Strijdkreet
SK
Majoor Alida Bosshardt 1913-2007
“God dienen is mensen dienen en mensen dienen is God dienen”
Veertiendaags tijdschrift van het Leger des Heils • Stichter: William Booth • Jaargang 120 • speciaal nummer 2007
Een bijzonder voorbeeld
Meer dan zeventig jaar heeft het leven van lt.-kolonel Alida Bosshardt ‘in dienst van God en de medemens’ gestaan, want zo lang was zij officier
Ruud Tinga Hoofdredacteur Strijdkreet
et Strijdkreardt Majoor Bossh Special
van het Leger des Heils. Sinds 1978 was zij gepensioneerd, maar dat betekende voor ‘de Majoor’ niet dat er niets meer te doen was. Zij hield lezingen over ‘haar’ werk, ging in kerkdiensten voor en besteedde vele uren aan het beantwoorden van de correspondentie vanuit de hele wereld. Wie eenmaal met ‘de Majoor’(zoals iedereen haar kende) in contact kwam, bleef altijd op haar schrijf- of bezoeklijst staan. Aan de grote ronde tafel in het midden van de woonkamer die tevens haar werkkamer was, schreef zij ontelbare verjaardagskaarten en brieven. Contact maken en houden was een van haar sterkste punten. Ondanks de voor haar hoge leeftijd volle agenda, maakte zij tijd voor mensen, wie of wat ze ook waren.
Een bijzonder leven
Bewonderenswaardig was de openheid waarmee zij over het geloof sprak. Nooit opdringerig, nooit aanmatigend, nooit hoogdravend. Gewoon
Verbond
Overtuiging
heel oprecht. Misschien weerspiegelde dat wel haar karakter. Een aantal
Alida Margaretha Bosshardt werd op 8 juni 1913 in Utrecht geboren. “Als jong meisje was ik een dondersteen”, zo omschreef ze zichzelf. Leren zag ze niet zitten en daarom ging ze op haar veertiende al werken in de manufacturenwinkel van haar oom. Het geloof speelde geen grote rol in het gezin Bosshardt. Haar ouders waren eerst beiden Nederlands Hervormd, maar haar vader werd in 1925 Rooms-Katholiek. De jonge Alida ging de ene keer met haar moeder mee naar de kerk, dan weer met haar vader naar de mis. Een openluchtsamenkomst van het Leger des Heils bleek bepalend te zijn voor de rest van haar leven. Ze bleef luisteren naar de zang en muziek die klonken over het Sint Janskerkhof. De woorden van een van de heilssoldaten raakten haar hart. “De God die mij lief heeft, heeft ook u lief.” Alida Bosshardt had het gevoel dat die woorden voor haar persoonlijk bedoeld waren en deze zijn de kern van haar leven geweest. God en mensen dienen, in het Leger des Heils. Dat was wat ze wilde. Op 19 juni 1932 ondertekende zij het Verbond van de Heilssoldaat, waarin ondermeer staat: “Aangezien ik met mijn gansche hart het heil, mij door Gods teedere genade aangeboden, aangenomen heb, verklaar ik hier en nu openlijk, dat God de Vader mijn Koning, God de Zoon, Jezus Christus, mijn Heiland en God de Heilige Geest mijn Trooster en Kracht is en dat ik met Zijn hulp deze Drie’eenigen God voor tijd en eeuwigheid zal liefhebben, dienen, aanbidden en gehoorzamen… en verklaar ik hiermede, dat het mijn vast besluit is, om met Gods hulp tot aan mijn dood toe een trouw soldaat te zijn van het Leger des Heils.” Alida Margaretha Bosshardt was toen nog maar net negentien jaar.
Zij ging werken in een kinderhuis van het Leger des Heils in Utrecht, waar zij zich bewust werd van haar roeping om heilsofficier te worden. Haar ouders waren niet echt blij met haar beslissing, maar niets kon haar tegenhouden. “Wacht maar tot je eenentwintig wordt”, raadde haar vader haar aan, in de hoop dat het een bevlieging was die zou overgaan. Maar het was geen bevlieging, het was een diepe overtuiging. In 1935 voltooide zij de opleiding aan de Keekschool voor Officieren in Amstelveen. Op 9 juli van dat jaar werd zij ‘bevorderd tot en uitgezonden als heilsofficier’ naar Rotterdam. Een jaar later werd zij alweer overgeplaatst naar Amsterdam en in 1938 ging zij werken in kinderhuis Zonnehoek in de hoofdstad. Toen de Duitse bezetter dit pand vorderde, week de kapiteine met zeventig kinderen, onder wie joodse, uit naar Amsterdam-Noord. Vervolgens heeft ze hen op particuliere adressen ondergebracht. Regelmatig bracht ze op haar fiets joodse kinderen naar onderduikadressen, soms ver van Amsterdam vandaan, vaak ook zonder
gebeurtenissen heeft haar leven beïnvloed en veranderd en haar gemaakt tot een van de bekendste en meest bewonderde Nederlanders. Door al die publiciteit veranderde ze niet. Ze is altijd heel gewoon gebleven en juist dat is ook bijzonder.
SK Speciaal nummer 2007
SK Speciaal nummer 2007
“God zegene je” zijn de laatste leesbare woorden die majoor Bosshardt op 14 juni aan mij en in haar leven schreef. Ik had haar aangemoedigd om een bedankbriefje aan Hare Majesteit de Koningin te schrijven, van wie zij een prachtige bos bloemen voor haar 94ste verjaardag had gekregen. Met grote moeite schreef ze: “Lieve” op. Ik dacht dat ze daarna Beatrix zou schrijven, maar het werd “Lieve Rudi”, zoals ze me nog altijd noemde. Ze wilde even oefenen, zei ze. Daarna die prachtige, bemoedigende en betekenisvolle woorden die ze ontelbare malen op kaarten, in brieven en in boeken heeft geschreven. Die woorden waren haar diepste wens voor een ieder met wie zij in contact kwam en het maakte voor haar geen verschil of dat nu een prinses of een prostituee was, een directeur of drugsverslaafde. Voor haar was iedereen gelijk en waren het allemaal kinderen van God. Ons gezin leerde haar kennen in de binnenstad van Amsterdam, waar wij woonden en waar majoor Bosshardt werkte in het Goodwillcentrum. Haar voorbeeld van christen-zijn sprak ons en zoveel anderen aan. Zij was er ‘met hart en hand’ voor de zwakkeren in de samenleving, net zoals Jezus dat voorleefde. Het eenvoudige begin van het Goodwillwerk in 1948 groeide uit tot een ‘supermarkt van dienstverlening’, met verschillende opvangcentra voor daken thuisloze mannen en vrouwen en een zorgcentrum voor ouderen. Daar woonde zij de laatste jaren van haar leven. Het hart van het Goodwillwerk is het evangelisatiegebouw, waar elke zondag kerkdiensten worden gehouden. Daar zijn ontelbare mensen door haar krachtige getuigenis in contact met God gekomen. Daar zijn levens door het geloof in zijn Zoon Jezus Christus totaal veranderd. Ook mijn leven. Wat een zegen dat ik deze bijzondere vrouw heb mogen kennen.
et Strijdkreardt Majoor Bossh Special
hun namen te kennen. Met de meeste kinderen voor wie zij de zorg heeft gehad, had zij nog altijd contact. Na de oorlog kreeg zij een administratieve functie op het Nationaal Hoofdkwartier van het Leger des Heils in Amsterdam tegenover het Centraal Station. Achter het Hoofdkwartier liggen de wallen en senior-kapiteine Bosshardt maakte regelmatig een wandeling door de buurt en verbaasde zich erover dat het Leger daar niet actief was. Die verbazing uitte zij ook regelmatig naar de toenmalige commandant, commissioner Charles Durman. Als er mensen met problemen aan de deur kwamen, werd zij er altijd op af gestuurd. Dan was zij in haar element. Want zij hield van mensen omdat God van mensen houdt. Die praktische hulpverlening was haar op het lijf geschreven. Zij besloot met een paar collega’s met evangelisatiewerk in de rosse buurt te beginnen. Elke vrijdagavond zongen en getuigden zij op de wallen van Gods liefde voor de zondaar – de mens die het contact met God verloren is. De heilssoldaten gingen bij het straatbeeld horen en kapiteine Bosshardt nog meer. Want zij praatte niet alleen, zij deed ook van alles. Zij regelde bedden, meubels, kleding en onderdak. Zij stond mensen met raad en daad terzijde. Het aantal contacten in de buurt groeide.
Goodwillwerk
Belangstelling
Het Goodwillwerk en haar leidster waren ook het Koninklijk Huis opgevallen. Vooral Prinses Beatrix was onder de indruk van het werk dat werd verricht in de Amsterdamse binnenstad. Zij deed alle mogelijke moeite om dit persoonlijk van dichtbij mee te maken. Met een pruik en een bril met dikke glazen op ging zij in 1965 op een avond met Bosshardt op stap. Zij verkocht het evangelisatieblad Strijdkreet en ging op huisbezoek bij prostituees en binnenstadbewoners. Het moest allemaal geheim blijven, maar een oplettende fotograaf herkende de Prinses en schoot de plaat van zijn leven. Beatrix en Bosshardt waren de volgende dag voorpaginanieuws. Met Hare Majesteit Koningin Beatrix en andere leden van het Koninklijk Huis heeft zij altijd contact gehouden.
Tot 1978 gaf zij leiding aan het Goodwillwerk in Amsterdam. Alida Bosshardt werd bevorderd tot luitenant-kolonel en benoemd tot Ridder (1966) en Officier (1975) in de Orde van Oranje Nassau. Zij kreeg de hoogste Leger des Heils-onderscheiding (Orde van de Stichter, 1962) en verschillende andere onderscheidingen en prijzen. Bijzonder is de Yad Vashem-onderscheiding die zij in 2004 ontving. Deze hoogste onderscheiding van de staat Israël met de daarbij behorende titel ‘Rechtvaardige onder de volken’ wordt toegekend aan niet-joden die zich tijdens de Tweede Wereldoorlog belangeloos en met gevaar voor eigen leven hebben ingezet voor het leven van joden. De Majoor bleef in de belangstelling staan van de media. Zij werd uitgenodigd voor premières van musicals en
SK Speciaal nummer 2007
Op 8 oktober 1948 kreeg zij de opdracht om met het Goodwillwerk in de oude binnenstad te beginnen. Startkapitaal: honderd gulden, aangevuld met een Legervlag en de bede om Gods zegen. Voorlopig hield zij kantoor in het Hoofdkwartier, tot zij in 1951 een pand aan de Oudezijds Voorburgwal kon huren. Het Goodwillwerk kreeg toen ook uiterlijk vorm. Het werk en het aantal medewerkers namen toe. Steeds meer Amsterdammers in nood vonden de weg naar het Goodwillcentrum dat in de persoon van Bosshardt steeds meer bekendheid kreeg. Steeds vaker zochten de media haar op. Eerst was dat alleen de schrijvende pers, maar vanaf 1959 ook de televisie en radio. Bert Garthoff, radio- en televisiepersoonlijkheid in die jaren, had over haar gelezen. Op 15 april 1959 was zij de hoofdpersoon in zijn televisieprogramma Anders dan anderen. Op slag was Bosshardt een bekende Nederlander, over wie iedereen vol bewondering sprak. Die bewondering toonde het Nederlandse volk door giften in geld en natura.
Met de prinses op stap
SK Speciaal nummer 2007
Nederland hield van de Majoor, getuige de duizenden condoleances op het internet. Een kleine greep uit de dankbare herinneringen en warme wensen die mensen hebben ingezonden.
Dank u wel, Majoor! Weer een stuk idealisme verloren in ons kleine landje. Ben nog nooit in een kerk geweest, heb u nooit gesproken, ben u nooit tegengekomen, en toch heeft u een boel voor mij betekend. Bedankt en rust zacht.
Een prachtige, krachtige en humoristische vrouw is niet meer op deze aarde. Ik zal haar missen
circussen, zij was te gast in radio- en televisieprogramma’s. In kranten en weekbladen was regelmatig iets over haar te lezen. Die belangstelling kreeg zij omdat zij ook altijd belangstelling had voor alles en iedereen. De tv-uitzending Villa Felderhof waarin zij samen met Herman Brood de hoofdpersoon was, is meerdere keren te zien geweest. Bosshardt is altijd Bosshardt gebleven. Dat bleek toen zij in In de Hoofdrol van Mies Bouwman stond. Naast bekende Nederlanders kwamen ook bekende buurtbewoners op de buis: Haring Arie, Blonde Mien, Greet van Beeren enzovoort. Allemaal kenden zij de Majoor persoonlijk; voor een ieder had zij iets betekend. Al die eer was eigenlijk niet aan haar besteed, ofschoon ze er wel van genoot. “Ik ben in dienst van God om mensen te dienen. Niet mij, maar Hem komt alle eer toe.” Zij was nederig in het dienen, zoals Jezus dat heeft voorgeleefd. Lt.-kolonel Alida Bosshardt was zeker een bijzondere vrouw.
Haar zon hier op aarde is gedoofd, maar het licht dat ze aan velen doorgaf, zullen wij voor altijd bij ons dragen.
Wat een heerlijk mens! Wat een persoonlijkheid! Wat een karakter! Wat een leven! Wat een geloof! Dank voor uw woorden, daden en uitdagingen van het geloof! Wat een gemis!
Politici worden vergeten. Gods kinderen niet. Aan ons uw werk voort te zetten. Als de Majoor rooms-katholiek was geweest dan zou, wat mij betreft, de procedure rond de zaligverklaring op 1 juli kunnen starten. Majoor Bosshardt was iemand die heel vaak het nieuws haalde en nooit in negatieve zin. Zij had oog en aandacht voor mensen in alle soorten, maten en uit allerlei culturen. Als er een ‘andere wereld’ bestaat, heeft zij daar een plekje in de ereloge verdiend.
In en door Gods liefde stond haar deur altijd open voor iedereen. Nu heeft diezelfde God zijn deur opengezet voor onze Majoor.
Zij was een vrouw die het geloof uitstraalde! Daar kun je jaloers op zijn!
Nederland is een mooi mens armer, de hemel is een engel rijker. U zei nog onlangs dat u het niet erg zou vinden om te sterven. Nu het zover is, maken die woorden meer indruk op me. U heeft uw rust verdiend na zoveel gedaan te hebben voor anderen.
Als politieman heb ik veel surveillances op de wallen gedaan. Het maakte niet uit wat voor weer het was, of hoe gevaarlijk, majoor Bosshardt kwam je altijd tegen.
SK Speciaal nummer 2007
SK Speciaal nummer 2007
Als er iemand in deze wereld heeft laten zien wie Jezus is, dan was zij het wel! Indrukwekkend!
et Strijdkreardt Majoor Bossh Special
Erica Terpstra
Henny Huisman
Job Cohen, burgemeester van Amsterdam
Mies Bouwman
Ik heb haar als kamerlid een keer meegenomen naar Prinsjesdag. ‘U moet wel een mooie hoed op’ zei ik. Die had ze: haar Leger des Heils galahoed. En van kamerbode tot minister, iedereen begon te stralen. De dankbaarheid wint het van het verdriet. Ze heeft enorm veel betekend voor duizenden mensen en ik beschouw het als een eer om haar gekend te hebben. Als geen ander verwezenlijkte zij het ideaal van het Leger des Heils: anderen in woord en daad laten proeven van de liefde van Christus.
Maar al te vaak zijn uitvaarten droevig en somber. Logisch, er is iemand dood en dat wil zelden een feestje worden. Ook niet, als de familie het ‘opleukt’ met toespraken over hoe goed en bijzonder iemand geweest is. Veelal komt de bewondering ook te laat en wordt de overledene onterecht ‘de hemel in geprezen’. Dat gebeurde niet met onze majoor Bosshardt. Iedereen op aarde wist al dat ze een mooie plek in de hemel, naast God, had verdiend! Want, laten we eerlijk zijn, als de Majoor van het Leger geen plek zou krijgen, wie in Godsnaam dan nog wel? Heeft God dan misschien mensen op aarde rondlopen zoals Hij hen oorspronkelijk heeft bedacht? Het antwoord is simpel, ja ze zijn er wel, maar niet echt in grote getale en wereldwijd misschien een handje vol. En een van hen woonde in ons koude kikkerlandje, midden in de stad Amsterdam! U heeft haar allemaal gekend. Ze wás ook ongewoon beroemd voor zo’n eenvoudig iemand. Ze was vaak op tv, maar nog veel váker ergens waar ze hard nódig was, onze lieve en unieke majoor Alida Bosshardt. Onthoud haar naam goed, haar gezichtje en haar stem. Er zijn er niet zoveel die zó dicht bij de Schepper wonen na afloop van het leven op aarde.
Als burgemeester van Amsterdam ontkom je er niet aan om majoor Bosshardt persoonlijk te kennen, maar dat deed me veel plezier. Ik was onder de indruk van haar geloof in combinatie met het met beide benen op de grond staan. Haar enorme belangstelling voor mensen. Het maakte haar niet uit of die nu hooggeplaatst of laaggeplaatst waren. Ze bleef helemaal zichzelf. Dat gewone maakte haar bijzonder.
Ik koester de herinnering aan haar allesoverheersende liefde voor mensen. Ik heb altijd een bijzondere band met de majoor gehad en die zal ik ook blijven houden. Het was een veel persoonlijker relatie dan wat er zichtbaar was op de tv. Ze was ontzettend warm, geestig, oprecht, rechttoe-rechtaan.
Professor Bob Smalhout
Niet alleen de Koningin mist haar erg, maar ook ik als Amsterdamse zal haar erg missen. De mensen noemen mij altijd excellentie of zo, maar de majoor zei altijd: ‘Dag kind, hoe heet je ook alweer?’ en vroeg dan ook altijd hoe het met me ging. Ik zal haar zeker missen. Altijd als ik haar tegenkwam in Amsterdam, ging ik haar gedag zeggen. Ik zal nooit vergeten dat ik jaren geleden bij een vriendin op visite was in de Amsterdamse Beethovenstraat. Het was mooi weer en de mensen zaten op het terras. Daar zag ik haar autootje en daar kwam de majoor met haar collectebus. Ze reed om half elf ’s avonds weg en toen zei zij: ‘Nu ga ik nog even de binnenstad in.’
Nadat ik de huwelijksdienst had geleid van Prins Constantijn en Prinses Laurentien, kreeg ik een hartelijke brief van de majoor waarin ze mij bedankte. Toen kende ik haar niet, maar ik heb haar natuurlijk teruggeschreven, want dat vind ik heel bijzonder van haar. Na het volgende prinselijk huwelijk kreeg ik weer een brief en heb ik haar weer teruggeschreven. Na het derde evenement, ik weet niet meer wat dat was, kreeg ik weer een brief en nu met een boekje van haarzelf met een opdracht erin. Toen heb ik haar teruggeschreven met een boekje van mijzelf erbij. Zo ontstond er al schrijvende een hartelijke verstandhouding. Een paar jaar geleden was ik op de landelijke dag van het Leger des Heils, de Trefdag in Barneveld. Daar zou ik spreken. Ze was wat eerder gekomen en toen hebben we elkaar ontmoet. We hebben gezellig een kwartiertje zitten praten. Verder is het bij een briefje heen en weer gebleven. Mijn broer Nico is veel meer met haar opgetrokken, tijdens maaltijden voor dak- en thuislozen bijvoorbeeld. Als hij niet met vakantie was, zou hij zeker bij de begrafenis zijn geweest.
Jan Peter Balkenende De Majoor schreef me brieven toen ik in het ziekenhuis lag. Dat heb ik als bijzonder warm ervaren. Hartelijke brieven. Ze vroeg niet alleen hoe het met mij ging, maar ook met mijn vrouw en dochtertje. Verschillende keren heb ik haar persoonlijk ontmoet. Bijvoorbeeld tijdens het concert ter gelegenheid van het jubileum van de koningin op 29 april 2005. Toen hebben mijn vrouw en ik met de Majoor gesproken. Ik bewonderde de Majoor zeer. Ze was een lieve vrouw, maar vooral omdat ze een lichtend voorbeeld was. Vooral voor de manier waarop zij in het leven stond, in haar geloof, en niemand uitsloot. Alle mensen telden voor haar, alle mensen zijn Gods Kinderen. Dat straalde ze uit. Ik bewaar de allerbeste herinneringen aan haar.
Ik heb de majoor twintig jaar geleden leren kennen in een radioprogramma van de EO, naar ik meen over bijbelkennis. De opnamen waren in een kerk in de buurt van Delft. Ik ontmoet door mijn werk duizenden mensen, maar zij viel mij onmiddellijk op, omdat zij ze ongelooflijk naturel was. Zij was gewoon zichzelf, zonder enige aanstellerij en fantastisch bewogen om contact te leggen met de meest uiteenlopende mensen, of het nu ministers waren of daklozen, dat maakte geen verschil. De mensen hadden ook direct contact met haar. En wat ik ook merkte was dat nooit iemand agressief tegen haar werd. Op de een of andere manier had zij een soort onzichtbaar pantser, dat haar volmaakt onschendbaar maakte. Ik heb haar kort voor haar dood nog ontmoet. Toen kon ze niet meer schrijven en dat vond ze vreselijk. Ze zei toen: ‘Bob het duurt niet lang meer en om je de waarheid te zeggen, ik geloof dat het wel genoeg is geweest. Ik kan niet meer.’ Dat was voor haar het vreselijkste, dat ze niets meer kon. Ze is altijd een mens geweest, die alles wilde doen. Meteen de daad bij het woord voegen en die mogelijkheid was haar ontnomen. Haar overlijden voel ik echt als een persoonlijk gemis.
Grootmeesteres van de Koningin Martine van Loon-Labouchere
Fabiola (Levend kunstwerk) Ik vond het een soort moeder Theresa. Ze was er ook voor ongelovigen. Als je in de put zat, dan kwam ze naar je toe, dan praatte ze met je en dan had ze zo’n moederlijke stem. Soms zag ik haar bij de ontmoetingen met de daklozen. Ik doe ook wel wat in de opvang, naast mijn werk als beeldend kunstenaar. Het was altijd hartelijk en ze zei nooit: ‘Bent u wel gelovig?’ Daar begon ze niet over. Als ik haar tegenkwam in de café’s bood ze altijd de Strijdkreet aan. En och, het was de Majoor, dus dan kocht ik hem maar. Ze woonde in mijn buurt, want ik woon zelf op het Waterlooplein en zij woonde wat verder. Dus we wisten van elkaar dat we buren waren. Zo’n vrouw had het hart op de goede plek. Ik zal haar missen.
SK Speciaal nummer 2007
SK Speciaal nummer 2007
Dominee Carel ter Linden
Persoonlijke herinneringen
Het afscheid Kerkklokken luidden toen de witte kist met het stoffelijk overschot van de Majoor de korpszaal van het Leger des Heils aan de Oudezijds Achterburgwal werd uitgedragen. Twee dagen lang hadden meer dan 3500 mensen daar afscheid van haar genomen. Het was een constante stroom van belangstellenden geweest, onder wie opvallend veel jongeren. Voorafgegaan door twee politieagenten te paard, gekleed in gala-uniform, en muzikanten van het Leger des Heils trok de stoet langs de verschillende gebouwen waar de Majoor heeft gewoond en gewerkt. De honderden mensen langs de kant van de weg klapten uit bewondering en respect voor deze vrouw, die als een groot Nederlander werd gezien. Op de brug voor het bekende Goodwillgebouw aan de Oudezijds Voorburgwal 14, werd korte tijd stilgehouden. Vanuit dit karakteristieke pand leidde Alida Bosshardt het werk van het Leger in de Oude Binnenstad van Amsterdam. Op de eerste verdieping heeft zij ruim dertig jaar gewoond.
10
De rouwstoet vertrok daarna naar het korpsgebouw aan de Eerste Oosterparkstraat, waar de Amsterdam Staff Band en de Amsterdam Staff Songsters de auto met de kist naar de Koningskerk in de Watergraafsmeer begeleidden. De mars naar deze kerk, die de Majoor zelf als plaats voor de uitvaartplechtigheid had uitgekozen, werd een eerbetoon aan een waar soldaat van Jezus Christus. Ook hier stonden honderden mensen langs de kant van de weg om van de Majoor afscheid te nemen. Velen waren diep ontroerd bij het zien van de indrukwekkende stoet heilssoldaten die de Majoor naar haar laatste rustplaats bracht.
SK Speciaal nummer 2007
SK Speciaal nummer 2007
De volgende stop was het Zorgcentrum voor Ouderen De Goodwillburgh. De Majoor liet de 102 flats bijna dertig jaar geleden bouwen. De laatste jaren van haar leven woonde zij daar op de eerste verdieping met uitzicht op de Nieuwe Herengracht. Daar is zij ook op maandag 25 juni 2007 bevorderd tot Heerlijkheid.
11
De Koningskerk straalt licht en warmte uit en in dit prachtige decor herdacht Nederland het leven van deze unieke vrouw. De dienst werd live op televisie uitgezonden en meer dan een miljoen kijkers keken naar deze sobere plechtigheid. Een groot aantal bekende en onbekende Nederlanders was hierbij aanwezig. Namens de Koningin was Grootmeesteres mevrouw Van LoonLabouchere er. Minister-president Jan Peter Balkenende vertegenwoordigde de regering en mr. Job Cohen sprak namens de gemeente Amsterdam. “Als er iemand het devies dat de stad in haar wapen voert: Heldhaftig, Vastberaden, Barmhartig, in praktijk bracht, dan was zij het wel. Een voorbeeld voor alle Amsterdammers. Door
haar goede werken was zij bijkans al bij leven voor velen een engel aan de Amstel.” Commissioner Wim van der Harst beloofde namens een ieder die bij het Leger des Heils is betrokken, dat zij het werk van God dat zij zo onder de aandacht van het Nederlandse volk had gebracht, in de geest van Jezus zullen voortzetten. Hij las een brief voor van de internationaal leider, generaal Shaw Clifton, die de aanwezigen vroeg: “Wie wil, geïnspireerd door haar voorbeeld, in de voetstappen van de Majoor treden om het heilige werk voort te zetten waardoor zij zo bekend is geworden? De wereld wacht op u!”
Commissioner Reinder Schurink was door de Majoor gevraagd om de uitvaartdienst te leiden. Hij benadrukte in zijn toespraak dat zij de woorden van Jezus, die in de Bijbel te lezen zijn in Mattëus 25: 35-40, als haar persoonlijke opdracht had gezien. “Zij gaf mensen te eten en te drinken, zij gaf hen onderdak en kleren. Zij bezocht mensen in de gevangenis en in het ziekenhuis, net zoals Jezus dat deed.”
SK Speciaal nummer 2007
De plechtigheid werd besloten met een mars naar het graf. Acht heilssoldaten droegen de kist onder begeleiding van de muziek van de Amsterdam Staff Band naar het Leger des Heils-graf, waar de laatste eer aan majoor Alida Margaretha Bosshardt werd bewezen. In de laatste maanden van haar leven verlangde zij naar de eeuwige rust. Zij geloofde dat God haar in zijn armen zou sluiten en danken voor het werk dat zij in zijn Naam had gedaan. Ongetwijfeld heeft Hij toen tegen haar gezegd: “Goed gedaan, mijn goede en trouwe dienstknecht.”
SK Speciaal nummer 2007
12
13
Colofon Magazine van het Leger des Heils Stichter: William Booth Internationaal leider: generaal Shaw Clifton Landelijk leider Nederland: commissioner Roy Frans Hoofdredacteur: Ruud Tinga ISSN 0167-1006
Het Majoor Bosshardt Fonds
Adressen Internationaal Hoofdkwartier: P.O. Box 249 London EC4P 4EP, England Nationaal Hoofdkwartier: Spoordreef 10, 1315 GN Almere Telefoon (036) 539 81 11 Postgiro 120120 Internet adres: www.legerdesheils.nl E-mail adres:
[email protected]
drie gebieden waarvoor de Majoor een speciale plaats in haar hart had. Graag lichten wij deze
Ter herinnering aan een bijzondere en voorbeeldige vrouw is het Majoor Bosshardt Fonds in het leven geroepen. Daarmee wil het Leger des Heils gelden inzamelen voor projecten op drie doelen nader toe en bevelen het Majoor Bosshardt Fonds van harte bij u aan!
1
Redactie n Saskia van Leeuwen n Majoor mw. Attie van Wagtendonk-Slagter n Majoor Simon van der Vlugt Fotoverantwoording n ANP, pag. 11 n NOS, pag. 6, 8 n Antoinette Temmink, pag. 8/9, 12/13 n Ruud Tinga, pag, 1, 2, 5, 6/7, 8/9, 10/11, 13, 14/15 n De Telegraaf/Peter Zonneveld, pag. 5
2
De verkondiging van het Evangelie, in woord en daad, is het hart van de missie van het Leger des Heils. Tot op hoge leeftijd ging de Majoor erop uit om SK (Strijdkreet), het evangelisatiemagazine, aan te bieden. Daarnaast werd ze vaak gevraagd om lezingen te geven, kerkdiensten te verzorgen of gastspreker te zijn op congressen en symposia. Het is van belang dat voortdurend naar nieuwe vormen van evangelisatie wordt gezocht. Tegenwoordig gebeurt evangelisatie meer op basis van persoonlijke relaties. Het fonds zal worden gebruikt om laagdrempelige manieren van evangelisatie te ontwikkelen.
3
Doel 3 - Ontwikkelingshulp
Administratie abonnementen Adres: Spoordreef 10, 1315 GN Almere Telefoon: (036) 539 81 51 Telefax: (036) 539 81 72 Postgiro 420000 Jaarabonnement € 20,40
Druk Senefelder Misset BV, Doetinchem.
14
Wat is het Leger des Heils? Het Leger des Heils is een internationale beweging en behoort tot de universele christelijke Kerk. Zijn boodschap is gebaseerd op de Bijbel. Zijn dienstverlening wordt gestimuleerd door de liefde tot God. Zijn opdracht is het Evangelie van Jezus Christus te prediken en in zijn naam menselijke nood te lenigen zonder enige vorm van discriminatie.
Dankzij haar functie en bekendheid heeft de Majoor veel van de wereld kunnen zien. Zo bezocht ze India, waar ze moeder Theresa heeft ontmoet. In Nigeria (toen nog Biafra) zag ze de gevolgen van de hongersnood, die er begin jaren zeventig heerste en de ontwikkelingshulp die daarna op gang kwam. Zij ging ook naar Bangladesh, Indonesië, Chili, Mexico, de Filippijnen en Haïti, waar zij altijd weer bewogen was met het lot van de armsten van de wereld. Het internationale Leger des Heils werkt in meer dan honderdtien landen, waarvan veel zogenoemde ontwikkelingslanden zijn. Vanuit het Leger des Heils in Nederland wordt financiële ondersteuning geboden aan kinderhuizen, ouderencentra, scholen, ziekenhuizen en evangelisatieposten. Waar nodig wordt geld voor noodhulp bij rampen verstrekt. Vanuit het fonds worden gelden ter beschikking gesteld voor scholing en medische zorg. Onze afdeling Internationale Ontwikkeling en Samenwerking ziet erop toe dat het geld in het buitenland op de juiste wijze wordt besteed.
U kunt uw bijdrage aan het Majoor Bosshardt Fonds overmaken op banknummer 2676, ten name van Leger des Heils, Almere, onder vermelding van Majoor Bosshardt Fonds.
SK Speciaal nummer 2007
SK Speciaal nummer 2007
Alle bijbelgedeelten zijn overgenomen uit De Nieuwe Bijbelvertaling tenzij anders wordt vermeld.
Het werk dat de Majoor in de binnenstad van Amsterdam begon, is verder uitgebreid. Nog meer dan in haar tijd is het een ‘supermarkt van dienstverlening’. Duizenden mensen doen jaarlijks een beroep op de Goodwillcentra van het Leger des Heils in Amsterdam. De ruim zeshonderd medewerkers zetten zich in op het gebied van opvang van dak- en thuisloze mannen en vrouwen, maatschappelijk werk, jeugdhulpverlening, thuiszorg en bijzondere schoonmaak. Het fonds zal met name gebruikt worden voor de opvang van vrouwen en kinderen.
Doel 2 – Evangelisatie
Grafische vormgeving douglas design, Ommen
De abonnementsperiode begint op 1 januari van het nieuwe kalenderjaar. Opzegging, uitsluitend schriftelijk, zes weken voor het einde van de abonnementsperiode.
Doel 1 – Goodwillcentra Amsterdam
15
Zolang er vrouwen huilen, zal ik strijden. Zolang er nog kinderen honger en kou lijden, zal ik strijden. Zolang er nog op straat één meisje is dat zich verkoopt, zal ik strijden. Zolang er mannen naar de gevangenis gaan, erin en eruit, erin en eruit, zal ik strijden. Zolang er één mens verstoken is van het licht van God, zal ik strijden, zal ik strijden, zal ik strijden.
William Booth (1829-1912) Stichter van het Leger des Heils in zijn laatste openbare toespraak in mei 1912