SenterNovem, voor innovatie en duurzaamheid
Programma Milieu & Technologie, dat SenterNovem uit-
Een sterk innovatief bedrijfsleven in een leefbare, duurzame
voert voor de ministeries van VROM, EZ en LNV.
samenleving. SenterNovem stimuleert duurzame economische groei door een brug te slaan tussen markt en
Het Programma Milieu & Technologie stimuleert de
overheid, nationaal en internationaal. Bedrijven, (ken-
ontwikkeling en toepassing van innovatieve processen,
nis)instellingen en overheden kunnen bij SenterNovem
producten en diensten die beter voor het milieu zijn dan
terecht voor advies, kennis en financiële ondersteuning.
gangbare alternatieven.
Wij verbinden partijen die met passie en gedrevenheid willen werken aan een duurzame en innovatieve samenleving. SenterNovem is een agentschap van Economische Zaken en realiseert beleid in opdracht van de Rijksoverheid op een professionele, effectieve en inspirerende wijze. Meer informatie www.senternovem.nl/milieutechnologie Informatiepunt SenterNovem: 030 239 35 33
Catharijnesingel 59 Postbus 8242 3503 RE Utrecht
Technologie als hefboom voor duurzame ontwikkeling
Uitgave ter gelegenheid van het 20 jarig jubileum van het
Technologie als hefboom voor
Telefoon 030 239 34 93 Telefax 030 231 64 91 www.senternovem.nl/milieutechnologie
[email protected]
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op
September 2008
enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enig
Publicatienummer: 3MT08.03
duurzame
ontwikkeling
andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van SenterNovem. © 2008 SenterNovem
Dit boekje is gedrukt op FSC-gecertificeerd papier,
Joost van Kasteren
met inkt op sojabasis. in opdracht van
Hoewel deze publicatie met de grootst mogelijke zorg is samengesteld, kan SenterNovem geen enkele aansprakelijkheid aanvaarden voor eventuele fouten. Bij publicaties van SenterNovem die informeren over subsidieregelingen geldt dat de beoordeling van subsidieaanvragen uitsluitend plaatsvindt aan de hand van de officiële publicatie van het besluit in de Staatscourant.
Voorwoord
De aandacht voor duurzame ontwikkeling is groeiende. Bedrijven en consumenten nemen steeds meer hun verantwoordelijkheid en de overheid stimuleert en faciliteert dit, dwingt dit af, of geeft er zelf een flinke impuls aan door bijvoorbeeld duurzaam in te kopen. Maar gaat het snel genoeg? Creëren we een duurzame toekomst door ons gedrag aan te passen en efficiënter om te gaan met onze natuurlijke grondstoffen? Of zijn er grote technische veranderingen nodig? De rol van milieutechnologie komt in dit essay aan de orde. Geïnspireerd door interviews met een aantal toonaangevende personen schreef wetenschapsjournalist Joost van Kasteren dit boekje.
Aanleiding voor dit essay is het twintigjarig jubileum van het programma Milieu & Technologie dat SenterNovem uitvoert voor de ministeries van VROM, EZ en LNV. Sinds 1988 stimuleert het programma bedrijven in de industrie bij het milieuvriendelijker en innovatiever maken van hun productieprocessen, producten en diensten. Door onder andere subsidie, kennisnetwerken en kennisoverdracht helpt het bedrijven praktische oplossingen te vinden voor de praktische problemen die ze tegenkomen bij de ontwikkeling en toepassing van milieutechnologie.
Met die twintig jaar is Milieu & Technologie één van de langstlopende programma’s van de overheid, en daarmee een stabiele factor in het beleidsinstrumentarium. Stabiel wil echter niet zeggen onveranderlijk, want de inhoud en accenten zijn in de loop van de tijd meeveranderd met de behoeften van het bedrijfsleven en ontwikkelingen in het overheidsbeleid. Mijlpalen zijn bijvoorbeeld de aansluiting bij de integrale milieutaakstellingen van de diverse branches in de jaren ’90 en de ondersteuning van marktonderzoek sinds 2000 om te zorgen dat milieuinnovaties niet op de plank blijven liggen maar beter aansluiten op de markt.
Dit essay is gelardeerd met technische en marktgerichte projectvoorbeelden uit het programma Milieu & Technologie, juist om weer een verbinding tussen theorie en praktijk te maken. Want het programma Milieu & Technologie zal altijd met de voeten stevig op de grond blijven staan, ook in de toekomst, net als het industriële midden-en kleinbedrijf waar het zich op richt.
Gaarne wens ik U veel leesplezier en inspiratie toe.
drs. Jef Pleumeekers Algemeen directeur SenterNovem 1
INHOUD
VOORWOORD
1
INLEIDING
5
1. HET BEGIN
7
2 . H E T O P R U I M E N VA N D E R O M M E L
10
3. OOG VOOR HET PROCES
18
4 . D E G R E N Z E N VA N H E T S Y S T E E M
28
5. BIOLOGISCHE VOEDINGSSTOFFEN
30
6 . V O E D S E LW E B B E N
44
7. TECHNISCHE VOEDINGSSTOFFEN
47
8. TOT SLOT
62
3
Inleiding
Technologie als hefboom voor duurzame ontwikkeling Twintig jaar geleden nog werd technologie vooral gezien als deel van het probleem; de snelle technologische ontwikkeling van na de Tweede Wereldoorlog was volgens velen de drijvende kracht achter de groeiende milieuvervuiling. Inmiddels is duidelijk dat technologie op zijn minst een deel van de oplossing is. Technologische vernieuwing is onontbeerlijk als we het groeiend aantal mensen niet alleen van voldoende voedsel willen voorzien, maar ook in staat willen stellen om een redelijk niveau van welvaart te bereiken zonder de draagkracht van de planeet nog verder te ondergraven. Duurzame ontwikkeling vraagt echter
In de industriële productie vormt de
om een ander soort technologische
natuur eveneens een inspiratiebron. De
ontwikkeling. Een ontwikkeling van
bladeren van de Lotusplant, waar vocht
producten en processen waarbij ont-
en vuil geen vat op krijgen dankzij
werpers en ingenieurs de natuur niet
microscopisch kleine wassen nopjes op
buitensluiten, maar beschouwen als
het oppervlak, blijken een voorbeeld
voorbeeld en als inspiratiebron. Niet
voor de ontwikkeling van grafitti-
het beheersen van, maar het werken
bestendige muurverven en autolakken.
mét de natuur. De laatste jaren wordt
Met ‘witte biotechnologie’ worden op
die benadering op verschillende terreinen de natuur geïnspireerde processen de toegepast. In het waterbeheer
fabriek binnengehaald, vaak in
bijvoorbeeld, waar naast ‘harde’ dijken
combinatie met een verschuiving van
ook de aandacht groeit voor ‘zachte’
fossiele naar groene grondstoffen.
vormen van kust- en oeververdediging. Samenwerking tussen producenten zorgt En in de landbouw, waar biologische
ervoor dat reststoffen steeds minder vaak
bestrijding met sluipwespen en roof-
als afval moeten worden afgevoerd, maar
mijten en de aanleg van schuilplaatsen
gebruikt kunnen worden als grondstof
voor een deel de ‘harde’ plaagbestrijding
voor andere processen. De voedselwebben
met synthetische middelen vervangt.
van een ecosysteem fungeren daarbij als voorbeeld en als inspiratiebron.
5
6
Deze ‘ecologisering van de productie’
(milieu-)technologie fundamenteel is
is vaak niet erg zichtbaar. Een
veranderd. Van ‘opruimen van de
omwenteling van het technologisch
rommel’ via procesvernieuwing naar
paradigma laat zich immers niet
duurzame ontwikkeling door het sluiten
vergelijken met de bestorming van de
van technische en biologische kring-
Bastille of andere revoluties. Veel meer
lopen. Dit essay vormt een terugblik op
is het een zaak van kleine stappen,
die geleidelijke verandering. Het is
waarvan je pas achteraf kunt zeggen:
gebaseerd op een zestal interviews,
‘hier is iets fundamenteel veranderd’.
die ook in de tekst zijn opgenomen,
Terugkijkend op twintig jaar
met respectievelijk Ed Nijpels, Wim
Programma Milieu en Technologie zie
Reij, Rombout van Herwijnen, Oscar
je inderdaad dat het denken over
Goddijn, Han Brezet en Anke van Hal.
I. Het begin Tijdens de eerste Wereldmilieuconferentie in Stockholm in 1972 hield Barry Commoner een lezing waarin hij een analyse gaf van het ontstaan van milieuproblemen en de relatie met de ontwikkeling van het industriële productie-systeem. Commoner, inmiddels 91 jaar oud, was indertijd hoogleraar aan de Washington University in St. Louis en had zijn naam gevestigd door zijn onderzoek naar de effecten van radioactieve straling als gevolg van atoomproeven in de woestijn van Nevada. Mede dankzij de druk van een door hem opgerichte beweging waren die atoomproeven in 1963 stopgezet door president Kennedy. Tijdens zijn lezing voor het
Wereldoorlog een enorme toename
Environment Forum wees Commoner
gezien van andere synthetische
er op dat de milieubelasting in de
producten zoals bestrijdingsmiddelen
periode tussen 1945 en 1970 gemid-
en detergenten. Daarnaast worden
deld genomen tien keer zo groot was
hout en ijzer meer en meer vervangen
geworden. In diezelfde 25 jaar was de
door een energie-intensief materiaal
bevolking van de Verenigde Staten
als aluminium en worden automotoren
anderhalf maal groter geworden, terwijl
zodanig ontworpen dat ze veel meer
ook het welvaartsniveau met circa
vermogen leveren dan de T-Fordjes
50 procent was gestegen. Met andere
van voor de oorlog. En daarmee ook
woorden, de toename van de milieu-
veel meer brandstof vragen.
belasting was vele malen groter dan verklaard kan worden uit de groei van
Een bijkomende factor was volgens
de bevolking en van de welvaart.
Commoner de schaalvergroting die na de Tweede Wereldoorlog werd ingezet.
Volgens Commoner had dat alles te
Weliswaar kunnen arbeid en machines
maken met een ingrijpende verschui-
daardoor efficiënter worden ingezet,
ving in de aard van de productie.
maar schaalvergroting leidt ook tot
Natuurlijke materialen zoals katoen en
minder efficiënt gebruik van grond-
wol werden op grote schaal vervangen stoffen en energie en bijgevolg meer door op aardolie gebaseerde kunst-
afval. De lage olieprijs zorgde er
stoffen, zoals nylon. Daarnaast hebben
bovendien voor dat de urgentie om
we in de periode na de Tweede
efficiënter met fossiele grondstoffen
7
PROJECT VOORBEELD MILIEU & TECHNOLOGIE
Latexfalt ontwikkelde met subsidie van M&T een bitumendeklaag voor asfaltwegen waarbij raapzaadolie in plaats van vluchtige oplosmiddelen wordt gebruikt. Hierdoor vermindert de emissie en werkt het prettiger en veiliger. Bovendien is de productietechniek van het nieuwe product verbeterd. Het mengen van de ingrediënten gaat simpeler door een in-line blending techniek. Het nieuwe product
Milieuvriendelijke
wordt inmiddels succesvol toegepast in binnen- en buitenland.
asfaltlagen zonder oplosmiddel
Op de foto: directeur Bert Jan Lommerts.
om te gaan ontbrak. Pas begin jaren
met natuurlijke, gebalanceerde pro-
zeventig, met de Club van Rome,
cessen die het milieusysteem in stand
drong het besef door dat grondstoffen houden.’ De milieucrisis illustreert niet onuitputtelijk zijn.
volgens hem een tragische paradox, namelijk dat de nieuwe technieken en
8
‘In mijn ogen,’ zo stelde Commoner
de bijbehorende producten en
indertijd, ‘is de drijvende kracht achter
productieprocessen het biologisch
de groeiende vervuiling niet de over-
kapitaal vernietigen, dat essentieel is
bevolking, noch de welvaartsgroei,
voor hun productiviteit. Of, zoals de
maar de grootschalige introductie van
Buckminster Fuller - de architect die
nieuwe technieken – vooral na 1945 –
bekend werd door zijn geodetische
die door hun aard niet compatibel zijn
koepels - het uitdrukte: Je kunt niet
I. Het begin
straffeloos morrelen aan de ‘life
ze te voorkomen of in ieder geval te
support systems’ van het Ruimteschip
minimaliseren is een ingrijpende
Aarde.
verandering van het productiesysteem door de technosfeer te integreren in
De analyse van Barry Commoner was
de ecosfeer. Het zou echter nog enige
opmerkelijk in de zin dat hij als een
tijd duren voor de analyse van
van de weinigen een verbinding legde
Commoner weerklank vond. Voorlopig
tussen het productiesysteem en de
lag de nadruk op het opruimen van de
milieuvervuiling. Bij overheid en
rommel.
industrie overheerste indertijd de houding dat de industriële ontwikkeling wat rommel had veroorzaakt die even opgeruimd moest worden. We zien dat terug in het milieubeleid van die tijd, dat zich vooral richtte op het schoonmaken van de milieucompartimenten water, lucht en bodem. Tegelijkertijd bekritiseerde hij de toenmalige milieubeweging die prachtige ‘blueprints for survival’ maakte, maar nauwelijks of geen oog had voor armoede en sociaaleconomische verhoudingen.
Volgens Commoner wordt het milieuprobleem veroorzaakt door de botsing tussen de ‘technosfeer’ en de ‘ecosfeer’. Waar vroeger grootschalige verstoringen, zoals stormen, droogte en overstromingen konden worden beschouwd als ‘acts of God’, blijken ze nu steeds vaker te worden veroorzaakt door ‘acts of man’. De enige manier om
9
2. Het opruimen van de rommel 2.1 Milieu als economische waarde
mate van vervuiling. Huishoudens
In de jaren zeventig lag de nadruk in
forfaitaire heffing gebaseerd op inwo-
het milieubeleid op het opruimen van
ner equivalenten.
betaalden en betalen nog steeds een
de rommel. Er werden normen
10
opgesteld voor lozing en emissie,
Na de Wvo volgde de Wet
waarvan de naleving werd (en wordt)
Luchtverontreiniging en de Wet
afgedwongen via een systeem van
geluidhinder en een reeks wetten en
vergunningverlening en handhaving.
besluiten om afvalstoffen op een nette
Waar nodig werden heffingen in het
manier af te voeren en te verwerken.
leven geroepen, waarmee in feite een
Hoewel niet iedereen bereid of in
economische waarde wordt toegekend
staat was om zich aan de regels te
aan de kwaliteit van de omgeving. Het
houden, werkte de aanpak grosso
milieu, de ‘ecosfeer’, wordt als het ware
modo wel. De ontwikkeling van
een onderdeel van het systeem van
nieuwe zuiveringstechnieken maakte
productie en consumptie, de ‘techno-
Nederland geleidelijk aan schoner.
sfeer’. De intrinsieke waarde van eco-
Deed zich een onverwacht probleem
systemen verdwijnt uit beeld; ze zijn
voor, zoals de Lickebaert-affaire, dan
handelswaar geworden.
kon de overheid snel optreden.
Het opruimen van de rommel vormde
De Lickebaert-affaire ontstond toen
het motief voor een hele serie wetten,
bleek dat de melk van koeien, die
te beginnen met de Wet verontreini-
graasden onder de rook van de Afval-
ging oppervlaktewateren (Wvo), die
verwerking Rijnmond, teveel dioxine
dateert van 1970. Deze stelde normen
bevatte. De toenmalige minister Nijpels
aan de hoeveelheid afvalwater die
voerde een zeer strenge norm in om de
geloosd mocht worden en verplichtte
emissie van dioxine bij de verbranding
bedrijven en particulieren tot het
van afval tot vrijwel nul terug te bren-
betalen van een zuiveringsheffing. Bij
gen. Allerwegen werd die norm
bedrijven werd de hoogte van de
onhaalbaar geacht, maar bij de eerst-
heffing bepaald door hoeveelheid en
volgende installatie die in gebruik
2. Het opruimen van de rommel
werd genomen, werd deze ruim-
lastiger, zo niet onmogelijk om de eco-
schoots gehaald.
nomische waarde vast te stellen.
Naast positieve effecten heeft het toe-
nomische waarde van een natuurgebied
kennen van economische waarde aan
of ecosysteem vervolgens wordt
de kwaliteit van het milieu ook nade-
uitgeruild tegen iets dat op dat moment
len. Voor de verontreiniging van lucht,
nog waardevoller wordt geacht.
Bovendien loop je het risico dat de eco-
water en bodem is met enige moeite nog wel een heffingsgrondslag vast te
Bijzondere ecosystemen, zoals blauw-
stellen, gebaseerd op de kosten van
graslanden en trilveen, laten zich moei-
zuivering. Voor andere aspecten van
lijk beschermen, door er via heffingen
de leefomgeving zoals de kwaliteit van een economische waarde aan toe te het landschap of de aanwezigheid van
kennen. Als de druk groot is, wordt de
bijzondere soorten is het een stuk
waarde van het natuurgebied al snel
11
PROJECT VOORBEELD MILIEU & TECHNOLOGIE
Met subsidie van M&T onderzocht Synbra Technology hoe ze hun polystyreenhoudend afvalslib nuttig konden hergebruiken. Door het slib met een zeefpers te drogen kon het als vulstof bij de productie van polystyreengranulaat in het bedrijf gebruikt worden. Synbra Technology bespaart hiermee € 241.000 per jaar. Op de foto: Jan Noordegraaf, directeur Synbra Technology.
Afvalstroom wordt
grondstof uitgeruild tegen andere waarden, zoals werkgelegenheid. In Nederland
mee op. Een andere oplossing is om
kiezen we in zo’n geval vaak voor
een hek om waardevolle natuur-
natuurcompensatie, waarbij het ver-
gebieden heen te zetten. Nadeel
dwijnen van bijzondere natuur,
daarvan is dat je daarmee de verdere
bijvoorbeeld vanwege de aanleg van
ontwikkeling van een gebied en van
een bedrijventerrein, elders wordt
de mensen die er wonen blokkeert. In
gecompenseerd met de aanleg van
Nederland zijn we rijk genoeg om de
nieuwe natuur. Een wat gekunstelde
getroffenen te compenseren, maar in
aanpak, die een beetje doet denken
Afrika en Azië is dat een stuk lastiger
aan het behoud van bijzondere
en komen mensen in het gedrang als
diersoorten door fokprogramma’s van
de dieren worden beschermd.
dierentuinen. Het wezenlijke probleem, 12
aantasting van de natuur, los je er niet
2. Het opruimen van de rommel
2.2 End of pipetechnologie
De invoering van de Kaderrichtlijn
Technologisch gezien leidt het
aanpak geen garantie is voor echt
toekennen van waarde aan de
schoon water. Anders dan bij de Wvo,
kwaliteit van de omgeving vaak tot
wordt in de Kaderrichtlijn uitgegaan
het treffen van ‘end of pipe’-maat-
van de ecologische kwaliteit van
regelen. In geval van de Wvo
oppervlaktewater en grondwater.
bijvoorbeeld werden de heffingen
Water laat zien dat de ‘end of pipe’-
(lees verder op pagina 17)
gebruikt om zuiveringsinstallaties aan te leggen. Op zich heeft dat gunstige economische effecten gehad. Nederlandse adviesbureaus en bedrijven hebben wereldwijd een vooraanstaande positie weten op te bouwen op het gebied van waterzuivering.
Een nadeel is echter dat het probleem, zeker in eerste instantie werd verplaatst. Het oppervlaktewater werd weliswaar schoner, maar het resultaat van de acties was een berg zuiveringsslib waarmee je niet veel meer kunt doen dan verbranden. Bovendien waren en zijn de heffingen – en de bijbehorende zuiveringstechnologie – onvoldoende gebleken om het oppervlaktewater echt schoon te krijgen, met name doordat diffuse bronnen, zoals uit- en afspoeling van akkers, weiden en wegen zich niet met ‘endof-pipe’ technieken laten elimineren.
13
2. Het opruimen van de rommel
Ed Nijpels:
Nederland verdient geld met milieutechnologie ‘Twintig jaar geleden was milieu een kostenpost voor bedrijven, tegenwoordig verdienen ze er geld mee’, zegt Ed Nijpels, voorzitter van ONRI, brancheorganisatie van advies-, management- en ingenieursbureaus. Een omslag, die volgens hem vooral is te danken aan technologische ontwikkeling in combinatie met een stevig milieubeleid. Eind jaren tachtig was Ed Nijpels als
Milieu & Technologie, is echter maar
minister van VROM eerstverantwoor-
een deel van het verhaal. Nijpels:
delijke voor het Nationaal
‘Als je alleen wacht op technologische
Milieubeleidsplan (NMP) ‘Kiezen of
ontwikkeling gebeurt er niets. Je moet
Verliezen’. Een paradigmatische
als overheid ook duidelijke normen
omwenteling in het denken over
stellen om beleidsmatig druk op de
milieu, zegt hij zelf. ‘Tot die tijd was
ketel te houden. Indertijd speelde de
het beleid er vooral op gericht om de
‘Lickebaert-affaire’: koeien die graas-
effecten van vervuiling te bestrijden.
den onder de rook van de
In het NMP werd voor het eerst inge-
Afvalverbranding Rijnmond bleken
zet op het daadwerkelijk aanpakken
een te hoog gehalte dioxine in de
van de oorzaken. Met als onmisbare
melk te hebben. Op een golf van
bouwsteen het stimuleren van
maatschappelijke verontrusting heb ik
schonere productieprocessen.
toen de strengste norm ter wereld
Technologische ontwikkeling in wat
geformuleerd voor verbrandings-
we nu ‘duurzame’ richting noemen is
installaties. Onmogelijk te realiseren,
daarbij onmisbaar gebleken.’
riep iedereen in koor, maar een jaar of wat later ging de eerste installatie
Het stimuleren daarvan, onder meer
open die aan die norm voldeed.’
via het nu twintigjarige Programma 15
Andere voorbeelden uit die tijd zijn de afvalwater, omdat de aanpak ervan verplichte driewegkatalysator voor
rechtstreeks raakt aan onze manier
auto’s en het verwijderen van fosfaat
van leven. Maar het probleem is niet
uit wasmiddelen. Nijpels: ‘Steeds weer
hopeloos.’
bleek die combinatie van beleidsdruk en technologische ontwikkeling te
Hoewel hij nog maar kort voorzitter
leiden tot innovatieve oplossingen die
van ONRI is, signaleert Nijpels dat het
positief uitpakten voor het milieu en
broeikasprobleem heel wat creativiteit
tegelijkertijd bedrijven zeker geen
losmaakt. ‘Naast voorkomen van CO2-
windeieren hebben gelegd.
uitstoot, bijvoorbeeld door omzetten
Voorwaarde is wel dat je niet alleen
van organisch afval in biogas, wordt
normen oplegt, inclusief een periode
die creativiteit ook ingezet om CO2
waarbinnen bedrijven aan die normen
nuttig te gebruiken, bijvoorbeeld door
moeten voldoen, maar ze ook hand-
er algen mee te kweken. Daarnaast
haaft. Wel met stevige sancties en op
steken Nederlandse ingenieurs veel
basis van het uitgangspunt dat de
creativiteit en energie in het aanpas-
vervuiler betaalt voor de milieuschade
sen aan de eventuele klimaat-
die hij aanricht.’
verandering bijvoorbeeld door nieuwe vormen van waterbeheer of door
De combinatie van beleidsdruk
klimaatbestendig bouwen. Slimme
(normen/sancties) en technologische
ideeën die nu al omzet genereren voor
ontwikkeling is succesvol gebleken in
Nederlandse bedrijven en adviseurs.
de aanpak van klassieke milieu-
Wat dat betreft kan de geschiedenis
problemen zoals water- en lucht-
van de milieutechnologie zich
vervuiling en geluidsoverlast.
herhalen.’
Nederland is immers een stuk schoner dan twintig jaar geleden. De vraag is of die combinatie ook voldoende is om het hoofd te bieden aan hardnekkiger problemen zoals de uitstoot van CO2. Nijpels: ‘De CO2-uitstoot en de eventuele gevolgen zijn inderdaad van een andere orde dan de zuivering van
16
2. Het opruimen van de rommel
(vervolg van pagina 13)
Ondanks alle inspanningen om lozin-
Desondanks wordt de ‘end of pipe’aanpak incidenteel nog steeds bepleit.
gen terug te dringen, blijkt het nog
Een voorbeeld is het afvangen en
niet zo eenvoudig om aan die
opslaan van CO2 (CCS, Carbon Capture
kwaliteitsdoelstellingen te voldoen.
& Storage). Volgens de publiek-private
Volgens de ex ante evaluatie van de
Task Force CCS is dat nodig omdat we
Kaderrichtlijn, uitgevoerd door het
enerzijds moeten voldoen aan de
planbureau voor de leefomgeving
doelstellingen om de uitstoot van CO2
worden de doelstelling van ecologi-
met 30 procent te verminderen in
sche kwaliteit voor 40 tot 60 procent
2020. Anderzijds omdat schone,
gehaald in de periode tot 2015.
hernieuwbare energiebronnen – die geen CO2 opleveren – de komende
Een ander aspect is dat heffingen in
jaren nog niet in voldoende mate
combinatie met ‘end of pipe’-technie-
beschikbaar zijn, zodat we nog een
ken het milieu voor bedrijven tot een
tijd lang fossiele brandstoffen moeten
kostenpost maakt. Er zijn bedrijven die verstoken. CCS vormt niet alleen verdienen aan zuiveringstechnieken,
financieel, maar ook energetisch een
maar voor de meeste bedrijven staat
kostenpost, omdat het het rendement
het milieu aan de negatieve kant van
van een elektriciteitscentrale met
verlies- en winstrekening. Dat motiveert
ergens tussen de tien en twintig
niet erg om meer te doen dan de wet-
procent doet afnemen. Een andere
telijke normen voorschrijven.
interessante en eenvoudigere
Bovendien dwingt het overheden tot
mogelijkheid is om het vrijkomende
het in stand houden van een kostbaar
CO2 te benutten, bijvoorbeeld voor de
systeem van vergunningverlening en
productie van algen, die weer als
handhaving waarin gedetailleerd
grondstof kunnen dienen voor
wordt voorgeschreven wat bedrijven
chemicaliën en biodiesel.
wel en niet mogen doen. Een bijkomend nadeel is dat als het economisch klimaat guurder wordt, zoals in de jaren tachtig, het draagvlak voor maatregelen die het milieu moeten beschermen, snel afbrokkelt.
17
3. Oog voor het proces 3.1 Kentering
vervangen door een microlaagje
Vanwege de nadelen van de ‘end of
aluminium.
pipe’-aanpak zien we medio jaren tachtig dan ook een kentering. Daarbij
Rondom het concept ‘proces-
komt de nadruk meer en meer te liggen geïntegreerd’ kwam, achteraf gezien, een aantal lijntjes bij elkaar. Voor de op het verminderen van vervuiling door het aanpassen van productie-
overheid was het steeds duidelijker
processen. Het concept ‘proces-
geworden dat een aanpak per com-
geïntegreerde oplossingen’ doet zijn
partiment (lucht, water, bodem, geluid)
intrede. Niet in de laatste plaats
niet erg effectief was. De oplossing in
dankzij de activiteiten van de
het ene compartiment, water bijvoor-
Commissie Milieu en Industrie, een
beeld, leidde tot problemen in een
samenwerkingsverband van
ander compartiment. Bovendien wer-
overheden, industrie en wetenschap.
den lagere overheden en bedrijven bijna overspannen van de grote hoe-
In 1987, kort voor de start van het
veelheid niet op elkaar afgestemde
Programma Milieu & Technologie,
regels en de bijbehorende wirwar aan
publiceert de Commissie het boek
vergunningen en controles. Een
‘Milieutechnologie, meer dan milieu
integrale aanpak was geboden en die
en technologie’ met daarin een aantal
kreeg dan ook gestalte in het eerste
voorbeelden van bedrijven die hun
Nationaal Milieubeleidsplan ‘Kiezen of
processen aanpassen om de milieu-
verliezen’ uit 1988.
belasting te verminderen. Daarbij gaat
18
het om voorzieningen voor onder
In diezelfde periode vroeg en kreeg
meer het terugwinnen van oplosmid-
het bedrijfsleven ook ruimte voor een
delen, het vervangen van CFK’s als
integrale aanpak. Niet langer lag de
drijfmiddel bij de vervaardiging van
nadruk op het naleven van de regels,
polystyreenschuim en een nieuwe
maar op de verinnerlijking ervan, de
vorm van oppervlaktebehandeling
internalisering in het toenmalige jargon.
waarbij het giftige cadmium wordt
Per bedrijfstak worden bovendien
3. Oog voor het proces
PROJECT VOORBEELD MILIEU & TECHNOLOGIE
Met subsidie van M&T heeft Peardove bij polyesterverwerker Alpomat een proefopstelling gebouwd van een spuitrobot die preforms vervaardigt. Preforms worden gebruikt bij de productie van glasvezelversterkte polyestervormen. Bij de huidige open-maltechniek is het vrijkomen van styreen een groot milieuprobleem. De spuitrobot kan geprefabriceerde glasvezelmatten, de preforms, maken. Hierdoor is het mogelijk ook ingewikkelder vormen met een gesloten-
Polyesterproductie
zonder styreen-emissie
maltechniek te maken, waarbij bijna geen styreen vrijkomt. Daarnaast is de methode sneller en goedkoper en levert het een beter resultaat op. Op de foto: John van der Neut (l, Peardove) en Patroclos Fasseas (r, Alpomat) bij de spuitrobot.
convenanten afgesloten, waarin werd
sommige bedrijfstakken, voorbeeld-
afgesproken wanneer bepaalde emis-
projecten te stimuleren, die lieten zien
siedoelstellingen bereikt zouden zijn.
hoe bedrijven maatregelen uit het
Daardoor kregen bedrijven de ruimte
milieuhandboek konden vertalen naar
om milieuvoorzieningen te treffen op
hun eigen bedrijf. De nadruk lag daar-
een moment dat het hen uitkwam.
bij op samenwerken met andere
Bijvoorbeeld als onderdeel van een
bedrijven, zoals toeleveranciers en
investeringsprogramma, waarbij toch al afnemers. Zo werd onder meer onderinstallaties moesten worden vervangen. zoek gedaan naar de voor- en nadelen van de overstap van de open mal- naar Het Programma Milieu & Technologie
de gesloten maltechniek bij de produc-
leverde daar een bijdrage aan door voor tie van vezelversterkte kunststofdelen.
19
Een derde ontwikkeling was dat met
Met hun ondertekening van het
name grote bedrijven de verantwoor-
programma verbinden bedrijven zich
delijkheid voor een schonere leef-
aan het continu verbeteren van de
omgeving naar zich toe trokken. Eind
prestaties van hun bedrijf op het
jaren tachtig waaide het programma
gebied van gezondheid, veiligheid en
Responsible Care over vanuit Canada
bescherming van het leefmilieu. En om
naar Europa; een vrijwillig initiatief van het publiek daarover te vertellen. de chemische industrie wereldwijd.
‘Be good and tell it’.
Een vergelijkbare ontwikkeling was de invoering van bedrijfsinterne milieuzorg. Ook hier gaat het om een vrijwillige actie van bedrijven, zij het dat een milieuzorgsysteem meestal deel uitmaakte van een convenant of bedrijfsmilieuplan. Vanaf medio jaren negentig werden milieuzorgsystemen genormeerd op een wijze vergelijkbaar met de systemen voor kwaliteitszorg. Bedrijven konden hun systeem laten certificeren op basis van de NEN-ISO 14000-reeks.
Deze ontwikkelingen kwamen bij elkaar in de Nota Technologie en Milieu (1991) die ervan uitgaat dat milieuproblemen het beste kunnen worden opgelost met procesgeïntegreerde voorzieningen en een integrale aanpak. Bij procesgeïntegreerde voorzieningen gaat het volgens de officiële definitie om aanpassingen aan processen of
20
3. Oog voor het proces
installaties, waardoor vervuiling wordt
3.2 Factordenken
voorkomen. Daarbij moeten we onder
Een belangrijke stimulans voor het
meer denken aan het aanpassen van
treffen van procesgeïntegreerde voor-
branders in centrales om de uitstoot
zieningen was het factordenken, dat
van stikstofoxiden te verminderen, het
begin jaren negentig opkwam. Om tot
terugwinnen en hergebruiken van
een werkelijk duurzame samenleving te
zware metalen bij oppervlaktebehan-
komen, met een zeker niveau van wel-
deling, het voorkomen van de emissie
vaart voor iedereen was het opruimen
van vluchtige organische stoffen door
van de rommel niet voldoende. Waar
gebruik van dampretourleidingen et
het om ging was het vergaand terug-
cetera.
dringen van de milieubelasting per eenheid product. Uitgangspunt voor het factordenken was de vergelijking:
MB = B x W x M
Waarbij MB staat voor milieubelasting, M E M B R A A N - E L E K T R O LY S E
B voor bevolkingsgroei, W voor welvaartsgroei en M voor de milieu-aantas-
Sinds eind negentiende eeuw werd chloor gemaakt door elektrolyse van pekel, een sterk
ting per eenheid van welvaart. Als in de
geconcentreerde oplossing van natriumchloride. In essentie komt het proces erop neer dat
periode tot 2050 de bevolking verdub-
de chloorionen zich verzamelen bij de anode, waar chloorgas wordt gevormd. De kathode
belt (factor 2) en de gemiddelde wel-
bestaat uit een laag kwik op de bodem van de elektrolysecel dat reageert met natriumionen
vaart wereldwijd vervijfvoudigd (factor
tot kwikamalgaam. In een afzonderlijke reactor wordt het amalgaam gesplitst in loog
5) dan zou de milieubelasting met een
(NaOH) en kwik dat vervolgens weer wordt hergebruikt. Daarbij komt ook waterstof vrij,
factor 10 toenemen. Aannemende dat
dat elders nuttig gebruikt wordt bijvoorbeeld bij het kraken van ruwe olie.
we die belasting juist met de helft zou-
In de afgelopen jaren is de kwikelektrolyse in Nederland vervangen door zogeheten
den willen verminderen, dan zouden
membraanelektrolyse. Het membraan deelt de elektrolysecel in twee compartimenten, het
we een factor 20 efficiënter om moeten
anode- en het kathodegedeelte. Pekel wordt ingelaten in het anodecompartiment, terwijl
gaan met grondstoffen en energie.
aan de kathode zuiver water wordt toegevoegd. Aan de anode vormt zich chloorgas terwijl
Ofwel, de M in de vergelijking, die je
de natriumionen zich door het membraan naar de kathode gegeven. Daar ontstaat loog.
ook kunt lezen als het industrieel
De waterstof die vrijkomt bij de elektrolyse van water wordt onder meer gebruikt als
metabolisme zou een factor 20
hulpstof bij de productie van andere chemicaliën.
efficiënter moeten worden. 21
Een dergelijke efficiency-verbetering
3.3 Knijpen
lijkt veel, maar is de afgelopen decen-
Het factordenken vormde een belang-
nia al vaker vertoond. De eerste
rijke stimulans om de hoeveelheden
computer bijvoorbeeld, de ENIAC,
energie, water, grondstoffen en afval
gebouwd in de jaren vijftig, had een
per eenheid product te beperken.
omvang van enkele klaslokalen,
‘Pinch’ (letterlijk: knijpen) en ‘exergie’
gebruikte evenveel energie als een
zijn termen die medio jaren negentig
zware elektrische locomotief en kon
hun intrede deden. Ze stonden voor veel minder dan een eenvoudig reken- technieken waarmee werd geanalymachientje. De eerste vliegtuigen seerd waar ‘lekkages’ optraden en gebruikten honderd keer meer brand-
waar mogelijkheden lagen voor her-
stof per passagierkilometer dan de
gebruik. Gebaseerd op de Eerste en
huidige generatie en de uitstoot van
Tweede Hoofdwet van de thermo-
zwavel- en stikstofoxiden door
dynamica wordt vooral gekeken naar
centrales en bedrijven is de afgelopen
de kwaliteit van de energie en hoe die
decennia zeker met een factor 20
optimaal te benutten.
afgenomen. De centrale verwarming bijvoorbeeld, om een huis-, tuin- en keukenvoorbeeld te gebruiken is uit oogpunt van FA C T O R 4
exergie een onding omdat hoogwaardige energie (aardgas) wordt gebruikt
Begin jaren negentig ontstond er een beweging in Nederland en West-Europa onder de
voor de productie van laagwaardige noemer Factor 4. Aan de basis ervan lag een rapport van het Duitse Wuppertal Institut fur
warmte. Het is beter om het aardgas Klima, Energie und Umwelt met als titel ‘Doppelter Wohlstand, halbierte Naturverbrauch’.
om te zetten in elektriciteit – bijvoorDaarin geven Carl Friedrich von Weiszacker van het Wuppertal Institut en Armory Lovins,
beeld in een microwarmtekrachtdie zijn eigen onderzoeksinstituut heeft in Colorado, een groot aantal voorbeelden om de
centrale - en de vrijkomende warmte milieu-efficiency van de productie van goederen en diensten te verbeteren.
te gebruiken voor warm water en Daarnaast bepleiten zij een industriële transformatie, waarbij niet alleen gekeken wordt
verwarming. naar producten en diensten als zodanig, maar naar de functies die ze vervullen. Een voorbeeld: als de functie van een vliegreis het uitwisselen van informatie is aan een
De ‘pinch’ wordt ook gebruik om de collega, toeleverancier of afnemer, zou je die functie dan niet ook goedkoper en milieu-
waterstromen binnen een bedrijf te vriendelijker kunnen vervullen met behulp van een transatlantische videoverbinding.
optimaliseren door hergebruik, 22
3. Oog voor het proces
PROJECT VOORBEELD MILIEU & TECHNO LOGIE
De Vereniging Milieubeheer Kunststofverpakkingen bracht, ondersteund door subsidie van M&T, producenten en afnemers zoals IKEA, Jardin, Isover uit de verpakkingsketen bij elkaar om meer gerecycled materiaal in plasticverpakkingen toe te passen. Op de foto: Siem Haffmans (l, iD-L) en Emiel Hanekamp (r, Partners for innovation) die het project voor VMK uitvoerden.
Ketenaanpak
succesvol regeneratie en zuivering. Vaak wordt
gebruikt om het toilet te spoelen.
daarbij gebruik gemaakt van cascade-
Op grotere schaal werden hele
ring, waarbij zuiver water direct wordt
bedrijfstakken doorgelicht op water-
toegepast in het productieproces en
en energieverbruik en het verminderen
reststromen worden gebruikt als
van de productie van afvalstoffen. Zo
spoelwater of koelwater. Doel is ver-
werd in de periode 1995 – 1998 de
mindering van het gebruik van zoet
textiel- en tapijtindustrie doorgelicht
water en het reduceren van de stroom
in het kader van het Programma
afvalwater. Wederom op huis-, tuin- en
Milieu & Technologie op watergebruik,
keukenniveau toegepast zou een
gebruik van kleurstoffen en de emissie
Water Pinch er waarschijnlijk toe lei-
van schadelijke stoffen.
den dat was- en douchewater wordt
(lees verder op pagina 27)
23
Wim Reij:
Oplossing milieuproblemen vergt ingenieursmentaliteit
3. Oog voor het proces
‘Als je bij milieuvragen alleen maar denkt in termen van problemen, dan ziet het er tamelijk hopeloos uit met een nog steeds groeiende bevolking die ook nog eens wil delen in de welvaart. Wil je de milieuproblemen oplossen, dan heb je een ingenieursmentaliteit nodig, want die proberen er altijd het beste van te maken.’ Wim Reij, die als Directeur-Generaal
lastiger. De ambitie van een ‘schone’
Milieuhygiëne (1971 – 1988) maar
bodem hebben we moeten inruilen
liefst zes ministers bij stond,
voor de ambitie van een bodem die zo
verloochent zijn Delftse wortels niet.
schoon is als nodig voor een bepaalde
‘Technologie is de sleutel tot het
toepassing, omdat het opruimen van
oplossen van milieuproblemen. Dat
alle vervuiling veel te duur zou worden.’
was zo begin jaren zeventig en dat is nu nog zo. Verandering van gedrag
Datzelfde pragmatisme kenmerkte de
moet ook, maar dat kan de overheid
Commissie Milieu en Industrie, die in
niet afdwingen. Vooral sinds de Tweede
1971 werd opgericht door de
Wereldoorlog zijn Nederlanders daar
gezamenlijke werkgevers. Reij werd
allergisch voor. Als overheid kun je
gevraagd om die Commissie voor te
hooguit proberen om het gedrag van
zitten en dat heeft hij gedaan tot
burgers en bedrijven indirect te beïn-
1988. De Commissie werd voor het
vloeden via heffingen en dergelijke.’
merendeel bevolkt door ingenieurs dus het ging niet vaak over macro-
Hoewel technologie de sleutel is voor
economische problemen. Reij: ‘We
het oplossen van milieuproblemen,
vonden elkaar op de techniek.’
moet je je ook realiseren wat de
Hoewel Reij aarzelt om het te
beperkingen zijn. Reij: ‘In de begin-
bevestigen, werd in die Commissie de
jaren van het milieubeleid kregen we
basis gelegd voor het pragmatische en
een aantal dingen snel en goed voor
daarmee effectieve Nederlandse
elkaar. De Wet Luchtverontreiniging
milieubeleid, waarbij bedrijven veel
bijvoorbeeld en de Wet Geluidhinder.
ruimte krijgen om zelf in te vullen hoe
Die hebben ook een behoorlijk posi-
ze de overeengekomen milieudoelen
tief effect gehad op de kwaliteit van
realiseren. In eerste instantie ging het
de omgeving. Andere dingen, zoals
daarbij vooral om het opruimen van
bodemvervuiling, bleken een stuk
afval: de ‘end-of-pipe’ techniek. Later
25
werden ook pogingen ondernomen
toch dat we er samen uit moesten zien
om schonere productieprocessen te
te komen.’
ontwikkelen, onder meer door de heffing in het kader van de Wet Lucht-
Na zijn pensionering is Reij nog een
verontreiniging te gebruiken voor het
tijdlang hoogleraar Milieutechnologie
stimuleren van schone technologie.
in Delft geweest, waar hij een naar
‘Daarbij waren we niet altijd even
eigen zeggen een ‘bescheiden
succesvol’, zegt Reij. ‘Zo hebben we
bijdrage’ leverde aan het groeiende
behoorlijk wat geld gestoken in de
milieubewustzijn van de toekomstige
Stirlingmotor die indertijd bij Philips
ingenieurs. Daar ligt ook de bron van
werd ontwikkeld. Veel resultaat heeft
zijn hoop op een ‘schonere’ toekomst.
dat nog niet opgeleverd. Gelukkig
‘Studenten en afgestudeerden zijn
hadden we meer succes met onder
veel meer dan vroeger opgevoed in
meer het ontwikkelen van technieken
milieudenken. Een nieuwe mentaliteit
voor het verwerken van afvalwater,
die, in combinatie met het spreek-
waarin Nederland wereldwijd voorop
woordelijke pragmatisme van
liep.’
ingenieurs, tot hele creatieve oplossingen zal leiden voor de
Hoewel bedrijven relatief veel ruimte
vraagstukken waar we vandaag mee
kregen, wil dat niet zeggen dat de
worstelen.’
overheid braaf meeliep. ‘Integendeel’, stelt Reij, ‘de vonken vlogen er soms vanaf, bijvoorbeeld als het ging om het vastleggen van milieunormen. Dan hoorde je heel wat geknars der tanden. Bedrijven vonden het bijvoorbeeld van de gekke dat minister Nijpels indertijd koos voor de strengste norm ter wereld voor de uitstoot van dioxine. Ook de verwijdering van fosfaat uit wasmiddelen heeft heel wat boze brieven opgeleverd. Maar het overheersende besef was
26
3. Oog voor het proces
(vervolg van pagina 23)
De inzet van schone technologie heeft ertoe
In feite was de ontwikkeling van schonere
geleid dat de milieubelasting per eenheid
processen indertijd het voornaamste motief
product fors is gedaald Een vaak aangehaald
voor de oprichting van het Programma.
voorbeeld is het yoghurtbekertje waarvoor
Via financiële stimulansen, adviezen en
nog maar de helft van de hoeveelheid kunst-
ondersteunende maatregelen zouden
stof nodig is vergeleken met 1990. Eenzelfde
bedrijven worden uitgedaagd om schonere
verhaal kan worden verteld over drank- en
processen te ontwikkelen en zo de
conservenblikjes, maar ook over bijvoorbeeld
emissies naar lucht, water en bodem en de
de hoeveelheid energie die nodig is voor het
productie van afvalstoffen te
leveren van een pk motorvermogen van een
verminderen.
auto.
De afgelopen twintig jaar hebben ‘pinch’ en
Daar zit echter het probleem. De milieu-
het aanbrengen van procesgeïntegreerde
belasting in de vorm van enerzijds afval en
voorzieningen een aanzienlijke bijdrage
emissies, anderzijds gebruik van grondstoffen
geleverd aan het vermindering van de
en energie is weliswaar afgenomen, maar per
milieubelasting. De productie van afval is
eenheid product. In totaal echter neemt die
soms met factoren gedaald, onder meer in de belasting - en dan met name het gebruik van farmaceutische industrie, terwijl ook het
grondstoffen, energie en water - nog steeds
gebruik van grondstoffen, energie en water
toe als gevolg van de welvaartsgroei en de
fors is gedaald. Wat daarbij is opgevallen is
materiële vertaling daarvan. Niet alleen in de
dat technologische vernieuwingen op zich
traditionele industrielanden, maar vooral in
onvoldoende zijn om dergelijke veranderingen opkomende landen en regio’s zoals China, te bewerkstelligen. Zeker als het gaat om de
India en het Midden-Oosten en Latijns-
doelgroep van het Programma Milieu &
Amerika. Je kunt bij wijze van voorbeeld de
Technologie, het middelgrote en kleine
milieubelasting van een product met een
bedrijf, is diffusie van kennis minstens zo
factor vier terugdringen, maar als de verkoop
belangrijk. Rond de eeuwwisseling vertaalt
ervan vervijfvoudigd neemt de milieu-
zich dat in meer aandacht voor kennisover-
belasting netto nog steeds toe.
dracht. Niet alleen via publicaties, maar ook via demonstratieprojecten en de vorming van netwerken.
27
4. De grenzen van het systeem In de opkomende landen vertaalt de welvaartsgroei zich niet alleen in een enorme vervuiling van lucht, water en bodem - met de Olympische smog in Beijing als treffende illustratie - maar ook in een onstilbare honger naar grondstoffen. Een enorme eetlust die zich vertaalt in snel stijgende prijzen. De olieprijs heeft afgelopen jaar ongekende hoogten bereikt, terwijl ook de prijzen voor ijzer, aluminium en andere metalen de pan uitrijzen. Anders dan de Club van Rome in het
metaal bevatten, maar ook van de
rapport Limits to Growth ooit sugge-
chemicaliën die nodig waren om het
reerde raken die grondstoffen niet
erts te ontsluiten. Wat voor koper
echt op. Zelfs van aardolie - waarvan
geldt, geldt voor vrijwel alle andere
de productie volgens sommigen zijn
materialen die via mijnbouw worden
‘peak’ nadert - is er nog meer dan
gewonnen, van exotische metalen als
voldoende aanwezig in leisteen en
platina en rhodium tot bulkstoffen als
teerzand en in voorkomens op nu nog
kalk en grind.
vrijwel onbereikbare dieptes in de zee. Ook de voorraden aan metalen en
Met andere woorden: ondanks de
andere elementen is vrijwel onbeperkt.
enorme milieuwinst die de afgelopen
Ze kunnen bij wijze van spreken wor-
dertig jaar geboekt is met de inzet van
den gewonnen uit zeewater. Je moet
‘end of pipe’ zuiveringstechnieken en
alleen niet vragen wat het kost in
het verbeteren van processen, blijft de
termen van geld en energie en in
‘techno-sfeer’ botsen met de ‘eco-
termen van schade aan het milieu.
sfeer’. Met als uiteindelijk gevolg de dreigende ontregeling van onze ‘life
Nu al wordt koper gewonnen uit
support’-systemen. Een paradox die
ertsen die tien maal minder van het
volgens de in het begin aangehaalde
metaal bevatten dan de erts die dertig Barry Commoner, alleen valt op te los-
28
jaar geleden werd gewonnen. Dat
sen door een ingrijpende verandering
betekent een evenredige grotere
van de industriële productiewijze. Een
schade in de vorm van afgegraven
transitie waarbij het natuurlijk eco-
grond en productie van restmateriaal,
systeem dient als voorbeeld en inspi-
‘tailings’, die niet alleen resten van het
ratiebron. De natuur niet alleen als
4. De grenzen van het systeem
leermeester der kunsten, zoals boven
voorziet in de energiebehoefte, maar
de ingang van dierentuin Artis valt te
ook in het grootste deel van onze
lezen (Natura Artis Magistra), maar ook materialenbehoefte. De andere route voor ingenieurs en bedrijven.
is gebaseerd op het ecologisch principe dat afval voor de één, voedsel is voor
Grosso modo zijn er twee routes naar
de ander. Wat de industriële productie
ecologisering van de productie, die
betreft vertaalt zich dat enerzijds in
elkaar overigens regelmatig overlappen.
het sluiten van kringlopen, met ‘Cradle
De ene is de ‘bio-based economy’,
to Cradle’ als moderne variant,
waarbij we weer opnieuw leren ‘leven
anderzijds in de ontwikkeling van
van het land’ en de zon niet alleen
industriële ecosystemen.
PROJECT VOORBEELD MILIEU & TECHNOLOGIE
Solland Solar Energy gebruikte TeMa-subsidie voor marktonderzoek, marktintroductie en het vinden van financiers voor de productie van innovatieve Back Side Contact zonnecellen met een hoger rendement. Bij de productie zijn minder chemicaliën en reinigingsmiddelen nodig dan bij conventionele zonnecellen. Nederlandse en Duitse investeerders, die mede dankzij de TeMa-subsidie gevonden zijn, brachten zo'n 20 miljoen euro bijeen voor de start van de ondernemening in 2004. De omzet was in
Zonnige toekomst voor
zonnecellen
2007 circa 80 miljoen, in 2010 moet dat 1 miljard zijn. Op de foto: Henk Koerselman, directeur operations van Solland Solar.
29
5. Biologische voedingsstoffen De bio-based economy is gebaseerd op de gedachte dat we op termijn grotendeels in onze materiële behoeften kunnen voorzien dankzij de fotosynthese, het proces waarbij zonlicht wordt omgezet in biomassa. Tot op zekere hoogte doen we dat nu ook: fossiele brandstoffen zoals olie, aardgas en steenkool zijn immers niets anders dan biomassa die duizenden jaren geleden is gevormd. In de bio-based economy wordt echter veel minder gebruik gemaakt van fossiele biomassa. Bovendien worden ook niet-organische materialen, zoals metalen, zoveel mogelijk vervangen door biologische materialen. Het Platform Groene Grondstoffen gaat ervan uit dat 40 procent van de grondstoffen voor de chemische industrie in 2030 ‘groen’ zal zijn, dat wil zeggen van agrarische oorsprong. Nu is dat circa 5 procent.
5.1 Historie Op zich is de bio-based economy niet
hun plantaardige voorlopers. Ook de
nieuws. Tot de Tweede Industriële
pijnstiller in de wilgenbast - salicyl-
Revolutie, eind negentiende eeuw was
zuur - werd vervangen door zijn
de samenleving in hoge mate afhanke-
synthetische variant, gemaakt uit kool-
lijk van biomassa. Hout was een belang-
teer, beter bekend als het aspirientje.
rijk bouwmateriaal en kleding groeide
Met name de Eerste Wereldoorlog
op het land (linnen, katoen) of werd
vormde een stimulans voor de
dieren afhandig gemaakt (wol, leer,
chemische industrie. Omdat Duitsland
bont). Lijnolie vormde het bindmiddel
over onvoldoende grondstoffen
voor verven, kleurstoffen kwamen uit
beschikte werd alles op alles gezet om
planten en dierlijk vet, touw werd
‘ersatzt’-producten te maken, met als
gemaakt van hennep en plantaardige
kroon op het werk de productie van
oliën zorgden voor verlichting.
synthetisch ammonium, ofwel stikstofkunstmest. Ook de productie van
Eind negentiende eeuw veranderde
kunststoffen zoals synthetische rubber
dat, te beginnen met de productie van
en bakeliet werd door de oorlog fors
synthetische kleurstoffen zoals aniline
gestimuleerd.
en indigo uit koolteer, een reststof van de cokesproductie, als vervanging van
30
5. Biologische voedingsstoffen
PROJECT VOORBEELD MILIEU & TECHNO LOGIE
Gieterij Eurotech ontwikkelde met subsidie van M&T een geautomatiseerde zandvormlijn met gebruik van natuurzand, dat vaker gebruikt kan worden dan bentonietzand. Dit levert winst voor het milieu, een goede concurrentiepositie en een mooier oppervlak van het gietstuk op. Op de foto: Jos Ploegmakers (l, operations director Eurotech Systems & Parts) en Geert van de Kerkhof (r, operations director Eurotech Castings).
Innoveren om te overleven De rol van de landbouw als leverancier als zijdeplant) niet alleen rubber van industriële grondstoffen nam
leverde maar ook een dunne, holle
slechts langzaam af. Wat dat betreft
vezel die uitstekend bruikbaar was als
zou je kunnen spreken van een
isolatiemateriaal voor onder meer
transitie in omgekeerde richting. Begin vliegeniersjacks. jaren dertig ontstond in de Verenigde Staten de ‘chemurgy’-beweging,
De automobielindustrie (na de bouw
bedoeld om de in crisis verkerende
de grootste slokop van materialen)
landbouw nieuwe perspectieven te
experimenteerde eveneens met groene
bieden. Zo werden pinda’s en zoete
grondstoffen. Henry Ford geloofde
aardappelen gebruikt als grondstof
niet alleen dat ethanol uit planten de
voor lijm, zeep en kleurstoffen, terwijl
brandstof van de toekomst was, maar
het onkruid ‘milkweed’ (bij ons bekend bouwde ook een auto waarvan de 31
panelen waren gemaakt van plastic,
5.2 Back with a vengeance
verstevigd met vezels van hennep, sisal
Een nieuwe poging begin jaren
en tarwestro. Hoewel lichter dan staal,
negentig tot wat inmiddels agrificatie
was de vezelversterkte kunststof veel
was gaan heten, werd al snel gefrus-
slagvaster, zo blijkt uit een experiment
treerd door dalende olieprijzen. Maar met een voorhamer, gefilmd in 1941 (te inmiddels is de ‘chemurgy’ het gebruik bekijken op YouTube: hemp car). van groene grondstoffen ‘back with a vengeance’, aldus het toonaangevende tijdschrift Economist (28 juni 2008). In eerste instantie gaat de aandacht vooral uit naar geneesmiddelen en fijnchemicaliën, stoffen die in kleine volumes worden geproduceerd en een De brug van Accoya
hoge toegevoegde waarde hebben, zoals bestrijdingsmiddelen en enzymen voor wasmiddelen.
De hoge prijzen voor olie en andere grondstoffen stimuleren ook andere toepassingen in beeld. Samen met Tate & Lyle bijvoorbeeld ontwikkelde DuPont propaandiol op basis van mais. Een halffabrikaat dat enerzijds kan worden gebruikt voor de productie van een biologische nylon - Sorona die gebruikt kan worden als textielvezel voor onder meer kleding en tapijten. Diezelfde stof wordt gebruikt als antivriesmiddel, als basis voor cosmetica en als oplosmiddel. Ook bulkchemicaliën zoals etheen, grondstof voor onder meer polyetheen, uit groene grondstoffen 32
5. Biologische voedingsstoffen
komen in beeld nu de olieprijs hoog
hardhout kan vervangen. Het in
blijft. Volgens een woordvoerder van
Arnhem gevestigde bedrijf Titan Wood
producent Dow is biologische etheen
slaagde er als eerste in om zacht
concurrerend met petrochemisch
snelgroeiend hout om te zetten in
etheen bij een olieprijs van rond de
duurzaam hout.
50 dollar per vat.
De techniek, waarbij het hout wordt
Het gebruik van groene grondstoffen
weliswaar al jaren bekend, maar is
blijft niet beperkt tot de chemische
dankzij een ‘neue Kombination’,
industrie. De resulterende half-
waarbij inzichten uit de chemische
behandeld met azijnzuuranhydride, is
fabrikaten vinden hun weg naar
technologie worden toegepast op
uiteenlopende producten, waar ze –
hout, tot wasdom gekomen. Sterkte,
tot op zekere hoogte – ook andere
gewicht en duurzaamheid van het
grondstoffen zoals ijzererts, bauxiet en aldus behandelde hout zijn zodanig andere metalen kunnen vervangen. In
dat het kan dienen als alternatief voor
de automobielindustrie kunnen – we
staal en aluminium, getuige de fiets-
zagen het al bij Henry Ford – metalen
brug bij Sneek, gemaakt van Accoya.
panelen vervangen worden door met hennep- en sisalvezel versterkte kunst- Andere ‘groene’ materialen zoals stof op basis van soja-olie of polymelk- bamboe en kurk worden gebruikt in de zuur. Mercedes onderzoekt het
bouw onder andere als steiger-
gebruik van vlasvezel als vervanger
materiaal (bamboe) en als vloerbedek-
van glasvezel in dashboards en recent
king of wandbekleding. Momenteel
ontwikkelde Ford een poly-urethaan-
loopt er een onderzoek bij de TU Delft
schuim (onder meer voor zittingen)
naar de mogelijkheden om deze
dat voor 40 procent bestaat uit soya.
materialen zodanig te modificeren
Een andere benadering is die waarbij
dat het aantal toepassingen wordt
klassieke groene grondstoffen, zoals
verbreed. Zo zou met bamboe
met behulp van chemische technieken
hout, worden gemodificeerd, waardoor gewapend beton beter bestand zijn ze breder inzetbaar worden. Een mooi
tegen aardbevingen, terwijl
voorbeeld daarvan is Accoya® een
gemodificeerde kurk als gevelplaat
nieuwe houtsoort, die tropisch
kan worden gebruikt.
33
Rombout van Herwijnen:
Duurzaam hout verbindt twee werelden
5. Biologische voedingsstoffen
‘Hout en chemie behoren tot twee compleet gescheiden werelden. Het succes van Accoya®, de naam van de nieuwe houtsoort, is gebaseerd op het feit dat wij die met elkaar hebben weten te verbinden’, zegt Rombout van Herwijnen general manager van Titan Wood. Een Nederlands bedrijf dat zacht, snelgroeiend grenenhout omzet in duurzaam hout dat – zonder bescherming – dertig tot vijftig jaar meegaat. Van Herwijnen: ‘Het is dubbel duurzaam, omdat het én lang meegaat én het kappen van tropisch regenwoud overbodig maakt.’ Het procédé van Titan Wood is, even-
grondstof meestal wordt ontleed tot
als vele andere chemische processen,
zijn bouwstenen, vaak relatief kleine
geïnspireerd op de natuur. Van
moleculen. Van Herwijnen: ‘In dit geval
Herwijnen: ‘Mensen die met hout
is de grondstof ook het eindproduct.
werken weten al eeuwen dat het duur- Dat betekent dat je te maken hebt zamer wordt als je het eerst een tijd in
met een groot aantal variabelen, die
een sloot of ven legt. Een licht zure
het proces beïnvloeden, zoals het
omgeving, waardoor de samenstelling
vochtgehalte, maar ook de chemische
van het hout verandert. In de jaren
samenstelling van het hout.’
dertig van de vorige eeuw zijn pogingen ondernomen om dat op
Het verduurzamen van zacht hout
industriële schaal te doen met gebruik
wordt gestimuleerd doordat tropisch
van azijnzuuranhydride, geconcentreerd hardhout steeds schaarser - en dus keukenazijn. De technische problemen
duurder wordt – maar ook slechter van
bleken indertijd lastig oplosbaar, maar
kwaliteit. ‘Bovendien’, zo voegt Van
dankzij onze huidige kennis van de
Herwijnen er aan toe, ‘zijn de klassieke
procestechnologie lukt het ons nu wel.’
middelen voor houtverduurzaming,
Het bijzondere van het procédé is niet
inmiddels verboden of worden binnen
zozeer dat een natuurlijk materiaal
afzienbare tijd verboden, omdat het
wordt gebruikt als grondstof voor een
gaat om giftige stoffen die via uitlogen
zoals creosoot en wolmanzouten
chemisch proces. Dat gebeurt wel
in bodem en water terechtkomen. Het
vaker. Het verschil is dat bij andere
mooie van ons procédé is dat er niets
chemische processen met natuurlijk
onnatuurlijks wordt toegevoegd. Er
materiaal als uitgangspunt (bijvoor-
loogt niets uit en aan het eind van zijn
beeld verwerking van aardolie), de
levensduur kan het bij wijze van spreken gewoon in de open haard.’ 35
De grondstof voor Accoya®, bestaat
– is gemaakt van Accoya®.
tot op heden vooral uit grenen, dat op
Van Herwijnen: ‘Die brug maakt
duurzame wijze wordt geteeld in
Accoya® drievoudig duurzaam. Niet
onder meer Chili en Nieuw Zeeland.
alleen gaat het lang mee en voorkomt
Inmiddels weten we dat ook onze
het de kap van tropische woud, maar
eigen populier, ook een zeer snel
bovendien wordt een eindige grond-
groeiende soort, zich leent voor
stof, zoals staal of aluminium,
omzetting tot duurzaam hout. Ook eik
vervangen door een hernieuwbare.’
en beuk komen in aanmerking, maar die groeien wat minder snel. Omzetten in duurzaam hout komt er op neer dat de uiteinden van de moleculen in hout die vocht aantrekken worden vervangen. Van Herwijnen: ‘Daardoor krijgen schimmels die houtrot veroorzaken geen kans meer, terwijl bovendien het hout niet meer ‘werkt’, dat wil zeggen zwelt en krimpt door opnemen of afstaan van vocht. Het blijft zijn vorm houden of het nu zomer of winter is.’
Accoya® is niet alleen vormvast, maar ook lichter en relatief sterker dan tropisch hardhout. Naast ‘klassieke’ toepassingen in de bouw, zoals kozijnen en dakconstructies, kun je het materiaal ook gebruiken in de grond-, weg- en waterbouw. Binnenkort wordt in Sneek een fraai vormgegeven viaduct over de A7 in gebruik genomen, dat een woonwijk verbindt met het centrum, waarbij ook het dragende deel – een overspanning van 35 meter
36
5. Biologische voedingsstoffen
5.3 Biotechnologie Het grote verschil met eerdere pogin-
groene grondstoffen vaak sneller en
gen tot inzet van agrarische grond-
milieuvriendelijker omzetten in
stoffen is de snelle ontwikkeling van
gewenste producten. Omgekeerd
de biotechnologie. Dankzij genetische
kunnen ook die grondstoffen zodanig
modificatie van micro-organismen
genetisch worden gemodificeerd dat
worden bestaande fermentatie-
ze gemakkelijker te verwerken zijn.
processen - veel - efficiënter en dus
Avebe en BASF hebben bijvoorbeeld
goedkoper, terwijl nieuwe fermentatie-
een amylosevrije aardappel ontwik-
processen binnen bereik komen, die
keld, die het makkelijker maakt om
vaak goedkoper en milieuvriendelijker
zetmeel te winnen uit fabrieksaardap-
zijn dan processen gebaseerd op aard- pelen. Het proces is niet alleen goedolie en organisch-chemische synthese.
koper, maar levert ook een betere kwaliteit zetmeel en is ook nog een
Een inmiddels klassiek voorbeeld is de
stuk milieuvriendelijker.
productie van 7-ACDA, een grondstof voor cefalosporines, een bepaald type
Met behulp van ‘groene’ biotechnologie
antibiotica. DSM Anti-Infectives
kunnen planten er ook toe worden
ontwikkelde een procédé waarbij een
aangezet om stoffen te produceren die
aantal chemische stappen werd
ze normaliter niet of slechts in kleine
vervangen door een fermentatiestap
hoeveelheden maken. Zo wordt er
met behulp van een genetisch
geëxperimenteerd met aardappelen
gemodificeerde schimmel. Daarmee
waarin een genencassette is inge-
werd het productieproces niet alleen
bouwd, een serie soorteigen genen,
een stuk goedkoper, maar ook nog
waardoor ze grote hoeveelheden lysine
eens een stuk milieuvriendelijker,
(een aminozuur) en citroenzuur maken.
omdat het gebruik van oplosmiddelen
In de Verenigde Staten groeit de
vrijwel overbodig werd.
belangstelling voor de plant ‘guayule’ (Parthenium argentatum) als bron van
De ‘witte’ of industriële biotechnologie rubber. Gerichte veredeling met behulp levert niet alleen efficiëntere en nieuwe
van genetische modificatie moet de
fermentatieprocessen op, maar ook
opbrengst op korte termijn verhogen,
nieuwe biokatalysatoren, enzymen die
vijf jaar in plaats van twintig jaar. 37
Industriële biotechnologie, waarbij
de moeten zijn voor een bevolking van
genetisch gemodificeerde micro-orga-
47 miljard mensen. Dat is ruim vijfmaal
nismen worden ingezet in afgesloten
het aantal mensen (9 miljard) dat naar
reactorvaten, is inmiddels vrij breed
verwachting in 2050 de aarde bevolkt.
geaccepteerd. Genetische modificatie van planten echter stuit op maat-
Op dat getal valt wel het een en ander
schappelijk verzet, omdat in de ogen
af te dingen. Niet alle voor landbouw
van veel mensen de voordelen niet
geschikte grond wordt daarvoor
opwegen tegen de risico’s. Wil de bio-
gebruikt. Er is ook grond nodig voor de
based economy van de grond komen
bouw van woningen en het aanleggen
dan lijkt de inzet van genetische tech-
van wegen en kanalen. Bovendien is er
nieken, variërend van marker assisted
grond nodig voor het behoud van
breeding tot inbouw van soortvreem-
biodiversiteit via het aanleggen van
de genen, echter onvermijdelijk.
natuurgebieden. Zelfs met al die slagen om de arm is er in principe
5.4 Cascade
voldoende grond om de toekomstige
De recente stijging van de voedsel-
wereldbevolking 2,5 tot 3 maal te
prijzen roept de vraag op of er wel
voeden. Er is, met andere woorden, in
voldoende grond beschikbaar is voor
principe voldoende grond beschikbaar
zowel de teelt van voedsel als de teelt
voor de productie van groene grond-
van energiegewassen en groene
stoffen en brandstoffen.
grondstoffen voor bouw en industrie. In principe kan die vraag met ja
Om die potentiële capaciteit te benut-
worden beantwoord. Medio jaren
ten, zonder het milieu extra te belasten,
negentig verscheen het WRR-rapport
moet er wel het nodige gebeuren.
‘Duurzame risico’s’, waarin dat bij
Enerzijds door de efficiency te verbete-
optimale benutting van het voor land-
ren, waardoor de opbrengsten stijgen.
bouw geschikte areaal jaarlijks 72
Niet alleen per hectare, maar ook per
gigaton aan graanequivalenten gepro- liter water, per kilo kunstmest en per duceerd kan worden. Zelfs bij een
38
gram bestrijdingsmiddel. Anderzijds
Westers dieet dat omgerekend neer-
door gewassen beter te benutten met
komt op van 4,2 kg graanequivalent
behulp van een aanpak die bekend
per persoon per dag, zou dat voldoen-
staat als bioraffinage.
5. Biologische voedingsstoffen
Verbetering van de efficiency vraagt om precisielandbouw waarbij de mestgift nauwkeurig wordt afgestemd op de groeifase van de plant en de samenstelling van de bodem ter plekke. Bestrijding van ziekten en plagen gebeurt zoveel mogelijk door uit te gaan van ecologische principes zoals de inzet van roofmijten en sluipwespen (biologische bestrijding) en gemengde teelten. Synthetische middelen voor zover nodig zullen zo min mogelijk bijwerkingen mogen hebben op het gewas zelf en het totale (agro)ecosysteem.
Bioraffinage is gebaseerd op het uitgangspunt dat de hele plant wordt benut. In plaats van meteen de energie te winnen door de planten te verbranden of om te zetten in alcohol of biodiesel, zou je er eerst andere nuttige producten uit moeten halen. Voedsel bijvoorbeeld, maar in voorkomende gevallen ook grondstoffen voor medicijnen en andere producten met een hoge toegevoegde waarde. Een volgende stap is het benutten van
vezelversterkte kunststoffen. Wat nog
de onderdelen van de plant die zich
resteert, zou vervolgens afgebroken
lenen voor gebruik als bouw- of ver-
kunnen worden tot eenvoudige
pakkingsmateriaal. Hout en bamboe
moleculen zoals ethanol en etheen om
zijn voorbeelden, maar ook de vezels
er kunststoffen en andere producten
van vlas en hennep zijn bruikbaar als
van te maken.
bouwsteen voor vezelplaat of voor
(lees verder op pagina 43)
39
5. Biologische voedingsstoffen
Oscar Goddijn:
Milieubewustzijn maakt veel creatieve energie los ‘Mensen zijn zich steeds meer bewust van de grote problemen waar we voor staan, zoals armoede, klimaatverandering en het opraken van hulpbronnen. Daar kun je somber van worden, maar bij DSM en bij andere bedrijven zie je dat er juist een hele hoop creatieve energie vrij komt voor het aanpakken van die problemen.’ Oscar Goddijn, directeur van DSM
bouwgrond en -gewassen moet
Business Incubator, een broedplaats
gebruiken om er food of fuel van te
voor nieuwe bedrijvigheid, is optimis-
maken. Maar het is niet of-of, maar
tisch. ‘Simpele oplossingen bestaan
én-én. We zullen technieken moeten
niet, maar we hebben de afgelopen
ontwikkelen, die het mogelijk maken
150 jaar zoveel bagage opgedaan, dat
om planten te gebruiken als voedsel,
we ook een toekomst met veel minder
maar ook als brandstof en als grondstof
fossiele grondstoffen met vertrouwen
voor de bouw en de chemische indus-
tegemoet kunnen zien. Zolang we die
trie. Een enorme uitdaging waar bedrij-
opgedane kennis zonder reserves in
ven creatief op in proberen te spelen.’
gaan zetten.’
Dat gaat niet altijd meteen goed. Goddijn: ‘Innovatie kan een pijnlijk
Volgens Goddijn is de procesindustrie
proces zijn. Vaak moet je een paar keer
bij uitstek geëquipeerd om veel pro-
met je kop tegen de muur zijn gelopen
blemen het hoofd te bieden. Of het nu
om een brain wave te krijgen waar-
gaat om materialen, voedsel of brand-
door de stukjes van de puzzel op hun
stoffen, het is in feite voor een groot
plaats vallen. Een ‘eureka-moment’ dat
deel chemische technologie. Goddijn:
ontstaat als mensen emotioneel
‘Op dit moment woedt een emotionele
betrokken zijn én de ruimte krijgen
discussie over de vraag of je land-
om van gebaande paden af te wijken.’
41
DSM zelf heeft in de loop der jaren
voor verf die veel minder oplosmiddel
een behoorlijk ‘track record’
bevatten. Die oplosmiddelen zijn
opgebouwd als het gaat om het ont-
schadelijk voor het milieu en voor de
wikkelen van duurzame technologie.
gezondheid van de schilders. Dankzij
Goddijn: ‘We zijn al jaren bezig het
een door DSM ontwikkelde techniek
verbruik van energie en water terug te
bleek het mogelijk om het gehalte aan
dringen en de hoeveelheid afval en
oplosmiddelen aanzienlijk te verlagen.
emissies te reduceren. Voor een deel
Volgens Goddijn is het van belang om
door ‘good housekeeping’, maar steeds naar de hele keten te kijken, van vaker ook door de introductie van
grondstof tot en met afvalstadium.
innovatieve nieuwe schonere
‘Alleen op die manier kun je de milieu-
processen.’
belasting daadwerkelijk verminderen
Een belangrijk hulpmiddel daarbij is
en nieuwe mogelijkheden exploreren,
‘witte biotechnologie’, het gebruik van
zoals hergebruik van reststoffen.’
al dan niet gemodificeerde microorganismen om producten te maken.
Al met al heeft milieutechnologie een
Als voorbeeld noemt Goddijn de pro-
heel andere plaats gekregen binnen
ductie van antibiotica (Cephalexin) in
DSM. Goddijn: ‘Vroeger ging het vooral
Delft. ‘Dankzij het gebruik van witte
om het netjes opruimen van de
biotechnologie hebben we de milieu-
rommel, met name vanwege de druk
belasting van het proces minimaal
van de overheid. Tegenwoordig maakt
gehalveerd. Bij antibiotica gaat het
duurzame ontwikkeling een integraal
nog om stoffen die in relatief kleine
deel uit van onze strategische visie en
hoeveelheden worden gemaakt en die
dat vertaalt zich in nieuwe processen,
een hoge toegevoegde waarde hebben. producten en markten, maar ook in Inmiddels zijn we zo ver dat we ook
meer samenwerken in de keten. Dat
denken aan het inzetten van micro-
opent hele nieuwe perspectieven.’
organismen voor de productie van basischemicaliën.’
Ook de milieubelasting van producten wordt verminderd. Een ander voorbeeld is de introductie van bindmiddelen
42
5. Biologische voedingsstoffen
(vervolg van pagina 39)
doen dan koeien voeren. Zo bevat gras een
Succesvolle bioraffinage vraagt dus eigenlijk
aantal oligosacchariden, vetten en organische
om gewassen die meerdere doelen dienen.
zuren die zich lenen voor verdere verwerking
Een klassiek voorbeeld is vlas, waarvan de
tot onder meer kleurstoffen en andere
olie wordt gebruikt als bindmiddel voor
chemicaliën. Uit berekeningen van
verven, het vrijkomende schroot (lijnkoeken)
Wageningen UR blijkt dat de componenten
als veevoer en de vezel voor de productie
van gras, indien afzonderlijk afgezet, een
van linnen. Ook andere bestaande gewassen
waarde vertegenwoordigen van circa
zoals hennep en soja lenen zich voor meer-
700 euro per ton, het tienvoudige van wat
voudig gebruik. Zelfs met gras kun je meer
gras op dit moment waard is als voer.
43
6. Voedselwebben Bij bioraffinage gaat het erom biomassa, in feite gestolde zonne-energie, zo efficiënt mogelijk te benutten. De natuur is daarbij een belangrijke inspiratiebron. Via ‘trial and error’ zijn in de loop van vier miljard jaar evolutie ecosystemen ontstaan, waarin de energie van de zon wordt vastgelegd en vervolgens benut als brandstof (voedsel) en als bouwstof voor de vermenigvuldiging en groei van vele honderden organismen, variërend van eencellige bodembacteriën tot zoogdieren die enkele tonnen wegen. Kenmerkend voor dit soort systemen is
andere ertsen, zand, klei en grind en
wat ecologen voedselwebben noemen.
andere stoffen die via mijn- of dag-
Netwerken van voedselketens, die laten bouw aan de aardkorst worden zien hoe energie- en bouwstoffen
onttrokken: technische voedingsstof-
worden overgedragen van het ene
fen, bestemd voor het metabolisme
organisme naar het andere op verschil-
van de industriële productie.
lende trofische niveaus. Een klassiek voorbeeld is een zoetwatermeer waar
Vanaf medio jaren negentig ontwikkelt
algen zonlicht omzetten in biomassa.
zich het concept van de industriële
De algen worden gegeten door kreef-
symbiose, ook wel industriële ecologie
tjes die op hun beurt worden gegeten
genoemd (Paul Hawken: ‘The Ecology
door een forel die op zijn beurt wordt
of Commerce’). Uitgangspunt is dat de
gegeten door een snoek. De snoek valt
industriële productie op een gegeven
uiteindelijk ten prooi aan een zee-
locatie beschouwd kan worden als een
arend of hij gaat dood door ziekte of
ecologisch systeem, een voedselweb,
ouderdom, waarna hij dient als voedsel
waarbij de reststromen van het ene
voor aaseters en micro-organismen.
bedrijf, de hulpstoffen van het andere bedrijf vormen en de basisgrondstof
Voedselwebben vormen niet alleen
voor weer een derde.
een voorbeeld voor het benutten van
44
biomassa, maar ook voor fossiele
Het klassieke voorbeeld van industriële
grondstoffen die zich niet gemakkelijk
symbiose is Kalundborg, een bedrijven-
laten vervangen door groene grond-
terrein op het Deense eiland Sjaelland,
stoffen, zoals ijzererts, bauxiet en
waar vijf bedrijven via energie- en
6. Voedselwebben
materiaalstromen met elkaar verbon-
Een ander voorbeeld is het benutten
den zijn. Ook Nederland kent voor-
van afvalwarmte en CO2 van een elek-
beelden van industriële ecosystemen.
triciteitscentrale in het Rotterdamse
In Musselkanaal (Groningen) is het
havengebied voor de kweek van
bedrijf Ten Kate Vetten gevestigd, dat
garnalen. Het bedrijf, Happy Shrimp,
dierlijke vetten maakt uit slachtafval
kweekt zelf de algen die het voedsel
voor onder meer de diervoeder- en
vormen voor de garnalen. De garnalen-
levensmiddelenindustrie.
mest wordt gebruikt als meststof voor de teelt van zeekraal en lamsoor.
In Zeeland tenslotte groeit een ‘Bio
T E N K AT E V E T T E N
Valley’ in de regio Vlissingen/ Een belangrijk nevenproduct bij de verwerking van slachtafval wordt gevormd door dierlijke eiwitten. Deze worden onder meer wordt verkocht aan het eveneens op het bedrijvenpark gevestigde AFB. Dat zet de eiwitten om in geur- en smaakstoffen, bestemd voor gebruik in diervoeders. Tijdens de verwerking van slachtafvallen komt ook een eiwitrijke stroom proceswater vrij. Geen afvalwater, maar een gewaardeerde grondstof voor Gelita, een dochter van Deutsche Gelatine Fabriken, die er halffabrikaten van maakt voor de levensmiddelenindustrie. De reststroom van Gelita, een condensaat, wordt gebruikt als brandstof voor de warmtekrachtcentrale die elektriciteit en stoom levert. De vrijkomende warmte wordt gebruikt voor het verwarmen van de gebouwen en kantoren. Het aardappelverwerkende bedrijf Avebe, ook een van de deelnemers, zorgt voor de zuivering van de nog resterende afvalwaterstroom van de deelnemende bedrijven.
Terneuzen, waarbij het plantaardig afval van de melasse-fabriek van Cargill wordt gebruikt als grondstof voor de nieuw te bouwen fabriek van Nedalco voor de productie van tweede generatie bio-ethanol, die niet van suiker maar van niet-verteerbare plantendelen wordt gemaakt. De vrijkomende CO2 en warmte worden benut voor de teelt onder glas uiteindelijk zo’n 250 hectare - van tomaten, komkommers en paprika’s.
Elders worden eveneens initiatieven
Industriële ecosystemen zijn naar hun
genomen om industriële ecosystemen
aard beperkt, zowel in geografie als in
te ontwikkelen. Vaak blijft het nog
aantal ‘organismen’ (bedrijfseenheden).
beperkt tot enkelvoudige voedsel-
Een van de doelstellingen is immers het
ketens, zoals de levering van een rest-
verminderen van transport. De vraag is
stroom CO2 uit de Rijnmond aan tuin-
of je die technologische voedselwebben
ders in het Westland en de 3B-hoek
kunt uitbreiden, zowel geografisch als
(Bleiswijk, Berkel, Bergschenhoek).
wat betreft het aantal organismen.
45
Zou je met andere woorden een technologisch Gaia kunnen bedenken waarin niet alleen de verschillende industriële ecosystemen met elkaar zijn gekoppeld, maar waarin ook de consument is opgenomen. Een voedselweb waarin de technische voedingsstoffen, zoals Braungart en McDonough ze noemen in hun boek ‘Cradle to Cradle’, voortdurend blijven circuleren.
PROJECT VOORBEELD MILIEU & TECHNOLOGIE
Gastreatment Services ontwikkelde een techniek die CO 2 en vervuilingen uit biogas haalt, zodat de calorische waarde gelijk wordt aan die van aardgas. Hierdoor wordt biogas geld waard, in plaats van een afvalstroom die meestal afgefakkeld wordt. Gastreatment Services kreeg een goed beeld van de markt door met M&T-subsidie onder andere een quickscan te doen bij producenten van biogas. De quickscan gaf de producenten inzicht in de mogelijke besparingen die toepassing van de techniek hen kon opleveren. Hierdoor was de respons hoger dan bij een gewone peiling van hun interesse en productievolumina. Verder zijn de afzetmogelijkheden van CO 2 onderzocht. Het bleek dat vooral voor CO 2 in vaste
Toekomst voor
biogas 46
vorm een markt bestaat. Op de foto: Mathieu de Bas, directeur Gastreatment Services.
7. Technische voedingsstoffen 7.1 Historie
(lagedichtheid polyethyleen) en later
Vanouds worden er pogingen gedaan
ook andere stromen zoals frisdrank-
om in ieder geval sommige van die
flessen (PET), compact discs (poly-
technische voedingsstoffen in de
carbonaat) en koffiebekertjes (poly-
kringloop te brengen en te houden.
styreen).
Metalen zoals ijzer, staal, koper en
Andere bedrijven legden zich toe op
aluminium bijvoorbeeld worden al
hergebruik, maar beperkten zich
meer dan een eeuw verhandeld omdat vooral tot schone reststromen uit de ze nog waarde hadden. Oud ijzer
productie of goed gedefinieerde
wordt bijgemengd in hoogovens voor
stromen als bierkratten. Hoe schoner
de productie van nieuw staal. Als
de reststroom, hoe hoogwaardiger het
tweedehands staal wordt het ook
zogeheten regranulaat kon worden
gebruikt als wapening in beton. Ook
ingezet. Laagwaardig regranulaat
reststromen aluminium zijn populair
afkomstig van bijvoorbeeld verpak-
omdat het secundaire materiaal kan
kingsafval werd vooral ingezet voor
worden teruggewonnen voor een
het maken van bermpaaltjes en
fractie van de (energie-)kosten die
kabelafschermplaten.
nodig zijn om virgin aluminium te maken. Tweedehands koper is
Rond die tijd kwam ook de glasrecy-
inmiddels zo waardevol dat het tegen- cling van de grond. Tussen 1978 en woordig nog voor het einde van zijn
1985 werden in Nederland zo’n 25.000
eerste levensduur op grote schaal
glasbakken geplaatst. Een fijnmazig
wordt gestolen.
systeem waarmee mensen werden uitgenodigd om hun verpakkingsglas
Hergebruik van andere materialen
op kleur te scheiden en in te leveren.
zoals zand, klei, grind en kunststof is
Met inleverpercentages in de orde van
van recenter datum. Begin jaren
80 à 90 procent bleek glasrecycling
tachtig begonnen bedrijven met
tamelijk succesvol. Inmiddels worden
inzameling en verwerking van kunst-
vele andere producten en materialen
stoffen. In eerste instantie relatief
gescheiden aangeleverd, variërend
schone stromen zoals landbouwplastic van bruin- en witgoed tot batterijen 47
alleen door burgers, maar ook door
7.2 De ladder van de afvalverwerking
en van textiel tot sloopafval. Niet
bedrijven. Zo worden op de bouw-
Leidraad bij scheiden en hergebruik
plaats de verschillende stromen
was de Ladder van Lansink, vernoemd
bouwafval gescheiden en zoveel
naar het Tweede Kamerlid Ad Lansink,
mogelijk herverwerkt.
die een gradatie aanbracht in soorten hergebruik. De in milieukundig
Eenvoudig is dat niet altijd. Vaak staan
opzicht beste methode is hergebruik
wetten in de weg en praktische
als product: een bierkratje dat meer-
bezwaren, zoals onbekendheid met
malen als bierkratje wordt gebruikt al
het materiaal, waardoor de afzet van
dan niet dankzij het heffen van statie-
secundaire grondstoffen wordt
geld. Ook onderdelen van auto’s, maar
belemmerd. Om die problemen te
ook trottoirtegels en bakstenen lenen
ondervangen heeft SenterNovem in
zich voor hergebruik als product.
het kader van het Programma Milieu & Technologie verschillende zogeheten
De tweede trede op de ladder van
doelgroeptrajecten ontwikkeld. Zo
Lansink is hergebruik van het materiaal,
bleek de afzet van granulaatbeton,
meestal na een bewerking. Een voor-
waarin kiezel vervangen is door beton- beeld is hergebruik van kunststof als puin, op problemen te stuiten bij de
regranulaat voor nieuwe kunststof
afzet, hoewel het materiaal aan alle
producten. Soms hetzelfde product,
technische eisen voldoet.
zoals het geval is bij PVC dat wordt
Inventarisatie van de knelpunten leerde
gebruikt om er rioolbuizen van te
dat de afnemers twijfels hadden over
maken. Als vervuiling van het materiaal
de beschikbaarheid en de prijs. Een
wordt voorkomen, kan het materiaal
ander voorbeeld van een doelgroep-
wel zes of zeven keer worden herge-
traject is de ontwikkeling van koper-
bruikt in dezelfde toepassing.
vrije aangroeiwerende verf voor jachten en motorboten. Ook daar
Soms wordt het materiaal gebruikt
bleken onbekendheid met het product voor andere producten. We noemden
48
en onzekerheid over de effectiviteit
al ongedefinieerd regranulaat dat zich
belangrijke oorzaken voor de
alleen nog maar leent voor relatief
stagnerende afzet.
laagwaardige toepassingen. Een ander
7. Technische voedingsstoffen
voorbeeld is het granulaat afkomstig
aluminiumlegering of het polystyreen
uit de puinbreker dat wordt gebruikt
van een koffiebekertje en zelfs de PVC
als wegfundering of als toeslag in
van rioolbuizen dat een paar honderd
beton. Zaak is, zo suggereert de
jaar meekan, de kwaliteit van het
Ladder van Lansink, om zo hoog
materiaal neemt af.
mogelijk te mikken bij hergebruik van materiaal.
Er zijn natuurlijk invloeden van buitenaf die de kwaliteit van het materiaal
De derde, onderste trede van de
doen verminderen. Aluminium oxi-
Ladder is wat eufemistisch wordt aan-
deert, ijzer roest en kunststof vergeelt
geduid als ‘thermische recycling’ en
en wordt uiteindelijk bros onder
heeft vooral betrekking op kunststof-
invloed van zonlicht. De belangrijkste
fen. Waar het om gaat is dat de energie- oorzaak voor de achteruitgang van het inhoud van de kunststof of een ander
materiaal echter wordt al ingebouwd
brandbaar afvalmateriaal wordt benut
bij het ontwerp van producten. Om te
om er elektriciteit en warmte van te
voldoen aan de eisen voor sterkte,
maken. Verbranden dus, waarbij de
stijfheid en tegenwoordig ook steeds
eventuele reststromen - vliegas en
vaker gewicht, worden stoffen
sintels - zo mogelijk worden her-
gemengd.
gebruikt in bouw en wegenbouw. Aluminium bijvoorbeeld komt nauwe-
7.3 Downcycling
lijks als zodanig op de markt, maar
Hoe nuttig ook, Braungart en
vrijwel als legering met andere materi-
McDonough leggen in hun bestseller
alen. Momenteel zijn er 400 soorten
‘Cradle to Cradle’ terecht de vinger op
kneedlegeringen op de markt en nog
de zwakke plek van al deze vormen
eens 200 soorten gietlegeringen,
van recycling. In bijna alle gevallen
waarbij het zuivere aluminium wordt
gaat het - in hun terminologie - om
gemengd met uiteenlopende gehaltes
‘downcycling’. Het materiaal kan op
magnesium, koper, mangaan, silicium
zijn best worden benut voor een laag-
of andere elementen. Ook roestvast
waardiger toepassing dan waarvoor
staal is er in vele variëteiten, met
het als ‘virgin’ materiaal werd gebruikt. verschillende gehaltes aan chroom, Of het nu gaat om een hoogwaardige
(lees verder op pagina 52)
49
Han Brezet:
Producten moeten verleiden tot duurzaam gedrag 50
7. Technische voedingsstoffen
‘Producten zijn weliswaar duurzamer geworden, maar omdat we meer consumeren, neemt de milieubelasting eerder toe dan af. Onze opgave is om producten te ontwikkelen die mensen verleiden tot gedragsverandering in een meer duurzame richting.’ Han Brezet, hoogleraar duurzame productontwikkeling aan de TU Delft, wordt soms een beetje wanhopig over de traagheid van duurzame ontwikkeling. ‘Het gaat wel hard, maar niet hard genoeg om het tempo waarin we de aarde opeten bij te benen.
Meestentijds echter is hij optimistisch.
maar de totale milieubelasting
De afgelopen tien, vijftien jaar heeft
vermindert niet. Sterker nog, die groeit
hij gezien hoe duurzaamheid verweven
nog steeds. Voor een deel omdat de
is geraakt in het ontwerpen van
welvaart wereldwijd gezien toeneemt,
producten en processen. Brezet: ‘Toen
maar voor een deel ook omdat het
ik begon bestond milieutechnologie
overvloedig aanbod niet aanzet tot
uit het aanbrengen van filters en het
zuinigheid.’
ontwikkelen van zuiveringsinstallaties, waarmee je de vervuiling eigenlijk
Het klassieke voorbeeld is de spaar-
alleen maar verplaatste. Daarna kwam
lamp, die weliswaar minder energie
de fase van schoner produceren. ‘Good gebruikt, maar daarom voor veel menhousekeeping’ en gerichte investerin-
sen een uitnodiging is om hem onbe-
gen zorgden ervoor dat emissies met
perkt te laten branden. Ook de grote
tientallen procenten verminderden.’
sprongen voorwaarts in de techniek
Ecodesign, het ontwikkelen van duur-
voor een belangrijk deel teniet gedaan
zame producten is de derde fase.
door de aanschaf van grotere auto’s
Daarbij ligt de nadruk op verminderen
met een zwaardere motor. Een para-
van de verbrandingsmotoren worden
van het energiegebruik en het toepas-
dox die volgens Brezet, voor een groot
sen van materialen die hetzij afbreek-
deel kan worden opgelost met tech-
baar zijn hetzij opnieuw te gebruiken.
nieken om het gedrag van mensen te
Brezet: ‘De verwachtingen waren
beïnvloeden. Geen ‘brain washing’,
hooggespannen, maar in de praktijk
maar producten zodanig ontwerpen
viel het toch een beetje tegen. De pro- dat ze leiden tot gedragsverandering. ducten worden wel steeds duurzamer,
Een auto die niet start als je je
51
veiligheidsgordel niet om hebt is een
onderzoek naar hernieuwbare
voorbeeld van technologie die
materialen zoals kurk en bamboe.
gedragsverandering afdwingt.
Dankzij nieuwe bewerkingstechnieken worden die materialen bruikbaar voor
Brezet denkt echter liever in termen
uiteenlopende producten die nu van
van ‘verleiding’: technologie die
metaal of kunststof worden gemaakt.’
mensen niet dwingt maar juist uitdaagt om bijvoorbeeld minder energie Al met al ziet Brezet legio mogelijkte gebruiken. Bij voorkeur in de vorm
heden voor duurzame productontwik-
van een spel. ‘Veel mensen spelen met
keling. ‘Het gaat langzaam, te lang-
overgave computergames. Waar wij
zaam eigenlijk naar mijn smaak, maar
aan denken is om elementen uit die
er zit wel beweging in. En ik heb hoge
games te gebruiken om mensen uit te
verwachtingen van de generatie die
dagen om minder energie te gebruiken. nu in de college- en schoolbanken zit. Je zou er een wedstrijd van kunnen
Ze zijn niet alleen in staat, maar ook
maken, bijvoorbeeld als je minder
buitengewoon gemotiveerd om
energie gebruikt dan je buren, gaat de
dingen anders te doen. Dat moet ook,
prijs per kilowattuur omlaag. Het lijkt
want er is nog een hoop werk aan de
me dan ook een goed idee als de pro-
winkel.’
gramma’s voor CO2-reductie en ‘Cradle to Cradle’ veel meer gebruik zouden maken van creativiteit van ontwerpers en jonge ondernemers.’
Het denken in termen van spel en verleiding kan ook helpen om vastgeroeste patronen te doorbreken. Brezet: ‘Veel ontwerpers en constructeurs beperken zich tot het denken in materialen waarmee ze vertrouwd zijn. Andere materialen vallen geheel buiten hun blikveld. Ten onrechte. Een aantal van mijn promovendi doet
52
7. Technische voedingsstoffen
(vervolg van pagina 49)
nikkel en molybdeen en kunststoffen
tegen hoge energiekosten weer uit elkaar te halen zijn.
zijn vaak een smeltkroes van verschillende polymeren aangevuld met addi-
7.4 Nooit meer slopen
tieven om sterkte, stijfheid, slagvastheid
De vraag is hoe je als ontwerper aan
en UV-bestendigheid te verbeteren. En
dit dilemma kunt ontsnappen. Het
dan hebben we het nog maar niet over
antwoord luidt kortweg ‘nooit meer
de coatings die het product moeten
slopen’. Ofwel, producten of onderde-
beschermen.
len ontwerpen die in principe eeuwig meegaan. Een analyse van duurzaam
Hergebruik van dergelijke mengel-
bouwen, een paar jaar geleden uitge-
moesjes leidt vrijwel altijd tot kwali-
voerd door de Rijksgebouwendienst
teitsverlies, zeker ten opzichte van het
met behulp van GreenCalc, laat zien
maagdelijk materiaal. Downcycling in de C2C-terminologie. Dat stelt de ontwerper voor een duivels dilemma. Aan de ene kant is ‘vermenging’ nodig om te voldoen aan de technische en maatschappelijke eisen die aan een product worden gesteld. Aan de andere kant maakt vermenging terugwinning en hergebruik bijzonder lastig. Auto’s bijvoorbeeld moeten steeds zuiniger worden en een van de mogelijkheden is gewichtsreductie. Als
dat de grootste milieubelasting in de bouw voortkomt uit het materiaalgebruik. De meest duurzame gebouwen zijn in feite de gebouwen die het langste meegaan, zoals de grachtenpanden in de Hollandse binnensteden, hoe tochtig ze ook zijn. ‘Nooit meer slopen’ betekent dat je in het technologisch ecosysteem producten ontwerpt die duurzaam zijn, in de zin dat ze lang meegaan. Niet alleen omdat ze robuust zijn (bestand tegen
gevolg daarvan worden in moderne
de tand des tijds), maar ook omdat auto’s veel meer lichte metalen (alumi- mensen ze de moeite waard vinden. Ze nium, magnesium), hoge sterkte staal- belanden bij wijze van spreken eerder soorten en kunststoffen gebruikt.
op marktplaats.nl dan in de afvalbak.
Meestal in de vorm van legeringen of
Omdat verschillende onderdelen van
mengsels om aan de eisen voor sterkte,
een product niet in hetzelfde tempo slij-
stijfheid en duurzaamheid te voldoen.
ten zouden ze ook zodanig ontworpen
Mengsels die na gebruik niet of alleen
moeten worden dat ze makkelijk te
53
repareren zijn, dan wel dat eventueel ook
behuizing of een andere hoogwaardige
onderdelen opnieuw zijn te gebruiken.
toepassing als een auto-onderdeel of
In de praktijk gebeurt dat al - tot op
medisch instrument. Je maakt er in
zekere hoogte althans - in de auto-
ieder geval geen bermpaaltjes van.
recycling. De sloopbedrijven van vroeger hebben zich ontwikkeld tot
In eerste instantie kan upcycling
handelaren in tweedehands onderde-
worden gerealiseerd door het strikt
len. Met bruin- en witgoed en andere
onderscheiden van waarschijnlijk vele
duurzame (daar is het woord weer)
honderden reststromen. Het regranu-
consumptiegoederen moet die ont-
laat van een computerbehuizing met
werpslag nog grotendeels worden
zijn speciale samenstelling (bijvoor-
gemaakt. Ook gebouwen zouden
beeld toegevoegde brandvertragers)
zodanig ontworpen moeten worden
moet strikt gescheiden blijven van het
dat ze veel langer meegaan. Dat bete-
regranulaat van een kunststof bureau-
kent dat de functie van een gebouw
lade, dat een andere samenstelling
tijdens de levensduur meermalen
heeft en een andere kleur. Hetzelfde
moet kunnen veranderen: van patri-
geldt voor de vele metaalsoorten die
cierswoning naar restaurant, naar
bijvoorbeeld in een auto zijn verwerkt,
school, naar appartementencomplex.
elk met zijn specifieke samenstelling
Bij voorkeur zonder al te grote ingrepen. (legering). Dus geen laagwaardig pisbakkenstaal bij hoge sterkte staal
7.5 Upcycling
en geen aluminium van gevelelemen-
Naast hergebruik van producten en
ten bij dat van een vliegtuigromp.
onderdelen in hun oorspronkelijke vorm zou het dilemma ook kunnen
54
Om zo’n eeuwigdurende kringloop van
worden opgelost door wat Braungart
materialen te realiseren introduceren
en McDonough ‘upcycling’ hebben
Braungart en McDonough het idee
gedoopt. Een proces waarbij de
van het ‘dienstproduct’, waarbij pro-
gebruikte materialen opnieuw in
ducten die technische voedingsstoffen
dezelfde of zelfs hoogwaardiger toe-
bevatten worden beschouwd als dien-
passingen gebruikt kunnen worden.
sten. Het product wordt als het ware
De kunststof van een computerbehui-
een tijdlang verhuurd door de
zing wordt gebruikt voor weer een
fabrikant die het vervolgens ophaalt,
moderner vormgegeven computer-
demonteert en de materialen her-
7. Technische voedingsstoffen
gebruikt voor een nieuw product. Je
weer kunt ontleden tot hun afzonderlij-
koopt dus geen product, maar een
ke metalen. Technisch is het uitvoer-
dienst namelijk 10.000 uur televisie
baar – het zogeheten louteren van
kijken of 100.000 kilometer autorijden. metalen - maar het is nog erg kostbaar, ook al omdat het veel energie vraagt. Om het concept van een ‘dienstproduct’ Met de snel stijgende prijzen voor metalevensvatbaar te maken, moet er aan
len komt scheiden van legeringen wel
een paar voorwaarden worden
steeds dichterbij; bij koper gebeurt het al.
voldaan. Om te beginnen verouderen materialen. Kunststof degradeert
7.6 Belemmeringen
onder invloed van vocht, temperatuur- Het is voor een deel een kwestie van wisselingen en zonlicht, waardoor na
mentaliteit om de omslag naar duur-
herhaald gebruik het regranulaat op
zaam ontwerpen te kunnen maken.
een gegeven moment onbruikbaar is
Ontwerpers moeten leren denken van
geworden. Het zou mooi zijn als dat
wieg tot wieg (‘Cradle to Cradle’)
onbruikbare regranulaat – eventueel
waarbij producten en onderdelen
via een chemische modificatie –
steeds opnieuw kunnen worden
biologisch afbreekbaar kan worden
gebruikt bij voorkeur zonder verlies
gemaakt, zodat het als voeding kan
aan kwaliteit. Ze moeten ook makkelijk
dienen voor de biologische kringloop.
te demonteren en/of te repareren zijn
Vooropgesteld tenminste dat ook de
en bij hergebruik als materiaal moeten
additieven, zoals brandvertragers en
additieven en coatings vrij gemakkelijk
weekmakers afgescheiden kunnen wor- te verwijderen zijn. den of ook biologisch afbreekbaar zijn. Een enorme opgaaf die alleen kans De levensduur van metaallegeringen
van slagen heeft als er ook de nodige
(aluminium) bijvoorbeeld kan fors
institutionele veranderingen plaats-
worden verlengd door er ‘virgin’ alumi- vinden. Zo worden architecten nog nium aan toe te voegen; iets dat nu al
steeds voornamelijk opgeleid met het
gebeurt. Daarmee wordt de kringloop
oog gericht op nieuwbouw, terwijl er
van technische voedingsstoffen helaas grote behoefte is aan ontwerpers die nog niet gesloten, omdat er steeds
de kwaliteit van bestaande gebouwen
een beetje ‘virgin’ materiaal nodig is.
kunnen verbeteren en weten hoe ze
Beter zou het zijn als je legeringen
deze kunnen aanpassen aan nieuwe
55
functies. Datzelfde geldt voor de ontwer-
hetgeen herverwerking in de weg staat.
pers van consumptiegoederen die nog
Ook de regelgeving in de bouw en in de
steeds uitgaan van het gebruik van ‘virgin’ grond-, weg- en waterbouw belemmert materialen. Uitzonderingen als meubels
soms het hergebruik van reststromen.
van sloophout en de spijkerbroek van
In het verlengde daarvan liggen techni-
hergebruikte jeans daargelaten.
sche normen, die nog te vaak het karakter hebben van middelvoorschriften.
Andere belemmeringen die de
Tenslotte zouden ook opdrachtgevers
gewenste omslag naar werkelijk duur-
meer oog moeten hebben voor de
zaam ontworpen producten in de weg
mogelijkheden van hergebruik.
staan, zijn de regelgeving die herge-
In het verlengde van Productgerichte
bruik van producten, onderdelen en
Milieuzorg wordt in het Programma
materialen verhindert. Veel reststoffen
Milieu & Technologie de laatste paar
worden bijvoorbeeld wettelijk gezien
jaar steeds meer nadruk gelegd op
nog steeds beschouwd als afvalstoffen,
keteninnovatie en ‘Cradle to Cradle’.
PROJECT VOORBEELD MILIEU & TECHNOLOGIE
Recycling Avenue heeft met susbidie van M&T een prototype van een installatie ontwikkeld die goedkoop en eenvoudig verschillende soorten plastic kan scheiden. Door middel van drijvende ballen en een op en neer gaande zeef (‘jig’) komen zwaardere plastic deeltjes in het onderste deel van de Deltex Pro terecht, en blijven de lichtere deeltjes boven de ballen zweven. Op de foto: Norbert Fraunholcz, directeur van Recycling Avenue.
Plastic scheiden als een
goudzoeker 56
7. Technische voedingsstoffen
Zo worden middelgrote en kleine
Volgens de Amerikaanse socioloog
bedrijven gestimuleerd om niet alleen
Paul Ray is er in de westerse geïndus-
samen te werken in de keten, maar
trialiseerde samenleving wel een grote
ook op zoek te gaan naar ‘neue
en groeiende groep mensen die op
Kombinationen’ om kansen buiten het
zoek is naar andere waarden en normen
bedrijf te signaleren en er iets mee te
dan zoveel mogelijk geld verdienen en
doen. Daardoor ontstaan van nieuwe
uitgeven. In het boek dat hij samen
samenwerkingsverbanden, die op hun
met psychologe Sherry Ruth
beurt weer de voedingsbodem kunnen
Andserson schreef duidt hij die groep
vormen voor vernieuwingen. Een
aan als de ‘cultural creatives’. Ze zouden
voorbeeld is ‘Duurzaam Texel’, waarin
ongeveer twintig procent van de
ondernemers en gemeente in goede
bevolking omvatten. Het gaat om
samenwerking hebben gezorgd dat er
mensen die dingen als zelfverwerkelij-
Texels lamsvlees op de kaart kwam in
king en spiritualiteit, maar zich ook
plaats van lamsvlees uit Ierland dat een
bekommeren om vrede, sociale recht-
veel langere weg had afgelegd. Op een
vaardigheid en ecologie. Ze richten
zestal terreinen zijn inmiddels duurzame
zich kortom op de kwaliteit van leven
productketens van start gegaan.
en duurzaamheid maakt daar een integraal onderdeel van uit.
7.7 Kwaliteit Het sleutelwoord bij het maken van de Het is, met andere woorden, voor deze omslag naar duurzaam ontwerpen is
groep niet voldoende dat producten
kwaliteit. Veel mensen willen best wat
ecologisch verantwoord zijn. Ze moe-
doen voor milieu en duurzame ont-
ten ook functionele en esthetische
wikkeling, maar verbindt daar nog
kwaliteiten hebben. Om een actueel
geen consequenties aan voor het
voorbeeld te nemen: de ecologische
eigen koopgedrag. De groep die dat
en economische voordelen van de
wel doet, schommelt rond de vijf
spaarlamp wegen voor veel mensen
procent. De andere, veel grotere groep nog niet op tegen het tot voor kort let vooral op functionaliteit, kwaliteit
weinig fraaie uiterlijk, de onmogelijk-
en prijs en laat zich niet of nauwelijks
heid om een spaarlamp te dimmen en
overhalen tot gedragsverandering met het koude witte licht. Pas nu de fabrihet dreigend uitsterven van de panda
kant ook deze kwaliteitsaspecten in
of de vervuiling van de Noordzee.
zijn ontwerp heeft geïntegreerd
57
(inclusief de mogelijkheid tot dimmen)
Blixembosch in Eindhoven. Als gevolg
neemt de populariteit langzaam toe.
van verkeerde aansluitingen kwam het afvalwater van acht woningen terecht
De zuinige Toyato Prius daarentegen
in de afvoer voor hemelwater dat niet
was vanaf het begin een verkoopsucces, gezuiverd wordt. Met als gevolg een niet alleen in de Verenigde Staten,
kwalijk stinkende vijver in de wijk.
maar ook in Nederland omdat functionaliteit en uiterlijk van deze midden-
Bij ecologisering van het productie-
klasser aansluiten bij de aspiraties van
systemen gaat het niet alleen om
de doelgroep van cultural creatives.
producten. Het mooiste zou zijn als
Het belastingvoordeel bij aanschaf en bij
producten niet alleen ecologisch,
zakelijk rijden was waarschijnlijk niets
functioneel en esthetisch verantwoord
eens nodig om de verkoop te stimuleren.
zijn, maar mensen ook nog zouden stimuleren tot ecologisch verantwoord
Het voorbeeld van de spaarlamp laat
gedrag. Die dingen gaan niet altijd
zien dat producten die goed zijn voor
samen. De spaarlamp bijvoorbeeld is
het milieu, niet als vanzelfsprekend
dermate zuinig dat mensen hem vaak
bijdragen aan het comfort van de
continu laten branden, bijvoorbeeld in
burger. Balansventilatie bijvoorbeeld
een donker halletje. De Toyota Prius
maakt woningen wel energiezuiniger,
kan nog zo zuinig zijn, als je er 160
maar niet comfortabeler. De systemen
mee rijdt, verbruikt ook deze auto nog
maken lawaai, waardoor mensen ze
een hoop brandstof.
nogal eens gauw uitzetten. Bovendien
58
zijn ze soms verkeerd aangelegd met
Eén mogelijkheid is om ecologisch
vaak een aanzienlijk verslechterde
gedrag af te dwingen. Bijvoorbeeld
kwaliteit van het binnenklimaat tot
door een snelheidsbegrenzer aan te
gevolg. Vaak laat ook de gebruikers-
brengen op de auto of door de spaar-
vriendelijkheid te wensen over. Zowel
lamp zichzelf te laten uitschakelen.
de installateur als de bewoner moet
Een alternatief is om mensen te verlei-
zich door een enorme handleiding
den tot gedragsverandering in een
heen worstelen, waardoor het risico
meer duurzame richting. Bijvoorbeeld
van verkeerde installatie en verkeerd
door ze via een buurtcompetitie uit te
gebruik toeneemt. Een recent voor-
dagen om zuiniger te doen met ener-
beeld deed zich voor in de wijk
gie of om hun afval beter te scheiden.
7. Technische voedingsstoffen
Anke van Hal:
Duurzame technologie richten op integrale kwaliteit ‘Veel mensen maken zich zorgen over het milieu, maar de groep mensen die zich daardoor laat leiden bij zijn of haar keuzes is klein en blijft klein. Als je daadwerkelijk wat wil veranderen kun je je beter richten op de grote en groeiende groep mensen, de ‘cultural creatives’, voor wie duurzaamheid onderdeel is van kwaliteit’, stelt Anke van Hal, hoogleraar Duurzaam Bouwen aan de TU Delft en de Universiteit Nyenrode. Technologisch gezien is dat een flinke
Volgens Van Hal kunnen dit soort pro-
uitdaging. Van Hal:‘Veel producten die
blemen worden voorkomen door de
goed zijn voor het milieu, schieten te
systemen ‘monkey safe’ te maken.‘Je
kort op andere kwaliteitsaspecten. Een
kunt zeggen dat je de installateurs beter
actueel voorbeeld vormt de ophef rond
op moeten leiden, maar je kunt ook
balansventilatie, waarbij warmte wordt
zorgen dat het ontwerp zodanig is dat
teruggewonnen uit ventilatielucht.
een verkeerde aansluiting onmogelijk
Wanneer dergelijke systemen niet goed
wordt gemaakt. Ingenieurs richten zich
worden aangelegd, zoals in Amersfoort
vooral op de optimale werking van een
het geval was, maken ze woningen wel
systeem. Logisch, want dat is vaak al
energiezuiniger, maar niet gezonder. Het moeilijk genoeg, maar dan wordt vaak te komt ook voor dat ze teveel lawaai
weinig rekening met de toekomstige
maken, waardoor bewoners het systeem gebruikers. Goede architecten en indusuit en de ramen open zetten. In principe
trieel ontwerpers kunnen een brug
kan balansventilatie dus een grote
slaan tussen enerzijds de technische
bijdrage aan de leefkwaliteit, maar door
mogelijkheden en anderzijds de behoef-
foutieve installatie gaat het mis.
te aan gemak, comfort en kwaliteit.’ 59
7. Technische voedingsstoffen
Vooral in de bestaande bouw is nog
mechanismen en structuren, waarbij
veel te winnen met de combinatie van
het streven naar meer kwaliteit is
verminderen van de milieubelasting
ingebakken. Bijvoorbeeld in combina-
en verhogen van het comfort. Van Hal:
tie met slimme financiële constructies.
‘De aandacht op het gebied van
Als ook financiële instanties vanaf een
energiebesparing moet wel naar
vroegtijdig stadium bij een project
bestaande woningen gaan want van
betrokken zijn, kun je meer aandacht
slopen van woningen is in de praktijk
vragen voor kwaliteit.’
nauwelijks sprake. Bestaande woningen veel energiezuiniger maken, Wanneer partijen worden geprikkeld is niet altijd eenvoudig maar wel
om te komen met creatieve oplossin-
mogelijk. Met combinaties van zonne-
gen is het, volgens haar, mogelijk om
energie, slim isoleren en zuinige
zowel de belangen van de eigenaar
installaties kan niet alleen de energie-
van woning of gebouw (of van de
rekening worden verlaagd maar kan
huurder) te behartigen, als de belan-
ook het comfort van de woning
gen van het milieu én de economische
aanzienlijk worden verhoogd.’
belangen. Van Hal: ‘Je moet ervan uitgaan dat de meeste mensen het
Regelgeving, zoals het verlagen van de milieu een warm hart toedragen, maar EPC (energie prestatie coëfficiënt) is
zich er pas echt voor in gaan zetten als
belangrijk, maar zeker niet het enige,
ook hun directe eigenbelang wordt
meent Van Hal. ‘Wanneer de betrokken behartigd. Mensen willen kwaliteit op partijen, corporatie, gemeente,
alle fronten. Niet milieukwaliteit
architect, aannemer en energiebedrijf
alleen.’
gemotiveerd zijn om vergaande CO2reductie te realiseren en bereid zijn tot intensieve samenwerking, is het mogelijk vergaande doelen te bereiken.’ In dat verband mag wat haar betreft ook de wijze van aanbesteden op de helling. ‘Aanbesteden op prijs leidt tot minimaliseren van de kwaliteit’, vindt ze. ‘We moeten op zoek naar
61
8. Tot slot In de afgelopen dertig jaar heeft de milieutechnologie zich ontwikkeld op basis van technische mogelijkheden en maatschappelijke inzichten en ontwikkelingen. In de jaren zeventig verkeerden overheden en bedrijven in de veronderstelling dat het milieuprobleem kon worden opgelost door de rommel op te ruimen. De daaruit resulterende zuiveringstechnieken waren weliswaar effectief, maar zorgden ook vaak voor verplaatsing van het probleem van het ene naar het andere compartiment. Gaandeweg groeide het bewustzijn
meer dan evenredig verminderen van
dat het beter was om te voorkomen
de milieubelasting niet voldoende is.
dat vervuiling ontstond. Dat leidde tot
Met name de welvaartsgroei in op-
procesgeïntegreerde voorzieningen,
komende industrielanden als China en
waarbij niet alleen werd gekeken naar
India maakt duidelijk dat er een andere
het voorkomen van emissies, maar
benadering nodig. Een benadering
waarbij ook drastische besparingen
waarvan de kiem bijna veertig jaar
werden doorgevoerd op het gebruik
geleden werd gelegd door Barry
van energie, water en grondstoffen.
Commoner en die uitgaat van ‘ecologi-
Het ‘factordenken’ deed zijn intrede, met
sering’ van de productie. Geen botsing
als overkoepelende opdracht om de
van eco- en technosfeer, maar een
milieubelasting te halveren, terwijl de
technosfeer die is gebaseerd op
bevolkingsgroei verdubbelt en de
ecologische principes en daardoor
welvaartsgroei wereldwijd misschien wel deel uitmaakt van de ecosfeer. vervijfvoudigt. Die combinatie van milieubeleid en welvaartsgroei sloot aan
Met het ‘Cradle to Cradle’-concept dat
bij het eind jaren tachtig verschenen
Braungart en McDonough begin deze
VN-rapport ‘Our Common Future’ van de
eeuw ontwikkelden, geven zij in ieder
commissie Brundtland, dat de basis
geval aan in welke richting de techno-
legde voor ‘sustainable development’.
logie zich zou moeten ontwikkelen om technosfeer en ecosfeer te integreren.
62
Inmiddels wordt steeds meer duidelijk
Enerzijds zouden we veel meer dan nu
dat het efficiënter benutten van
het geval is gebruik moeten maken
natuurlijke hulpbronnen, inclusief het
van zonne-energie. Niet alleen voor de
8. Tot slot
energievoorziening, maar ook voor de
hoge eisengesteld aan hergebruik dan
productie van groene grondstoffen
wel afbreekbaarheid van producten,
voor bouw en industrie.
onderdelen en gebruikte materialen.
Naast de natuurlijke kringloop van
Het dilemma is niet onoplosbaar, maar
biologische voedingsstoffen is er ook
dat zal veel inventiviteit, creativiteit en
een kringloop voor technische
volharding vragen. Gelukkig is aan die
voedingsstoffen, materialen die zich
grondstoffen geen gebrek, getuige de
niet via fotosynthese laten vormen,
honderden initiatieven en projecten
zoals metalen en bouwstoffen als
die de afgelopen twintig jaar zijn
zand, grond en klei. Een belangrijke
beoordeeld in het kader van het
opgave voor de komende decennia is
Programma Milieu & Technologie.
het sluiten van die kringloop door
Het programma gaat dan ook door op
hergebruik van producten en onder-
de ingeslagen weg, waarbij de nadruk
delen en van materialen. Ook daarbij
steeds meer zal liggen op de voedsel-
dient de ecologie als inspiratiebron
webben en -ketens in de industriële
voor de ontwikkeling van voedsel-
productie. De ambities zijn hoog als
webben, waarbij het afval van de een
het gaat om het verder verminderen
voedsel is voor de ander.
van milieubelasting en grondstofgebruik.
Zowel bij gebruik van biologische als technische grondstoffen wordt de ontwerper geconfronteerd met een dilemma. Aan de ene kant worden aan een product of materiaal hoge eisen gesteld wat betreft sterkte, stijfheid, gewicht en vervormbaarheid. Ook kleur en uiterlijk spelen een belangrijke rol, al was het maar omdat individuen zich graag van elkaar onderscheiden via de producten die ze kopen. Anderzijds worden er vanuit de ecologisering van producten en processen
63
SenterNovem, voor innovatie en duurzaamheid
Programma Milieu & Technologie, dat SenterNovem uit-
Een sterk innovatief bedrijfsleven in een leefbare, duurzame
voert voor de ministeries van VROM, EZ en LNV.
samenleving. SenterNovem stimuleert duurzame economische groei door een brug te slaan tussen markt en
Het Programma Milieu & Technologie stimuleert de
overheid, nationaal en internationaal. Bedrijven, (ken-
ontwikkeling en toepassing van innovatieve processen,
nis)instellingen en overheden kunnen bij SenterNovem
producten en diensten die beter voor het milieu zijn dan
terecht voor advies, kennis en financiële ondersteuning.
gangbare alternatieven.
Wij verbinden partijen die met passie en gedrevenheid willen werken aan een duurzame en innovatieve samenleving. SenterNovem is een agentschap van Economische Zaken en realiseert beleid in opdracht van de Rijksoverheid op een professionele, effectieve en inspirerende wijze. Meer informatie www.senternovem.nl/milieutechnologie Informatiepunt SenterNovem: 030 239 35 33
Catharijnesingel 59 Postbus 8242 3503 RE Utrecht
Technologie als hefboom voor duurzame ontwikkeling
Uitgave ter gelegenheid van het 20 jarig jubileum van het
Technologie als hefboom voor
Telefoon 030 239 34 93 Telefax 030 231 64 91 www.senternovem.nl/milieutechnologie
[email protected]
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op
September 2008
enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enig
Publicatienummer: 3MT08.03
duurzame
ontwikkeling
andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van SenterNovem. © 2008 SenterNovem
Dit boekje is gedrukt op FSC-gecertificeerd papier,
Joost van Kasteren
met inkt op sojabasis. in opdracht van
Hoewel deze publicatie met de grootst mogelijke zorg is samengesteld, kan SenterNovem geen enkele aansprakelijkheid aanvaarden voor eventuele fouten. Bij publicaties van SenterNovem die informeren over subsidieregelingen geldt dat de beoordeling van subsidieaanvragen uitsluitend plaatsvindt aan de hand van de officiële publicatie van het besluit in de Staatscourant.