ingekomen op t^OKT. 2011
Synthegra M
!. H t
0
1 O ü
Gemeente Ermelo
I!
Bureauonderzoek en Inventariserend Veldonderzoek, karterend booronderzoek De Paalberg te Ermelo gemeente Ermelo
Opdrachtgever
Status:
CONCEPT
Tauw bv Postbus 133
Projectleider
7400 A C Deventer
drs. H. Kremer
Projectnummer
Autorisatie
Synthegra Rapport S110109
drs. E.A. Schorn (senior prospector)
Synthegra bv, Doetinchemseweg 61a, NL-7007 C B Doetinchem Telefoon +31 (0)88 81 81 981, Fax +31 (0)88 81 81 989, Internet: www.synthegra.nl
Paraaf
Datum 26-05-2011
Project:
Bureauonderzoek e n Inventariserend Veldonderzoek, karterend booronderzoek, P a a l b e r g te E r m e l o
Projectnummer: S 1 1 0 1 0 9
COLOFON
Opdrachtgever
T a u w te D e v e n t e r
Project
P a a l b e r g te E r m e l o
Projectnummer
S110109
Titel
B u r e a u o n d e r z o e k e n Inventariserend V e l d o n d e r z o e k , karterend booronderzoek,
Datum
26-05-2011
Projectleider
d r s . H. K r e m e r
Auteurs
drs. H. K r e m e r (prospector, K N A archeoloog)
Tekenaar
dhr. J . Heersink ( G I S / C A D - s p e c i a l i s t )
Autorisatie
drs. E.A. S c h o r n (senior prospector)
Druk
S y n t h e g r a bv, D o e t i n c h e m
ISSN
1874-9771
P a a l b e r g te E r m e l o
Synthegra bv S y n t h e g r a bv, D o e t i n c h e m s e w e g 6 1 a , N L - 7 0 0 7 C B D o e t i n c h e m T e l e f o o n +31 (0)88 81 81 9 8 1 , F a x +31 (0)88 81 81 9 8 9 , Internet: w w w . s y n t h e g r a . n l
© S y n t h e g r a bv, 2011
© Synthegra bv, Doetinchemseweg 61a, NL-7007 C B Doetinchem
2 v a n 15
Project:
B u r e a u o n d e r z o e k e n Inventariserend V e l d o n d e r z o e k , karterend booronderzoek, P a a l b e r g te E r m e l o
Projectnummer: S 1 1 0 1 0 9
INHOUD ADMINISTRATIEVE G E G E V E N S
4
SAMENVATTING
5
1
6
INLEIDING
1.1
Onderzoekskader
1.2
Onderzoeksdoel en vraagstellingen
6 6
1.3
Ligging en huidige situatie plangebied
7
1.4
Toekomstige situatie plangebied
7
2 2.1 2.2
BEKNOPT BUREAUONDERZOEK Inleiding Resultaten geraadpleegde kaarten
8 8 8
3 3.1 3.2
INVENTARISEREND V E L D O N D E R Z O E K Methode Beschrijving en interpretatie van de boorgegevens
10 10 10
3.3
Archeologische indicatoren
11
3.4
Archeologische interpretatie
11
4 4.1
C O N C L U S I E S EN A A N B E V E L I N G E N Inleiding
12 12
4.2
Conclusies / beantwoording onderzoeksvragen
12
4.3
Aanbevelingen
14
LITERATUUR EN K A A R T E N
15
Bijlagen: Bijlage 1: Overzicht van de relevante geologische en archeologische tijdvakken Bijlage 2: Boorpuntenkaart Bijlage 3: Boorprofielen
© Synthegra bv, Doetinchemseweg 61a, NL-7007 C B Doetinchem
3 v a n 15
Project:
B u r e a u o n d e r z o e k e n Inventariserend V e l d o n d e r z o e k , karterend booronderzoek, P a a l b e r g te E r m e l o
Projectnummer: S 1 1 0 1 0 9
Administratieve gegevens Toponiem
Paalberg
Plaats
Ermelo
Gemeente
Ermelo
Provincie
Gelderland
Projectnummer
S110105
Bevoegde overheid
Gemeente Ermelo
Opdrachtgever
Ta uw bv
Uitvoerende instantie
Synthegra bv
Datum uitvoering veldwerk
19-05-2011
Uitvoerders veldwerk
drs. H. Kremer (prospector, KNA archeoloog) dhr. G. Kleijn winkel (veldmedewerker)
Onderzoeksmelding (ARCHIS)
46.572
Datum onderzoeksmelding
05-05-2011
Onderzoeksnummer (ARCHIS)
nog te bepalen
Kaartblad
26H
Periode
laat-paleolithicum tot en met nieuwe tijd
Oppervlakte
Circa 2,5 ha
Grondgebruik
bos
Geologie
dekzand (Laagpakket van Wierden, Formatie van Boxtel)
Geomorfologie
droog dal, landduin (noorden) en stuwwalplateau (noordwestelijke punt)
Bodem
duinvaaggronden (noorden) en holtpodzolgronden (zuiden)
Depot
Documentatie en vondsten zullen worden aangeleverd aan het Provinciaal Depot van Gelderland, te Nijmegen
De onderzoekslocatie wordt omsloten door de volgende vier coördinaten:
noordwest
X: 173.189
Y: 477.849
noordoost
X: 173.420
Y: 477.849
zuidoost
X: 173.420
Y: 477.608
zuidwest
X: 173.189
Y: 477.608
© Synthegra bv, Doetinchemseweg 61a, NL-7007 C B Doetinchem
4 v a n 15
Project:
B u r e a u o n d e r z o e k e n Inventariserend V e l d o n d e r z o e k , karterend booronderzoek, P a a l b e r g te E r m e l o
Projectnummer: S 1 1 0 1 0 9
Samenvatting Inleiding Synthegra heeft in opdracht van Tauw bv een beknopt archeologisch bureauonderzoek in combinatie met een karterend booronderzoek uitgevoerd voor een terrein op de Paalberg in Ermelo.
Specifieke archeologische verwachting beknopt bureauonderzoek Op de archeologische beleidskaart van de gemeente Ermelo heeft het plangebied een middelhoge archeologische verwachting (AV categorie 6). Dit houdt in dat binnen het plangebied een inventariserend karterend booronderzoek noodzakelijk is.
Archeologische interpretatie veldonderzoek De oorspronkelijk bovengrond van de natuurlijke podzolgrond is in het hele plangebied niet aangetroffen. Alleen het onderste deel van de podzolgrond is in sommige boringen aangetroffen. Vuursteenvindplaatsen bestaan voornamelijk uit strooiing van fragmenten vuursteen en ondiepe grondsporen, zoals haardkuilen, in de bovengrond van de oorspronkelijke podzolgrond. Aangezien de bodem vrijwel compleet is verstoord, zijn eventueel
aanwezige
vuursteenvindplaatsen
verloren
gegaan.
De
middelhoge
verwachting
voor
vuursteenvindplaatsen kan daarom naar laag worden bijgesteld.
Nederzettingsresten uit het neolithicum tot en met de nieuwe tijd bestaan niet alleen uit fragmenten aardewerk, maar ook uit diepere sporen zoals paalgaten en afvalkuilen. Deze sporen kunnen tot in de Chorizont reiken en zijn mogelijk nog intact. Tijdens het booronderzoek zijn echter geen archeologische resten of indicatoren aangetroffen, die wijzen op de aanwezigheid een vindplaats uit deze periode. Daarom kan de middelhoge verwachting om archeologische waarden uit de perioden neolithicum tot en met de nieuwe tijd aan te treffen voor het plangebied naar laag worden bijgesteld.
Aanbeveling Op grond van de resultaten van het onderzoek wordt voor het plangebied geen vervolgonderzoek geadviseerd.
© Synthegra bv, Doetinchemseweg 61a, NL-7007 C B Doetinchem
5 v a n 15
Project:
B u r e a u o n d e r z o e k en Inventariserend V e l d o n d e r z o e k , karterend booronderzoek, P a a l b e r g te E r m e l o
Projectnummer: S 1 1 0 1 0 9
1
Inleiding
1.1
Onderzoekskader Synthegra heeft in opdracht van Tauw bv een beknopt archeologisch bureauonderzoek in combinatie met een karterend booronderzoek uitgevoerd voor een terrein op de Paalberg in Ermelo (afbeelding 1.1). De aanleiding voor het onderzoek is de voorgenomen ontwikkeling
van het terrein ten behoeve van
verblijfsrecreatie. De diepte van de toekomstige bodemverstoring is op dit moment onbekend, maar zal de bodem waarschijnlijk tot in het archeologische niveau worden verstoord, dat in dit gebied vanaf 30 cm beneden maaiveld verwacht kan worden.
Door de graafwerkzaamheden die zullen gaan plaatsvinden, kunnen eventueel aanwezige archeologische waarden verloren gaan. Daarom is op basis van het Verdrag van Malta, waaruit de Wet op de Archeologische Monumentenzorg uit 2007 is voortgevloeid, voorafgaand aan de graafwerkzaamheden archeologisch onderzoek uitgevoerd.
Op de archeologische beleidskaart van de gemeente Ermelo heeft het plangebied een middelhoge archeologische verwachting (AV categorie 6). Dit houdt in dat binnen het plangebied een inventariserend karterend booronderzoek noodzakelijk is. Nederlandse Archeologie versie 3.2
2
1
Het booronderzoek is uitgevoerd conform de Kwaliteitsnorm
en de Leidraad Inventariserend Veldonderzoek.
3
Het veldwerk is
uitgevoerd op 19 mei 2011.
De bevoegde overheid, de gemeente Ermelo, zal de resultaten van het onderzoek toetsen en een selectiebesluit nemen.
1.2
Onderzoeksdoel en vraagstellingen Het doel van het karterend booronderzoek is het toetsen van het opgestelde verwachtingsmodel door de intactheid van de bodemopbouw vast te stellen en de eventueel aanwezige archeologische resten en/of vindplaatsen te inventariseren. De volgende onderzoeksvragen zullen worden beantwoord:
•
Wat is de opbouw van de ondergrond en is het bodemprofiel intact?
•
Zijn in het plangebied archeologische vindplaatsen aanwezig?
•
Wat is te zeggen over de horizontale en verticale verspreiding van de archeologische waarden?
•
Wat is de vermoedelijke aard en datering van de archeologische resten?
•
In hoeverre worden eventueel aanwezige archeologische resten bedreigd door de voorgenomen ontwikkeling van het gebied?
1
Goossens, 2009
2
S I K B 2010.
3
S I K B 2006.
© Synthegra bv, Doetinchemseweg 61a, NL-7007 C B Doetinchem
6 v a n 15
Project:
B u r e a u o n d e r z o e k e n Inventariserend V e l d o n d e r z o e k , karterend booronderzoek, P a a l b e r g te E r m e l o
Projectnummer: S 1 1 0 1 0 9
1.3
Ligging en huidige situatie plangebied Het plangebied is circa 2,5 ha groot en ligt aan de Drieerweg in Ermelo (afbeelding 1.1). Het terrein wordt in het noordoosten begrensd door camping De Paalberg en aan de overige zijden door bosgebied. Het plangebied wordt doorsneden door de zuidwest-noordoost georiënteerde toegangsweg naar de camping. Het deel van het plangebied gelegen ten zuidoosten van de toegangsweg is in gebruik als parkeerbos en het deel van het plangebied gelegen aan de noordwestzijde van de toegangsweg is in gebruik als klimbos. De hoogte van het maaiveld varieert van circa 25,8 in het noorden tot circa 26,3 m +NAP in het zuiden (Normaal Amsterdams Peil).
4
1
1 ii
•
j N
Ermelo
li
D
• K II I
i,
Synthegra
--•..<: 171000
172000
173000
174000
175000
Afbeelding 1.1: Het plangebied op de Topografische Kaart van Nederland 1:25.000 aangegeven met het rode kader (Bron: Topografische Dienst 1998).
1.4
Toekomstige situatie plangebied Het terrein zal ontwikkeld worden ten behoeve van verblijfsrecreatie. De exacte inrichting van het plangebied is op dit moment onbekend.
4
H o o g t e l i g g i n g v a n het p l a n g e b i e d o p het A c t u e e l H o o g t e b e s t a n d N e d e r l a n d ( A H N ) in m N A P g e r a a d p l e e g d o p w w w . a h n . n l
© Synthegra bv, Doetinchemseweg 61a, NL-7007 C B Doetinchem
7 v a n 15
Project:
B u r e a u o n d e r z o e k e n Inventariserend V e l d o n d e r z o e k , karterend booronderzoek, P a a l b e r g te E r m e l o
Projectnummer: S 1 1 0 1 0 9
2
Beknopt bureauonderzoek
2.1
Inleiding De gemeente heeft aangegeven dat de gemeentelijke archeologische verwachtings- en beleidskaart geldt als bureauonderzoek. Deze kaart en de archeologische landschappelijke landschappelijke eenheden kaart van de gemeente dienen te worden geraapdpleegd.
2.2
Resultaten geraadpleegde kaarten Op de archeologische beleidskaart van de gemeente Ermelo (afbeelding 2.1, gele kleur) heeft het plangebied 5
een middelhoge archeologische verwachting (AV categorie 6). Dit houdt in dat bij bodemingrepen dieper dan 30 cm beneden maaiveld en bij plangebieden groter dan 100 m vroegtijdig een inventariserend archeologisch 2
onderzoek nodig is. Op de archeologische landschappelijke eenhedenkaart ligt het plangebied overwegend 6
in een droog dal. Het noordelijk deel van het plangebied ligt in een gebied met lage stuifduinen (afbeelding 2.2).
Volgens
de
bodemkaart
7
geraadpleegd
via
Archis
komen
in
het
plangebied
overwegend
holtpodzolgronden in grof zand voor (code gY30). In de noordelijke rand van het plangebied komen duinvaaggronden in leemarm en zwak lemig, fijn zand voor. Op grond van de ouderdom van de afzettingen binnen het plangebied kunnen archeologische resten uit de periode laat-paleolithicum tot en met de nieuwe tijd voorkomen. Dit houdt in dat binnen het plangebied een inventariserend karterend booronderzoek noodzakelijk is.
8
N
>
) i
m r
i
z
5
R a a p rapport 1 8 8 4 , k a a r t b i j l a g e 3
6
R a a p rapport 1 8 8 4 , k a a r t b i j l a g e 1
7
Archis2
8
J^L Synthegra r"
Goossens, 2009.
© Synthegra bv, Doetinchemseweg 61a, NL-7007 C B Doetinchem
8 v a n 15
Project:
B u r e a u o n d e r z o e k en Inventariserend V e l d o n d e r z o e k , karterend booronderzoek, P a a l b e r g te E r m e l o
Projectnummer: S110109
Afbeelding
2.1: Ligging van het plangebied
Ermelo, aangegeven
op de Archeologische
Verwachtingskaart
van de gemeente
met het rode kader (Bron: Goossens e.a. 2009). De rode kleur geeft een hoge
archeologische verwachting aan, geel een middelhoge - en groen een lage archeologische
tixt
verwachting.
A N
-i
! 0
^Synthegra
250 —i
17Z00O
173000
Afbeelding 2.2: Ligging van het plangebied op de landschappelijk eenheden kaart van de gemeente Ermelo, aangegeven met het rode kader (Bron: Goossens e.a. 2009). De donkergele kleur in het noordelijk deel van het plangebied geeft de ligging in een gebied met lage stuifduinen weer en de lichtgele kleur waarmee de rest van het plangebied is weergegven verwijst naar de ligging in een droog.
© Synthegra bv, Doetinchemseweg 61a, NL-7007 C B Doetinchem
9 v a n 15
Project:
B u r e a u o n d e r z o e k en Inventariserend V e l d o n d e r z o e k , karterend booronderzoek, P a a l b e r g te E r m e l o
Projectnummer: S 1 1 0 1 0 9
3
Inventariserend Veldonderzoek
3.1
Methode Op basis van de archeologische verwachting op de gemeentelijke verwachtingskaart is aan de hand van de Leidraad Inventariserend Veldonderzoek een karterend booronderzoek met een boordichtheid van ten minste 9
10 boringen per hectare uitgevoerd. Hiermee is het onderzoek verkennend voor vuursteenvindplaatsen uit de steentijd en karterend voor nederzettingsresten uit de latere perioden. Aangezien het plangebied circa 2,5 ha groot is, zijn in totaal 25 boringen gezet. Voor zover de terreinomstandigheden (bebouwing, verhardingen, begroeiing etc.) het toelieten, is een boorgrid van 30 x 35 m gebruikt, waarbij de afstand tussen de raaien 30 m en de afstand tussen de boringen 35 m bedraagt. Voor een optimale verdeling van de boringen verspringt het beginpunt van een raai 17,5 m ten opzichte van de naastgelegen raai. De exacte boorlocaties zijn ingemeten met een meetlint. Er is geboord met een Edelmanboor met een diameter van 15 cm. De boringen zijn uitgevoerd tot minimaal 25 cm in de C-horizont. Het opgehoorde sediment is gezeefd over een zeef met een maaswijdte van 4 x 4 mm en geïnspecteerd op de aanwezigheid van archeologische indicatoren. De boringen zijn lithologisch beschreven conform de N E N 5104
3.2
10
en bodemkundig
11
geïnterpreteerd.
Beschrijving en interpretatie van de boorgegevens De locaties van de boringen staan in bijlage 2 en de boorprofielen in bijlage 3. In het terrein zijn hoogteverschillen waargenomen. Het terrein is heeft een golvend oppervlak.
De ondergrond in het plangebied bestaat op veel plaatsen uit een laagje zwak siltig, matig fijn, goed afgerond en goed gesorteerd zand met een dikte van meestal circa 15 cm en maximaal 50 cm dat is geclassificeerd als dekzand (laagpakket van Wierden, Formatie van Boxtel). De dieper gelegen natuurlijke ondergrond bestaat uit grover materiaal en bestaat meestal uit zwak grindhoudend, matig grof of matig fijn zand, dat scherp aanvoelt en slecht is gesorteerd. Het matig grove zand betreft waarschijnlijk erosiemateriaal van de stuwwal en kan worden geclassificeerd als een fluvioperiglaciale afzetting (Formatie van Boxtel).
Van de In het bos aangetroffen podzolbodems is slechts het onderste deel de BC-horizont bewaard gebleven (boringen 2, 4, 10-12, 14, 17, 22-25). Hier bestaat de bodem uit een circa15 cm dikke bouwvoor. De bouwvoor bestaat uit humeus, grijs, wortelhoudend, matig fijn zand met daaronder de BC-horizont die geleidelijk overgaat in de C-horizont, die vanaf 30 cm beneden maaiveld is aangetroffen. De B- en E-horizont waren niet zichtbaar, die zijn vermoedelijk opgenomen in de bouwvoor. Daarnaast is een groep verstoorde boringen aangetroffen (boringen 1, 3, 5-9, 15, 18 en 19). Hier is in de boringen tussen de circa 15 dikke bouwvoor en de C-horizont een laag aangetroffen waarin het zand van de bouwvoor gemengd met het zand van de C-horizont voorkomt. In de boringen 13, 16, 20 en 21 ligt het zand van de bouwvoor direct op het zand van de C- horizont (ACprofiel). Een gemengde tussenlaag of een BC-horizont komen in deze boringen niet voor.
SIKB, 2006. , 0
N e d e r l a n d s Normalisatie-instituut,
11
D e B a k k e r e n Schelling, 1989.
1989.
© Synthegra bv, Doetinchemseweg 61a, NL-7007 C B Doetinchem
10 v a n 15
Project:
B u r e a u o n d e r z o e k en Inventariserend V e l d o n d e r z o e k , karterend booronderzoek, P a a l b e r g te E r m e l o
Projectnummer: S 1 1 0 1 0 9
3.3
Archeologische indicatoren Bij de controle van het opgeboorde bodemmateriaal zijn geen archeologische indicatoren aangetroffen die wijzen op de aanwezigheid van een archeologische vindplaats.
3.4
Archeologische interpretatie De oorspronkelijk bovengrond van de natuurlijke podzolgrond is in het hele plangebied niet aangetroffen. Alleen het onderste deel van de podzolgrond is in sommige boringen aangetroffen. Vuursteenvindplaatsen bestaan voornamelijk uit strooiing van fragmenten vuursteen en ondiepe grondsporen, zoals haardkuilen, in de bovengrond van de oorspronkelijke podzolgrond. Aangezien de bodem vrijwel compleet is verstoord, zijn eventueel
aanwezige
vuursteenvindplaatsen
verloren
gegaan.
De
middelhoge
verwachting
voor
vuursteenvindplaatsen kan daarom naar laag worden bijgesteld.
Nederzettingsresten uit het neolithicum tot en met de nieuwe tijd bestaan niet alleen uit fragmenten aardewerk, maar ook uit diepere sporen zoals paalgaten en afvalkuilen. Deze sporen kunnen tot in de Chorizont reiken en zijn mogelijk nog intact. Tijdens het booronderzoek zijn echter geen archeologische resten of indicatoren aangetroffen, die wijzen op de aanwezigheid een vindplaats uit deze periode. Daarom kan de middelhoge verwachting om archeologische waarden uit de perioden neolithicum tot en met de nieuwe tijd aan te treffen voor het plangebied naar laag worden bijgesteld.
© Synthegra bv, Doetinchemseweg 61a, NL-7007 C B Doetinchem
11 v a n 15
Project:
B u r e a u o n d e r z o e k en Inventariserend V e l d o n d e r z o e k , karterend booronderzoek, P a a l b e r g te E r m e l o
Projectnummer: S110109
4
Conclusies en aanbevelingen
4.1
Inleiding Vanwege het beknopte bureauonderzoek wordt de verwachting op de gemeentelijke verwachtingkaart als gespecificeerde verwachting beschouwd. Voor het plangebied gold op basis van de gemeentelijke verwachtingkaart een middelhoge verwachting voor archeologische resten vanaf het laat-paleolithicum. Het doel van het inventariserend veldonderzoek was deze verwachting te toetsen.
4.2
Conclusies / beantwoording onderzoeksvragen •
Wat is de opbouw van de ondergrond en is het bodemprofiel intact? De ondergrond in het plangebied bestaat op veel plaatsen uit een laagje zwak siltig, matig fijn, goed afgerond en goed gesorteerd zand met een dikte van circa 15 cm dat is geclassificeerd als dekzand (laagpakket van Wierden, Formatie van Boxtel). De diepere natuurlijke ondergrond bestaat uit grover materiaal. Dit bestaat meestal uit zwak grindhoudend, matig grof of matig fijn zand, dat scherp aanvoelt en slecht is gesorteerd. Het matig grove zand betreft waarschijnlijk erosiemateriaal van de stuwwal en kan worden geclassificeerd als een fluvioperiglaciale afzetting. Het bovenste deel van de aanwezige podzolgrond is in het hele plangebied niet aangetroffen. Wel is in een aantal boringen de BC-horizont van de podzolgrond aangetroffen (boringen 2, 4, 10-12, 14, 17, 22-25). In de overige boringen is een AC-profiel aangetroffen (boringen 13, 16, 20 en 21) of bevindt zich tussen het zand van de bouwvoor en de C-horizont een gemengde en verstoorde tussenlaag (boringen 1, 3, 5-9, 15, 18 en 19).
•
Zijn in het plangebied archeologische vindplaatsen
aanwezig?
In geen van de boringen zijn indicatoren aangetroffen die wijzen op de aanwezigheid van een archeologische vindplaats. De kans dat binnen het plangebied een archeologische vindplaats aanwezig is, wordt daarom klein geacht.
Op grond van de beantwoording van de bovenstaande vraag zijn de twee onderstaande onderzoeksvragen niet meer van toepassing.
•
Wat is te zeggen over de horizontale en verticale verspreiding van de archeologische
waarden?
•
Wat is de vermoedelijke aard en datering van de archeologische
•
In hoeverre worden eventueel aanwezige archeologische resten bedreigd door de voorgenomen
resten?
ontwikkeling van het gebied? De verwachting is dat binnen het plangebied geen archeologische resten in situ aanwezig zijn, waardoor ook geen archeologische resten worden bedreigd door de voorgenomen ontwikkeling van het gebied.
© Synthegra bv, Doetinchemseweg 61a, NL-7007 C B Doetinchem
12 v a n 15
Project:
B u r e a u o n d e r z o e k en Inventariserend V e l d o n d e r z o e k , karterend booronderzoek, P a a l b e r g te E r m e l o
Projectnummer: S 1 1 0 1 0 9
De middelhoge archeologische verwachting uit het bureauonderzoek voor zowel vuursteenvindplaatsen uit het laat-paleolithicum en mesolithicum als voor nederzettingssporen uit het neolithicum tot en met de nieuwe tijd kan op grond van de resultaten van het veldonderzoek naar laag worden bijgesteld.
© Synthegra bv, Doetinchemseweg 61a, NL-7007 C B Doetinchem
13 v a n 15
Project:
B u r e a u o n d e r z o e k e n Inventariserend V e l d o n d e r z o e k , karterend booronderzoek, P a a l b e r g te E r m e l o
Projectnummer: S 1 1 0 1 0 9
4.3
Aanbevelingen Op grond van de resultaten van het onderzoek wordt voor het plangebied geen vervolgonderzoek geadviseerd.
Bovenstaand advies vormt een zogenaamd selectieadvies. Met nadruk willen wij de opdrachtgever erop wijzen dat dit selectieadvies nog niet betekent dat al bodemverstorende activiteiten of daarop voorbereidende activiteiten kunnen worden ondernomen. De resultaten van dit onderzoek zullen namelijk eerst moeten worden beoordeeld door de bevoegde overheid (gemeente Ermelo), die vervolgens een selectiebesluit neemt.
Er
is
geprobeerd
een
zo
gefundeerd
mogelijk
advies
te
geven
op
grond
van
de
gebruikte
onderzoeksmethoden. De aanwezigheid van archeologische sporen of resten in het plangebied kan nooit volledig worden uitgesloten. Synthegra wil de opdrachtgever er daarom op wijzen dat, mochten tijdens de geplande werkzaamheden archeologische waarden worden aangetroffen, conform artikel 53 van de Monumentenwet uit 1988 (herzien in 2007) een meldingsplicht geldt bij de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap of bij de hem vertegenwoordigende bevoegde overheid, de gemeente Ermelo.
© Synthegra bv, Doetinchemseweg 61a, NL-7007 C B Doetinchem
14 v a n 15
Project:
B u r e a u o n d e r z o e k en Inventariserend V e l d o n d e r z o e k , karterend booronderzoek, P a a l b e r g te E r m e l o
Projectnummer: S 1 1 0 1 0 9
Literatuur en kaarten Literatuur
Bakker, H. de en J . Schelling, 1989: Systeem van bodemclassificatie
voor Nederland, de hogere
niveaus.
Staring Centrum, Wageningen.
Goossens, E., 2009: Archeologische
monumentenzorg
in de gemeente Ermelo, deel 2: toelichting op de
archeologische kaarten, RAAP-rapport 1844, Weesp.
Mulder, E.F.J. de, M.C. Geluk, I.L. Ritsema, W.E. Westerhoff en T E. Wong, 2003: De ondergrond
van
Nederland. Wolters-Noordhoff, Groningen/Houten
Nederlands
Normalisatie-instituut,
1989:
NEN
5104
Geotechniek
-
Classificatie
van
onverharde
grondmonsters. Nederlands Normalisatie-instituut, Delft.
Stichting Infrastructuur Kwaliteitsborging Bodembeheer, 2006: Leidraad inventariserend veldonderzoek; Deel: karterend booronderzoek (aanvulling op de KNA 3.1). SIKB, Gouda.
Stichting Infrastructuur Kwaliteitsborging Bodembeheer, 2010: Kwaliteitsnorm
Nederlandse
Archeologie,
versie 3.2. SIKB, Gouda.
Kaarten
Topografische Dienst, 1998: Topografische kaart van Nederland, schaal 1:25.000. Emmen.
Internet (geraadpleegd mei 2011) www.ahn.nl http://archis2.archis.nl www.bodemloket.nl www.dinoloket.nl www.kich.nl www.watwaswaar.nl
© Synthegra bv, Doetinchemseweg 61a, NL-7007 C B Doetinchem
15 v a n 15
Bijlagen:
Bijlage 1:
Overzicht van relevante geologische en archeologische tijdvakken
Overzicht geologische en archeologische tijdvakken
Ouderdom in jaren
Chronostratigrafie
MIS
Holoceen 11.75512.745-
LaatWeichselien (LaatGlaciaal)
13.67514.025-
_aat
c CD
Laat eichseli
29.000 • 50.000
(ijstij
15.700-
J
artair
CU CD O O üO CD CL
idden
idden
130.000-
Formaties: Naaldwijk (marien), Nieuwkoop (veen), Echteld (fluviatiel)
2
LaatPleniglaciaal MiddenWeichselien (Pleniglaciaal)
MiddenPleniglaciaal
VroegWeichselien (VroegGlaciaal)
c
115.000-
410.000-
Late Dryas (koud) Aller0d (warm) Vroege Dryas (koud) Bolling (warm)
VroegPleniglaciaal
75.000 -
370.000-
1
Lithostratigrafie
3
5a
Formatie van Beegden
5b 5c 5d 5e
Saalien (ijstijd)
6
Eem Formatie Formatie van Drente Formatie van Urk
Elsterien (ijstijd) 475.000Cromerien (warme periode)
2.600.000
Vroeg
Vroeg
850.000Pre-Cromerien
Formatie van Boxtel
4
Eemien (warme periode)
Holsteinien (warme periode)
Formatie van Kreftenheye
Formatie van Sterksel
Formatie van Peelo
Cal. jaren v/n Chr. 1950-
1 4
C jaren 0
Chronostratigrafie -
Pollen zones Vb2
Laat
-1500
-450 0 "12
Subatlanticum koeler vochtiger
Vb1 Va
Vegetatie Loofbos eik en hazelaar overheersen haagbeuk veel cultuurplanten rogge, boekweit, korenbloem
Archeologische perioden Nieuwe tijd Middeleeuwen Romeinse tijd Ijzertijd
-800 815-
2650-
IVb
-2000
buDDoreaai
ceen
koeler droger
3755-
5000-
O X
-4900
PP!I/\I
O
-5300
7020-
Preboreaal warmer
I
Late Dry as
LW III
Allerad
LWII
10.800-
13.675-
11.800-
14.025-
12.000-
15.700-
13.000-
35.000
II
i n 1 cn I U . I DU
LaatWeichselien (LaatGlaciaal) .aat-P leistoce Weic hselien (ijstijd)
-
Boreaal warmer
O
-8800
12.745-
III
0)
9000-
> 11.755-
Atlanticum warm vochtig
8000-
cn 8240-
IVa
Loofbos eik en hazelaar overheersen beuk>1% invloed landbouw (granen)
Vroege Dryas LW I Boiling
c
Bronstijd
Neolithicum
Loofbos eik, els en hazelaar overheersen in zuiden speelt linde een grote rol den overheerst hazelaar, eik, iep, linde, es eerst berk en later den overheersend
Mesolithicum
parklandschap dennen- en berkenbossen open parklandschap open vegetatie met kruiden en berkenbomen
Mid denWei chselien (Pleniglaciaal)
perioden met een poolwoestijn en perioden met een toendra
VroegWeichselien (VroegGlaciaal)
perioden met bos en perioden met een subarctisch open landschap
Laat-Paleolithicum
75.000-
Midden-Paleolithicum
115.000-
Eemien (warme periode)
- 300.000
sn-Pleistoceen
130.000-
loofbos
Saalien (ijstijd)
;o
I
Vroeg-Paleolithicum
Chronostratigrafie voor Noordwest-Europa volgens Zagwijn (1974), Vandenberghe (1985) en D e Mulder et al. (2003). Lithostratigrafie volgens D e Mulder ef al. (2003). Mariene isotoop stadium (MIS) volgens Bassinot et al. (1994). Atmosferische data volgens Stuiver et al. (1998). Zuurstofisotoop calibratie ( O x C a l ) versie 3.9 Bronk R a m s e y (2003), toegepast op het Laat-Weichselien en het H o l o c e e n . Archeologische periode-indeling e n ouderdom volgens de Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek ( R O B ) . Vegetatie bewerkt volgens B e r e n d s e n (2000). Pollenzones volgens P. V o s & P. Kiden (2005).
Bijlage 2:
Boorpuntenkaart
N
Boorpuntenkaart schaal:
A
+
Paalberg Ermelo 1:2000
Legenda Boorpunt o
AC-profiel
•
BC-profiel
X
Verstoord
|
| Plangebied
S 1 1 0 1 0 9 B O I V O - K 25-S-?011_JH 1.0
0
+
+
Meter 0
12,5 2 5
50
«3^ Synthegra 1 173200
1 173300
1 173400
Bijlage 3:
Boorprofiel
Pagina 1 / 5
Synthegra E
Boring:
Zand, matiq fijn, matig siltig, geelgrijs, gemengd
G
Zand, matig fijn, matig siltig, grijs, Ap horizont ••O o • 0:0:0::::.
Zand, matig grof. matiq siltig, matig grindhoudend, bruin, B C geleidelijke overgang Zand, matig grof, matig siltig, geel, C horizont
Zand. matiq fijn. matig siltig,' sg C horizont
Boring:
Boring:
Zand, matig fijn, matig siltig, grijs, Ap horizont
Zand, matiq fijn, matiq siltig, matig grindhoudend, grijs, sg
O O O '
7Ö.7.
•
1
Zand, matig fijn, matig siltig, bruingeel, gemengd
Zand, matig fijn, matig siltig, bruin, BC
Zand, matig fijn, matig siltig, 1 C horizont
Zand, matig fijn, matig siltig, geel, C- horizont
Zand, matiq grof, matiq siltig, sterk grindhoudend, geel, C-horizont
d
- oooo- • o o
• o
::7..6v.v.v§
... o — o - N r o v ::::O:Q:::::
- .0.0 b'. > O- O- O- O- O-
•o-o-o O' o .06 • O
L O
Boring:
1 Zand, matig fijn. matig siltig, resten wortels, grijs, Ap horizont
a
O
Zand, matiq grof, matiq siltiq, matig grindhoudend. geel, C-horizont
^
• -O-Q. • • . • - .fcN
c -O' • •
O O • 0 0 0 ., . O . O . . . 0 . .
c\
s>
Boring:
Boring:
I
Zand, matiq fijn, matig siltiq, resten wortels, grijs, Ap horizont
Zand, matiq fijn, matig siltig, grijs, Ap horizont
Zand, matiq qrof, matig siltig, grijsgeel, gemengd
Zand. matiq fijn, matig siltig, grijsgeel, gemengd
Zand, matig qrof, matiq siltiq, matig grindhoudend, geel, C horizont
Zand, matig fijn, matig siltig, geel. C horizont
5
Zand, matig grof, sterk siltig, matig grindhoudend, geel, C horizont
Projectnaam: Paalberg te Ermelo Projectcode: S110109
Datum: 16-5-2011
Pagina 2 / 5
Synthegra Boring:
Boring:
I . Q Q .'. Q
•o •••oo ••
Zand. matig fijn, matig siltig, grijs, Ap horizont
Zand, matig fijn, matig siltig, grijs, Ap -horizont
Zand, matig fijn, matig siltig, matig grindhoudend, grijsgee!. gemengd
Zand, matig fijn, matig siltig, grijsgeel. gemengd
Zand, matig grof, matig siltig, matig grindhoudend, geel, C horizont
Zand. matig fijn, matig siltig, geel. C horizont
•3
— o
—
Boring:
Zand, matig grof. matig siltig, sporen roest, matig grindhoudend. C-horizont
o<s
'.'.VP.Ï.'.VO:
^
Boring:
10
Zand. matig fijn, matig siltig, resten wortels, grijs, Ap horizont
Zand, matig grof, matig siltig, grijs. Ap horizont
Zand, matig fijn, matig siltig, grijsgeel, sg gemengd
Zand, matig grof, matig siltig, bruin. BC
Zand, matig fijn, matig siltig. zwak grindhoudend, geel, sg
0T>
Zand, matig grof, matig siltig, matig grindhoudend, geel, C horizont
<
I Boring:
11
Boring: Zand, matig fijn, matig siltig, grijs, Ap horizont
12
. . -O • O
Zand, matig grof, matig siltig. zwak grindhoudend, grijs, Ap horizont
Zand, matig grof, matig siltig, bruin, BC
Zand, matig grof, matig siltig, bruin, BC
Zand, matig grof. matig siltig, geel, C horizont
Zand, matig grot, matig siltig, zwak gnndhoudend, geel. C horizont
i
Projectnaam: Paalberg te Ermelo Projectcode: S110109
Datum: 16-5-2011
Pagina 3 / 5
Synthegra Boring:
13
Boring:
14
Zand, matig fijn, matig siltig, grijs, Ap horizont
Zand, matig fijn, matig siltig, resten wortels, grijs, Ap horizont
Zand, matig grof, matig siltig, geel, C horizont
Zand, matig grof, matig siltig, bruin, BC ••-u-• ' ' O" Ö' '
Zand, matig grof, matig siltig, matig grindhoudend, C horizont
,66.. • o - o o •< ••o o•
. ..70.7.7. - O • • O-O-
Boring:
15
Boring: Zand, matig fijn, matig siltig, grijs. Ap horizont
I Boring: Zand, matig fijn, matig siltig, resten wortels, grijs, Ap horizont Zand, matig grof. matig siltig, bruin, BC Zand. matig grof, matig siltig, geel, sg C horizont
Zand, matig fijn, matig siltig, resten wortels, grijs, Ap horizont Zand, matig grof. matig siltig, matig grindhoudend, geel, C-horizont
4
Zand, matig grof, matig siltig, matig grindhoudend, geel, C horizont
17
16
i
Zand, matig fijn, matig siltig, grijsgeel, gemengd
Boring:
f
18 Zand. matig fijn, matig siltig, grijsbruin, Ap horizont Zand. matig fijn, matig siltig, bruingeel, gemengd Zand, matig fijn, matig siltig, zwak roesthoudend. geel, C horizont
Projectnaam: Paalberg te Ermelo Projectcode: S110109
Datum: 16-5-2011
Pagina 4 / 5
Synthegra Boring:
• o o • .70.7.
19
i
Zand, matig fijn. matig siltig, bruingrijs, Ap horizont
Zand, matiq fijn, matiq siltig, zwak wortelhoudend, bruingrijs, Ap horizont
Zand, matig fijn, matig siltig, bruingeel, gemengd
Zand, matig fijn, matig siltig, geel. C horizont
è
Boring:
21
Boring:
22
Zand, matiq fijn. matiq siltiq, matig wortelhoudend, grijs, Ap horizont
l Boring:
20
Zand, matiq fijn, matig siltiq, sporen roest, matig qrindhoudend, geel, sg
:P.\
Q'.Q'.Q
Boring:
Zand, matig fijn, matig siltig, matig wortelhoudend, grijs, Ap horizont Zand, matig fijn, matig siltig. bruin, BC horizont
Zand, matiq fijn, matiq siltiq, sporen grind, sporen roest, geel, C horizont
Zand. matig grof, zwak grindhoudend, geel, C horizont
. <:§
23
24
Boring: Zand, matiq fijn, matiq siltiq, matig wortel houdend, grijs, Ap horizont
Zand, matiq fijn. matig siltig, grijs, Ap honzont
Zand, matiq fijn, matiq siltig, bruin, BC horizont
Zand, matiq fijn, matig siltig, bruin, BC horizont
Zand, matig fijn, matig siltig, geel, C horizont Zand, matiq fijn, matiq grindhoudend, geel, C horizont
Ö77ö\\\7
Zand, matig grof. matig grindhoudend, sg
, . Q D .
P.7:0.'Ö.7.7. O.O.O. • O- O-
(
Projectnaam: Paalberg te Ermelo Projectcode: S110109
Datum: 16-5-2011
Pagina 5 / 5
Synthegra PB^tt
Boring:
A R C H E O L O G I E
25 Zand, matig grof, matig siltig, resten wortels, grijs, Ap horizont Zand, matig grof, matig siltig, bruin, BC
Q . .Q . D - O - O - • o- • • 7/.CY.\7.'CVP/PI
Zand, matig grof, matig grindhoudend, geel, C horizont
.. .o.o.. .o.o.. — o- • - • 1-Q- ' ' C O ' ' '
Projectnaam: Paalberg te Ermelo Projectcode: S110109
Datum: 16-5-2011
Legenda (conform NEN 5104) klei
grind •• o o o o o dNN
ooooooKv iaoo o ot o o o o o o d
geur Klei. zwak siltig
G r i n d , siltrq
K l e i , matig siltig
G r i n d , zwak zandig
•• 0 0 O O O O
o c 0 o o o q.' K l e i . sterk s i l t i g
O
geen geur
O
zwakke geur
^
matige geur
^
sterke geur
•
uiterste geur
olie VoVoVcj-^i O O Q O O
1
o] " I
o o o o o d) • o o o o o]'.';.
K l e i , uiterst s i l t i g
G r i n d , sterk z a n d i g
K l e i . zwak z a n d i g
G r i n d , uiterst z a n d i g
K l e i , matig z a n d i g
Klei. sterk z a n d i g
zand ffl
Zand, kleiig
i
Z a n d , zwak siltig
leem T^s
J3 \\
.,
Z a n d , matig siltig
L e e m , zwak zandig
G
g e e n olie-water reactie
f}
z w a k k e olie-water reactie
fit
matige olie-water reactie
fcr
s t e r k e olie-water reactie
•
uiterste olie-water reactie
p.i.d.-waarde 3
>o
8 8
>t
-'100
9
>1000
S
>10000
L e e m , sterk z a n d i g
Z a n d . sterk s i l t i g
geroerd monster
Z a n d , uiterst siltig
overige toevoegingen n
Veen, mrneraalarm
^
L
matig h u m e u s
sterk h u m e u s
Veen. zwak kleiig
ongeroerd monster
zwak h u m e u s
overig A
bijzonder bestanddeel
4
Gemiddeld hoogste g r o n d *
* •/^
>to
lè
zwak grindig
V e e n , sterk kleiig
•
grondwaterstand G e m i d d e l d laagste grondw.
K ^ ^ ^ ^ H V e e n , zwak zandig
F£
matig grindig
V e e n . sterk z a n d i g
To"{
sterk grindig
slib