__________________________________________________________________________ TEVREDENHEIDSONDERZOEK ZAANLANDS LYCEUM 2014 Inleiding In maart van dit jaar heeft adviesbureau Van Beekveld en Terpstra in opdracht van het College van Bestuur van OVO Zaanstad op de scholen van OVO een tevredenheidsonderzoek uitgevoerd. De leerlingen en ouders van alle klassen (met uitzondering van de leerlingen van de examenklassen), docenten, onderwijs ondersteunend personeel (administratie, conciërges, toa’s) en de schoolleiding van het Zaanlands Lyceum ontvingen een uitnodiging om hun mening te geven over een aantal aspecten van “hun” school. Ook werden tien basisscholen uitgenodigd een enquête in te vullen. De bedoeling van het onderzoek is inzicht te verkrijgen in de tevredenheid over de scholen van OVO Zaanstad als geheel en over de individuele scholen in het bijzonder. Dit is het vierde grote tevredenheidsonderzoek dat Van Beekveld en Terpstra voor OVO heeft uitgevoerd. Eerdere onderzoeken vonden plaats in 2008, 2010 en 2012. Sinds 2012 is een deel van de vragen landelijk gestandaardiseerd. Dit betreft vijftien vragen aan leerlingen en aan ouders, waarvan de resultaten worden gepubliceerd in het schoolvenster van Vensters voor Verantwoording. Hiervoor gebruikt Vensters voor Verantwoording overigens alleen de antwoorden van de leerlingen van het derde leerjaar en hun ouders. Respons Aan het onderzoek hebben leerlingen, basisscholen, ouders, OOP, docenten en leden van de schoolleiding deelgenomen. Volgens van Beekveld en Terpstra geldt voor al deze groeperingen, met uitzondering van het OOP, dat het aantal representatief is om een beeld te geven. De resultaten van het OOP blijven daarom buiten dit rapport. Wat betreft de basisschool kan een kanttekening worden geplaatst. Het Zaanlands Lyceum ontvangt leerlingen van 50 basisscholen. Hiervan zijn er 10 geënquêteerd. Of dit scholen zijn die jaarlijks veel leerlingen leveren of slechts 1 of 2, is niet bekend. De resultaten van het tevredenheidsonderzoek op het Zaanlands Lyceum De waardering voor het Zaanlands Lyceum is over het algemeen deels gelijk aan die in 2012 en deels iets gegroeid. In 2012 was de tevredenheid, net als in 2010 en 2008, groter dan de gemiddelde landelijke tevredenheid. Dat betekent dat de school ook dit jaar bovengemiddeld scoort. Conclusie Met uitzondering van de basisscholen zijn alle groeperingen (populaties) meer dan gemiddeld tevreden als we kijken naar de gemiddelde scores die per vraag/stelling (item) worden geven: die zijn iets hoger dan die van de externe referentiegroep (de benchmark, ongeveer 130 scholen waarmee de resultaten van het Zaanlands Lyceum zijn vergeleken). Het cijfer per item is uitgedrukt in een getal van 1 tot 4. Overigens is niet bij alle items een benchmark voorhanden. Sommige items worden alleen door OVO Zaanstad gebruikt, waardoor geen vergelijking mogelijk is met scholen van andere besturen. Alle respondenten hebben ook een rapportcijfer gegeven. De gemiddelde rapportcijfers voor het Lyceum zijn beduidend hoger dan die van de benchmark, wederom met uitzondering van het rapportcijfer dat de bassischolen geven.
Opbouw van dit verslag en nadere informatie In dit verslag staan achtereenvolgens de resultaten per populatie, met ook telkens opvallende verschillen ten opzichte van 2012. Daarna worden de items genoemd waarop de populaties onderling opvallend afwijkend hebben geantwoord. Dan volgen aanbevelingen. In de bijlage staat uitleg over de gebruikte methode. De resultaten per populatie Relevante afwijkingen van resultaten van de referentiegroep worden hieronder besproken. Als relevant wordt beschouwd een score die 0,3 of meer naar boven of naar beneden afwijkt van de benchmark. Leerlingen De totale leerlingenpopulatie van het Zaanlands Lyceum bedraagt ongeveer 1250 leerlingen. Van hen hebben 945 leerlingen uit klas 1, 2, 3, 4 havo en 5 vwo de vragenlijst ingevuld. Opvallende resultaten Leerlingen geven de school als rapportcijfer een 7,4. Dit is 0,6 punt hoger dan het externe vergelijkingscijfer. Relatief hoog scoren de leerlingen op de stellingen: • • • • • • • • • • • • • •
De leerlingen voelen zich veilig op school. De sfeer op school is prettig. In de lessen wordt regelmatig gecontroleerd of de leerlingen de lesstof begrijpen. De school biedt goede extra begeleiding en ondersteuning voor leerlingen. Er is goede opvang bij lesuitval. De leerlingen gaan graag naar onze school. De lesroosters zitten goed in elkaar. Roosterwijzigingen worden tijdig doorgegeven. Leerlingen zijn tevreden over hun keuze voor deze school. De school biedt het onderwijs dat zij belooft. De school biedt goede kwaliteit. De school maakt leren voor leerlingen aantrekkelijk. De school staat goed bekend. Ik raad andere leerlingen aan voor deze school te kiezen.
Opvallend laag scoren de leerlingen op geen enkele stelling. Vergelijking 2012 en 2014 De tevredenheid van de leerlingen is iets groter dan in 2012. Toen lag de score per item gemiddeld iets lager en gaven de leerlingen de school als rapportcijfer een 7,3. Ouders Van de 916 ouders die een uitnodiging hadden ontvangen, hebben er 362 de vragenlijst ingevuld. Dat is bijna tweemaal zoveel als in 2012. Opvallende resultaten De ouders geven de school als rapportcijfer een 7,5. Dit is 0,3 punt hoger dan het externe vergelijkingscijfer. Relatief hoog scoren de ouders op de stelling: • De lesroosters zitten goed in elkaar. Relatief laag scoren de ouders op geen enkele stelling.
-2-
Vergelijking 2012 en 2014 De gemiddelde itemscore van de ouders is gelijk aan die in 2012. Het rapportcijfer van 7,5 is gelijk aan dat in 2012. Onderwijzend personeel Van de 99 leden van het OP hebben er 76 de lijsten ingevuld. Opvallende resultaten De docenten geven de school als eindcijfer een 7,8. Dit is 0,4 punt hoger dan het externe vergelijkingscijfer. De gemiddelde itemscore van 3,7 ligt 0,4 punt boven de benchmark. De docenten zijn dus bovengemiddeld tevreden. Relatief hoog (dus 0,3 of meer boven de benchmark) scoren de docenten op de volgende items: • • • • • • • • • •
De sfeer op school is prettig. De school gaat goed om met (tijdelijke) vervanging van zieke werknemers. Er is goede opvang bij lesuitval. De school geeft medewerkers goede ontwikkelingsmogelijkheden. Er worden regelmatig functioneringsgesprekken gevoerd. Nieuwe medewerkers worden goed ondersteund. Waardering wordt door leidinggevenden uitgesproken. De school biedt het onderwijs dat zij belooft. De school biedt goede kwaliteit. De school staat goed bekend.
Relatief laag scoren de docenten op de volgende stellingen: • Er bestaat voldoende samenhang tussen de verschillende vakken of binnen leergebieden. • Het huiswerk, toetsen en proefwerkweken worden goed verdeeld gedurende het schooljaar. • Voor alle leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften bestaat een handelingsplan. Vergelijking 2012 en 2014 De gemiddelde itemscore is iets hoger dan in 2012. Het rapportcijfer is 1/10 punt lager dan in 2012. Het OP scoort met 2,6 ten opzichte van 3,0 in 2012 beduidend lager op de stelling: • Binnen de school is voldoende aandacht voor het voorkomen van een te hoge werkdruk. Onderwijs Ondersteunend Personeel Van het OOP vulden 14 van de 19 leden de vragenlijst in. Omdat dit aantal te klein is om te spreken van een representatieve respons, wordt hier niet uitgebreid ingegaan op de uitslag van de enquête. Vermeldenswaardig is wel dat zowel het rapportcijfer van 7,8 als de gemiddelde itemscore van 3,4 hoger zijn dan de benchmark. Basisscholen Hierboven is reeds de kanttekening geplaatst dat het niet bekend is hoeveel van de geënquêteerde basisscholen veel leerlingen aan het Zaanlands Lyceum leveren. Tien basisscholen hebben de enquête ingevuld. Zij gaven als rapportcijfer een 7,1. Dit is 0,3 punt onder de benchmark. De gemiddelde itemscore is met 3,3 ook 0,3 punt onder de benchmark. Uit nader onderzoek blijkt dat van de 10 scholen er drie beduidend lager scoren dan de andere zeven.
-3-
Relatief laag scoort het Zaanlands Lyceum op de items: • Het is duidelijk wie op de school waarvoor benaderd moet worden. • Onze school wordt op de hoogte gehouden van belangrijke besluiten die door de VOschool genomen zijn. • De school biedt het onderwijs dat zij belooft. • De school biedt een aanwijsbare positieve bijdrage aan de persoonlijke ontwikkeling van leerlingen. Relatief hoog scoort het Zaanlands Lyceum op geen enkel item. Vergelijking 2012-2014 In vergelijking met 2012 scoren de laatste twee hierboven genoemde items lager. Schoolleiding Alle leden van de schoolleiding hebben de vragenlijst ingevuld. Zij geven als rapportcijfer een 7,8. Dit is 0,3 punt hoger dan de benchmark. Ook de gemiddelde itemscore is hoger dan die van de benchmark, namelijk 0,2 punt. De schoolleiding scoort relatief hoog op de volgende items: • De school maakt duidelijk wat zij met de leerlingen wil bereiken. • Er is sprake van eenduidigheid in de formulering en uitvoering van beleid. • De sfeer op school is prettig. • De school gaat op een goede wijze om met pestgedrag. • De docenten behandelen leerlingen met respect. • De school biedt duidelijke informatie aan leerlingen en ouders over zitten blijven of overgaan of verandering van niveau. • Er wordt voldoende gecontroleerd op spijbelen. • De overlegstructuur biedt voldoende mogelijkheden tot inbreng. • De school heeft een goed functionerend systeem voor kwaliteitszorg. • De school legt schriftelijk vast op welke wijze de kwaliteit van het onderwijs wordt geborgd. • De school informeert belanghebbenden jaarlijks op de gerealiseerde kwaliteit van het onderwijs. • De school beschikt over goede, vakbekwame docenten. • Er bestaat voldoende samenhang tussen de verschillende vakken of binnen leergebieden. • De leerstof tussen de leerjaren sluit goed aan. • In de lessen hanteren docenten verschillende didactische werkvormen. • In de lessen wordt regelmatig gecontroleerd of de leerlingen de lesstof begrijpen. • De school gaat goed om met de (tijdelijke) vervanging van zieke werknemers. • Roosterwijzigingen worden tijdig doorgegeven. • Er is goede opvang bij lesuitval. Relatief laag scoort de schoolleiding op het volgende item: • De website van de school biedt goede informatie. • De leerlingen leren op school voldoende om samen te werken met andere leerlingen. • Docenten vertellen leerlingen wat er van hen verwacht wordt in hun lessen.
-4-
Opvallende verschillen tussen populaties In bepaalde gevallen wijken de scores die verschillende populaties geven voor een item erg van elkaar af. Dit geldt niet alleen voor het Zaanlands Lyceum, maar ook voor de benchmark. Hieronder volgt een opsomming van items waarbij de discrepantie 0,5 of meer bedraagt en een vergelijkbare discrepantie niet geldt voor de benchmark, voor zover beschikbaar. Tussen haakjes staat het resultaat van de benchmark. • • • • • • • • • • • • •
Leidinggevenden weten wat er in de school speelt. SL 3,9 en OP 3,4 Er is sprake van eenduidigheid in de formulering en uitvoering van beleid. SL 3,7 (2,9) en OOP 3,2 (3,1) De schoolleiding handelt naar de visie op de toekomst. SL 3,9 en OP 3,4 De website van de school biedt goede informatie. SL 2,9 (3,5) en ouders 3,6 (3,6) Ouders worden voldoende geïnformeerd over de resultaten van hun kind SL/OP 3,7 (XX) en ouders 3,1 (3,0) De overlegstructuur biedt voldoende mogelijkheden tot inbreng. SL 3,9 (3,4) en OP 3,1 (3,1) Het team is goed betrokken bij de kwaliteitszorg. SL 3,7 en OP 2,9 De school beschikt over goede, vakbekwame docenten. SL 4,0 (3,5) en OP 3,6 (3,5) en ouders 3,0 (2,9) en leerlingen 3,1 (XX) Er bestaat voldoende samenhang tussen de verschillende vakken of binnen leergebieden. SL 3,4 (2,9) en OP 2,6 (3,2) De leerstof tussen de leerjaren sluit goed aan. SL 3,9 (3,0) en LL 2,9 (2,9) Lesroosters zitten goed in elkaar. SL 3,9 (3,0) en OP 3,3 (3,4) en LL 2,9 (2,6) Roosterwijzigingen worden tijdig doorgegeven. SL 3,9 (3,1) en OP 3,4 (3,3) en LL 2,7 (2,3) In de lessen wordt regelmatig gecontroleerd of de leerlingen de lesstof begrijpen. SL 3,4 (2,9) en OP 3,7 en ouders 3,2 (3,0) en LL 3,0 (2,7). Docenten vertellen leerlingen wat er van hen verwacht wordt in hun lessen. SL 3,1 (3,5) en OP 3,7 (3,7) en ouders 3,5 en LL 3,2 (3,1).
Aanbevelingen naar aanleiding van dit tevredenheidsonderzoek De uitslag van deze enquête geeft geen aanleiding tot grote wijzigingen in het beleid van de school. De resultaten zijn immers zeer positief. In zoverre het rapport een ijkpunt vormt om te bepalen of het beeld dat de medewerkers van de school hebben overeenstemt met wat anderen vinden, is van de bovenstaande paragrafen Opvallende verschillen tussen populaties het meest interessant. Daar blijkt dat vooral de schoolleiding in een aantal gevallen een beeld heeft dat nogal afwijkt van dat van andere populaties. Nadere bespreking van juist deze punten kan enerzijds inspiratie bieden tot verbeterpunten en anderzijds tot het verdiepen van de dialoog. Een tweede punt betreft de aandacht die de schoolleiding in de ogen van het OP heeft voor werkdruk. In 2012 werd die aandacht als beduidend groter ervaren dan in 2014. Het is de vraag of het feit dat in 2011 een studiedag ‘werkdruk’ werd georganiseerd, de volledige verklaring voor dit verschil geeft. Voorts verdient het aanbeveling met de basisscholen in gesprek te gaan om te vernemen welke verbeteringen in de communicatie zij graag verwezenlijkt zouden zien. Paulien Oortman Beleidsmedewerker kwaliteitszorg
Bijlage: De gebruikte methode
-5-
De vragenlijsten De vragenlijsten zijn opgebouwd uit verschillende rubrieken. Respondenten vullen op een vierpuntsschaal in of ze het met bepaalde stellingen eens of oneens zijn. Tenslotte geeft elke respondent een rapportcijfer aan de school. De vragenlijsten zijn onderverdeeld in de volgende rubrieken: 1. algemeen rapportcijfer (uitgedrukt in een cijfer van 1-10) 2. onderwijsvisie 3. huisvesting 4. leiderschap en management 5. cultuur en pedagogisch klimaat 6. bedrijfsvoering: communicatie, procedures, overleg en kwaliteitszorg 7. onderwijs en leren 8. stakeholders (betrokkenen bij het onderwijs) 9. personeel en personeelszorg 10. resultaten en opbrengsten De beoordeling van de uitslagen Bij het weergeven van de resultaten zijn per item (per vraag) de gemiddelde uitslagen gegeven, met dien verstande dat oneens één punt oplevert en helemaal mee eens vier punten. Ook per categorie zijn de gemiddelden genoteerd. Van Beekveld en Terpstra hanteert de volgende beoordeling: 1,0 – 1,9 onvoldoende 2,0 – 2,7 matig 2,8 – 3,1 voldoende 3,2 – 3,5 goed 3,5 – 4,0 zeer goed De referentiegroep De resultaten die ruim tweehonderd onderzochte Nederlandse scholen voor VO de afgelopen twee keer hebben behaald, worden gebruikt als vergelijkingsmateriaal (externe benchmark) voor de scholen van OVO Zaanstad. Voor de beoordeling van de afwijkingen ten opzichte van de referentiegroep beschouwt Van Beekveld een afwijking van 0,3 punt of meer als significant. De rapportage aan OVO en aan de scholen In de rapportage aan het College van Bestuur door Van Beekveld worden verschillende uitslagen met elkaar vergeleken: • de resultaten van de onderzochte scholen van OVO Zaanstad onderling • de resultaten van de individuele scholen met de externe referentiegroep • de resultaten van de individuele scholen met de gemiddelde resultaten van OVO Zaanstad (interne referentiegroep) • de gemiddelde resultaten van OVO Zaanstad met de externe referentiegroep • de verdeling van de resultaten per item per school • de uitkomsten van dit jaar en die van 2012 De resultaten van het onderzoek zijn gerangschikt naar populatie (schoolleiding/ouders/ leerlingen/schoolleiding/OP/OOP/basisscholen). De verschillende populaties hebben verschillende vragenlijsten ontvangen. Bijvoorbeeld ouders/leerlingen hebben de stellingen over personeelsbeleid niet ontvangen.
-6-