Verslag Ambassadeursreis Malawi Door: Marlieke van Rens (MC&S en bestuurslid BDO Fonds)
The warm heart of Africa Ergens halverwege augustus kwam een e-mail binnen vanuit Edukans; een uitnodiging voor de Edukans ambassadeursreis in november. We bespreken dit tijdens de bestuursvergadering van het BDO Fonds, waar ik bestuurslid ben. Dat we deelnemen staat al snel vast; als ambassadeur van Edukans kunnen én willen we hierbij niet achterblijven. Het bestuur is het er unaniem over eens dat ik – samen met collega Ard Lucassen (O&C) - BDO zal vertegenwoordigen tijdens de reis. De vorige mogelijkheden liet ik immers aan mij voorbijgaan. Mijn kinderen waren nog kleiner, en zo’n reis was vast heel erg aangrijpend. Het thuisfront overtuigde mij van het feit dat ik zo’n kans ‘toch echt niet nog een keer mocht laten schieten’. En gelijk heeft ‘ie natuurlijk. Toen hij daarbij zelfs bereid was om de zorg voor onze meiden een week lang alleen op zich te nemen, kon ik niet anders dan ‘ja’ zeggen. En gelukkig maar! Het werd namelijk een bijzondere en indrukwekkende reis….
Dag 1 en 2: Naar Malawi via Kenia… en Zambia Mijn avontuur begint op zaterdagochtend 16 november om 5.00 uur. Eric brengt me naar Schiphol. We vertrekken vanuit mijn ouders in Brabant, waar de kinderen me onverwacht nog even uitzwaaien (mijn moeder: ‘Ze zijn al vanaf 3.00 uur wakker…’). Eenmaal aangekomen (afdeling koe, rij 114) ontmoet ik mijn medereizigers; Cor Slob van Edukans, fotograaf Gerrit Jan Miedema, ondernemer Wim Verkaik en collega Ard. We checken in. Dat gaat tegenwoordig bij zo’n paal met je paspoort. Niks geen tickets met de post van het reisbureau. Ik heb duidelijk al heel lang niet meer écht internationaal gereisd ;-) Na een laatste cappuccino bij Starbucks vertrekken we richting gate. Onderweg koop ik nog een cadeautje voor onze begeleider in Malawi. Stroopwafels in blik, hoe Hollands wil je het hebben. Eenmaal in het vliegtuig besluit de piloot te wachten op een groep vertraagde reizigers. Na een verder voorspoedige reis zien we hierdoor ons vliegtuig naar Malawi al opstijgen nog voordat we goed en wel geland zijn op het vliegveld van Nairobi. Dat wordt een overnachting in de Keniaanse hoofdstad. Gelukkig liggen onze boardingpassen voor de volgende ochtend al klaar; ons reisprogramma blijft vooralsnog intact. En we hebben er een stempel bij in ons paspoort. We worden naar een van de chicste hotels van Nairobi gebracht. Zo slecht is zo’n vertraging nog niet! Alleen jammer van het discofeest dat urenlang door de muren dreunt. Om 5.00 uur (3.00 uur Nederlandse tijd!) klinkt de wake-up call. Tijd om op te staan en onze reis te vervolgen. Uurtje Zambia Kenya Airways brengt ons naar Malawi, maar we vliegen eerst nog even naar Zambia om passagiers op te halen. Later die dag zouden we ook nog de grens met Mozambique passeren. Vier Afrikaanse landen in één dag, dat is al een prestatie op zich concluderen wij! Als we in Malawi aankomen, blijken onze koffers gelukkig meegereisd. Ze bleven een nacht op het vliegveld in Nairobi en we waren toch enigszins bang dat er ergens iets mis ging. Hulde aan de logistiek. Vanuit het vliegveld in Lilongwe wacht ons nog een reis van vijf uur naar Blantyre in het zuiden van Malawi, waar we de eerste scholenprojecten zullen bezoeken. Onze begeleiders Robbert en Moffat van de lokale partnerorganisatie EEDF komen ons halen met een prima busje. Als westerlingen zijn we erg blij met de airco – het is buiten met zo’n 33 graden aardig warm. Op het vliegveld pinnen we nog even in de lokale munteenheid Kwacha. We kunnen maximaal 20.000 Kwacha pinnen; goed voor zo’n 40 euro. En dan te bedenken dat het pakketje geld dat uit de ATM komt een half jaar geleden nog het dubbele waard was. De inflatie is hier ongekend.
Engelse invloeden Het eerste dat opvalt als we onderweg zijn is de goed geasfalteerde weg, zonder kuilen. De M1, een duidelijke erfenis van de Britse kolonisatie, loopt van noord naar zuid (en andersom) en vormt niet alleen de logistieke slagader van het land, maar zo te zien ook de sociale. Er zijn veel geïmproviseerde kraampjes waar mensen vooral groenten proberen te verkopen. Proberen, want het lijkt er niet op dat zij veel succes boeken. Robbert vertelt ons dat dit hen toch ‘going’ houdt. Dat snap ik wel; een enkele tomaat verkopen is beter dan niets. Later die week blijkt overigens dat de ambities niet hoog liggen. Als er een goede verkoop is geweest, gaan mensen al snel naar huis. Als het verdiende geld op is, gaat de verkoop verder. Ondanks dat het al bijna acht maanden niet geregend heeft – het regenseizoen staat voor de deur – is het nog heel groen overal. Het is er bergachtig en we zien veel mangobomen. De akkers zijn allemaal klaargemaakt voor als de regen komt. Gedurende de rit zien we honderden mensen lopen langs de weg op weg naar wie zal het zeggen, veelal zonder schoenen maar wel met een mobieltje aan hun oor. Fietsen zien we ook veel, vaak beladen met ongelofelijke hoeveelheden hout of stukken golfplaat. We zagen zelfs een man met een vierdelige set kamerstoelen achterop zijn fiets! De berm wordt gedomineerd door geiten en kippen. Hier en daar lopen een paar koeien. Omheiningen zijn er niet; ’s avonds gaan de dieren vanzelf terug naar hun verzorgers in de buurt. Auto’s rijden er niet heel veel; in de dikke SUV’s zit steevast een blanke bestuurder. Daarnaast rijden er vooral minibusjes die dienst doen als openbaar vervoer. Later horen we dat de bustijden afhankelijk zijn van de passagiers; als het busje vol is, wordt er gereden. Franse taferelen Halverwege de reis stoppen we bij een tankstation. Het toilet is buiten gebruik want er is geen stromend water. Maar er is nog wel een hokje met een gat in de grond. Gelukkig heb ik vroeger tijdens de vakanties genoeg geoefend langs de Franse snelwegen… Om half zes gaat het schemeren en om zes uur is het pikdonker. De mensen trekken zich overigens niets aan van het feit dat ze bijna geen hand voor ogen zien. Ze reizen gewoon verder, met gevaar voor eigen leven. En voor ons leven, want een aantal keer moet onze chauffeur hard toeteren als opeens een fietser verschijnt en een minibus tegelijkertijd passeert. Gelukkig gaat het goed. Om 19.30 arriveren we bij het hotel waar we drie nachten verblijven; Annie’s Lodge. Het is er schoon en er is een fijne tuin waar we nog een hapje eten. Rijst met kip; dat zullen we de dagen die volgen nog vaker voorgeschoteld krijgen. Kort daarna gaat bij mij letterlijk en figuurlijk het licht uit; ik ben bekaf van de reis en eerste indrukken. Ik maak de klamboe mugvrij en binnen een paar minuten slaap ik.
Dag 3: Bezoek Chilongoma & Mitole primary schools Na een stevig ontbijt – You like fried egg? Yes, maar de volgende keer graag zonder worst, bonen en aardappelen please! – gaan we met het busje op weg richting twee basisscholen. Eerst kopen we nog pannen voor de families die we een huisbezoek zullen brengen. We gebruiken hiervoor het geld dat over is van de inzameling onder BDO-collega’s. Van te voren had ik al pakketjes klaargemaakt met pennen en notitieblokjes. Onderweg naar de eerste basisschool trekt het dagelijkse Malawiaanse leven aan ons voorbij. Veel mensen wonen gelukkig in stenen huisjes, al staat er vrijwel niets in. De overheid heeft een aantal doelstellingen geformuleerd voor het land: voldoende eten, kleding en een huis met een dak dat niet lekt. Toch zien we ook nog veel lemen huisjes met strodak. Vaak bouwen deze mensen een paar meter verder aan een stenen variant; voor de stenen gebruiken ze de lokale rode aarde en bakken stenen zelf op geïmproviseerde wijze. Als er wat geld verdiend is, volgt bijvoorbeeld het golfplaten dak. Het duurt vaak jaren voor het huisje eindelijk af is. Hoewel je natuurlijk ziet dat de mensen zeer arm zijn, heb ik niet direct het gevoel dat zij hieronder lijden of gebukt gaan. Hoewel het leven voor velen ontzettend zwaar moet zijn, wekken zij niet die indruk. Je ziet mensen lachen met elkaar, relaxed aan de kant van de weg. Kinderen
rennen rond met leeftijdsgenootjes. Mensen nemen de tijd om te gaan waar zij willen of moeten zijn. We zien overal groente en fruit; bananen, tomaten, aardappelen en mango’s. Een goed oogstjaar doet uiteraard wonderen voor de beschikbaarheid van voldoende voedsel. De emotionele ‘klap’ die ik vooraf dacht te krijgen blijft tot dusver dan ook uit. Het is hoe het is, en veel mensen vinden het volgens mij wel prima. Later die week bezoeken we een sloppenwijk en wijzigt mijn beeld wel enigszins… Onder de boom Na een uurtje rijden arriveren we bij de eerste school: Chilongoma primary school. Wat een beleving! De school telt ‘slechts’ 600 leerlingen en die komen ons allemaal begroeten. In een van de leslokalen worden we toegezongen (check het filmpje!). Alle kinderen willen natuurlijk op de foto. Ik maak ook filmpjes; ze vinden het geweldig om zichzelf terug te zien. De kinderen zijn blij en uitgelaten. De leslokalen zien er naar omstandigheden goed uit: de muren zijn wit, het schoolbord is prima en hier en daar zijn lokalen met schoolbankjes. Edukans heeft hieraan bijgedragen, goed om te zien dat de kinderen uit deze omgeving (we zitten in de middle of nowhere) hierdoor naar school kunnen en dat het een plek is waar zij zich veilig en prettig voelen. Onder een grote boom worden een paar plastic stoelen neergezet waarop wij plaats mogen nemen (schaduw is zeer welkom want het moet bijna 40 graden zijn). We overhandigen tassen met ballonnen, pennen, potloden, slijpers en schriften aan de directeur. Hij neemt deze dankbaar in ontvangst! We verlaten het schooltje met een goed gevoel en worden uitbundig uitgezwaaid.
De tweede school die we bezoeken is een stuk groter: 1.400 leerlingen. Ook hier volgt een ontmoeting met de directeur en leerkrachten. Dit wordt vooraf gegaan aan een gebed. Het geloof speelt een grote rol in Malawi. Ik praat met Mother Groups; moeders die zich op school inzetten om ervoor te zorgen dat meisjes zich op hun gemak voelen. Dit is nodig omdat het percentage drop outs onder meisjes erg hoog is. Ik vertel hen dat ik het werk dat zij doen erg waardeer, zeker omdat ik zelf ook moeder ben van twee dochters. De moeders glimmen van trots. In Ajaxtenue We hebben nog iets bijzonders te geven. Daarvoor gaan we naar een veldje achter de school. Hier traint het schoolvoetbalteam. Als sponsor van Ajax hebben wij van de voetbalclub maar liefst 66 voetbalshirts gekregen om uit te delen tijdens onze reis. Wij hebben besloten om de schoolvoetbalteams van de scholen die we bezoeken hiermee blij te maken. ‘Blij’ blijkt echter nogal een understatement. De jongens gaan uit hun dak en de hele school doet mee.
De meesten voetballen op slippers of ‘gewoon’ op blote voeten. Van tenues is al helemaal geen sprake. Hoe geweldig is het dan om zomaar opeens een Ajaxshirt te krijgen? En een aantal lederen ballen, die we vanuit BDO meebrachten (waarvoor dank, collega’s!). Het was hartverwarmend om hun reacties te horen. ‘Volgende week spelen we een wedstrijd tegen een school hier uit de buurt, dan mogen we de shirts aan. Ik weet zeker dat we gaan winnen!’ Bijzonder was dat de kinderen die beroemde voetbalclub uit Amsterdam stuk voor stuk kenden, waar we ook kwamen. Dat is een aparte gewaarwording, zeker als je je na uren rijden in the middle of nowhere waant, waar amper elektriciteit is en kinderen niet meer hebben dan de kleding aan hun lijf. Wat mij tijdens het bezoek aan deze school persoonlijk erg raakte, waren de gesprekken die ik daar met de kinderen had. Hoe penibel hun situatie ook is, ze lachen je allemaal toe en hebben dromen voor later. Wat wil je later worden, wat zijn je ambities? ‘Piloot of arts, misschien advocaat’. Door de projecten van Edukans en haar lokale partnerorganisaties komen deze dromen in elk geval een stukje dichterbij.
Thuisbezoek Ik praat lange tijd met de kinderen. Gelukkig spreken ze allemaal redelijk goed Engels, net als bijna alle mensen die ik in Malawi ontmoet trouwens. Ik zou er wel de hele dag kunnen blijven, maar dan is het tijd voor het volgende onderdeel van het programma. Samen met Rambique, een jongen van 12, bezoek ik zijn huis. Zijn moeder en zes broers en zussen zijn er ook. Ik mag plaatsnemen op de enige stoel, de rest zit op de grond. In het huisje staat niets. Ik overhandig Rambique’s moeder de kookpan en ze is erg blij. Ik zie ergens een andere pan staan, maar die ziet eruit alsof deze al jaren aan vervanging toe is. Het is echter het enige exemplaar dat ze hebben. Fijn dat ik zo een beetje kan helpen! Rambique vertelt dat hij piloot wil worden. Ik vraag hem of hij weleens een vliegtuig gezien heeft. ‘Ja, in de lucht’, zegt hij. Ik laat hem een foto op mijn mobiel zien van het KLM-toestel die ik voor vertrek maakte. Hij is erg onder de indruk. Ik vraag me wel af of hij zijn droom nog wil realiseren, nu hij deze 747 van ‘dichtbij’ heeft bekeken ;-) Rambique laat mij zijn schriften zien en vertelt over school en zijn leven. Een bijzondere ontmoeting, ik hoop dat het hem goed zal gaan… We rijden terug naar Blantyre. Na aankomst bij het hotel eten we wat (rijst met kip uiteraard) en praten we nog wat na. Daarna zoek ik al snel mijn bed weer op. Best vermoeiend, zo’n trip!
Dag 4: Theeplantages en Self Help Groups Vandaag staat een bezoek aan theeplantages op het programma. Ook rijden we naar de berg Moulanje, de derde grootste berg van Malawi. De theeplantages zijn prachtig. Omdat we hoger zitten, is dit gebied wat koeler en vochtiger. Daarom is het geschikt voor het verbouwen van thee en tabak. We zien mannen met grote manden op hun rug die de theebladeren plukken. Wim heeft nog een paar schoenen weg te geven. De vrouw die ze uiteindelijk blijkt te passen is dolgelukkig. We vervolgen onze weg en het landschap verandert alweer snel. In de buurt van de berg – die we niet goed kunnen zien want het is erg bewolkt – is een markt voor groente en fruit waar we een kijkje nemen. Wim trakteert ons op bananen. Bijzonder; van buiten zijn ze bedekt met bruine plekken, maar binnenin nog helemaal gaaf. Zoals dat hoort bij bananen waarschijnlijk. We vragen ons af wat voor troep er in de bananen moet zitten die we in Nederland eten… Sloppenwijk We rijden terug naar Blantyre. Robbert vertelt dat we nog een groep vrouwen gaan bezoeken die zich Self Help Groups noemen. Wat we niet wisten, is dat deze vrouwen in een sloppenwijk wonen. Een confronterend en ongemakkelijk half uur volgt, als we door de sloppenwijk en dwars door de plaatselijke markt naar de vrouwen rijden. De mensen zijn niet alleen ontzettend arm, het is er ook allesbehalve fris. Het lijkt een uitzichtloze situatie. De geur die er hangt is niet te beschrijven. Al rijdende worden we allemaal met de minuut stiller. We voelen ons rijke westerlingen die even een kijkje komen nemen. Als we uiteindelijk arriveren bij de plek waar de
vrouwengroepen zich verzameld hebben, verdwijnt het unheimische gevoel al snel. De vrouwen zingen en dansen ons toe in hun moedertaal Chichewa: ‘We danken God voor dit bezoek’. We nemen plaats op bankjes en al gauw zitten er tientallen kinderen om ons heen. Een mevrouw van de organisatie die de vrouwen begeleidt, legt uit dat de vrouwen iedere week een klein bedrag inleggen. Zo bouwt de groep wat kapitaal op. Als iemand geld nodig heeft voor een grote aankoop, bijvoorbeeld om een bedrijfje op te starten, wordt dit binnen de groep besproken. Het lijkt goed te werken, want de vrouwen hebben in een paar maanden al aardig wat opgebouwd. Ze krijgen van ons allemaal een pen en een notitieblokje en we geven een bijdrage voor ‘de pot’.
We zijn allemaal opgelucht als we de sloppenwijk weer verlaten. Wellicht was het anders geweest als we beter voorbereid waren. De beelden die hier op mijn netvlies kwamen, zullen mij in elk geval voor altijd bijblijven. ’s Avonds hebben we een meeting met verschillende leden van trainingsinstituten waar EEDF mee samenwerkt. We ontmoeten ook de accountant, die vertelt dat BDO in Blantyre is gevestigd. Dat wisten we niet, aangezien de website nog verwijst naar ZuidAfrika. Morgen maar eens kijken!
Dag 5: Op safari! Vandaag zijn we enkel toerist in Malawi, vertelt Robbert ons na het ontbijt tijdens de briefing. We reizen naar Lilongwe, waar we de resterende dagen zullen verblijven. Maar eerst nog even de stad in. Ik heb last van eczeem bij mijn ogen. Als ik er niks aan doe, wordt het steeds erger. De eigenaresse van het hotel verwijst me naar de apotheek. Daar aangekomen, bekijkt de apotheker de situatie en hoort mijn verhaal aan. Twee minuten later heb ik precies wat ik nodig heb, voor het luttele bedrag van 80 cent. In Malawi mogen apothekers kennelijk ook diagnosticeren. Ik weet niet of dat nou zo verstandig is, maar in dit geval wel handig! Om de hoek ligt het pand waar BDO is gevestigd. We worden er hartelijk ontvangen door de partner en office assistant. Het kantoor is drie jaar geleden opgezet en telt vijf medewerkers. De BDO Vision van Exceptional Client Service prijkt op een poster aan de muur. Bijzonder, aangezien ik de interne communicatie hiervoor wereldwijd zelf met BDO International heb opgezet! We maken wat foto’s, schudden hadden en nemen weer afscheid.
Dan is het tijd om echt op pad te gaan. We nemen de toeristische route via Liwonde National Park; we gaan op safari! Omdat het de dag ervoor geregend heeft, nemen we een alternatieve route. De laatste 16 kilometer gaan over een hobbelige zandweg vol kuilen en bulten. Ik ben blij dat er ook veel goed asfalt is in Malawi. De safari is super. Helaas spotten we geen olifanten, ondanks de inzet van onze ranger. Maar genoeg andere mooie dieren, waaronder een krokodil, nijlpaarden, bavianen en impala’s. Even heb ik het gevoel dat ik gewoon in een grote dierentuin zit. Dan stopt de ranger zijn jeep en horen we een impalajong roepen om zijn moeder. Maar die is net te laat; een baviaan grijpt het jong en klimt in een boom. Hij begint van het dier te eten en we horen zijn nekje breken. Wij zijn hiervan getuige op een paar meter afstand. Ja, we zitten toch echt midden in de natuur. De mannen fotograferen, ik kan het niet aanzien. Zó zielig. Na de safari wacht ons nog een ritje van vijf uur naar Lilongwe. Het is 200 kilometer, zegt Robbert. Na een hele poos zie ik 183 km op een bord staan. Als ik vraag hoe dat precies zit, geeft Robbert aan dat hij vanaf de snelweg heeft gerekend. Logisch. En we moeten ook nog even tanken. Hij denkt dat er nog wel een tankstation open is, maar erg zeker is hij daar niet van. Het komt gelukkig goed. Natuurlijk, zegt Robbert, want er is altijd een oplossing. Jerrycans genoeg onderweg. Ik probeer mijn ‘in control behoefte’ een beetje los te laten, maar zo eenvoudig is dat niet ;-)
Dag 6: Don Bosco Vandaag worden we wakker in Lilongwe, de hoofdstad van Malawi. Na een lekker ontbijt buiten in de schaduw (in Nederland vriest het inmiddels hebben we begrepen, dus we voelen ons de koning te rijk) haalt Robbert ons op voor een bezoek aan de Don Bosco school. Een soort ROC, waar leerlingen een vak kunnen leren in zeven verschillende sectoren. We zijn er al binnen een kwartiertje, dat is ook wel eens fijn als je bedenkt dat we voor de overige bezoeken uren onderweg waren. De school telt 846 leerlingen; slechts een fractie van de naastgelegen basisschool waar maar liefst 9.000 kinderen zitten (met maar 123 leerkrachten). We worden hartelijk ontvangen door de schooldirecteur; een pater ('father Michael'). Hij vertelt ons dat zijn leerlingenbestand voor de helft bestaat uit leerlingen die zichzelf aanmelden na vier jaar middelbare school. Zij (of hun ouders) moeten zich dan wel de jaarlijkse fee van 80 euro per jaar kunnen veroorloven. De andere helft van de leerlingen komt via Tevet, een organisatie gelieerd aan de overheid. Zij selecteren kansarme kinderen met een goed niveau die zo de kans krijgen om een goede opleiding te volgen. De overheid betaalt in dit geval de kosten. We bezoeken verschillende leslokalen van opleidingen die leiden tot diverse beroepen; automonteur, electricien en meubelmaker. Edukans steunt de school op het gebied van ICT, bijvoorbeeld door het leveren van laptops. De leerlingen zijn erg gemotiveerd en de leraren zeer betrokken. Dat merk je erg goed. Het feit dat alles goed geregeld lijkt op de school, de juiste materialen aanwezig zijn en het ook gewoon een fijne plek is om te zijn, draagt hier ook aan bij.
Ik spreek met Medonand, een jongen die in het vierde jaar van de monteursopleiding zit. Samen met zijn medestudenten is hij bezig een gesoldeerd stukje metaal glad te maken met een vijl. Dat is onderdeel van het examen. Ik vraag hem of hij na zijn opleiding graag bij een autogarage aan de slag wil. 'Nee', zegt hij, 'Ik wil voor mezelf beginnen!'. Mooi om te zien hoe gemotiveerd en ondernemend hij is. Er is ook een 'beauty&design' opleiding op de campus, waar we ook even een bezoekje brengen. Wim laat zijn haar wassen en wij mogen het tafereel met veel plezier aanschouwen. Dank Wim voor dit mooie moment :) We lunchen in de kantine van de school, die tevens als leerschool dient voor de hospitality & catering opleiding. Rijst met kip, het smaakt goed. Gelukkig hadden we dit deze week nog niet eerder gegeten ;-) We eten hier trouwens drie keer per dag warm. Je raadt vast al wat er in de avond op het menu staat! Op het schoolplein ontmoeten we het schoolvoetbalteam. Ook hier worden de Ajaxshirts met veel dankbaarheid en glinsterende oogjes ontvangen. De jongens lopen trots rond in hun zojuist verworven schat. We verlaten de school met een goed gevoel. Ze hebben het prima voor elkaar, mede dankzij de steun van Edukans. BDO heeft deze school eerder ook gesteund. We hebben met eigen ogen gezien dat het geld goed terechtkomt en dat de leerlingen een mooie toekomst tegemoet kunnen gaan.
Vandaag staat een semi-vrije middag op het programma. Super, aangezien we tot nu toe lange dagen hebben gehad. Na terugkomst bij het hotel bezoeken we samen een lokale markt, waar we wat souvenirs kopen. Als je niet oplet heb je tien verkopers om je heen staan die hun waren graag aan je willen verkopen. We weten een mooie deal te maken, onderhandelen hoort er uiteraard bij en we zijn niet voor niets Nederlanders. Ook bezoeken we een grote supermarkt, waar werkelijk alles te krijgen is. We sluiten de middag af in de tuin van het hotel onder het genot van een koud drankje. Het is een gek idee dat tien meter verder het leven op straat gewoon doorgaat. Maar ook dat hoort erbij in Malawi...
Dag 7: ETTC & Kalumbu primary school Het zit er alweer bijna op; het is onze laatste dag in Malawi. We bezoeken een Pabo in de buurt van de stad. Een mooie school, waar studenten een goede opleiding krijgen om zo hun kennis over te brengen op anderen. Edukans ondersteunt dit project, aangezien zij vooral wil investeren in de kwaliteit van onderwijs. Tijdens de ‘tea break’ krijgen de studenten thee met melk uit een grote plastic emmer. Ik ben toch blij te zien dat mijn kopje direct uit de waterkoker komt. We vervolgen onze weg naar Kalumbu primary school. Deze school blijkt in slechte staat (als je het ons vraagt in elk geval), in vergelijking met de rest. Je merkt het al aan de sfeer; als je hallo zegt zeggen de meeste kinderen niets terug. Maar dat ligt ook aan het feit dat ze hier bijna geen Engels spreken. Hun ogen staan niet blij, maar dat begrijp ik best. Ook hier dragen ze een uniform, maar deze zitten vol scheuren en vlekken. Ze zien er onverzorgd uit, net als de gebouwen. Muren zitten onder de vlekken, het schoolbord is onbruikbaar en er zijn nergens schoolbankjes. Er is ook geen elektriciteit. Op zich hebben ze daar ook niet veel aan, want in één klas zitten 250 leerlingen. Dat past alleen als ze op de grond zitten. Er is hier nog een hoop werk te verzetten en een wereld te winnen, denken we al rondlopend. Edukans heeft hier onder andere toiletgebouwen gemaakt voor de meisjes. Ook is men bezig met renovatie. We hopen dat de situatie hier zal verbeteren.
De schooldirecteur neemt dankbaar al het schrijfmateriaal dat we hem geven aan. En ook hier voorzien we het schoolvoetbalteam van shirts. Voor de voetballen zijn ze ons ook erg dankbaar, want die hadden ze namelijk niet meer. De hele school komt kijken als de foto’s worden gemaakt.
Ik ontmoet Naomi, de 25-jarige lerares van die enorme klas. Ik vertel haar da t we in Nederland zouden zeggen dat dit onmogelijk is, maar zij doet het toch maar mooi! Naomi woont bij de school in een van de ‘teachers houses’, samen met haar zoontje en man. Ik geef haar alles uit mijn rugzak dat ze kan gebruiken. Zelfs mijn toiletrol neemt ze graag aan. Even later besluit ik haar ook mijn rugzak te geven, in een vakje stop ik stiekem wat geld. Met een plastic tasje kun je ook best reizen… Ik ben blij dat ik haar een beetje heb kunnen helpen, maar ga toch weg met een onbestemd gevoel. Redt ze het daar wel? En wat moet er worden van al die kinderen… Na terugkomst in het hotel maken we nog wat groepsfoto’s. Ik pak mijn koffer alvast in en rust wat uit. We dineren samen met onze begeleiders van EEDF, een gezellige avond!
Dag 8: Naar huis Na het ontbijt worden we opgehaald en naar het vliegveld gebracht. Met Kenya Airways vliegen we naar Nairobi. Daar is het acht uur wachten op de volgende vlucht. Gelukkig heb ik mijn e-reader bij me! Als we het vertrouwde KLM-vliegtuig zien staan en de Nederlandse stewardessen voorbij zien komen, krijgen we toch wel zin om weer huiswaarts te gaan. Het was een prachtige en indrukwekkende reis, maar het is goed zo. En een week zonder kinderen is ook meer dan genoeg ;-) Na een rustige nachtvlucht landen we rond 5.00 uur op Schiphol. Eric wacht me al op en de koffers zijn er snel, fijn! Ik neem afscheid van mijn medereizigers en stap in de auto. Twee uur later ben ik weer veilig thuis. De reis zit erop… Hierbij wil ik BDO bedanken voor de kans die ik heb gekregen om deze reis te mogen maken. Ik ben er trots op om voor een organisatie te werken waar maatschappelijk verantwoord ondernemen op de agenda staat én een steeds belangrijke plek inneemt. Bedankt: Zikomo kwambiri!