Factsheet taal en rekenen, rekenen, augustus 2013
Taal en rekenen in het praktijkonderwijs: nogmaals de belangrijkste punten op een rij
Bij de start van het nieuwe schooljaar kan het gaan kwaad de feiten rondom taal en rekenen in het praktijkonderwijs nog eens door te nemen, bijvoorbeeld in en met het team van uw school. Het Platform Praktijkonderwijs heeft ze hierna op een rij gezet:
Wat zegt de Wet op het voortgezet onderwijs, onderwijs, artikel 10f? 10f? Het praktijkonderwijs bestaat uit •
een gedeelte waarin aangepast theoretisch onderwijs,
•
persoonlijkheidsvorming en
•
het aanleren van sociale vaardigheden worden verzorgd en
•
een gedeelte waarin de leerling wordt voorbereid op het uitoefenen van functies op de arbeidsmarkt.
Praktijkonderwijs wordt zo veel mogelijk op basis van de kerndoelen verzorgd en is er op gericht dat leerlingen zo veel mogelijk het referentieniveau Nederlandse taal en het referentieniveau rekenen bereiken die voor het praktijkonderwijs zijn vastgesteld op grond van artikel 2, tweede lid, aanhef en onderdeel c, van de Wet referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen. Praktijkonderwijs bereidt de leerling voor op functies binnen de regionale arbeidsmarkt op een niveau dat ligt onder het niveau van de assistentopleiding, bedoeld in artikel 7.2.2, eerste lid, onderdeel a, van de Wet educatie en beroepsonderwijs.
Wat heeft de staats staatssecretaris over taal en rekenen in het pro gezegd? In haar brief aan het LWV Pro d.d. 27 oktober 2009 heeft de staatssecretaris van OCW op de wettelijke bepaling, die toen nog in concept voorlag, een toelichting gegeven. Deze luidt als volgt: “Verder begrijp ik heel goed dat ook niveau 1F voor vele leerlingen in het praktijkonderwijs nooit haalbaar zal zijn. Het gaat er bij deze leerlingen niet om dat ze allemaal één bepaald doel moeten bereiden, maar dat, uitgaande van de specifieke talenten en mogelijkheden van de leerling, de school het beste uit de leerling haalt, ook op het gebied van taal en rekenen.
Factsheet taal en rekenen, rekenen, augustus 2013
Daarom is de wettelijke formulering nu zo opgesteld dat er mijns inziens nog steeds ruimte is voor maatwerk. Niet alleen is in het door u genoemde wetsartikel opgenomen dat leerlingen zo veel mogelijk het referentieniveau bereiken, in de memorie van toelichting wordt ook bepaald “dat er voor de praktijkscholen een streven moet zijn deze leerlingen voor zover mogelijk en haalbaar te brengen tot het referentieniveau dat wordt vastgesteld voor deze schoolsoort.” Met andere woorden: er geldt voor scholen in het praktijkonderwijs een inspanningsverplichting leerlingen zo ver mogelijk te brengen, geen resultaatsverplichting. Anders dan in het regulier onderwijs is er in het praktijkonderwijs ook geen sprake van verplichte toetsing of van examens waarin leerlingen moeten aantonen over welke taal- en rekenvaardigheden zij beschikken. Ook de Inspectie gaat in haar toezicht bij het beoordelen van de resultaten uit van het bereikte niveau van de individuele leerling in relatie tot zijn of haar ontwikkelingsmogelijkheden.”
Waar kijkt de Inspectie naar als het om taal en rekenen gaat? Het algehele waarderingskader dat de Inspectie in 2013 toepast voor het voortgezet onderwijs, kunt u nalezen in de brochure Toezichtkader VO 2013, te downloaden vanaf http://www.onderwijsinspectie.nl/binaries/content/assets/Actueel_publicaties/2012/brochuretoezichtkader-voortgezet-onderwijs-2013 Voor het praktijkonderwijs gelden – naast de algemene kwaliteitscriteria voor het vo – in het bijzonder de volgende toetsstenen: •
de leerlingen behalen het opleidingsniveau dat mag worden verwacht
•
de leerlingen in het pro ontwikkelen zich volgens een individuele leerroute
•
de leerlingen van het pro functioneren naar verwachting in de vervolgopleiding of het werkveld
•
de school biedt leerinhouden aan die dekkend zijn voor de eisen die aan het praktijkonderwijs worden gesteld
•
voor iedere leerling wordt een ontwikkelingsperspectief vastgesteld
•
de leerling ontvangt onderwijs zoals beschreven in het ontwikkelingsperspectief
•
de school stelt vast of de leerlingen zich ontwikkelen volgens het perspectief en maakt naar aanleiding hiervan beredeneerde keuzen
Een algemeen criterium voor het voortgezet onderwijs is dat de school systematisch de vorderingen van de leerlingen volgt aan de hand van landelijk, statistisch genormeerde toetsen. In het praktijkonderwijs worden dergelijke toetsen gebruikt waar nodig en relevant, voor die leerlingen waarbij dit passend is. Mocht u deze toetsen niet gebruiken, geef dan aan waarom dat zo is. 2
Factsheet taal en rekenen, rekenen, augustus 2013
De Inspectie beoordeelt kortom niet of en in hoeverre alle leerlingen van een school voor praktijkonderwijs voldoen aan het referentie niveau 1F.
Wat gebeurt er in het vmbo, vmbo, basisberoeps? basisberoeps? Voor het vmbo-basisberoepsgerichte leerweg geldt het referentieniveau 2F. Dit wordt geëxamineerd aan de hand van een centrale rekentoets en het examen Nederlands. Rekenen •
in 2013-2014 wordt de rekentoets ingevoerd; uitslag nog niet bepalend, wel op cijferlijst
•
uitslag op de rekentoets wordt in 2015-2016 bepalend voor zak/slaag beslissing
Nederlands •
met ingang van 2013-2014 moeten leerlingen minimaal een vijf halen voor Nederlands
•
in 2014-2015 is het examen Nederlands conform 2F
In 2013-2014 en 2014-2015 mag voor vmbo-bb de normering voor taal en rekenen tijdelijk onder niveau 2F liggen. In 2014 beslist OCW of en wanneer niveau 2F voor vmbo-bb volledig wordt ingevoerd.
Wat gebeurt er in het mbo? Niveau 2 opleidingen Voor de niveau 2 opleidingen geldt niveau 2F. Op dit moment bevindt men zich in de pilotfase. De mbo-instellingen examineren zelf het behaalde taal/rekenniveau; de behaalde resultaten van de studenten worden m.i.v. 2013-2014 op de cijferlijsten vermeld, maar hoeven nog niet te worden meegenomen in de zak/slaag beslissing. In het schooljaar 2015-2016 wordt voor de niveau 2 opleidingen het centraal examen Nederlands ingevoerd; het schooljaar 2016-2017 volgt het centraal examen Rekenen. De uitkomsten tellen dan mee in de zak/slaag beslissing.
3
Factsheet taal en rekenen, rekenen, augustus 2013
Niveau 1 en entreeopleidingen Met ingang van 1 augustus 2014 worden de niveau 1 opleidingen vervangen door de entreeopleidingen. De kwalificatiedossiers van de entree-opleidingen zijn nog niet vastgesteld. Het Platform houdt u op de hoogte. Voor wat betreft taal en rekenen: voor zowel de niveau 1 als de entree-opleidingen geldt dat de instellingen deze opleidingen zo moeten inrichten dat niveau 2F wordt behaald. In 2014 besluit OCW over de invoering van centrale examens taal en rekenen in de entreeopleiding. De resultaten van de taal- en rekenexamens worden op de cijferlijst vermeld, waarbij tevens de voortuitgang ten opzichte van 2F wordt aangegeven. Naar verwachting wordt voor toelating tot niveau 2 opleidingen vereist dat het taal- en rekenniveau dat is behaald in de entree-opleiding voldoet aan 2F.
Wat zijn relevante trajecten als het om taal en rekenen in het praktijkonderwijs gaat? Landelijk curriculum pro door het Platform / LWV Circa 25 scholen starten in 2013/2014 met de invoering van het curriculum praktijkonderwijs. Dit curriculum bestaat uit een overzichtelijk geheel van streef- en beheersingsdoelen, geordend naar de domeinen wonen, werken, vrije tijd en burgerschap. De school maakt met de leerling afspraken over het behalen van deze doelen; deze afspraken worden opgenomen in het individueel ontwikkelingsplan (iop) van de leerling; de leerling houdt zijn of haar voortgang bij in het portfolio. In lijn met de wettelijke opdracht van praktijkonderwijs is het niveau 1F bij dit alles een streven, op maat aangepast aan de mogelijkheden van de leerling. Beheersingsdoelen taal en rekenen van de leerling worden ingebed in de domeinen wonen, werken, vrije tijd en burgerschap. De scholen kiezen de wijze waarop zij het taal- en rekenonderwijs in de school organiseren. U kunt de ontwikkelingen van dit traject volgen via de website van het Platform Praktijkonderwijs, www.platformpraktijkonderwijs.nl .
4
Factsheet taal en rekenen, rekenen, augustus 2013
Steunpunt taal en rekenen VO Het Steunpunt taal en rekenen vo is een initiatief van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, bedoeld om leidinggevenden en docenten in vo-scholen te ondersteunen bij het intensiveren van het taal- en rekenonderwijs. Het Steunpunt verstrekt informatie en organiseert bijeenkomsten. Meer informatie: http://www.steunpunttaalenrekenenvo.nl/ . Op deze site kunt u ook doorklikken naar het mbo-gedeelte van hetzelfde steunpunt.
Toetsontwikkeling door Cito Cito werkt aan een leerlingvolgsysteem waarmee ook de taal- en rekenontwikkelingen van leerlingen in de arbeidsmarktgerichte leerweg van het vso en in het praktijkonderwijs gevolgd kunnen worden. Aan het ontwikkeltraject, waarin onder meer proef- en praktijktoetsen worden ontwikkeld en afgenomen, doen ook enkele scholen voor praktijkonderwijs mee. Cito houdt het Platform Praktijkonderwijs op de hoogte van de ontwikkelingen. Meer informatie: http://www.cito.nl/Onderwijs/Voortgezet%20onderwijs/toetsen_speciale_leerlingen/nieuws_spe ciale_leerlingen/nieuwsbrief_speciale_leerling/item_1.aspx
Passende perspectieven door SLO Het project 'Passende perspectieven taal en rekenen' van SLO heeft leerroutes opgeleverd voor leerlingen in het basisonderwijs die niveau 1F niet, of alleen met extra ondersteuning kunnen halen. Deze leerroutes worden nu doorontwikkeld voor het praktijkonderwijs. Het Platform Praktijkonderwijs participeert in de Expertgroep en houdt u van de voortgang op de hoogte.
Vragen, opmerkingen? opmerkingen? Bij vragen of opmerkingen over deze factsheet kunt u contact opnemen met het secretariaat van het Platform Praktijkonderwijs,
[email protected], 010 – 404 11 40.
*** 5