbeeld over gezond leven, roken, alcohol, drugs, enzovoort. Veel problemen met de gezondheid komen door een ongezonde levensstijl. Hart- en vaatziekten komen bijvoorbeeld door roken, ongezond eten en te weinig bewegen. Het is dus belangrijk dat mensen gezond leven. Dat betekent: Gezond eten: dus niet te veel eten en te vet eten. Veel bewegen: dus niet met de lift maar met de trap. Niet roken. En niet te veel alcohol drinken.
TIP VAN DE WEEK 1 Als u iemand opbelt, dan is het belangrijk dat u duidelijk praat. Zeg duidelijk uw naam, zowel u voornaam als uw achternaam. Spreek duidelijk en langzaam. Zeg de woorden duidelijk. Spreek goed in de telefoon. Vertel in het kort waarom u belt.
PRAKTIJK Opdracht 19. Kijk in de praktijk. DE PRAKTIJKOPDRACHT U moet veel Nederlands oefenen. Praat Nederlands. U gaat op reis, bijvoorbeeld uw familie opzoeken. Welke vaccinaties heeft U nodig? Bel op naar de GGD in uw woonplaats of zoek het op, bijvoorbeeld op internet. Les 34 Plus- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2015
20
HOE GAAT HET? Opdracht 20. Kent u de woorden? Kruis aan.
De GGD Een besmettelijke ziekte De infectieziekte Ingeënt zijn Beschermd zijn tegen De prik De vaccinatie De ziektekostenverzekering De aanvullende verzekering De polis Op reis gaan Een pil Hulp aanvragen Ik zal u even doorverbinden De situatie Spoed
Opdracht 21. Kunt u het in het Nederlands? Deze les ging over de GGD. U heeft geleerd hoe u daar een afspraak kunt maken. U heeft ook geluisterd naar informatie over vaccinaties. En u? Kunt u een afspraak maken bij de GGD? En kunt u informatie over vaccinaties begrijpen? Kunt u dat nu goed? Of een beetje? Of nog niet zo goed? Zet een kruisje.
Goed
Gaat wel
Niet zo goed...
Ik kan een afspraak maken bij de GGD.
Ik kan informatie over vaccinaties begrijpen.
Les 34 Plus- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2015
21
ANTWOORDBLAD Opdracht 3. 1. Ze gaat naar de GGD om prikken te halen. 2. Dan kun je niet ziek worden. 3. Met Manuel. 4. Niet echt ziek, maar je kunt wel een beetje last krijgen, bijvoorbeeld een beetje koorts of een zere arm. Opdracht 6. 1. Dat moet ze in de bijsluiter lezen. 2. Nee, ze gaat met haar man en kinderen. 3. Omdat ze anders niet beschermen tegen de ziekte. Opdracht 9. 1. Fout, ze hebben ook een recept gekregen voor pillen. 2. Goed, Corrine moet hulp vragen voor haar moeder bij de GGD. 3. Goed, de moeder van Corrine heeft haar been gebroken. 4. Fout, de moeder van Corrine is 64. 5. Goed, Corrine moet een afspraak maken bij de GGD. Samenvatting Let op! Dit is een samenvatting van het gesprek, hierin staan de belangrijkste dingen uit het gesprek. Uw vijf zinnen kunnen anders zijn! Juanita en Corrine drinken koffie op het werk. Juanita vertelt dat ze vanmiddag naar de GGD moet. Ze moet een prik halen, omdat ze naar Brazilië gaat. Dat is verplicht omdat er in Brazilië veel besmettelijke ziektes zijn. Bij de GGD krijgen Juanita en Manuel een vaccinatie tegen gele koorts, DTP en Hepatitis. Juanita krijgt ook een recept voor malariapillen. Ze vraagt of de ziektekostenverzekering de vaccinaties betaalt. De man van de GGD weet dat niet. Dat hangt af van je verzekering. Hij zegt dat Juanita even in de polis moet kijken. De man zegt ook dat haar man en dochter ook op tijd moeten komen voor de vaccinaties. Juanita en Corrine hebben pauze. Corrine vertelt dat ze de GGD moet bellen. Haar moeder heeft haar been gebroken en heeft hulp nodig. Corrine belt naar de GGD. Ze vertelt dat haar moeder hulp nodig heeft met wassen en aankleden. De man van de GGD maakt een afspraak om bij moeder te komen praten.
Les 34 Plus- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2015
22
Opdracht 11. 1. Als u op vakantie gaat, dan gaat u op reis. 2. Als u een vaccinatie gaat halen, dan gaat u een prik halen. 3. Als u van de dokter medicijnen krijgt, dan krijgt u pillen of een drankje. 4. Als uw moeder met spoed hulp nodig heeft, dan heeft uw moeder snel hulp nodig. 5. Als er op uw werk te weinig mensen zijn om te werken, dan zijn er mensen tekort op uw werk. 6. Als u ingeënt bent tegen gele koorts, dan heeft u een vaccinatie gehad tegen gele koorts. Opdracht 12. Dit is een pil
Dit is een prik
De medewerker van de GGD. Opdracht 13. 1. Goed 2. Goed 3. Fout 4. Goed 5. Fout 6. Fout 7. Goed Opdracht 15. 1. Ja. 2. Diarree, Malaria, huidproblemen en seksueel overdraagbare aandoeningen. 3. Nee. 4. Door vaccinaties en/of malariatabletten. 5. Dit zijn gespecialiseerde artsen en verpleegkundigen die werken volgens de richtlijnen van het Landelijk Coördinatiecentrum voor Landelijk Coördinatiecentrum voor Reizigersadvisering (LCR). 6. Nee. 7. Ouderen, kinderen, zwangeren en mensen met een aandoening als hiv, reuma en diabetes. Vraag van de les: Bijvoorbeeld als je vaccinaties moet halen of als je thuis hulp nodig hebt.
Les 34 Plus- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2015
23
Hoe leer je Nederlands? Door veel te oefenen in de praktijk. Door de lessen van Edusom te volgen op radio, tv en internet. Door met deze lesbrieven te werken. En met Station Nederlands. Kijk ook eens op Leef & Leer. En op Oefenen.nl. Daar vindt u programma’s over taal, maar ook over rekenen, gezondheid en nog veel meer. Zoek een taalvriend om spreken en schrijven te oefenen. Een taalvriend is iemand die goed Nederlands spreekt. Een vriend. Of misschien iemand van uw werk. Of uw buurman. Het is handig als u een taalvriend heeft om samen de oefeningen mee te doen En zoek een taalcursus om nog meer te leren. U kunt ook naar het Taalspreekuur van de OBA gaan. Veel leerplezier!
Kijk naar films van ETV Op de website ETV.nl vindt u films die gaan over gezondheid. http://www.etv.nl/index.cfm?act=programma.detail&pid=38
Les 34 Plus- Station Nederlands - Edusom © ITTA 2015
24