tel. afgedaan

—-.JlS.'.y ' N S J E f b y s l a n Doe. nr,: Class. nr.: IncGk.;

Af deii-i 3eh. door:

Provincie Friesland Afd. Stad en Platteland Postbus 20120 8900 HM LEEUWARDEN

2 8 NOV 20U Afd. Hoofd j

voaf kenn-sg. aangenomen/tel. afgedaan

ons kenmerk

telefoonnummer

datum

B.14.04912

06-22481829

26 november 2014

onderwerp

e-mailadres

bijlagen

Aanvraag NB vergunning

[email protected]

5

Geacht College, Bijgaand ontvangt u in 5-voud het aanvraagformulier met bijlagen ten behoeve van de Aanvraag Natuurbeschermingswet voor rekening van Mts. J E. van der Velde & G. Dijkstra, Straatweg 37 te Follega. De milieutekening van de aangevraagde situatie is verkleind tot A3-formaat om milieu- en praktische reden. Graag verneem ik een reactie van u als het noodzakelijk is de tekening op groot formaat te ontvangen. Mocht een en ander onvoldoende duidelijk zijn toegelicht of zijn er onvoldoende exemplaren toegezonden, dan verzoek ik u contact op te nemen met ondergetekende of met ons kantoor te Deventer

Met vriendelijke groet,

Hilco Brand Projectleider

DLV Bouw, Milieu en Techniek BV • Postbus 354,8440 AJ Heerenveen • T 0513 - 65 35 96 • F 0513 - 65 31 85 • www.dlv.nl Bezoekadres: President Kennedylaan 35a, Heerenveen • KvK Brabant 09090426 • Rabobank 12.97.60.110 • IBAN NL78RABO0129760110 Op al onze diensten en producten is De Nieuwe Regeling (DNR) 2011 van toepassing. DLV Bouw. Milieu en Techniek BV. DLV Rundvee Advies BV, DLV Makelaardij BV, DLV Intensief Advies BV en DLV Agri Commerce BV zijn dochterondernemingen van DLV Dier Groep BV

Aanvraag vergunning Natuurbeschermingswet

Gegevens aanvrager

Mts. J.E. van der Velde en G. Dijkstra Straatweg 37 8535 WG FOLLEGA

Projectleider

H. Brand 06-22481829

Projectnummer: B130935

Datum: 26-11-2014

DLV Bouw, Milieu en Techniek BV Noord President Kennedylaan 35a Postbus 354 8440 AJ Heerenveen Tel. 0513-65 35 96 Fax 0513-65 31 85

Oost Munsterstraat 18a Postbus 546 7400 AM Deventer Tel. 0570-50 15 00 Fax 0317-49 14 59

WWW.DLV.NL Zuid Oostwijk 5 Postbus 511 5400 AM Uden Tel. 0413-33 68 00 Fax 0317-49 14 75

West Lage Biezenweg 5a 4131 LVVianen Tel. 0348-49 52 52 Fax 0317-49 14 23

EXPERTS IN ADVIES

provinsje fryslan provincie fryslan ^ Natuurbeschermingswet 1998 (Nb-wet)

Aanvraag vergunning

Dit aanvraagformulier is nodig om een Natuurbeschermingswet (Nb-wet) vergunning aan te vragen. Dat moet als het gaat het om een activiteit (plan of handeling) die een negatief effect kan hebben op (één van) de beschermde natuurgebieden in Fryslan.

Let op! •

Voordat u de aanvraag indient, verzoeken wij u nadrukkelijk om contact op te nemen met de provincie over de voorgenomen activiteit. Dat kan via telefoonnummer: 058-292 89 95, via e-mail [email protected] of via de website www.fryslan.nl/nb-wet.

•

Gebruik bij het invullen van dit formulier de beschikbare gebiedsinformatie. U vindt de gebiedsinformatie (ook) op www.fryslan.nl/nb-wet.

• •

Verstrek alle gegevens in de Friese of Nederlandse taal. Als u het formulier met pen invult en het antwoord past niet op het formulier, dan kunt u het antwoord op de betreffende vraag als bijlage meesturen. Geef duidelijk aan dat de bijlage bij de aanvraag hoort: voorzie de bijlage van de naam van de aanvrager, de naam van het gebied, de naam van de activiteit en het nummer van de betreffende vraag.

• •

Lever het aanvraagformulier en de bijlagen, behalve tekeningen en kaarten, in A4-formaat aan. Lever de (uitgeprinte) aanvraag en alle bijbehorende stukken in 5-voud aan. Wanneer sprake is van toetsing aan meerdere Natura 2000-gebieden, dienen per additioneel gebied 4 extra exemplaren te worden aangeleverd.

•

Mogelijk is het ministerie van Economische Zaken bevoegd om over uw aanvraag te beslissen. Als dit zo is, dan stuurt de provincie uw aanvraag door en krijgt u daarover bericht.

•

Deze aanvraag is via de website www.fryslan.nl/nb-wet beschikbaar en in te vullen als PDF-bestand. (met behulp van de Tab-toets kan van het ene tekstveld naar het andere worden gesprongen).

Heeft u vragen bij het invullen? Als u hulp nodig heeft bij het invullen of een nadere toelichting wenst, kunt u contact opnemen met de provincie Fryslan. Dat kan via telefoonnummer: 058-292 89 95, via e-mail [email protected] of via de website www.fryslan.nl/nb-wet.

Concept Wij verzoeken u om uw aanvraag eerst in concept in te dienen. Neem van te voren contact op met de afdeling Stêd en Plattelan; 058 - 292 89 95.

Vergunningaanvraag Natuurbeschermingswet 1998 (Nb-wet)

1 • -

1 1 1 • 1

i iiaiir il - h.^Ürnf>]—r- •* 'ff' .

•* -

3TÉ*

5££"' 5r

-

_

rr.rrr,

.

Tsa., /r ~

^

••Üt-è -

- ' —' -

TTt:—

~

~

-sfl

.. _

k,«-j jV%.

JÏ

J "" """V'

~~

• . •

-'«i-

L^J

l

Algemene gegevens

1 1 1.1

Aanvrager of gemachtigde Organisatie

1

Naam Straat

1 •

: DLV ® dhr.

H. Brand

: Postbus

Postcode en plaats

1 1

Q mevr.

huisnr. 354

8440 AJ Heerenveen

Telefoonnummer

:

0513-653596

Faxnummer

:

0513-653185

E-mailadres

[email protected]

1 • •

1.2

1

Gebruiker Organisatie Naam

• 1 1 •

Mts. J.E. van der Velde & G. Dijkstra ©dhr.

O mevr.

van der Velde

Straat

: Straatweg

Postcode en plaats

: 8535 WG Follega

Telefoonnummer

:

huisnr. 37

0514-561404

Faxnummer E-mailadres

: [email protected]

1 1 • 1 1

1.3

Locatie activiteit Straat

:

Straatweg

Postcode en plaats

:

8535 WG Follega

Omschrijving locatie*

Kadastrale gegevens Ligging in gemeente

1 1

huisnr. 37

Mts. J.E. van der Velde & G. Dijkstra betreft een melkveebedrijf aan de Straatweg 37 in Follega. De gewenste omvang van het bedrijf is 250 melkkoeien en 175 stuks jongvee.

sectie P. nummer 99 en 110 : Oosterzee

Voeg als bijlage een topografische kaarte bij. Zie 4.7.

* Indien locatie niet is gekoppeld aan een huisadres.

1 Vergunningaanvraag Natuurbeschermingswet 1998 (Nb-wet)

•

•

1.4

Natuurgebied(en) waarop project/handeling effect heeft* Naam

1.5

Rottige Meenthe

Korte omschrijving hoofdlijnen van de activiteit. Mts. J.E. van der Velde & G. Dijkstra betreft een melkveebedrijf aan de Straatweg 37 in Follega. De gewenste omvang van het bedrijf is 250 melkkoeien en 175 stuks jongvee.

Voeg als bijlage een situatietekening bij. Zie 4.2.

1.6

1.7

Welke Nb-wetvergunning vraagt u aan? I I

Nieuwe activiteit, waarvoor niet eerder een Nb-wetvergunning is verleend. Ga door naar vraag 1.9.

/

Bestaande activiteit, waarvoor niet eerder een Nb-wetvergunning is verleend. Ga door naar vraag 1.9.

I I

Bestaande activiteit, waarvoor eerder een Nb-wetvergunning is verleend.

Gegevens laatst verleende Nb-wetvergunning Naam activiteit Datum vergunning Nummer vergunning Voeg een afschrift bij van eerder verleende vergunningen. Zie 4.3.

* Maak hiervoor gebruik van de beschikbare gebiedsinformatie. Bijvoorbeeld via: www.fryslan.nl/nb-wet.


1.8

Wat is er veranderd ten opzichte van de laatst verleende vergunning?

1.9

Gaat het om een vergunning met bepaalde of onbepaalde tijd? I I /

1.10

Bepaalde tijd, van

tot

Onbepaalde tijd

Welke andere vergunningen vraagt u aan? Bijvoorbeeld: bouwvergunning, aanlegvergunning, milieuvergunning, vergunning in gevolge de Wet verontreiniging oppervlaktewateren (Wvo), ontheffing Flora- en faunawet, etc.

Soort vergunning

Datum aanvraag

1. omgevingsvergunning

nog niet bekend

Aanvragen/aangevraagd bij (instantie en afdeling) gemeente De Friese Meren

2. 3. 4. 5. 6.

Voeg zo mogelijk een afschrift toe van (een aanvraag om) andere vereiste vergunningen voor de voorgenomen activiteit. Zie 4.4


,'HÊm • ' "'*• '

' # iKBSS

-- *£• 'iti . - • - 'ï jfcüjSfti

4

Beschrijving van de activiteit

2.1

Geef een gedetailleerde beschrijving van uw activiteit. Voor de beoordeling van uw aanvraag is het nodig om de effecten van uw activiteit op het betreffende natuurgebied inzichtelijk te maken. Wij vragen u daarom een gedetailleerde beschrijving te geven van de voorgenomen activiteit. Benoem daarbij de aspecten van de activiteit die effect kunnen hebben op het gebied (habitattypen) en aanwezige relevante soorten.Maak bij de beschrijving, indien relevant, onderscheid in de fase die nodig is voor het ontwikkelen en voorbereiden van de 'activiteit' (de aanlegfase) en de fase waarin de 'activiteit' wordt gebruikt of uitgevoerd (gebruiksfase).Besteed in ieder geval aandacht aan de volgende onderwerpen, indien ze van toepassing zijn:

a)

Heeft de activiteit effect op de omvang (ruimtebeslag) van het natuurgebied?

b)

Wordt het gebied door de activiteit verdeeld in meerdere (losse) gebieden (versnippering)?

c)

Heeft de activiteit effect op de kwaliteit en/ of kwantiteit van het grondwater, zoalswijzigingen in grondwaterstanden of veranderingen in de stroming van het water?

d)

e)

Heeft de activiteit effect op de kwaliteit en/ of kwantiteit van het oppervlaktewater, bijv. verlaging van het waterpeil? Wordt het gebied door de activiteit verstoord als gevolg van verkeersbewegingen? Bijv. door parkeren, (toename van) recreatiedruk, wegafsluitingen, omleidingen, etc.

f)

Wordt er bij de activiteit gebruik gemaakt van machines of andere apparatuur, zoals bulldozers, kranen, vrachtwagens, etc.?

g)

Welke werktijden of uitvoeringstijden horen bij de activiteit? Zijn deze werktijden bijv. dagelijks en/ of seizoensgebonden?

h)

Is er sprake van geluidsbelasting in het gebied door de activiteit?

i)

Heeft de activiteit invloed op huidige verlichting en duisternis in het gebied? Bijv. door het plaatsen van lichtmasten.

j)

Is het (bedrijfsmatig) houden van dieren onderdeel van de activiteit? Zo ja, welk effect heeft dit op het gebied? U kunt denken aan verzuring of verontreiniging.

k)

Is er sprake van ontgronding, egalisering of andere ingrepen in de bodem?

I)

Ontstaan er trillingen in de bodem door de uitvoering van uw activiteit?

m) Hoe past u het uiterlijk en/ of de fysieke omvang van de activiteit in het landschap? n)

Betrek bij de beschrijving van de mogelijke effecten de gevoeligheid van habitattypen en soorten voor storingsfactoren, zoals deze in 2.2. zijn beschreven.


Beschrijving activiteit: zie bijlage

Vergunningaanvraag Natuurbeschermingswet 1998(Nb-wet)

2.2

Welke habitattypen en diersoorten worden mogelijk verstoord? Geef in onderstaande tabel aan op welke soorten natuur (zoals Vochtige Heiden of Blauwgraslanden) en aanwezige diersoorten in het gebied (zie gebiedsinformatie) de voorgenomen activiteit mogelijk een verstorend effect heeft. U kunt de tabel invullen met behulp van informatie op de website www.synbiosys.alterra.nl/natura2000/effectenindicator.aspx Deze site geeft per natuurgebied (Natura-2000 gebieden) informatie over de effecten waarvoor aanwezige habitattypen en soorten gevoelig zijn én in welke mate.

Storende factoren

Habitattypen

Q.

o

_c 'o> 1—0 •p QJ >

Tl Q)

u 3

Ca; cn c

zie bijlage

Diersoorten

G

Gevoelig voor deze storende factor

ZG

=

Zeer gevoelig voor deze storende factor

NG

=

Niet gevoelig voor deze storende factor

7

-

Niet voldoende informatie om hierover een uitspraak te doen

NVT =

Deze storende factor is op deze natuurwaarde niet van toepassing


2.3

Van welke stapeling van negatieve effecten is er sprake? Het is mogelijk dat er in een gebied meer activiteiten zijn of worden uitgevoerd. Dit kande (negatieve) effecten op het gebied versterken omdat ze zich opstapelen(cumulatie). Geef aan of én in weike mate er sprake is van een stapeling van negatieve effecten op de habitattypen en op de aanwezige relevante soorten. Bij de beoordeling van uw aanvraag wordt (alleen) uitgegaan van voorgenomen of reeds uitgevoerde activiteiten in of nabij het betreffende gebied waarover een formeel besluit genomen is. Voor informatie hierover kunt u vaak terecht bij de gemeente.

zie bijlage

2.4

Middels welke maatregelen kunt u de verstoringen beperken? Welke maatregelen kunt u binnen de uitvoering van uw activiteit ondernemen omeventuele schade en/of verstoring te beperken (mitigatie)? Geef aan op welke wijze deze maatrege len de negatieve effecten op het gebied (habitattypen) en/ of aanwezige relevante soorten verminderen. Maak bij de beschrijving onderscheid in de fase die nodig is voor het ontwikke len en voorbereiden van de 'activiteit' (de aanlegfase) en de fase waarin de 'activiteit' wordt gebruikt of uitgevoerd (gebruiksfase). Let op! Maatregelen kunnen door u zelf meegenomen worden binnen de opzet van uw activiteit en/of opgelegd worden via de voorwaarden die verbonden zijn aan de verleende vergunning. Voorbeelden van mitigerende maatregelen: •

het tijdsschema (timing en duur) van de uitvoering. Bijvoorbeeld geen werkzaamheden tijdens het voortplantingsseizoen van een bepaalde soort;

•

de wijze van uitvoering (in termen van werkzaamheden) en het gebruiktematerieel. Bijvoorbeeld het gebruik van een bepaald type baggermachine op eenovereengekomen afstand van de oever;

•

alternatieve bouwtechnieken. Bijvoorbeeld boren in plaats van heien,

•

afscherming van geluid, licht en andere verstoringsbronnen.

•

afbakening van delen van het gebied die in geen geval mogen worden betreden


Let op! Indien uit de aanvraag blijkt dat de activiteit onherstelbare, negatieve effecten kan hebben op het gebied en/of aanwezige relevante soorten, kan de provincie Fryslan u vragen om een aanvullende analyse: de zogenaamde 'passende beoordeling'. De provincie neemt in dat geval contact met u op. Heeft u voor het indienen van uw aanvraag vragen over het uitvoeren van een eventuele 'passende beoordeling', dan adviseren wij u om zelf contact op te nemen met de provincie Fryslan.


De aanvrager verklaart: 3.1

alle gegevens naar waarheid te hebben verstrekt.

3.2

bekend te zijn met het feit dat bij wijziging in de omstandigheden die van belang zijnvoor de beoordeling van de vergunningaanvraag, dit zo spoedig mogelijk door te geven aan de provincie Fryslan onder vermelding van het nummer waaronder de aanvraag in behandeling is;

3.3

dat de aanvrager alle gewenste inlichtingen met betrekking tot de voor de beoordelingen controle benodigde gegevens ter stond en naar waarheid zal verstrekken aan demet behandeling en controle van de aanvraag en vergunning belaste ambtenaren;

3.4

ermee bekend te zijn, dat de vergunning meteen wordt ingetrokken indien hij/zij één of meer uit zijn/haar vergunning voortvloeiende verplichtingen niet nakomt, dan wel in het kader van de aanvraag van deze vergunning onjuiste gegevens heeft verstrekt; voortsdat de vergunning kan worden gewijzigd of ingetrokken als de omstandigheden zodanig zijn gewijzigd dat deze niet verleend zou zijn op het tijdstip waarop de vergunning is verleend;

Ondertekening Ondergetekende, de aanvrager of degene die bevoegd is namens de aanvrager te handelen via machtiging, verklaart deze aanvraag en de daarbij behorende bijlage(n) naar waarheid te hebben opgesteld.

Plaats:

Heerenveen

Datum:

26 november 2014

Naam ondertekenaar:

H. Brand

Functie / hoedanigheid ondertekenaar:

Projectleider

Machtiging (bijvoegen indiende aanvraag niet door de aanvrager zelf is ondertekend):


1.

Voeg een topografische kaart toe waarop de ligging van de door u voorgenomen activi teit in de ruimere omgeving is aangegeven. Deze kaart moet voldoen aan de volgende aspecten: a. minimaal schaal 1:25.000; b. schaal en noordpijl aangeven op kaart; c. locatie activiteit arceren of duidelijk omlijnen; d. afstand van de gevraagde activiteit tot de rand van het gebied(en). (indien deactiviteit buiten het natuurgebied valt)

2.

Voeg een situatietekening toe. Besteed daarbij tenminste aandacht aan de volgende aspecten: a. schaal 1:1000 (zo mogelijk); b. schaal en noordpijl aangeven optekening; c. locatie activiteit arceren of duidelijk omlijnen.

3.

Voeg zo mogelijk een afschrift toe van eerder verleende Nb-wet vergunningen voor de voorgenomen activiteit, indien sprake is van een bestaande activiteit.

4.

Voeg zo mogelijk een afschrift toe van (een aanvraag om) andere vereiste vergunningen voor de voorgenomen activiteit.

5.

Voeg indien van toepassing een afschrift toe van het Milieu-effectrapport / de Strategische milieubeoordeling.

6.

Voeg eventueel een verklaring van geen bezwaar van een gebiedsbeheerder toe omtrent de voorgenomen activiteit.

Checklist bij het aanvraagformulier Heeft u ... •

alle vragen in de aanvraag beantwoord? Aanvraagformulieren die niet volledig zijn ingevuld, worden niet in behandelinggenomen.

•

de bijgevoegde tekeningen voorzien van een duidelijke legenda met verklaring van alle nummers, tekens en afkortingen?

•

op alle bijlagen aangegeven dat ze behoren bij de aanvraag?

•

het aanvraagformulier en de bijlagen, behalve tekeningen, in A4 formaat aangeleverd? de (uitgeprinte) aanvraag en alle daarbij behorende stukken in 5-voud of meer? Wan neer sprake is van toetsing aan meerdere Natura 2000-gebieden, dienen per additioneel gebied 4 extra exemplaren te worden aangeleverd.

•

het aanvraagformulier gericht aan: Het college van Gedeputeerde Staten van Fryslan, afdeling Stêd en Plattelan, Postbus 20120, 8900 HM Leeuwarden (het bezoekadres van de provincie is Tweebaksmarkt 52 in Leeuwarden).


Kijk voor een actueel overzicht van de vereisten op (klik op de link):

http://www.fryslan.nl/2111/natuurbeschermingswetvergunning-en-ammoniakdepositie.


Bijlagen Vergunning Natuurbeschermingswet

DLV Bouw, Milieu en Techniek BV Noord President Kennedylaan 35a Postbus 354 8440 AJ Heerenveen Tel. 0513-65 35 96 Fax 0513-65 31 85

Oost Munsterstraat 16 Postbus 546 7400 AM Deventer Tel. 0570-50 15 00 Fax 0317-49 14 59

WWW.DLV.NL Zuid Oostwijk 5 Postbus 511 5400 AM Uden Tel. 0413-33 68 00 Fax 0317-49 14 75

West Lage Biezenweg 5a 4131 LV Vianen Tel. 0348 - 49 52 52 Fax 0317- 49 14 23

EXPERTS IN ADVIES

•DLV Inhoudsopgave

1. Omschrijving project

3

2. Kaarten

4

2.1. Topografische kaart

4

2.2. Locatie bedrijf ten opzichte Natura 2000 gebieden

5

2.3. Coördinatenkaart Rottige Meenthe en Brandemeer

6

3. Vergunde situatie ten tijde van aanwijsdata

7

3.1. Vergunningen Wet Milieubeheer/melding Besluit landbouw milieubeheer ten tijde van aanwijsdata tot aan heden 7 3.2. RAV tabel

8

3.3. Depositieberekening op basis van de vergunde situatie op nabij gelegen Natura 2000 gebied ten tijde van aanwijsdata

9

4. Aanvraag

11

4.1. RAV tabel

11

4.2. Depositieberekening op basis van de gewenste situatie op nabij gelegen Natura 2000 gebied 12

4.3. Milieutekening

14

4.4. Coördinatenkaart

15

4.5. Leaflet emissiearm vloersysteem

16

5. Externe saldering locatie Ruttenseweg 16, Rutten 5.1. Topografische kaart

17 17

5.2. Vigerende vergunningen Wet Milieubeheer/melding Besluit landbouw milieubeheer vanaf aanwijsdata tot aan heden

18

5.3. RAV tabel

19

5.4. Depositieberekening op basis van de aangekochte locatie op nabij gelegen Natura 2000 gebied

20

5.5. Intrekkingsbesluit milieuvergunning

22

5.6. Overeenkomst overdracht

23

6. Depositieoverzicht

24

7. Beschrijving van de (effecten van de) activiteit

25

7.1. Beschrijving 7.2. Kruistabel

25 26

8. Machtiging

© DLV Bouw, Milieu en Techniek BV

30

26-11-2014

Bijlagen bij aanvraag- Mts. J.E. van der Velde & G. Dijkstra

2

•OLV 1. Omschrijving project

Mts. J.E. van der Velde & G. Dijkstra betreft een melkveebedrijf aan de Straatweg 37 in Follega. De gewenste omvang van het bedrijf is 250 melkkoeien en 175 stuks jongvee. Het bedrijf is gelegen in de nabijheid van het volgende Natura 2000 gebied: -

Rottige Meenthe en Brandemeer

Aangevraagde activiteit is toelaatbaar binnen de kaders van de landelijke natuurbeschermingswetgeving.


26-11-2014


3

•DLY 2. Kaarten 2.1. Topografische kaart

Mts.xd Velde, Föllega 'Straatweg 37. 853.5 WG Follega, Nederland

Locatie bedrijf © DLV Bouw, Milieu en Techniek BV Bijlagen bij aanvraag- Mts. J.E. van der Velde & G. Dijkstra

26-11-2014

4

JOLV 2.2. Locatie bedrijf ten opzichte Natura 2000 gebieden

© DLV Bouw, Milieu en Techniek BV Bijlagen bij aanvraag- Mts. J.E. van der Velde & G. Dijkstra

26-11-2014

5

JDLY 2.3. Coördinatenkaart Rottige Meenthe en Brandemeer

Rottige <£& Meentiw>>


26-11-2014

6

3. Vergunde situatie ten tijde van aanwijsdata 3.1. Vergunningen Wet Milieubeheer/melding Besluit landbouw milieubeheer ten tijde van aanwijsdata tot aan heden

- Vergunning Wet Milieubeheer 8 januari 2004 - Tekening - Melding Besluit Landbouw 9 mei 2007 - Tekening


26-11-2014

7

f/l'HU'l'tllC

Lemsterland

Uw kenmerk: Ons kenmerk: Uw brief/fax d.d.: Behandeld door: M.W. van Staveren Sector: VROM Doorkiesnummer: 567549 Onderwerp: Milieuvergunning

Mts. P. en J.E. van der Velde Straatweg 37 8535 WG Follega

LEMMER, 9 januari 2004 Verzonden d.d.: 13 JAN. 2004 Geachte mts. Van der Velde, Hierbij doen wij u toekomen de door u aangevraagde milieuvergunning tot het oprichten van uw melkrundveehouderijbedrijf aan de Straatweg 37 te Follega. Uw inrichting dient te voldoen aan de voorschriften bij de milieuvergunning met kenmerk 03-48. Wij gaan ervan uit u hiermee voldoende te hebben ingelicht. Voor eventuele vragen kunt u contact opnemen met de heer M.W. van Staveren van de sector VROM op telefoonnummer: 0514-567549.

Hoogachtend, Burgemeester en wethouders van Lemsterland, namens hen,

H. LaSsche, sectorhoofd VROM

Bijlage: Milieuvergunning en bijbehorende stukken Burg. Krijgerplein7, Postbus 2, 8530 AA LEMMER. Tel. (0514) 567575 Fax: (0514) 564635 Bankrekeningnummer B.N.G.: 2850.04.948 RABO-Bank: 3370.04.994, Gironummer: 844522 e-mail: [email protected]. internet: http://www.lemsterland.nl

Lemsterland Milieuzaken Vergunning Wet milieubeheer Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Lemsterland maakt bekend dat gelet op artikel 13.4 van de Wet milieubeheer en afdeling 3.5 van de Algemene wet bestuursrecht, in het belang van de bescherming van het milieu onder voorschriften op 8 januari 2004 een vergunning ingevolge de Wet milieubeheer is verleend tot het oprichten en in werking hebben van: een melkrundveehouderijbedrljf aan de Straatweg 37 te Follega. Inzage Het besluit en alle ter zake zijnde stukken liggen bij de centrale balie van het gemeentekantoor, Burgemeester Krijgerplein 7 te Lemmer, gedurende 6 weken ter inzage en wel van 15 januari 2004 tot 26 februari 2004, elke werkdag van 8.30 uur tot 12.00 uur en van 13.15 uur tot 16.00 uur (behoudens vrijdagmiddag). Daarnaast liggen de bovengenoemde stukken op donderdagavonden in deze periode van 18.30 uur tot 20.00 uur ter inzage op bovengenoemd adres. Beroep Ingevolge artikel 20.6 van de Wet milieubeheer staat tot 26 februari 2004 beroep open bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State voor: a. degenen die bedenkingen hebben ingebracht tegen het ontwerp van het besluit; b. de adviseurs die gebruik hebben gemaakt van de gelegenheid advies uit te brengen over het ontwerp van het besluit; c. degenen die bedenkingen hebben tegen de wijzigingen, die bij het nemen van het besluit ten opzichte van het ontwerp, daarvan zijn aangebracht; d. belanghebbenden aan wie redelijkerwijs niet kan worden verweten geen bedenkingen te hebben ingebracht tegen het ontwerp van het besluit. De vergunning wordt na afloop van de beroepstermijn van kracht tenzij voor deze datum beroep is ingesteld en met toepassing van artikel 8.81 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 36 van de Wet op de Raad van State een verzoek wordt gedaan tot schorsing van de beschikking dan wel tot het treffen van een voorlopige voorziening. Het beroepschrift moeten worden gericht aan de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State, Postbus 20019, 2500 EA 's-Gravenhage. Het verzoek tot schorsing of een voorlopige voorziening moet worden gericht aan de voorzitter van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State. De beschikking wordt niet van kracht voordat op dat verzoek is beslist. Lemmer, 8 januari 2004. Burgemeester en wethouders van Lemsterland.

Lemsterland GEMEENTE LEMSTERLAND WET MILIEUBEHEER Vergunning Lemmer, 8 januari 2004 Kenmerk: 03-47 AANVRAAG Op 18 september 2003, hebben wij van Mts. P. en J.E. van der Velde te Follega een aanvraag ontvangen voor een vergunning tot het oprichten en in werking hebben van een melkrundveehouderijbedrijf ingevolge de Wet milieubeheer, op het perceel plaatselijk bekend Straatweg 37 te Follega (kadastraal bekend gemeente Oosterzee, sectie D, nr. 2485). Op 13 januari 1992 heeft het bedrijf een melding gedaan op grond van het Besluit melkrundveehouderijen milieubeheer. Tijdens een controle op de naleving van de milieuwetgeving is geconstateerd, dat op de inrichting meer melkkoeien aanwezig zijn dan op grond van het Besluit melkrundveehouderijen mogelijk is. Hierdoor voldoet de inrichting niet meer aan de entreevoorwaarden van het bovengenoemde Besluit en is derhalve vergunningsplichtig. Voorts valt het bedrijf onder andere op grond van categorie 1 (elektromotoren en dergelijke), categorie 5 (opslaan en dergelijke van licht ontvlambare vloeistoffen), categorie 8 (inrichtingen voor kweken, mesten, houden, verladen, verhandelen of wegen van dieren) van bijlage I, behorende bij het Inrichtingen- en Vergunningenbesluit Milieubeheer, onder de werkingssfeer van de Wet milieubeheer. BESCHRIJVING BEDRIJF Het betreft een agrarisch bedrijf voor het houden van 150 stuks melk- en kalfkoeien, alsmede 92 stuks vrouwelijk jongvee tot 2 jaar. Ten behoeve van brandstofvoorziening van de tractoren en de auto's zijn er 2 tanks met een inhoud van 1200 liter met dieselolie aanwezig. BEDENKINGEN Bedenkingen konden worden ingediend binnen vier weken na de dag waarop het ontwerp van het besluit ter inzage is gelegd. Het ontwerpbesluit is op 3 december 2003 terinzage gelegd. Met ingang van de dag ema, dus op 4 december 2003, kon een ieder gedurende 4 weken, dus tot 2 januari 2003, bedenkingen inbrengen. Vrijdag 2 januari 2003 was dus de laatste dag dat nog bedenkingen konden worden ingediend om in behandeling te worden genomen. Van die mogelijkheid om tijdens de periode van de terinzagelegging van de ontwerpvergunning bedenkingen te uiten is geen gebruik gemaakt.

Oprichtingsvergunning Wet milieubeheer, Mts. P. en J.E. van der Velde, Straatweg 37 te Follega

1

Lemsterland PROCEDURE Met betrekking tot deze vergunningaanvraag wordt de in afdeling 3.5 van de Algemene wet Bestuursrecht en de in hoofdstuk 13 van de Wet milieubeheer voorgeschreven procedure gevolgd. De ontvangst van de aanvraag is door ons bij brief van 18 september 2003, verzonden 22 september 2003, bevestigd. Tevens is een exemplaar van de aanvraag verzonden aan de wettelijke adviseurs. Bij brief d.d. 28 oktober 2003, verzonden 28 oktober 2003 hebben wij de conceptvoorschriften toegezonden aan de vergunninghouder, waarbij wij de vergunninghouder in de gelegenheid hebben gesteld binnen 14 dagen na dagtekening van deze brief opof aanmerkingen te maken betreffende de ontwerp-vergunning. Wij hebben binnen de gestelde termijn geen opof aanmerkingen ontvangen. OVERWEGINGEN In artikel 8.8 van de Wet milieubeheer wordt aangegeven dat door het bevoegd gezag bij de besluitvorming in ieder geval wordt betrokken: - de bestaande toestand van het milieu, voor zover de inrichting daarvoor gevolgen kan veroorzaken; - de gevolgen voor het milieu die de inrichting kan veroorzaken; - ingebrachte adviezen en bedenkingen; - de mogelijkheden tot bescherming van het milieu. Daarnaast dient het bevoegd gezag bij haar beslissing rekening te houden met de voor haar geldende voorschriften en richtlijnen. Tevens dient het bevoegd gezag bij de beslissing onder meer de geldende grenswaarden en de geldende instructieregels in acht te nemen. Voorts dient het bevoegd gezag er voor zorg te dragen dat er bij de beslissing op de aanvraag geen strijd mag ontstaan met de regels van de Wet milieubeheer dan wel met de regels die gesteld zijn krachtens andere wetten als bedoeld in artikel 13.1 van de Wet milieubeheer. In de omgeving van de inrichting is geen voor verzuring gevoelig gebied aanwezig. Toetsing aan de Interim-wet Ammoniak en Veehouderij behoeft derhalve niet plaats te vinden. De onderhavige aanvraag betreft een vergunning tot het oprichten en in werking hebben van een melkrundveehouderijbedrijf op grond van de Wet milieubeheer. In verband met de aard van de activiteiten in de inrichting moet onder andere rekening worden gehouden met: • • • • • •

ongedierte; het vrijkomen van afvalstoffen; aantasting/verontreiniging van de bodem; brandgevaar; stank; vrijkomen van stof.

De aanvraag om vergunning dient te worden getoetst aan de Brochure "Veehouderij en Stankhinder 1996". Deze Brochure dient als richtlijn ter beoordeling van de aanvaardbaarheid van stankhinder door veehouderijen. In de directe omgeving van het bedrijf ligt een enkele verspreid liggende niet-agrarische bebouwing. Het bedrijf valt daarmee in categorie III.


2

Lemsterland Op grond van bijlage 2 van de bij de Brochure behorende afstandsgrafiek moet voor een melkrundveehouderijbedrijf een minimale afstand van 50 meter tot een woning van derden aangehouden worden. De afstand tot een woning van derden bedraagt voor dit bedrijf 70 meter. Hiermee wordt voldaan aan de in de Brochure vermelde afstand. Om nadelige gevolgen voor het milieu te voorkomen zijn onder andere voorschriften opgenomen, die onder andere betrekking hebben op: - het regelmatig moeten afvoeren van binnen de inrichting vrijkomende afvalstoffen; - het voorkomen van bodemverontreiniging door mest, door de eis dat mestopslagen en mestputten vloeistofdicht moeten zijn uitgevoerd; - het voorkomen van bodemverontreiniging door dieselolie door de eis, dat de opslag in vloeistofdichte bakken plaats moet vinden; - het voorkomen van brand, door de aanwezigheid van brandblusmiddelen. In de inrichting is een koelinstallatie aanwezig waarin een koelmiddel is toegepast dat is opgenomen in de bijlage behorende bij het Besluit inzake stoffen die de ozonlaag aantasten. De koelinstallatie moet derhalve aan de in dit Besluit gestelde voorschriften voldoen. Het bevoegd gezag hiervoor is de Inspectie VROM. Wij zijn dan ook niet bevoegd op dit punt nadere voorschriften op te nemen. De gevolgen van het in werking zijn van de inrichting, die gelegen is in het buitengebied van de gemeente, zullen naar verwachting beperkt blijven tot de directe omgeving van de inrichting. CONCLUSIE: Wij zijn van mening dat de door het bedrijf te veroorzaken milieuverontreiniging in voldoende mate kan worden tegengegaan en voorkomen door het stellen van voorschriften en er geen reden is in het belang van de bescherming van het milieu de vergunning te weigeren.

BESLUIT: Burgemeester en wethouders hebben gezien het voorgaande en gelet op de Wet milieubeheer en de Algemene Wet Bestuursrecht,

besloten: de gevraagde vergunning te verlenen onder de bij dit besluit behorende en gewaarmerkte voorschriften, tekening en overige bescheiden.


3

VOORSCHRIFTEN Behorende bij de milieuvergunning van Mts. P. en J.E. van der Velde Straatweg 37 8535 WG Follega ten behoeve van een melkrundveehouderijbedrijf

BEHOORT BIJ BESLUIT VAN B. EN W. Vmis. LEMSTERLAND D.D.

0 8 JAN. 2004

NO.: MIJ BEKEND DE SECRETARIS VAN LEMSTERLAND,

Voorschriften oprichtings-milieuvergunning Mts. P. en J.E. v.d. Velde, Straatweg 37 te Follega

1

1

3

2

BEDRIJFSMATIG HOUDEN VANDIEREN

7

3

GELUID- EN TRILLINGHINDER

9

4

AFVALSTOFFEN

10

5

WERKPLAATS

12

6

BODEMBESCHERMING

13

7

HET AFLEVEREN VAN MOTORBRANDSTOFFEN

14

8

BOVENGRONDSE TANKS

15

9

MILIEUZORG

16

n

BEGRIPPENLIJST

19


2

1 1.1

ALGEMEEN Gedragsvoorschriften

1.1.1 De inrichting, met inbegrip van het open terrein, moet schoon worden gehouden en in goede staat van onderhoud verkeren. 1.1.2 De inrichting dient in werking te zijn conform de aanvraag d.d.16-09-2003 bij ons binnengekomen op 18-09-2003 en de daarbij behorende en als zodanig gewaarmerkte tekening, tenzij deze voorschriften anders bepalen. 1.1.3 Het aantrekken van ongedierte moet zoveel mogelijk worden voorkomen. Zo vaak de omstandigheden daartoe aanleiding geven, moet doelmatige bestrijding van ongedierte plaatsvinden. 1.1.4 De vergunninghouder is verplicht andere in de inrichting aanwezige of werkzame personen te instrueren omtrent de voor hen van toepassing zijnde vergunningsvoorschriften. 1.1.5 Degene die de inrichting drijft is overigens gehouden te doen en na te laten hetgeen redelijkerwijs gevergd kan worden om de nadelige gevolgen voor het milieu te voorkomen ofte beperken. 1.1.6 Tijdens het gebruik van de inrichting moeten deuren en ramen zo veel mogelijk gesloten zijn, behoudens wat de deuren betreft voor het kortstondig openstellen voor het doorlaten van personen, dieren en/of goederen. 1.1.7 Het gebruik als brandstof van afgewerkte olie zoals genoemd in EURAL, alsmede het gebruik van andere afvaloliën, is niet toegestaan. 1.1.8 Indien zich een onvoorziene gebeurtenis zoals een bedrijfsstoornis heeft voorgedaan of zich voordoet, waardoor giftige of anderszins gevaarlijke stoffen in het milieu o.a. lucht, bodem, riolering, oppervlaktewater enz. zijn gekomen dan wel kunnen komen, moeten onmiddellijk maatregelen worden getroffen om zoveel mogelijk de gevolgen te beperken c.q. aan het gevaar een einde te maken. Van één en ander moet terstond kennis worden gegeven aan het college van burgemeester en wethouders van Lemsterland, of buiten kantoortijden aan de politie. De vergunninghouder dient bij de kennisgeving aan het bevoegd gezag de volgende gegevens te verstrekken: a. de oorzaken van het voorval en de omstandigheden waaronder het voorval zich heeft voorgedaan; b. de ten gevolge van het voorval vrijgekomen stoffen, alsmede hun eigenschappen; c. andere gegevens, die van belang zijn om de aard en de ernst van de gevolgen voor het milieu van het voorval te kunnen beoordelen; d. de maatregelen die zijn genomen of worden overwogen om de gevolgen van het voorval te voorkomen, te beperken of ongedaan te maken;


3

e. de maatregelen die worden overwogen om te voorkomen dat een zodanig voorval zich nogmaals kan voordoen. 1.2

Koelinstallatie

1.2.1 De koelinstallatie moet altijd bereikbaar zijn voor bediening, inspectie en onderhoud. 1.2.2 Er moet een inspectie- en preventief onderhoudsschema van de koelinstallatie van de melktank aanwezig zijn. Het bedoelde schema moet aan een controlerend ambtenaar op verzoek worden getoond. Bij alle installaties die meer dan 3 kilo koudemiddel bevatten, behoort een logboek met daarin gegevens over de installatie, het onderhoud en de service. Installatie en onderhoud mag uitsluitend plaatsvinden door STEK-erkende bedrijven. 1.2.3 Vervanging van het in de koelinstallatie aanwezige koudemiddel, moet zodanig geschieden, dat dit koudemiddel zich niet in de atmosfeer kan verspreiden. 1.3

Brandpreventie en brandbestrijding

1.3.1 Teneinde een begin van brand effectief te kunnen bestrijden, moeten tenminste de op de bij deze vergunning behorende plattegrondtekening aangegeven brandblusmiddelen met een inhoud van tenminste 6 kg aanwezig zijn. 1.3.2 De draagbare blustoestellen moeten zijn voorzien van een rijkskeurmerk met rangnummer. 1.3.3 De brandblusmiddelen moeten jaarlijks worden gecontroleerd door een instantie, die is erkend op basis van de Regeling voor de erkenning van onderhoudsbedrijven kleine blusmiddelen, of een tenminste gelijkwaardige instelling. 1.3.4 De brandblusapparaten moeten duidelijk zichtbaar geplaatst en/of opgehangen zijn en te allen tijde bereikbaar zijn voor direct gebruik. 1.4

Elektrische installatie

1.4.1 De elektrische installatie moet voldoen aan NEN 1010. In ruimten met gasontploffingsgevaar moet de elektrische installatie bovendien voldoen aan NEN 3410. 1.4.2 De in de inrichting gebezigde elektromotoren, elektrische installaties en toestellen moeten zodanig zijn uitgevoerd, dat deze geen storing in de radioen televisie-ontvangst, alsmede in het telecommunicatieverkeer, kunnen veroorzaken.

Voorschriften oprichtings-milieuvergumiing Mts. P. en J.E. v.d. Velde, Straatweg 37 te Follega

4

1.5

Mest

1.5.1 Op het terrein mag geen mest worden gedroogd of verbrand. 1.5.2 Bij het verwijderen van mest of gier mag de omgeving niet worden verontreinigd. Transport van dunne mest of gier moet plaatsvinden in gesloten tankwagens. 1.6

Lucht

1.6.1 Uitmondingen in de buitenlucht van afvoeren van ventilatiesystemen moeten zodanig zijn gesitueerd dat van de hierdoor uittredende lucht en de daarin aanwezige stoffen geen hinder wordt ondervonden buiten de inrichting. 1.6.2 Het is verboden om vluchtige vloeistoffen waarvan het onderste vlampunt is gelegen beneden de 21 °C (K1 klasse), te gebruiken voor reinigingsdoeleinden. 1.7

OPSLAG BESTRIJDINGSMIDDELEN

1.7.1 De bestrijdingsmiddelen moeten droog en koel worden bewaard. 1.7.2 De bestrijdingsmiddelen mogen uitsluitend in originele verpakking en voorzien van het wettelijk verplichte toelatingsnummer worden bewaard. Overpakken en/of herverpakken is niet toegestaan. 1.7.3 Niet meer voor gebruik bestemde kartonnen dozen, vuilniszakken met afval e.d. die met bestrijdingsmiddelen in contact zijn geweest moeten binnen de inrichting, in de bestrijdingsmiddelenkast worden bewaard. 1.7.4 Vloeibare bestrijdingsmiddelen moeten gescheiden van vaste bestrijdingsmiddelen zijn opgeslagen. Onderlinge vermenging van de bestrijdingsmiddelen en beschadigingen van de verpakkingen moeten worden voorkomen. 1.7.5 De toegangsdeur van de kast voor bestrijdingsmiddelen dient, buiten de tijd dat hier door een bevoegd persoon bestrijdingsmiddelen worden ingezet of uitgehaald, met een deugdelijk slot zodanig te zijn afgesloten, dat deze door onbevoegden niet kan worden geopend. 1.7.6 Op de toegangsdeur van de bestrijdingsmiddelenkast moet met duidelijk leesbare letters het opschrift "BESTRIJDINGSMIDDELEN, VERBODEN TOEGANG VOOR ONBEVOEGDEN, OPEN VUUR EN ROKEN VERBODEN" zijn aangebracht, alsmede een afbeelding van een doodshoofd van tenminste 60 mm hoogte. 1.7.7 Nabij de opslagplaats moet een blustoestel aanwezig zijn met een inhoud van ten minste 6 kg bluspoeder.

Voorschriften oprichtings-milieuvergunrring Mts. P. en J.E. v.d. Velde, Straatweg 37 te Follega

5

1.7.8 In of nabij de bestrijdingsmiddelenkast moeten voldoende absorberende en neutraliserende middelen aanwezig zijn voor het verwijderen van gemorste bestrijdingsmiddelen. Gebruikt absorptiemateriaal dient te worden opgeslagen en afgevoerd als gevaarlijk afval. 1.7.9 De aanwezige voorraden bestrijdingsmiddelen moeten worden bewaard in een daartoe bestemde kast. In de kast mogen slechts bestrijdingsmiddelen alsmede ongereinigde ledige verpakkingen daarvan aanwezig zijn. De aanwezige hoeveelheid bestrijdingsmiddelen mag ten hoogste 150 kg bedragen. 1.7.10 De kast moet met inbegrip van de deur(en) bestaan uit plaatstaal of een ander deugdelijk materiaal en doelmatig zijn ingericht met stevige planken. 1.7.11 De drempel onder de deur(en) van de kast moet met de vloer en wanden van de kast een vloeistofdichte bak vormen, die de aanwezige voorraad aan vloeistoffen kan bevatten. 1.7.12 De kast moet doelmatig zijn geventileerd. De ventilatieopeningen moeten boven het niveau van de, in voorschrift 1.8.3 bedoelde, drempel zijn aangebracht. 1.7.13 De kast moet voldoen aan NEN 2678

Voorschriften oprichtmgs-rrulieuvergunning Mts. P. en J.E. v.d. Velde, Straatweg 37 te Follega

6

2 2.1

BEDRIJFSMATIG HOUDEN VAN DIEREN Algemeen

2.1.1 In de inrichting mogen niet meer dieren gehouden worden dan: - 1 2 3 stuks melk- en/of kalfkoeien tezamen; - 92 stuks vrouwelijk jongvee tot 2 jaar 2.2

Veevoer

2.2.1 Het voer, met uitzondering van ruwvoer, moet worden bewaard in uitsluitend voor dit doel gebezigde bewaarplaatsen die rat- en muiswerend zijn ingericht. 2.2.2 De kuilvoeropslag van gras of snijmaïs of een opslag van voederprodukten met een droge stofgehalte lager dan 60%, niet zijnde knol- of wortelgewassen of fruit, moet blijvend zijn afgedekt met een kunststoffolie, behoudens tijdens het uithalen van het product. Eventuele beschadigingen aan het afdekfolie moeten zo spoedig mogelijk worden hersteld. 2.3

Afvalwater

2.3.1 Een riolering voor de afvoer van afvalwater moet vloeistofdicht zijn uitgevoerd. 2.4

Opslag van dunne mest

2.4.1 De uitvoering van de mestkelder moet voldoen aan het gestelde in de, door het Ministerie van VROM en het Ministerie van Landbouw en Visserij uitgegeven, publicatie "Bouwtechnische richtlijnen mestbassins" 1990. 2.4.2 Een besloten ruimte waarin mengmest aanwezig is/of wordt bewerkt, moet zodanig zijn geventileerd, dat zich geen brandbaar en/of explosief lucht/gasmengsel kan vormen. 2.4.3 Dunne mest en gier, spoelen schrobwater moeten worden opgeslagen in de hiertoe bestemde opslagruimten. Deze opslagruimten mogen niet zijn voorzien van een overstort. 2.4.4 De opslagruimte(n) voor dunne mest en gier, spoelen schrobwater moet(en) vloeistof- en mestdicht zijn.


7

2.5

Opslag van vaste mest

2.5.1 De opslag van vaste mest buiten de stal moet plaatsvinden op een mestplaat, die is voorzien van een opstaande rand of een gelijkwaardige voorziening. De stapeling van mest moet zo plaatsvinden dat uitzakkend vocht niet van de mestplaat kan vloeien. 2.5.2 De mestplaat voor de opslag van vaste mest buiten de stal, met inbegrip van de opstaande rand, moet vloeistofdicht zijn. Het uitzakkend vocht moet door middel van een gesloten, vloeistofdichte bedrijfsleiding worden afgevoerd naar een vloeistofdichte opslagruimte voor dunne mest 2.6

Silo's

2.6.1 Het vullen van silo's moet onder voortdurend toezicht plaatsvinden. Op elk gewenst moment moet het vullen kunnen worden gestopt. Het laten leegblazen van buiktransportwagens anders dan in de silo's is niet toegestaan. 2.6.2 Ontluchting van de silo's moet plaatsvinden via een doelmatig stoffilter. 2.6.3 Het vullen van de silo's mag slechts pneumatisch geschieden. 2.6.4 Alvorens met het vullen van een silo wordt begonnen moet worden gecontroleerd of de verbindingen tussen de aanvoerende auto en de silo stofdicht zijn en de ontluchting van de silo naar behoren functioneert. 2.6.5 De slangen welke worden gebruikt voor het vullen van de silo's vanuit bulkauto's moeten geschikt zijn voor de maximale persdruk.


8

3

GELUID- EN TRILLINGHINDER

3.1.1 Het Larigtijdgemiddeld beoordelingsniveau (LAr.LT), veroorzaakt door de in de inrichting aanwezige toestellen en installaties, alsmede door de in de inrichting verrichte werkzaamheden en plaatsvindende activiteiten, mag gemeten op het referentiepunt die is aangegeven op figuur 1, niet meer bedragen dan: 45 dB(A) tussen 07.00 uur en 19.00 uur (dagperiode); 40 dB(A) tussen 19.00 uur en 23.00 uur (avondperiode); 35 dB(A) tussen 23.00 uur en 07.00 uur (nachtperiode). 3.1.2 Onverminderd het gestelde in voorschrift 0 mag het maximale geluidsniveau (LAmax), gemeten in de meterstand "fast", op de in dat voorschrift vermelde referentiepunt niet hoger zijn dan: 65 dB(A) tussen 07.00 en 19.00 uur (dagperiode); 60 dB(A) tussen 19.00 en 23.00 uur (avondperiode); 55 dB(A) tussen 23.00 en 07.00 uur (nachtperiode). 3.1.3 Voorschrift 3.1.1 is niet van toepassing op het aan- en afrijden, laden en lossen ten behoeve van de inrichting voor zover dit plaatsvindt tussen 07.00 uur en 19.00 uur. 3.1.4 Gedurende laad- en losactiviteiten en eventuele wachttijden mag de motor van een wagen, voor zover niet noodzakelijk bij de verlading, niet in werking zijn. 3.1.5 Indien metingen of berekeningen ten behoeve van de controle op de in de voorgaande voorschriften vastgelegde geluidsniveaus plaatsvinden, moet dit geschieden overeenkomstig de "Handleiding meten en rekenen industrielawaai, 1999". Ook beoordeling van de meet- en rekenresultaten moet overeenkomstig deze handleiding plaatsvinden.


9

4 AFVALSTOFFEN 4.1

Algemeen

4.1.1 In de inrichting mogen geen afvalstoffen worden verbrand. 4.1.2 Afvalstoffen mogen niet in de bodem worden gebracht of terechtkunnen komen. Het bewaren of bezigen van afvalstoffen op de bodem moet zodanig geschieden dat geen verontreiniging kan optreden. 4.1.3 Het bewaren van afvalstoffen moet op ordelijke en nette wijze geschieden. Van afvalstoffen afkomstige geur mag zich niet buiten de inrichting kunnen verspreiden. 4.1.4 Kadavers van dieren en afvalstoffen van dierlijke aard mogen niet op het terrein van de inrichting worden begraven. Kadavers van dieren en afvalstoffen van dierlijke aard moeten, in afwachting van afvoer uit de inrichting naar een daartoe geschikte verwerkingsinrichting, worden bewaard in een deugdelijke waterdichte verpakking of in een gesloten daartoe bestemde ruimte. 4.2

Gevaarlijke afvalstoffen

4.2.1 De in de inrichting vrijkomende gevaarlijke afvalstoffen en als zodanig aangeduid in de EURAL mogen niet met andere categorieën (gevaarlijke) afvalstoffen worden vermengd of gemengd. Hiertoe dienen de gevaarlijke afvalstoffen in doelmatige emballage te worden bewaard en apart per afvalstroom te worden opgeslagen. 4.2.2 De emballage voor de opslag van gevaarlijke afvalstoffen moet: a. dicht en voldoende sterk en geschikt zijn voor de desbetreffende stof; b. zijn voorzien van een etiket waarop, op een te allen tijde duidelijk te onderscheiden wijze, is aangegeven welke afvalstof zich in de verpakking bevindt. 4.2.3 De verpakkingen met vloeibare gevaarlijke afvalstoffen moeten in vloeistofdichte lekbakken zijn geplaatst. De inhoud van de bakken moet de inhoud van het grootste opgeslagen vat (verpakking) vermeerderd met 10 % van de overige vaten of verpakkingen kunnen bevatten. Indien de afvalstoffen buiten het bebouwde gedeelte van de inrichting worden bewaard, moeten deze lekbakken zodanig zijn overkapt dat er geen hemelwater in kan komen. 4.2.4 Ledige, niet gereinigde emballage voor de opslag van gevaarlijke afvalstoffen, moet worden bewaard als gevulde emballage. 4.2.5 De concentratie van in gevaarlijke afvalstoffen voorkomende stoffen mag niet worden gewijzigd of worden verkleind door verdamping, verdunning, vermenging of uitloging.

Voorschriften oprichtings-milieuverguiming Mts. P. en J.E. v.d. Velde, Straatweg 37 te Follega

10

4.2.6 In de inrichting moet nabij de opslag van vloeibare gevaarlijke afvalstoffen absorberend/neutraliserend materiaal aanwezig zijn om gemorste of gelekte vloeistof zo snel mogelijk te verwijderen. Gebruikt absorberend/neutraliserend materiaal moet worden behandeld als een gevaarlijke afvalstof. 4.2.7 Gevaarlijke afvalstoffen dienen regelmatig, doch tenminste éénmaal per jaar op zorgvuldige wijze te worden afgevoerd door een daartoe door het bevoegd gezag erkende inzamelaar.

Voorschriften oprichtings-miHeuvergunning Mts. P. en J.E. v.d. Velde, Straatweg 37 te Follega

11

5 5.1

WERKPLAATS Algemeen

5.1.1 Oliën, vetten of hiermee verontreinigd water mogen niet van de vloeren van de werktuigenberging naar buiten worden geveegd of geschrobd. 5.1.2 Indien werkzaamheden worden verricht, waarbij brandbare vloeistoffen worden gebezigd of wordt gelast, mag niet worden gerookt en mag geen open vuur aanwezig zijn. 5.1.3 Onder het tot aftappen van vloeistoffen, anders dan water, gereedstaand vaatwerk moeten doelmatige lekbakken zijn geplaatst. 5.1.4 Vaatwerk ten behoeve van de bewaring van motorolie en afgewerkte olie moet zijn geplaatst in een vloeistofdichte bak. De vloeistofdichte bak moet tegen inregenen zijn beschermd. De lekbak moet een inhoud hebben van minimaal de inhoud van het grootste vat vermeerderd met 10 procent van de inhoud van de overige opgeslagen vaten. 5.2

Lassen

5.2.1 Binnen een afstand van 10 meter van de laswerkzaamheden mogen zich geen licht ontvlambare materialen bevinden. 5.2.2 Laskabelisolaties moeten regelmatig, maar zeker 1 maal per 6 maanden worden gecontroleerd op slijtage. 5.2.3 Laskabels die beschadigd zijn moeten terstond worden vervangen. 5.2.4 Tijdens het in gebruik zijn van een gasfles moet de sleutel voor het openen en sluiten op de afsluiter aanwezig zijn. Van een niet in gebruik zijnde fles moet de afsluiter zijn dichtgedraaid.


12

6

BODEMBESCHERMING

6.1

Algemeen

6.1.1 Stoffen moeten zodanig worden bewaard en worden gebezigd dat geen verontreiniging van de bodem optreedt. 6.2

Zorgplicht

6.2.1 Het is verboden vloeistoffen definitief in de bodem te brengen, met uitzondering van oppervlaktewater, hemelwater of drinkwater, indien daaraan geen verontreinigende stoffen zijn toegevoegd, de concentratie van verontreinigende stoffen niet door een bewerking van het water is toegenomen en waaraan geen warmte is toegevoegd. 6.2.2

Indien blijkt dat de bodem is verontreinigd of aangetast, anders dan ten gevolge van een ongewoon voorval in de zin van artikel 27 Wet bodembescherming, dient degene die de inrichting drijft hiervan melding te doen aan het college van burgemeester en wethouders van Lemsterland.

6.2.3 Er moeten in deze gevallen onverwijld maatregelen worden genomen teneinde de verontreiniging, de aantasting en de directe gevolgen daarvan te beperken en zoveel mogelijk ongedaan te maken. 6.2.4 Van het voornemen tot bodemsanering over te gaan moet tenminste 13 weken voordat de sanering plaatsvindt, melding worden gedaan bij het college van gedeputeerde staten van FryslSn. Bij deze melding moeten gegevens worden verstrekt omtrent de resultaten van met het oog op de sanering verricht onderzoek en het tijdstip waarop met de sanering zal worden aangevangen.


13

7 7.1

HET AFLEVEREN VAN MOTORBRANDSTOFFEN Tankplaats

7.1.1 Ter plaatse van het afleverpunt moet de opstelplaats van tankende voertuigen over een oppervlakte van ten minste 3x5 meter voorzien zijn van een aaneengesloten vloeistofdichte verharding. Gemorst product moet met behulp van absorptiemateriaal zo spoedig mogelijk worden verwijderd. 7.1.2 Het afleveren van brandstof is verboden, indien daarbij wordt gerookt of enigerlei vuur of open kunstlicht aanwezig is, of de motor van het voertuig, waaraan de vloeistof wordt afgeleverd, in werking is. Nabij de afleverinstallatie dient duidelijk zichtbaar het veiligheidsopschrift (pictogram) "VUUR, OPEN VLAM EN ROKEN VERBODEN" te zijn aangebracht. 7.1.3 Nabij de pomp moet voor het blussen van brand een poederblusser met een vulling van ten minste 6 kg aanwezig zijn. 7.2

Afleverpomp voor motorbrandstoffen

7.2.1 Een pomp moet zodanig zijn ingericht dat hetzij slechts gedurende een daartoe strekkende opzettelijke bediening van de vulafsluiter vloeistof uit de pomp kan stromen, hetzij de aflevering van vloeistof automatisch stopt als het reservoir, waaraan wordt afgeleverd vrijwel is gevuld. In het laatste geval moeten aan de vulafsluiter voorzieningen zijn getroffen, waardoor deze sluit bij een lichte schok, bijvoorbeeld ten gevolge van vallen. 7.2.2 Indien geen toezicht wordt gehouden, moet een pomp zijn afgesloten zodat onbevoegden deze niet in werking kunnen stellen. 7.2.3 Bij het plotseling sluiten van de vulafsluiter moet een eventueel optredende drukstoot kunnen worden opgevangen. 7.2.4 De elektrische installatie in en aan de pomp moet voldoen aan de voorschriften voor elektrische installaties in ruimten met gasontploffingsgevaar van NEN 3410. 7.2.5 De afleverinstallatie, de pomp en de leidingen dienen goed te worden onderhouden. Het afleveren van motorbrandstoffen en het ophangen van de afleverslang dient zodanig te geschieden, dat geen verontreiniging van de bodem plaatsvindt.


14

8 8.1

BOVENGRONDSE TANKS Algemeen

8.1.1 De bovengrondse tanks voor dieselolie, inclusief toebehoren, moeten voldoen aan CPR 9-6, "vloeibare aardolieproducten buitenopslag van K3-produkten in bovengrondse stalen tanks (0,2 tot 150 m3)". In dit hoofdstuk zijn enkele relevante voorschriften uit de CPR 9-6 opgenomen. 8.2

Constructie

8.2.1 De tanks moeten blijvend vloeistofdicht zijn. 8.2.2 De ondersteunende constructie van de tanks moet uit onbrandbaar materiaal bestaan. Op plaatsen waar kans op verzakking bestaat, moet een doelmatige fundering zijn aangebracht. 8.2.3 Het uitwendige van de tanks moet tegen corrosie zijn beschermd. 8.2.4 De tanks moeten zijn voorzien van een ontluchtingsleiding met een inwendige middellijn van tenminste 30 mm. De ontluchting van de tanks dient buiten een gebouw te zijn gesitueerd en moet tegen inregenen zijn beschermd. 8.3

Installatie

8.3.1 De tanks moeten zijn geplaatst in een vloeistofdichte bak. De inhoud van de vloeistofdichte bak moet ten minste gelijk zijn aan de inhoud van de tanks. De vloeistofdichte bak moet voldoende sterk zijn om weerstand te kunnen bieden aan de als gevolg van een lekkage optredende vloeistofdruk. 8.3.2 De vloeistofdichte bak dient tegen inregenen te zijn beschermd. 8.3.3 De tanks moeten voor onderhoud en inspectie aan alle zijden op een doelmatige wijze bereikbaar zijn.


15

9 9.1

MILIEUZORG Besparing van grondstoffen en afvalstoffen

9.1.1 De in de inrichting vrijkomende afvalstoffen moeten met het oog op hergebruik zoveel mogelijk naar soort worden gescheiden, verzameld, bewaard en afgevoerd. 9.1.2 Grond- en hulpstoffen die, om welke reden dan ook, niet meer in de inrichting worden toegepast moeten op geregelde tijd, doch tenminste eenmaal per jaar uit de inrichting worden verwijderd. Voor verwijdering van deze stoffen moet onderzocht worden of nuttige toepassing van deze stoffen elders nog mogelijk is. 9.2

Energie- en waterbesparing

9.2.1 De inrichtinghouder is gehouden die energie- en waterbesparingsmaatregelen te treffen die redelijkerwijs van haar verlangd kunnen worden. Bij renovatie en/of vervanging dient de vergunninghouder die voorzieningen en/of maatregelen te treffen die rekening houdend met de economische aspecten, de grootste reductie in energie- en waterverbruik bewerkstelligen. 9.2.2 Een nieuwe toe te passen aardgasgestookte CV-ketel moet zijn voorzien van een HR-keurmerk (hoogrendement) en van een gaskeur schone verbranding. 9.2.3 Verwarmingsleidingen die zich bevinden in ruimten waar geen ruimteverwarming nodig is, moeten doelmatig zijn geïsoleerd. 9.2.4 De toegepaste verlichting binnen de inrichting moet van het energiezuinige type zijn, tenzij aangetoond kan worden dat dit niet mogelijk is. 9.2.5 Het energiegebruik en het watergebruik moeten jaarlijks worden geregistreerd. Hiertoe moet het elektriciteitsverbruik in kWh en het wateren gasverbruik in m3 worden bijgehouden. De gegevens moeten worden bewaard in het in voorschrift 9.3 bedoelde milieulogboek 9.3

Milieulogboek

9.3.1 Er moet een milieulogboek worden bijgehouden, waarin vanaf het van kracht worden van de beschikking regelmatig alle milieurelevante handelingen worden aangetekend. 9.3.2 Het milieulogboek moet te allen tijde beschikbaar zijn voor inzage door een door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Lemsterland aangewezen toezichthoudend ambtenaar. 9.3.3 In het milieulogboek moeten ten minste de volgende zaken worden opgenomen;


16

deze beschikking, alsmede overige relevante (milieu)vergunningen; de bevindingen van alle inspecties die met betrekking tot de zorg voor het milieu van belang zijn; datum, tijdstip en alle van belang zijnde gegevens (zoals tijdstip, tijdsduur, aard, hoeveelheid, oorzaak, plaats en windrichting) van voorgevallen incidenten die van invloed zijn op het milieu, met vermelding van de genomen maatregelen; de registratie van afvalstoffen over een periode van ten minste 5 jaar; de registratie moet geschieden naar aard en samenstelling; tevens moet de datum van afvoer van de betreffende partij afval, de hoeveelheid, de naam van de transporteur en de uiteindelijke bestemming worden geregistreerd.


II

BEGRIPPENLIJST

A. AFGEWERKTE OLIE Afgewerkte olie als bedoeld in de Europese afvalstoffenlijst (Eural).. B. AFVALSTOFFEN Afvalstoffen als bedoeld in artikel 1.1. van de Wet milieubeheer. C. BEVOEGD GEZAG Het College van Burgemeester en Wethouders van Lemsterland. D. CPR 9-6 Vloeibare aardolieproducten buitenopslag van K3-produkten in bovengrondse stalen tanks (0,2 tot 150 m3). E. dB(A) DeciBell met toepassing van de A-weging. Tienmaal de logaritme met basis tien van de verhouding van twee vermogens (geluidsniveau versus een referentiewaarde). F. DIN Een door het Deutsches Institut für Normung e.V. (DIN) uitgegeven publicatie G. EMBALLAGE Glazen flessen tot 5 liter, kunststof flessen of vaten tot 60 liter, metalen bussen tot 25 liter, stalen vaten of fiberdrums tot 300 liter, papieren of kunststof zakken en boxpallets tot 1.000 liter. H. EURAL Europese afvalstoffenlijst ter uitvoering van Richtlijn 75/442/EEG betreffende Afvalstoffen en Richtlijn 91/689/EEG betreffende Gevaarlijke Afvalstoffen. I. EQUIVALENTE GELUIDSNIVEAU (LAeq) Het gemiddelde van de afwisselende niveaus van het ter plaatse in de loop van een bepaalde periode optredende geluid, vastgesteld overeenkomstig de "Handleiding meten en rekenen industrielawaai", 1999. J. GEVAARLIJKE AFVALSTOF Stof als zodanig aangeduid en nader omschreven in de Europese Afvalstoffenlijst (EURAL). K. GEVAARLIJKE STOFFEN Stoffen en voorwerpen die in de Wet milieugevaarlijke stoffen zijn aangewezen als gevaarlijke stof. L. K3-VLOEISTOF Een brandbare vloeistof waarvan het vlampunt gelegen is op of boven 55 °C, bepaald volgens NEN-ISO 2719. M. LANGTIJDGEMIDDELD BEOORDELINGSNIVEAU (LAr.LT) Het gemiddelde van de afwisselende niveaus van het ter plaatse in de loop van een bepaalde periode optredende geluid, vastgesteld overeenkomstig de "Handleiding meten en rekenen industrielawaai, 1999". N. MAXIMALE GELUIDSNIVEAU (Lmax)


19

Het piekriiveau, een kortstondige verhoging van het geluiddrukniveau gemeten in de meterstand "Fast". O. MINISTERIE VAN VROM Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer. P. NEN Door het Nederlands Normalisatie Instituut (NNI) uitgegeven norm. Q. NEN 1010 Veiligheidsvoorschriften voor laagspanningsinstallaties. R. NEN 3125 Elektrisch materieel voor plaatsen waar ontploffingsgevaar kan heersen; hermetisch dichte omhulsels en niet vonkende constructies. S. NEN 3410 Veiligheidsbepalingen voor hoog- en laagspanningsinstallaties in ruimten met gasontploffingsgevaar. T. NEN-EN Een door het Comitée Européen de Normalisation opgestelde en door het Nederlands Normalisatie Instituut (NNI) als Nederlandse Norm aanvaarde en uitgegeven norm. U. NVN Nederlandse Voornorm. V. NVN 5740 Nederlandse Voornorm: Bodem - Onderzoeksstrategie bij verkennend bodemonderzoek. W.ONBRANDBAAR Het onbrandbaar zijn overeenkomstig het bepaalde in NEN 6064. X. OPENBAAR RIOOL Voorziening voor de inzameling en het transport van afvalwater, als bedoeld in artikel 10.15, eerste lid, van de Wet. Y. RIOLERING Bedrijfsriolering of voorziening voor de inzameling en het transport van afvalwater. Z. STEK Stichting Erkenningsregeling voor de uitvoering van het Koeltechnische installatiebedrijf. AA. WONING Een gebouw of deel van een gebouw dat voor bewoning gebruikt wordt of daartoe is bestemd. BB. WVO De Wet verontreiniging oppervlaktewateren (stb. 1969, 536).


20

Aanvraag milieuvergunning

Agrarische bedrijven

Voor informatie kunt u contact opnemen met: Gemeente Lemsterland, Sector VROM: 0514-567575

(Wet Milieubeheer)

GEMEENTE LEMSTERLAND

niet invullen a.u.b. Sector VROM

Milieucategorie:

Ontvangst concept/aanvraag:

BEHOORT BL BESLUIT VI\flPB. EN W. VAN

In procedure:

Kenmerk:

d.d.

0 3 / ^

InUtMöIËRi^NQ&i&neiO 6B(J4Mcn2ÖÖ4r en Wethouders van de Gemeente Lemsterland, Postbus 2, 8530 AA Lemmer Burg. Krijgerplein 7, 8531 AE Lemmer

NaafrJQnvrager:

. P £

'-'/A.VkBésL

ND" DE

Postcode- plaats:

Datum

l L- G c\- 2 003

Postadres

MSTÉRLAND, ro^/eqcu

Postcode-plaats

Telefoon

:

Fax

E-mail

:

Contactpersoon

Verzoekt om een:

§

Vergunning tot het oprichten Vergunning tot het veranderen of de werking te veranderen (uitbreiden) [T Nieuwe, de gehele inrichting omvattende, vergunning (art. 8.4) in verband met de uitbreiding/wijziging van de inrichting, voor welke reeds vergunning werd verleend (revisie) • Nieuwe vergunning voor een onderdeel (art. 8.4) en in werking hebben van de hieronder omschreven inrichting. Heeft deze aanvraag betrekking op activiteiten die gedurende een beperkte termijn (max. 5 jaar) plaatsvinden? El nee • ja, vergunning wordt aangevraagd voor een termijn van jaren Aard van de inrichting Indien verzocht wordt om een vergunning tot het veranderen van de inrichting, het veranderen van de werking van de inrichting of een nieuwe vergunning voor een onderdeel van de inrichting hieronder de betreffende verandering en/of het betreffende onderdeel aangeven. . Hier de aard van de inrichting vermelden: CClC-LU U.U0u.O"C^-^0<JLciL€. R|\ Locatie waar de inrichting is of zal worden opgericht of is gevestigd: Kadastrale ligging: gemeente

Indien gegevens van de inrichting afwijken van de gegevens van de aanvrager (zoals hierboven vermeld) dan gegevens hieronder invullen: Naam inrichting

Sectie:

nr(s):

Handtekening aanvrager:

1

Wd>

—4

c

R gg-L uj ^

Adres

r

Postcode-plaats Telefoon

ml5. ?

—

<5 ^ 2>5 uo Q 05IU- 56o<*Fax

3 7Poo:

Vraag zonodig informatie bij uw gemeente welke andere vergunning u nog nodig heeft voor het in bedrijf stellen van uw bedrijf. Bij de aanvraag over te leggen: een bouwkundige plattegrondtekening in viervoud, schaal niet kleiner dan 1:200, doch bij voorkeur 1:100. Hierop moeten in ieder geval een situatieschets, de ligging en indeling van gebouwen en terreinen, functies van de ruimten, plaats van machines en installaties en opsiagvoorzieningen zijn aangegeven. (Deze tekening dateren en ondertekenen). Ook eventuele andere bijlagen in viervoud bijvoegen. Indien wordt verzocht om een vergunning tot het veranderen van de inrichting of het veranderen van de werking van de inrichting, dienen slechts voor de betreffende verandering/het betreffende onderdeel de volgende vragen beantwoord te worden. Gemeentehuis Lemsterland Burgemeester Krijgerplein 7, 8531 EA Lemmer Postadres: Postbus 2, 8530 AA Lemmer Telefoon: 0514-567575. Fax 0514-564635 www.lemsteriand.nl

- puB/je)suidi afuaauiaB -

-z-

jaaqaqnaniiu fdM BuiuunBjdA jaiinwjOiBegjAuey

(u3||nAUj Bwatps uep)

75*^» * i f

|b)ubb

WY\°y\

S 'Z '|

oj s i,

db>|U860j ;o

jauj uaAa6aB ubb 6u|ua>|a} do

ja)|0)|n9!i!Lu

5"0

xe

j4tpi®P/PI8A!eBUJ uaAoq Bujuado -jaoAje 3}6ooq

>|BPP

|8a3ö :S)BB|d

azfjM sipsjUBipaiu do KI

Ml"! ua6oujjaA

(u3A95uee bujuaê} do uajo)e|])u9a) :uajO}b|i}u9a uba suaAaBsö ajapeN

(Buiuaêi

jbbu uazfiMjaA) s| 6uissedaoi uba jip u9||bjs aâM jooa u8as6ubb :8z(im a>(f!pnn)eu do 0 0!)B|!1U9A

S

uaAaBaBuee uapjOM Bumaâ} (aijen^s) ep do 6ez06 p6aoAsq jaq joop uannz uapaiqaB aBnaoAaB 6uunzj9A

jooa ua uapajqaBuj/wajeM 'uapafqo aBjiaoAafijnaB uba ajipizdo ua} pueisjs }uaj)iuo uapadse qq

6U!A36LÜO 'fr

:u9a96ube Mnoqujn} u9 -J9>|>fb p|09qjoOAf|q s|boz u9))9}ia!pbu9A0N u8}!8}!A!peu8A8N

(os ^q)

bu9ao •

(61. U9 81.-qq)

(ZL'Ziq)

(91- u9 gi.'z|q)

(f U'ziq)

99ALU|n|d •

uapjeed ua

6u9ao su9>)jba • sug^jbaôj •

u9}(96 ua uadeqos 'aaApuny jg :6ebjaube ap uba ua^BLujm |aapjapuo uaöBifiq a>j|aM u9a96 8} ubb n juaip J3|H •u96E|fiq 9pj9a9|96nq ap do

uauja(sAs|e(s apuaniqosjaA ap jbbu piaapaGuj uhz uajjoosjajp ag p|na96uj uapjOM 8} Buna^mnbu }u8|p |adBjS99A ap uba 6ubauio sq |9dB}S08A 6UBALUO

Yrry^ry^> y^r- 'Lr?^prys>

P

'E

|9qB| U0OJ6 uba siSBq do

Z

ytrnx VlT0!^

( oja u3||b)s 6u|Mnoqj3A aujajui 'uas)bb|dja|p doo^jaA 'uasjeBidiaip öooûbb 'Bbbjaubb-BuiuuiiEljoa ep jooa s; uapaj ap jbm u3A96ubb }dou>|ag

u||3>|bl|osiuo)

ÖUTPIAJQ^M '6

6eejAUBB6u!uun6jaA ep jooa uapay • j.

6. Venmogen (totaal) fëj Elektromotoren

kW \

• Verbrandingsmotoren

7. Stookinstallatie

kW

Cl ü.t,

Soort installatie (CV, heater, elektrische verwarming, stoomketel, etc.)

Soort brandstof (gas, stookolie, hout, elektriciteit, etc.)

Aantal

Hoogte afvoer in m. boven maaiveld/daklijn *

Vermogen in kW (nominaal) per stuk

Op tekening aangegeven met

* Doorhalen wat niet van toepassing is

8.

Koelinstallatie

• Niet van toepassing Soort installatie

lôeL «Tri ach» rie

Koudemiddel (bijv. CFK, HCFK, HFK, Ammo niak)

me

Vermogen iniAtétT

PK S

R 5

z

Wordt onderhoud uitgevoerd door een STEK1-erkende installateur Is er per installatie een logboek (dat door de STEK-erkende installateur wordt bijgehouden) aanwezig? 1

Op tekening aan gegeven met

H ja KI ja

• nee • nee

STEK is een afkorting van "Stichting Erkenningsregeling voor de uitoefening van het Koeltechnisch Installatiebedrijf

9. Energie / water / afval (verbruik c.q. besparing)

Opgave energie- en waterverbruik In de laatste 3 jaren: Energiedrager:

dit verbruik is inclusief' / oxGluaitrf' privé verbruik

het verbruik in

het verbruik in

het verbruik in ~0üZj2CQl

Gas

m3

m

Elektriciteit

kWh

kWh

HBO/dieselolie

Itr.

Itr.

(Q. Ooo

Itr.

Leidingwater

m3

m3

-3 éo

m3

Grondwater

m3

m3

>3

> Is er een persluchtsysteem aanwezig?

nee

é> oo ^ l. i

m3

^

kWh

2.

m3

• ja

Indien aanwezig, betreft het dan een mobiel of stationair systeem?

vermogen:

I Is er een Bedrijfsenergieplan (BEP) of een Energiebesparingsplan (EBP) aanwezig / voorzien? • ja

kW f£] nee

* Doorhalen wat niet van toepassing is

Aanvraagformulier vergunning Wet milieubeheer

- gemeente Lemsterland -

-3-

> Is ten behoeve van de inrichting onderzoek uitgevoerd naar de mogelijkheden van: Plan van aanpak aanwezig

Maatregelen (binnen-kort) ingevoerd

Kopie bijgevoegd

Afval- en emissiepreventie: • ja 0 nee

• ja • nee

• ja • nee

• ja • nee

Energiebesparing:

[£j ja • nee

• ja • nee

• ja • nee

• ja • nee

Waterbesparing:

Öfja • nee

• ja • nee

• ja • nee

• ja • nee

Datum onderzoek:

Soort onderzoek *

* Scan (S) of een uitgebreid onderzoek (O) De volgende energiebesparende, waterbesparende maatregelen zijn / worden getroffen:

n

S

10.Opslag brandbare stoffen • Niet van toepassing

Soort brandstof1

Type opslag (ondergronds/ bovengronds)

Tank/emballage 2 (incl. inhoudsmaat) 1

(7\

.0-

l»

2oo v 2 00

Hoeveel heid (totaal) in liter of m —

—

Bij tanks: datum installatie en soort afleverpomp


n

T q q £

iV'Öo r

1

Bijv. Huisbrandolie (HBO), dieselolie, gasolie, benzine, olie (smeer-, hydraulische-, stook- en afgewerkte olie), petroleum

2

Bij ondergrondse opslag: tank- en installatie-certificaten bijvoegen Bij bovengrondse opslag: tanks/vaatwerk/blikken/200 Itr drums e.d. aangeven

11.Opslag gassen, chemische stoffen en reinigingsmiddelen jjj Niet van toepassing • Opslag gassen: (eventueel in aparte bijlage) Soort gas

Vepakking/opslageenheid *

Totale hoeveelheid


Acetyleen

Itr / m3

Propaan/butaan

Itr / m3

Waterstof

ltr/m3

Koolzuur

Itr / m3 ltr/m3 ltr/m3

•

Aangeven (water)inhoud flessen



-4-

• Opslag chemische stoffen (o.a. schoonmaak- en ontsmettingsmiddelen): (eventueel in aparte bijlage), tevens veiligheidsinformatiebladen als bijlage bijvoegen Soort chemicaliën

Verpakking/opslageenheid*

Totale hoeveelheid 1AO


X/ltr/y

—

kg / Itr / m3 kg / Itr / m3 kg / Itr / m3 kg / Itr / m3 *

Aangeven inhoud vaatwerk/containers/zakken e.d.

• Opslag grond- en hulpstoffen: (eventueel in aparte bijlage) Soort grondstof


Totale hoeveelheid


kg / Itr / m3 kg / Itr / m3 kg / Itr / m3 kg / Itr / m3 kg / Itr / m3 Aangeven inhoud vaatwerk/containers/zakken e.d.

12.Opslag voedermiddelen Opslag in silo's:

Soort

Aantal stuks

H Krachtvoersilo

u

0' Kunstmestsilo

(

Totale opslagcapaciteit (in kg) 3 (=> -m0' 11

m

3

• Meelsilo

• Brijvoeropslag:

Soort

Hoeveelheid (in m3)

Type opslag

• • • • Opslag kuilvoer, snijmais en andere voedermiddelen:

Soort

Hoeveelheid (in m3)

opslag wijze

"ffkOu*

=

aio

<3

• • De kuilvoeropslagplaats(en) dienen duidelijk op de tekening te worden aangegeven.



- 5-

Zijn er voorzieningen aangebracht voor de opvang van percolatievocht? Zo ja, bij opslag van:

• ja

afvoer percolatievocht naar:

H nee Op tekening aangegeven met:

13.Bestrijdingsmiddelen • Niet van toepassing

Bestrijdingsmiddelenkast, niet betreedbaar • Betreedbare bestrijdingsmiddelenkast

Hoeveelheden die maximaal aanwezig zijn per soort: Soort bestrijdingsmiddel *

Hoeveelheid aanwe zig: (kg of Itr)

Soort bestrijdingsmiddel *

Hoeveelheid aanwe zig: (kg of Itr)

r\ .

2/

*

Bijv. insecticiden, herbiciden 14. Mestopslag

Afstanden:

De afstand van de mestopslagplaats(en) tot de dichtstbijzijnde woning van derden of een ander stankgevoelig object wordt door het bevoegd gezag op de (situatie) tekening aangegeven. De mestopslagplaats(en) dienen duidelijk op de tekening te worden aangegeven. Type opslag en (totale) inhoud:

H Drijfmestkelders [3" Mestplaat open/af£jödSl
?•

'<>3o

3* 'S4

Mestbassin van:

Inhoud (in m3)

Oppervlakte (in m2)

Open of afge dekt

• Hout • Beton

Doorhalen wat niet van toepassing is

• Staal • Folie

• 15.Opslag overige stoffen Worden in de inrichting: - ontplofbare stoffen vervaardigd, verwerkt of opgeslagen - giftige, corrosieve of sterk prikkelende stoffen2 gebruikt en/of opgeslagen

• ja • ja

1

Bijv. vuurwerk, munitie

2

Bijv. Zoutzuur, Ammonia, Chloorbleekloog, mierezuur, Kwik, Fenol (zie gevarensymbool op verpakking)

t3> nee nee

Zo ja, dan tabel invullen en veiligheidsinformatiebladen als bijlage bijvoegen: Soort stof


Totale hoeveelheid


kg / Itr / m3 kg / Itr / m3 kg / Itr / m3 kg / Itr / m3 Aangeven inhoud vaatwerk/containers/zakken e.d.


- gemeente Lemstertand -

-6-

16.Gevaarlijke afvalstoffen • Niet van toepassing

Afgewerkte olie

Afvoerfrequentie

I

Hoeveel heid per jaar in ltr/kg/m3

N> 0 0

Aard / Soort

Wijze van opslag*

Inzamelaar

1/oÂ-

Olie-/vethoudend afval Olie-water-slib-mengsel Ontvettingsmiddelen T.L.-buizen

J

lo *-

Accu's / batterijen

1

Z X-

\i

1

k X"

it

OHe-/brandstoffilter

l< 1'

Vervuilde poetsdoeken Boor- en snijolie e.d. Verontr. absorptiekorrels Zand- c.q. slibafval

Bijv. in vaatwerk, 200 itr drums, blikken, containers, CPR 15-1 ruimte, e.d. aangeven

Registratiewijze van gevaarlijke afvalstoffen

-^rCOsrJlr(\

Worden gevaarlijke afvalstoffen binnen de inrichting (her)gebruikt? Zo ja, welke, en op welke wijze?


gemeente Lemsterland

• ja

Uf nee

Opslag op tekening aan gegeven met

17.Overige bedrijfsafvalstoffen • Niet van toepassing Aard / Soort

Papier- en kartonafval

Afvoerfrequentie

1

X

Hoeveel heid per jaar in ltr/kg/m3 \ ^ o

Wijze van opslag*

l

Inzamelaar

Opslag op tekening aan gegeven met

Vjfec

Glasafval Puin Algemeen bedrijfsafval (restafval) Landbouwplastic Poetsdoeken

L t

5

Kadavers

*

Bijv. in vaatwerk, 200 Itr drums, bakken, containers, e.d. aangeven

Registratiewijze van deze afvalstoffen -^/ITTVCXjtrC\

Worden afvalstoffen binnen de inrichting (her)gebruikt?

• ja

0 nee

Zo ja, welke, en op welke wijze?


gemeente Lemsterland -

-8-

18.Bedrijfsafvalwater • Niet van toepassing Soort afvalwater:

Zuiverende of afschei dende voorziening:1

Capaciteit voorziening:

Hoeveelheid afval water dat wordt geloosd per tijds eenheid:

Lozing op of hergebruik voor:2

0 Spoel- en reinigingswater • Waswater van voertuigen/machines

—

-

• Sanitair afvalwater 0 Reinigingswater melkwinning

• • 1 2

Bijvoorbeeld zand-/slibvanger, olie-/benzlne afscheider, waterzuiveringsinstallatie Bijvoorbeeld lozing op gemeenteriool, open water, septic-tank, bodem. Indien afvalwater wordt hergebruikt dan dit hier ook aangeven.

Indien er sprake is van lozing op gemeentelijke riolering, dan soort rioolstelsel aangeven. • Gemengd rioolstelsel • Gescheiden rioolstelsel

• Drukriolering/persleiding 0 Anders, namelijk

^

Indien voertuigen en/of werktuigen worden gewassen, op welke wijze gebeurt dit?

&

VljuAztl

Welke schoonmaak- en ontsmettingsmiddelen worden hiervoor gebruikt?

Is er een wasplaats aanwezig? • ja nee Indien er een brandstofgestookte hogedrukreiniger/stoomcleaner wordt gebruikt, dan soort brandstof aangeven: Bijgevoegd is: • Berekening zand- c.q. slibvanger ö Berekening olie-/benzine-afscheider • Berekening vetafscheider • Beschrijving water zuiveringssysteem Vinden er lozingen plaats waarvoor een vergunning ingevolge de Wet verontreiniging oppervlaktewateren (W.V.O.) noodzakelijk is ? (bijv. in het geval dat geloosd wordt op het oppervlaktewater) EJ'nee • ja W.V.O.-vergunning:

• aanwezig, datum

• niet aanwezig

• aangevraagd op:

Op de tekening moet de ligging van het bedrijfsriool, controlevoorzieningen en lozingspunt(en) duidelijk zijn aangegeven.

19.Las- en/of snijwerkzaamheden Vinden er las- of snijwerkzaamheden plaats? Wordt daarbij gebruik gemaakt van gassen? Las/snijtechniek *

Te lassen materiaal

5? ja • Ja

• nee Kjiee

Indien aebruik wordt aemaakt van elektroden: Type: Verbruik: -

*

—

Aantal mensuren per dag/weeft7maand l

Bijv. autogeenlassen (acetyleen, propaan), handbooglassen met beklede elektroden, booglassen met gasbescherming (MIGHÏG/MAG), plasmalassen N.B. Aanwezige las-gassen invullen bij punt 11



20.Aari- en afvoerbewegingen van gemotoriseerd verkeer Is bij deze aanvraag een akoestisch rapport aanwezig, waarin de voertuigbewegingen zijn gespecificeerd? H nee • ja, dan hoeft onderstaande tabel niet te worden ingevuld. Transportmiddel

Personenwagens ( 2,) Vrachtwagens Tractoren

*

C3 )

Aantal bewegingen in Aantal bewegingen in dagperiode (07.00-19.00 uur) avondperiode (19.00- 23.00 * uur) * ^ pg&t/Sg / week / ^ pefjfag / week/j&fr jaarper dag / week / per dag /week/ jaar ** jaar ** I tl pepd&g / week / p jjepdtSg / week /pér jaar " per dag / week / per dag / week /jaar ** jaar **

komen en gaan van voertuigen zijn twee bewegingen

**

Aantal bewegingen in nachtperiode (23.00- 07.00 uur)* 1 perjfóg / week /jpdf per dag / week /jaar •*

i perj&ég / weekJJaér 1rk

per dag / week /jaar

doorhalen wat niet van toepassing is

21.Voorzieningen tegen geluidsoverlast [^geen Maatregelen die zijn of worden getroffen om geluidsbelasting en/of trillingen te voorkomen of te beperken: • Maatregelen die al zijn getroffen:

• Maatregelen die worden getroffen:

• Akoestisch rapport is bijgevoegd

22.Voorzieningen tegen andere vormen van hinder (stof-, stank-, visuele- en parkeerhinder) welke nog niet zijn vermeld Stof

• Geen 0" Stofafscheidingsinstallatie aanwezig? Zo ja, welke (elektrofilter, cycloon, doekfilters e.d.)?

QJ'ja

• nee

• ja

• nee

• Rapport stofhinder is bijgevoegd Stank

Geen Zijn er maatregelen tegen geurhinder genomen? Zo ja, welke (koolfilter, gaswasser e.d.)? • Rapport geurhinder is bijgevoegd Visuele hinder

• Geen • Terreinafscherming, te weten ET Begroeiing, te weten Parkeeroverlast

té Geen •

parkeerplaatsen op eigen terrein



-10-

23.Voorzieningen ter beperking van brand of explosie

L ^

• Geen Sf Brandblusmiddelen

2-

(aantal)

Poederblusser(s)

(aantal)

Koolzuursneeuwblusser(s)

(aantal)

Sproeischuimblusser(s)

(aantal)

Halon(BCF)-blusser(s)

(aantal)

Slanghaspel(s)

De brandblusmiddelen (met kenmerken/omschrijving) dienen ook op de tekening te worden aangegeven.

[S" Omschrijving van de aanwezige brandblusmiddelen toegevoegd of op tekening aangegeven

24.Bodembescherming Is een onderzoek naar bodemverontreiniging uitgevoerd? • Nee 0 Ja, onderzoeksrapport is bijgevoegd / bij gemeente aanwezig * • Heeft het bedrijf zich aangemeld bij BSB-stichting?

•

nee

CDja, d.d.

Welke bodembeschermende voorzieningen zijn getroffen? (voorzieningen aangeven op de tekening) • Niet van toepassing B" Vloeistofdichte vloeren in de productieruimten • Vloeistofdichte vloeren buiten de gebouwen waar gewerkt wordt / overslag / transport plaatsvindt met chemicaliën / oliën enz. * • Overkappingen 0 Vloeistofdichte opvangbakken of iekbakken • Dubbelwandige tanks • Periodieke inspectie ondergrondse tanks (KIWA-certificaten) • Opslag volgens CPR-richtlijnen 15-1 en/of 15-2 *

• *

doorhalen wat niet van toepassing is

25.Milieuzorg Geen vorm van milieuzorg aanwezig. G Er is een (gedeeltelijk) bedrijfsmilieuzorgsysteem (BIM) opgezet en ingevoerd. • • • •

Er wordt een bedrijfsmilieuzorgsysteem opgezet binnen Er is een grondstoffen- en afvalstoffenregistratiesysteem aanwezig. Er is een mlneralenbalans aanwezig. Er is een bedrijfsmilieuplan/programma (BMP) aanwezig.

• Er wordt een BMP opgezet binnen • Er is een afvalstoffenpreventieplan aanwezig.

(termijn aangeven)

(termijn aangeven)

• Er wordt een afvalstoffenpreventieplan opgezet binnen

(termijn aangeven)

•



-11-

26. Ammoniakuitworp beperkende maatregelen Worden er speciale voorzieningen getroffen ter beperking van de uitworp van ammoniak en/of stankveroorzakende stoffen? S" nee • Biobedinstallatie • Bioluchtwasserinstallatie • Stoffilter(s) • Stal(len) nr. en met gesloten mestopslag • Groen label: stal nummer

Groen label nr.

stal nummer

Groen label nr.

stal nummer

Groen label nr.

• • Omschrijving van bovenstaande uitworpbestrijdingsmaatregelen is bijgevoegd.

27.Milieubelasting van de inrichting Wijze waarop de milieubelasting bij normaal bedrijf wordt vastgesteld en geregistreerd ST Niet

welke (milieu)aspecten

• periodieke tellingen • metingen emissies naar lucht • metingen geluidproductie • onderzoek G inspecties G monsterneming G bijhouden logboek G milieuzorgsysteem G

28.0pgaaf van redelijkerwijs te voorziene ongewone ongevallen Mogelijke incidenten of calamiteiten (bijv. brand, storing in het productieproces, lekkages opgeslagen vloeistoffen/gassen, bulten de normale bedrijfsomstandigheden en de daarbij getroffen maatregelen om gevolgen te voorkomen of te beperken)

29.Nadere gegevens



- 12-

30.Toekomstige ontwikkelingen Hier vermelden de redelijkerwijs binnen afzienbare tijd te verwachten milieurelevante ontwikkelingen, zoals aard/omvang van wijzigingen of uitbreidingen van de inrichting of veranderingen van de in de inrichting gebezigde werkwijzen, de situering daarvan op het terrein van de inrichting en de periode waarbinnen een en ander zal worden gerealiseerd. En in hoeverre nevenindustrieën in de nabijheid zullen worden gevestigd.

- TLulu/U^

L

31.Bouwvergunning / sloopvergunning Vinden er bouwkundige uitbreidingen en/of nieuwbouw plaats? Zo ja, is er bouwvergunning aangevraagd? • (Nog) niet aangevraagd D Aangevraagd, datum aanvraag

Q'nee

• ja

• Verleend, datum vergunning Vinden er sloopwerkzaamheden plaats? l^J/nee Zo ja, is er sloopvergunning aangevraagd? • (Nog) niet aangevraagd • Aangevraagd, datum aanvraag

• ja

• Verleend, datum vergunning

32.Bijlagen Gegevens die niet op dit aanvraagformulier vermeld zijn en wel van belang zijn voor de beoordeling van de aanvraag, kunnen als bijlage bijgevoegd worden (in viervoud). Aantal bijlagen:

I

Omschrijving:

Heeft u nog vragen over dit formulier, bel ons gerust even. Het telefoonnummer staat vermeld op de eerste pagina van dit formulier.



-13-

De categorie-indeling en omschrijving van de Regeling ammoniak en veehouderij (bijlage 1) hanteren

Bijlage bedrijfsomvang behorende bij vergunningaanvraag Wet milieubeheer van: Naam aanvrager

:

adres

:

Postcode - plaats

:

Diersoort:RUNDVEE, Categorie A 1

JS •

.si ft- a.gl cjü e<3 85

Cjo

,\ ^

"Cf

^ '

-l

SCHAPEN EN GEITEN

omschrijving

aantal te hou den

aantal plaat sen

123

Melk- en kalfkoeien

grupstal

hellende vloer en spoelsysteem max 3,75 sleufvloer en mestschuif

overige huisvestingssystemen

-

A 2

Zoogkoeien ouder dan 2 jaar

A 7

Overig rundvee ouder dan 2 jaar en fokstieren

A 3

Vrouwelijk jongvee tot 2 jaar

A

Vleeskalveren van 0 tot 8 maanden

A 5

Vleesstierkalveren van 0 tot 6 maanden

A 6

Vleesstieren en overig vleesvee van 6 tot 24 maanden

B 1

Schapen ouder dan 1 jaar incl. lammeren tot 45 kg

C 1

Geiten ouder dan 1 jaar

C 2

Opfokgeiten van 61 dagen tot en met één jaar

C 3

Opfokgeiten en afmestlammeren tot en met 60 dagen

<J-a,

^ ö

'VtCoJv

groen la bel nr. in dien van toepas sing -

aantal dieren vorige vergun ning 1 OO

Ja / nee Ja/

spoelsysteem hellende vloer en giergoot of xoostervloer hellende gecoate vloer max 3M^

f*

Weide -gang

q

z

—

Ja / nee Ja / nee Ja / nee Ja / nee Ja / nee Ja/ •se-

—

—

-

—

sy^;y-CiL




-14-


:

Adres Postcode - plaats Diersoort:FOKVARKENS Cate gorie

D 1.1

1.1.1 1.1.2 1.1.3

1.1.4 1.1.5 1.1.6 1.1.7

1.1. 15.1 1.1. 15.2 D 1.2

1.2.1 1.1.2 1.2.3

let op m2 per gespeend big duidelijk aangeven

Omschrijving

aantal dieren

aantal dieren vorige vergun ning

Opper vlakte per dier (m2)

mestgoot met schuine wand en ontmestingssyteem ondiepe mestkelders met wateren mestkanaal halfroostervloer met verkleind mestoppervlak spoelen met aangezuurde vloeistof volledig rooster spoelen met aangezuurde vloeistof half rooster

overige bedrijven max 0,35 m2 overige bedrijven groter dan 0,35 m2

Kraamzeugen

1.2.7 1.2.8 1.2.9 1.2.10

1.2.16

overige bedrijven

1.2.5 1.2.6

groen label nr. indien van toepas sing

Gespeende biggen tot 25 kg gecoate keldervloer met tandheugelschuifsysteem spoelsysteem gedeeltelijk rooster

Spoelgotensysteem met dunne mest kunststof schijnvloer met schuif gecoate keldervloer met tandheugelschuifsysteem mestschuif met gecoate hellende vloer en giergoot mestgoot met ontmestingssysteem ondiepe mestkelder met wateren mestkanaal kraamopfokhok met hellende plaat spoelen met aangezuurde vloeistof schuiven in mestgoot biologische luchtwasser

1.2.4

aantal plaat sen



-15-

aantal dieren

(vervolg fokvarkens)

D 1.3 1.3.1

Guste en dragende zeugen

1.3.3 1.3.4 1.3.5 1.3.6

smalle mestkanaal met metalen driekant roosters mestgoot met combinatierooster en freq. ontmesting Spoelgotensysteem spoelen met aangezuurde vloeistof schuiven in mestgoot biologische luchtwasser

1.3.12 1.3.13

overige bedrijven, individuele huisvesting overige bedrijven, groepshuisvesting

1.3.2

D 2

aantal plaat sen

Dekberen 7 maanden en ouder

2.1 2.2

biologisch luchtwassysteem chemisch luchtwassysteem 70%

2.4

overige bedrijven

guste eri dragende zeugen worden in groepshuisvesting gehouden. Het betreft de zeugen die gehouden worden in de stal(len)




aantal dieren vorige vergun ning

opper vlakte per dier (m2)

- pue/jajSLuai e;uaaiuaö

•II -

jaaqaqnaijiLu

Buiuun&iaA jaijnwjOfÖeejAuey

jBBf c uBp jaöuof >jo^do u| s,Auod (jfg<) s,Auod uassB/v\|OA s.Auod

P Z

JBBf Ê UBp jaBuof >|o]do ui uapjBBd (Jfe<) uapjBBd U0SSBM|OA uapjBBd

Z V

SU8>|JBA|8JJBL|OS

ee a

uaAfupsq aSusAO

vz a

jajsooj U0|B}8UJ ua uojaq ;0UJ >)OL)j0O|A8||oq LuaajsAssBAAjqoni aqosjiuaqo oi99)sAssBM}qon| aipsjöoiojq >)B|AJ8ddo}saiu 2LU 91_'0 |BBUB>)}S8LU U8 J8}BM (8}))B|AJ8dd0|80>| %00Z) IU38)SAS>|8P|80>( J8)SOOJ )UB^8jjp }0LU J9}BM Uj 6UBAdO}S8lU p}S!80|A -}S8UJ apAijspiBiuioj ui BuBAdojsaai J8JS00J JUBâpp U9|B)9UJ }9tU UJ99}SAs>|9p|90>| pjsiao|A 8UJJB-EHN u9|8ods ja)!n|s -^BÛBJS J8PU0Z pj0p|0>(J9pUO |99q96 J8)SOOJ >)f!|9J|90p9O J9)S00J 6!p9||OA (Bujêp 9}sjaa-6>is3) ua6nazj|ojdo '(puiu l - B>(SZ) uejaqôjdo 'sua^jBAsaaiA

(zui) J9ip J3d 9J>)B|A -J0ddo

Buju -unBjsA a6uoA U0J0|P lejuee

6uis -sBdao} UBA uaipuj •JU |aq -B| U80J6

U8S -}BB|d |E)UBB

uep|auiJ9A Jjfuapmp u05|jba jad jui do }8|

uajaip IBjuee

BujAfuqosujo

BZZ izz

93 e sze VZ£ ZZZ zzz vzz zz

re e

a

9U069JB3

N3QUWd N3 0IH3AO SNSNUVAôos-raia S}BB|d - SpOO)SOd

SSjpv :

ja6ejAUBB UJBBN

:UBA jaaqsqnaiüuü ja/\A 6eBJAueeBu|uun6j0A fiq epuajoqeq 6ueAiuosj[upaq aöeifjg uejs)uei|

(t. a6B|f!q) [uapnoqeeA ue êjuoiuiue 6u||a6ay ap uba BuiAfuipsuio ue 6u!|epu;-3|JoBa)e3 bq

De categorie-indeling en omschrijving van de Regeling ammoniak an veehouderij (bijlage 1) hanteren


:

Adres

:

Postcode - plaats

Diersoort:PLUIMVEE Ca tego rie E 1

1.1 1.2 1.3

1.7 1.11 E 2

2.1 2.2 2.3

2.7 2.14 E 3

E 4

4.1 4.2 4.3

4.7

omschrijving

aantal dieren

aantal plaatsen


aantal dieren vori ge vergun ning

Opfokhennen en hanen van legrassen <18 weken

open mestopslag onder batterij mestbandbatterij natte mest gesloten opslag 2 x week compactbat. natte mest gesloten mestopslag 2 x daags

Grondhuisvesting Overige huisvesting niet-batterijhuisvesting Legkippen van legrassen

open mestopslag onder batterij mestbandbatterij natte mest gesloten opslag 2 x week compactbat. natte mest gesloten mestopslag 2 x daags

grondhuisvesting zgn. scharrelkippen Overige huisvesting niet-batterijhuisvesting Ouderdieren van vleeskuikens jonger dan 19 weken Ouderdieren van vleeskuikens

groepskooi met mestband en geforceerde mestdroging volièrehuisvesting met geforceerde mestdroging volièrehuisvesting met geforceerde mesten strooiseldroging overige bedrijven


- gemeente Lemsteiiand -

-18-

(vervolg pluimvee)

E 5

5.1 5.2 5.3 5.6

E 6

6.1 6.2 6.3 6.4

aantal dieren

aantal plaatsen

groen label nr. indien van toepassing

aantal dieren vorige vergunning

Vleeskuikens

zwevende vloer met strooiseldroging geperforeerde vloer met strooiseldroging etagesysteem met mestbandbeluchting overige houderijsystemen

nageschakeide technieken mestdroogsysteem met geperforeerde doek droogtunnel met opjjervlaktedroging compostering met chemische luchtwasser overige opslag mest


gemeente Lemsterland -

-19-



:

Adres Postcode - plaats Diersoort:OVERIG Categorie F 1

aantal dieren

Vleeskalkoenen ouderdieren 6-30 weken

3

Vleeskalkoenen ouderdieren 30 weken en ouder

4

Vleeskalkoenen

4.1 4.3

Gedeeltelijk verhoogd strooiselvloer Overige bedrijven

2.1 2.2 H 1

1.1 1.2

H 2 H 3 1 2

aantal plaat sen

groen label nummer in dien van toe passing

aantal dieren vo rige vergun ning

Vleeskalkoenen ouderdieren 0-6 weken

2

G 1

1

Omschrijving

Vleeseenden ouderdieren 0-24 maanden

vleeseenden binnen mesten vleeseenden buiten mesten (per afgeleverde eend) Nertsen per fokteef incl. opfok en jongen open mestopslag onder de kooi dagontmesting met afvoer naar een gesloten opslag Zilvervossen per fokmoer incl. opfok en jongen Blauwvossen per fokmoer incl. opfok en jongen Konijnen voedster incl. rammen en bijbehorende jongen Vlees en opfokkonijnen tot dekleeftijd

J 1

Parelhoenders voor vleesproductie

L 1

Struisvogelouderdieren

2

opfokstruisvogels (0 tot 4 maanden)

3

vleesstruisvogels (4 tot 12 maanden)


- gemeente Lemsterland

-20-

W. VAN

LEMSTERLAND 3.D. /\-p/

, ^

NO.: /?3"/ ' /

'

fs/e

/? %/i/i

/s

^~

BEKEND

' ^ ^ C R E T A R I S V A N LEMSTERLAND

O

WeJI ,_4*, |S-

) 5 MEI 2007

g.-.Vnr*"

100On

>ƒ//ƒ r^y. ?a' 7

& >i m

•v ƒ

ö.$Û/.

• >^5 ^^dVJ'/Oi-rfyf /,&/{li/f V ^ ff'er/SSS/77/trs-VyO 3-& <^l(/. ft sfóe//f7&*rd//7it <S~* 0 /foor.

^ v/crw^^s^

Kt*dy<"tr *yj«/ /n*/rr /Aw. 0)eó(jO0Axy? O.yS sétJ,

• IX

• /7 ? „

./•ƒ 3 x 2.X,

y

S*.

• /s~J / « cam/>resi4J- '>S AW< 0

/>at»/>

j-—| }_ ~y

/£

é>J/£~ Aw.

/i? «£>//*

/Z*>* sf.

/&es/tyj j/hf_. $/ /£ 7 /Oei//)!,/ 3J/ i~ sa1

£>u/e

'•/-

BEHOORT BIJ BESLUIT VAN B. LEMSTERUNI D.D.

/2

>

Of -2-7Meldingsformulier

e

Info

Besluit landbouw milieubeheer

Vooraf Voor wie is het meldingsformulier bedoeld? Dit formulier is bedoeld voor degene die van plan is een bedrijf op te richten, uit te breiden of te wijzigen, dan wel de werking daarvan te veranderen. Met dit formulier kunnen u en het bevoegd gezag (gemeente of provincie) nagaan of uw inrichting onder (de algemene regels van) het Besluit landbouw milieubeheer valt of dat u een milieuvergunning dient aan te vragen. Tijdstip van melding (artikel 7 van het besluit) Valt u onder het besluit dan moet u dit ten minste vier weken voor het oprichten, de uitbreiding of wijziging van de bedrijfsvoering aan het bevoegd gezag (meestal de gemeente) melden. U voldoet aan deze eis door dit formulier volledig in te vullen, te ondertekenen en deze (inclusief de in het formulier gevraagde bijlagen), vier weken vóór aanvang van de activiteit, in te leveren bij uw gemeente. Het van toepassing worden van het Besluit landbouw milieubeheer op een bestaande, maar nog niet (eerder) vergund of gemeld bedrijf moet u ten hoogste twaalf weken na de inwerkingtreding van dit besluit melden. Melding wel of niet vereist? (artikel 7 en 9 van het besluit) Een melding is niet vereist, indien u eerder een melding heeft ingediend op grond van het Besluit melkrundveehouderijen milieubeheer of het Besluit akkerbouwbedrijven milieubeheer, Besluit motorvoertuigen milieubeheer of het Besluit bedekte teell (voor wat betreft witlof en eetbare paddestoelen) en de bij die melding verstrekte gegevens sindsdien niet zijn gewijzigd en door uw voornemen ook niet zullen wijzigen. Indien op uw bedrijf een vergunning van toepassing was en de bij de aanvraag (voorzover die bij de vergunning hoort) verstrekte gegevens niet zijn gewijzigd, hoeft er ook geen melding te worden ingediend. U dient wel een melding in te dienen indien er voor het tijdstip van inwerkingtreding van dit besluit geen vergunning of geen van de eerdere genoemde vier besluiten op uw inrichting van toepassing was, ook al is er geen sprake is van een wijziging van de werking van de inrichting. Mocht u specifieke vragen hebben over dit formulier of de procedures neemt u dan contact op met het bevoegd gezag, of kijk op: www.infomil.nl

ONTVANGEN O $ M E I m t

0NTVANGEN

0 ? MEI m

ge meeuw

Info


Drijver van de inrichting

X./t/.CL.

Naam drijver van de inrichting: Adres: Postcode en plaats: Telefoon: Adres inrichting

Naam van de inrichting: Adres:

5'jZ/*. $.$. #6:/.

Postcode en plaats: Telefoon:

&£./.w.?s.

Soort melding

Maakt melding van: (a.u.b. aankruisen wat van toepassing is) • Het oprichten van een inrichting 01 Het uitbreiding of wijzigen, dan wel het veranderen van de werking van een inrichting • Het in werking zijn van een reeds bestaande, maar niet vergunde of gemelde inrichting • Het toepassen van andere middelen dan opgenomen in hoofdstuk 1 t/m 3 van de bijlage, maar met een ten minste gelijkwaardige bescherming voor het milieu Aard inrichting: SI

• • • •

melkrundveehouderij akkerbouw- of tuinbouwbedrijf met open grondsteelt gemechaniseerd loonbedrijf paardenhouderij kinderboerderij

• kleinschalige veehouderij • witloftrekkerij of teeltbedrijf met eetbare paddestoelen of andere gewassen in een gebouw • bedrijf voor de opslag van vaste mest, bloembollenafval, afgedragen gewas of gebruikt substraatmateriaal • spoelbassin bedrijf • samenstel van boven genoemde bedrijvigheden Het voorgenomen tijdstip van oprichting, uitbreiding, wijziging of verandering

.,.^

..-r....dry,/.)

/

Omschrijving aard en omvang van activiteiten of processen in de inrichting

.7jt...(O.>YÜ.S:.c.... 'ZS Z j z s a . . ^ .

..#//.. Z>x.Ac.srf:s:/.*./... .jd. /i.<£.ésrtr. .

,/ZU:

,

>a

/? /S//7 ~ %{?£>/,

2

Info


Is het Besluit landbouw milieubeheer op uw inrichting van toepassing? a.

b.

c.

Worden in de inrichting landbouwhuisdieren gehouden? 81

ja

Ga verder met vraag b

•

nee

Ga verder met vraag h

Betreft het een inrichting opgericht op of na 1 januari 2002? •

ja

Ga verder met vraag c

•

nee

Ga verder met vraag d

Inrichting is opgericht op of na 1 Januari 2002 is een tot de inrichting behorend dierenverblijf, geheel of gedeeltelijk gelegen in een kwetsbaar gebied als bedoeld in artikel 2 van de Wav of in een zone van 250 meter rondom een zodanig gebied?

d.

•

ja

Het besluit isniet van toepassing

•

nee

Ga verder met vraag f

Inrichting is opgericht voor 1 januari 2002 Is een tot de inrichting behorend dierenverblijf, geheel of gedeeltelijk gelegen in een kwetsbaar gebied als bedoeld in artikel 2 van de Wav of in een zone van 250 meter rondom ddanig gebied? Ga verder met vraag e Q

nee)

Ga verder met vraag f

Is het aantal gehouden landbouwhuisdieren van een of meer diercategorieën groter dan op 31 december 2001: 1° overeenkomstig een algemene maatregel van bestuur krachtens artikel 8.40 van de Wet milieubeheer, zoals die op die datum luidde, in de veehouderij aanwezig mocht zijn of \

2° ingevolge een vergunning als bedoeld in artikel 8.1 van de Wet milieubeheer in de / veehouderij aanwezig mocht zijn.

•

neè

Het besluit is niet van toepassing. Het bedrijf is vergunningplichtig. Ga verder met vraag f

Is de inrichting waar landbouwhuisdieren worden gehouden (met uitzondering van een kinderboerderij) gelegen op een afstand1 van minder dan 100 meter van een object categorie I of II of op een afstand1 gelegen van minder dan 50 meter van een object categorie III, IV of V? •

ja

Ga verder met vraag g

O

nee

Het besluit is mogelijk van toepassing, beantwoord de vragen 1 t/m 39

Gaat het om een inrichting die is opgericht voor het tijdstip van inwerkingtreding van dit besluit (datum

), en is het aantal landbouwhuisdieren dat gehouden

wordt kleiner of gelijk aan het aantal landbouwhuisdieren dat op grond van een vergunning als bedoeld in artikel 8.1 van de Wm of op grond van het Besluit melkrundveehouderijen milieubeheer of het Besluit akkerbouwbedrijven milieubeheer gehouden mocht worden, en is de afstand1 tot het dichtstbijzijnde object categorie I, II, IV of V niet afgenomen? •

ja

Het besluit Is mogelijk van toepassing, beantwoord de vragen 1 t/m 39

•

nee

Het besluit is niet van toepassing. Het bedrijf is vergunningplichtig.

1 Deze afstand wordt gemeten vanaf de buitenzijde van een object I, II, IIIIV of V tot het dichtstbijzijnde emissiepunt van het dierenverblijf.

3

Lemsterland

Info h.


Betreft het een inrichting waar geen landbouwhuisdieren worden gehouden en die is gelegen op een afstand2 van minder dan 50 meter van een object categorie I of II of minder dan 25 meter is gelegen van een object categorie III, IV of V?

I.

•

ja

Ga verder met vraag i

•

nee

Het besluit is mogelijk van toepassing, beantwoord de vragen 1 t/m 36

Gaat het om een inrichting die is opgericht vóór het tijdstip van inwerkingtreding van dit besluit (datum....) en waarvan de afstand2 die moet worden aangehouden op grond van een vergunning als bedoeld in artikel 8.1 van de Wm of op grond van het Besluit melkrundveehouderijen milieubeheer of het Besluit akkerbouwbedrijven milieubeheer of het Besluit bedekte teelt milieubeheer tot het dichtstbijzijnde object categorie I, II, III, IV of V, niet is afgenomen. • •

1.

ja nee

Het besluit is mogelijk van toepassing, beantwoord de vragen 8 t/m 36 Het besluit is niet van toepassing.

Worden meer dan 50 mestvarkeneenheden gehouden, daarbij niet meegerekend ten

Ja

Nee

•

O

•

*0

hoogste 50 schapen die gedurende de aflamperiode in de inrichting worden gehouden? 2.

Worden meer dan 200 stuks melkrundvee (exclusief bijbehorend vrouwelijk jongvee jonger dan twee jaar) gehouden?

3.

Worden meer dan 50 geiten gehouden?

•

CÜ

4.

Worden meer dan 50 voedsters gehouden?

•

Q

5.

Worden er meer dan 50 paarden gehouden?

•

Q

6.

Worden pelsdieren bedrijfsmatig gehouden?

•

•

Worden er meer dan 50 landbouwhuisdieren gehouden, anders dan bedoeld onder

•

O

•

ü

•

B

•

£1

•

0)

•

01

7.

1 tm 6 (op kinderboerderijen is deze vraag niet van toepassing)? 8.

Is voor het telen van gewassen een permanente opstand van glas of van kunststof groter dan 2.500 m2 aanwezig?

9.

Worden er meer dan 35 m3 afvalstoffen, behoudens zand, grind en grond van categorie 1 en 2 van het Bouwstoffenbesluit en van onbekende kwaliteit opgeslagen, die niet binnen het eigen bedrijf zijn ontstaan?

10. Worden er gevaarlijke afvalstoffen opgeslagen, die niet binnen het eigen bedrijf zijn ontstaan? 11. Worden er meer dan 1.000 m3 afvalstoffen per jaar overgeslagen, die niet binnen het eigen bedrijf zijn ontstaan? 12. Zijn er één of meer werkplaatsen aanwezig die in hoofdzaak worden gebruikt voor onderhoud, ondersteuning of reparatie van niet tot de inrichting behorende gebouwen, Installaties, toestellen of voertuigen, van derden? 13. Bedraagt bij de teelt van eetbare paddestoelen de teeltoppervlakte meer dan 5.000 m2?

•

O

14. Indien eetbare paddestoelen worden geteeld: wordt er verse compost gepasteuriseerd?

•

'H

15. Is er apparatuur aanwezig voor het verspuiten van gewasbestrijdingsmiddelen of

•

Q

biociden met een vliegtuig? 16. Zijn er voorzieningen of Installaties aanwezig voor het opslaan van meer dan 600 m3 vaste mest? 17. Zijn er voorzieningen voora of installaties aanwezig voor het opslaan van meer dan 500 m3

V •

strooizout?

2 Deze afstand wordt gemeten vanaf het onderdeel van het bedrijf dat het dichtst bij het genoemde object is gelegen, waarbij een waterbassin, een watersilo, een warmwateropslagtank en het erf niet als een zodanig onderdeel worden beschouwd.

4

Info


Q

18. Zijn er voorzieningen of Installaties aanwezig voor het opslaan of bewerken en verwerken van meer dan in totaal 2.000 m3 zand, grind en grond?

•

19. Zijn er voorzieningen of installaties aanwezig voor het opslaan of bewerken en verwerken van zand, grind en grond dat niet afkomstig is van eigen werkzaamheden of niet wordt aangewend voor eigen werkzaamheden? 20. Zijn er voorzieningen of installaties aanwezig voor het afleveren van LPG of aardgas

•

te

•

ui

•

É

•

P

•

ia

voor tractie? 21. Zijn er voorzieningen of installaties aanwezig voor het opslaan van gewasbestrijdingsmiddelen of biociden als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdelen g en h, van de Bestrijdingsmiddelenwet 1962 met een capaciteit van 10.000 kilogram of meer? 22. Zijn er voorzieningen of installaties aanwezig voor het opslaan van gevaarlijke stoffen in emballage met een capaciteit van 10.000 kilogram of meer? 23. Zijn er voorzieningen of installaties aanwezig voor het opslaan van vloeibare gevaarlijke stoffen, vloeibare gevaarlijke afvalstoffen of brandbare vloeistoffen in tanks (hierbij wordt buiten beschouwing gelaten: • de opslag In een of meer ondergrondse tanks waarop het Besluit opslaan in ondergrondse tanks 1998 van toepassing is, • de opslag van diesel, huisbrandolie, gasolie, lichte stookolie of afgewerkte olie in een of meer bovengrondse tanks, • de opslag van petroleum in een of meer bovengrondse tanks met een gezamenlijke inhoud van ten hoogste 15.000 liter, of • de opslag van vloeibare kunstmeststoffen in bovengrondse tanks) 24. Zijn er voorzieningen of installaties aanwezig voor het opslaan van gassen of gasmengsels In tanks (tanks waarop het Besluit voorzieningen en installaties milieubeheer van toepassing is, worden hierbij buiten beschouwing gelaten)?

a

25. Zijn er voorzieningen of installaties aanwezig voor opslaan van dunne mest in mestbassins met een gezamenlijke oppervlakte van meer dan 750 m2, of een gezamenlijke inhoud van meer dan 2.500 m3? 26. Zijn er voorzieningen of installaties aanwezig voor het beluchten, geforceerd vergisten of

•

op andere wijze be- of verwerken, behoudens mengen of roeren, van dunne mest in mestbassins? 27. Zijn er voorzieningen of installaties aanwezig voor het vullen van gasflessen door middel

•

van een vulstation anders dan de in richtlijn CPR 11-5 opgenomen type A of type B vulstations? 28. Zijn er voorzieningen of installaties aanwezig voor het afleveren van andere

3

motorbrandstoffen dan LPG of aardgas voor tractie (eigen gebruik wordt hierbij buiten beschouwing gelaten)? 29. Zijn er voorzieningen of installaties aanwezig voor het verrichten in vast opgestelde

•

voorzieningen en installaties van werkzaamheden met chemische gewasbeschermingsmiddelen voor derden? 30. Zijn er voorzieningen of Installaties aanwezig voor het verven van bloemen en

•

siergewassen? 31. Zijn er voorzieningen of installaties aanwezig voor het composteren van materiaal of het

•

opslaan van afgedragen gewas of bloembollenafval met een totaal volume van meer dan

600 m3? 32. Worden er nitraathoudende kunstmeststoffen bewaard van de klassen A of B als bedoeld

Q

in CPR-1?

5

fifmeeul e

Lemsterland

Info


33. Zijn een of meer installaties of voorzieningen aanwezig, die kunnen worden gebruikt

•

Q

voor het verstoken of verbranden van andere brandstoffen dan aardgas, propaangas, butaangas, gasolie of petroleum (een open haard of houtkachel voor het verbranden van hout die alleen is bedoeld voor sfeerverwarming en een smidse wordt hierbij buiten beschouwing gelaten)? 34. Wordt windenergie in elektrische energie omgezet met een of meer windturbines?

•

Efl

35. Zijn in de inrichting of een onderdeel daarvan één of meer stooktoestellen voor

•

6)

•

Q

•

U

•

O

•

BI

verwarming aanwezig met een thermisch vermogen per toestel van 7.500 kW of meer? 36. Zijn in de inrichting of een onderdeel daarvan een warmtekrachtopwekking aanwezig met een gezamenlijk nominaal elektrisch vermogen van 10 MW of meer? 37. Zijn koel-en vriesinstallaties of warmtepompen aanwezig met een capaciteit of een totale capaciteit van meer dan 200 kilogram ammoniak of meer dan 100 kilogram propaan, butaan of mengsels van propaan of butaan? 38. Vinden er activiteiten of handelingen plaats als bedoeld in categorie 21, bijlage I, behorende bij het Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer (genetische modificatie van organismen)? 39. Moet er voor de inrichting een milieueffectrapportage worden gemaakt?

Wanneer één van de bovenstaande vragen met ja is beantwoord, is het Besluit landbouw milieubeheer niet van toepassing en dient een Wet milieubeheer vergunning te worden aangevraagd. Wanneer alle vragen met nee zijn beantwoord is het Besluit van toepassing en dient u de volgende gegevens in te vullen.

6

Info


Benodigde gegevens voor het bevoegd gezag:

N.v.t.

Ja

Reeds in

•

•

•

uw bezit

1.

Een plattegrond- en een situatietekening van het bedrijf op schaal

Toelichting: een plattegrond bevat minimaal de volgende gegevens: • de grenzen van het terrein van de inrichting en de omliggende bebouwing alsmede de de aan alle zijden van de inrichting gelegen dichtstbijzijnde woningen van derden en gevoelige objecten c.q. de bebouwde kom; • de ligging en bestemming van gebouwen; • aantal dieren, diercategorie, stalsysteem per stal en emissiepunten per stal (alleen indien er in de inrichting dieren worden gehouden); • plaats van ondergrondse en bovengrondse (olie)tank(s); • de locatie van ventilatoren en andere relevante vast opgestelde geluidsbronnen; • de opslagplaatsen van vaste mest, dunne mest en kuilvoer; • de plaatsen waar wordt geladen en gelost; • in geval van (een) wijziging(en) is duidelijk aangegeven wat deze wijziging(en) is (zijn). 2.

Aantal en soort dieren:

diercategorie (zoals bedoeld in bijlage 1 van de Regeling ammoniak en veehouderij)

/?li- //t /<~*i J I'S

j

/

c

a

-

/

.

/

aantal

)/

/o~5<2/ /o

//

3.

Opslag mest:

vaste mest

/()
m3

/. /% 6~

dunne mest in gierkelders

17,3

dunne mest in mestbassin3, type bassin:

m3

m2

dunne mest in mestbassin3, type bassin:

m3

m2

3 Indien een bassin voor de opslag van dunne mest aanwezig is waarop de voorschriften uit het Besluit mestbassins milieubeheer niet van toepassing zijn, worden bij de melding tevens de volgende gegevens verstrekt: een door de installateur van het bassin verstrekte verklaring waaruit blijkt dat het bassin overeenkomstig voorschriften van de bijlage Is uitgevoerd en welke referentieperioden van toepassing zijn, en gegevens over de wijze van afdekken van het bassin.

7

gemeente

Lemsterlaïid

Info 4.


De aard, omvang en frequentie van de transportactiviteiten:

type voertuig/transport

gemiddeld aantal voertuigen per periode (jaar, maand, week)

maximum aantal bewegingen per dag (1 voertuig = 2 bewegingen) dagperiode

avondperiode

nachtperiode

06.00- 19.00 u

19.00-22.00 U

22.00- 06.00 u

veetransport vrachtwagens overig

4

Se?

Ary

<2

3

X

^ y/1A~. 5.

Geluidrelevante werkzaamheden en geluidbronnen: frequentie per periode (jaar, maand, week, dag)

tractoren

2 *

heftruck

duur In uren

bronvermogen

dag-, avond of nachtperiode

5

2 *****

'ï

shovel laden en lossen vee laden en lossen overig

"IX /WuavJ*

vullen silo's pompen mest Inkuilen

/ si ó a

ventilatoren

6.

y/"/S £>//£

a 6

fa

^

v

r

Opslag in tanks:

aard opslag

/*

AH-

^fariOtM-

bovengronds/oBdwgiwtds

fW -ft*- ef tt KÓ

SU*** /

/ 2 c? ^

au ^

hoeveelheid

installatiedatum

f f <

O.a. aan- en afvoer van voer, eieren, mest, brandstof, kadavers. dagperiode 06.00 - 19.00 u; avondperiode 19.00 - 22.00 u; nachtperiode 22.00 - 06.00 u.

8

Info 7.


Aard en lozing van afvalwater:

bedrijfsafval-

lozing op:

voorzieningen

controleput

water afkomstig

nvt

aanwezig

van: riolering

gierkelder

melktanklokaal

•

El

•

melkput

•

£

•

spoelplaats

•

O

•

wasplaats

•

•

0

kadaverplaats

•

•

O

kantine/keuken

•

•

a

•

•

•

•

•

•

anders:

veewagens

Naar waarheid ingevuld: Naam:

/

Datum:

^ _

ó

- t?

Handtekening:

6

Bij voorzieningen moet u denken aan bijvoorbeeld vetafscheiders; slibvangputten; olieafscheiders; bezinkputten;

installaties voor het zuiveren van bedrijfsafvalwater van huishoudelijk aard (Individuele behandeling van afvalwater (IBA's).

9

jqemceiili'

Lemsterland

Info


Toelichting bij het formulier Definities (voor de juiste juridische omschrijving verwijzen wij u naar het Besluit landbouw milieubeheer. Zie onder andere artikel 1) In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder: a. b.

c. d. e. f. g.

h. i.

afgedragen gewas: gedeelte van het gewas dat resteert aan het einde van de teelt, nadat de voor consumptie bedoelde delen van het gewas zijn verwijderd; akkerbouw- of tuinbouwbedrijf met open grondteelt: inrichting die tot een krachtens artikel 1.1, derde lid, van de Wet milieubeheer aangewezen categorie behoort en die deel uitmaakt van een bedrijf dat uitsluitend of in hoofdzaak is bestemd voor het telen van akkerbouwproducten of tuinbouwproducten op of in de open grond; ammoniakemissie: emissie van ammoniak, uitgedrukt in kilogram NH3 per jaar; bevoegd gezag: bestuursorgaan dat bevoegd is een vergunning te verlenen op grond van de Wet milieubeheer voor een inrichting; bijlage: bij dit besluit behorende bijlage; brandbare vloeistof: stof in vloeibare toestand die een vlampunt heeft dat hoger ligt dan 55°C; compost: een product dat geheel of grotendeels bestaat uit één of meer organische afvalstoffen die met behulp van micro-organismen zijn afgebroken en omgezet tot een zodanig stabiel eindproduct dat daarin alleen nog een langzame afbraak van humeuze verbindingen plaatsvindt; composteren: omzetten van plantaardig restmateriaal en hulpstoffen in compost; CPR I: Richtlijn 1 van de Commissie Preventie van Rampen door Gevaarlijke Stoffen, getiteld "Nitraathoudende meststoffen, vervoer en opslag", derde druk, uitgave 1991;

j.

CPR 11-5: Richtlijn 11-5 van de Commissie Preventie van Rampen door Gevaarlijke Stoffen, getiteld "Propaan, vulstations van butaan- en propaanflessen" eerste druk, uitgave 1994; k. diercategorie: categorie dieren, bedoeld in bijlage 1 van de Regeling ammoniak en veehouderij; I. dierenverblijf: al dan niet overdekte ruimte waarbinnen landbouwhuisdieren worden gehouden; m. dunne mest: mest die verpompbaar is en die bestaat uit faeces of urine van landbouwhuisdieren, al dan niet vermengd met mors-, spoel-, schrob-, reinigings- of regenwater; n. o.

p.

q. r.

s.

t.

u.

gebruikt substraatmateriaal: materiaal van natuurlijke of kunstmatige oorsprong, nadat het is gebruikt voor het telen van gewassen los van de grond; gemechaniseerd loonbedrijf: inrichting die tot een krachtens artikel 1.1, derde lid, van de Wet milieubeheer aangewezen categorie behoort en die deel uitmaakt van een bedrijf dat uitsluitend of in hoofdzaak agrarisch gemechaniseerd loonwerk, zoals cultuurtechnische werken, mestdistributie en grondverzet, en soortgelijke dienstverlening verricht; gevaarlijke stof: stof die of preparaat dat bij of krachtens het Besluit verpakking en aanduiding milieugevaarlijke stoffen en preparaten is ingedeeld in een categorie als bedoeld in artikel 34, tweede lid, van de Wet milieugevaarlijke stoffen; huisvestingssysteem: gedeelte van een dierenverblijf, waarin landbouwhuisdieren van één diercategorie op dezelfde wijze worden gehouden; kleinschalige veehouderij: inrichting, die tot een krachtens artikel 1.1, derde lid van de Wet milieubeheer aangewezen categorie behoort en die deel uitmaakt van een bedrijf dat uitsluitend of in hoofdzaak is bestemd voor het houden van landbouwhuisdieren en waarin niet meer landbouwhuisdieren en geen andere categorieën landbouwhuisdieren worden gehouden dan genoemd in artikel 3, eerste lid; melkrundvee: 1°. melkvee met bijbehorend vrouwelijk jongvee, dat overwegend wordt gehouden voor de melkproductie, met inbegrip van de dieren die in de mestperiode worden gemolken, tijdens de lactatie worden gemest of zijn drooggezet en worden afgemest; 2°. vrouwelijk vleesvee ouder dan 2 jaar met bijbehorend vrouwelijk jongvee, dat op een met melkvee vergelijkbare manier wordt gehouden voor de vleesproductie en het voortbrengen en zogen van kalveren; melkrundveehouderij: inrichting die tot een krachtens artikel 1.1, derde lid, van de Wet milieubeheer aangewezen categorie behoort en die uitsluitend of in hoofdzaak is bestemd voor het houden van melkrundvee; mestbassin: reservoir bestemd voor het bewaren dunne mest, dat niet geheel of gedeeltelijk is gelegen onder een stal;

10

jje nii'culc

Lemsterland

Info


v.

mestvarkeneenheid: rekeneenheid voor geuremissie, bedoeld in de Richtlijn Veehouderij en Stankhinder 1996, nr. DWL/96057153, uitgegeven door het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer; w. object categorie I: 1°. bebouwde kom met stedelijk karakter; 2°. ziekenhuis, sanatorium en internaat, en 3°. objecten voor verblijfsrecreatie, x. object categorie II; 1°. bebouwde kom of aaneengesloten woonbebouwing van beperkte omvang in een overigens agrarische omgeving; 2°. objecten voor dagrecreatie, y.

z.

object categorie III: verspreid liggende niet-agrarische bebouwing die aan het betreffende buitengebied een overwegende woonof recreatiefunctie verleent; object categorie IV: 1°. woning behorend bij een agrarisch bedrijf, niet zijnde een veehouderij waar 50 of meer mestvarkeneenheden op grond van een vergunning of een algemene maatregel van bestuur aanwezig mogen zijn; 2°. verspreid liggende niet-agrarische bebouwing;

aa. object categorie V:

ab.

ac. ad. ae.

woning, behorend bij een veehouderij waar 50 of meer mestvarkeneenheden op grond van een vergunning of een algemene maatregel van bestuur aanwezig mogen zijn; paardenhouderij: inrichting, die tot een krachtens artikel 1.1, derde lid van de Wet milieubeheer aangewezen categorie behoort en die deel uitmaakt van een bedrijf dat uitsluitend of in hoofdzaak is bestemd voor het houden van paarden; spoelbassin: voorziening bestemd voor de verwijdering van tarra van in de grond geteelde gewassen waarbij gebruik wordt gemaakt van een spoelmachine en een bezinkbassin; vaste mest: mest die geheel of gedeeltelijk bestaat uit faeces of urine van landbouwhuisdieren en die niet verpompbaar is, met uitzondering van compost; vergunning: vergunning als bedoeld in artikel 8.1 van de Wet milieubeheer.

Onder objecten als bedoeld in de onderdelen v tot en met z, worden niet verstaan kampeerterreinen als bedoeld in artikel 8, tweede lid, onderdeel a, of derde lid, van de Wet op de openluchtrecreatie, gebouwen of als kamphuis of blokhut aan te merken bouwwerken, voorzover die gebouwen of bouwwerken deel uitmaken van een agrarisch verblijf en bestemd zijn voor het houden van recreatief nachtverblijf.

Mocht u specifieke vragen hebben over de begrippen die in dit formulier zijn gebruikt neemt u dan contact op met de gemeente, of kijk eens op: www infomil.nl.

II

4 é> £ ^7

J>& /7/crs/s//7?y&tfZyP 3-& sth/£ 8 Xöe//79S«rd/s7* <S^*0 /Û/' >\fauüir*érrfzJ /Ti'S/r /6u>. C.yTS AW< /*/.

/,s tï.ff ||-*J

at/yk

/2&J ^~

/fref /77/iîf^ /7?es/
&~Oy. .

//jj*>* $>/ /O 3* /??7r. /vei //?&/ 3jy 6~ s?> 0U*/e $/+/-^*j££/~ Jo/rvJ.%/% £- /*•? BEHOORT BIJ BESLUITVARTBTFEN^. VM,. LEMSTERLAND D.D.

0 8 JAN. 2004

PG.GGPGGTAL^. VAN LEMSTERLAND,

ó>s-?s 4^4 féT~*ï

JDLY 3.2. RAV tabel

Naam Adres PC+Woonplaats

Mts. J.E. van der Ve Locatie

idem

Straatweg 37

Adres

Straatweg 37

8535 WG Follega

PC + plaats

8535 WG Follega

klantnr. / projectnr.

0

MDV

Geldend op

EP A-Z

Voldoet aan besluit huisvesting RGV 13-12-2013

RAV 13-12-2013

Stal nummer

Aantal dieren

RAV Emissie nummer punt

1

123

A1.100.1

Melkkoeien > 2jr

Overig beweiden

9,5 100 / 50

1 4

40

A3

47

A3

Jongvee Jongvee

Vrouwelijk jongvee < 2 jaar Vrouwelijk jongvee < 2 jaar

3,9 100 / 50 39 100 / 50

5

5

A3

Jongvee

Vrouwelijk jongvee < 2 jaar

• 3 9 100 / 50

Diercategorie

Omschrijving stalsysteem A is ammoniak G is Geur en P GL en BWL nummers is fijnstofreductie

NH3norm

Totaal:

OU-norm

Maximale Ammoniak Totale NH3 emissie emissie maximale besluit totaal emissie huisvestinq 1168,50 9,500 1168,5 156,00 3.900 156.0 183,30 3,900 183,3 19,50

1527,30 kg


26-11-2014

NH3

3,900

19,5

1527,3 kg

Nh3

8

3.3. Depositieberekening op basis van de vergunde situatie op nabij gelegen Natura 2000 gebied ten tijde van aanwijsdata

Naam van de berekening: 141119, vergund aangep coor Gemaakt op: 19-11-2014 15:42:29 Zwaartepunt X: 178,900 Y: 541,600 Cluster naam: Velde, Follega Berekende ruwheid: 0,09 m

Emissie Punten:

Volgnr. 1

BronlD

X-coord.

Y-coord.

Rundveestal

178 453

544 309

3,6

4,0

0,5

1,00

1 325

Hoogte

Gem.geb. hoogte

Diam.

Uittr. snelheid

Emissie

bestaand 2

Jongveestal

178 470

544 255

4,5

4,7

0,5

1,00

183

3

Boerderij

178 491

544 256

4,0

3,2

0,5

4,00

20

Gevoelige locaties:

Volgnummer

Naam

X coördinaat

Y coördinaat

1

Rottige Meenthe

186 611

542 678

Depositie 0,20

Details van Emissie Punt: Rundveestal bestaand (400)

Volgnr.

Code

Type

Aantal

Emissie

Totaal

1

A1.100.1

Melkkoeien

123

9.5

1168.5

2

A3

Jongvee

40

3.9

156

Details van Emissie Punt: Jongveestal (402)

Volgnr.

Code

Type

Aantal

Emissie

Totaal

1

A3

Jongvee

47

3.9

183.3

Details van Emissie Punt: Boerderij (403)

Volgnr.

Code

Type

Aantal

Emissie

Totaal

1

A3

Jongvee

5

3.9

19.5


26-11-2014

9

W W W W W W 4^ ^ £k ^ ^ £•• .£* •£•* ^ sôoflo^(ooo-»-*ro\)wwSSuiyi0^ omouôoiOLTioc-noLnomocnoc-riocT» OO-*^N)h0WW.U^L7iCT>a}->J—JOOOOCOCOO &(£jk(£^(£&^^(£criouio(ôôô

ÖT ^ £
IQ

173900

S H (D

174405

- sm 2.

175920

1

174910 175415

1

)

L, t'1. -—

1 -

—

r

176425 CL

176930

(D < (D CL
£

177435

l

177940

P

j

\

178951 \

179456

/

\\

l

179961 180466

\ó

1

\

178445

O

./-v.

1

1

\

•••

t

\

ilfl <> )]i Iv '/f ]J y

\J n

A

ƒ

s\

'i

ri

180971 181476 181981

—

|

182466 182991

->>

O

183496 «p

O

Ik c >*

rs& Gf.

ai r>

k c>

N) Cl1

c> O1

|i

1 J c > s ft O

C•i c s 1

JDLY 4. Aanvraag 4.1. RAV tabel Naam

Mts. J.E. van der Va Locatie

idem

Adres

Straatweg 37

Adres

Straatweg 37

PC+Woonplaats

8535 WG Follega

PC + plaats

8535 WG Follega

klantnr. / projectnr.

0

MDV

Geldend op

EPA-Z

Stal

Aantal

RAV

Emissie

nummer

dieren

nummer

punt

RAV 13-12-2013

Diercategorie


Omschrijving stalsysteem A is ammoniak G is Geur en

GL en BWL

NH3-

P is fijnstofreductie

nummers

norm

Geprofileerde dakke vloer. hellende gleuven, mestafstort met

2

147

A1.15.2

Melkkoeien > 2jr

1

103

A1.100.1

Melkkoeien > 2jr

Overig beweiden

1

128

A3

Vrouwelijk jong\ee < 2 jaar

4

47

A3

Jongvee Jongvee

afdichtflappen, frequent mestschuiven met vingerschuif. Stal

2010.36V3

26-11-2014

emissie totaal

/ 50

Maximale NH3 emissie besluit huisvesting

Totale maximale emissie

1176,00

9,500

1396,5

100 / 50

978,50

9,500

100 / 50

499,20

3,900

978,5 499.2

183,30

3,900

100 / 50

Totaal:


OU-norm

J100

Vrouwelijk jongvee < 2 jaar


Ammoniak

183,3

2837,00

3057,5

kg NH3

kg Nh3

11

4.2. Depositieberekening op basis van de gewenste situatie op nabij gelegen Natura 2000 gebied

Naam van de berekening: 141126, gewenst vloer G2 Swaans Gemaakt op: 26-11-2014 10:11:22 Zwaartepunt X: 179,100 Y: 540,900 Cluster naam: Velde, Follega Berekende ruwheid: 0,10 m

Emissie Punten: Volgnr.

BronlD

X-coord.

Y-coord.

3

Rundveestal

178 453

544 309

3,6

4,0

0,5

1,00

1 478

Hoogte

Gem.geb. hoogte

Diam.

Uittr. snelheid

Emissie

bestaand 4

Rundveestal nieuw

178 426

544 268

6,4

7,0

0,5

1,00

1 176

5

Jongveestal

178 470

544 255

4,5

4,7

0,5

1,00

183

Gevoelige locaties: Volgnummer

Naam

X coördinaat

Y coördinaat

1

Rottige Meenthe

186 611

542 678

Depositie 0,37

Details van Emissie Punt: Rundveestal bestaand (400) Volgnr.

Code

Type

Aantal

Emissie

Totaal

1

A1.100.1

Melkkoeien

103

9.5

978.5

2

A3

Jongvee

128

3.9

499.2

Details van Emissie Punt: Rundveestal nieuw (401) Volgnr.

Code

Type

Aantal

Emissie

Totaal

1

A1.15.2

Melkkoeien

147

8

1176

Details van Emissie Punt: Jongveestal (402) Volgnr.

Code

Type

Aantal

Emissie

Totaal

1

A3

Jongvee

47

3.9

183.3


26-11-2014


12

<jicjiLnLn^c^<^tjiLn<_rï<_*<jiL7iL7ïcn<_rï<_n<_n 2 2 m^-JNCOCOWWOO-*-»WNWW6.^ WCÖWCOWCOWCOLOCOWCOWCOWCOWCO pO-*-»NJWWWf^ülÔÏM^COCO(C &(CA.toÛ3iu5&^yioüiOLnoüio

J5 © ÖT r; ^ <S CD

<

13

CD

O" O fc=:

c

s -s ' cz « =J

m < Q)

ï

Q.

(D

Q.

0 Co O

182666 183191 183696 2

b

S

4.3. Milieutekening


26-11-2014


14

4.4. Coördinatenkaart


26-11-2014


15

Emissiepunten A B C D

X

Y

178453 178453 178426 178470

544309 544289 544268 544255

Gemeente

:

Sectie

Oosterzee P

Nummer

:

99 en 110

Schaal

:

1 : 2000

.DLV Opdrachtgever:

Benaming:

Mts. J.E. van der Velde en G. Dijkstra Straatweg 37

Situatie t.b.v. coördinaten

8535 WG Follega^ Telefoon:

0514 — 561404

8535 WG Follega

HvB

1 : 2000

Werkflummer:

B130935-61

Regio Noord en West Telefoon:

0513-653596

Projectleider:

Dhr. H. Brand

Bouwlocatie:

Straatweg 37

11-11-2014

Telefoon: E-mail:

06-22481829

Klantnummer:

214152

Blad:

C10

[email protected]

NIETS UIT DEZE TEKENING MAG GEHEEL OF GEDEELTELIJK WORDEN OVERGENOMEN EN VERMENIGVULDIGD ZONDER VOORAFGAANDE SCHRIFTELIJKE TOESTEMMING © COPYRIGHT 201 1 DLV BOUW. MILIEU EN TECHNIEK BV

4.5. Leaflet emissiearm vloersysteem


26-11-2014


16

Nummer systeem

BWL 2010.36.V3

Naam systeem

Ligboxenstal met geprofileerde vlakke vloer met hellende sleuven, regelmatige mestafstorten voorzien van emissiereductiekleppen en een mestschuif

Diercategorie

Melk- en kalfkoeien ouder dan 2 jaar

Systeembeschrijving van

Oktober 2013

Vervangt

BWL 2010.36.V2 van oktober 2012

Werkingsprincipe

Ammoniakemissiebeperking is gebaseerd op versnelde afvoer van urine door de aanwezige hellende sleuven, waarna via regelmatige mestafstorten (gleuven tussen de vloerplaten) de urine en dikke fractie in de mestkelder komt. Daarnaast vindt ammoniakemissiebeperking plaats door beperking van de uitstoot van kelderlucht middels het afsluiten van de mestafstorten met goed sluitende emissiereductiekleppen.

DE TECHNISCHE UITVOERING VAN HET SYSTEEM

1

Onderdeel

Uitvoeringseis

Vloeruitvoering

Het loopgedeelte, de hoofdvloer, wordt uitgevoerd met vlakke betonnen vloerplaten (85 cm breed; variabele lengte) voorzien van langs- en dwarssleuven in de vorm van een afgesneden cirkelsegment (kleiner dan een halve cirkel). De dwarssleuven zijn hellend (circa 1 procent) en deze sleuven komen uit op ongeveer 1 procent hellende langssleuven (5-15 mm diep) die zorg dragen voor de afvoer van de urine (afschot naar de afstort toe). De onderlinge afstand tussen deze langssleuven is 17,5 cm. Uitgezonderd van deze eisen zijn de doorsteken, de wachtruimte en de doorlopen, deze hoeven niet te worden voorzien van boven beschreven systeem. Deze ruimtes moeten echter wel emissiearm worden uitgevoerd door gebruik te maken van een ander in de Rav opgenomen emissiearm systeem dan wel een dichte vloer. In deze ruimtes mag de breedte van de vloerplaten kleiner zijn dan voor het betreffende emissiearme systeem is vereist, mits dit de emissiereducerende werking niet nadelig beïnvloedt.

2

Schuifuitvoering

Voor afvoer van mest moet een mestschuif zijn aangebracht. Vaste opstelling van mestschuif, voorzien van aandrijfmechanisme en tijdschakeling, of; Mestrobot voorzien van een mestschuif en tijdschakeling; De mestschuif dient als volgt te worden uitgevoerd: Deze schuif wordt zodanig uitgevoerd dat de bovenzijde van het profiel wordt gereinigd en droog getrokken en de sleuven in het vloeroppervlak regelmatig en grondig worden gereinigd.

3a

3b

Mestafvoer

De afvoer van mest en urine vindt plaats via regelmatige gleuven van 4,0 cm breed. Deze gleuven bevinden zich tussen twee vloerdelen en zijn voorzien van goed sluitende emissiereductiekleppen, waardoor mest en urine goed naar de kelder worden afgevoerd, maar luchtuitwisseling van de kelder naar de stal wordt gereduceerd. Indien aan beide einden van de mestgang een afstort voor de afvoer van de mest is gemaakt, dienen deze afstorten te worden voorzien van een brievenbussluiting ter voorkoming van kelderemissie. De mest wordt afgevoerd naar een gesloten mestopslag. Wanneer (tussentijds) mestafstorten worden gebruikt indien de schuifuitvoering dat noodzakelijk maakt, of wanneer deze als

noodvoorziening wordt geïnstalleerd, moet deze worden afgesloten met een zogenaamde brievenbussluiting om kelderemissie zoveel mogelijk te voorkomen. Bij een vaste mestschuit zal de mestafstort tenminste de lengte moeten hebben van de naar voren gerichte mestgeleiders. 4

Mestkelder

Indien in de doorsteken, de wachtruimte en de doorlopen een ander emissiearm systeem wordt toegepast en daardoor extra emissie vanuit de kelder daaronder kan optreden (schoorsteeneffect), dient bij elke overgang van vloersysteem in de mestkelder een stankafsluitende voorziening te worden aangebracht.

5

Emitterend vloeroppervlak

Het met mest besmeurd vloeroppervlak per dierplaats is maximaal 5,5 m*. Dit oppervlak omvat de loopgangen, de doorsteken, de wachtruimte en de doorlopen. Niet inbegrepen is het vloeroppervlak van de melkstal en de voerstoep (indien aanwezig).

6

Registratieapparatuur

Voor het registreren van het aantal schuifbewegingen dient een verzegelde bedrijfsurenteller aanwezig te zijn. Voor de waarborging van de schuiffrequentie dient een tijdklok aanwezig te zijn. Deze tijdklok dient daartoe de aansturing van de mestschuit te verzorgen.

HET GEBRUIK VAN HET SYSTEEM

a1

Onderdeel

Gebruikseis

Schuiffrequentie

De mest dient tenminste iedere twee uur van de vloer te worden verwijderd met de mestschuit.

a2

Het met mest besmeurde vloeroppervlak waar de mestschuit niet kan komen, dient minimaal 2 keer per dag handmatig te worden gereinigd.

b

Onderhoud

De mestschuit en de emissiereductiekleppen in de mestafstorten dienen tenminste eenmaal per jaar te worden gecontroleerd en onderhouden. Aanbevolen wordt hiertoe een onderhoudscontract met de leverancier van de mestschuit of een andere deskundige partij af te sluiten.

c1

Controle

Om het gebruik van het systeem te controleren dient: Op de bedieningscomputer een terugleesoptie aanwezig te zijn waarmee de werking van het systeem gedurende de laatste drie maanden inzichtelijk kan worden gemaakt, of: Een verzegelde draaiurenteller te zijn geplaatst voor continue registratie van de bedrijfsuren van de aandrijfmotor van de mestschuit. De bedrijfsuren dienen maandelijks te worden afgelezen en geregistreerd zodat de schuiffrequentie terug te rekenen is.

c2

Er moet een logboek worden bijgehouden waarin wordt aangegeven wanneer en door wie de controle en het onderhoud van de mestschuit en de emissiereductiekleppen in de mestafstorten heeft plaatsgevonden.

Emissiefactor

Beweiden: 7,0 kg NH3 per dierplaats per jaar; Permanent opstallen: 8,0 kg NH3 per dierplaats per jaar.

Verwijzing meetrapport

Deze emissiefactoren zijn voorlopig vastgesteld en zullen aan de hand van de meetresultaten worden herzien.

Bijlage 1: detailtekeningen vloerelementen 5000-1000 175

175

lilt IlliHMi) UH

uil iiiimiii nu

lilt IIiimiu mi HJHiriii lil lllinillf uil

Hl liiHlllii lm HM lÜliiHII illll Hl lUllllll Hm lil Ml HUI ill illllllli lllii Wt Ml illll

I

1

Ëiliiiii M Ifei

umuii mi

Bovenaanzicht W

V

^

I ^

W

Vooraanzicht

175

175

Bovenaanzicht

3995

Vooraanzicht

LA -4"

r

850

R

LT. Zi jaanzicht

ON

850

JT1 r—'

Zijaanzicht

850

850 M

—

Afvoer richting mest en urine

Afvoer richting mest en urine

f0 ~T

—

"—-

J

l element

element

r

Ovl 84

K afvoerrkhMng mest en urine

1

atvoerrschting mest en urine

)

J

)

Detail afdicht flappen

NAAM:

NUMMER:

Ligboxenstal met geprofileerde vlakke vloer met hellende gleuven, regelmatige mestafstorten voorzien van emissiereductiekleppen en mestschuit

BWL 2010.36.V3 Systeembeschrijving oktober 2013

JDLY 5. Externe saldering locatie Ruttenseweg 16, Rutten 5.1. Topografische kaart


26-1


5.2. Vigerende vergunningen aanwijsdata tot aan heden

Wet

Milieubeheer/melding

Besluit

landbouw

milieubeheer

vanaf

Hinderwet 6-11-1979 Tekeningen


26-11-2014


18

Dossierkaart gemeente Noordoostpolder

MILIS nr.2357

Gegevens inrichting H.H. Tubben

Ruttenseweg 16 8313 RG Rutten

SBIcode

0112

Milieucategorie Behandelend ambtenaar

R. Bos

Datum uitleen dossier Datum laatste controle

07-07-1999

O integrale controle O deelcontrole, specificeren bij *

O dossier onvolledig O dossier onvolledig / niet geactualiseerd controle omdat

* Opmerkingen en vragen

Datum uitdraai: 30-9-04

O vergunning of melding in procedure

• bw ot*5' cr

'

v

X

(o

(Y|

vrn-vimyyi grr

-

•<wyem^--~

tjfy gr rft

-nw&x -

'jcrts

SV'

-wswvfc

*]} ff-

i
f W i : •

Pr

~t 77 7^V5> *

~5^rru~^rst

j£T<

•

'M'Z'Z

(- ^ " "f 'Zy

'OU SBBOALTBB-'rt'H U03uTpU»I*ff

-

1'I

-Pjf

• aooq.ireâpBq.s

fZ

T2T

'nwn?

A

;

B I

C • 1> |

HINDERWET

EF

1i

\ >; < H

j K

M

X O

PQ

| R

1

S

;

Y>

Tl

verzoek vergunning - tevens beschrijving (artt. 2 en 5) )

X

ii 'L

Nlfl éoor aan vrager in U vullen!

ln viervoud (lr t m 4e ex.) In te dienen!

Behoort bi] besluit van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Noordooetpoldtr

volgnr. (ook voor dossier)

L .7 -/ -• - '• naam verzoeker

- 6 NOV 1979 -

stempel datum van ontvangst

Burgemeester en wetrTöud ;rs van de gemeente

NOORDOOSTPOLDER

datum:

26 Juli 1979 O bescheiden

naam van verzoeker

ln orde

HM.

G. Decfclan al mat en huUnummer (evt, telefoonnummer)

Ruttenaeweg 16

woonremeente (evl. postadres)

tal: 05146-1254

jj* verzoekt vergunning tot het

• niei-ont vankelijs d.d.

*

Ij-

oprichten, in werking brengen en in werking houden

|_J

uitbreiden

3

wijzigen

Moordoostpolder

Rutten

verzoekt in verband met de uitbreiding wijzi ging van de inrichting, voor welke reed* vergun ning werd verleend, een nitvu* de ge helt hieronder ! omschreven inrichting omvattende, vergunning I (art. 6a). (')

stukken loegezonder. ast. Q arboidr inspectie G kwartier meester generaal der Kon landmat-h: • insj volksgezondheM belast me? toezicht op di

hygiêu" vil het milie'

d.d. Q terugont • vangst

van de hieronder omschreven inrichting.

Q niet verder in behande ling

aard van de inrichting (*)

,

f

1

d.d.

Rundvee ligboxenstal met melkinrichting

0 kennisg. aan andere ge meente d.d.

plaats w aar de inrichting is of tal worden gevestigd atraal» en nummer (evt- telefoonnummer) en gemeente van veatiglng

evl. 1.0.1.irf.1

Ruttenseweg 16 Noordoostpèlder Ruttan

kadaatralr llgglnr

Lremeenle

ntooraoosLf Noordoostpolder

aertie

nnminerft)

Jt

v>

tal: 05146-1254

• kennisg. aan beis ngh eb benden d.d. Q openbare kennisgeving d.d.

O proces-ver baal openb. Kitting d.d.

opgaaf van hetgeen in de inrichting zal worden verricht, vervaardigd of verzameld (')

• toezending ontwerpvoorwaarden d.d.

Rundvee melkinrichting met voorstal an mestopsleg in kelders

• terugont vangst bin nen 14 dagen d.d. • beschikking op verzoek

d.d. kenm.

* Aankruisen wal

van

toe|>ae»inr

la!

Zie voor de noten de toelichting beherende fel)

dit formulier.

Zie verder ommezHde

p.w. GEMEENTE NOORDOOSTPOLDER

Aan de heer districtshoofd van de Arbeidsinspectie, Gen. Gibsonstraat 39, 7411 RP

No.

10453-1

Onderwerp: hinderwet.

DEVENTER.

Emmeloord, io augustus 1979. Bijl.:

div.

Ter voldoening aan het bepaalde in artikel 7 der hinderwet zenden wij U hierbij toe een afschrift van het verzoek met de daarbij behorende bescheiden van de heer G. Dedden, Ruttenseveg 16, Rutten (79-69)

l

om vergunning ingevolge de hinderwet tot het oprichten, in werking brengen en in werking houden/»i.Jüir«xiütJu(KXSX»gJUi van een veeteeltbedrijf annex opslag 1.200 liter dieselolie b.g., electromotoren en ventilatoren

in het perceel, kadastraal bekend Noordoostelijke Polder, (Luttelgeestêctie G no. 836 plaatselijk gemerkt Ruttenseveg 16, Rutten. Gaarne zullen wij zo spoedig mogelijk ontvangen een afschrift van de door U af te geven verklaring krachtens artikel 35 bis der Veiligheidswet, dan wel bericht, dat tegen deze verklaring beroep is ingesteld. BURGEMEESTER EN WETHOUDERS V. DE SECRETARIS,

NOORDOOSTPOLbER, BURGEMEESTER, \

Goll/W

1-4

\

p.w.

GEMEENTE NOORDOOSTPOLDER

Aan de Inspectie van de Volksgezond heid en Hygiëne van het Milieu, Postbus 10057, 8000 GB

No.

10453-1

Onderwerp: hinderwet.

ZWOLLE.

Emmeloord, Bijl.:

10 augustus 1979,

div.

Hierbij doen wij U toekomen een afschrift van het verzoek met de daarbij beho rende bescheiden van de heer G. Dedden, Ruttenseveg 16, Rutten (79-69)

om vergunning ingevolge de Hinderwet tot het oprichten, in werking brengen en in werking houden van een veeteeltbedrijf annex opslag 1.200 liter dieselolie b.g., electromotoren en ventilatoren

1-5

STAATSTOEZICHT O? 7)Y, V0LK3SEZ0HDHBII}

HYPrlSNE VAN HSd' MILIS7

Aan Burgemeester en Wethouders Weth,. Alferinkweg JOO

Zwolle< Telefoon OjnOQ-"' 1 JC2 Correspondentie uit.sluitonö; Pocfoun '003',

8000 ÜB

der gemeente Noordoostpolder, Postbus 155»

ZWOLii1,, 8300 AD

Uw bric!' Uw kenmerk

É

r.3 ke^raork Lderwerp

EMMELOORD.

10-8-1979 Zwolle 1 14 augustus 1979 10453-1 (79-69) Bi-581/79/YB Hinderwet; Dedden, G. Ruttenseweg 16 te Hutten, kad.gem. N.O.P. (Luttelgeest), sectie G nr. 836. Veeteeltbedrijf annex opslag 1200 1 dieselolie b.g.

Naar aanleiding van de mij toegezonden aanvraag om vergunning, ingevolge de hinderwet voor bovengenoemde inrichting, bericht ik II het volgende» Onder verwijding naar art. 5 en 6 van de hinderwet en naar mijn brief met

bijlagen van 28 september 1977, nr. 900, neem ik aan dat - de bescheiden door de betreffende dienst op juistheid en volle"igheid zijn gecontroleerd en derhalve voldoen aan ait. 2 van het hinderbesluit; - raoda -net het oog op de inspraakpi'ocedure, de invloed van de betrokken iarxenting op de omgeving zo duidelijk mogelijk in de mij toegezonden bescheiden tot uitdrukking is gebracht. Het doel van de hinderwet -het voorkomen van het veroorzaken van gevaar, schade of hinder door de inrichting- kan bereikt worden door een optimaal gebruik van c.e verschillende in dese wet geboden mogelijkheden, waaronder het stellen ^ran voorwaarden die in voldoende mate aan genoemde bezwaren tegemoet komen. poor een nadere uitwerking verwijs ik naar de brochure "Veehouderij en Hinder wet", het handboek "Hinderwet" van de Kinderwet- en Bouwtoezichtvereniging en naar de costaande jurisprudentie. Ook zijn enkele aanwijzingen te vinden in mijn eerder genoemde algemene brief. Ik verzoek U de behandeling van de aanvraag voort te zetten volgens de in de

hinderwet voorgeschreven procedure. Gaarne ontvang ik te zijner tijd het ontwerp van de beschikking, een afschrift van het proces-verbaal en kopieën van eventueel schriftelijk ingebr. chte bezwarenv DE INSPECTEUR VAN DE VOLKSGEZONDHEID voor de- hygiëne van het milieu, Model : B

/

A R B E I D S I N S P E C T I E - 8e DISTRICT.

T.G. Gibsonstraat 39 - 7411 RP

H.W. nr. : 1109/*79

VK/P*

DEVENTER - tel.05700-14745 - telex 4942? SOZA

r

: 21 augustus 1979

Datum

Ref.Gem. : 10453-1/10 aug. 1979

Aan da Haar 6. Oaddan, ftutteneeueg 16, 8313 KG

HUTTEN.

Ter voldoening aan het bepaalde bij artikel 55 bis, lid 1, der Veiligheids wet 1934 verklaar ik - zulks in verband met uw aanvrage ingevolge de Hinderwet m vergunning tot epriohten, In werking brangan an houdan van aan veeteeltbedrijf

'aat da daaraan varbandan opslag van aaat annax bavangrondaa opalag van 1200 li ter dlaaalolla,

op perceel, gelegen te Rutten»

Huttenaeeeg Gemeente

16

nr<

«eordeeetpolder

sectie

Kadastraal bekend, 6

nr.

B36*

13

dat de Veiligheidswet 1934 op de inrichting van toepassing is;

O

dat de Veiligheidswet 1934 niet op de inrichting van toepassing is;

iS

dat voorzover mij kan blijken uit de op

auguatua 1979

ontvangen bescheiden en de ingewonnen nadere inlichtingen, de inrich ting J^*W<W9W/W?Wî^,9WW9SW/hiet behoeft te voldoen aan de voor schriften, aangewezen bij Koninklijk Besluit d.d. 31 januari 1953 (Stb. nr. 40).

E HOOFDINSPECTEUR-DIRECTEUR VAN DE ARBEID, HOOFD VAN HET 8e DISTRICT DER ARBEIDSINSPECTIE, *0or deze:

W0. H. Lindeboom

N.B. Een afschrift van deze verklaring is aan het gemeentebestuur gezonden, dat op uw aanvrage om een Hinderwet beslist.

Indien uit de verklaring blijkt, dat de inrichting niet zal voldoen aan de ge noemde voorschriften, kunt u desgewenst binnen 14 dagen na dagtekening dezes beroep instellen bij de Minister van Sociale Zaken. Een dergelijk bezwaar schrift behoeft niet op zegel te zijn gesteld. Het bezwaarschrift moet worden ingediend bij bovengenoemd districtshoofd.


Rentmeester der Domeinen, De Deel 23, 8302 EK Emmeloord Rijkswaterstaat, dir. Zuiderzeewerken, Postbus 18, Lelystad.

No.

K. Hendriks, Ruttenseweg 7-II, 8313 RG Rutten J.V. Overgoor, Ruttenseweg 9, 8313 RG Rutten• J. Jaarsma, Ruttenseweg 9-a, 8313 RG Rutten huidige bewoner van Ruttenseweg 9-b, 8313 RG Rutten R.M. Jansen, Ruttenseweg 9-c, 8313 RG Rutten W. Bruijnius, Ruttenseweg 9-d, 8313 RG Rutten D. Sietsma, Ruttenseweg 14-11, 8313 RG Rutten T.N.M. de Jong, Hopweg 38, 8313 RJ Rutten D. de Groot, Hopweg 40, 8313 RJ Rutten M. Bouw, Hopweg 45, 8313 RH Rutten H..Brouwer, Schoterpad 18, 8313 RN Rutten

11889-1

Emmeloord, 30 augustus 1979.

Onderwerp: verzoek om vergunning ingevolge de hinderwet.

•

Ingevolge het bepaalde in artikel 9 der hinderwet delen wij U mede, dat bij ons is ingekomen een verzoek van de heer G. Dedden, Ruttenseweg 16, Rutten (79-69)

om vergunning tot het oprichten, in werking brengen en in werking houden, 111'l~h.Tift.L•icn cn uijaigoiuvan

Mn veeteeltbedrijf annex opslag 1.200 liter dieselolie b.g., electromo toren en ventilatoren

•in/op het perceel, plaatselijk gemerkt

Ruttenseweg 16, Rutten kadastraal bekend Noordoostelijke Polder (Luttelgeest) » sectie

q

no. 835

Dit verzoek ligt met de vereiste bescheiden voor U ter inzage ten kantore van de dienst publieke werken te Emmeloord. Tot uiterlijk 28 september 1979 verzoek bij ons in te brengen.

bestaat gelegenheid schriftelijk bezwaren tegen het

Voorts hebt U de gelegenheid in persoon of bij gemachtigde mondeling bezwaren in te brengen in een openbare zitting ten raadhuize op woensdag, 19 september 1979 te 9.00 uur. Zij, die niet in persoon of bij gemachtigde op bovenbedoelde zitting zijn verschenen, zijn niet gerechtigd tot beroep. Degenen echter, die tijdig schriftelijk bezwaren hebben ingebracht en niet op de zitting zijn verschenen, zijn wel tot beroep gerech tigd, indien zij niet woonachtig zijn in de gemeente Noordoostpolder. BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN NOORDOOSTPOLDER, DE SECRETARIS, Coll.7^

1-3

DE BURGEMEESTER,

p.w.; afd. I


H I N D E R W E T Ter inzage legging verzoek om vergunning

Burgemeester en wethouders der gemeente Noordoostpolder brengen ter openbare kennis, dat ten kantore van de dienst publieke werken te Emmeloord voor een ieder ter inzage ligt een van de vereiste bijlagen voorzien verzoek om ver gunning ingevolge de hinderwet, van de heer G. Dedden, Ruttenaeveg 16, Rutten (79-69) tot het oprichten, in werking brengen en in werking houden, uitbreiden a»

t

wijo-igon- van een veeteeltbedrijf ennex opslag 1.200 liter dieselolie b.g., electronotoren en ventilatoren

k*/op het perceel, plaatselijk gemerkt

Rutteneeweg 16, Rutten

kadastraal bekend Noordoostelijke Polder ( Luttel-

^» sectie g

no-

836

geest Voor een ieder bestaat gelegenheid schriftelijk bij ons bezwaren in te bren gen tot uiterlijk

28 «eptenber 1979.

•

Voorts heeft ieder de gelegenheid in persoon of bij gemachtigde mondeling bezwaren in te brengen in een openbare zitting ten raadhuize op yoenadag 19 septeaber g|. I pv-S'

1979

te 9,00 uur.

Zij, die niet in persoon of bij gemachtigde op bovenbedoelde zitting zijn verschenen, zijn niet gerechtigd tot beroep. Degenen echter, die tijdig schriftelijk bezwaren hebben ingebracht en niet op de zitting zijn ver

[:

schenen, zijn wel tot beroep gerechtigd, indien zij niet woonachtig zijn in de gemeente Noordoostpolder.

P fe

Cf 1 *'•

Emmeloord,JO augustua 1979. BURGEMEESTER EN WETHOUÖB^S VOORNOEM^), DE SECRETARIS,

p;

:

Coll.

1 1-26

DE BURGEMEESTE


PROCES-VERBAAL VAN EEN ZITTING INGEVOLGE DE HINDERWET

19 des middags te q q uur, is door voor 19 september de heer W. Boonstra, technisch hoofdambtenaar A bij de gemeentelijke dienst voor publieke werken en mevrouw J.M. Blauw-Berndsen , schrijver ter secretarie, krachtens besluiten van burgemeester en wethouders d.d. 1 maart 1979, no. 3219 en 25 juli 1979 no. 9701-1 overeenkomstig het bepaalde in artikel 11 der hinderwet, in een openbare zitting in het stadskantoor gelegenheid gegeven mondeling bezwaren in te brengen tegen het verzoek om vergunning ingevolge die wet, van

Heden

de heer G. Dedden, Ruttenseweg 16, Rutten (79-69) tot het oprichten, in werking brengen en in werking houden/Mi-Éè¥eideft-/wifaigeH— van gen veeteeltbedrijf annex opslag 1.200 liter dieselolie b.g., elektromotoren en ventilatoren

is/op het perceel, plaatselijk gemerkt kadastraal bekend Noordoostelijke Polder (

Ruttenseweg

no.

Luttelgeest )> sectie

](, g

, no. 836

In deze zitting is niemand verschenen en zijn geen bezwaren tegen het verlenen van de gevraagde vergunning ingebracht. Waarvan is opgemaakt dit proces-verbaal. Ondertekening:

Afschrift

1-7

/!

gezonden aan het Districtshoofd van de Arbeidsinspectie te Deventer, bestemd voor de Inspecteur van de Volksgezondheid te Zwolle.

PUBLIEKE WERKEN NOORDOOSTPOLDER, Staalstraat 2, Emmeloord. «

Telefoon: 05270-261*1.

AAN het College van Burgemeester en Wethouderst

Uw kenmerk:

Uw brief van:

Ons kenmerk: No.: Bs. 2670. Bijlagen: 2 set aanvraagformulieren met bijbehorende tekeningen en voorwaarden. Onderwerp: hinderwetsaanvraag nr. 79-69» Emmeloord, 9 oktober 1979-

Met betrekking tot het verzoek van G. Dedden, Ruttenseweg 16 te Rutten om een verdunning ingevolge ae hinderwet voor het in werking brengen en in werking houden van een veeteeltbedrijf op het perceel Ruttenseweg 16 te Rutten, bericht ik U het volgende. Mijnerzijds bestaan tegen het verlenen van de gevraagde vergunning geen overwegende bezwaren, zodat ik U adviseer deze te verlenen met opname van de op de bijlage(n) vermelde voorwaarden.

112.


Aan de heer districtshoofd van de Arbeidsinspectie, Gen. Gibsonstraat 39, 7411 RP No.

14675-1

DEVENTER.

Emmeloord,

22 oktober 1979

Onderwerp: hinderwet. Ter voldoening aan het bepaalde in artikel 18, lid 1, der hinderwet zenden wij U hierbij toe het ontwerp van een voorwaardelijke vergunning, te verlenen aan de heer G. Dedden, Ruttenseweg 16, Rutten (79-69)

%

voor het oprichten, in werking brengen en in werking houden/uifcbi?cidcn/ïrijeigen van een veeteeltbedrijf ennex opslag 1.200 liter dieaelolie b.g., elektromoto ren en ventilatoren te

Rutten, Ruttenaeveg 16.

Gaarne zullen wij van U vernemen of de gestelde voorwaarden wijziging BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN NOORDOOST! DE SECRETARIS, Bij 1.: 1 Coll.:

* 1-1 1

DE BURG

Ihoeven LDER, (STER,

p.w GEMEENTE NOORDOOSTPOLDER

Aan de heer inspecteur van de Volksgezondheid, Postbus 10057 8000 GB

No.

14675-1

ZWOLLE

Emmeloord,

22 oktober 1979

Onderwerp: hinderwet. Ter voldoening aan het bepaalde in artikel 18, lid 1, der hinderwet zenden wij U hierbij toe het ontwerp van een voorwaardelijke vergunning, te verlenen aan de heer G. Dedden, Ruttenseweg 16, Rutten (79-69) voor het oprichten, in werking brengen en in werking houden/ui thraidan/wi j n' pan van «en veeteeltbedrijf annex opslag 1.200 liter dieselolie b.g., elektromotoren en ventilatoren

te

Rutten, Ruttenseveg 16.

Gaarne zulli

Bijl Coll 1-8

ïven.

Arbeidsinspectie Bb disfrict T.G. Gibsonstraat 39, 7411 RP

DEVENTER.

tal. 05700 - 14745

r

Aan het College van Burgemeester en Wethouders uan de gemeente Noordoostpolder Boterbloemstraat 2 8302

CA

EflMELOORD

L

Uw kenmerk 14675-1

(Ju brief van 22.10.79

Ons kenmerk 1109/79/vK/Bs

J

datum

26 oktober 1979

Hot mij toegezonden ontwerp van eon door u te verlenen voorwaardelijke vergunning ingevolgo de Hinderwot, botrokking hebbende op de hieronder vermelde aanvrage, behoeft met het oog op de veiligheid en de gezondheid van de betrokken werk nemers naar mijn oordeel geen wijziging. Aanvrager

:

G. Dedden,

Adres van de inrichting:

Ruttenseweg 16, Rutten,

Aard van do inrichting :

veeteeltbedrijf; opslag mest en dieselolie.

Eon afschrift van uw beschikking zie ik gaarne tegemoet.

DE HOOFDINSPECTEUR-DIRECTEUR VAN DE ARBEID HOOFD VAN HET 0e DISTRICT DER ARBEIDSÏNS

STAATSTOEZICHT OP DE VOLKSGEZONDHEID HYGIENE VAN EET MILIEU

Weth. Alferinkweg JOO Zwolle. Telefoon 05200-11^82 Correspondentie uitsluitend: Postbus 10057 3000 GE ZWOLLE.

TJw brief s 22-10-1979 Uw kenmerk : 14675-1 (79-69)

Aan

Burgemeester en Wethouders der gemeente NOORDOOSTPOLDER.

Zwolle, 2 november 1979

Ons kenmerk: Bi-581/79/PH/YB derwerp ; Hinderwet; ontwerp-vergunning: G. Dedden, Ruttenseweg 16 te Rutten, kad.gem. N.O.P. (Luttelgeest), sectie G nr. 836. Veeteeltbedrijf annex opslag 1200 1 dieselolie b.g.

t

Ter voldoening aan Uw verzoek bericht ik U, dat het ontwerp van de vergunning ingevolge de hinderwet voor bovengenoemde inrichting, naar mijn mening geen wijziging behoeft»

DE INSPECTEUR VAN DE VOLKSGEZONDHEID voor de hygiëne van het milieu,

'/• * { )• & J

// kL

Modelf I

J

afd. II GEMEENTE NOORDOOSTPOLDER

Aan de heer 6. Dedden, Ruttenaeveg 16, 8313 RG R D X T E N.

No

Emmeloord

15635-1

6 november 1979

Onderwerp: vergunning ingevolge de Hinderwet. Ingevolge het bepaalde in artikel 12 der Hinderwet doen wij U bijgaand toekomen de door U gevraagde vergunning ingevolge de Hinderwet, no. 79-69 Wij verzoeken U de door U verschuldigde leges ad ƒ 125,— onder vermelding van het nummer der vergunning binnen 8 dagen aan ons te voldoen. U kunt dit doen door: a. storting op gironummer 868906 ten name van de ontvanger der gemeente Noord oostpolder; b. storting op rekeningnummer 47.12.25.355 van de gemeente bij de Amro-bank N.V. te Emmeloord (gironummer van de bank 815636); c. contante betaling ten kantore van de gemeente-ontvanger. BURGEHEESTER EN WETHOUDERS VAN NOORDOOSTPOLDER DE SECRETARIS B. van der Zwaag Bijl.: div Datum verzending:

1-84

_

? ^^

DE BURGEMEESTER Loopstra

V.-RGADhRiNG BURGEMEESTER EN WETHOUDERS d.d. Korte omschrijving van de zaak

6-11^75

!, Ag.no.

:[_6

! Afd. 1

Aanvragen om een vergunning ingevolge de Hinderwet.

Voorstel gemeentesecretaris voor afdoening

Publicatie:

Ja ' "

ifesn

Gevraagde vergunningen verlenen.

1

ak
5

'

1

bespreken 2 3 4 I 5 I nfo

Nadere beslissing:

De secretaris,

1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20.

H.J.P. Bols te Rutten (77-125) J. Bastiaans te Luttelgeest (79-16) M.P.G. van Aart te Pujtten (70-17) L.W. Dekkers te Espel (79-46) W.G.G. van Asten te ToLlebeek (79-47) A.W. Oosterwijk te Kraggenburg (79-40) M.J.G. Muijsers te Kraggenburg (79-49) S.N. van Binsbergen te Ruttcn (79~54) W. van Dijk te Ruttcn (79-5"; H. Lassche te Marknesse (79-60 G. Dedden te Rutten (79-69) W.F.C. Tromp Heesters te Kraggenburg (79-43) F.B. Wennekes te Kraggenburg (79-44) C.M.J. Lubbers te Ens (79-52) H. van Eikenhorst te Marknesse (79-592 T.H.F. a Canpo te Enmeloord (79-61) Directie Agra te Emmeloord (78-85) Robu Slagerijen B.V. te Twello (78-39) Bakkerij Brameijer-Braaksrna B.V. te Emneloord (79-38) J.C. de Rijke te Nagele (79-65).

6x afd.I; arb.insp.; volksgez. GEMEENTE NOORDOOSTPOLDER VERGUNNING INGEVOLGE DE HINDERWET No. 79-69 Burgemeester en wethouders der gemeente Noordoostpolder, gezien het op 7 augustus 1979 ingekomen verzoek van de heer G. Dedden, Ruttenseweg 16, Rutten

om vergunning ingevolge de hinderwet tot het oprichten, in werking brengen en in werking houden/van «en veeteeltbedrijf annex opslag 1.200 liter dieselolie b.g., elektromotoren en ventilatoren

in/op het perceel plaatselijk gemerkt Ruttenseveg 16, Rutten kadastraal bekend Noordoostelijke Polder, ( Luttelgeest ) sectie nr. 836;

q

gelet op het proces-verbaal van het voorgevallene op de zitting, bedoeld in arti kel 1] der hinderwet, welke is gehouden op J9 september 1979; gezien de verklaring van het districtshoofd der arbeidsinspectie te Deventer, gedag tekend 21 augustus 1979 » no.1109/* 79 en het advies van de inspecteur van de volksgezondheid te Zwolle, gedagtekend 14 augustus 79no. Bi-581/79/YB;

B E S L U I T E N : de gevraagde vergunning te verlenen overeenkomstig de aangehechte gewaa bescheiden en voorwaarden. Emmeloord,

rkte

- 6 NOV 1979

BURGEMEESTER EN WETHOUDERS V' DE SECRETARIS,

E BURG

/ Datum verzending: Afschrift

_ 7 ||Qy -|gyg

bestemd voor

de verzoeker, inspecteur Volksgezond heid, het districtshoofd van de arbeids inspectie te Deventer, de directeur van publieke werken, domeinen, en Z.Z.W. 1, Binnen 20 dagen na de dagtekening der verzending van een afschrift van het be sluit kan beroep worden ingesteld bij de Kroon. Het beroepschrift moet aan de Kroon gericht, doch worden ingediend bij het gemeentebestuur. 2. De aandacht wordt erop gevestigd, dat ingevolge artikel 27, lid 1, der hinder wet, de vergunning vervalt, indien de inrichting niet binnen drie jaren na het onherroepelijk worden van de vergunning voltooid en in werking is gebracht. Leges Form. Kad.

ƒ 110,—

"

5,75 9,25

Totaal ƒ 125,—

1-13

•VOORWAARDEN BEHORENDE BIJ HINDERWETVERGUNNING NO. 79-69. A. ALGEMEEN. 1.

De inrichting moet te allen tijde in een schone en ordelijke toestand en de opstallen en installaties in een goede staat van onderhoud verkeren.

2.

Behoudens ter bemesting van grond volgens de normale landbouwpraktijken mag het terrein van de inrichting niet worden bevloeid of op andere wijze van mest of gier worden voorzien.

3.

Bij het verwijderen van mest en gier mag de omgeving niet worden verontreinigd. Transport van dunne mest en gier moet daarom geschieden in volledig gesloten tankwagens, die in een zindelijke staat moeten verkeren. Vaste mest moet worden getransporteerd in daarvoor geschikte transportmiddelen, die op correcte wijze zijn beladen.

4.

Ramen van de stallen moeten, voor zover zij geen functie hebben voor de lucht verversing in de stal, gesloten worden gehouden. Deuren moeten gesloten zijn behoudens gedurende het doorlaten van personen, dieren of goederen.

5.

Wanneer in de stallen dan wel op of nabij het erf ongedierte (zoals ratten, muizen of insecten) voorkomt, dienen doelmatige bestrijdingsmaatregelen te worden getroffen.

6.

Het voer, met uitzondering van ruwvoer, moet worden bewaard in uitsluitend voor dit doel gebezigde bewaarplaatsen, die rat- en muiswerend zijn ingericht.

7.

Op het terrein van de inrichting mag geen mest worden gedroogd of verbrand.

8.

Kadavers van dieren mogen niet op het terrein van de inrichting worden begra ven. Zij dienen, in afwachting van afvoer uit de inrichting, te worden gebor gen in een deugdelijke waterdichte verpakking of in een goed gesloten, spe ciaal daarvoor bestemde ruimte.

9.

De elektrische installatie mag geen storing veroorzaken in radio- of tele visie-ontvang s t.

10.

De ventilatoren voor koeling en/of droging van de in de gebouwen van de in richting opgeslagen landbouwprodukten moeten - al dan niet met toepassing van akoestische isolatiematerialen en/of suskasten - zodanig worden opgesteld, en geïnstalleerd, dat het geluidsniveau bij in werking zijn gemeten overeen komstig de ISO richtlijnen R 1996 niet meer bedraagt dan: a. 35 dB(A) gedurende de tijd van 23.00 - 07.00 uur b. 45 dB(A) gedurende de tijd van 19.00 - 23.00 uur; c. 50 dB(A) gedurende de tijd van 07.00 - 19.00 uur.

B. VOORWAARDEN M.B.T. HET VEETEELTBEDRIJF. 11.

Dunne mest, gier, spoel en/of schrobwater moeten uit de stal worden afgevoerd naar de hiervoor bestemde vloeistofdichte opslagruimte geschieden door middel van een gesloten riool of een daaraan gelijkwaardige voorziening. De opslag ruimte mag niet voorzien zijn van een overstort.

12.

Behalve tijdens het ledigen moet de opslagruimte door middel van goed sluiten 1''' de deksels, luiken of een daaraan " ' * worden gehouden. 13.

-6 NC

- 2 -

13.

Het brengen van mest in de opslagruimte dient te geschieden met een gesloten aanvoerleiding die zo dicht mogelijk bij de bodem van de opslagruimte uitmondt.

14.

Gedurende de opslagperiode mag de inhoud niet in beweging worden gehouden, be houdens ten behoeve van menging gedurende korte tijd voor de lediging van de opslagruimte.

15.

De in de stallen aanwezige vaste mest moet zoveel mogelijk dagelijks worden verzameld en overgebracht naar een betonnen mestplaat, waarvan de plaats op de tekening is aangegeven. De stapeling van de mest op deze plaat moet op zodani ge wijze geschieden dat alle uitzakkende vocht binnen de (rand van de) plaat wordt opgevangen en afgevoerd naar de opslagruimte bedoeld in voorwaarde 12. De bewaarplaats moet minimaal 10 m' van een verharde openbare rijweg zijn ge legen en minimaal 50 m' van andere niet tot de inrichting behorende woningen. Mest en gier mogen niet worden bewaard in een greppel, gegraven put of ander open bassin.

16.

Bij toepassing van bovengrondse mestsilo's voor opslag van zowel vaste als vloeibare mest moet de wanden vloerconstructie vloeistofdicht zijn. De keuze van de samenstellende materialen dient te worden afgestemd op de eisen van duurzaamheid en het bestand zijn tegen mechanische beschadigingen (vloer constructie d.m.v. plasticfolie is onvoldoende).

17.

Indien op de ventilatiekokers op het dak van de stal een regenkap is aange bracht moet deze zodanig zijn uitgevoerd dat de luchtstroom zoveel mogelijk naar bovan gericht blijft.

wT,XT'

van Bu,0emM«« M

18.

Raam- en/of ventilatie-openingen in de stallen moeten metfrgoeS gengaas bezet zijn.

19.

Het pneumatisch of mechanisch vullen van voedersilo's of tankwagens voor gier of dunne mest is verboden tussen 20.00 en 07.00 uur. 0«8iaretarfei

20.

Het tijdstip van mestverwijdering moet zodanig worden gekozen vinden van reukhinder bij omliggende bebouwing als gevolg vai£ weersinvlo (b.v. ongunstige windrichting) uitgesloten is.

"6 NOV (973 - 79 /R 9

C. VOORWAARDEN BOVENGRONDSE OPSLAG AARDOLIEPRODUKTEN °I.

In de tank met een inhoud van 1.200 liter mag uitsluitend dieselolie opgeslagen, waarvan het vlampunt hoger dan 55 C is gelegen.

22.

De ondersteunende constructie moet uit onbrandbaar materiaal bestaan; op plaatsen waar kans op verzakking bestaat, dient een doelmatige fundatie te worden aangebracht.

23.

De tank moet op minimaal 3 m' van een gebouw en/of erfafscheiding zijn ge plaatst.

24.

Onder de tank moet een vloeistofdichte vloer van gewapend beton, afwaterend naar het midden zijn aangebracht. De vloer moet aan de zijden voorzien zijn van een opstaande rand met een mi nimale hoogte van 10 cm. De plaatbreedte moet aan alle kanten minimaal 50 cm groter zijn dan de afmetingen van de tank. Opmerking: Deze voorwaarde is niet van toepassing als de tank op de reeds bestaande erfverharding is gesitueerd en de erfverharding zodanig is uitgevoerd, dat de eventuele vloeistof bij lekkage zich niet buiten deze verharding kan versprei den. De erfverharding moet uiteraard t.p.v. de tank vloeistofdicht zijn.

•

- 3 -

25.

Gemorste aardolieprodukten moeten door een absorberend middel opgenomen worden.

26.

Wanneer lekkage geconstateerd wordt, moet al het nodige ondernomen worden om bodemverontreiniging te voorkomen.

27.

Een pomp moet zodanig ingericht zijn, dat slechts gedurende een daartoe strek kende handeling vloeistof uit de pomp stroomt.

28.

Het afleveren van vloeistof is verboden, indien wordt gerookt of vuur aanwe zig is of de motor van het voertuig waaraan de vloeistof wordt geleverd in werking is. Behoort bij besluit van Burgemeester Ml Wethouders van de gemeente NoordoostpoNl^

~ 6 NOV 1979 - 7 9 / 6 9 t DeSecnrtarfc

X / i r

U /

i

t

map zo nodig voorlichting aan hot gemeen teht#T»m welke niidcr- vergunningen u ikc behoeft voor he* t mu-IIcti van uw Inrichting

bedrijf

opgaaf van de aan te wonden beweegkracht (*)

Electromotoren

/ujij "/

f

:f

>/Lyj.*• As/„ . " _

^

(ifi/ nu.y,^

/ 'fjt > /*

V' ; 2 >

c

/

Mr ; - r

/i.1 ff

a>yJ-<

r

T~

As*

5 Pr

.. ;

4 ^ I'

/

/'

T

:

rtc w.

nadere gegevens (£)

*fc' . i

t'P

l l

«s s« >k>=

I L

i

;7 i

i!I

r

t r? •* v; "f g-s

llll

i c ; : r - x r - - _ j r~t' n.

• s' lil

cK _

C. . C

* u

- *•

5 Ü t> tfi

* ;r~'.

£e £ is "ï<=£ ? ~ s6. cc

.-,4 . 'A-

Hterbty U voegen:

r.

^^

ncrvttvd,

r

_

een bouukïindig- plattegrond tekening' «" Schaal niet kleiner dtm 1 : 2S\>. doch bil vtiorkcur 1 : Hit», de uit - en inwendig' muiieiitilelling van de inricht ing en toebehoren aanjrcveiide. (Deze tekening dateren en ondertekenen!!

bijlagen

handtekening verzoeker , ^ -j — «- r * t r mT

Behoort bij besluit van Burgemeester 1W Wethouders van de gemeente Noordoostpouw Indienen in •5-voud

-6 NOV 1922_- 7 9 /

Behoort bij Naam:.. Adres Woonplaats:v.. voor een ecu.. aan de:........

Secna"*

van

.j. /

ƒ^. f f . ..... (aard'iiedrijf) /A... ............(weg).

Bij de aanvrage behoren tekeningen vaarop is vermeld: a. de constructie en de aftaetingen van de gebouwen welke bij het bedrijf behoren; b. de constructie en de afïnetingen van de mestonslagplaats; c. de plaats van de ventilatieopeningen en de plaats van de ventilatoren; d. de plaats van de propaafftank en de afstanden van de tank tot de onringende ge bouwen; f». de ILcfing van de gebouwen, de propaantank, de mestopslagplaats en de gebouwen op de belendende erven op een schaal van ten minste 1 : 1.000; f. de ligging van het bedrijf ten opzichte van zijn omgeving met daerop alle be bouwing etc. binnen een straal van 1.000 m op een schaal van ten hoogste 1 : 10.000 (deze tekening kan door Publieke Werken worden verstrekt). Vraag: i

Antwoord jora:/ //

1. Hoe groot is het maximale §antal dieren dat tëgélijk aanwezig kan zijn? I

2. Hoelang tullen dezelfde dieren aanwezig zijn? 3. Is het een fok-, lef- of mestbedrijf? U. Hoe wordt de mest opgeslagen? 5. Hoe croot js de r.en;~nes't- eh/of pierkelder? 6. Hoe groot is de maximale hoeveelheid mest die aanwezig kan zijn? 7. Hoe geschiedt de mestafvoer? Waar wordt de mest naar toe gebracht? 9. Hoe vaak wordt de mest per jaar, per maand of per week afgevoerd? ventilatie? vermogen van de ventilatoren? het getouw verwarmd? , olie).

f 3 t

r*

$

•mam

rr . v ; i "^•i^''%"

*toci *

'V,^ v

S,^^Bv-• * r*¥

Ml

*1

\x\v

»i%TL«%

"'

MÈMVW-*:*-* ^

, '5

*'"

win*" ' * * ? • • *•' ^ '• j
'

- tus»

&

w

-

- ,*r~*i'

art"*1 .tv.fiMS»

, ..S*.

„^-•'^•"v

^ _ _.-

.-*• /ht c

*

'

p

'' » • - SMpBU iim -.j ïfflisPÏ SSfc» ÏBBff • " .^^c i

-

mm *»,.

• •&* '

****** - w

~o-s."-';*J *'"

.« ... ^ & S

jJi- j&a%

it'.r

*"*"* !•'•* 'WS2 ijÉK^ ^

,

- •

., ,.,

„

^ • «?

-«X. r' tifc'

V

"'•?

•* *_«i«»»rjriJW*

«

t-

s^-'—• AV-.a

%

• « & g É - <

'»« %Miris4j5«

ML

& * jF® W f SIC?" fiSt-Éfii " c.-i» ^ * l i r 3-* <*#<** ~?c :-xc4B fè/SÊi. " -A 'dSfe^ •Jè. *H§ 'lÊk;'""

ÉKt 13»«sr Éffw « i t b m .« W

s>* 5,-Mn^f

'i% W'

«L2 vL:d»« 2&SI «1*1

"55*"'.

* •

+*

'

joS'.

„L«e*w*

W "*

Sfc

.

';* ' _

^st:-

T"-*

^ #5

.,

»•» -•••'•w. ,

-qi&ife ^ÊiWi'

"^4$

485^/ Ai. %%k\ïy&i

**"ti

2gm«r^ ®M: « l i lf H is: S £« Jafc. -amisi.

|E agü^- pti« **.'•

é »&•

'.'ï ' fiBK

•I

• . * H 2' "*i» ff *fas '«ij* - t ' i *. ^ "V'y i " V T# .«^_ • • ï-* ' * -i

«tsns:

«

,'ii? S

JïcL' * «s^, . ,.., ^

•?>- • &*&!>**'

^

a f i f JNfc

V ' *'Ji I • -V«« * «£.; • Li' » r" .•*•,

r :'>• '' t'~ . "!*.;:•& ,•' • -'.St r ' N VVW w* V* m- ' • u-•••- J # t - "3, '•' 5Jr V • . ï •»."* *.

'•

,

L <• --J..

-•"• •

' ' .'«•• •;. •: ,* •

,r

• :•"

*

•>.<

- .

-yr

r*•

bij beskjit van Burgemeester en s van de

gemeente Noordoostpolder

6 NOV .1979 - 7 9 / 6 9 Secretarie

•

r*.

PW 5 fe

1

'

.

A—?

•—;

••; "•'"-•t v tf

Behoort bij be®k»»t *n BurgeiinWOr

'

1

Wethouders van de gemwnU Noord_üimu«w

- 6 NOV 1979 - 7 9 / 8 9

*:

f Jjni

I s

\

/ '

jfdU

ï

ft I

/

\

\

'

J *

<

nj 4

/aoo

O**

128

m'

JNH

491

w"

H1NDERWLL- AUVHAAG. MMCTIE VAX

DE WÏERINGERMEER (NOOBDOOSTPOiOERWE«Ktl I pA-r^-i t i j t I / M ~j"iiC>yy>i' ^J1 IHIBOUWtN iOHWICUHOIGE AFD

bl. 31 #

rr

1—1

(

t

/Oo5 +

i& *1; f)T

I

*

iShftort mrbflktitVan Burgemeester en Wethouders van de gebeente Noordoostpotdtr

-6 N0V*79-- 7 9 / 6 9 • f

I* i-h

-

i

i

^Cx J r*u t nr> é»

tIv

*». ,

IJS3

1

Tt

OP F

4 70

m3

INH

30® 4

m9

H1NDERWETAANVRAAG, i

DIRECTIE VAM f i' *»••. piNGCRMEf R (NOORDOOSTPOLD8RWERKEN) -

a8-»q-j«§5 | I . j

montacc

•, Cic Z1 *

i - -ci~|

type

BOUWKUNDIGE AfC' ,

BOCROCIdJCNSOUW

SCHAAL

*: aoo

ioikdcru P. F 6 *«C« . '«K } SFAMMfcifc

W'n^\

24-3 24-4

^ ou ff •*»] 1 u-m-d !

Zt!»l -Z«SO 131 N301fWn3SSn dB Utt '01 93MSd*C0 93M30V1 M l*3i.lH0HV 9NIN3M3.1M3J.S38 r

ue|dde>| / |e4s>|iauj A d4 jaoiAs6u)daipjaA

1330H30NO

N300 30 0 Ö33H 30 «OCW "~N(3ur •jSUIlS 31 91 O3M3SN3XJ.0B 30 W* mstmtoaon N33 wa wnoe so «ooa nvw mmü».

t u i l - m AOH 9 -

'f!

—V •V

—4 /-

_X_„U —4,, —4-

l - CUSO 131 30NI31S3MQgWAZ 11 I VW3S1I30 «830 jnuO 38SH301IHOS "» "MflOB

ueidjapis)) / 6uua]ou/ 6uijapun 4

aff*qV

wrf» tt

1 si

— —j - 4

j*» H» §s

|i

—I

£

-

«.i

rr A

t 1 t—

•

ÜË

4-

J 1

—W—

1TZH~—V 02 L apausjoop

J-

• .CW-.05» -6wuo* »W»A SM

be»

«

au

puojö aueöeq

jjijirnira-ij rinTirr

r-ffliiirESE[[ii:i!nT'

I I

I

~

•Êi=

-

—S

FT | S

;

> iaAa&4Soopjoou

IdAaöisaMpjoou

n

tm iaAaB4saMpmz

•=ff t1 $

XEd'

•QLY 5.3. RAV tabel Naam

Mts. J.E. van der Ve Locatie

idem

Adres

Straatweg 37

Adres

Straatweg 37

PC+Woonplaats

8535 WG Follega

PC + plaats

8535 WG Follega

klantnr. 1 projectnr.

0

MDV Stal nummer

Ligboxenstal Tas ruimte Jongveestal

Geldend op

EPA-Z

Aantal

RAV

Emissie

dieren

nummer

punt

52 40 12

A1.100.1 A1.100.1 A3

RAV 13-12-2013

Diercategorie

Melkkoeien > 2jr Melkkoeien > 2jr Jongvee


Omschrijving stalsysteem A is ammoniak G is Geur en

GL en BWL

NH3-

P isfïjnstofreductie

nummers

norm

Overig beweiden Overig beweiden Vrouwelijk jongvee < 2 jaar

9.5 100 / 50 9.5 100 / 50 3,9 100 / 50

Totaal:


26-11-2014


Ammoniak OU-norm

19

emissie totaal

494.00 380,00 46.80

Maximale NH3 emissie besluit huisvestinq

9,500 9,500 3,900

Totale maximale emissie

494,0 380,0 46,8

920,80

920,8

kg NH3

kg Nh3

5.4. Depositieberekening op basis van de aangekochte locatie op nabij gelegen Natura 2000 gebied

Naam van de berekening: 141121, aan te kopen NH3 Gemaakt op: 21-11-2014 16:54:13 Zwaartepunt X: 179,100 Y: 540,900 Cluster naam: Velde, Follega Berekende ruwheid: 0,10 m

Emissie Punten:

Volgnr.

BronlD

X-coord.

Y-coord.

Hoogte

Gem.geb. hoogte Diam Uittr. snelheid

Emissie 1

Rutten Ligboxenstal

179 888

536 396

3,8

4,0

0,5

1,00

494

2

Rutten tasruim/koest

179 869

536 378

2,5

6,3

0,5

1,00

380

7

Rutten jongveestal

179 869

536 345

2,5

3,3

0,5

1,00

47

Gevoelige locaties:

Volgnummer

Naam

X coördinaat

Y coördinaat

1

Rottige Meenthe

186 611

542 678

Depositie 0,18

Details van Emissie Punt: Rutten Ligboxenstal (61)

Volgnr.

Code

Type

Aantal

Emissie

Totaal

1

A1.100.1

Melkkoeien

52

9.5

494

Details van Emissie Punt: Rutten tasruim/koest (62)

Volgnr.

Code

Type

Aantal

Emissie

Totaal

1

A1.100.1

Melkkoeien

40

9.5

380

Details van Emissie Punt: Rutten jongveestal (453)

Volgnr.

Code

Type

Aantal

Emissie

Totaal

1

A3

Jongvee

12

3.9

46.8


26-11-2014


20

ro ® öT C <S £ CD

<

3

CD

cr: c o »= Ü3 £ OJ
m S N 03 C 0 C 0 < X 5 O O - * - * N J F S J U U ) A> ^ O l (^1 UCOUCOWCÖWCOWCOWCOWCOWCOWCOW(C p— o —- k - A r o N ) w c o tüiwoïNscoco^crjo (6(ô(jioôuiocrio

174100 174605 175110 175615

m 2. <

176120

0) 13

176625

CL (D

177130

i Q_ 0 Po

P O

M £ <55 ö3

177635

I J.

r

—

\

178140

-—

178645 i-~ 179151 r 179656 180161

o! 0}

-

<

\

"N

1

I

\1

\

/

11 {

181171 181676 t 182181 183191 183696

1

"1

180666

182686

i {_

f ^~v Jn_ jI

ii c>

ci1

c>

c>

1

|1

a1

u1

c)

ü1 c>

c3 c3

5.5. Intrekkingsbesluit milieuvergunning


26-11-2014


22

Activiteitenbesluit Internet Module (AIM)

26-11-2014

Melding Activiteitenbesluit Hierbij doe ik, de heer J. Broersma (namens de heer H. Tubben), melding van de verandering van de inrichting H.H. Tubben. Het voor de melding gebruikte e-mail adres is [email protected].

Activiteiten Op basis van uw antwoorden zijn de volgende activiteiten uit het Activiteitenbesluit van toepassing:

•

Opslaan en overslaan van stuifgevoelige goederen Opslaan van agrarische bedrijfsstoffen Opslaan van drijfmest en digestaat Het houden van dieren bij een type B bedrijf Opslaan van gevaarlijke stoffen, CMR-stoffen of bodembedreigende stoffen in verpakking Algemene milieuregels voor emissies naar de lucht Algemene milieuregels voor bodembedreigende activiteiten

Gegevens melder Naam melder: de heer J. Broersma Adres:

Munsterstraat 18 a 7418 EV DEVENTER

Telefoon:

06-51073710

Fax: E-mail:

[email protected]

Gegevens drijver inrichting Naam drijver: de heer H. Tubben Telefoon:

0514-560043

Fax: E-mail:

[email protected]

Gegevens inrichting Naam inrichting:

H.H. Tubben

Adres inrichting:

Ruttenseweg 16 8313 RG RUTTEN

Toelichting locatie: KvK nummer:

39098361

Type bedrijf:

type B

Reden van melding: verandering

Correspondentieadres melding Correspondentie sturen naar het adres van de melder.

Correspondentienummer: oijqbyOwwr

Pagina 1 van 2

Activiteitenbesluit Internet Module (AIM)

26-11-2014

Gegevens verandering inrichting Datum verandering: 21-11-2014 Omschrijving:

De huidige vergunning dateert van 6 november 1979. Destijds zijn 116 melkkoeien (A1.100.1) en 12 stuks jongvee (A3) vergund =1148,8 kg NH3. In de nieuwe situatie heeft het bedrijf een omvang van 21 melkkoeien (A1.100.1) en 5 paarden (K1) = 224,5 kg NH3. 920,8 kg NH3 (92 melkkoeien A1.100.1 + 12 jongvee A3) willen wij intrekken ten behoeve van de aanvraag Natuurbeschermingswet vergunning voor de Straatweg 37 te Follega, ten name van Mts. J.E. van der Velde en G. Dijkstra.

Bijlage meezenden: Nee

Extra informatie bij de melding U hebt geen extra informatie bij de melding gevoegd.

Bijlagen geüpload De volgende bestanden zijn toegevoegd aan de melding Indeling inrichting (verandering) Tekening Tubben.pdf

Bijlagen op papier U moet de volgende bijlagen op papier toesturen aan het bevoegd gezag. Situatieschets van de inrichting en in de omgeving gelegen gebouwen (schaal minimaal 1:10.000 en een noordpijl)

Gegevens bevoegd gezag Gemeente Noordoostpolder

Cluster vergunningen Postbus 155 8300 AD Emmeloord

Bestanden met milieuregels en toelichtingen Aan de hand van de door u ingevulde vragenboom van de AIM zijn pdf-bestanden gemaakt met daarin de milieuregels uit het Activiteitenbesluit en toelichtingen op deze milieuregels. Met de volgende link gaat u naar de downloadpaaina (opent in een nieuw scherm), waar u deze bestanden kunt inzien of downloaden.

Correspondentienummer Wilt u alstublieft, als u schriftelijk of mondeling contact zoekt, onderstaand nummer als correspondentienummer gebruiken? Correspondentienummer: oijqbyOwwr Datum en tijdstip melding: 26-11-2014 09:42

Correspondentienummer: oijqbyOwwr

Pagina 2 van 2

5.6. Overeenkomst overdracht


26-11-2014


23

.DLV De ondergetekenden: Naam Adres PostcodeAvoonplaats Telefoon/faxnummer Bankrekeningnummer Btw-nummer K.V.K. nr. In deze overeenkomst verder te

3. Kosten en lasten H.H. Tubben Ruttenseweg 16 8313 RG Rutten 0514-560043

In aanmerking nemende: • dat verkoper een agrarisch bedrijf exploiteert of heeft geëxploiteerd en derhalve beschikt over ammoniakemlssierechten op grond van een geldige omgevings vergunning dan wel vergunning Ingevolge de Wet Milieubeheer welke valt onder de reikwijdte van het verruimde Activiteiteribesluit dan wel besluit landbouw, hierna in verband met leesbaartiald te noemen 'vergunning": • dat verkoper te kennen geeft dat hij gerechtigd Is om te beschikken over minimaal 118 meikkoeten en 12 stuks Jongvee met een emissie van 1.148,8 kg NH3 weke middels de vigerende vergunning met beschikkingsdatum 10 augustus 1979 verbonden is aan de locatie Ruttenseweg 16 te Rutten, voor zover het bevoegd gezag deze vergunning erkent • dat verkoper voornemens Is de tot zijn locatie behorende ammoniak emissierechten over te dragen aan de koper of aan een door koper nader te noemen derde: • dat koper voornemens li zijn bestaande bedrijf aan te passen dan wel heeft aangepast waartoe hij een hoeveelheid ammoniakemissierechten wenst te verwerven om deze in te zetten als mitigerende maatregel ten behoeve vBn de verkrijging van een Natuurbeschermingswet vergunning voor zijn locatie; • dat partijen hun afspraken aangaande de verkoop en koop van ammoniakemissiereclrten In onderhavige overeenkomst wensen vast te leggen.

De vergoeding bedraagt n . hierna te nemén "koopsom"; De omzeroelaating (21%) bedraagtVermelde koopsom (Inclusief btw) moet uiterlijk 5 dagen na het tot stand komen van dezs overeenkomst worden voldaan op rekeningnummer NL57RABO0142194530 tBn name van "Stichting Beheer Derdengelden DLV. De Koopsom blijft op voornoemde rekening staan tot het moment van onherroepelijk worden van de Natuurbeschermingswet vergunning van koper waarin deze ammoniak Is aangemerkt als mitigerende maatregel, darrwel nadat de provincie heeft verklaard dat de over te dragen ammoniak bruikbaar Is als mitigerende maatregel voor het verkregen van de natuurbeschermingswetvergunning van koper. Hlema zal de koopsom binnen 10 dagen ten gunste van rekeningnummer! jn name van verkoper overgeboekt worden.

Verkoper en koper verplichten zich dit bedrag, binnen de gestelde (eerste) termijn door het bevoegd gezag, te voldoen.

De Verkoper verklaart dal terzake van de verkoop door hem wel omzetbelasting verschuldigd is.

5.

Levering Verkoper zal in het kader van deze overeenkomst een verzoek om gehele/gedeettelijk intrekking omgevingsvergunning danwel mekjing in het kader van het activiteitenbeslurt indienen bij Bevoegd gezag Noordoostpolder Dit verzoek, op te stellen door DLV, zal tenminste omvatten de In te trekker dieraantallen, het verzoek aan de gemeente om tot publicatie over te gaan en In de publicatie aan te geven aan weke locatie de rechten worden toebedeeld en zal binnen 14 dagen na ontvangst van de koopsom worden ingediend door verkoper. Verkoper machtigt DLV Agrt Commerce BV op te treden als koper/bemiddelaar en de Rechten door te leveren aan de uiteindelijke kopers/eindgebruiker(s), welke deze voornemens zijn te benutten voor de aanvraag van een vergunning in het kader van de Natuurbeschermingswet

6.

Leveringsverplichting. Juridische sn feitelijke staat •

•

7.

Verkoper is verplicht aan koper eigendom te leveren die: A Onvoorwaardelijk is; B Niet bezwaard is met beslagen en/of hypotheken of met inschrijving daarvan. Indien de hiervoor vernielde omvang van het verkochte en/of de verdere omschrijving daarvan niet juist of niet volledig is, ontleent noch verkoper noch koper daaraan een recht op ontbinding dezer overeenkomst te vorderen, doch zal op verzoek van de meest gerede partij een verrekening van het meerdere nesp. het minder overgeschreven plaatsvinden op basis van / kg. NH3, excl. btw, welke betaling binnen 14 dagen na dit verzoek dient te worden voldaan.

Tijdstip feitelijke levering, baten en lasten, risico De feitelijke levering (aflevering) van het gekochte vindt plaats terstond nadat het betreffende intrekkingbeslult met vermelding van de toebedeling van de rechten aan koper onherroepelijk ij danwel nadat de melding in het kader van het activiteitenbesluit is gepubliceerd door de gemeente met vermelding van de toebedeling van de rechten aan koper Vanaf dat tijdstip komen de baten de koper ten goede en zijn de lasten voor zijn rekening. Het risico van het gekochte gaat met de feiteiqke levering over van verkoper naar koper.

Het verkochte

Prijs en betaling

De legeskosten, die het bevoegd gezag eventueel berekend voor de aanvraag en/of het verlenen vna de Natuurbeschermingswetvergunning van koper, komen voor rekening van koper. De advieskosten met betrekking tot het begeleiden van de onderhavige transactie zfn voor rekening van koper

4. Omzetbelasting

Verkoper verklaart te hebben verkocht aan Koper en Koper verklaart te hebben gekocht van Verkoper een hoeveelheid ammoniakemissierechten ter grootte van 922,50 kg NHj/jr

2.

•

•

Verklaren In verband hiermee te zijn overeengekomen als volgt:

1.

Voor het geval het bevoegd gezag van de gemeente Noordoostpolder legeskosten in rekening brengt voor de behandeling van het door verkoper in te dienen verzoek tot intrekking van de vergunning, komen deze kosten voor rekening van vsrkopsr.

•

NL1149.35.944.B01 39098391 noemen "Verkoper".

DLV Agri Commerce BV Firmanaam P.A.M. Bens Vertegenwoordigd door Oostwijk 5 Adres Postcode/woonplaats 5406 XT Uden Telefoon/faxnummer 0413-336800 / 0413-336801 NL 85.28.00.708.B01 Btw-nummer 57938393 K.V.K. nr. In deze overeenkomst handelend namens Mts. J.E. van der Velde en G. Dijkstra, Straatweg 37, Follega verder te noemen "Koper".

•

t.

Aanspreken Alle aanspraken die verkoper ten aanzien van het verkocht kan of zal kunnen doen galden tegenover derden, gaan over op koper. Voor zover deze aanspraken niet kunnen gelden als kwalitatieve rechten -als bedoeld in artkel 251 Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek- is verkoper verplicht op eerste verzoek van koper san een overdracht mee te werken.

9.

Verklaringen van verkoper Verkoper verklaart het navolgende: Verkoper is bevoegd tot verkoop en levering van het verkochte; Voor verkoper bestaat ten cpzicht van derden geen verplichtingen uit hoofde van een voorkeursrecht of optierecht; Voorts verklaart de verkoper dat de. op basis van de vergunde aantallen dieren, hoeveelheid ammoniakemissierechten. zoals omschreven in artikel 1 van deze overeenkomst aanwezig is en volgens de nu geldende regelgeving / jurisprudentie bruikbaar is als mitigerende maatregel in het kader van het verkrijgen van een Natuurbeschermingswet vergunning;

.OLV Verkoper staat er tevens voor In dat hij geer handeling(en) heeft verricht of zal verrichten, welke tot gevolg kan hebben dat de hoeveelheid ammonlakemisslerechten die aan koper worden verkocht verminderd, teniet wordt gedaan of een derde of een publiekrechtelijk lichaam aanspraak heeft / krijgt op de verkochte hoeveelheid anmonlakemissierechten;

10. MedewerMngapllcht Onverminderd het bepaalde in artikel 6 en 7 zijn verkoper en koper verplicht ale medewerking te verlenen teneinde koper het recht op de verkochte ammonlakemissierecMen te doen toekomen. Zij zijn verplicht met alle middelen te bevorderen dat alle daartoe bevoegde (publiekrechtelijke) instanties en eventuele derden, wier medewerking is vereist, medewerken aan de overdracht van de ammonlakemisslerechten van de verkoper naar de koper.

11. Informatieplicht Verkoper en koper hebben ten opzichte van elkaar een informatieplicht over de procedure en de gang van zaken omtrent de overdracht en de noodzakelijke formele handelingen. Tevens machtigen zij elkaar over en weer de inlichtingen zo nodig op te vragen bij de bevoegde Instanties en organen.

OVEREENKOMST OVERDRACHT AMMONIAK

H.H. Tubben Ruttenseweg 16 8313 RG Rutten

12. Ingebrekestelling verzuim en boete •

• •

Een partij Is in verzuim jegens de wederparty als zij, na in gebreke te zijn gesteld, nalatig is of blijft om aan haar verplichtingen uit hoofde van deze overeenkomst te voldoen. Ingebrekestelling moet schriftelijk geschieden met Inachtneming van een termijn van 8 dagen. Gemeld termijn kan reeds lopen voordat een partij nalatig Is. Wanneer een partij in verzuim is, is deze verplicht de schade die de wederpartij dientengevolge lijdt te vergoeden en kan de wederpartij de overeenkomst zonder rechterlijke tussenkomst ontbinden. Wanneer het verzuim betrekking heeft op het meewerken aan de feitelijke en/of juridische levering dan wel op de voldoening van de koopprijs, zal de nalatige partij daarnaast ten behoeve van de wederpartij een zonder rechterlijke tussenkomst opeisbare boete verbeuren welke gelijk Is aan 25 % (zegge: vijfentwintig procent) van de totale koopprijs. Voor zover de wederpartij schade lijdt heeft zq, naast de boete, recht op schadevergoeding.

un Ui

13. Ovtrtgo bepalingen Indien het bevoegd gezag (gemeente (bj Intrekkingsbeslult) en/of Provinciefbj verlenen nb wet)) op enige wijze gebruik maakt van haar bevoegdheden en de aanspraak van de verkoper op voormelde hoeveelheid ammoniakemlssierechten ter zake van de overdracht geheel of gedeeltelijk niet (meer) erkent, is de verkoper verplicht al zfn medewerking te verlenen aan de handelingen die ertoe zullen lelden dat voormelde aanspraak alsnog of opnieuw wordt erkend. Ingeval deze inspanningen niet tot het gewenst resultaat leiden vindt verrekening plaats conform het bepaalde in artikel 6 lid 2 dan wel ontbinding dezer overeenkomst voor het geval de gehele overdracht niet erkend wordt, zonder het recht op enige vorm van schadevergoeding door Mn der partijen. Het bepaalde in dit artikel is niet van toepassing, indien de gehele of gedeeltelijke nieterkenning van de aanspraak van de verkoper het gevolg is van handelen en/of nalaten door de koper dan wel verkoper, daaronder begrepen transacties weke door koper dan wel verkoper zjn/worden gesloten buiten het kader van de onderhavige overeenkomst.

14. Recht Op deze overeenkomst is Nederlands recht van toepassing.

> O < z

UI f-

cc

15. Overige afspraken: Geen.

uj

Aldus overeengekomen en ondertekend d.d. 29 september 2014 te RuttenAJden Verkoper

Transact'renummer H140096 922,50 Kg NH3

Koper

CL

X

iu H.H. Tubben

6. Depositieoverzicht

Naam

Rottige Meenthe

X Y 186 611 542 678

Datum vergund Kilo's NH3 totaal


vergund

aankoop gewenst Toename

0,2

0,18

8-1-2004

6-11-1979

1527,3 kg

920,8 kg

26-11-2014


0,37

-0,01

2837 kg

24

7. Beschrijving van de (effecten van de) activiteit 7.1. Beschrijving

Bestaande situatie De invloed van de activiteit op de betreffende Natura-2000 gebieden beperkt zich tot de uitstoot van NH3 als gevolg van het houden van melkkoeien en jongvee. Op 8 januari 2004 is een vergunning Wet Milieubeheer afgegeven voor het houden van 123 melkkoeien en 92 stuks jongvee. Aangevraagde situatie Deze vergunning aanvraag heeft betrekking op het houden van 250 melkkoeien en 175 stuks jongvee op basis van de bestaande rechten ten tijde van aanwijsdata. In de RAV tabellen zijn de NH3 emissies van de bestaande en nieuwe situatie weergegeven. De ammoniak uitstoot van de gewenste situatie is doormiddel van de aankoop van ammoniak gelijk aan de vergunde situatie op de referentie datum. De voorgenomen activiteit heeft geen verstorend effect op de betreffende Natura-2000 gebieden. Voor het overige veroorzaakt de activiteit geen storingsfactoren zoals vermeld in de kruistabel.


26-11-2014


25

7.2. Kruistabel

Rottige Meenthe en Brandmeer

Storingsfactor

1 2 3 4 7 8 13 16 17 19

Meren met krabbenscheer en fonteinkruiden Vochtige heiden Blauwqraslanden Overqanqs- en trilvenen *Galiqaanmoerassen *Hooqveenbossen Bittervoorn Gestreepte waterroofkever Gevlekte witsnuitlibel Groenknolorchis Grote vuurvlinder Kleine modderkruiper Meervleermuis Platte schiifhoren Zeqqekorfslak •zeer gevoelig gevoelig •niet gevoelig IKn.v.t. ...onbekend


26-11-2014


26

Toelichting op de storingsfactoren

1 Oppervlakteverlies Kenmerk: afname beschikbaar oppervlak leefgebied soorten en/of habitattypen. Conclusie: Niet van toepassing omdat de inrichting buiten het gebied ligt.

2 Versnippering Kenmerk: van versnippering is sprake bij het uiteenvallen van het leefgebied van soorten. Conclusie: Niet van toepassing omdat de inrichting buiten het gebied ligt.

3 Verzuring Kenmerk: Verzuring van bodem of water is een gevolg van de uitstoot (emissie) van vervuilende gassen door bijvoorbeeld fabrieken en (vracht)auto's. De uitstoot bevat onder andere zwaveldioxide (S02), stikstofoxide (NOx), ammoniak (NH3) en vluchtige organische stoffen (VOS). Deze verzurende stoffen komen via lucht of water in de grond terecht en leiden aldus tot het zuurder worden van het biotische milieu. De belangrijkste bronnen van verzurende stoffen zijn de landbouw, het verkeer en de industrie. Conclusie: Niet van toepassing omdat er geen sprake is van depositie toename.

4 Vermesting Kenmerk: Vermesting is de 'verrijking' van ecosystemen met name stikstof en fosfaat. Het kan gaan om

aanvoer door de lucht (droge en natte neerslag van ammoniak en stikstofoxiden) of nitraat- en fosfaataanvoer door het oppervlaktewater. Conclusie: Niet van toepassing omdat er geen sprake is van depositie toename. 5 Verzoeting Kenmerk: Verzoeting treedt op als het chloridegehalte in het water afneemt, en niet meer geschikt is voor de

beoogde zoute of brakke natuurtypen. Conclusie: Niet van toepassing omdat er geen sprake is van depositie toename.

6 Verzilting Kenmerk: Verzilting betreft de ophoping van oplosbare zouten (kalium, natrium, magnesium, calcium) in

bodems en wateren. In wateren komt verzilting over het gehele spectrum tussen zoet (<200 mg Cl/I) en zeer zout (> 30.000 mg Cl/I) voor en is dus niet beperkt tot zoet en brak water. Conclusie: Niet van toepassing omdat er geen sprake is van depositie toename. 7 Verontreiniging Kenmerk: Er is sprake van verontreiniging als er verhoogde concentraties van stoffen in een gebied

voorkomen, welke stoffen onder natuurlijke omstandigheden niet of in zeer lage concentraties aanwezig zijn. Bij verontreiniging is sprake van een zeer brede groep van ecosysteem/gebiedsvreemde stoffen: organische verbindingen, zware metalen, schadelijke stoffen die ontstaan door verbranding of productieprocessen, straling (radioactief en niet radioactief), geneesmiddelen, endocrien werkende stoffen etc. Deze stoffen werken in op de bodem, grondwater, lucht. Conclusie: Niet van toepassing omdat de inrichting niet binnen het gebied ligt.


26-11-2014


27

8 Verdroging Kenmerk: Verdroging uit zich in lagere grondwaterstanden en/of afnemende kwel. De actuele

grondwaterstand is zo lager dan de gewenste/benodigde grondwaterstand. Conclusie: Niet van toepassing omdat de inrichting niet binnen het gebied ligt.

9 Vernatting Kenmerk: Vernatting manifesteert zich in hogere grondwaterstanden en/of toenemende kwel veroorzaakt

door menselijk handelen. Conclusie: Niet van toepassing omdat de inrichting niet binnen het gebied ligt.

10 Verandering stroomsnelheid Kenmerk: Verandering van stroomsnelheid van beken en rivieren kan optreden door menselijke ingrepen zoals plaatsen van stuwen, kanaliseren of weer laten meanderen. Conclusie: Niet van toepassing omdat de inrichting niet binnen het gebied ligt.

11 Verandering overstromingsfrequentie Kenmerk: De duur en/of frequentie van de overstroming van beken en rivieren verandert door menselijke activiteiten. Conclusie: Niet van toepassing omdat de inrichting niet binnen het gebied ligt.

12 Verandering dynamiek substraat Kenmerk: er treedt een verandering op in de bodemdichtheid of bodemsamenstelling van terrestrische of

aquatische systemen, bijvoorbeeld door aanslibbing of verstuiving. Conclusie: Niet van toepassing omdat de inrichting niet binnen het gebied ligt.

13 Verstoring door geluid Kenmerk: verstoring door onnatuurlijke geluidsbronnen; permanent zoals geluid wegverkeer danwel tijdelijk

zoals geluidsbelasting bij evenementen. Geluid is een hoorbare trilling, gekenmerkt door geluidsdruk en frequentie. Conclusie: Niet van toepassing omdat de inrichting niet binnen het gebied ligt. 14 Verstoring door licht Kenmerk: verstoring door kunstmatige lichtbronnen, zoals licht uit woonwijken en industrieterreinen, glastuinbouw etc. Conclusie: Niet van toepassing omdat de inrichting niet binnen het gebied ligt.

15 Verstoring door trilling Kenmerk: Er is sprake van trillingen in bodem en water als dergelijke trillingen door menselijke activiteiten

veroorzaakt worden, zoals bij boren, heien, draaien van rotorbladen etc. Conclusie: Niet van toepassing omdat de inrichting niet binnen het gebied ligt. 16 Optische verstoring Kenmerk: optische verstoring betreft verstoring door de aanwezigheid en/of beweging van mensen dan wel

voorwerpen die niet thuishoren in het natuurlijke systeem. Conclusie: Niet van toepassing omdat de inrichting niet binnen het gebied ligt. © DLV Bouw, Milieu en Techniek BV

26-11-2014


28

17 Verstoring door mechanische effecten Kenmerk: Onder mechanische effecten vallen verstoring door betreding, golfslag, luchtwervelingen etc. die

optreden ten gevolge van menselijke activiteiten. De oorzaken en gevolgen zijn bij deze storende factor zeer divers. Conclusie: Niet van toepassing omdat de inrichting niet binnen het gebied ligt. 18 Verandering in populatiedynamiek Kenmerk: De storende factor verandering in populatiedynamiek treedt op indien er een direct effect is van een activiteit op de populatie-opbouw en/of populatiegrootte. Er wordt hier vooral gedoeld of de situatie waneer er sprake van sterfte van individuen door wegverkeer, windmolens, of door jacht of visserij. Conclusie: Niet van toepassing omdat de inrichting niet binnen het gebied ligt.

19 Bewuste verandering soortensamenstelling Kenmerk: Er is sprake van bewust ingrijpen in de natuur door herintroductie van soorten, introductie van

exoten, uitzetten van vis, inzaaien van genetisch gemodificeerde organismen etc. Conclusie: Niet van toepassing omdat de inrichting niet binnen het gebied ligt.


26-11-2014


29

8. Machtiging


26-11-2014


30

©LY

Machtiging Aanvrager:

Bedrijfsnaam Naam en voorletters Adres Postcode en Woonplaats E-mail Telefoon Adres locatie Postcode en Plaats locatie BSN-nummer KvK-nummer Vestigingsnummer Klantnummer

Mts. J.E. van der Velde en G. Dijkstra Naam en voorletters Straatweg 37 8535 WG, FOLLEGA [email protected] 0514-561404 Adres locatie Postcode en plaats locatie 01176448 214152

Machtigt hierbij:

Bedrijf Vertegenwoordigd door Functie Telefoon E-mail

DLV Bouw, Milieu en Techniek BV H. Brand Projectleider 06-22481829 [email protected]

Tot het opstellen en indienen van een aanvraag: Omgevingsvergunning voor activiteiten zoals genoemd in artikel 2.1, lid 1 Wabo onder:

El El

A B C D E F

El El

G H

El KI

I J

8

Omgevingsvergunning voor bouwen Omgevingsvergunning voor een werk geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden Omgevingsvergunning om in afwijking van het bestemmingsplan te bouwen Omgevingsvergunning voor gebruik met het oog op brandveiligheid Omgevingsvergunning voor milieu en OBM Omgevingsvergunning voor het slopen

Natuurbeschermingswet

Natuurbeschermingswetvergunning Verklaring van geen bedenkingen

Activiteitenbesluit

Melding ingevolge het activiteitenbesluit Handelen in bezwaar en beroepsprocedures

Eventueel in te dienen aanvullende gegevens alsmede een eventueel in te dienen tweede fase van de aanvraag evenals overige correspondentie, betrekking hebbende op de hiervoor genoemde omschrijving van activiteiten waarvoor aanvrager de gemachtigde in het recht stelt deze namens de aanvrager uit te voeren, behoren eveneens tot de gemachtigde activiteiten. Aanvrager verklaart dat hij/zij bevoegd is deze volmacht af te geven wanneer van sprake is van een bedrijf met meerdere eigenaren. Aldus overeengekomen te

Plaats

°P

^

Handtekening aanvrager

1

tel. afgedaan

Recommend Documents