Technisch Beleidsplan Jeugd HCAS

Technisch Beleidsplan Jeugd HCAS 2013-2018

Door:

Rik Pijnenburg Ruud Plu

HCAS Beleidsplan Jeugd 2013-2018

Pagina 1

Inhoudsopgave Voorwoord................................................................................................. 4 1. Doelgroepen, doelstellingen en gedachtegoed ............................................ 5 1.1 Doelstelling HCAS .............................................................................. 5 1.2 Doelgroepen en doelstellingen per doelgroep ......................................... 5 1.2.1 Jongste Jeugd .............................................................................. 5 1.2.2 Junioren ...................................................................................... 5 2. Organisatie Jeugdhockey HCAS ................................................................ 7 2.1.1 Organigram HCAS ........................................................................ 8 2.2 Technische Agenda............................................................................. 8 3 Jeugdbeleid ............................................................................................ 9 3.1 Algemene uitgangspunten en het belang van het individu ....................... 9 3.2.1 Wat ............................................................................................ 9 3.2.3 Hoe .......................................................................................... 10 3.3 Breedtesport ................................................................................... 12 3.3.1 Wat .......................................................................................... 12 3.3.2 Wie ........................................................................................... 12 3.3.3 Hoe .......................................................................................... 12 4 Team – Trainer – Coach als drie-eenheid .................................................. 14 4.1 Profiel trainer – coach ....................................................................... 14 4.2 Ontwikkeling technische staf ............................................................. 14 4.2.1 Zaterdag begeleiding .................................................................. 14 4.2.2 Trainer- / coach avonden............................................................. 14 4.3 Managers ........................................................................................ 14 5. Kernwaardes HCAS ............................................................................... 16 HCAS hanteert de volgende 5 kernwaardes: ................................................ 16 5.1 Techniek ......................................................................................... 16 5.2 Tactiek ........................................................................................... 16 5.3 Fysiek............................................................................................. 17 5.3.1 Krachttraining ............................................................................ 17 5.3.2. Conditietraining ......................................................................... 17 5.2.3 Beweeglijkheid ........................................................................... 18 5.4 Mentaal .......................................................................................... 18 5.4.1 Doelstellingen mentaliteit: ........................................................... 18 HCAS Beleidsplan Jeugd 2013-2018

Pagina 2

5.5 Flair ............................................................................................... 20 6. Selectieprocedure ................................................................................ 21 6.1 TOPHOCKEY HCAS ........................................................................... 21 6.2 Breedtesport ................................................................................... 21 6.3 Opgave voor districtsselecties ............................................................ 21 8. Zaalhockey .......................................................................................... 22 9. Normen en waarden.............................................................................. 22 9.1

Voorbeelden normen en waarden HCAS ........................................... 22

9.2 Gevolgen bij kaarten ........................................................................ 22 9.3 Andersoortig buitensporig gedrag....................................................... 23 10. Invoering van het beleid ..................................................................... 23


Pagina 3

Voorwoord Hockeyclub Asten Someren, oftewel HCAS, is opgericht 3 februari 1976. De club kenmerkt zich door een warme sfeer, een ‘ons kent ons’ mentaliteit, waarbij principes als ‘hard werken’ en ‘doe maar normaal, dan doe je al gek genoeg’ hoog in het vaandel staan. De afgelopen jaren is het niveau van de club op en af gegaan. Zo is Heren 1 in de loop van de jaren gepromoveerd van de 3e klasse naar de 2e klasse, vervolgens naar de 1e klasse en heeft het in het seizoen 2012-2013 zelfs de landelijke Overgangsklasse gespeeld. Dames 1 schommelt al jaren tussen de 2e en 3e klasse, maar is nu hard op weg een stabiel 2e klasse team te worden met de ambitie te promoveren naar de 1e klasse. Om de ambities van de club te kunnen blijven verwezenlijken en om de aanvoer van jonge (top)talenten voor onze vaandelteams te blijven continueren of zelfs te vergroten, hebben wij gemeend een duidelijk plan te schrijven wat hiervoor een gegronde basis zal leggen. Daarnaast willen we een duidelijke structuur neerleggen waarvan iedereen binnen HCAS profiteert.

Doelstelling van dit jeugdplan is aan te geven hoe wij binnen HCAS wensen om te gaan met onze jeugdleden. Daarbij gaan wij tevens in op de doelen die HCAS nastreeft en welke (rand)voorwaarden er moeten worden ingevuld om deze doelen concreet te kunnen realiseren, voor zowel de prestatieteams als ook zeker voor de breedtesportteams. Beleid moet duidelijk zijn, richting geven, gedragen worden en regelmatig besproken en eventueel bijgesteld worden. Bij de totstandkoming van dit beleid is uitvoerig overleg gevoerd met onder andere de JC en de JJC. Niet alles in dit beleid is nieuw. Vaak is het een explicitering van wat in de praktijk impliciet al plaatsvond. Maar door het te expliciteren maken we het wel tastbaar en duidelijk voor iedereen. En daarmee voldoen we aan de wens van een groot aantal leden om meer zaken op papier vast te leggen. We mogen elkaar er ook op aanspreken. Sterker nog: we MOETEN er elkaar op aanspreken willen we de ambities realiseren. We hebben daarom getracht dit beleid zo duidelijk mogelijk te formuleren, en wel op een zodanige manier dat het niet kan leiden tot interpretatieverschillen. Maar tegelijkertijd beseffen wij ons terdege dat er in de praktijk concessies moeten worden gedaan, omdat niet in alle situaties voldaan kan worden aan de randvoorwaarden uit dit beleid en omdat de wereld nou eenmaal niet zo zwart wit is. Een voorbeeld is de selectieprocedure voor de jongensteams: er valt vaak niks te selecteren. En concessies doen is ook niet erg. Zeker niet wanneer we de kernwaarden van onze club niet in het gedrang willen laten komen. HCAS moet blijven wat het is, een thuishaven voor een ieder die wil hockeyen. Of het nu prestatiegericht in een prestatieteam is, of meer het sociale karakter in de breedtesport. Het Bestuur houdt dit nauwlettend in de gaten. Maar het beleid blijft de komende jaren wel richtinggevend voor ons handelen. Wij hopen op een positief geluid en een ambitieuze toekomst! Met vriendelijke groeten, Rik Pijnenburg Ruud Plu


Pagina 4

1. Doelgroepen, doelstellingen en gedachtegoed 1.1 Doelstelling HCAS Alle leden van HCAS wordt de mogelijkheid geboden om op een voor ieder passend niveau de hockeysport te bedrijven. Dit betreft zowel prestatie- als breedtesport. Voor zowel de eerste als tweede teams bij de elftaljeugd wordt prestatiehockey nagestreefd. HCAS hanteert de volgende 5 kernwaardes om dit doel na te streven: -

Mentaliteit Fysiek Tactiek Techniek Flair

1.2 Doelgroepen en doelstellingen per doelgroep 1.2.1 Jongste Jeugd Deze leden zijn tussen de 6 en 10 jaar oud. Zij zijn verdeeld in: Het Schooltje, Funky Hockey, F-categorie en de E-categorie. Het doel is deze kinderen spelenderwijs de basisbeginselen van het hockeyspel bij te brengen en te laten ervaren, zodat zij met meer plezier het spel leren spelen. Gedachte hierachter is: ‘Als de basis maar goed is’. Nadruk moet hier strikt liggen op technische vaardigheidstraining en het leren van verschillende lichamelijke bewegingen. Mocht een team of speler dusdanig hoog niveau laten zien dat het te weinig weerstand heeft om zich verder te ontwikkelen, kan in overleg met Jeugdcommissie en Technische Commissie (precieze rolverdeling volgt later in dit document) besloten worden om ook wat tactische elementen toe te voegen. De gewenste teamgrootte is steeds het basisaantal + 2 spelers: • •

voor de 6-tallen is dat 8 spelers (min. 6 en max. 8 spelers) voor de 8-tallen is dat 10 spelers (min. 8 en max. 10 spelers)

1.2.2 Junioren Junioren zijn conform de definities van de KNHB tussen de 10 en 18 jaar oud. Zij zijn verdeeld in 4 leeftijdsgebonden categorieën: de A, B, C en D categorie. Doelstelling is om de junioren op zijn of haar niveau zo goed mogelijk te leren hockeyen, om hen zodoende maximaal plezier te laten beleven in de hockeysport. HCAS wil de junioren de gelegenheid bieden om, naargelang talent en interesse, de basisvaardigheden (technisch, tactisch, fysiek én sportmentaliteit) aan te leren, zodat zij de hockeysport bij de junioren en de senioren, op prestatie- of breedtesport niveau, met plezier kunnen en zullen blijven beoefenen. We vinden het als club belangrijk een onderscheid te maken tussen prestatiehockey en breedtesport. Om tot goede prestaties te komen, is het noodzakelijk het talent in te delen op wat voor hen het passende niveau is. Dit geldt niet alleen voor de (top) talenten, maar ook zeker voor de kinderen die wat minder begaafd zijn in het hockeyspel. Voor iedereen is het leuk wanneer diegene op zijn eigen niveau waarde heeft voor het team, iets bij kan dragen aan het spel en niet het gevoel heeft de mindere te zijn of juist te goed te zijn. De teamgrootte bij de elftaljeugd is bij voorkeur 14 spelers (het basisaantal + 3 spelers). Per team geldt er een minimum van 11 spelers en het streven is een maximum van 16 spelers per team. Definitieve aantallen zijn afhankelijk van het aantal leden per leeftijdscategorie per seizoen. Uitzondering hierop is de A leeftijdscategorie, waarin gestreefd moet worden naar teams van 15 of 16 personen. Reden hiervoor kan gevonden worden in het feit dat van deze teams verwacht wordt dat zij in een hoger tempo spelen waardoor minimaal 1 wissel per linie gewenst en noodzakelijk is. Het beleid is om in de D-categorie met elftallen te spelen tenzij het ledental in deze leeftijdscategorie dit onmogelijk maakt.


Pagina 5

1.2.2.1 Tophockey HCAS Zie 3.2

1.2.2.2 Breedtesport HCAS Zie 3.3


Pagina 6

2. Organisatie Jeugdhockey HCAS Belangrijk voor het uit te voeren beleid is dat er een gedegen organisatie staat waarop eenieder kan terugvallen en waarbij de taakverdeling duidelijk omschreven is.

2.1 Taakverdeling De taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van Jeugdhockey HCAS worden bewaakt en uitgevoerd door de Technische Commissie HCAS. De TC heeft als gezamenlijke taak het hierboven omschreven beleid te bewaken en uit te dragen. Daarnaast heeft elk TC lid de volgende specifieke taken en verantwoordelijkheden: Hoofd Technische Commissie: • • • • • • •

Zorgen voor de uitvoering en bewaking van het TC beleid en overige bestuursbesluiten Communicatie met het bestuur Bestuurslid Communicatie met de coördinatoren zoals benoemd in het organigram Initiëren van toekomstig beleid Voorzitten van de reguliere TC vergaderingen Opstellen van de gezamenlijke (voorstel) begroting

Junioren commissie: • • • • • •

Samen met de Lijncoördinatoren zorgen voor de uitvoering en bewaking van het TC beleid op lijnsniveau Doen meer op het organisatorische vlak t.o.v. Lijncoördinatoren Aanspreekpunt voor ouders en managers van desbetreffende jeugdlijn Feedback geven naar HTC Verantwoordelijk voor het zoeken, werven en begeleiden van coaches van de niet-prestatieteams Moeten organisatorische kwaliteiten hebben en sociaal vaardig zijn

Lijncoördinatoren (A, B, C, D): • • • • • •

Samen met de JC zorgen voor de uitvoering en bewaking van het TC beleid op lijnsniveau Doen meer op het technische vlak t.o.v. JC Aanspreekpunt voor trainers / coaches van desbetreffende juniorenlijn Coördineren van invallers / wisselingen in teams / wisselingen in trainers Feedback geven naar HTC Moeten hockeyachtergrond hebben, technische vaardigheid / inzicht hebben

Jongste Jeugd Commissie: • • • •

Zorgen voor de uitvoering en bewaking van het TC beleid op Jongste Jeugd Niveau Aanspreekpunt voor ouders en trainers / coaches van desbetreffende jeugdteams Feedback geven naar HTC Moeten naast de nodige hockeykennis ook organisatorische kwaliteiten hebben en sociaal vaardig zijn

Trainerscoördinator: (incl. keeperstrainingen) • • • •

Verzorgen van trainersstaf HCAS Opstellen trainingsschema HCAS Trainers / coaches begeleiden / opleiden Zorgen voor voldoende en relevante oefenstof jeugdteams


Pagina 7

2.1.1 Organigram HCAS

1e

HTC

2e

JC

LC

JJC

3e

Organisatorisch

Technisch

Organisatorisch + technisch

TrC

Organisatie

Opleiden

Begeleiden

2.2 Technische Agenda Belangrijk voor de continuïteit van het beleidsplan, is dat er een vaste jaarlijkse agenda is. Het uit te voeren beleid kan aan de hand van deze agenda gestuurd worden. De Technische Agenda wordt ieder jaar vernieuwd en uiterlijk 1 augustus aangeleverd door de HTC. Hieronder een voorbeeld van de Technische Agenda voor 2012-2013:

NB: Ieder jaar wordt door het bestuur in samenspraak met de TC geëvalueerd hoe het nieuwe beleid draait. Mocht het nodig zijn, worden hierop aanpassingen gedaan of doelstellingen bijgesteld.


Pagina 8

3 Jeugdbeleid 3.1 Algemene uitgangspunten en het belang van het individu De algemene uitgangspunten voor alle jeugdleden binnen HCAS zijn: De gelegenheid bieden om naar gelang talent en interesse de basisvaardigheden (technisch, tactisch, fysiek en mentaal) aan te leren en verder te ontwikkelen. De verschillen tussen prestatie- en breedtesport zijn gelegen in de intensiteit en snelheid waarmee men deze vaardigheden aan de dag kan leggen c.q. waarop ze getraind worden. De oefenstof is voor beide richtingen hetzelfde, waarbij wordt getracht de breedtesport qua niveau / intensiteit etc. zo dicht mogelijk bij de TOPHOCKEY HCAS te laten trainen. De nadruk ligt vooral op het opleiden van talent, voor met name de vaandelteams. Voor de prestatieteams van de A- en B-categorie verschuift de nadruk langzaam naar presteren. Te allen tijde wordt dan echter ook het belang van de vaandelteams voorop gesteld (invallers, lesstof etc.). Per categorie moet in grote lijnen het volgende bereikt zijn/worden: • E-categorie: aanleren/verbeteren basistechnieken en bewegingen onder het mom: de basis moet goed zijn! • D-categorie: leren te spelen als een team, leren samenspelen, verbeteren basistechnieken, leren positiespel. • C-categorie: aanleren/verbeteren van bijzondere technieken en individuele tactische aanwijzingen, aandacht voor verbeteren basistechnieken. Goede fysieke gesteldheid hebben / creëren. • B-categorie: Goed inzicht in groeps- en teamtactische vaardigheden. Onderhouden basistechnieken en verbeteren bijzondere technieken. Goede fysieke gesteldheid hebben. • A-categorie: Goed inzicht in groeps- en teamtactische vaardigheden. Onderhouden basistechnieken en verbeteren bijzondere technieken. Goede fysieke gesteldheid hebben. Voorbereiding naar senioren. NB: Te allen tijde moet bewaakt worden dat spelers zich individueel kunnen ontwikkelen. Daarmee wordt bedoeld: Laat ze spelen / ondervinden. Dit noemen we met een mooi woord ‘flair’, een van onze kernwaardes. Te vaak wordt iemand die geweldig mooi een paar tegenstanders voorbij speelt vanaf de kant teruggeroepen omdat zij / hij had moeten passen of samenspelen. Soms is dit terecht, maar vaak wordt op deze manier de individuele kwaliteit van de speler in kwestie weggenomen. Het lef om dergelijke acties te maken, ook op momenten dat het WEL moet. Laat kinderen zelf ondervinden wanneer ze acties mogen maken en wanneer er gepasst moet worden. Natuurlijk moeten zij (met name in een later stadium) hierin gestuurd worden. Afleren is makkelijker dan aanleren! Initiatief moet worden beloond en niet gestraft! We willen hockeyers met flair. Hockey is een teamsport. Echter, wij gaan uit van het belang van het individu bij de begeleiding, opleiding, selectie en teamindeling van onze jeugdleden. Een praktische consequentie hiervan is dat iemand pas vervroegd naar een hogere leeftijdscategorie gaat als hij/zij: - in zijn leeftijdscategorie niets meer kan leren en geen weerstand ondervindt én - bij de beste 8 hoort van de hogere categorie - het op school goed doet, de ouders geen bezwaar hebben, én - er voor wat betreft sociale leeftijd/ontwikkeling ook aan toe is - de D-leeftijd heeft, maar reeds op de middelbare school zit (dan kan het onverstandig zijn om bij kinderen te spelen die nog op de basisschool zitten) Basisregel is dat het team als geheel goed presteert, maar tijdens de training en bij de coaching staat de individuele ontwikkeling van de speler/speelster voorop.

3.2 TOPHOCKEY HCAS 3.2.1 Wat De pijlers onder TOPHOCKEY HCAS zijn de volgende: • • • • • • •

Talent Talent Talent Talent Talent Talent Talent

moet de kans krijgen zich te ontplooien moet het maximale met het team willen bereiken wil het maximale uit zichzelf halen heeft de bereidheid altijd aanwezig te zijn houdt zich aan teamafspraken en gedragsregels is atletisch op het goede niveau en zorgt dat het ook minimaal op dat niveau blijft is bereid om tactische ervaring op te doen en eventueel bij te laten scholen


Pagina 9

• Talent speelt met flair en zelfvertrouwen • Talent is bereid ‘Commitment’ aan te gaan met HCAS betreffende de bovenstaande randvoorwaarden

3.2.2 Wie De 1e lijnteams en de 2e teams van de categorieën A, B, C, D en 2e jaars E vallen onder TOPHOCKEY HCAS.

3.2.3 Hoe 3.2.3.1 Lange termijn doelstelling betreffende klasseniveau selectieteams HCAS ambieert altijd het hoogst haalbare niveau voor de jeugdteams binnen Tophockey HCAS, waarbij wordt uitgegaan van minimaal 1ste klasse niveau voor de 1e lijnteams. Uitzondering hierop kan gemaakt worden wanneer blijkt dat JD1 of MD1 vooral 1e jaars spelers bevat. Zij beginnen dan in de 2e klasse. NB: Niets is zo slecht voor de ontwikkeling van de kinderen als het spelen met te weinig weerstand. Beter is om iets te veel weerstand te hebben en leren te verliezen, dan te weinig weerstand krijgen. Echter is een TE hoog niveau voor de kinderen niet aan te raden aangezien ze dan weinig succeservaring op doen en daarmee het zelfvertrouwen / de motivatie afneemt. De JC en TC hebben hierin een belangrijke rol bij het afwegen van het juiste niveau.

3.2.3.2 Korte termijn doelstelling betreffende klasseniveau selectieteams Gestreefd wordt om binnen 2 jaar naar de lange termijn doelstellingen te groeien. Daarbij proberen we het niveau van onderaf omhoog te brengen. De E1 en D1 spelen seizoen 2013-2014 minimaal 1ste klasse. De C1 en B1 spelen uiterlijk seizoen 2014-2015 1ste klasse. De A1 speelt uiterlijk seizoen 2015-2016 1ste klasse. Hoe sneller, hoe beter! Echter hangt dit af van het huidige niveau van de teams. Mocht een doelstelling niet haalbaar blijken te zijn, dan wordt deze aangepast naargelang het niveau van het team het op dat moment toe laat.

3.2.3.3 Commitment Om misstanden te voorkomen en te zorgen voor een stabiele samenwerking tussen spelers, trainers, coaches, ouders en de club, willen we dat iedereen zich committeert aan de club en de plannen. Ouders en spelers krijgen voorafgaand aan het seizoen te horen aan welke afspraken de club wenst dat ze zich houden. In deze afspraken staat o.a. beschreven aan welke randvoorwaarden moet worden voldaan om deel te kunnen uitmaken van een selectieteam. Het commitment moet gezien worden als een stok achter de deur, waardoor de uitgezette lijn met dit nieuwe beleid bewaakt kan worden.

3.2.3.4 Samenstelling De TOPHOCKEY teams worden samengesteld op grond van de uitkomsten van de selectieprocedures (zie 6.1). Er is gedurende het gehele seizoen sprake van een open selectie, hetgeen wil zeggen dat ook gedurende het seizoen wisselingen in het elftal plaats kunnen vinden. Mochten er wisselingen noodzakelijk geacht worden, dan gebeuren die bij voorkeur tijdens de competitiepauzes (winterstop, herfstvakantie, Pasen). De prestatieteams moeten een vaste keeper hebben. Deze krijgt dan ook een aparte keeperstraining.

3.2.3.5 Training/coaching HCAS heeft de ambitie om de prestatieteams 2x per week te laten trainen onder leiding van gediplomeerde trainers (of door degene die bereid is dit op korte termijn te halen) (zie 4).

3.2.3.6 Wedstrijdtactiek Om te voorkomen dat niet iedereen de mogelijkheid krijgt om zich te ontwikkelen in datgene waarin hij / zij kan uitblinken moet er gestreefd worden naar het volgende: Iedereen moet in principe op iedere positie kunnen spelen. Hierdoor ontwikkelen de spelers zich breder, leren ze van alle disciplines binnen het hockey datgeen wat ze moeten kennen. Dit voorkomt ook dat spelers op latere leeftijd / bij de senioren nog omgeschoold moeten worden naar een andere positie wat kostbare tijd bespaart.


Pagina 10

Dit geschiedt als volgt: • E-categorie: Iedereen wisselt door en speelt op alle posities (uitzondering eventueel keeper). • D-categorie: Iedereen wisselt door en speelt op alle posities (uitzondering eventueel keeper). • C-categorie: Er kan langzaam een klein onderscheid gemaakt worden qua posities. Doel blijft om hier wel zoveel mogelijk in te rouleren. Dus iemand die goed kan verdedigen, niet alleen maar centraal achterin zetten maar ook een keer links, rechts of op het middenveld. • B-categorie: Er komen steeds meer vaste posities, maar probeer dit wel per linie / blok te verzorgen: d.w.z. iemand is geen rechtsachter, maar verdediger. OF: iemand is geen spits, maar hoort bij de voorste 6 spelers (spitsen en middenvelders). • A-categorie: Borduurt voort op B-categorie. Iedereen moet evenveel kunnen spelen. Met name bij de E, D, C en in iets mindere mate in de B is dit van eminent belang. Voorbeeld: Wanneer Truusje geweldig kan hockeyen en daardoor Miepje op de bank houdt, wordt Truusje alleen maar beter en leert Miepje niets of weinig bij. Truusje bereikt de B leeftijd, gaat liever op stap / raakt geblesseerd / verhuist waardoor ze plots niet meer kan hockeyen in de A1. De club heeft plots alleen Miepje overgehouden. Die kan echter niet zo goed hockeyen doordat ze (te) weinig heeft mogen spelen. Simpel voorbeeld, wat helaas realiteit is en erg vaak voor komt. Daarnaast kan het ook best zo zijn dat iemand op latere leeftijd grote stappen maakt (denk dan met name aan het fysieke aspect), maar de opgelopen technische / tactische achterstand niet meer kan inhalen doordat hij /zij in het begin van de hockeycarrière te weinig minuten heeft gemaakt. NB: Ontwikkeling gaat te allen tijde VÓÓR acuut presteren! - Er moet snel doorgewisseld worden. Kinderen horen niet een gehele helft op de bank te zitten. Geprobeerd moet worden om iedere keer na 10 minuten te wisselen. Dan blijft iedereen betrokken bij het spelletje en wordt gezorgd dat iedereen ook evenveel speelt. - De B en A spelen zoveel als mogelijk de wedstrijdtactiek die bij het vaandelteam wordt gehanteerd. Wisselingen hierin kunnen in overleg met coach vaandelteam gebeuren, met het oog op de ontwikkeling van de kinderen (het leren spelen van meerdere spelsystemen). - Consequent zijn is de sleutel tot succes, waarbij moet worden uitgegaan van het principe van beloning. Iemand die niet komt trainen wordt niet voor straf op de bank gezet. Het idee moet zijn dat iemand wordt beloond die wel is komen trainen door hem op te stellen, ook al zou het team hiermee een wedstrijd ‘verliezen’. Scheve gezichten worden hiermee voorkomen, iedereen krijgt dezelfde kansen en het maakt kinderen zich ervan bewust dat het spelen in een selectieteam consequenties heeft. Hockey is een teamsport, kom je niet trainen, dan dupeer je het hele team. Natuurlijk ‘straf’ je hier degene mee die niet is komen trainen, echter willen we de nadruk niet op het straffen leggen maar op het belonen van degenen die wel zijn komen trainen.

3.2.3.7 Invallers Indien een coach van een prestatieteam een invaller nodig heeft, neemt hij/zij contact op met de lijncoördinator van zijn / haar leeftijdscategorie. De vragende coach geeft aan welke speler/speelster (op naam of op positie) hij/zij graag zou willen laten meespelen. De lijncoördinator gaat in overleg met de coach van degene aan wie het verzoek is gedaan en bepaald uiteindelijk wie er in mag vallen. HCAS wil dat hierin open en duidelijk gecommuniceerd wordt om misstanden te voorkomen: - HCAS wil geen directe communicatie via de spelers omtrent invalbeurten - HCAS wil een onafhankelijk persoon laten bepalen wie er invalt om misstanden te voorkomen - Er kan een situatie ontstaan waarin bijv. B1 met 13 naar een wedstrijd zou gaan en B2 met 10 man het veld in zou moeten. Er moet te allen tijde getracht worden dit te voorkomen. Eerst moet geprobeerd worden invallers uit andere teams te regelen. Mocht dit niet haalbaar zijn, dan gaan beide teams met 12 spelers naar de wedstrijd. - In principe probeer je die spelers in te laten vallen die het meest in aanmerking komen wat betreft talent en die qua leeftijd en positie het best aansluiten op hetgeen het vragende team nodig heeft. De Lijncoördinator is degene die hierin het meeste overzicht heeft - Waar mogelijk kan rekening gehouden worden met het leereffect door een speler/speelster uit een lagere categorie te laten invallen - Wanneer het in het belang van het team is kan een vervroegd doorgeschoven speler incidenteel in een lagere categorie invallen - Spelers die te weinig zijn komen trainen / zich niet aan de gemaakte afspraken hebben gehouden, kunnen niet gevraagd worden om in te vallen


Pagina 11

3.3 Breedtesport Het zwaartepunt bij deze teams ligt meer op de breedtesport, maar toch wordt gestreefd naar zoveel mogelijk aansluiting bij de prestatieteams.

3.3.1 Wat Onder breedtesport verstaan wij het volgende: • • • • • •

We zijn allemaal toppers op ons eigen niveau Het moet leuk zijn en vooral ook leuk blijven Er wordt sociaal gewisseld, d.w.z. "gelijke" speeltijden De bereidheid altijd aanwezig te zijn Je houden aan teamafspraken en gedragsregels Als de wens en de mogelijkheid er is moet iemand zich kunnen ontwikkelen op zijn eigen niveau

3.3.2 Wie Onder de categorie breedtesportteams vallen in principe alle niet-prestatieteams uit de elftaljeugd en E8-tallen, alsmede alle teams spelend in de overige Jongste Jeugd categorieën. De breedtesportteams zullen worden ingedeeld op het niveau dat naar inschatting van de jeugdcommissie het best past bij hun kwaliteiten. Van belang hierbij is uiteraard dat deze jeugdleden met veel plezier, maar ook enige uitdaging, de hockeysport kunnen beoefenen.

3.3.3 Hoe 3.3.3.1 Samenstelling De teams in de breedtesport worden samengesteld op grond van de uitkomsten van de selectieprocedures (zie 6.2) waarbij ook rekening gehouden wordt met sociale aspecten. Er is gedurende het gehele seizoen sprake van een open selectie in de prestatieteams. Dit geldt ook voor kinderen spelend in de breedtesport: ook zij kunnen door opvallend spel het verzoek krijgen mee te gaan spelen/trainen in een prestatieteam. Selectie geschiedt hier op 2 verschillende manieren, waarbij gekeken dient te worden naar de situatie op dat moment waarin de selectie dient te worden gemaakt. Om een en ander duidelijk te maken zal hieronder eerst de afweging geschetst worden, gevolgd door de 2 opties. NB: Voorkomen moet worden dat ‘ongezien’ talent niet de kans krijgt zich te ontwikkelen. Wanneer alle nieuwe spelers bij elkaar in hetzelfde team gezet worden, leert een nieuwe hockeyer nooit zo goed hockeyen als wanneer deze bij een meer ervaren persoon in het team zou worden geplaatst. Wordt deze echter bij 2 of 3 betere hockeyers gezet, ontwikkelt deze nieuwe hockeyer zich misschien als talent voor de TOPHOCKEY lijn. Echter kan dit ook weer de betere spelers op dat moment remmen in hun ontwikkeling. Dit alles hangt erg af van de kwaliteit die op dat moment aanwezig is. Wanneer er een grote groep spelers is die qua niveau net niet de TOPHOCKEY teams haalt, is het waarschijnlijk slim om daar een soort van 3e selectieteam van te maken, zodat het niveau gewaarborgd blijft en er eventueel op een later tijdstip nog talent door kan stromen naar de TOPHOCKEY lijn. Heb er echter een grote groep is die qua niveau niet erg veel voor elkaar onder doet en waar de verwachting van is dat ze de TOPHOCKEY lijn niet gaan halen, dan zou gekozen moeten worden voor zo gelijk mogelijke indeling van teams op niveau. In deze laatste optie kan zeker ook gekeken worden naar het sociale aspect. OPTIE 1: Doorselecteren op kwaliteit, waarbij de kwalitatief beste spelers in het 3e team komen etc. OPTIE 2: Proberen te selecteren op teams van gelijk niveau, om zo de kwaliteit over de gehele breedte intact te houden en nieuw talent de kans te geven zich te ontplooien. Er wordt ook in de breedtesportteams gestreefd naar vaste keepers, maar dit is geen eis. Als er een vaste keeper is zal deze ook keeperstraining aangeboden krijgen.

3.3.3.2 Training/coaching De breedtesportteams trainen tenminste 1x per week onder leiding van clubtrainers. HCAS moet te allen tijde proberen kwalitatief zo goed mogelijke trainers aan te stellen. Daarnaast wordt getracht om de teams, wanneer het animo aanwezig is, gewoon 2x per week te laten trainen. Uit afgelopen seizoenen blijkt dat het animo voor de 2e training vaak erg laag is. Het is zonde en niet wenselijk wanneer hier niets mee gedaan wordt. Gedacht kan worden aan gecombineerde / open trainingen, waarbij meerdere teams tegelijk training krijgen. HCAS Beleidsplan Jeugd 2013-2018

Pagina 12

Voor deze teams wordt naast een trainer ook een coach gezocht. Het verdient de voorkeur dat deze taken gecombineerd worden maar dit is geen voorwaarde. Als er een trainer en een coach is dient er contact te zijn tussen beiden. Op deze manier kan het getrainde in de wedstrijden terugkomen en kan informatie uit de wedstrijd bij de trainer komen. Er kunnen dezelfde accenten worden gelegd als bij de lijnteams. Deze accenten worden in een aangepast tempo aangeboden om het voor dat team maximale te bereiken.

3.3.3.3 Wedstrijdtactiek De breedtesportteams hanteren dezelfde tactieken als de TOPHOCKEY lijn. Er moet dus getracht worden iedereen door te wisselen, zowel qua posities als qua speeltijd.

3.3.3.4 Invallers Het invalbeleid bij breedtesportteams is dat een coach die een invaller nodig heeft in eerste instantie contact opneemt met een coach van een team uit dezelfde categorie, of uit de onderliggende categorie (niet uit een nóg lagere categorie). De coaches maken onderling uit welke speler het meest geschikt is om in te vallen. De betreffende coach geeft dan toestemming om contact op te nemen met de speler in kwestie. Mensen uit een selectieteam kunnen niet invallen bij een team van lager niveau (3e of 4e team). Dit houdt het eerlijk en geeft bv. spelers uit teams met een lager niveau ook de kans zich te bewijzen in een hogere leeftijdscategorie. Mocht er onenigheid bestaan over de invallers, dan wordt direct contact opgenomen met de lijncoördinatoren: - Ook hier wil HCAS geen communicatie via de spelers - Als teams tekort komen dan moeten ze elkaar helpen, oftewel het uitgangspunt is dat alle breedtesportteams bij aanvang van de wedstrijd met tenminste 11 spelers/speelsters present zijn - Spelers die niet zijn komen trainen / zich niet aan de gemaakte afspraken hebben gehouden kunnen niet invallen bij een ander team.


Pagina 13

4 Team – Trainer – Coach als drie-eenheid 4.1 Profiel trainer – coach Er wordt getracht een trainer en coach (bij voorkeur trainer/coach) aan te stellen. Deze trainer en coach hebben een meerjaren commitment (2 tot 3 jaar). Van belang is dat de trainer en coach het team goed leren kennen. De ervaring is dat hier minimaal één seizoen voor nodig is om de vruchten te kunnen plukken. De trainer en coach moeten goed met de leeftijdsgroep om kunnen gaan en liefst zelf op een hoog niveau gehockeyd hebben. HCAS streeft er naar dat haar trainers een trainer A-diploma (HTC-3) hebben, maar minimaal heeft zij/hij de JHT-cursus (HTC-2) gedaan. De trainer en coach moeten in staat zijn om een goede combinatie/balans te vinden tussen opleiden en presteren. Daarnaast moet een trainer / coach altijd uitgaan van het principe positief coachen. Plezier staat voorop. Daarnaast is wetenschappelijk bewezen dat positief coachen de beste resultaten geeft. We hockeyen tenslotte allemaal vooral omdat we het leuk vinden. HCAS gaat er vanuit dat trainer, coach en team als een eenheid functioneren. Indien de functie trainer en coach gesplitst is, is er een goede communicatie tussen trainer en coach. De coach is de kapitein op het schip. Uitgangspunt daarbij is dat de coach regelmatig trainingen bezoekt en dat de trainer meermalen wedstrijden bekijkt. NB: Vanuit dat oogpunt streeft HCAS er naar dat een trainer hooguit 2 teams traint, zodat er sprake kan zijn van een binding met het team c.q. de teams die hij/zij traint. Echter moet er gestreefd worden om voor ieder team een aparte trainer te vinden.

4.2 Ontwikkeling technische staf HCAS acht het van essentieel belang om goed en enthousiast kader te werven, selecteren, kweken en ook vast te houden. Belangrijk is dat trainers en coaches, maar ook commissieleden zich kunnen ontwikkelen middels inen externe cursussen/ informatieavonden en bijscholingsavonden vanuit de KNHB. HCAS streeft ernaar om trainers/coaches te vormen en op te leiden, om hen middels meerjaren afspraken voor langere tijd aan HCAS te binden. Groot belang wordt gehecht aan een adequate (basis)opleiding van de Jongste Jeugd en de junioren. Voor wat betreft de trainers voor de Jongste Jeugd heeft het de voorkeur dat zij minimaal de module trainer F-jeugd gevolgd hebben of volgen. Het zou goed zijn wanneer er gewerkt kan gaan worden met stagiaires. Meiden / jongens uit de hogere jeugdteams of senioren met weinig trainingservaring lopen dan mee met een (gediplomeerd) trainer om zo de fijne kneepjes van het vak te leren. Na een jaar stage kunnen zij dan makkelijker een eigen team krijgen, waarbij de kwaliteit van de trainingen gewaarborgd blijft. Wel moet erop gelet worden dat het leeftijdsverschil tussen ‘stagiair’ en team voldoende groot is (minimaal 2,5 jaar b.v.).

4.2.1 Zaterdag begeleiding De club probeert voor de zaterdagen, gedurende wedstrijddagen, begeleiding voor de coaches te verschaffen. Hierbij helpt iemand met hockeytechnische- / tactische vaardigheden gedurende de dag tijdens de wedstrijden mee met het coaches. Deze persoon geeft tips, legt spelsituaties uit en kan het team aanwijzingen geven. Daarnaast kan de persoon middels het videosysteem beelden van de wedstrijd laten zien en daarbij de benodigde uitleg geven.

4.2.2 Trainer- / coach avonden Gedurende het jaar zullen meerdere malen thema-avonden worden georganiseerd door de TC (zie hiervoor de Technische Agenda). Tijdens deze avonden worden thema’s behandeld die het niveau van de trainers en de coaches omhoog zullen brengen. Deze avonden zullen worden ingevuld naargelang datgene waar behoefte aan is. Dit wordt door de TC beoordeeld.

4.3 Managers Omdat er nogal wat gevraagd wordt van een trainer / coach op hockeytechnisch gebied, is het vaak raadzaam om een manager aan te stellen. Dit kan bijvoorbeeld een ouder zijn. Een manager regelt alles buiten het


Pagina 14

hockey om, zoals oefenwedstrijden, rijschema, sponsoring, etc. Daarnaast is de manager het eerste aanspreekpunt voor de ouders en naar de ouders toe. Een manager moet aan de volgende eisen voldoen: -

Moet goed in de groep liggen Moet organisatorische kwaliteiten hebben Mag zich op geen enkele manier bemoeien met het hockeytechnische aspect Mag geen obstakel vormen voor de teambinding


Pagina 15

5. Kernwaardes HCAS HCAS hanteert de volgende 5 kernwaardes: - Techniek - Tactiek - Fysiek - Mentaal - Flair Deze kernwaardes moeten er samen voor zorgen dat het niveau en het plezier van de hockeyers van HCAS omhoog gaat. Hieronder zal per categorie worden uitgelegd hoe dit kan geschieden.

5.1 Techniek Techniek, ook wel ‘stickhandeling’ genoemd, is iets wat van jongs af aan moet worden geleerd. Getracht moet worden om zoveel mogelijk technieken te leren op jonge leeftijd, omdat de hersenen deze bewegingen dan beter opslaan in het motorische systeem. Het lichaam wordt als het ware opgevoed met de bewegingen. Uit ervaring blijkt ook dat het aanleren van nieuwe technieken op latere leeftijd (A en B leeftijd) veel meer tijd kost en soms helemaal niet meer lukt. Daarnaast is het van eminent belang dat technieken op de goede manier worden aangeleerd. Een verkeerde slagtechniek kost al vlug een heel jaar om af te leren en om te scholen naar een goede slagtechniek. Bij de Jongste Jeugd wordt een goede basis gelegd voor de toekomst. De kinderen leren daar op een speelse manier de basisbeginselen van het hockeyen. Vanaf de C verschuift de nadruk langzaam naar tactische zaken (zie volgende paragraaf). Om deze op een goede manier te kunnen uitvoeren is het van essentieel belang dat de basistechnieken goed zijn. Het verdient dan ook de voorkeur om bijna uitsluitend deze technieken te oefenen in de F, E en D. Mocht in de C blijken dat bepaalde technieken nog steeds niet voldoende beheerst worden verdienen deze absolute aandacht en prioriteit. Per leeftijdscategorie ziet dat er als volgt uit: • E-categorie: Basistechnieken: Goede grip, dribbelen, forehand en backhand slag, push, flats, duwpass, forehand en backhand reverse, aannemen forehand en backhand. • D-categorie: Basistechnieken met meer nadruk op dynamiek: Goede grip, dribbelen, forehand en backhand slag, push, flats, duwpass, forehand en backhand reverse, aannemen forehand en backhand. • C-categorie: Meer nadruk op specialistische technieken: scoringstechnieken, verdedigingstechnieken, passingstechnieken. De basistechnieken moeten dynamisch beheerst kunnen worden. Eventueel begin maken met speciale technieken zoals sleeppush, hoge bal, strafcorner. • B-categorie: Perfectioneren van specialistische technieken. Perfectioneren passingstechnieken. Speciale technieken verder uitbreiden. • A-categorie: Technisch moet nu alles goed zitten. Bijschaven wat beter kan / moet op individueel niveau. Perfectioneren speciale technieken.

5.2 Tactiek Tactiek in het hockey wordt steeds belangrijker naarmate de leeftijd toeneemt. Per leeftijdscategorie ziet dat er als volgt uit: • E-categorie: Weinig tactiek. Er zou bij heel sterk presterende teams langzaam een begin gemaakt kunnen worden met het positiespel. Getracht moet worden om hier de focus vooral te hebben op de technische ontwikkeling van de hockeyer en beweeglijkheid op fysiek vlak. • D-categorie: Hierin wordt het positiespel aangeleerd als ook het hockeyen op een groot veld (11-tal). • C-categorie: Per positie wordt geleerd wat de taken zijn. Positiespel wordt verder geperfectioneerd. Teamtactisch gezien ligt de nadruk op zaken als; veld groot houden, spel verleggen, countercontrole, tackleback lopen, verdedigen. • B-categorie: Positionele taken worden geperfectioneerd. Er wordt geleerd te spelen in verschillende spelsystemen. Begin wordt gemaakt met verschillende vormen van druk zetten. Perfectioneren van spelverlegging, veld groot houden, countercontrole, tackleback lopen, verdedigen. • A-categorie: Tactisch gezien bijna op hetzelfde niveau als vaandelteams. Spelers weten uit zichzelf wat er van ze gevraagd wordt op de positie die ze spelen, veel eigen initiatief. Om dit alles te ondersteunen heeft HCAS sinds 2013 een videosysteem hangen op veld 1. Hiermee kunnen wedstrijden integraal worden bekeken. Daarnaast kan worden gecodeerd op spelsituaties, welke zowel tijdens


Pagina 16

de wedstrijd als daarna kunnen worden bekeken. Hiermee kan meer inzicht worden gegeven aan spelers en helpt het coaches / trainers bij de analyse van een wedstrijd.

5.3 Fysiek Weinig dingen zijn zo goed te trainen als de fysieke gesteldheid van een speler. Echter blijkt uit het verleden dat de fysieke gesteldheid van de spelers van HCAS te wensen overlaat. Conditioneel lopen we achter, qua beweeglijkheid / souplesse lopen we achter, qua kracht / power lopen we achter en er zijn relatief gezien veel spierblessures. Dat gaat veranderen. Voorafgaand aan het seizoen wordt er van de selectiespelers verwacht dat ze een schema volgen. Wanneer dit schema gevolgd wordt, hebben ze een voldoende basis om fysiek goed aan het seizoen te beginnen. Voordeel hiervan is dat de fysieke intensiteit van bewegen langzaam wordt opgebouwd, wat blessures door acute overbelasting aan het begin van de voorbereiding voorkomt. Daarnaast blijven spelers beter op een gezond gewicht. Ook blijft de lichamelijke weerstand hoger waardoor ziektes etc. beter worden voorkomen. Het schema zal per leeftijdscategorie worden verspreid, naargelang de eisen die bij die leeftijdscategorie worden gesteld. Tijdens de voorbereiding op een seizoenshelft komt de nadruk nog meer te liggen op de fysieke gesteldheid. Trainingen zullen zo worden ingericht dat de combinatie tussen fysieke training en training met stick en bal ideaal is. Wanneer het weer het niet toe laat om met stick en bal te trainen (bijv. bij sneeuwval of vorst) zal een alternatief programma gevolgd worden, de trainingen gaan dus ten alle tijden door! Daarnaast wordt geprobeerd om 1x per week een aparte looptraining te organiseren voor de junioren (D t/m A). Deze duurt 30 minuten tot 45 minuten, waarin looptraining en krachttraining wordt gegeven. Hierbij moet gedacht worden aan o.a. conditie, looptechniek, core stability en explosiviteit. De training dient bij voorkeur onder leiding te staan van iemand die begaafd is in dit vakgebied (fysiotherapeut, inspanningsfysioloog, bewegingswetenschapper, sportleraar). De looptraining zal plaatsvinden direct voor of direct na een eigen training. Er wordt gestreefd naar een zo goed mogelijke afwisseling van conditietraining, krachttraining en training die de beweeglijkheid bevorderd. Per leeftijdscategorie ziet dat er als volgt uit: • E-categorie: De nadruk ligt met name op beweeglijkheid / souplesse. Het is zaak om de kinderen veel verschillende bewegingen te laten maken zodat dit in hun bewegingspatroon wordt opgenomen. • D-categorie: De nadruk ligt met name op beweeglijkheid / souplesse. Het is zaak om de kinderen veel verschillende bewegingen te laten maken zodat dit in hun bewegingspatroon wordt opgenomen. • C-categorie: De nadruk verschuift langzaam naar conditie en kracht. Beweeglijkheid moet getraind blijven worden, dit kan o.a. met stick en bal. • B-categorie: De nadruk ligt vooral op conditie en kracht. Beweeglijkheid moet getraind blijven worden, dit kan o.a. met stick en bal. Extra nadruk op blessurepreventie. • A-categorie: De nadruk ligt vooral op conditie en kracht. Beweeglijkheid moet getraind blijven worden, dit kan o.a. met stick en bal. Extra nadruk op blessurepreventie.

5.3.1 Krachttraining Gekeken gaat worden of het mogelijk is om krachttraining te volgen bij een sportschool uit de buurt. Dit is met name voor de B en A junioren van belang. Mocht dit niet te realiseren zijn wordt tijdens normale trainingen aandacht besteed aan krachttraining. Echter verdiend het de voorkeur dit buiten trainingstijd te doen gezien de veldcapaciteit en de nuttige tijd die op het veld aan andere dingen kan worden besteed. Het vergt dus wel wat extra tijd van de spelers! Tijdens de krachttraining komt de nadruk te liggen op de rompstabiliteit (core stability). Bijna alle blessures die ‘spontaan’ ontstaan, d.w.z. zonder trauma van een botsing of bal, kunnen worden herleid uit een verminderde rompstabiliteit. Het is dus zaak deze spier(groepen) te trainen die nuttig zijn voor het hockeyen.

5.3.2. Conditietraining Tijdens de conditietraining komt de nadruk met name te liggen op intervaltraining. Hierin wordt de intensiteit van het bewegen afgewisseld met rustmomenten. Een korte sprint zal dus worden gevolgd door een rustperiode. Dit is in tegenstelling tot duurloop. Daarin wordt over een langere tijd op een vast tempo bewogen. Intervaltraining heeft meerdere voordelen: - De beweging lijkt veel op de beweging die gemaakt wordt tijdens hockeyen. Hockeyen is een sport van hollen en stilstaan. Het is altijd zaak zo sportspecifiek mogelijk te trainen, dus dit komt dicht in de buurt. - Betere vetverbranding. Waarom intervaltraining velen malen beter werkt om af te vallen dan duurtraining is EPOC: Excess Postexercise Oxygen Consumption. Intensieve training put namelijk de energievoorraden in je spieren uit, en het kan wel tot 48 uur kosten voordat deze energie weer helemaal is aangevuld. Gedurende deze periode van intensief herstel, en het daarmee gepaard gaand hoger zuurstofverbruik, heeft je lichaam HCAS Beleidsplan Jeugd 2013-2018

Pagina 17

alleen je vetreserves als energiebron beschikbaar. Dat betekent dat je na je training vet blijft verbranden zonder dat je daar ook maar iets voor hoeft te doen! Uiteindelijk verbruik je meer calorieën dan bij een duurtraining waarbij de verbranding direct na de training stopt. - Spiervezels veranderen door training. Hockeyers moeten het met name hebben van snelle spiervezels (FT = fast twitch). Deze kunnen veel kracht leveren voor explosieve bewegingen, maar hebben als nadeel dat ze relatief kort arbeid kunnen leveren. Dit in tegenstelling tot langzame spiervezels (ST = slow twitch) die weinig kracht kunnen leveren maar wel langdurig actief kunnen zijn. Hockey gebeurt op een hoog tempo (FT nodig) en er is de mogelijkheid tot continu door wisselen (FT opladen). Intervaltraining haakt hier dus veel beter op in, aangezien hierbij met name de FT worden gebruikt en getraind. Automatisch train je daarmee ook wat ST, aangezien het lichaam natuurlijk niet op alleen FT kan draaien (anders zou je het nog geen 3 minuten uithouden). Dubbel effectief dus!

5.2.3 Beweeglijkheid Beweeglijkheid heeft alles te maken met de aansturing vanuit de hersenen naar de spieren. Simpel gezegd; hoe meer connecties er zijn tussen de hersenen en de spieren, de beter het lichaam beweegt. Hierdoor kun je sneller, soepeler, doelgerichter bewegen en is de kans op blessures kleiner. Het is zaak om dit op jonge leeftijd te trainen. Dit kan door kinderen veel verschillende bewegingen te laten maken.

5.4 Mentaal HCAS wil winnaars opleiden. Spelers die mentaal zo sterk zijn dat dit hun prestaties op het veld op een positieve manier ondersteunt. Mentaliteit is een moeilijk te pakken medium, waar vaak veel tijd, energie en kunde in gestoken moet worden. In de (top)sport wordt het verschil gemaakt door mentaliteit. Hoeveel uur ben jij bereid te trainen? Kun je je concentratie 70 minuten lang behouden? Hoe ga je om met stressvolle situaties? Hoe ga je om met tegenslagen? Durf je kritisch te zijn op jezelf? Hoe ga je om met de kritiek van een ander?

5.4.1 Doelstellingen mentaliteit: -

Plezier Intrinsiek gemotiveerd zijn Respect hebben Concentratie Leven voor het hockeyen, dingen ervoor aan de kant zetten, goede keuzes maken Om leren gaan met tegenslagen Om leren gaan met successen

Alle doelstellingen hangen nauw met elkaar samen en overlappen elkaar op verschillende gebieden. Toch is het handig om een en ander te onderscheiden.

5.4.1.1. Plezier De belangrijkste drijfveer om te sporten is plezier. Er zijn 3 negatieve factoren die het plezier van kinderen in sport kunnen wegnemen. (1) Teveel competitie en teveel focus op het winnen, (2) teveel stress en angst in de lichamen van de kinderen om lekker te kunnen spelen, (3) agressieve ouders. 1. Dit kan voorkomen worden door taakgericht te gaan denken. Dit staat in contrast met resultaatgericht denken. Taakgericht denken houdt in dat de focus gelegd wordt op de uit te voeren taak i.p.v. op het resultaat. Het gevoel van voldoening wanneer een taak goed wordt uitgevoerd zorgt voor intrinsieke motivatie (zie volgende paragraaf). Zaak is dus om met simpele taken te beginnen en deze steeds moeilijker te maken. Wel moet erop gelet worden dat de taken ten alle tijden haalbaar zijn en toch een uitdaging blijven bieden. 2. Haakt aan op het eerste punt. Spelers zitten graag in een ‘flow’, een gevoel waarbij alles vanzelf gaat en waarbij je niet na hoeft te denken. Door stress, angst om te falen is de speler continu aan het nadenken en zal nooit een flowgevoel krijgen. Selectie in niveau is hierin zeer belangrijk. Iedereen moet op het niveau spelen wat voor hem / haar genoeg uitdaging biedt maar niet te zwaar is. Daarnaast is het erg belangrijk dat er positief gecoacht wordt. Dat wil niet zeggen dat de coach niets negatiefs mag zeggen, maar wel dat het negatieve altijd het positieve moet voeden. Dit kan bijvoorbeeld met de dubbele boterham techniek: Positief – Negatief – Positief. Voorbeeld: Piet, je staat goed te spelen. Alleen vergeet je steeds om je heen te kijken waardoor je mannetje steeds vrij staat. Als je dat doet, is het helemaal perfect.


Pagina 18

3. Wat kinderen willen van hun sport wordt vaak overschaduwd door wat hun ouders willen dat de kinderen doen. Wanneer hier sprake van is, moet dit meteen worden opgevangen door JC. Het belang van het kind gaat te allen tijde voor het belang van de ouder. Ervaring leert daarnaast dat ouders vaak in eerste instantie heel heftig reageren op een beslissing (bijv. selectie) en daar later bijna altijd op terugkomen. Kortom: Het kind moet centraal staan, niet de wens van de ouder!

5.4.1.2 Intrinsiek gemotiveerd zijn Intrinsieke motivatie is de motivatie die puur vanuit jezelf komt, de wil om iets te doen. Een andere benaming kan ook wel gevonden worden in ‘fanatiek zijn’. Vaak zien we dat jongens deze intrinsieke motivatie meer hebben dan meiden. Jongens willen liever met elkaar de strijd aangaan, de beste zijn, winnen. Meiden spelen vooral voor de lol en om samen te kunnen zijn met vriendinnen. Vaak moeten de meiden dan ook extrinsiek gemotiveerd worden. Voorbeelden hiervan zijn er te over: een peptalk van de coach, beloningen, straffen etc. zijn allemaal voorbeelden van extrinsieke motivatie. Je doet dan iets omdat je er indirect beter van wordt, niet omdat je het echt wilt. Zaak is om deze extrinsieke motivatie om te gaan zetten in intrinsieke motivatie. Dit zorgt er namelijk voor dat de intensiteit waarmee de sport beleefd wordt omhoog gaat. De trainer is dan niet de hele training bezig om een manier te vinden om de spelers aan de gang te krijgen, maar kan doelgericht trainen op datgene ook daadwerkelijk belangrijk is. Oftewel: Ga als coach nooit een wedstrijd in zeggende ‘deze wedstrijd moeten we winnen!’. Winnen heb je namelijk niet helemaal zelf in de hand, daar komen factoren als de tegenstander, scheidsrechters, publiek, veld, weer, blessures etc. bij kijken. Hamer op de afspraken, taken, daar heb je invloed op en wanneer je die goed uitvoert, boek je altijd succes (zij het misschien niet in het resultaat van de wedstrijd zelf als wel in het succes van de goede uitvoering van de taak). Dit stimuleert uiteindelijk de intrinsieke motivatie, want uiteindelijk is iedereen op zoek naar dat goede gevoel wat je krijgt van sport.

5.4.1.3 Respect hebben Spelers dienen te allen tijde respect te hebben voor iedereen die bij het hockey betrokken is. Dit geldt zeker voor de tegenstander en scheidsrechters, maar ook voor je eigen teamgenoten alsook de trainers / coaches. Kinderen zijn jong en moeten hierin vaak gestuurd worden. Het is de taak van de trainer / coach om hier leiding aan te geven. Dit houdt helaas in dat vaak niet alleen de kinderen, maar ook de ouders gecorrigeerd moeten worden in dat wat HCAS wenselijk gedrag vindt. Hierin is een ondersteunende rol voor de JC weggelegd. De trainer / coach kan een kind corrigeren als er respectloos gedrag tentoon wordt gespreid. Probeer dit altijd te doen in een vragende vorm, laat het kind ervaren en zelf nadenken over wat het fout heeft gedaan. Daarmee is de kous dan ook af. Bij herhaaldelijke problemen wordt de hulp van de JC ingeroepen. Bij herhaaldelijk wangedrag kan besloten worden tot sancties opgelegd vanuit het bestuur (zie 9). Respect laten we daarnaast ook zien door na de wedstrijd iedereen een hand te geven, zowel de tegenstanders als ook de scheidsrechters!

5.4.1.4 Concentratie Concentratie is een begrip wat ook wel wordt aangeduid met het woord ‘focus’. Om een topprestatie te leveren moet iedereen gefocust zijn op de taken die uitgevoerd moeten worden. Dit gaat niet vanzelf en vergt de nodige training. Het is zaak dat dit tijdens trainingen vanaf de Jongste Jeugd erin wordt geslepen. De eerste bal moet goed zijn, ook de 20ste bal moet goed zijn. Blijven hameren op dit soort dingen zorgt ervoor dat de focus tijdens een training en de wedstrijd langer op de uitvoering komt te liggen.

5.4.1.5 Leven voor het hockeyen, dingen ervoor aan de kant zetten, goede keuzes maken Om een goede hockeyer te worden, is het zaak zoveel mogelijk tijd op het hockeyveld door te brengen. Het is wetenschappelijk bewezen met de 10.000uur regel (en ook makkelijk te bedenken) dat degenen met de meeste trainingsuren in de sport, ook de beste atleten zijn (ervan uitgaande dat er fysiek geen absurditeiten zijn). Afleidingen zorgen voor minder trainingsuren. Deze dienen dan ook zo min mogelijk voor te komen. Het is zaak dat de beloning voor het wél komen trainen goed is. De belangrijkste beloning is een fatsoenlijke training. Dat is aan de trainer om deze ten alle tijden zo goed mogelijk in te vullen (misschien wel juist tijdens vakanties!!!!). Daarnaast moeten spelers die wel komen trainen altijd meer spelen / starten ten opzichte van spelers die niet zijn komen trainen. Ook fysiek moet alles in orde zijn. Dat betekent dat sommige spelers extra op zaken als voeding / blessurepreventie moeten letten.


Pagina 19

5.4.1.6 Om leren gaan met tegenslagen en succes Het is belangrijk om zowel om te leren gaan met tegenslagen als ook met successen. Je wordt niet beter van de dingen die je goed doet, je wordt beter van de dingen die je beter moet doen. Fouten mogen niet gemaakt worden, maar ze gebeuren toch. Het is dus zaak te zorgen dat die fouten niet nog een keer gemaakt worden. Succes moet te allen tijde gevierd worden. Ieder doelpunt moet begroet worden met een handje van je teamgenoten, ook al is het de 11-0. Ieder kampioenschap is belangrijk. Succeservaring zorgt (zie vorige paragrafen) voor motivatie, concentratie, zelfvertrouwen en met name plezier.

5.5 Flair Om goed te kunnen presteren, moet de speler zich goed voelen en vertrouwen hebben in eigen kunnen. Dit vertrouwen wordt gevoed door het behalen van doelstellingen en het ervaren van succes (zie voorgaande paragrafen). Iemand hoeft dus helemaal geen zeker persoon te zijn, als ze maar wel zeker zijn en zelfvertrouwen hebben in de taken die ze op het veld moeten uitvoeren (sportspecifiek zelfvertrouwen). Succes ervaren kan alleen door positief te zijn en te blijven, ook als het even tegenzit. Hockeyen met zelfvertrouwen, acties durven maken, niet bang zijn voor de tegenstander en hockeyen ‘alsof het vanzelf gaat’, dat is wat we als HCAS willen zien van onze spelers. Geef spelers daarom de ruimte te experimenteren. Stuur ze bij waar dat nodig is, maar zorg er te allen tijden voor dat eigen initiatief beloond wordt.


Pagina 20

6. Selectieprocedure 6.1 TOPHOCKEY HCAS Selecteren en beoordelen is een continu proces dat gedurende het hele seizoen plaatsvindt. Er wordt geselecteerd op basis van hockeykwaliteit. Daartoe gelden verschillende criteria, waaronder (stick)techniek, atletisch vermogen, tactisch inzicht, flair en mentaliteit. Dit zijn ook de items die op de beoordelingsformulieren moeten worden aangegeven. Aanvankelijk zal techniek en beweeglijkheid belangrijk zijn (Jongste Jeugd); naarmate kinderen ouder worden, zullen steeds meer eisen aan tactiek en fysiek en flair gesteld worden. N.a.v. de beoordelingen van de coaches en de trainers wordt een eerste opzet van de teams gemaakt. Deze worden door de JC beoordeeld. Dit gebeurt minimaal 2x per jaar, voor de winterstop en aan het eind van het seizoen. Mocht de JC aan de hand van de evaluaties opmerken dat er een significant verschil in niveau is opgetreden en het beter is wijzigingen aan te brengen in de selecties, wordt contact opgenomen met de lijncoördinatoren (en evt. coaches) voor overleg. Deze kunnen samen besluiten de selectie aan te passen, d.w.z. spelers tussentijds van team laten veranderen. Voor het nieuwe seizoen is de richtlijn om de beste spelers van een afdeling (A/B/C/D) te selecteren. Getracht moet worden om voor het 1ste team een groep van +/- 18 spelers te selecteren. Vervolgens worden selecties gemaakt van de lagere teams, waarbij het 2e team wordt ingedeeld op kwaliteit en de overige teams volgens de indelingen voor breedtesportteams. Deze spelers krijgen per selectiegroep selectietrainingen. Deze beginnen meteen na afloop van de competitie en lopen minimaal 3 weken door, tot eind juni. Eventueel moet geprobeerd worden om nog oefenwedstrijden te spelen. Daarna worden 15 spelers (14 veldspelers + 1 keeper) gekozen voor de selectie, de afvallers gaan naar het 2e team. Mocht er voor de zomer toch nog teveel onduidelijkheid zijn wat betreft de selectieindeling, dan kan besloten worden om de eerste 2 weken na zomerstop nog te trainen met een grotere selectiegroep. Dit gebeurt in overleg met de JC en Lijncoördinatoren. Taken voor de JC: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.

Alle beoordelingsformulieren van trainers en coaches evalueren Een voorlopig 1ste team en een 2e team samenstellen en de beste van 2e jaars lagere leeftijdscategorie meenemen, mits deze het potentieel hebben mee te kunnen op een hoger niveau. Deze spelers aan de selectietrainingen laten deelnemen De uitslag van de selectietrainingen evalueren met TC en Lijncoördinatoren Aan de hand van de selectietraining, de beoordelingsformulieren en evt. advies van TC en Lijncoördinatoren de teams samenstellen (eind juni) Gedurende het seizoen wordt er constant geselecteerd aan de hand van prestaties en instelling De club vragen deze procedure aan de ouders kenbaar maken als onderdeel van het nieuwe beleid

Gedurende het seizoen bestaat er blijvend de mogelijkheid te schuiven tussen teams. Zowel de Lijncoördinator als de trainer-coach van het team zijn degenen die hiertoe het initiatief kunnen nemen. De trainer-coach kan bij de Lijncoördinator een verzoek indienen. Uiteindelijk is de Lijncoördinator degene die het definitieve besluit neemt en de JC hierover inlicht. Samen met de JC kan dan besloten worden om de selectie te wijzigen. De JC draagt hierin de eindverantwoording.

6.2 Breedtesport Binnen deze teams vindt geen continue selectie plaats. In principe blijven de teams gelijk van samenstelling. Wel is het mogelijk, zoals hierboven beschreven, dat spelers vanuit een breedtesportteam naar een lijnteam gaan. Voorwaarde is dat ze opvallen (via beoordelingsformulieren, trainers of bij Lijncoördinatoren) binnen hun team. De uiteindelijke selectie wordt bepaald door de trainer-coach in samenspraak met de Lijncoordinator. De JC draagt hierin de eindverantwoording.

6.3 Opgave voor districtsselecties De JC inventariseert in maart/april bij de Lijncoördinatoren van de jongens en meisjes A1, B1, C1, D1 en D2 of er talentvolle spelers/speelsters zijn die in aanmerking komen voor selectietraining van het district. Voorwaarde voor opgave is dat deze spelers een redelijke kans maken om de eerste selectieronde te halen. Dit wordt jaarlijks opnieuw beoordeeld. De JC verzorgt de opgave naar het district en zorgt voor begeleiding van de spelers naar en op de districtstraining. HCAS Beleidsplan Jeugd 2013-2018

Pagina 21

HCAS stimuleert de spelers die het district halen. De ervaring om op districtsniveau te trainen en spelen bevordert de ontwikkeling van het individu en is uiteindelijk ook goed voor het team waar de betreffende speler/speelster in zit. Mocht het totale hockeyprogramma te zwaar blijken voor de speler/speelster, dan verdient de districtstraining voorrang en wordt bekeken of de trainingsbelasting op HCAS verlaagd kan worden door bijvoorbeeld een keer minder te trainen. Een en ander wordt besloten in overleg tussen lijncoördinator, trainer-coach en speler/speelster.

7. Keepersschool Met ingang van de 2e helft van het seizoen 2012 – 2013 is het gelukt om structureel en gestructureerd invulling te geven aan de keeperstrainingen. Vooralsnog ligt de nadruk op alle jeugdkeepers. Ook ligt er een concept beleid voor de keepers wat in het seizoen 2013 – 2014 zal worden afgerond. Ook van de keepers worden beoordelingen bijgehouden die gebruikt zullen worden bij de selecties. Er is daarom nauw overleg tussen de keeperstrainer, de JC en de Lijncoördinatoren. Regelmatig worden er clinics voor keepers georganiseerd. Wanneer bekend zal de TC de keepers hierover informeren. Veelal zijn hieraan kosten verbonden. In de technische begroting kan beperkt een beroep worden gedaan op vergoeding van deze kosten door HCAS.

8. Zaalhockey Zaalhockey is een uitstekende aanvulling op de hockeyopleiding tijdens de wintermaanden. Zowel de prestatieteams als de overige teams hebben veel baat bij het spelen in de zaal. Een absolute voorwaarde is wel dat er over voldoende uren in de zaal kan worden beschikt. Het aantal beschikbare trainingsuren is bepalend voor het aantal teams dat zaalhockey speelt. De prestatieteams (2 per leeftijdscategorie) dienen tenminste 1,5 uur/week in de zaal te kunnen trainen. De overige teams trainen 1 uur. Indien teams geen zaalhockey kunnen spelen, zal geprobeerd worden deze teams wintercompetitie op het veld te laten spelen. De selectie voor de zaalteams wordt verricht door de trainer-coach in samenspraak met de Lijncoördinator. Daarbij worden dezelfde selectiecriteria gehanteerd als bij de selectie voor veldhockey.

9. Normen en waarden De JC volgt het beleid van het bestuur ten aanzien van het hanteren en handhaven normen en waarden. De TC zorgt voor het uitvoeren van het beleid in deze.

9.1 Voorbeelden normen en waarden HCAS • • • • • • •

Fairplay Aanwijzingen opvolgen van trainer en coach, tijdens wedstrijden én trainingen Afspraak is afspraak Serieuze en plezierige benadering van de sport Je bent een vertegenwoordiger van je vereniging (ook bijvoorbeeld bij toernooien) Toernooiregelement FLUITEN!!!!!

9.2 Gevolgen bij kaarten Gele en rode kaarten dienen te allen tijde vermeden te worden. Mochten er onverhoopt toch kaarten vallen, dan spreekt iedere trainer/coach zijn speler/speelster hierop aan en gelden binnen HCAS de volgende regels: • De coach van het team is verantwoordelijk voor het correct vermelden van de naam en adresgegevens. HCAS Beleidsplan Jeugd 2013-2018

Pagina 22

• Alle kaarten worden door de coach gemeld bij de wedstrijdsecretaris. Deze informeert de TC en de betreffende coördinator van de JC. • In geval van een rode kaart geldt de procedure "rode kaart". De TC roept spelers/speelsters die gele en/of rode kaarten krijgen ter verantwoording en kan straffen (variërend van corvee tot een wedstrijd schorsing). Hierover moet afstemming zijn met de coach, die wellicht ook disciplinaire maatregelen zal treffen. Deze straf staat los van een eventuele straf die door de hockeybond genomen wordt. De TC ziet naast het opleggen van straffen voor gele en rode kaarten ook toe op het handhaven van de normen en waarden van de vereniging. Zie hiervoor ook paragraaf 2.9.

9.3 Andersoortig buitensporig gedrag Indien sprake is van buitensporig gedrag van een speler/speelster in, om en ook buiten het veld (bijvoorbeeld op trainingen of tijdens feesten) dan kan hij/zij ter verantwoording worden geroepen door de TC. De TC bepaalt de eventuele straf en informeert hierover de JC. Deze informeert vervolgens de betreffende speler/speelster alsmede de coach, trainer en ouders.

10. Invoering van het beleid Nieuw beleid ‘zo maar’ even invoeren, lukt natuurlijk niet. Nieuw beleid ‘in één keer’ invoeren ook niet. En ook niet alles uit dit beleid is nieuw. Soms is voortgeborduurd op reeds bestaande werkwijzen of zijn impliciete werkwijzen expliciet gemaakt door het op te nemen in dit beleid. Voor het seizoen 2013 – 2014 hebben wij de volgende maatregelen genomen als eerste stappen en daarmee het fundament gelegd voor de komende jaren:

• •

Aanstellen trainer/coaches – voor een aantal 1e teams is het gelukt om trainer/coaches aan te stellen. Dit zijn JB1, MB1 en MC1. Momenteel zijn we nog in gesprek met een aantal andere potentiële trainer/coaches die mogelijk dit seizoen nog deze rol kunnen gaan vervullen; Aanpassen trainingsschema – het blijft lastig om tot een goed trainingsschema te komen. Goed in de zin dat ieder team 2 x training krijgt en goed in de zin van adequate trainers. Toch ziet het schema er dit jaar weer een stuk beter uit dan vorig jaar. Er is geïnvesteerd in trainers door meer en beter


Pagina 23

betaalde trainers aan te nemen. Het technische budget ligt voor het seizoen 2013 – 2014 dan ook substantieel hoger dan het vorige seizoen;

•

• •

• • • •

Trainers worden beter begeleid. De technische staf bewaakt dat de trainers over het juiste trainingsmateriaal (oefenstof) beschikken en dat de trainers in staat zijn deze stof goed over te brengen. Dit gebeurt enerzijds ‘automatisch’ doordat het trainingsschema zodanig is ingedeeld dat ervaren trainers mee kunnen kijken met minder ervaren trainers. Anderzijds door de trainers te begeleiden waar dat nodig en/of wenselijk is. Eén trainer heeft zich inmiddels aangemeld voor de trainersopleiding HT3; Keeperstrainingen worden ook dit jaar weer door Feico Dieudonné verzorgd. Samen met het door Hendrik-Jan van Griensven opgestelde keeperbeleid is hiermee de basis gelegd voor structurele trainingen van de keepers en zijn we af van ad hoc geregel; Na de afgelopen winter 3 jeugdteams via Deurne kennis te hebben laten gemaakt met zaalhockey gaan er het komend winterseizoen 11 teams hockeyen. Wederom 3 via Deurne, maar ook 8 in de Schop. Voor de niet zaalhockeyende teams gaat de Jeugdcommissie een alternatief winterprogramma verzorgen. Met deze maatregelen is de kans op de jaarlijkse terugval na de winterstop ten opzichte van andere clubs veel minder aanwezig; Nog voor de winterstop beschikken we over lijncoördinatoren. Interesse is al gepolst, maar het concept moet nog wat meer handen en voeten krijgen om het in de praktijk te laten werken; De selecties voor de zomer om de teams in te delen zijn zo veel als mogelijk in de geest van het nieuwe beleid uitgevoerd. Binnenkort worden de selecties geëvalueerd en worden de leerpunten verwerkt in het selectiebeleid; Bij het aanmelden van de teams voor de veldcompetities is rekening gehouden met de ambities zoals beschreven in dit beleid. Dit houdt in dat de teams zo hoog mogelijk zijn ingedeeld. De organisatie van de technische commissie is verstevigd. Hierdoor zijn we beter in staat om de acties zoals vermeld in dit beleid ook daadwerkelijk uit te voeren. Jaap Habets en Rik Pijnenburg zijn aan de technische commissie toegevoegd.


Pagina 24

Technisch Beleidsplan Jeugd HCAS

Recommend Documents