POESELE ST LAURENTIUSKERK ELEKTRICITEIT 5-05-2010
TECHNISCHE BEPALINGEN HOOFDSTUK 1 : INLEIDING / ALGEMEENHEDEN 1.1 Voorwerp van de aanneming Vernieuwenvan de elektrische installatie voor de St. Laurentiuskerk te Poesele. - vernieuwen van de bekabeling voor de verlichting, stopkontakten, verdeelbord en voeding van de bestaande installaties. - verwijderen van de bestaande installatie - herbekabelen van bestaande verlichtingsornamenten - vervangen van bestaande verlichtngstoestellen - voorzien van de bestaande verlichtinstoestellen van spaarlampen - keuring van de installatie door een erkend organisme 1.2 Opvatting van het dossier en de meetstaat - Lastenboek Dit bijzonder lastenboek beschrijft het geheel van de werken en leveringen zoals ze moeten worden gepresteerd door de aannemer. Hierbij is het niet van belang in welk deel van de meetstaat deze werken en/of leveringen voorkomen. - Gedetailleerde meetstaat De installaties, toestellen, buizen, toebehoren zijn opgemeten volgens de plannen en roomlist van de installatie. Deze documenten zullen als leidraad dienen voor het becijferen van belangrijke wijzigingen aan deze installaties. - Samenvattende meetstaat De samenvattende meetstaat is opgedeeld volgens de manier van opmeten. De opsomming gebeurt per plan. De opgegeven delen dienen onveranderd te worden overgenomen in de inschrijving, op straf van nietigheid. Eventuele wijzigingen en leemten dienen als bijlage aan de inschrijving te worden gevoegd. 1.3. Opmetingsmethode - hoeveelheid = st de eenheidsprijs voor het leveren, plaatsen en aansluiten van dit materiaal bevat : - alle nodige werken en onkosten voor het ter plaatse brengen van dit materiaal daar het moet geplaatst worden. - het plaatsen van het toestel met de noodzakelijke toebehoren en benodigdheden om het te kunnen monteren volgens de regels van het goede vakmanschap, zelfs als dit niet uitdrukkelijk vermeld wordt in de tekst van de metingsstaat. - het beschermen van het toestel tegen beschadiging, roest, diefstal, bevuiling enz.. en dit tot aan de voorlopige oplevering - hoeveelheid = m BVBA STUDIEBUREEL ING G MINNE Patrijspark 23 9800 DEINZE tel 09/386.10.18
[email protected]
1
POESELE ST LAURENTIUSKERK ELEKTRICITEIT 5-05-2010
De aangeduide lengte is de netto te plaatsen lengte. De eenheidsprijs voor het leveren, plaatsen en aansluiten van dit materiaal bevat : - alle nodige werken en onkosten voor het ter plaatse bren- gen van dit materiaal,daar waar het moet geplaatst worden - het plaatsen van het materiaal met alle noodzakelijke toebehoren zoals ophangingen, bevestigingsbeugels, e.d. en dit alles volgens dit bijzonder bestek en de regels van het goede vakmanschap ook als dit niet uitdrukkelijk vermeld wordt in de tekst van de metingsstaat - het afschermen of beschermen tegen beschadiging, roest,diefstal, bevuiling enz. en dit tot aan de voorlopige oplevering. - alle nodige werken en leveringen voor het bekomen van een afgewerke installatie. - alle aftakdozen e.d. dienen inbegrepen te zijn in de prijs van de kabels tenzij ze specifiek in de meetstaat worden vermeld. -de prijs voor het aansluiten van de kabels dient te zijn inbegrepen in de prijs van de borden, of in de prijs van het toestel waarin de kabel wordt aangesloten. hoeveelheid = vh De aangeduide hoeveelheid is niet exact te bepalen bij aanbesteding, en zal worden opgemeten na uitvoering, tegensprekelijk door de aannemer en de ontwerper. De eenheidsprijs voor het leveren, plaatsen en aansluiten van dit materiaal bevat : - alle nodige werken en onkosten voor het ter plaatse brengen van dit materiaal daar het moet geplaatst worden. - het plaatsen van het toestel met de noodzakelijke toebehoren en benodigdheden om het te kunnen monteren volgens de regels van het goede vakmanschap, zelfs als dit niet uitdrukkelijk vermeld wordt in de tekst van de metingsstaat. - het beschermen van het toestel tegen beschadiging, roest, diefstal, bevuiling enz.. en dit tot aan de voorlopige oplevering hoeveelheid = gp Behelst het geheel van de volledige installatie volgens beschrijving, levering, plaatsing inclusief bescherming tot aan de voorlopige aanvaarding. 1.4 Definitieve keuze der materialen Bij de inschrijving dient de installateur voor te leggen : - een technische fiche met duidelijke aanduidingen van de eisen van het bijzonder bestek in vergelijk met de aangeboden kenmerken - een komplete technische dokumentatie en beschrijving van het voorgestelde element. - van alle elementen dient een monster ter goedkeuring voorgelegd te worden. 1.5 Werken begrepen in deze aanneming - Alle leveringen en werken zoals opgesomd in de bijgevoegde metingsstaat, met als doel een bedrijfsklare en conforme installatie te bekomen. - Alle kap- boor- en opstopwerken noodzakelijk om de uitvoering mogelijk te maken van de hierboven vermelde werken - Het maken van openingen voor doorvoeringen van leidingen dient te geschieden met aangepast en modern materiaal (diamantboor). - Alle dichtingswerken na uitvoering van de installatie zijn begrepen in deze aanneming en deze dienen vakkundig te gebeuren. BVBA STUDIEBUREEL ING G MINNE Patrijspark 23 9800 DEINZE tel 09/386.10.18
[email protected]
2
POESELE ST LAURENTIUSKERK ELEKTRICITEIT 5-05-2010
- Het opstopwerk van wanden die een brandweerstand moeten bieden, dienen op deze wijze te gebeuren dat deze brandweerstand gegarandeerd blijft. - Alle nodige proeven en keuring uit te voeren op de hier bovenvermelde werken. - Alle nodige kosten voor engineering en koordinatie met inbegrip van het opmaken van alle gekoordineerde uitvoeringsplannen en asbuiltplannen. - het volledig in orde brengen van alle beschadigde delen rond doorvoeren, bevestigingen enz. van de huidige aanneming. -de kosten voor stellingen en de nodige toegangsmiddelen voor de uitvoering van de werken zijn begrepen in de eenheidsprijzen van zijn offerte. - Het opmaken van de as-built dossiers conform aan art. 54 quater ARAB en volgens de eisen van de veiligheidscoördinator. te leveren in 3 exemplaren en in digitale versie. - Het opmaken van alle nodige dokumenten, en het treffen van alle maatregelen zoals vereist door het veiligheidsbeleid. 1.6 Grens van de aanneming - de aannemer van onderhavige installatie heeft ten laste alle werken, leveringen en prestaties nodig opdat de installaties zouden voldoen aan de opgelegde eisen en opdat ze vakkundig en bedrijfsklaar zouden worden uitgevoerd en dit voor de bij de bestelling overeengekomen prijs. 1.7. Keuringen Het keuringsorganisme zal gekozen worden in overleg met het Opdrachtgever en op de kosten van de aannemer. Te keuren installaties : - electrische installaties : volgens AREI 1.8. As built en onderhoudsdocumenten De uitvoeringsplannen en as-built plannen zullen worden opgemaakt op een CADsysteem, De geleverde bestanden zullen een formaat DWG hebben. Alvorens over te gaan tot het opstellen van zijn uitvoeringsplans dient de aannemer zich ter plaatse vergewist te hebben van de bestaande toestand. Bij de voorlopige oplevering zal de aannemer 3 eksemplaren afleveren van de technische fiches van de geplaatste materialen, evenals afdrukken van de plannen van de uitgevoerde installatie, die moeten dienen om alle inlichtingen te verstrekken nopens de installatie. De onderhoudsaanwijzingen worden ten minste 15 werkdagen voor de voorziene datum voorlopige oplevering ter goedkeuring voorgelegd en aangepast rekening houdend met de opmerkingen van de ontwerper. De dossiers voor de toestellen en installaties zullen conform zijn aan het art. 54 quater van het ARAB en aan de eisen van de veiligheidscoördinator. 1.9. Prestaties gedurende de garantieperiode De aannemer zal gedurende de garantieperiode alle defekten oplossen, voortkomende uit zijn uitgevoerde werken. Iedere tussenkomst zal worden opgetekend in een logboek dat wordt voorgelegd aan de beheerder van het gebouw. Bij het einde van de garantieperiode en voor de definitieve aanvaarding worden in de volledige installatie alle klemmen nagezien en bijgespannen. BVBA STUDIEBUREEL ING G MINNE Patrijspark 23 9800 DEINZE tel 09/386.10.18
[email protected]
3
POESELE ST LAURENTIUSKERK ELEKTRICITEIT 5-05-2010
De waarborgperiode begint vanaf de goedgekeurde voorlopige oplevering tot en met de goedgekeurde definitieve oplevering. Gedurende deze periode moet de installateur volgende prestaties leveren : -vervanging van defekte of gebroken materialen en dit binnen de 24 uren na melding Wanneer de breuk komt door inwendige fout of door slechte plaatsing dient dit vervangen te worden op kosten van de installateur. Een eenvoudige telefoonoproep vanwege de opdrachtgever volstaat opdat de installateur het nodige zou doen om aan de vastgestelde storingen of defekten te verhelpen. 1.10 Belangrijke opmerking Het verwijderen van leidingen, het aanbrengen van nieuwe leidingen dient met de grootste zorg te gebeuren zodat de schade aan de bestaande binneninrichting van de kerk minimaal is. Het maken van sleuven en het boren van gaten binnen in de kerk dient absoluut stofvrij te gebeuren. De afwerking / opstop van de sleuven / gaten zal schilderklaar zijn, opgevuld en geplamuurd. Ieder trace is te overleggen met de ontwerper of de architect voor de uitvoering. Geen enkele meerprijs wordt aanvaard voor het bijwerken van geschonden oppervlaktes. Aangezien er enkel herstelschilderwerken worden uitgevoerd in de kerk zal de beoordeling van de herstellingen zeer streng zijn.
BVBA STUDIEBUREEL ING G MINNE Patrijspark 23 9800 DEINZE tel 09/386.10.18
[email protected]
4
POESELE ST LAURENTIUSKERK ELEKTRICITEIT 5-05-2010
HOOFDSTUK 2 : ELEKTRISCHE INSTALLATIE LEIDINGEN, BORDEN, SCHAKELMATERIAAL 2.1 Algemene opvatting van het laagspanningsnet/regime van denulleider. 2.1.1Verdelingssysteem De nominale netspanning is 3 x 230 V, 50 Hz met neutrale geleider. Nulleider regime : Het gebruikte systeem voor en wat betreft spanningsverdeling, is het TT-systeem. In de verdeelborden wordt een foutstroomschakelaar voorzien of verschillende selectieve foutstroomschakelaars, volgens de aard van de installatie. 2.2 Aarding en equipotentiale verbindingen 2.2.1 Algemeen - Alle elektrische massa's dienen aangesloten te zijn aan de aardingsinstallatie, via beschermingsgeleiders aan de aardingsrail in de verdeelkasten, evenals de secondaire wikkeling van de transformator gebruikt voor de sturingskring. - Schakelborden, verdeelbordjes, kabelbanen, enz... worden verbonden met de aardingsinstallatie via afzonderlijke beschermingsgeleiders, waarvan de doorsnede in overeenstemming is met de bestaande voorschriften. -Van de gewapende kabels, dienen de wapeningsmantels degelijk aan de aardingsinstallatie verbonden te worden. - Alle metalen delen van de installatie worden via equipotentiale geleiders verbonden met de hoofdequipotentiale geleiders volgens de voorschriften van het AREI (art. 28). - De aardings-, beschermings-, equipotentiale geleiders worden aan beide uiteinden genummerd zoals de voedingskabel, indien deze geen deel uitmaken van de voedingskabel. - de aardingsinstallatie wordt bepaald, en geïnstalleerd, als zou het een TN-S net betreffen.
2.2.2. Aardingsinstallatie De aarding wordt verwezenlijkt door middel van koperen staven, in de grond gedreven. De verbinding van de staven naar de aardingsonderbreker gebeurt met VOB groen-geel. De totale sectie van de aardingsgeleider zal minstens de helft bedragen van de fasegeleider van de toevoerkabel. Voor de aardingsonderbreker wordt een sterpunt gemaakt waarop eveneens de verbinding met de bliksembeveiligingsinstallatie wordt gemaakt. De spreidingsweerstand van de installatie (zonder koppeling met bliksembeveiliging) zal minder dan 1 Ohm bedragen.
2.2.3.De Veiligheidscurve De beschermingsinrichtingen en de doorsneden van de geleiders moeten zodanig gekozen worden dat de uitschakeling binnen een gepaste tijd plaats heeft indien zich, op een willekeurige plaats, een rechtstreekse fout voordoet tussen een fazegeleider en de beschermingsgeleider of een, met deze laatste verbonden massa. BVBA STUDIEBUREEL ING G MINNE Patrijspark 23 9800 DEINZE tel 09/386.10.18
[email protected]
5
POESELE ST LAURENTIUSKERK ELEKTRICITEIT 5-05-2010
2.2.4 Doorsnede van de hoofdbeschermingsgeleider. De doorsnede van de hoofdbeschermingsgeleider zal minstens de helft zijn van de doorsnede van de fasegeleiders voor secties boven 16mm2 en dezelfde als de doorsnede van de fasegeleiders voor 16mm2 en kleiner. 2.2.5 Kleur De aardingsgeleiders, beschermingsgeleiders en equipotentiale geleiders hebben over gans hun lengte een unieke kleur : geel-groen. 2.2.6. Kabelberekeningen Volgens de werkelijk te installeren vermogens, op te maken uit de uitvoeringsplannen zal de installateur de kabels, vermeld in dit bestek opnieuw berekenen en aanpassen aan de werkelijk toestand. Wijzigingen zijn verrekenbaar na goedkeuring en volgens eenheidsprijzen. De kabelberekeningen dienen te gebeuren volgens het TN-S principe, in overleg met de ontwerper. De kabelberekeningen zullen worden nagezien en goedgekeurd door het keuringsorganisme vooraleer de installatie te verwezenlijken. 2.2.7. Equipotentiale verbindingen Alle hoofdequipotentiale en bijkomende equipotentiale verbindingen zijn ten laste van deze aanneming. De verbindingen zullen verwezenlijkt worden met een geel-groen VOB-geleider van minstens 16 mm2. De installatie zal zodanig zijn opgevat dat het losmaken van een aansluiting de andere verbindingen niet onderbreekt. De equipotentiaalgeleider verbindt volgende geleidende delen met de wegneembare verbinding van de laagspanningsaarding : - de hoofdleidingen van de verwarmingsinstallatie - de luchtkanalen van de luchtbehandelingsinstallatie (verseluchtnamekanalen, inblaas- en extraktiekanalen) - de aarding van elk hoofdbord - metalen konstruktiedelen van het gebouw zoals lichtstraten ed. - de bliksembeveiliginsinstallatie (via controleput buiten aan hoofdbord) 2.3 Plaatsingswijzen 2.3.1. Toestellen - Bij inbouw wordt iedere groep van apparaten achter een enkele afdekplaat geplaatst of zodanig geschikt dat een estetisch geheel wordt verkregen indien er meer dan 3 aparaten gegroepeerd worden. -Alle toestellen en onderdelen zijn van eenzelfde merk. -Voor de holle wanden zijn speciaal aangepaste inbouwdozen aan te wenden. Alle toestellen worden bevestigd door middel van schroeven in de inwerkdozen, dus nooit met klauwen die op de wand van de doos drukken. -Van ieder toestel (compleet) is een monster ter goedkeuring aan de Opdrachtgever voor te leggen alsook de bijzondere plaatsingstechnieken. - Behoudens tegenstrijdig beding op de plans, worden volgende plaatsingshoogten aangehouden : BVBA STUDIEBUREEL ING G MINNE Patrijspark 23 9800 DEINZE tel 09/386.10.18
[email protected]
6
POESELE ST LAURENTIUSKERK ELEKTRICITEIT 5-05-2010
-voor de schakelaars en drukknoppen op 1,20 m boven de vloerpas -voor de contactdozen : 0,30 m boven de vloerpas, behalve de technische ruimten waar de hoogte 1,20 m is; hoogtes op hartlijn van het bovenste element en behoudens andere vermeldingen op de plans. Niettegenstaande bovenstaande moet bevestiging lokaal per lokaal bekomen worden van de Opdrachtgever voor de plaatsing. 2.4 Installatie materialen 2.4.1. Kabelgoten Konstruktie De kabelgoten zijn vervaardigd uit staalplaat en hebben een U-vormige doorsnede met een boordhoogte van 60 mm of 35 mm en een ronde overboord ter bescherming bij het hanteren. Plaatdikte 1mm. Zij en bodemperforatie. Breedte zoals aangeduid op de plannen en in de meetstaat. Bescherming tegen corrosie van de goten en onderdelen, Sendzimir verzinkt volgens DIN 17162 -De sterk- en zwakstroomleidingen worden van elkaar gescheiden door middel van een inklikbaar en verstelbaar scheidingsschot, over de volledige lengte van de - De benodigde lengte stijggoot wordt samengesteld uit kabelladder met aangepaste breedte, twee snapsluitingen per sport, Installatie De installatie voldoet aan de voorschriften van het Algemeen Reglement voor de Elektrische Installaties en aan de geldende reglementen betreffende zwak- en sterkstroomleidingen. Verbindingen tussen kabelgoten Om de kabelgoten volledig en dicht tegen elkaar aan te sluiten, zullen volgende hulpstukken gebruikt worden : Universele hulpstukken voor horizontale aftakkingen : Voor het verbinden van kabelgoten van dezelfde afmetingen in dezelfde richting : koppelplaten, al dan niet schroefloos voor goot tem. 250 mm breedte, geschroefd voor goten breder dan 250 mm. Voor het maken van T-, hoek- en kruisverbindingen : universele aftakstukken die gebogen worden, eventueel voorzien van deksel. Universeel daal- stijgstuk. Geprefabriceerde horizontale hulpstukken, eventueel voorzien van deksel : - hoekstuk - T-stuk - kruisstuk - aanzetstuk - verloopstuk - hoekaanzetstuk links en rechts - verstelbaar hoekstuk tot 250 mm - gootopzetstuk BVBA STUDIEBUREEL ING G MINNE Patrijspark 23 9800 DEINZE tel 09/386.10.18
[email protected]
7
POESELE ST LAURENTIUSKERK ELEKTRICITEIT 5-05-2010
Geprefabriceerde vertikale hulpstukken : - stijgstuk, eventueel met deksel - vervalstuk, eventueel met deksel - vertikaal T-stuk - vertikaal wandstuk met trechtervormig onderdeksel - verstelbaar verval-/stijgstuk Al deze onderdelen bezitten dezelfde behandeling tegen corrosie als de kabelgoten. De hulpstukken verminderen in geen geval de oorspronkelijke stevigheid. De prijs van de hulpstukken is inbegrepen in de eenheidsprijs van de goot. Alle verbindingen moeten worden gemaakt met de geprefabriceerde hulpstukken. Bevestiging van de kabelgoten Voor de bevestiging van de kabelgoten worden de hiernavolgende onderdelen gebruikt : Bevestiging aan het plafond geschiedt m.b.v. : - plafondbeugels, al dan niet verstelbaar - plafondbalken - klembeugels - spantklemmen Bevestiging van de goot geschiedt m.b.v. : -bovenliggende, binnenliggende of buitenliggende gootbeugels of C-beugels -draagprofielen -schroefloos bevestigde eenzijdige gootbeugels in geval van doorlopende pendelophanging. De tussenafstand van de ophangingen is gekozen volgens de belastingstabellen van de konstrukteur van de goot, en dit voor de maximale belasting die de goot kan dragen. Plafondbevestiging en gootbevestiging worden onderling verbonden d.m.v. pendels of draagstangen. Bij grote overspanning kan d.m.v. staaldraad, oogbouten en draadspanners een extra ophangpunt worden gecreeerd. Plaatsing en bevestiging van de kabels De vulling van de goot of ladder zullen nooit meer dan 50% bedragen. De aanleg van de kabels gebeurt in gordijnen en niet in trossen. Dit geldt ook voor zwakstroomkabels. In vertikale goten en op ladders worden de kabels om de 600 mm individueel bevestigd. De goten moeten aan een supplementaire puntlast van 75 kg kunnen weerstaan, zonder blijvende vervorming. Waar de kabels de goot verlaten gebeurt dit via kunstofmantels van aangepaste diameter. Vulling Het is de verantwoordelijkheid van de bieder de vulling van de goten na te gaan bij de inschrijving. Deze mag maximaal 50% zijn. Eventuele aanpassingen moeten in de prijs zijn inbegrepen.
BVBA STUDIEBUREEL ING G MINNE Patrijspark 23 9800 DEINZE tel 09/386.10.18
[email protected]
8
POESELE ST LAURENTIUSKERK ELEKTRICITEIT 5-05-2010
2.4.2 Materiaal inbouw De schakelaars en de wandkontaktdozen zijn voorzien van het Cebec-merk. Ze zijn geschikt voor inbouw in genormaliseerde inbouwdozen door middel van schroefbevestiging. Om de afdekplaat of de bedieningstoetsen te verwijderen is het gebruik van gereedschap vereist. Het gamma omvat volgende eenheden : - schakelaar eenpolig - schema 1 - schakelaar tweepolig - schema 2 - wisselschakelaar - schema 6 - tweepolige wisselschakelaar - schema 6/2 - met schroefklemmen -kontroleschakelaar met rode lens en verlichtingseenheid 220 V enkelpolig, - drukknop maakkontakt (met extra klem) - dubbele drukknop serie (2 x eenpolig) - verklikkerlicht 250 V - vaste telefoonaansluiting - telefoonstopkontakt - RJ45 cat 5+ enkel stopkontakt - RJ45 cat 5+ dubbel stopkontakt - antenne aansluitdoos voor enkelvoudige en gemeenschappelijke installaties - kontaktdoos voor een of twee luidsprekers - wandkontaktdoos tweepolig met aarding - wandkontaktdoos tweepolig met aarding en kinderveiligheid - enkelvoudige, tweevoudige en drievoudige afdekramen voor vertikale en horizontale montage - enkelvoudig en tweevoudig afdekraam voor montage in wandgootsysteem - blindafdekplaat Uitzicht en montage Al deze eenheden hebben dezelfde uiterlijke design. De schakelaars zijn voorzien van vierkante ivoorkleurige of witte bedieningswippen met afgeronde hoeken. De wandkontaktdozen zijn voorzien van vierkante ivoorkleurige of witte frontplaten met afgeronde hoeken. De afdekramen van de enkelvoudige schakelaars of wandkontakt- dozen zijn vierkant met afgeronde hoeken en zijden van 80 mm en zijn gewelfd. De meervoudige afdekramen zijn rechthoekig met afgeronde hoeken en vertonen dezelfde uiterlijke design als de enkelvoudige afdekramen. De hartafstand tussen aan elkaar gekoppelde eenheden (schake- laars en/of wandkontaktdozen) bedraagt 60 of 71 mm in verti- kale montage en 71 mm in horizontale montage. De kleur (ivoor of wit) wordt op de werf gekozen zonder prijswijziging. 2.4.3 Materiaal opbouw spatwaterdicht De schakelaars en de wandkontaktdozen zijn voorzien van het Cebec-merk. Ze zijn spatwaterdicht volgens de normen NBN C61-111 en NBN 50 . Ze bezitten de beschermingsgraad IP44 volgens de norm NBN C20-001. Het gamma omvat volgende eenheden : BVBA STUDIEBUREEL ING G MINNE Patrijspark 23 9800 DEINZE tel 09/386.10.18
[email protected]
9
POESELE ST LAURENTIUSKERK ELEKTRICITEIT 5-05-2010
- schakelaar eenpolig - schema 1 - schakelaar tweepolige - schema 2 - wisselschakelaar - schema 6 - kontroleschakelaar tweepolig met rode lens en verlichtingseenheid - wisselkontroleschakelaar - schema 6 - met rode lens en verlichtingseenheid - drukknop maakkontakt - wandkontaktdoos tweepolig met aarding - wandkontaktdoos tweepolig met aarding en kinderveiligheid - verlichtingseenheden met neonlamp en met gloeilamp - universele spatwaterdichte inbouwdozen, enkelvoudig of dubbel : * met 1 vaste ingang PG16 * met 2 vaste ingangen PG16 Invoeren andere dan wartelinvoer (presse-etoupe) zijn niet toegelaten.
2.4.4 Wandgoten Installatiekanalen uit witte pvc, bestaande uit een geprofileerde bodem en een deksel die in elkaar klikken en schuiven (2 compartimenten). De kanalen hebben een rechthoekige doorsnede. Deksel en bodem passen vlak op elkaar, zodat stofranden vermeden worden. De afmetingen van de kanalen zijn aangeduid op de plannen en in de De goten worden verbonden en afgewerkt door middel van geprefabriceerde huilpstukken zoals : buitenhoeken, binnenhoeken, vlakke hoeken en eindstukken inbegrepen in de eenheidsprijs van de wandgoot. De grondstof van de kanalen en de hulpstukken (pvc) is warmtebestendig tot 72 graden Celsius en heeft een verwekingspunt van minstens 83 graden Celsius en volgens DIn 53460. Ze is zelfdovend, bezit een oppervlakteweerstandsvergelijkingsgetal van minstens 12 en een specifieke doorgangsweerstand van minstens 10 15 Ohm, beide volgens DIN 53482
2.5 Aanleg van de leidingen 2.5.1 Algemeen Alle te gebruiken type- buizen + hun bevestiging dienen ter goedkeuring voorgelegd te worden voor plaatsing. Voor de plaatsing van de leidingen gelden volgende principes : In muren van 10 cm dikte worden de leidingen langs een zijde van deze muur ingeslepen. Trekdozen zijn verboden. 2.5.2 inbouw in bepleisterde wanden -de sleuven worden op voldoende breedte geslepen en uitgekapt. Enkel verticale traces zijn toegelaten. -de diepte is zodanig dat de buizen minimum 1 cm binnen de stenen verzonken zijn. -de inbouwdozen steken maximum 1 cm buiten de stenen. -het inmetsen van de leidingen gebeurt met een cementmortel van goede kwaliteit. -de buizen worden in de sleuven bevestigd vooraleer ze in te metsen. -aftakdozen voor inbouw zijn niet toegelaten. BVBA STUDIEBUREEL ING G MINNE Patrijspark 23 9800 DEINZE tel 09/386.10.18
[email protected]
10
POESELE ST LAURENTIUSKERK ELEKTRICITEIT 5-05-2010
-voor leidingen in inbouw in vooraf bepleisterde wanden (renovatie) worden de sleuven gedicht met cementmortel en daarna schilderklaar afgewerkt met gips. 2.5.3 aanleg in chappes -de buizen gebruikt voor aanleg in de chape zijn van het type preflex. -het gebruik van verbindingsmoffen is verboden -de buizen worden niet ingemetseld, maar bevestigd om de 0,5 m -speciale aandacht wordt besteed daar waar de buis binnentreedt in een verticale wand. De bocht moet zodanig gemaakt zijn dat geen vernauwing van de buis kan optreden en dat de buis voldoende dekking door de chape en de bevloering toelaat. -de aannemer electriciteit staat in voor de goede staat van de buisleidingen, zelfs bij intens verkeer op de werf. -bij kruising van leidingen wordt 1 leiding verdiept ter hoogte van de kruising. 2.5.4 ingegoten aanleg -hier gelden dezelfde voorwaarden als voor de aanleg in chappe. -speciale aandacht dient hier besteed aan de doorvoeren door de platen. Daar waar verschillende leidingen samen in een toestel dienen ingebracht moeten de uiteinden van de buizen precies naast elkaar liggen, zonder enige tussenruimte. -de buizen worden zodanig bevestigd dat loskomen en verschuiven gedurende het instorten onmogelijk is. -de doorvoeren door predallen en vlakke gewelven (zichtbeton) worden enkel gemaakt vanaf de afgewerkte kant naar de op te storten zijde om beschadiging van het afgewerkte vlak te vermijden. 2.5.5 aanleg in zichtbaar metselwerk -in principe worden de leidingen die uitkomen in zichtbaar metselwerk aangelegd aan de achterkant van de wand, indien deze bepleisterd is, ofwel in de spouw. In beide gevallen worden ze ingeslepen en de sleuven gedicht (zie boven). -hetzelfde principe geldt als voor de ingestorte leidingen wat betreft de leidingsdoorvoeren. -inbouwdozen in zichtbaar metselwerk zullen meegaand worden ingewerkt in het opgaande metselwerk, -horizontale en schuine sleuven zijn verboden. 2.5.6 aanleg in opbouw -voor opbouw worden enkel buizen gebruikt van grijze p.v.c. -de buizen worden aangelegd op zadels met volledige sluiting of op een gegalvaniseerde c-rail met rijgklemmen, ofwel met gegalvaniseerde beugels zodat de buizen vlak tegen de wand liggen (anti-vandaal). De keuze van het systeem wordt op de werf gemaakt zonder prijswijziging. -de bevestiging gebeurt drie keer per meter en bij ieder buisuiteinde. -de uiteinden van de buizen zijn voorzien van tules. -de kabels blijven vrij in de bochten en aan de aan te sluiten toestellen. 2.5.7 Doorgang door brandwanden De doorgangen van enkelvoudige leidingen door alle wanden worden steeds beschermd met een kunststof doorvoerhuls en zorgvuldig door middel van cementmortel afgedicht, de hulzen rond de leidingen zijn zo klein mogelijk bemeten in diameter. De doorgangen van kabelbanen, leidingenbundels en geprefabriceerde leidingen door brandwerende wanden BVBA STUDIEBUREEL ING G MINNE Patrijspark 23 9800 DEINZE tel 09/386.10.18
[email protected]
11
POESELE ST LAURENTIUSKERK ELEKTRICITEIT 5-05-2010
gebeuren door middel van aangepaste speciale afdichtingen waarop door een nafhankelijk laboratorium type-proeven zijn uitgevoerd. De uitvoering geschiedt volgens de richtlijnen van de fabrikant. Het moet mogelijk zijn op eenvoudige wijze er later bijkomende leidingen doorheen te voeren. Het systeem is ter goedkeuring aan de Opdrachtgever voor te leggen. 2.5.8 Leidingen in kelderruimten Bij plaatsing van leidingen in kelderruimten waarvan wanden en vloer voorzien zijn van een waterdichte bepleistering, is het ten strengste verboden in deze gedeelten te boren en dit op straf van betaling van de nodige herstellingswerken. Op deze plaatsen dient een adequate bevestiging voorzien te worden en ter goedkeuring voorgelegd aan de opdrachtgever en architect. Deze systemen dienen inbegrepen te zijn in de eenheidsprijs van de leidingen.
2.5.9 Leidingen in gispskartonwanden - de kabels mogen worden aangelegd zonder buis - de gipskartonwanden worden aan 1 kant gesloten waarna de leidingen worden aangelegd - De inbouwdozen langs de gesloten kant worden ingeboord met een gepaste frees en de kabels worden ingevoerd. - Langs de kant in afwachting wordt de kabel achter de later in te werken doos in afwachting vastgelegd met een beugel. - De kabels worden zodanig aangelegd dat het plaatsen van de wol en het dichten van de wand niet worden gehinderd. - De doorgang van de kabels door de stijlen gebeurt bij voorkeur via de uitbreekpoorten of de voorziene openingen. In geen enkel geval mag het maken van opeingen de stevigheid van de wand schaden. (geldt ook voor keperwanden). - Na het dichten van de wand worden de inbouwdozen aan deze kant geplaatst. - De mantel van de kabel (buis in geval van preflex) zal doorlopen tot in de inbouwdoos. - Verbindingen andere dan in de inbouwdozen zijn verboden. - De inbouwdozen worden alleen maar bevestigd in de wanden via de daartoe geeigende klemmen en schroeven.
2.5.9 Verdere specifieke eisen -waar de voedingskabels de vloerplaat verlaten worden zij beschermd door een metalen profiel of buis tot op een hoogte van minstens 1.5m. -de kabeluiteinden van de voedingskabels in afwachting worden afgedekt met een beschermhuls om waterindringing tegen te gaan. -bij alle voedingspunten wordt een vrij kabeluiteinde gelaten van 5 meter. -alle gebruikte materialen en hun manier van plaatsing voldoen aan de veiligheidseisen zoals gevraagd in het A.R.E.I. en zijn uitvoerings-besluiten. -alle verbindingen gebeuren door middel van schroefdoppen van goede kwaliteit. -het is verboden meer draden in de schroefdoppen te vatten dan aangegeven is op de verpakking. -enkel op de stopkontakten is het toegelaten een doorverbinding te maken voor zover er niet meer dan twee draden aanwezig zijn per klem. BVBA STUDIEBUREEL ING G MINNE Patrijspark 23 9800 DEINZE tel 09/386.10.18
[email protected]
12
POESELE ST LAURENTIUSKERK ELEKTRICITEIT 5-05-2010
-de inbouwdozen worden zo diep mogelijk gekozen als de wand toelaat waarin zij moeten worden ingebouwd. 2.5.10 Ruimten met bijzondere voorschriften Worden beschouwd als vochtige ruimten : - deze aldus beschouwd door het AREI - deze waar waterdichte verlichtingstoestellen, schakelaars en stopkontakten op de tekeningen zijn aangeduid.
2.6 Kabels en kabelwerken. 2.6.1 Buizen voor kabels Plastiekbuizen type versterkte grijze PVC T.TH norm NBNC.68.111 zijn toegelaten. Minimum maat der buizen is 3/4". Bevestiging door middel van kunststofattachen met vijzen. Ingeval er 3 of meerdere buizen dienen geplaatst, naast elkaar zal dit gebeuren door C-rail met rijgklemmen, of op kabelgoot. Indien voorbedrade buizen worden gebruikt dienen deze eveneens van het versterkte type te zijn. 2.6.2 Kabels op kabelbanen Op de kabelbanen geldt de algemene regel dat de voedingskabels zo dicht mogelijk tegen de bevestigingszijde van de kabelbaan worden geplaatst. Op vertikale kabelbanen worden de kabels op elke laddersport individueel gebonden Plaatsen van kabels op kabelbaan gebeurt steeds met de hand. Verhaal tegen de Opdrachtgever of aangestelde werfverantwoordelijke is uitgesloten. 2.6.3 Kabels Kabels worden hoofdzakelijk geplaatst op kabelbanen, zowel vertikaal als horizontaal. Zwakstroom en sterkstroomkabels zijn door middel van een tussenschot gescheiden. Type kabels : Voor verlichting, stopcontacten, motoren en andere kleine verbruikers XVB. Voedingskabels : voor grote verbruikers, t.t.z. vanaf 25 mm2 wordt kabel NBN.C.33.121 + afz. hoofdbeschermingsgeleider geplaatst, tenzij anders aangeduid op de plannen en in de meetstaat. 2.6.4 Kabelverbindingen De kabels worden aangesloten via de gepaste kabelschoenen. Enkel kabelschoenen van het druktype met markering van de sectie worden gebruikt. De kabelschoenen worden op de koperen baren verbonden via bouten uit chroom-nikkelstaal met aangepaste growers en rondellen en degelijk aangeschroefd.
BVBA STUDIEBUREEL ING G MINNE Patrijspark 23 9800 DEINZE tel 09/386.10.18
[email protected]
13
POESELE ST LAURENTIUSKERK ELEKTRICITEIT 5-05-2010
2.7 Borden 2.7.1 Algemeenheden De electrische borden zullen beantwoorden aan de norm NBN C 63.439, onverminderd de hieronder aangehaalde voorschriften. De electrische borden zijn van het metalen type De globale beschermingsgraad van het bord is IP 54 De beschermingsgraad van het bord met open deuren zal IP 20 bedragen. Dit geldt ook voor de binnenzijde van het fronton en van de deuren. 2.7.2. Electrische kenmerken -De nominale bedrijfsspanning bedraagt 380/220V. -De hoofdbeveiliging gebeurt 4polig (L1/L2/L3/N) -Een aparte verdeelinrichting voor de beschermingsgeleider (PE) is voorzien daar waar de kabelingangen zijn. -De nominale isolatiespanning van de stroombanen en de toestellen bedraagt ten minste 660 V bij 50Hz. -De nominale stromen zijn aangegeven op de schemas welke bij dit bestek zijn gevoegd. -De nominale korte-duurstroom waaraan het bord zal voldoen moet minimaal 6kA zijn. De aannemer zal attesten voorleggen van de konstrukteur van het bord waaruit dit blijkt, ofwel zal hij berekeningsnotas voorleggen waarin de secties van de barenstellen, en de verdeelgeleiders voor deze kortsluitstroom zijn berekend. -Voor installaties met een eigen HS-cabine zullen de borden minimaal beantwoorden aan de korte duurstroom op het punt van de installatie waarin zij worden opgesteld. Berekeningsnotas zijn voor te leggen en op voorhand te keuren door een erkend organisme. 2.7.3. Konstruktieve kenmerken Het raam zal zodanig zijn opgebouwd dat de bedieningszijde van alle toestellen in eenzelfde vlak is opgesteld. De modulaire toestellen worden op symetrische DIN-rails gemonteerd. De onderlinge afstanden tussen de toestellen zijn deze zoals gevraagd door hun konstrukteur. Elke rij toestellen is rondom ingesloten door draadgoten met deksel. De draadgoten worden zodanig gekozen dat er minimaal 50% reserveplaats in is. Aan de boven- en onderzijde is het bord voorzien van een klemmenrij waarop de uitgaande en binnenkomende kabels worden aangesloten. De vrije ruimte van de klemmenrij naar de bodem, of het deksel van de kast is minimaal 25cm zodat de kabels met voldoende vrij eind kunnen worden aangesloten. Om de kabels te bevestigen bij het binnenkomen van het bord worden een of meerdere lagen C-rails aangebracht, waarop de kabels door middel van rijgklemmen of zadels worden bevestigd. Deze C-rails worden voldoende ver van de kastrand bevestigd om toe te laten de kabel tot bij de klemmen te brengen waarop hij dient te worden aangesloten. Boven de draadgoten en de modulaire toestellen wordt een doorzichte polikarbonaat afdekplaat aangebracht, waarin uitsnijdingen zijn gemaakt welke toelaten de toestellen te bedienen. Deze afdekplaat wordt in evenveel delen opgedeeld als nodig om ze op een gemakkelijke en veilige manier te kunnen verwijderen en terugplaatsen. De bevestiging van de plaat gebeurt door middel van draadstangen en afneembare schroefdoppen van voldoende grootte en aantal. BVBA STUDIEBUREEL ING G MINNE Patrijspark 23 9800 DEINZE tel 09/386.10.18
[email protected]
14
POESELE ST LAURENTIUSKERK ELEKTRICITEIT 5-05-2010
2.7.4 Elektrische verbindingen Alle automaten worden ten allen tijde apart verbonden naar een barenstel. Een verdeling van automaat naar automaat is verboden. De secties van de verbindingen zullen berekend zijn. De verbindingen gebeuren met soepele geleiders welke langs beide zijden voorzien zijn van een gepaste kabelschoen. De secties van deze geleiders wordt bepaald in functie van de afgaande stroom en van het gevraagde kortsluitvermogen. Berekeningsnota voor te leggen. De geleiders welke verbindingen maken in stuurkringen hebben een nummering aan de kabelschoen aan beide uiteinden, welke overeenkomt met de nummering op het uitvoeringsplan van het bord. Deze nummering is eenduidig en uniek per geleider. Alle inkomende en uitgaande verbindingen naar en van het bord gebeuren over klemmen met aangepaste sectie. Het is verboden, op gelijk welke wijze verbindingen te maken in de draadgoten. Kabels met een sectie groter dan 10 mm2 mogen rechtstreeks worden aangesloten op hun automaat op voorwaarde dat de opbouw van de kast zodanig is dat deze automaat zich onmiddellijk bij de kabelingangen bevindt en zodoende de af te leggen weg in de draadgoten minimaal is. Alle andere kringen dan stuurkringen worden genummerd met hetzelfde nummer van de kring. kleuren fasen : zwart nulgeleider : blauw 24V gedeelten : rood sturing 220V : wit De barenstellen zullen gemerkt en genummerd zijn, zoals aangeduid op de plannen en volgens het AREI. 2.7.5. Aansluiten van de kabels op de klemmen Alle kabels van de verdeelleidingen worden in de kast binnengevoerd via een gleuf of via een wartel. De beschermingsgraad van de globale kast dient in elke geval gewaarborgd te blijven. De kabels worden elk afzondelijk vastgemaakt via rijgklemmen of zadels op het hiervoor voorziene C-profiel bij de kabelinvoer. De geleiders worden via een bocht van 360° met een minimum doormeter van 40mm (6/4") ingevoerd in de klemmen. (varkensstaart) Alle geleiders worden op deze manier naast elkaar opgesteld juist boven de klemmenstroken. Het inbouwen van reserve voor kabels met een grotere sectie mag op een andere manier dan deze gebeuren. Deze wordt door de konstrukteur voorgesteld bij de oplevering van de borden in zijn werkplaats.
2.7.5 Keuringen en opleveringen van de borden De keuring van de borden gebeurt door het keuringsorganisme na opstelling op de werf. Deze keuring behelst de conformiteit van de installatie aan het AREI. De borden worden in de werkplaats van de konstrukteur opgeleverd door de ontwerper. BVBA STUDIEBUREEL ING G MINNE Patrijspark 23 9800 DEINZE tel 09/386.10.18
[email protected]
15
POESELE ST LAURENTIUSKERK ELEKTRICITEIT 5-05-2010
De aannemer zal tenminste 2 weken op voorhand verwittigen om de oplevering van de borden te laten doorgaan. Dit mag de algemene planning van de werf niet beinvloeden. 2.7.6 Varianten Als varianten worden aanvaard alle geprefabriceerde borden, waarvan de konstrukteur een attest aflevert van de korstluitvastheid van het geheel van het bord en de ingebouwde toestellen. De hierboven aangehaalde manieren van aansluiten van de kabels en van manier van verbindingen intern in het bord dient echter te worden bewaard en nageleefd. De varianten moeten ter goedkeuring worden voorgelegd. 2.7.6 Schakelautomaat Voor de sturing van de verlichtingsinstallatie wordt gebruik gemaakt van een schakelautomaat. Het aantal in en uitgangen wordt door de leverancier bepaald aan de hand van het schema van de installatie (zie plan). De te sturen uitgangen kunnen vrij gegroepeerd worden in schakelgroepen welke met 1 knop bedienbaar zijn van op het even welke plaats (via drukknop). Het opnemen van een toestel in een schakelgroep sluit het apart bedienen van het toestel niet uit. Het toestel moet programmeerbaar zijn als teleruptor, maar ook als trappenautomaat of als eenvoudige timer. Een functie “alles uit” via aparte drukknop, op het bord of op afstand is vervat in de programmatie. Per kring (uitgang) zal kontrole mogelijk zijn van de status (aan/uit).
BVBA STUDIEBUREEL ING G MINNE Patrijspark 23 9800 DEINZE tel 09/386.10.18
[email protected]
16
POESELE ST LAURENTIUSKERK ELEKTRICITEIT 5-05-2010
HOOFDSTUK 3 : VERLICHTINGSTOESTELLEN
3.1 Algemeen Alle toestellen worden standaard uitgerust en geleverd met de lampen en alle nodige voorschakelapparatuur. Verschillende kleurtinten dienen te worden voorgelegd aan de Opdrachtgever. De leurweergaveindex van de fluolampen zal gelijk zijn aan 0.8 of beter. De cos Phi van de toestellen zal beter zijn dan 0,9 induktief. Alle fluo toestellen worden standaard uitgerust met een electronische voorschakelapparatuur. De toestellen mogen geen geluid voortbrengen ( noch in dienst, noch bij het opstarten ) Van ieder type toestel dient een model ter goedkeuring te worden voorgelegd aan de ontwerper. 3.2 Type 1 Opbouwtoestel beschermingsgraad IP65- industriele type.
Basis Gevormd uit grijs onbreekbaar polycarbonaat. Recycleerbaar eensoortig materiaal, halogeenvrij en zelfdovend. De smalle dichting tussen armatuurhuis en afdekkap bestaat uit een duurzaam CFKvrij, 2 component polyurethaanschuim.
Behuizing Is voorzien van uitbreekopeningen voor kabelinvoer zowel bovenliggend als op de kopse kanten. Een detail in de profilering zorgt voor een perfekte uitlijning bij lijnmontage. Twee verende clixsystemen dragen de werktuigloos te monteren reflektorplaat.
Reflektorplaat De witgelakte reflektorplaat is drager van een 5-polige aansluitklem voor zowel soepele als starre bedrading, elektronische voorschakelapparatuur, lamphouders en hittebestendige bedrading. Voor eventuele bijkomende doorvoerbedrading zijn de nodige bevestigingsklemmen voorhanden.
Diffusor Design geprofileerde diffusor uit recycleerbaar polycarbonaat, uitwendig flas, de binnenzijde, per lamp, voorzien van computerberekende lijnvormige prismastruktuur voor een optimale lichtuitstraling met Batwing karakteristiek. De onbreekbare diffusor is aan beide zijden neerklapbaar en drager van de onverliesbare sluitklemmen (uit RVS).
Elektrische aansluiting Via de kabelinvoeropening naar keuze, door middel van 2 dubbelmembraan dichtingsringen, naar het 5-polige aansluitblok. Specificaties en normen - ENEC-V2 - IP65 - veiligheidsklasse 1 - radio ontstoord volgens EEG-norm - ISO 9001
BVBA STUDIEBUREEL ING G MINNE Patrijspark 23 9800 DEINZE tel 09/386.10.18
[email protected]
17
POESELE ST LAURENTIUSKERK ELEKTRICITEIT 5-05-2010
3.3 Type2 Toestel voor zijbeuken Binnenverlichtingstoestel voor decoratieve toepassing bestemd voor ontladingslampen. Voorzien van een electronisch voorschakelapparaat. Klokvormig toestel, gependeld. Gefacetteerde reflector uit metacrylaat voor directe en indirecte verlichting. Behuizing voor de electrische toebehoren uit geextrudeerd aluminium, grijs gelakt. Doorschijnende afdekplexi onder de lamp Het is mogelijk de toestellen vanop de zolder naar beneden te laten zakken om toe te laten de lamp te vervanden zonder stelling. De pendelkabel wordt opgerold op een haspel op de zolder van de kerk (per toestel). De haspel wordt vast bevestigd boven de kabeldoorgang. De haspel is voorzien voor het veilig zakken en liften van het toestel. In opgetrokken toestand wordt de voedingskabel op de zolder in lussen gelegd. Er wordt hiervoor soepele rubberkabel gebruikt (H07). De doorvoer van de kabel door het plafond wordt zodanig uitgevoerd dat herhaaldelijk neerlaten en ophalen geen beschadiging teweegbrengt aan het plafond. De afwerking tegen het plafond is een afdekrosace, wit. De toestellen kunnen worden neergelaten tot op 50 cm van de vloer. afmetingen : Ø315mm totale hoogte : 343mm pendelhoogte : 6m lamp : compacte hogedruk gasontladingslamp 70W De lichtopbrengst en de kleur is zeer stabiel gedurende de volledige levensduur. lichtkleur : 4200K (helder wit) kleurweergaveindex >90Ra De levensduur van de lamp bedraagt 12000 uur. Voorzien van een UV filter. lampvoet : G12 3.4 Type3 Toestel voor middenbeuk Binnenverlichtingstoestel voor decoratieve toepassing bestemd voor ontladingslampen. Voorzien van een electronisch voorschakelapparaat. Klokvormig toestel, gependeld. Gefacetteerde reflector uit metacrylaat voor directe en indirecte verlichting. Behuizing voor de electrische toebehoren uit geextrudeerd aluminium, grijs gelakt. Doorschijnende afdekplexi onder de lamp Het is mogelijk de toestellen vanop de zolder naar beneden te laten zakken om toe te laten de lamp te vervanden zonder stelling. De pendelkabel wordt opgerold op een haspel op de zolder van de kerk (per toestel). De haspel wordt vast bevestigd boven de kabeldoorgang. De haspel is voorzien voor het veilig zakken en liften van het toestel. In opgetrokken toestand wordt de voedingskabel op de zolder in lussen gelegd. Er wordt hiervoor soepele rubberkabel gebruikt (H07). BVBA STUDIEBUREEL ING G MINNE Patrijspark 23 9800 DEINZE tel 09/386.10.18
[email protected]
18
POESELE ST LAURENTIUSKERK ELEKTRICITEIT 5-05-2010
De doorvoer van de kabel door het plafond wordt zodanig uitgevoerd dat herhaaldelijk neerlaten en ophalen geen beschadiging teweegbrengt aan het plafond. De afwerking tegen het plafond is een afdekrosace, wit. De toestellen kunnen worden neergelaten tot op 50 cm van de vloer. afmetingen : Ø410mm totale hoogte : 400mm pendelhoogte : 10m lamp : compacte hogedruk gasontladingslamp 250W De lichtopbrengst en de kleur is zeer stabiel gedurende de volledige levensduur. lichtkleur : 4200K (helder wit) kleurweergaveindex >90Ra De levensduur van de lamp bedraagt 12000 uur. Voorzien van een UV filter. lampvoet : G12 3.5 Type 4 projector met HIT 150W binnenverlichtingstoestel voor aanlichten van altaar type medium bundel. voor wandbevestiging Voorzien van electronisch voorschakelapparaat. De lamp is afgeschermd door een veiligheidsglas.
BVBA STUDIEBUREEL ING G MINNE Patrijspark 23 9800 DEINZE tel 09/386.10.18
[email protected]
19
POESELE ST LAURENTIUSKERK ELEKTRICITEIT 5-05-2010
HOOFDSTUK 4 : DIVERSEN 4.1 Vervangen van lampen Alle bestaande toestellen met gloeilampen worden voorzien van spaarlampen met LED. volgende vervanglampen worden geplaatst : in de hublot toestellen (trappen en zolder) -vervangen van E27 gloeilamp door : E27 LED lamp vermogen 8W lichtopbrengst 470 lm lichtkleur 2700K -vervangen van E14 kaarslamp door : E14 LED lamp vermogen 2W lichtopbrengst 50 lm lichtkleur 3000K uitzicht Frosted 4.2 Opnieuw bekabelen van bestaande ornamenten : Volgende types ornamenten zijn opnieuw te bekabelen :
- ornament voor heiligenbeeld met 3 lampen :
BVBA STUDIEBUREEL ING G MINNE Patrijspark 23 9800 DEINZE tel 09/386.10.18
[email protected]
20
POESELE ST LAURENTIUSKERK ELEKTRICITEIT 5-05-2010
- ornament voor groot altaar met 8 lampen :
- ornament aan koorgestoelte
BVBA STUDIEBUREEL ING G MINNE Patrijspark 23 9800 DEINZE tel 09/386.10.18
[email protected]
21
POESELE ST LAURENTIUSKERK ELEKTRICITEIT 5-05-2010
-ornament met 4 lampen
Het opnieuw bekabelen betekent het demonteren van het toestel en voorzien van nieuwe bekabeling. De bekabeling zal bestaan uit silicone kabel met een minimum geleiderdoorsnede van 1mm2. De toestellen worden voorzien van een aarding. De lampfittingen worden vervangen indien nodig zonder prijswijziging.
4.3 Verwarmingstoestel voor sacristy Electrische convector 2000W. Het toestel is voorzien van een thermostaat met antivriesfunctie en van een aan/uit schakelaar. Aansluiting aan het net met snoer en stekker. Het toestel wordt tegen de wand bevestigd (zie plan). 4.4 Opnieuw aansluiten bestaande installaties Alle opnieuw gevoede installaties worden opnieuw aangesloten en opgestart. De draairichting zal op voorhand worden gecontroleerd zodat geen vergissingen worden gemaakt. Alle supplementaire kosten voor tussenkomst van de leverancier bij moeilijke opstart zijn ten laste van de aanneming elektriciteit.
BVBA STUDIEBUREEL ING G MINNE Patrijspark 23 9800 DEINZE tel 09/386.10.18
[email protected]
22
POESELE ST LAURENTIUSKERK ELEKTRICITEIT 5-05-2010
4.5 Opmeting kabels per kring KRING
3G2.5 INB 1 2 3 4 5 6
7
8
9
10
11
50 51 52 53 54 55 56 57 58
OPB GOOT 20 25 25 25 20 25 120 120 30 35 40 25 30 35 20 25 30 25 25 32 32 32 32 39 39 48 20 45 20 45 18 35 48 40 18 30 35 30 25 8 4 32 12 65 80 65 38 28
4G2.5 GOOT
5G2.5 OPB
GOOT
5G16 INGEGR OPB
STUURK INB OPB
GOOT
25
45 45
BVBA STUDIEBUREEL ING G MINNE Patrijspark 23 9800 DEINZE tel 09/386.10.18
[email protected]
8 10 10 10 10 10 10
8
8
23
45
POESELE ST LAURENTIUSKERK ELEKTRICITEIT 5-05-2010
59 60 100 101 102 103 104 105 TOTALEN
48 48
4
179
1608
115
10 10 10 10
28 48 48 48
40
172
BVBA STUDIEBUREEL ING G MINNE Patrijspark 23 9800 DEINZE tel 09/386.10.18
[email protected]
23
4 4
23
8
16
68
24
45