Rechtbank te Amsterdam Edelachtbare heer/Vrouwe Voorzieningrechter Sector Bestuursrecht
VERZOEK OM VOORLOPIGE VOORZIENING EX ART 8:81 AWB: Inzake
Verzoekers sub 1: mevrouw Anoniem en sub 2: mr. Richard Anton Korver wonende te
AMSTELVEEN en
gevestigd te
AMSTERDAM
gemachtigde
mr. Richard A. Korver
verweerder
Raad voor de Rechtsbijstand,
gevestigd te
AMSTERDAM,
geeft eerbiedig te kennen:
Mevrouw M.J. Anoniem (hierna te noemen verzoekster sub 1) wonende te GEHEIM, die voor deze zaak domicilie kiest aan de Herengracht 499 (1017 BT) te Amsterdam, ten kantore van haar (proces) advocaat mr. Richard A. Korver en mr. Richard Anton. Korver (hierna te noemen verzoeker sub 2) die in deze zaak tevens door Mevrouw Anoniem met het recht van substitutie tot gemachtigde wordt gesteld, heeft op 23 februari 2009 bij de Raad voor de Rechtsbijstand Amsterdam (hierna te noemen verweerder) bezwaar ingediend tegen het besluit van de Raad voor de Rechtsbijstand om het verzoek om toekenning van extra uren voor de strafzaak waarin verzoekster gebruik heeft gemaakt van haar spreekrecht en een vordering benadeelde partij heeft ingediend af te wijzen. Verzoekers verzoeken hierbij U E.A. Voorzieningenrechter om al hetgeen in het bezwaarschrift is gesteld als hier herhaald en ingelast te beschouwen. Een afschrift van het bezwaarschrift wordt hierbij door verzoekster overgelegd als productie 1. Page 1 of 6
Belanghebbenden Mevrouw Anoniem is belanghebbende in deze zaak op grond van art. 1:2 lid 1 Awb. Haar belangen worden direct getroffen door de afwijzing (productie 2) van het verzoek om toekenning van extra uren door verweerder. Op 7 januari 2009 heeft gemachtigde een verzoek ingediend bij verweerder ten behoeve van toekenning van extra uren, omdat gemachtigde op die datum de grens van de eerder toegekende 15 uren overschreed. De aanvraag tot toekenning van extra uren betreft rechtsbijstand aan benadeelde partijen. Het betreft in deze de zaak van de Amsterdamse politieagente van het Korps Amsterdam-Amstelland die is doodgeschoten tijdens de uitoefening van haar werkzaamheden. Gemachtigde staat mevrouw Anoniem (de moeder van de agente), twee broers en de levensgezel van de agente bij. De argumentatie voor de afwijzing van de extra uren achten verzoekers apert onjuist en onredelijk. Ook gemachtigde is als belanghebbende aan te merken op grond van art. 1:2 Awb. Nu er geen vergoeding voor extra uren worden toegekend dient gemachtigde de reeds gewerkte uren die het aantal van 15 ruimschoots overschrijdt zelf te vergoeden. Dit geldt tevens voor het grote aantal uren dat in de loop van het proces nog aan de zaak besteed dient te worden door gemachtigde, gezien het omvangrijk juridisch relevante feitencomplex . Bovendien is mr. Korver op basis van art. 24 lid 4 WRB verplicht om de nodige rechtsbijstand te verlenen. Gemachtigde kan derhalve niet besluiten om de zaak "terug te geven" aan zijn cliënt nu de verlening van rechtsbijstand gedurende een groot aantal uren en feitelijk op vrijwillige basis, schade aanricht aan zijn praktijk. Binnen zijn praktijk staat gemachtigde veel slachtoffers van onder andere levensdelicten en zedendelicten bij die het spreekrecht wensen uit te oefenen en een vordering benadeelde partij indienen. Nu verweerder stelt dat een verzoek om toekenning van extra uren voor een vordering benadeelde partij stelselmatig zal worden afgewezen heeft dit grote gevolgen voor de praktijk van mr. Korver. Niet in het minst omdat gemachtigde een eed heeft afgelegd waarin hij verklaard heeft cliënten zo goed als mogelijk bij te staan. Binnen het aantal door verweerder toegekende uren is dit simpelweg onmogelijk. De werkzaamheden in deze zaak bestaan onder andere, doch zeer zeker niet beperkt tot, uit het inventariseren van de schade, het opstellen van een vordering benadeelde partij, het indienen van deze vordering benadeelde partij en het ter zitting toelichten van deze vordering. Tevens heeft gemachtigde de plicht informatie te verschaffen over de procedure aan de nabestaanden, uitleg te geven over het spreekrecht en dit spreekrecht voor en tijdens de zitting te begeleiden. Met betrekking tot het spreekrecht in deze zaak klemt di des te meer omdat het wettelijk slechts toegestaan is om één nabestaande het spreekrecht ter zitting te laten uitoefenen, terwijl de moeder en overige familieleden graag zagen dat meerdere nabestaanden ter zitting het spreekrecht zouden uitoefenen. Daarnaast wilden de nabestaanden dat een ander dan zijzelf, niet zijnde de Officier van Justitie of de Rechter, daadwerkelijk zou spreken In dit kader heeft gemachtigde veel overleg moeten voeren met de Officier van Justitie en de Rechtbank. Vanzelfsprekend geeft de raadsman uitleg aan cliënten over hetgeen het onderzoek en de zitting plaats vindt en wat dit betekent voor de zaak. Tevens adviseert hij cliënten over op welke wijze zij invloed zouden kunnen uitoefenen op het proces. Page 2 of 6
Voorbeelden hiervan worden later in dit verzoekschrift gegeven. Ter verduidelijking van het aantal tot op heden door gemachtigde besteedde uren in onderhavige zaak, is als productie 3 de urenspecificatie bijgevoegd. “ Vordering van eenvoudige aard” In de afwijzing van het verzoek stelt verweerder zonder nadere argumentatie dat de reden voor afwijzing is dat een vordering benadeelde partij naar zijn aard een eenvoudige kwestie zou zijn. Telefonische navraag door gemachtigde wees uit dat verweerder van mening is dat nu in de wet gesproken wordt van een vordering van eenvoudige aard en dat om deze reden een vordering in alle gevallen naar de opinie van verweerder nooit kan leiden tot het toekennen van extra uren. Om deze reden heeft verweerder gezegd dat zij in alle zaken betreffende de vordering benadeelde partij een verzoek om extra uren zullen afwijzen omdat dit eenvoudige zaken zouden zijn. Dat een vordering an sich eenvoudig is wil nog niet zeggen dat de zaak waaruit deze vordering voorkomt bestaat uit een juridisch ongecompliceerd feitencomplex. Veelal hebben deze zaken een bewerkelijk karakter nu er in het geval van levensdelicten of zedendelicten over het algemeen gedurende meerdere dagen zittingen plaatshebben. Het is van belang dat de raadsman ter zitting aanwezig is omdat de Officier van Justitie en de verdediging vragen kunnen stellen die raken aan de vordering. Wettelijk gezien krijgt telkenmale als de Officier het woord heeft gevoerd de raadsman van het slachtoffer ook het woord. Het is illusoir te veronderstellen dat een raadsman deze rol naar behoren kan vervullen indien hij niet ter zitting aanwezig is. Dit leidt ertoe dat de redenering van verweerder onvoldoende en onjuist beargumenteerd wordt, hetgeen als gevolg heeft dat het betreffende besluit geen stand kan houden. Omvangrijk juridisch relevant feitencomplex In tegenstelling tot de mening die verweerder is toegedaan is er in de onderhavige zaak in meerdere opzichten sprake van een omvangrijk juridisch relevant feitencomplex. Het dossier van de zaak besloeg bij aanvang reeds meer dan vijf ordners. Het betreft een zaak met grote (media)impact. Eén van de vragen is of voorbedachte rade aangetoond kan worden. Daarnaast is de vraag of de verdachte wist dat het slachtoffer in functie was. Indien dit het geval is zou dit ertoe leiden dat indien voorbedachte rade door de Rechter niet bewezen verklaard wordt, er sprake zou zijn van doodslag met verzwarende omstandigheden. De dochter van mevrouw Anoniem is doodgeschoten toen zij als politieagente de verdachte op zijn rijgedrag wilde aanspreken. Er zijn geen ooggetuigen. Wel lag de pas ter identificatie als politieagente op de grond naast het stoffelijk overschot. Deze bewaarde het slachtoffer altijd in haar handtas in de auto. Aannemelijk is derhalve dat het slachtoffer zich wel degelijk heeft geïdentificeerd. Verzoekster sub 1 kan hieromtrent als moeder van het slachtoffer verklaren. Dit kan in het kader van een bewezenverklaring van moord in plaats van doodslag, dan wel doodslag met verzwarende omstandigheden zeer relevant zijn en een drastisch verschil in de strafmaat met zich brengen. Er heeft derhalve hieromtrent overleg met de Officier van Justitie en de politie plaats gevonden. Tevens is er sprake geweest van overleg met de Voorzitter van de Rechtbank over de praktische gang van zaken. Verder heeft een GGD verpleegkundige van de verdachte, die tot op het moment van de zitting heeft geweigerd te verklaren, vernomen dat hij wel degelijk wist dat het slachtoffer agente was. Deze verpleegkundige heeft echter een beroepsgeheim. In verband met gewetensnood heeft hij dit aan een collega verteld die dit weer met de politie heeft besproken. De facto een soort van dubbele de auditu.
Page 3 of 6
Het is de vraag of dit gebruikt kan worden als bewijs en bovendien of de verpleegkundige kan worden gedwongen alsnog onder ede te verklaren of dat zijn beroepsgeheim dat verhindert. Hierover is uitgebreid overleg gevoerd met de Zaaksofficier. Verzoekster sub 1 wenst en heeft het recht gedurende het gehele proces adequaat voorgelicht te worden over het verloop van de procedure en hetgeen haar nog te wachten staat. Tijdens de Rechtzitting heeft de verdachte voor het eerst besloten een verklaring af te leggen, hetgeen ertoe geleid heeft dat de Rechter de afronding van de zaak heeft opgeschort tot er resultaten bekend zijn van nader onderzoek in het Pieter Baan Centrum. De zaak duurt om deze reden langer dan waarop geanticipeerd werd, aangezien de verdachte tot op de dag van de zitting geweigerd heeft zich uit te laten over de zaak. Bovendien werd gemachtigde tijdens het proces gecontacteerd door een medegedetineerde van de verdachte. Deze wenste een verklaring af te leggen over hetgeen hem door verdachte in detentie was verteld. Deze onverwachte actie van de medegedetineerde leidde ertoe dat de raadsman genoodzaakt was om de Officier van Justitie, het onderzoeksteam en cliënte hiervan op de hoogte te stellen. Artikel 6 EVRM "Het recht op kosteloze rechtsbijstand is onderdeel van het recht op toegang tot de rechter ingevolge artikel 6, eerste lid", aldus het EHRM in het arrest Airey1. De Staat moet het recht op kosteloze rechtsbijstand in civiele zaken garanderen als rechtshulp noodzakelijk is om een effectief recht op toegang tot de rechter te verzekeren, hetzij omdat bijstand van een advocaat in de zaak door de wetgeving in kwestie verplicht is gesteld, hetzij omdat de procedure of de zaak complex is. Uit dit arrest blijkt dat ook in zaken waarin bijstand van een advocaat niet wettelijk vereist is, de cliënt recht heeft op kosteloze rechtsbijstand indien de zaak of procedure complex is. Uit het feit dat het in de kern gaat om de verzekering van een effectief recht op toegang valt af te leiden dat een cliënt recht heeft op een rechtsbijstandverlener die zich adequaat op de hoogte stelt van de feiten van de betreffende zaak. In de onderhavige zaak is het objectief bezien onmogelijk voor de rechtsbijstandverlener om binnen het maximale aantal uren dat door verweerde ter vergoeding wordt toegekend op adequate wijze onder ander het dossier tot zich te nemen, de cliënten hierover te informeren en adviseren en bij te staan tijdens de rechtzittingen. Gezien de grote belangen die er gemoeid zijn met deze zaak voor met name verzoekster als de moeder van het slachtoffer is het juist in deze zaak van cruciaal belang dat verzoekster op een dergelijk adequate wijze van rechtsbijstand wordt voorzien. In het arrest Steel and Morris2 bevestigt het EHRM dat de vraag of kosteloze rechtsbijstand behoort te worden geboden, in civiele procedures afhankelijk is van de bijzondere feiten en omstandigheden van de voorliggende zaak zoals: i) het gewicht van de zaak voor de betrokkene; ii) de complexiteit van de relevante wetgeving of de procedure; iii) de mogelijkheid voor betrokkene om zichzelf/de zaak effectief te verdedigen. De zaak is voor verzoekster van het grootste belang nu het draait om de berechting van de persoon die verdacht wordt van het dood schieten van haar dochter. Deze vordering benadeelde partij is dan ook van het grootste gewicht voor moeder én de andere nabestaanden van de agente, Gabrielle Cevat.
1 2
EHRM 9 oktober 1979, appl.no. 6289/7 EHRM 15 februari 2005, appl.no. 68416/01
Page 4 of 6
Hoewel gemachtigde namens verzoekster uitvoerig heeft aangevoerd bij verweerder dat er in deze zaak ten minste sprake is van alle drie in het arrest genoemde criteria, heeft verweerder het verzoek afgewezen op basis van een apert onredelijke argumentatie, die tevens getuigt van een onjuiste rechtsopvatting nu hetgeen verweerder aandraagt niet hetgeen is wat er daadwerkelijk in de wet staat. Om deze redenen wordt het recht van verzoekster op een fair trial van art. 6 EVRM en art. 14 IVBPR geschonden, nu slechts een klein deel van de benodigde uren aan rechtsbijstand in deze zaak vergoed worden door verweerder. art. 24 lid 4 WRB Gemachtigde is op basis van art. 24 lid 4 WRB verplicht om deze zaak waarvoor een toevoeging is verleend te blijven behandelen en de nodige rechtsbijstand te verlenen. Nu in deze zaak, waarin het duidelijk is dat het gaat om complexe materie en procedures, beleidsmatig het verzoek om extra uren standaard en onvoldoende gemotiveerd wordt afgewezen leidt het ertoe dat de gemachtigde gehouden is vele uren zonder vergoeding aan de zaak te werken. In de huidige zaak is het gevolg hiervan dat de praktijk van gemachtigde substantiële schade ondervindt van het feit dat gemachtigde ook rechtsbijstand verleent aan minder draagkrachtigen. Voor een advocaat wordt het op deze wijze onmogelijk gemaakt om op termijn nog op basis van toevoeging zaken aan te nemen waarbij hij slachtoffers van een ernstig misdrijf adequaat bij staat. De gevolgen hiervan zijn dat het recht op rechtsbijstand en het recht op een fair trial voor mensen met een lager inkomen de facto een dode letter is. SPOEDEISEND BELANG In overleg met de Deken van Amsterdam is de onderhavige Kort Geding procedure gestart. Nu verweerder heeft aangegeven stelselmatig een verzoek tot toekenning extra uren voor een vordering benadeelde partij af te zullen wijzen wegens de vermeende eenvoudige aard van deze vordering wordt het voor gemachtigde ondoenlijk om op adequate wijze praktijk te voeren en rechtsbijstand te verlenen. In een complexe en uitgebreide zaak als deze vordering benadeelde partij zou een advocaat zich mogelijkerwijs genoodzaakt zien de rechtsbijstand te beëindigen. Om een cliënte als verzoekster sub 1 adequaat bij te kunnen staan is het noodzakelijk dat de raadsman vrij en onbelemmerd de benodigde uren daarvoor kan gebruiken. Indien een raadsman dit moet doen zonder dat daar een vergoeding tegenover staat zal dit ertoe leiden zijn praktijk financieel ten onder gaat. Op 19 mei 2009 staat het vervolg van strafzitting gepland. Daar dit op zeer korte termijn is en er voor verzoeker sub 1 grote belangen op het spel staan is het voor verzoekers van cruciaal belang om de verzochte vergoeding voor de overschrijdende uren op korte termijn toegewezen te krijgen. REDENEN WAAROM: verzoekers zich tot U E.A. heer/Vrouwe Voorzieningenrechter wenden met het eerbiedige verzoek primair de Voorlopige Voorziening te treffen, bij voorraad uitvoerbaar, inhoudende 1.
vernietiging van het bestreden besluit van de Raad voor de Rechtsbijstand;
2.
directe toewijzing van verzoek tot toekenning van extra uren nu bij vernietiging van het besluit te voorzien is dat nader onderzoek redelijkerwijs niets nieuws meer zal toevoegen voor de beoordeling van de zaak;
Page 5 of 6
3.
toewijzing van een vergoeding van de proceskosten, waaronder het griffierecht van verzoekers voor een bedrag zoals U EA Voorzieningenrechter zult vermenen te behoren
Subsidiair: 1. 2. 3.
vernietiging van het bestreden besluit van de Raad voor de Rechtsbijstand; verweerder op te dragen binnen 24 uur na het door U in deze te wijzen vonnis een nieuw besluit te nemen met inachtneming van hetgeen U Voorzieningen rechter in uw vonnis heeft overwogen; toewijzing van een vergoeding van de proceskosten, waaronder het griffierecht van verzoekers, voor een bedrag zoals U EA Voorzieningenrechter zult vermenen te behoren
Amsterdam, 26 april 2008 Mr. Richard A. Korver
Page 6 of 6