straks student in Gent

2011

www.UGent.be

straks student in Gent

Kiezen voor de Universiteit Gent Durf denken De Universiteit Gent lanceerde enkele jaren geleden het motto ‘Durf Denken’. Het motto is nieuw, maar niet de betekenis die aan de grondslag ligt. De Universiteit Gent is sinds jaar en dag dé plek waar onafhankelijke, kritische geesten studeren en werken. Het is een open, sociaal geëngageerde en pluralistische universiteit. Het motto ‘Durf Denken’ is allesbehalve een lege doos. Het vertaalt zich in een jarenlange wetenschappelijke traditie die op haar beurt weerspiegeld wordt in de internationale reputatie van diverse onderzoekscentra. Die traditie baande ook een weg voor de internationalisering van het onderwijs. Er zijn samenwerkings­ overeenkomsten met meer dan 500 universiteiten wereldwijd en ook op het gebied van studentenmobiliteit (bv. via uitwisselings­ programma’s) behoort de UGent tot de Europese top. Met meer dan 30 000 studenten is de Universiteit Gent bovendien één van de grootste universiteiten van Vlaanderen en België. Het studenten­ aantal kende in de voorbije 20 jaren een spectaculaire groei, wat wijst op een unieke aantrekkingskracht.

3 6 8 9 19 25 27 28 31 35 38 40 45 49 51 56 57 58

Kiezen voor de Universiteit Gent Gent - het mekka voor de student Kiezen voor een opleiding Een waaier van keuzes Opleidingsaanbod Waaruit bestaat mijn programma? Hoe krijg ik les? Waar vind ik de leslokalen? Hoe schrijf ik me in? Wanneer is er les/examen/vakantie? Kan ik op begeleiding rekenen? In Gent studeer je niet alleen Ook tot uw dienst Het studeren nog niet moe? Welk budget moet ik voorzien? Bereken je inkomsten en uitgaven Nog meer info Stadsplan

Grafisch ontwerp: cover: www.blauwepeer.be, opmaak: www.johnnybekaert.be Fotografie: Edelweiss – fotografie gebouwen UGent: Hilde Christiaens

Prof. Paul Van Cauwenberge - Rector

3

Wetenschappelijke reputatie >> Van verleden naar heden De internationale erkenning van de UGent werd niet in één dag opgebouwd. Onze Universiteit kan een uitgebreid palmares voor­ leggen op het gebied van internationaal erkend onderzoekswerk. Cornelis Heymans kreeg als enige Vlaming de Nobelprijs voor genees­ kunde en August Kekulé legde de grondslag voor de moderne organi­ sche en analytische scheikunde. Joseph Plateau lag als vooraanstaand natuurkundige aan de basis van de cinematografie, Leo Baekeland gaf zijn naam aan de kunststof ‘bakeliet’, Henri Pirenne legde de fundamenten van de Gentse historische school en George Sarton lag aan de basis van de studie van de wetenschapsgeschiedenis. De sterke wetenschappelijke traditie is niet alleen een verhaal uit het verleden. Vandaag de dag geniet de biotechnologie aan de UGent internationale faam met (stichters-) professoren als Schell, Van Montagu en Fiers. Tal van projecten in de Derde Wereld gaan terug op onderzoekswerk in de Gentse faculteiten Bio-ingenieurswetenschappen, Wetenschappen en Geneeskunde. Er zijn heel wat onderzoekscentra en laboratoria actief, verspreid over uiteenlopende wetenschappelijke domeinen, die projecten uitwerken met internationale weerklank en wereldfaam genieten. Het onderzoek wordt niet alleen binnen de Universiteit Gent uitgevoerd, er zijn ook verschillende innovatieve bedrijven die hun wortels hebben in het UGent-onderzoek (Devgen, CropDesign, Ablynx, Fytolab, Alphabit, Euras, Pronota …).

Universiteit Gent Opgericht in 1817 als Rijksuniversiteit Gent Bij decreet van 26-6-1991 omgedoopt tot Universiteit Gent, letterwoord UGent ×× 33 000 studenten ×× 11 faculteiten ×× ± 7 510 medewerkers Financiering Vlaamse Gemeenschap: > 984 professoren (= ZAP: zelfstandig academisch personeel) > 1 141 assistenten (= AAP: assisterend academisch personeel) > 747 overig wetenschappelijk personeel > 2 345 administratief en technisch personeel (= ATP) Extern gefinancierde onderzoekers: > 2 143 onderzoekers (FWO, IWT, VIB, IMEC, doctoraatsbursalen …) ×× 135 vakgroepen ×× jaarlijks meer dan 7 000 bachelor- en masterdiploma’s; meer dan 400 doctoraatsdiploma’s Associatie Universiteit Gent = ongeveer 60 000 studenten Partners: Hogeschool Gent, Arteveldehogeschool, Hogeschool West-Vlaanderen 4

Ook in de internationale rankings doet de UGent het goed: ×× volgens het tijdschrift The Scientist was de UGent in 2009 de beste wetenschappelijke werkomgeving van alle Belgische universiteiten. De UGent stond op de 8ste plaats in de niet-VS lijst van ‘Best Place to Work in Academia’. Daarmee was ze meteen ook de enige Belgische universiteit in de top 10. ×× In de Shanghai Academic Ranking of World Universities 2010 staat de UGent op de 90ste plaats en is daarmee de enige Belgische universiteit in de top 100.

>> De toekomst: investeren in toponderzoek Hoewel het wetenschappelijk onderzoek de laatste jaren steeds meer gespecialiseerd is geworden, zwemt de UGent stroomop­ waarts door de samenwerking tussen verschillende disciplines aan te moedigen. “Interdisciplinariteit is immers de toekomst van de wetenschap”, voorspelt rector Paul Van Cauwenberge. “Er is zoveel kennis aanwezig die onvoldoende kan doorbreken. Door synergieën te creëren tussen verschillende invalshoeken zorg je ervoor dat 1 plus 1 méér is dan 2.” De doorbraak in biotechnologie bijvoorbeeld, waarin de UGent een pioniersrol heeft vervuld, is ontstaan doordat biologen, genetica­ specialisten, fysiologen en ingenieurs met elkaar gingen samen­ werken rond één probleem. “Wij willen nu een tweede golf van vernieuwing voorbereiden door onderzoekers samen te brengen die elkaar vanuit hun eigen invalshoeken uitdagen en inspireren.” De vijf multidisciplinaire onderzoeksplatformen (= speerpunten) waarop de UGent de komende jaren extra wil inzetten zijn: ––nano- en biofotonica, ––biotechnologie voor een duurzame economie, ––inflammatie en immuniteit, ––neurowetenschappen, ––bio-informatica. Binnen de universiteit is al een stevige basis opgebouwd rond die thema’s en er is een sterk groeipotentieel aanwezig. De UGent wil op wereldniveau een strategische rol spelen bij de verdere ontwikkelingen binnen de vijf domeinen. Bovendien zullen een aantal van die domeinen een antwoord zoeken op belangrijke maatschappelijke vraagstukken van de volgende decennia zoals energie, duurzaamheid en vergrijzing. De totale financiering van het strategische speerpuntenbeleid bedraagt 13,5 miljoen euro en 25 nieuwe onderzoeksprofessoren uit binnen- en buitenland starten in 2011 om de aanwezige expertise te versterken en uit te breiden. Met die investering geeft de UGent ook duidelijk het signaal dat een innovatiegedreven maatschappij absoluut moet investeren in de ontplooiing van toppotentieel. In een crisisperiode een dergelijke strategische keuze maken betekent dat je als universiteit een langetermijnvisie voor ogen houdt, en dat je de grote maat­ schappelijke uitdagingen wil aanpakken door te investeren in doorgedreven wetenschappelijke kennis en daaruit voortvloeiende toepassingen. 5

Gent – het mekka voor de student Ondanks de groei wist de UGent zich te handhaven binnen de stadskern. De diverse campussen vormen als het ware een lint door de historische stad. Bijna alle gebouwen bevinden zich op loop- of fietsafstand. Gent is daardoor een bruisende studenten­ stad. Naast de universiteit herbergt de stad tal van hogescholen, samen goed voor ongeveer 60 000 studenten. Gent is hiermee de grootste studentenstad van Vlaanderen. Niettegenstaande de omvang van de groep leven de studenten niet op een eiland binnen de stad. Dankzij de spreiding van de gebouwen blijven de studenten nauw contact houden met het sociale en culturele leven eigen aan een stad. En dat Gent een en ander te bieden heeft op sociaal en cultureel vlak zal iedereen bevestigen: SMAK, Vooruit, Flanders Expo, eigenzinnige theaters, festivals, cafés, musea, en dat alles in een boeiend historisch decor. Gent cultuurstad, festivalstad, theaterstad, muziekstad, filmstad … Omgekeerd zien we ook dat de stad Gent een mooi evenwicht heeft gevonden met de studenten. In Gent is er een unieke mix tussen de studenten en inwoners. Gent leeft mét de studenten maar blijft ook leven als de studenten vertrokken zijn.

De stad Gent inwoners: 240 000 toeristisch: 1 200 000 bezoekers per jaar economisch: zeehaven, metaal, textiel, dienstverlenende bedrijvigheid, hoogtechnologische en innoverende bedrijven centrale ligging: E17 en E40, spoor: Keulen-Brussel-Oostende; Antwerpen-Kortrijk-Rijsel.

>> Historisch De stad Gent staat boven alles bekend als een historische stad. In de middeleeuwen was Gent, samen met Parijs en Londen, één van de grootste en machtigste steden ten noorden van de Alpen. Tot aan de industriële revolutie bleef Gent een economische wereld­ stad. Het bouwkundig erfgoed spreekt boekdelen. Gent geniet een wereldfaam op het gebied van architecturale diversiteit. Je vindt er goed bewaarde voorbeelden van de zevende tot en met de twintigste eeuw. Een wandeling door de stad is als het ware een geschiedenisles in een notendop.

>> Cultureel Cultureel scoort Gent hoog met het Festival van Vlaanderen, het Internationaal Filmfestival, het SMAK, de Vlaamse Opera, de Floraliën, enz. Dankzij het Kunstencentrum Vooruit en de unieke samenwerking tussen het stadsbestuur en de grote cultuurhuizen neemt Gent een niet onbelangrijke plaats in binnen het Vlaamse culturele landschap. Het internationale circuit maakt dan ook graag een ommetje langs Gent. Flanders Expo tot slot weet evenementen en concerten op internationaal niveau naar Gent te halen.

>> Sport Gent beschikt over een unieke sportinfrastructuur: de watersport­ baan, het natuur- en recreatiedomein De Blaarmeersen, de wieler­ piste, de Topsporthal Vlaanderen, BLOSO, de stedelijke en privéinfrastructuur. Samen zijn ze goed voor kajak, roeien, surfen, wielrennen, ijsschaatsen …

>> Natuur En je gelooft het of niet maar Gent herbergt ook een heus natuur­ reservaat: Bourgoyen-Ossemeersen. Bij overvloedige regenval en tijdens de wintermaanden staan grote delen onder water. Het reser­ vaat oefent dan ook een bijzondere aantrekkingskracht uit op vogels. Het is een doortrek- en overwinteringsgebied en een ideale broedplaats voor tal van vogelsoorten. Het domein is vrij toeganke­ lijk op de wandelpaden.

PODIUM Vooruit Minard NTGent Arca Nieuwpoorttheater Handelsbeurs Victoria Muziek Lod Kopergieterij Capitole De Centrale De Bijloke Festival van Vlaanderen Opera ... TENTO Museum voor schone kunsten aktuele kunst (SMAK) design volkskunde (Huis van Alijn) industriële archeologie (MIAT) geneeskunde dierkunde ... Sint-Pietersabdij Flanders Expo Museum Dr. Guislain FILM Kinepolis Studio Skoop Sphinx Film-Plateau Internationaal Filmfestival ... SPORT Watersportbaan Sport- en recreatiedomein Blaarmeersen Topsporthal BLOSO Wielerpiste Schaatsbaan ... UITGAAN Overpoortstraat Sint-Pietersnieuwstraat Stadscentrum Patershol Gentse feesten ... GENT ONLINE: www.gent.be

6

7

Voor wie de keuze niet vanzelfsprekend is … Voor studenten met een functiebeperking komen er extra vragen bij die niet enkel met de inhoud van de opleiding te maken hebben. Die vragen zijn vaak heel persoonlijk en praktisch van aard. Je wilt weten op welke manier de studiekeuze afgestemd kan worden op jouw persoonlijke behoeftes. Kies je voor voltijds of deeltijds studeren? Zijn er flexibele leerroutes die het best aansluiten bij jouw noden? Het Adviescentrum voor Studenten of het Monitoraat van de faculteit zal je op die vragen een antwoord geven.

Kiezen voor een opleiding

Een waaier van keuzes

Succes in een hogere studie begint met een goed voorbereide studiekeuze. In dat proces bots je op een aantal vragen die je voor jezelf moet beantwoorden. Je hoeft dat gelukkig niet in je eentje te doen. Er zijn tal van informatiemomenten en -kanalen die je helpen bij het maken van een goede studiekeuze. De website www.opleidingen.UGent.be houdt je hiervan op de hoogte. Daarnaast kan je ook altijd terecht bij het Adviescentrum voor Studenten.

Het opleidingsaanbod van de Universiteit Gent is, wat je kan noemen, volledig. Dat betekent dat vrijwel alle academische opleidingen die in Vlaanderen ingericht kunnen worden, ook in Gent aangeboden worden. Van Oosterse talen en culturen tot Farmacie, van Criminologie tot Handelsingenieur. De Universiteit Gent biedt daarenboven als enige universiteit in Vlaanderen de volgende opleidingen aan: Diergeneeskunde, Afrikaanse talen en culturen, Ingenieurswetenschappen: toegepaste natuurkunde; Ingenieurswetenschappen: bedrijfskundige systeemtechnieken en operationeel onderzoek. Ook de afstudeerrichtingen Geomatica, Landmeetkunde, Maritieme techniek, Scandinavistiek, zijn uniek.

We geven alvast een paar tips:

>> Durf kiezen Goed geïnformeerd zijn en tijd nemen om te kiezen zijn belangrijke ingrediënten van een geslaagde studiekeuze. Gedurende het hele proces zijn er echter nog een aantal ‘spelregels’ die je niet uit het oog mag verliezen.

>> Zelfkennis Je kan je meteen storten op alle beschikbare informatie maar het is goed om eerst eventjes in de spiegel te kijken en zonder verpinken de volgende vraag te beantwoorden: Waar ben ik nu écht goed in? Zijn talen je dada? Of is het wis- en natuurkunde? Het is belangrijk te achterhalen wat je motiveert en voldoening geeft, welke talenten en vaardigheden je van nature bezit en onder welke omstandig­ heden die zo goed mogelijk tot hun recht komen. Slagen is niet alleen een kwestie van intelligentie: motivatie en interesse zijn zeker even doorslaggevend. Je moet echt zin hebben in je studies en dat is minstens even belangrijk.

Een overzicht van het opleidingsaanbod aan de Universiteit Gent vind je verder in deze brochure.

Volledigheid betekent ook dat je in Gent de opleidingen van het begin tot het einde kan volgen: vanaf het eerste jaar tot en met het einddiploma. Aanvullend kan je kiezen uit een hele reeks master-na-masteropleidingen, postgraduaatsopleidingen of een cursus uit het aanbod ‘permanente vorming’. Studenten met een diepgaande interesse voor wetenschappelijk onderzoek kunnen kiezen voor het doctoraat. De universitaire overheid moedigt het wetenschappelijk onderzoek sinds jaren actief aan. Flexibiliteit is het nieuwe ordewoord. Met de invoering van de bachelor-masterstructuur wordt extra aandacht besteed aan flexibele opleidingstrajecten. Naast het duidelijke vaste parcours worden meer en meer overstappen gecreëerd tussen de oplei­ dingen. Ook vanuit de hogeschoolopleidingen zijn overstappen mogelijk en die worden nog extra uitgebreid door de samenwer­ king binnen de Associatie UGent.

>> De ideale keuze Vaak zien wij dat toekomstige studenten niet durven beslissen omdat ze hun volledige toekomst koppelen aan hun studiekeuze. Ze zijn op zoek naar dé ideale studierichting, maar die bestaat niet altijd. Op een bepaald moment moet je gewoon de knoop doorhakken en beseffen dat je studiekeuze niet de rest van je leven hypothekeert. Het is een belangrijk moment dat een bepaalde richting aangeeft maar het is slechts één van de vele keuze­ momenten uit je loopbaan. Nieuwe wegen kunnen inslaan en flexi­ biliteit worden juist de laatste jaren sterk benadrukt. Belangrijk is dat je voelt dat je met je studiekeuze in de goede richting zit.

De brede waaier van opleidingen biedt je ruime keuzemogelijk­ heden. De schaalgrootte garandeert daarenboven dat er specia­ listen zijn op de meest diverse terreinen van het wetenschappelijk onderzoek. Dat is van groot belang voor de kwaliteit van het onderwijs en voor de erkenning die daaraan gekoppeld is.

>> Arbeidsmarkt Uiteraard is het belangrijk om ook na te denken over de werkgele­ genheid en de troeven op de arbeidsmarkt met een bepaald diploma. Maar je keuze mag daar niet van afhangen. Welke opleiding goed in de markt ligt, is tijdsgebonden. En de kans is groot dat die situatie al helemaal veranderd is tegen de tijd dat jij afstudeert. Vergeet ook niet dat steeds meer jobs toegankelijk zijn voor meerdere diploma’s! 8

9

Bachelor

BASISOPLEIDINGEN

De eerste studiecyclus aan de universiteit is de bacheloropleiding. Ze omvat steeds 180 studiepunten of credits (= een equivalent van drie studiejaren). Het begrip studiejaar moet je lezen als ‘een vastgelegd geheel van 60 studiepunten uit een modeltraject’. Een ‘studiepunt’ is een internationale eenheid die overeenstemt met ten minste 25 en ten hoogste 30 uren onderwijs-, leer- en evaluatieactiviteiten.

BACHELOR

180 stp

>

Bachelor

60 stp

>

Master

schakelprogramma (na professionele bachelor) voorbereidingsprogramma (overgang naar niet-aansluitende master)

MASTER

60 stp 60 stp + evt. beroepstitel

Arts/Tandarts Dierenarts Apotheker

60 stp

VOORTGEZETTE OPLEIDINGEN

MASTER NA MASTER

>

Master

POSTGRADUAATSOPLeiding

>

Getuigschrift

Specifieke LERARENOPLEIDING PERMANENTE VORMING bijscholing/nascholing

> Diploma

leraar

> Attest

predoctorale opleiding (buitenlands diploma of geen masterdiploma)

DOCTORAATSOPLEIDING

>

Getuigschrift

DOCTORAAT

>

Doctor

>

Creditbewijs

DOCTORAAT

Voor alle opleidingsonderdelen waarop men minstens 10/20 behaalt

10

De academische bacheloropleiding legt de nadruk op een brede academische (theoretische) vorming. Ze is gebaseerd op weten­ schappelijk onderzoek en bereidt je voor op een masteropleiding. Theoretische inleidingen tot het vakgebied zelf en een aantal belangrijke hulpwetenschappen vormen in de bachelor de basis voor specialisatie in de master. De hoeveelheid praktische oefe­ ningen is in de eerste jaren voor de meeste opleidingen nog enigs­ zins beperkt, hoewel steeds meer opleidingen ervoor kiezen om het contact met de beroepspraktijk al vanaf het eerste jaar te introdu­ ceren. De opleiding Geneeskunde is daar een sprekend voorbeeld van. Het derde bachelorjaar biedt al een eerste vorm van speciali­ satie die in de master verder wordt uitgewerkt. Een aantal bacheloropleidingen biedt ook ‘minors’ aan vanaf het tweede of derde jaar. Een minor is een homogene groep opleidings­ onderdelen uit een ander wetenschapsdomein. De minor vormt zo een bijkomend traject, waarbij je niet alleen een grondige intro­ ductie krijgt in dat andere studiedomein, maar waarmee je ook kan instromen in een andere masteropleiding met een verkort traject.

Voor alle duidelijkheid: In het hoger onderwijs zijn er twee soorten bachelors, de ‘professionele’ bachelors met een duidelijke eigen (beroeps) finaliteit (cf. de vroegere graduaatsopleidingen zoals verpleegkunde, maatschap­ pelijk werk …) en de ‘academische’ bachelors die vooral voorbereiden op de masteropleiding.

Aan het einde van de bacheloropleiding krijg je het diploma van Bachelor. Daarna zullen de meeste studenten hun studie voort­ zetten in een master. In het buitenland een master volgen, behoort ook tot de mogelijkheden.

Met een diploma van het secundair onderwijs word je toe­gelaten tot een bacheloropleiding. Wie hierover niet beschikt, neemt het best contact op met het Adviescentrum voor Studenten. Enkel voor de studies van arts en tandarts moet je vooraf slagen voor een toe­latingsexamen dat centraal (in Brussel) wordt georganiseerd.

11

Master Tijdens de masteropleiding (ten minste één studiejaar of 60 studiepunten) krijg je de echte vakopleiding. De opleiding legt de nadruk op gevorderde wetenschappelijke kennis en competenties die je nodig hebt voor het zelfstandig beoefenen van wetenschap of voor het uitoefenen van een beroep. De hoeveelheid praktische oefeningen wordt steeds groter. Naast de gemeenschappelijke verplichte vakken bestaan er diverse moge­ lijkheden voor specialisatie. Het systeem van majors, minors en/of keuzevakken biedt je de mogelijkheid om een programma samen te stellen dat beantwoordt aan je persoonlijke aanleg en interesse. De master eindigt in alle opleidingen met een masterproef. Dat is een persoonlijk wetenschappelijk werk over een onderwerp naar keuze. Die keuze gebeurt in overleg met de promotor, dat is de professor die het werk begeleidt, samen met de wetenschappe­ lijke staf. De masterproef vormt een belangrijk onderdeel van de opleiding. De masteropleiding wordt er grotendeels door in beslag genomen. De masterproef betekent de zelfstandige verwezenlijking van een stukje wetenschappelijke praktijk en houdt een zekere verdere specialisatie in, een element waarnaar tijdens een sollicitatie dikwijls wordt gevraagd. De masteropleiding wordt bekroond met het einddiploma van Master en wordt voor bepaalde opleidingen aangevuld met de beroepstitel, bv. arts, tandarts, dierenarts, apotheker enz.

Na het afronden van de academische bacheloropleiding volgen de meeste studenten de rechtstreeks aansluitende master­ opleiding in hetzelfde studiedomein. Je kan soms ook van spoor wisselen … Een aantal bachelor­ diploma’s krijgt toegang tot een masteropleiding in een ander (min of meer aanverwant) studiedomein. In sommige gevallen kan je onmiddellijk naar die master maar vaak zal je nog een voorbereidingsprogramma moeten volgen (de omvang van het voorbereidingsprogramma is variabel en wordt bepaald door de universiteit).

12

13

Lerarenopleiding Tijdens of na je masteropleiding kan je de specifieke (academische) lerarenopleiding (SLO) volgen en het diploma van leraar behalen. Dat diploma is van belang voor wie de klas in wil of zich wil voor­ bereiden op een job met pedagogische aspecten. Het diploma wordt pas uitgereikt na het behalen van het diploma van master. De opleiding bestaat uit 30 studiepunten theorie en 30 studie­ punten praktijk (stage). Wie een eenjarige master volgt, kan soms een beperkt aantal studiepunten van de lerarenopleiding opnemen in het masterprogramma (bv. onder de vorm van keuzevakken). In een aantal tweejarige masters zit het volledige theoretische gedeelte van de lerarenopleiding vervat, bv. in de vorm van een afstudeerrichting, major, minor of keuzevakkenpakket. Dat is het geval bij een aantal opleidingen in de faculteiten Psychologie en Pedagogische Wetenschappen, en Wetenschappen (Wiskunde, Chemie, Biologie enz.). Na het volgen van het theoretische gedeelte kun je een klassieke stage volgen of je kunt meteen aan de slag in het onderwijs in een (betaalde) stagebaan. Na het succesvol beëindigen van een prak­ tijkgerichte stage ben je leraar secundair onderwijs (met o.m. onderwijsbevoegdheid voor de tweede en derde graad).

Bruggen Bepaalde professionele bachelors kunnen toegang krijgen tot een specifieke master. Via een schakelprogramma worden ze klaarge­ stoomd voor de masteropleiding. Het schakelprogramma bestaat uit een selectie van vakken uit het bachelorprogramma van de opleiding. Het gaat vaak om een aantal theoretische en weten­ schappelijke vakken noodzakelijk om te kunnen starten met de master. De omvang varieert van ten minste 45 studiepunten tot ten hoogste 90 studiepunten. Meer details vind je terug in de masterbrochures. Ze zijn gebundeld per faculteit en worden uitgegeven door het Adviescentrum voor Studenten.

14

Als je een professioneel of academisch bachelor- of masterdiploma bezit dat niet voorkomt op de lijst van toelating tot respectievelijk een schakel- of voorbereidingsprogramma, kan je in veel gevallen ook een ‘brug’ maken naar een ander diploma. Behaalde kwalifica­ ties of competenties worden immers, na onderzoek, gevaloriseerd en geven recht op vrijstelling voor bepaalde opleidingsonderdelen. En op die manier kan de omvang van een bachelor- of masteroplei­ ding verkort worden.

Verder studeren Een hele reeks voortgezette studiemogelijkheden (master-na-master­ opleidingen, postgraduaatsopleidingen, permanente vorming …) vervolledigen het opleidingsaanbod. Een master-na-masteropleiding neemt doorgaans één studiejaar in beslag (60 studiepunten) en wordt bekroond met het diploma van Master. Een postgraduaatsopleiding omvat ten minste 20 studie­ punten en resulteert in een getuigschrift. Alle masteropleidingen worden zowel voltijds als deeltijds aangeboden, zodat combineren met bv. een job mogelijk is. Voor meer informatie over de masterna-masteropleidingen, postgraduaatsopleidingen en permanente vorming kun je terecht bij het Adviescentrum voor Studenten. Geactualiseerde informatie over bv. permanente vorming vind je best via de webpagina’s (www.opleidingen.UGent.be).

Voor alle duidelijkheid:

Er zijn twee soorten masters. Enerzijds zijn er de masters die behoren tot de basisopleidingen en toegankelijk zijn na het behalen van een bachelor­ diploma. Anderzijds zijn er de masters die behoren tot de voortgezette opleidingen en slechts toegankelijk zijn nadat je al een masterdiploma hebt behaald. Om dat te verduidelij­ ken worden volgende afkortin­ gen vaak gebruikt: ManaBa = master toegankelijk na een bachelordiploma ManaMa = master toegankelijk na een masterdiploma

15

Doctoraat

Europese uitwisseling

De vorming van wetenschappelijke onderzoekers gebeurt groten­ deels in de praktijk. Als je als master wil doctoreren, kies je binnen een studiedomein een onderwerp waarop je wetenschappelijk onderzoek wil verrichten. De keuze van het onderwerp gebeurt in overleg met de promotor, dat is de professor die het werk zal begeleiden en ook ter verdediging zal voordragen. De resultaten van het onderzoek worden immers neergeschreven en voor een jury verdedigd. Als je hiervoor slaagt, mag je de titel voeren van doctor, de hoogste academische graad. Een doctoraatswerk neemt al vlug 3 à 6 jaar in beslag. De meeste doctorandi zijn in die periode tewerkgesteld aan de universiteit als wetenschappelijk medewerker of in het kader van één of ander onderzoeksproject. Als voorbereiding op een doctoraat moet je soms, afhankelijk van de opleiding, nog een specifieke doctoraatsopleiding volgen. Dat houdt in dat je voor bepaalde vakken, veelal methodologische, nog examen zal moeten afleggen. Een ander gedeelte van de doctoraat­ sopleiding heeft betrekking op scripties, deelname aan congressen, publicaties enz.

De universiteit evolueert steeds verder in haar rol als internationale partner. De Universiteit Gent is erg actief op de internationale scène, zowel op het vlak van onderwijs als van onderzoek, en werkt wereldwijd samen met meer dan 500 instellingen. Een deel van je studietijd doorbrengen aan een buitenlandse universiteit binnen de Europese Unie is één van de mogelijkheden. Hiervoor worden speciale beurzen ter beschikking gesteld. De studieperiodes worden integraal in reke­ ning gebracht voor de normale studieloopbaan, zodat er geen studievertraging ontstaat. In zowat alle opleidingen bestaan er samenwerkingsprogramma’s. Als je hieraan deelneemt, geef je een extra dimensie aan je studie. De nieuwe bachelor-masterstructuur zorgt voor een grotere transparantie en een betere vergelijkbaarheid van de behaalde diploma's. Dat biedt op termijn extra mogelijkheden voor mobiliteit en garandeert een vlottere aansluiting tussen opleidingen binnen de Europese Unie en ook daarbuiten.

Uitwisselingsstudenten vervullen de administratieve formali­ teiten, bv. de inschrijving, in hun ‘moederuniversiteit’. Om toegelaten te worden tot het examen van doctor moet je beschikken over het vereiste masterdiploma. Voor sommige opleidingen zal je eerst een doctoraatsopleiding moeten volgen.

Buitenlandse studenten die zich, als niet-uitwisselingsstudent, wensen in te schrijven, moeten een specifieke aanmeldingsen inschrijvingsprocedure volgen en rekening houden met deadlines.

Voor meer details over de vereiste toelatingsbewijzen en deadlines verwijzen we naar de webpagina’s van de afdeling Studentenadministratie.

Kandidaten die over een Europees diploma van secundair onderwijs beschikken kunnen, in de meeste gevallen, na een beperkt dossieronderzoek toegelaten worden. Een aantal welbepaalde Europese diploma’s secundair onderwijs (bv. Waalse, Nederlandse, Duitse …) geven zelfs rechtstreeks toegang op basis van internationale overeenkomsten. Voor kandidaten met een diploma behaald buiten Europa, is de toelating afhankelijk van een uitvoeriger dossieronderzoek. Deze voorwaarden gelden voor iedereen: ×× voor Nederlandstalige opleidingen moet men bewijzen dat men het Nederlands kent; ×× voor de opleidingen Geneeskunde en Tandheelkunde moet men slagen voor een interuniversitair toelatings­examen.

16

17

Opleidingsaanbod BACHELOROPLEIDINGEN / MASTEROPLEIDINGEN

BA

180 studiepunten

MA

aantal studiepunten

LETTEREN EN WIJSBEGEERTE wijsbegeerte 180 60* moraalwetenschappen 180 60* taal- en letterkunde 180 60* Oosterse talen en culturen 180 60* Oost-Europese talen en culturen 180 60* 180 60* Afrikaanse talen en culturen geschiedenis 180 60* kunstwetenschappen 180 60* archeologie 180 60* historische taal- en letterkunde 60* 60* vergelijkende moderne letterkunde RECHTSGELEERDHEID rechten 180 120 criminologische wetenschappen 180 60 POLITIEKE EN SOCIALE WETENSCHAPPEN politieke wetenschappen 180 ×× nationale politiek 60 ×× internationale politiek 60 EU-studies 60 communicatiewetenschappen 180 ×× communicatiemanagement 60 ×× film- en televisiestudies 60 ×× nieuwe media en maatschappij 60 ×× journalistiek 60 180 60 sociologie PSYCHOLOGIE EN PEDAGOGISCHE WETENSCHAPPEN psychologie ×× klinische psychologie 180 120 ×× theoretische en experimentele psychologie 180 120 ×× bedrijfspsychologie en personeelsbeleid 180 120 ×× onderwijs 120 pedagogische wetenschappen ×× pedagogiek en onderwijskunde 180 120 ×× orthopedagogiek 180 120 ×× sociale agogiek 180 sociaal werk 60 * 120 sp i.p.v. 60 sp vanaf 2013-14 (onder voorbehoud)

18

19

BA



180 studiepunten ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE

MA

aantal studiepunten

economische wetenschappen 180 60 toegepaste economische wetenschappen 180 ×× marketing 60 ×× accountancy 60 ×× bedrijfsfinanciering 60 toegepaste economische wetenschappen: handelsingenieur 180 ×× operationeel management 120 ×× marketing engineering 120 ×× financiering 120 60 algemene economie bedrijfseconomie ×× bedrijfseconomie 60 ×× management van overheidsorganisaties 60 WETENSCHAPPEN wiskunde 180 ×× zuivere wiskunde 120 ×× wiskundige natuurkunde en sterrenkunde 120 ×× toegepaste wiskunde 120 fysica en sterrenkunde 180 120 180 informatica wiskundige informatica 120 chemie 120 ×× chemie 180 ×× chemie en technologie 180 biologie 180 120 biochemie en biotechnologie 180 120 geografie en geomatica ×× geografie 180 ×× landmeetkunde 180 geografie 120 120 geomatica en landmeetkunde geologie/Geology 180 120 Marine and Lacustrine Science and Management 120 Marine Biodiversity and Conservation 120 Nematology 120 Physical Land Resources ×× Land Resources Engineering 120 ×× Soil Science 120 INGENIEURSWETENSCHAPPEN ingenieurswetenschappen: architectuur 180 ×× stadsontwerp en architectuur ×× architectuurontwerp en bouwtechniek ingenieurswetenschappen: bouwkunde 180 ingenieurswetenschappen: chemische technologie en materiaalkunde 180 ingenieurswetenschappen: chemische technologie 20

120 120 120



BA

180 studiepunten

MA

aantal studiepunten

ingenieurswetenschappen: materiaalkunde ×× metaalkunde 120 ×× textielkunde 120 ingenieurswetenschappen: toegepaste natuurkunde 180 120 ingenieurswetenschappen: elektrotechniek 180 ×× elektronische circuits en systemen 120 ×× informatie- en communicatietechnologie 120 ingenieurswetenschappen: werktuigkunde-elektrotechniek 180 ×× elektrische energietechniek 120 ×× regeltechniek en automatisering 120 ×× mechanische energietechniek 120 ×× mechanische constructie 120 ×× maritieme techniek 120 ingenieurswetenschappen: computerwetenschappen 180 ×× software engineering 120 ×× informatie- en communicatietechnologie 120 ×× ingebedde systemen 120 ingenieurswetenschappen: bedrijfskundige systeemtechnieken en operationeel onderzoek 120 ingenieurswetenschappen: biomedische ingenieurstechnieken 120 Biomedical Engineering 120 120 ingenieurswetenschappen: fotonica Photonics Science and Engineering/ Photonics 120 Nuclear Fusion Science and Engineering Physics 120 Textile Engineering 120 stedenbouw en ruimtelijke planning 120 60 toerisme BIO-INGENIEURSWETENSCHAPPEN bio-ingenieurswetenschappen ×× chemie en voedingstechnologie 180 ×× chemie en bioprocestechnologie 120 ×× levensmiddelenwetenschappen en voeding 120 ×× landbouwkunde 180 120 ×× milieutechnologie 180 120 ×× land- en bosbeheer 180 ×× land- en waterbeheer 120 ×× bos- en natuurbeheer 120 ×× cel- en genbiotechnologie 180 120 Aquaculture 120 Environmental Sanitation 120 Food Technology 120 Nutrition and Rural Development ×× Human Nutrition 120 ×× Rural Economics and Management 120 ×× Tropical Agriculture 120

120 21

MASTER-NA-MASTEROPLEIDINGEN BA



180 studiepunten

MA

aantal studiepunten

Physical Land Resources ×× Land Resources Engineering 120 ×× Soil Science 120 Rural Development 120 Environmental Technology and Engineering 120 GENEESKUNDE EN GEZONDHEIDSWETENSCHAPPEN geneeskunde 180 ×× huisarts 240 ×× ziekenhuisarts 240 ×× maatschappelijke gezondheidszorg 240 ×× aangepast programma huisarts (30) tandheelkunde 180 120 logopedische en audiologische wetenschappen ×× logopedie 180 60* ×× audiologie 180 60* 180 120 biomedische wetenschappen lichamelijke opvoeding en bewegingswetenschappen 180 ×× sporttraining 120° ×× fysieke activiteit, fitheid en gezondheid 120° ×× sportmanagement 120° ×× bewegingsonderwijs 120° revalidatiewetenschappen en kinesitherapie 180 ×× revalidatie en kinesitherapie bij musculoskeletale aandoeningen 120 ×× revalidatie en kinesitherapie bij kinderen 120 ×× revalidatie en kinesitherapie bij inwendige aandoeningen 120 ×× revalidatie en kinesitherapie bij verouderen 120 ×× onderwijs en vorming 120 gezondheidsvoorlichting en -bevordering 60 management en beleid van gezondheidszorg 60 60 verpleegkunde en vroedkunde FARMACEUTISCHE WETENSCHAPPEN farmaceutische wetenschappen 180 farmaceutische zorg 120 geneesmiddelenontwikkeling 120 DIERGENEESKUNDE diergeneeskunde 180 ×× herkauwers 180 ×× varken, pluimvee en konijn 180 ×× gezelschapsdieren 180 ×× paard 180 ×× onderzoek 180 ° 120 sp vanaf 2013-14 * 120 sp i.p.v. 60 sp vanaf 2013-14 (onder voorbehoud) 22

MA-na-MA

LETTEREN EN WIJSBEGEERTE archivistiek: erfgoed- en hedendaags documentbeheer literatuurwetenschappen meertalige bedrijfscommunicatie theaterwetenschappen Advanced Studies in Linguistics ×× Cognitive and Functional Linguistics ×× Interdisciplinary Linguistics ×× Linguistics in a Comparative Perspective ×× Multilingual and Foreign Language Learning and Teaching American Studies RECHTSGELEERDHEID

aantal studiepunten

60 60 60 60 60 60 60 60 60

fiscaliteit maritieme wetenschappen notariaat Advanced Studies in European Law Law and Economics POLITIEKE EN SOCIALE WETENSCHAPPEN

60 60 60 60 60

Conflict and Development ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE

60

Banking and Finance Marketing Analysis WETENSCHAPPEN

60 60

Statistical Data Analysis Space Studies actuariële wetenschappen INGENIEURSWETENSCHAPPEN

60 60 60

industrieel beheer toegepaste informatica Nuclear Engineering BIO-INGENIEURSWETENSCHAPPEN

60 60 60

milieusanering en milieubeheer GENEESKUNDE EN GEZONDHEIDSWETENSCHAPPEN

60

huisartsgeneeskunde specialistische geneeskunde verzekeringsgeneeskunde en medische expertise arbeidsgeneeskunde jeugdgezondheidszorg ziekenhuishygiëne orthodontie kindertandheelkunde en bijzondere tandheelkunde endodontologie parodontologie FARMACEUTISCHE WETENSCHAPPEN

120 120 120 120 120 60 60 60 60 60

industriële farmacie ziekenhuisfarmacie klinische biologie

60 60 120 23

Waaruit bestaat mijn programma? Modeltraject en modeltrajectjaren Elke opleiding bestaat uit een vast pakket van opleidingsonder­ delen (vakken): het modeltraject. Het modeltraject wordt vervolgens verdeeld over modeltrajectjaren (ook wel eerste jaar bachelor etc. genoemd) en over de verschillende semesters (zie tabel op p 26, zie ook p 35).

Opleidingsonderdelen Opleidingsonderdelen worden getypeerd en gegroepeerd. De algemene opleidingsonderdelen moeten alle studenten van die opleiding volgen. Daarnaast zijn er ook nog keuzeopleidingsonderdelen die je uit een lijst kan kiezen in functie van je persoonlijk studietraject of interesse. Dé bron van informatie over de modeltrajecten, de verdeling over de modeltrajectjaren en de opleidingsonderdelen vind je op de online studiegids: www.UGent.be/studiegids. In de studiegids vind je ook informatie over:

Contact Het aantal contacturen geeft aan hoeveel uren reëel contact er is tussen docent en student.

Studietijd Het is een schatting van de tijd die je ‘gemiddeld’ nodig hebt om het opleidingsonderdeel te verwerken. Het gaat om de som van het aantal contacturen en de tijd die nodig is voor de persoonlijke verwerking van de leerstof. Ook voor persoonlijke lectuur, opdrachten, masterproef enz. wordt een hoeveelheid studietijd begroot. Het zal duidelijk zijn dat bepaalde opleidingsonderdelen meer persoonlijke verwerking vragen dan andere. Aan bepaalde oefeningen moet je thuis misschien bijna niets meer doen, terwijl voor andere vakken voor ieder uur les 2 à 3 uur persoonlijke studie nodig is.

De studietijd zegt iets over de tijd die de 'normstudent' zal nodig hebben om zich het vak eigen te maken. De normstudent is echter een theoretisch begrip en zegt dus weinig over de tijd die jij zal nodig hebben om het vak te verwerken.

Studiepunten (sp) Dat begrip heeft niets te maken met de punten (score) die je behaalt op een examen. Studiepunten drukken de omvang uit van een opleiding of van een deel ervan (een vak): ze drukken de studietijd in punten uit. De studiepunten toegekend aan een bepaald vak geven aan hoe zwaar het vak weegt in het geheel van de opleiding. Eén studiepunt staat voor 25 à 30 uur studietijd. Een vak van 6 sp is duidelijk veel zwaarder dan een vak van 3 sp. 24

25

De eenheid ‘studiepunt’ vind je meer en meer terug in allerlei regel­ geving, bv. leerkrediet, studietoelagekrediet enz. Het aantal studiepunten waarvoor je slaagt, wordt ‘credits’ genoemd. De registratie waarin de erkenning van de verworven studiepunten wordt vastgelegd, is het ‘creditbewijs’.

Hoe krijg ik les? Met ten hoogste 25 medeleerlingen van je klas een schooljaar beleven is vanaf nu verleden tijd. Tijdens het academiejaar aan de universiteit kom je terecht in grote auditoria waar plaats is voor ongeveer 400 à 1 000 studenten. Een prof neemt je in ijltempo op sleeptouw doorheen grote pakken theorie. Daarbij maakt hij gebruik van enorme borden en multimediale apparatuur.

VOORBEELD:

1ste jaar bachelor Bio-ingenieur OPLEIDINGSONDERDEEL

SP

SEM

Wiskunde 1: Algebra en analytische meetkunde

6

1

Fysica 1: Mechanica, trillingen en golven

6

1

Chemie 1: Structuur van materie

7

1

Plantkunde 1: Morfologie, anatomie en diversiteit

6

1

Ethiek

3

1

Wiskunde 2: Differentiaal- en integraalrekening

6

2

Fysica 2: Elektriciteit en magnetisme

6

2

Chemie 2: Reactiviteit van materie

7

2

Dierkunde 1: Invertebraten

6

2

Aardwetenschappen

7

J

Semestersysteem Alle opleidingen zijn georganiseerd volgens het semestersysteem. Dat wil zeggen dat het academiejaar opgesplitst is in twee semesters. Het is een stimulans om regelmatig te werken vanaf het begin van het academiejaar. Elk semester eindigt met de examens over de vakken van dat semester. Zo krijg je al halfweg het academiejaar feedback over je vorderingen, je manier van werken enz. Een heel beperkt aantal vakken wordt nog gedoceerd over de twee semesters heen (jaarvakken). Meestal gaat het dan om zgn. integratievakken zoals masterproef, projecten, seminariewerken … Studiepunten Studiepunten (sp) verwijzen naar de omvang van een vak/opleiding. Elk ‘jaar’ bestaat uit 60 sp verdeeld over de verschillende vakken. Bij het bepalen van het aantal studiepunten wordt niet alleen rekening gehouden met het aantal uren les, oefeningen, practica … maar ook met de tijd die nodig is om alles te verwerken. Meer details over de verhouding aantal uren les/ oefeningen/practica/persoonlijke verwerking … vind je op www.studiegids.UGent.be. Ga via de faculteit en je opleiding naar het vak van je keuze. 26

In die hoorcolleges van gemiddeld 60 tot 90 minuten word je voor het eerst geconfronteerd met de te studeren leerstof. De prof behandelt de theoretische stof: hij doceert, geeft ex cathedra les. Goede notities nemen is de boodschap. Zo kun je de behandelde leerstof achteraf gemakkelijk(er) verwerken. Naast het theoretische onderwijs zijn er ook meer interactieve werkvormen. Zo zijn er practica of oefeningensessies die je bijwoont in kleinere groepen onder begeleiding van assistenten. De practica verschillen nogal per opleiding. Je vindt ze niet alleen bij de exacte wetenschappen en de medische opleidingen. Talenpractica, oefeningen in de bibliotheek, terreinwerk, meet­ campagnes, excursies zijn maar enkele voorbeelden. Soms krijg je opdrachten onder de vorm van begeleide zelfstudie. Bij projectwerk of in werkcolleges worden opdrachten gegeven die je individueel of in groep moet uitwerken en waarvan je de werkwijze of de resultaten in groep of individueel bespreekt. Daarnaast zal je ook persoonlijke taken moeten afwerken zoals zelfstandige lectuur van teksten, schrijven van een paper … Voor de meeste opleidingsonderdelen (= vakken) is een gedrukte tekst of handboek beschikbaar; voor andere een syllabus: een over­ zicht en samenvatting van de onderwerpen die worden behandeld of bijvoorbeeld een afdruk van het gebruikte illustratiemateriaal. Als aanvulling bij de lessen kun je gebruikmaken van de elektronische leeromgeving Minerva. Je logt in met je persoonlijk wacht­ woord dat je ontvangt bij inschrijving. Je kunt er permanent aller­lei documenten raadplegen: ad-valvasberichten, cursusteksten, PowerPoint-presentaties, artikels … Je kunt er ook opdrachten inleveren en online toetsen maken. Bovendien kun je er communi­ ceren met de profs, assistenten en medestudenten via fora en e-mail. De Universiteit Gent schenkt dan ook permanent aandacht aan een maximale toegang voor alle gebruikers tot de ICT-infrastructuur. Dat gebeurt onder meer via de uitbouw van pc-klassen en draad­ loze toegangspunten tot het internet. Op die manier is het mogelijk om vóór, na of tussen de lessen je tijd optimaal te gebruiken (en al wat opzoekingswerk of voorbereidend werk te doen op de beschikbare pc’s).

27

Waar vind ik de leslokalen? In het secundair onderwijs veranderde je af en toe van (vak)lokaal voor een volgende les. Aan de universiteit zal je wel eens van het ene gebouw naar het andere moeten stappen of zelfs fietsen. Per faculteit of opleiding zijn de auditoria, bibliotheken, oefen­ lokalen, labs enz. weliswaar min of meer gegroepeerd, maar verplaatsingen zullen hoe dan ook nodig zijn. In de lesroosters is hiermee rekening gehouden. Waar de lessen effectief plaatsvinden, vind je op het stadsplan van de afzonderlijke bachelorbrochures. Dat kan van belang zijn op het moment dat je een studentenkamer zoekt.

Achteraan deze brochure vind je een stadsplan met een overzicht van de verschillende universi­ taire gebouwen.

Campus Door de specifieke integratie van de universiteitsgebouwen in de stad kan je in Gent moeilijk spreken over één campus tenzij je de hele stad tot campus promoveert. Dat kan, want Gent is een over­ zichtelijke stad. De universitaire gebouwen liggen in groepen verspreid over het grondgebied van Gent. In feite kan je grosso modo de volgende campuszones onderscheiden: Centrumzone Universiteitsstraat-Ledeganckstraat Hier vind je de faculteitsgebouwen van de rechten en criminologie, politieke en sociale wetenschappen, burgerlijk ingenieur (hoofd­ zakelijk de leslokalen voor de bachelors), letteren en wijsbegeerte, economie, een gedeelte van de lokalen van de faculteit Wetenschappen en het grote auditorium in het Ufo. Zone Coupure-Watersportbaan Faculteitsgebouwen bio-ingenieur, psychologie en pedagogische wetenschappen en leslokalen en sport­infrastructuur voor de opleiding lichamelijke opvoeding. Zone Sterre-UZ Het universitair ziekenhuis met de medische opleidingen, de farmacie, een gedeelte wetenschappen en een aantal les- en practicumruimtes voor de masterjaren burgerlijk ingenieur in Zwijnaarde. Zone Merelbeke (Melle) De campus van de faculteit Diergeneeskunde vormt de grote uitzondering op de typische inplanting van de Gentse universiteit. De gebouwen bevinden zich in Merelbeke (10 km van Gent). Eerstejaars hoeven zich hierover geen zorgen te maken aangezien bijna al hun lessen plaatsvinden in de Ledeganckstraat (faculteit Wetenschappen).

Afstanden De meeste afstanden tussen de leslokalen in de stad kan je te voet afleggen, voor de grotere verplaatsingen neem je best de fiets. De langste fietstocht tussen twee universiteitsgebouwen in de stad neemt maximaal 15 min. in beslag. In de praktijk komt een dergelijke verplaatsing zelden of nooit voor.

Studentenbuurt De eigenlijke studentenbuurt bevindt zich in de omgeving van het Sint-Pietersplein. Rond de afzonderlijke campussen is er uiteraard ook animo, maar dan vaak meer faculteitsgebonden. Ook in de oude stad zijn er vele plekken waar de studenten zich zeer goed thuis voelen.

28

29

Hoe schrijf ik me in? Een contract afsluiten Je inschrijven aan de universiteit betekent dat je een verbintenis aangaat: je sluit een contract af. Afhankelijk van je einddoel of van je persoonlijke situatie kun je een ander soort contract afsluiten. Per contracttype zijn er twee mogelijkheden van inschrijven die te maken hebben met het al dan niet aanwezig zijn in de lessen.

>> Diplomadoelcontract (doel = diploma of getuigschrift behalen) diplomacontract De meest gebruikte manier van inschrijven is een diplomacontract afsluiten. Je werkt een opleiding af volgens een vastgelegd curri­ culum (zie p 32). Je hebt het recht om de lessen te volgen en gebruik te maken van alle onderwijsondersteunende faciliteiten zoals Minerva. examencontract met het oog op het behalen van een diploma Met een examencontract schrijf je je ook in voor een bepaalde opleiding met een vastgelegd curriculum maar je hebt enkel recht om examens af te leggen, niet om deel te nemen aan de onderwijs­ activiteiten of te genieten van onderwijsondersteunende facili­ teiten.

>> Creditdoelcontract (doel = creditbewijzen behalen) Je sluit een creditdoelcontract af als je niet meteen de bedoeling hebt een diploma te behalen. Je kiest ervoor – uit interesse – een vakkenpakket bij elkaar te sprokkelen uit één of meer opleidingen. Of je volgt graag een aantal extra vakken bovenop je modeltraject. Voor elk opleidingsonderdeel waarvoor je ten minste 10 op 20 behaalt, krijg je een creditbewijs dat onbeperkt geldig is. Dit type contract is minder eschikt als je nog een eerste diploma ambieert. creditcontract Inschrijven via creditcontract betekent dat je mag deelnemen aan de onderwijsactiviteiten, gebruik maken van onderwijsondersteu­ nende faciliteiten en examens afleggen voor het betreffende oplei­ dingsonderdeel. examencontract met het oog op het behalen van creditbewijzen Inschrijven via een examencontract houdt enkel het recht in om examens af te leggen, niet om deel te nemen aan de reguliere onderwijsactiviteiten of te genieten van onderwijsondersteunende faciliteiten voor dat opleidingsonderdeel.

30

31

Studietraject bepalen - curriculum De term curriculum wordt gebruikt om voor een individuele student het vakkenpakket per academiejaar aan te duiden voor wie zich inschrijft met een diplomadoelcontract. Curriculum verwijst dus eigenlijk naar de inhoud van een specifiek contract. Je curriculum valt niet altijd samen met het modeltraject. Er zijn vooraf vastgelegde curricula (modeltrajecten opgesplitst in model­ trajectjaren) en curricula op maat van de student (geïndividuali­ seerde trajecten).

>> Curriculum = Modeltrajectjaar Je curriculum kan samenvallen met een modeltrajectjaar aange­ geven in de studiegids. Een voltijds modeltrajectjaar bestaat meestal uit 60 studiepunten. De meeste studenten schrijven zich voor de eerste keer op die manier in voor een bacheloropleiding. Het biedt optimale studeerbaarheid en organisatie van de onder­ wijsactiviteiten. Naast het voltijdse modeltrajectjaar bestaan ook deeltijdse trajecten (twee-, drie- of vierdelig waarbij 30, 20 of 15 studie­ punten per academiejaar gevolgd worden).

>> Curriculum = Geïndividualiseerd traject (GIT)

Voor studenten met een functiebeperking kan een GIT-traject wel eens aan te raden zijn. BSH (= de dienst voor studenten met een functiebeperking) stippelt samen met de student een haal­ baar studietraject uit rekening houdend met zowel het profiel van de student als met de verwachtingen van de opleiding. Vanwege je functiebeperking kan je bovendien het bijzonder statuut krijgen. Daarmee kom je in aanmerking voor studie- en examen­faciliteiten. BSH kan je ondersteunen in de aanvraag van dat statuut én de vertaling naar concrete individuele facili­ teiten.

Het is een studietraject op maat van een bepaalde student. Schrijf je onmiddellijk na het secundair onderwijs voor de eerste keer in, dan is een GIT zelden van toepassing. Tijdens je verdere studieloopbaan kun je hiermee wel te maken krijgen (o.a. bij het oplopen van studieachterstand). Dat is het geval als je denkt in aanmerking te komen voor vrij­ stellingen. De trajectbegeleider van je faculteit begeleidt je bij de samenstelling van je dossier en het aangevraagde GIT. Je kunt je contract pas afsluiten na het akkoord van de faculteitsraad. Vrijstellingen kun je krijgen op basis van creditbewijzen. Als je niet voor alle opleidingsonderdelen uit je eerste model­­ trajectjaar geslaagd bent, dan kun je in het volgende jaar een aantal vakken uit het tweede modeltrajectjaar opnemen in combi­ natie met de vakken uit het eerste jaar waarvoor je nog geen credit­bewijzen haalde. Vrijstellingen kun je echter ook krijgen op basis van EVK’s (Eerder Verworven Kwalificaties): wie bepaalde studiebewijzen behaalde uit andere opleidingen of instellingen, kan ook vrijstelling vragen van gelijkaardige vakken in de nieuw gekozen opleiding.

Inschrijven: praktisch Als nieuwe student (d.w.z. je allereerste inschrijving aan de Universiteit Gent) schrijf je je persoonlijk in. Je brengt je identiteitskaart en een duidelijke kopie van je diploma secundair onderwijs mee. Als je start met de opleiding geneeskunde of tandheelkunde breng je ook het bewijs van slagen voor het toelatingsexamen mee. Je betaalt het studiegeld ter plaatse met een bankkaart. Als je als nieuwe student wil inschrijven voor een verder studiejaar, een master-na-masteropleiding of een postgraduaat, dan breng je het diploma of getuigschrift mee dat toegang verleent tot de verdere studie. Een voorlopig getuigschrift wordt ook aanvaard. De inschrijvingen voor nieuwe studenten vinden plaats tijdens de maanden juli, augustus en september. Vanaf de paasvakantie staan de exacte locatie en data vermeld op affiches, folders en de website.

In bepaalde gevallen kunnen ook andere leer- en beroepservaringen leiden tot vrijstelling. Hiervoor werd een EVC-procedure uitgewerkt (Eerder Verworven Competenties). De procedure veronderstelt een grondig onderzoek en is niet gratis. Als je denkt in aanmerking te komen, dan neem je best contact op met het Adviescentrum voor Studenten.

32

33

Leerkrediet: bewaak zelf je studievoortgang In het academiejaar 2008-2009 is het nieuwe financierings­ decreet voor het hoger onderwijs in werking getreden. Daaruit volgt dat de Vlaamse Overheid door middel van het leerkrediet bijhoudt hoe snel je vordert met je studies. Ze wil hiermee zowel de instelling als de student verantwoordelijk stellen voor goede studieresultaten. De instellingen krijgen immers geen financiering voor studenten met onvoldoende leerkrediet. De instelling wordt gestimuleerd om werk te maken van de studievoortgang van de studenten. Maar uiteindelijk moet jij als student de nodige inspanningen leveren. Je volledige studieloop­ baantraject wordt in een centrale databank bijgehouden, ook als je verandert van opleiding en/of instelling. Denk dus goed na over je studiekeuze en hou je studievoortgang in het oog. Een negatief leerkredietsaldo kan je immers een weigering tot inschrijving of een verhoogd studiegeld opleveren. Elke student krijgt een leerkrediet van 140 studiepunten. Bij elke inschrijving gaat het aantal studiepunten waarvoor je inschrijft af van je leerkrediet. De studiepunten waarvoor je slaagt, krijg je terug. De studiepunten waarvoor je niet slaagt, verlies je. De eerste 60 verworven studiepunten krijg je dubbel terug. Die bonus vangt een eventuele vertraagde start op bij de overgang van het secundair naar het hoger onderwijs. Een foute studiekeuze is altijd mogelijk, maar je moet ze zo snel mogelijk corrigeren. Wie vóór 1 december verandert van opleiding, krijgt de opgenomen studiepunten terug. Als je je heroriënteert tussen 1 december en 15 maart, krijg je slechts de helft terug. Na die periode krijg je niets terug. Zodra je een masterdiploma op zak hebt, gaan de initiële 140 studiepunten van je leerkrediet af. Als je dan nog voldoende leerkrediet overhebt, kun je het gebruiken voor een nieuwe bachelor- of masteropleiding. De Universiteit Gent legt in haar beleid de klemtoon op informatie, advies en begeleiding. Als student ben jijzelf verantwoordelijk voor je studievoortgang. De monitoraten van elke faculteit helpen je daarbij met hun specifiek begeleidingsaanbod.

Wanneer is er les/examen/vakantie? Semestersysteem De opleidingen zijn gespreid over meerdere jaren, academiejaren genaamd. Alle opleidingen aan de Universiteit Gent zijn gestructu­ reerd volgens het semestersysteem. ACADEMISCHE KALENDER: SEMESTERSYSTEEM Start academiejaar

oktober

november

1ste examenperiode

december

januari

februari

maart

april

eerste semester inhaalactiviteiten

juni

juli

augustus

september

tweede semester blok, examens, deliberaties & feedback

Het semestersysteem deelt het academiejaar op in twee semesters. Examens over de gedoceerde opleidingsonderdelen sluiten beide periodes af. Van eind september tot omstreeks de kerstvakantie krijg je twaalf weken onderwijsactiviteiten. Dan volgen achtereenvolgens één week voor inhaalactiviteiten, vier weken examenperiode (= eerste deel eerste examenperiode) en één week intersemestriële vakantie. Ondertussen is het eind januari/begin februari. Midden februari start het tweede semester dat eindigt begin juli. Je krijgt in die periode opnieuw twaalf weken les (onderbroken door de paasvakantie) en één week inhaalactiviteiten. Daarna volgen zes weken voorbereiding op de examens en de examens zelf (= tweede deel eerste examenperiode). Vanaf de tweede week van juli is er vakantie. De tweede examenperiode, van half augustus tot half september, kan een tweede examenkans bieden. Nog slechts een beperkt aantal opleidingsonderdelen wordt gedoceerd over de twee semesters van eenzelfde academiejaar heen: de jaarvakken. Daarover wordt enkel in juni geëxamineerd. Let wel: in het semestersysteem worden de resultaten van de examens van het eerste semester en die van het tweede semester globaal beoordeeld, na de volledige eerste examenperiode (eind juni). Zakken voor een vak in het eerste semester wil niet noodzakelijk zeggen dat je al verwezen wordt naar de tweede examenperiode. Als je niet slaagt voor alle vakken na eerste en tweede semester samen, krijg je een volwaardige tweede kans in augustus/september, de zogenaamde tweede examenperiode.

34

mei

2de examenperiode

intersemestriële vakantie

Studenten met een functiebeperking kunnen een beroep doen op de bemiddeling van de vzw Begeleiding Studenten met een Handicap. In samenspraak met de verantwoordelijke lesgevers en/of examinatoren kunnen eventueel bijkomende faciliteiten verkregen worden m.b.t. het onderwijs en/of de examens (bv. rond het soort evaluatie of de examenvorm).

35

Vakantie?! Universiteitsstudenten kennen ook kerst- en paasvakantie, telkens twee weken in dezelfde periode als het secundair onderwijs. Krokus- en herfstvakantie zijn meestal beperkt tot een tweetal dagen. Tussen de twee semesters in is er een week vakantie. De zomervakantie is er wel, zelfs bijna drie maanden lang, maar ... De universiteit gebruikt meer en meer de term ‘kerst-‘ en ‘paasreces’. Kerst- en paasvakantie betekent immers enkel dat er geen lessen worden gegeven. Echt vakantie nemen zit er meestal niet in. Meer zelfs: de kerst- en paasvakantie vormen voor bijna alle studenten een aanvullend blokverlof. En wat de zomervakantie betreft, die heb je maar als je slaagt voor de eerste examenperiode. Hieruit kan je duidelijk afleiden dat het aantal uren dat er effectief les wordt gegeven op jaarbasis in feite zeer beperkt is. Het aantal uren beschikbaar voor zelfstudie is daarentegen zeer groot maar voor veel studenten nog te weinig. Alle uren benutten is de boodschap.

Examen >> Slagen voor een opleiding Om te slagen voor een opleiding moet je voor elk vak van die opleiding een score van minimum 10 op 20 behalen. Voor elk geslaagd vak (d.i. voor de verworven studiepunten die dat vak omvat) krijg je een credit(bewijs). Dat is dus niet het geval voor die vakken waarop je minder dan 10 op 20 behaalde. De examencommissie kan afwijken van de algemene regel (10/20), maar dat zal slechts uitzonderlijk gebeuren. Na deliberatie over een geheel van vakken, het zgn. ‘deliberatiepakket’, kan die commissie namelijk bepaalde tekorten door de vingers zien (compensatie verlenen). Een deliberatiepakket valt meestal samen met de modeltrajectjaren (maar dat is niet altijd het geval). Voor de eerstejaarsstudenten liggen de compensatieregels vast. Je moet gelijktijdig aan een aantal voorwaarden voldoen om in aanmerking te komen voor compensatie. Ben je niet geslaagd, dan krijg je een volwaardige tweede kans in september en moet je alleen de vakken hernemen waarvoor je minder dan 10/20 behaalde. Dat kunnen vakken zijn gedoceerd in het eerste of in het tweede semester.

>> Creditbewijzen Voor elk afzonderlijk opleidingsonderdeel waarvoor je minimum een 10 op 20 behaalt, krijg je een creditbewijs. Een creditbewijs blijft in principe onbeperkt geldig binnen de betrokken opleiding aan de instelling waar het werd behaald. Na ten minste vijf jaar kan de instelling een actualiserings­ programma opleggen als je op grond van een creditbewijs wil instromen in een of andere opleiding.

36

37

Kan ik op begeleiding rekenen? Beginnen aan universitaire studies betekent een grote verandering en aanpassing. Niet alleen is de groep studenten groter, het is vooral de hoeveelheid leerstof die omvangrijker is. Als student moet je bijgevolg beschikken over een flinke portie zelfstandigheid en doorzettingsvermogen. Dat is niet voor iedereen even gemakkelijk. Allerlei initiatieven met betrekking tot studieondersteuning begeleiden je in dat proces.

Onderwijs Studeren begint in de les. In de lessen verneem je wat er van je verwacht wordt en hoe dat geëvalueerd zal worden. Je krijgt extra uitleg en illustraties die je inzicht zullen bevorderen. Je kunt vragen stellen bij de lesgevers (vóór, tijdens en na de colleges) of bij de assistenten. Voor de meeste vakken is er een specifiek begeleidings­ aanbod: vraagbaak, werkcolleges, spreekuren, computeroefeningen ... Hier verloopt de begeleiding in kleinere groepen of zelfs individueel. En je kan, zoals eerder al vermeld, op elk moment van de dag gebruik maken van de elektronische leeromgeving Minerva.

Meer gegevens hierover vind je vanaf januari in de brochure Vlot van Start die het Advies­centrum voor Studenten uitgeeft.

MONITORAAT Alle concrete informatie vind je op www.UGent.be/monitoraat.

Studieloopbaanadvies Het Adviescentrum voor Studenten is het centrale aanspreekpunt van de Universiteit Gent voor informatie en advies in verband met de diverse aspecten van je studieloopbaan zowel voor, tijdens als na je universitaire studie. Overkoepelend voor alle faculteiten en opleidingen biedt het Adviescentrum algemene studie- en studentenbegeleiding aan die opleidingsoverschrijdend of instellingsoverschrijdend is. Je kunt er ook terecht voor begeleiding bij specifieke studieproblemen en persoonlijke/psychologische problemen. Twee psychologen staan ter beschikking om studenten te begeleiden die met hun studies in de knoei zijn geraakt. Studieproblemen zoals motivatie, concentratie, uitstelgedrag enz. worden besproken. Naast individuele consultaties zijn er ook groepssessies waarin de verschillende aspecten van het studeerproces toegepast worden. Voor persoonlijke/psychologische problemen die een weerslag kunnen hebben op je studieverloop ben je ook welkom op het Adviescentrum. Examenstress, faalangst, relationele problemen … kunnen in een individueel gesprek aan bod komen. Resultaat daarvan is ofwel een specifieke begeleiding ofwel een begeleide doorverwijzing. Voor studenten met faalangst wordt tevens elk semester een groepstraining gepland.

Concrete informatie over de opbouw van een efficiënte studie­aanpak vind je terug in de brochure Denk Wijzer! die te verkrijgen is in het Advies­ centrum of op het monitoraat van je faculteit.

Meer concrete info vind je op www.UGent.be/adviescentrum.

Bepaalde opleidingen organiseren tijdens de zomervakantie speci­ fieke cursussen als voorbereiding op je studie. Die vakantie­ cursussen zijn gratis (of tegen een kleine vergoeding) en vrijblijvend.

Monitoraat In elke faculteit is het monitoraat een vertrouwelijk en vlot toe­­ gankelijk aanspreekpunt voor alle studenten. De studiebegeleiders en trajectbegeleider van het monitoraat nemen initiatieven om het studeren vlotter en efficiënter te laten verlopen.

>> De studiebegeleiders ×× begeleiden een aantal vakken in het eerste jaar bachelor inhou­ delijk, je kan bij hen terecht met vragen over de leerstof; ×× bieden individuele en/of groepsessies aan over studiemethode en studieplanning, examens afleggen, evalueren en bijsturen … en zijn dus het aanspreekpunt voor al je vragen rond studieaanpak; ×× helpen je zoeken naar oplossingen voor zaken waardoor je studie minder wil vlotten (concentratieproblemen, faalangst, uitstelgedrag …).

>> De trajectbegeleider ×× geeft je individueel advies over je persoonlijk studietraject en studievoortgang; ×× begeleidt en geeft informatie bij de keuzemomenten tijdens je studieloopbaan (afstudeerrichting, minor/major …), mogelijkheden i.v.m. GIT (geïndividualiseerd traject), aanvragen van een creditcontract, spreiding van studies enz.; ×× helpt je bij heroriëntering (overstap naar een andere opleiding). 38

39

In Gent studeer je niet alleen Student zoekt student Student zijn aan de Universiteit Gent houdt meer in dan alleen maar studeren. Gentse studenten houden er een intensief verenigings­leven op na. Voor zowat alle activiteiten die je kan bedenken, bestaat er in Gent een organisatie met studenten als stuwende kracht. De dienst Studentenactiviteiten (DSA) ondersteunt de bijna 90, door de UGent erkende, studentenverenigingen zowel financieel als logistiek. Het zenuwcentrum van de dienst is het studentenhuis ‘De Therminal’ dat je vindt naast de faculteit Economie en Bedrijfskunde, beneden aan de Hoveniersberg (zijstraat Sint-Pietersnieuwstraat). In dat schitterende studentencomplex kun je als student niet alleen overdag even gezellig verpozen in de cafetaria met uitzicht op de Schelde, maar ’s avonds kun je in de talrijke zalen allerhande activiteiten bijwonen die de studentenverenigingen voor jou op poten zetten. Van schilderlessen tot debatten en van concerten tot filmvoorstellingen: het vindt allemaal plaats in dit unieke studenten­huis! En zoek je nog een plek om tijdens de blok een paar uren te studeren? De Therminal staat in die periode ook voor jou open.

De basis van de studentenwerking ligt bij de verenigingen. Naar­ gelang het thema of de aard van de werking behoort een vereniging tot een bepaalde koepel of konvent. Al bij het begin van je eerste academiejaar kom je in contact met je faculteitskring die deel uitmaakt van het Faculteitenkonvent. De kring staat in voor de opvang van nieuwe studenten, verspreiding van cursussen, het organiseren van uitstappen, sportactiviteiten, fuiven … Verblijf je in één van de homes, dan word je speciaal verwend door het Homekonvent. Het Werkgroepen- en Verenigingenkonvent werkt samen rond maatschappelijke thema's als vluchtelingen, milieu of dieren­ bevrijding, maar ook rond wetenschappelijke thema’s als informatica, sterrenkunde of natuurkunde. De grote jaarlijkse studentenorganisaties zoals twaalfurenloop of massacantus ressorteren onder het Activiteitenkonvent. De politiek en levensbeschouwelijk geïnteresseerde student komt aan zijn trekken binnen één van de strijdvaardige verenigingen van het bontgekleurde Politiek en Filosofisch konvent. Studenten uit één streek of stad kunnen elkaar blijven ontmoeten via een streek­ club van het Seniorenkonvent. Het Cultureel konvent tenslotte overkoepelt o.a. koor, orkest, theater, fotoklas, schildersatelier, studentenfanfare … Wil je meer informatie over de studentenverenigingen, dan kun je tijdens de kantooruren steeds even binnenspringen in De Therminal waar de medewerkers van de DSA je graag verder helpen, of check de DSA-website op www.student.UGent.be.

Voor studenten met een functiebeperking Wake Up! is een studentenwerkgroep die informatie biedt rond studeren met een functie­ beperking en de belangen van die studenten verdedigt op beleidsniveau. Iedereen is welkom op de vergaderingen om zijn mening over de agendapun­ ten te laten horen of problemen aan te kaarten. Wake Up! ver­ schilt van BSH door een meer studentikoze aanpak en kijkt dus verder dan het louter praktisch organiseren van het lesgebeuren. Naast aangepaste activiteiten biedt Wake Up! ook informatie over het studentenleven in al zijn aspecten op de – met BSH gedeelde – website (www.bsh-gent.be).

De studentenvertegenwoordigers verdedigen de belangen van de studenten in bestuursorganen van de UGent. Zij worden over­ koepeld op universitair niveau door de Gentse Studentenraad en op facultair niveau door de Facultaire Studentenraden.

Blijf op de hoogte Veel studentenverenigingen geven een eigen publicatie uit, meestal verbonden met de opleiding. Er is ook een studentenblad voor de hele UGent: Schamper. Schamper is een kritisch en onafhankelijk studentenblad en verschijnt tweewekelijks. Het blad wordt volledig door studenten gemaakt en nieuwe vrijwilligers zijn altijd welkom. Schamper wordt gratis verspreid in alle faculteiten, resto’s en homes van de universiteit. Ook gratis, uiteraard, is de studentenradio URGENT: die is iedere dag in de lucht en op het net (www.urgent.UGent.be). De universiteit zelf houdt je elektronisch op de hoogte van het nieuws via de E-nieuwsbrief voor studenten.

40

41

Sport als ontspanning Om te voorkomen dat je vastroest in je studie, biedt de Universiteit Gent een groot scala van sportmogelijkheden aan. De universitaire sportaccommodaties vind je langs de Watersportbaan dicht bij het sport- en recreatiecentrum de Blaarmeersen, de Topsporthal Vlaanderen en Bloso, zeg maar: het Mekka van de sport in Gent. De Universiteit Gent beschikt over uitgebreide sportaccommodaties: ×× een sportcomplex met drie grote en drie kleine sportzalen, een volledig vernieuwd zwembad met instructiebad en ultra­ moderne sauna’s; ×× een sportstadion met twee voetbalterreinen; ×× een grote en kleine sportzaal in het Instituut voor Lichamelijke Opvoeding. De afdeling Sportvoorzieningen ijvert voor de verspreiding van de sport onder de studenten. Je kan kiezen uit ongeveer veertig sporttakken: aerobics – aikido – aquagym – atletiek – badminton – ballet – ballroom- en latin-dansen – baseball en softball – basketbal – BBB – bodyflow – bouldering – bujinkan – conditietraining – duiken – fatburner – fitness – floorball – futsal – handbal – hiphop – hockey – jazzdans – judo – kajak en kano – karate – korfbal – krachtbal -– Latino Moves – minivoetbal – paardrijden – redden – roeien – rugby – salsa – sport voor andersvaliden – taekwondo – tafeltennis – tennis – voetbal – volleybal – wandelen – waterpolo – yoga – zeilen – zwemmen – zumba … Naast de mogelijkheid tot vrij sporten, zijn er ook wekelijkse sessies voor beginnelingen en trainingen voor gevorderden. Daarnaast vinden er ook interfacultaire en interuniversitaire kampioen­ schappen plaats. Alles tegen studentvriendelijke tarieven!

>> Topsporters De UGent voert een topsportvriendelijke politiek. Top- en beloftevolle sporters krijgen faciliteiten op het vlak van studeren, examens afleggen en sportieve begeleiding. Er wordt nagegaan hoe de studie, practica, examens … en de wedstrijdplanning zo goed mogelijk op elkaar kunnen worden afgestemd. Daarenboven kunnen de topsporters gratis gebruik maken van de sportinfra­ structuur, de sportmedische begeleiding enz.

Zelf creatief zijn Een schildersatelier, een fotoklas, een fanfare, een theater­ gezelschap, een symfonisch orkest, een koor, een dansclub … Je vindt ongetwijfeld je ding bij de studentenverenigingen.

42

43

Film-Plateau

Informatie over het programma vind je op www.film-plateau.be.

De Universiteit Gent beschikt over een eigen filmzaal en filmclub. De naam verwijst naar de Gentse professor Joseph Plateau die één van de grondleggers was van de moderne cinematografie. Al meer dan tien jaar lang is het een uitzonderlijke locatie waar zonder compromissen het geheugen van de film levendig wordt gehouden. Bij gebrek aan een Gents filmmuseum wil Film-Plateau, zonder in het vaarwater van de commerciële bioscopen te komen, de klassieke film toegankelijk houden voor steeds weer nieuwe generaties studenten. Dankzij vele gulle partners is Film-Plateau tevens een plaats van reflectie over film en beeldcultuur. Zoals het een universitaire filmclub past, wil de club bovendien onderzoek valoriseren via lezingen, filmseminaries en speciale filmvoorstellingen. Vertoningen vinden plaats in de knusse filmzaal aan de Padden­ hoek 3 (verbindingssteegje tussen de Voldersstraat en Kalande­ berg), op dinsdag- en donderdagavond van oktober tot mei.

Een museum op zich … De UGent bezit zelf ook een schat aan wetenschappelijke informatie. Breng eens een bezoek aan de universitaire musea, zoals: ×× het Museum voor de Geschiedenis van de Geneeskunde; ×× het Museum voor de Geschiedenis van de Wetenschappen; ×× het Museum voor Dierkunde; ×× de Plantentuin; ×× de archeologische verzameling; ×× de etnografische verzameling; …

Galerie Kunst-Zicht Info: www.kunst-zicht.be.

Ook tot uw dienst Huisvesting Op zoek naar een goed en veilig kot? De universiteit verhuurt 1355 gemeubelde éénpersoonskamers, 181 éénpersoonsstudio’s en 100 gemeubileerde flats voor koppels. De zes studentenhuizen liggen verspreid over de stad. In elke universitaire residentie functioneert een homeraad die ervoor zorgt dat het samenleven zo vlot mogelijk verloopt. De home­ verantwoorde­lijken bekommeren zich om de dagdagelijkse problemen van student-homebewoners. Aanvragen kunnen vanaf 1 maart en uiterlijk tot 1 mei enkel via de website www.UGent.be/huisvesting. Informatie over woonentiteiten op de private kamermarkt vind je op de website van gereglementeerde kamers, www.kotatgent.be.

Voor UGent-studenten met een functiebeperking is een aantal speciaal ingerichte kamers in home Vermeylen en studio’s in home Bertha De Vriese voorzien.

De brochure Wonen in Gent verschaft je enkele nuttige weetjes en tips.

Studentenresto’s Gevarieerd en gezond eten op de campus of dicht bij je kot? Zowel voor het ontbijt, het middagmaal als voor het avondmaal kan je terecht in één van de 8 restaurants of 11 cafetaria’s. Er is een ruim aanbod aan dagschotels, pasta’s, soep, broodjes, desserten … tegen studentvriendelijke prijzen.

De gemiddelde prijs voor een volledige warme maaltijd (soep, hoofdmaaltijd, dessert en drankje) bedraagt momenteel € 4,80.

Als hedendaagse kunstruimte van een universiteit (UGent) wil Galerie Kunst-Zicht met het organiseren van tentoonstellingen en andere activiteiten, een kritisch gefundeerd, zelfreflectief en maatschappelijk relevant platform bieden aan jonge professionele hedendaagse kunstenaars. De galerie stelt de kunstenaar daartoe een tentoonstellingsruimte ter beschikking, alsook logistieke, (kunst)wetenschappelijke en financiële ondersteuning. Galerie Kunst-Zicht wil daarnaast echter ook een mentale ruimte creëren, een denkruimte die zich niet laat binden door (artistieke) disciplines en media. Momenteel, en ook nog de komende jaren, is de werking vooral gericht op het thema 'Kunst en wetenschap'.

Via de dienst Studentenactiviteiten kan je cultuurcheques kopen. Voor amper € 10 krijg je vijf cultuurcheques geldig in 20 cultuurhuizen (2010-2011). Het CJP-lidmaatschap krijg je er als bonus bij.

44

45

Sociale dienst Geldzorgen of andere problemen? Bij de Sociale Dienst kan je terecht met financiële problemen of met vragen over je statuut als student. Voor bv. informatie en advies over de studietoelagen, kinderbijslag ... is de Sociale Dienst jouw gesprekspartner.

Jobdienst Een centje bijverdienen? De jobdienst informeert, adviseert en bemiddelt bij het zoeken naar een studentenjob, zowel tijdens de vakantie als tijdens het academiejaar, zowel voor jobs binnen de UGent als jobs buiten de UGent.

Studentenartsen Je voelt je niet lekker? Voor medische verzorging kan je terecht bij de studentenartsen. Het zijn huisartsen die vertrouwd zijn met het studentenpubliek. Iedere dag is er mogelijkheid tot consultatie. Als je niet wil wachten, maak je best een afspraak. Ook ‘s nachts en in het weekend kan je een arts met wachtdienst oproepen.

Adviescentrum voor studenten Nog vragen? Het Adviescentrum voor Studenten (afdeling Studieloopbaanadvies) is het centrale adres voor informatie, advies en begeleiding in verband met de diverse aspecten van de studieloopbaan zowel vóór, tijdens als na je (eerste) universitaire studie. Je kunt er terecht met vragen en problemen over studieaanpak, examens en meer persoonlijke problematiek. Wil je gaan werken, dan kan je er terecht voor ‘loopbaanadvies’: jobinformatie, vacatures, contacten met werkgevers, enz.

Functiebeperking Specifieke hulp nodig? Een functiebeperking, van welke aard ook, mag geen reden zijn om af te zien van universitaire studies. De stap naar de universiteit blijft voor velen evenwel een moeilijke onderneming: weg uit het beschermde milieu, verplaatsingen tussen leslokalen, minder geïndividualiseerd onderwijs enz. De vzw Begeleiding Studenten met een Handicap (BSH) staat open voor studenten met een auditieve, visuele, fysieke functiebeperking, of een leerstoornis (dyslexie/dyscalculie), dan wel andere chronisch medische aandoeningen (bv. CVS, astma …) of psychiatrische functie­beperkingen waaronder ontwikkelingsstoornissen (autisme, ADHD …). De dienst heeft als centrale doelstelling een volwaardige 46

integratie in én een deelname aan het hoger onderwijs te realiseren voor studenten met een functiebeperking. De begeleidingsdienst is een belangrijke schakel in het studieproces van de student met functie­beperking. De dienst BSH treedt in dialoog met andere betrokkenen binnen de instelling én de student om het studieproces van de student met functiebeperking te faciliteren (www.bsh-gent.be).

Informatie- en communicatiefaciliteiten Wie weet wat? De doelstelling van de Directie Informatie- en Communicatie­ technologie (DICT) is eenvoudig: studenten en medewerkers van de Universiteit Gent gemakkelijk met elkaar en met de rest van de (academische) wereld laten communiceren. Je krijgt van de UGent een account dat je toegang geeft tot UGentNet, een e-mailadres en ruimte op één van de UGent-servers. Je kan gebruik maken van alle publiek opgestelde pc’s van de UGent. Je krijgt toegang tot de digitale leeromgeving Minerva. Je kan bij het onthaal van DICT terecht voor vragen i.v.m. je account, wachtwoord … Tevens kan je er je aankopen doen van specifieke educatieve software en allerhande pc-supplies. De helpdesk helpt je met je ICT-problemen. Via het Athena-softwareplatform kan je gebruik maken van allerlei courante en minder courante programma’s bedoeld voor educatieve en andere doeleinden.

Vervoer Je CO2-vriendelijk verplaatsen? De UGent schenkt veel aandacht aan duurzame mobiliteit. Er zijn (vanuit de overheid) allerlei trein-, tram- en bus­­ abonnementen voor studenten. Daarnaast wil de universiteit ook het gebruik van de fiets aanmoedigen.

>> Fietsenherstelplaats van de UGent Bij de fietsenherstelplaats kan je terecht om zelf de nodige herstellingen aan je fiets uit te voeren. Je kunt er voordelig fietsonderdelen aankopen en de nodige gereedschappen gebruiken onder deskundige begeleiding.

UGent-studenten met een functiebeperking kunnen voor het vervoer van en naar de leslocaties een beroep doen op de vzw BSH. Die voorziet aangepast vervoer waarvan studenten, al dan niet met een tijdelijke, verminderde mobiliteit, gebruik kunnen maken.

>> Huurfietsen In samenwerking met de vzw studentENmobiliteit kunnen studenten tegen een studentikoos tarief een fiets huren (www.studentenmobiliteit.be).

Kinderopvang Opvang voor kinderen van 0 tot 3 jaar nodig? Je kan terecht in de door Kind & Gezin erkende kinderdagverblijven van de UGent.

De locaties en adressenlijst van de meeste universitaire diensten vind je achteraan in deze brochure.

47

Het studeren nog niet moe? UCT – universitair centrum voor talenonderwijs Het UCT biedt een ruime waaier van taalcursussen aan. Het aanbod ‘vreemde talen’ omvat zowel algemene als gespecialiseerde taalcursussen Chinees, Duits, Engels, Frans, Italiaans, Portugees, Spaans en Zweeds. In september is er de opleiding 'Academisch Nederlands voor toekomstige studenten'. Die is bedoeld om nieuwe studenten te helpen omgaan met academisch taalgebruik. In augustus en september kan je als toekomstige student intensieve zomercursussen Spaans, Italiaans en Portugees volgen en specifieke voorbereidingscursussen Frans en Duits. In de periode van eind augustus tot begin september organiseert het UCT een voor­ bereidingscursus Frans ‘Une longueur d’avance’ en Duits ‘Wegweiser’ van telkens 30 uur voor beginnende studenten van wie het universitair studieprogramma opleidingsonderdelen Frans of Duits bevat. De cursus Duits is bovendien complementair aan de voor­ bereidende cursus Duits georganiseerd door de vakgroep Duitse taalkunde. Vanaf oktober kan je ‘s avonds les volgen (één avond per week, 2 of 2,5 uur per week). De cursussen van 2,5 uur per week volgen het semestersysteem, zodat je geen les hebt tijdens de blok- en examenperiode. In februari starten de voorjaarscursussen die lopen tot mei of juni. Bijna alle cursussen kan je volgen vanaf niveau 1 (voor de echte beginners) tot een niveau voor gevorderden. Ze zijn er in de eerste plaats op gericht de communicatieve vaardigheden op een hoger niveau te brengen. Het UCT geeft ook intensieve cursussen Nederlands voor Anders­ taligen en wordt hiervoor erkend door het departement Onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap. Na één jaar versnelde opleiding Nederlands ontvangt de cursist een certificaat dat hem toegang verleent tot een studieprogramma van de universiteit. Op het secretariaat van het UCT en in het Adviescentrum voor Studenten liggen brochures ter beschikking met gedetailleerde omschrijvingen per cursus. Studenten van de UGent genieten een reductie van min. 50 % op het inschrijvingsgeld voor de cursussen die georganiseerd worden vanaf juli.

48

49

De universiteitsbibliotheek – boekentoren De Universiteitsbibliotheek van de UGent bestaat uit één centrale bibliotheek en elf facultaire bibliotheken, die elk een specialisatie hebben binnen hun eigen vakgebied. De hoofdbibliotheek bestaat uit een enorme bewaarbibliotheek en een hoogtechnologische digitale bibliotheek. De toegang tot de Universiteitsbibliotheek is vrij. Het is mogelijk ter plaatse boeken, tijdschriften, thesissen en andere documenten op aanvraag te raadplegen. Boeken kunnen worden ontleend met de studentenkaart. Lezers kunnen met hun studentenkaart via de interbibliothecaire bruikleendienst ook werken uit andere bibliotheken (binnen- en buitenland) opvragen. Via de digitale bibliotheek heb je toegang tot talrijke databanken en full text online beschikbare tijdschriften om wetenschappelijke informatie op te zoeken. Die zijn echter meestal slechts raadpleegbaar binnen het UGent-netwerk. Via de dienst ICT kan je een VPN-paswoord aanvragen om de databanken ook van thuis uit te kunnen raadplegen. Tijdens het jaar organiseert de Universiteitsbibliotheek infosessies over het gebruik van de digitale bibliotheek (http://lib.UGent.be). De Universiteitsibliotheek is gehuisvest in de beroemde Boeken­ toren van de hand van architect Henry van de Velde. Het is één van de karakteristieke torens van de stad, ook wel eens de vierde toren van Gent genoemd.

Welk budget moet ik voorzien? De Sociale Dienst tracht een zo volledig mogelijk beeld te schetsen van de studiekosten en de leefkosten van een student. Dat kosten­ plaatje is wel relatief: het is afhankelijk van je studierichting en studietraject. Bij je studiekosten kan je een onderscheid maken tussen ‘strikte studiekosten’ en ‘ruime studiekosten’. Onder de strikte studiekosten vallen het studiegeld en het studiemateriaal, onder de ruime studiekosten vallen ook de vervoerskosten en kosten voor het huren van een studentenkamer.

Strikte studiekosten >> Studiegeld Als nieuwe student is de kans groot dat je je inschrijft voor een voltijds modeltraject van 60 studiepunten. De bedragen die hier vermeld worden gelden voor een voltijds studieprogramma (2010-2011) in de basisopleidingen en omvatten het inschrijvingsgeld voor de examens: ×× niet-beursstudent: € 564,30 ×× bijna-beursstudent: € 376,20 ×× beursstudent: € 80,00

>> Studiemateriaal Eerstejaars besteden gemiddeld € 340 aan cursussen en boeken. Dat bedrag kan echter overschreden worden in een aantal opleidingen; in andere opleidingen volstaat het ruimschoots. Daarbovenop besteden eerstejaarsstudenten gemiddeld ook € 106 aan algemene benodigdheden.

Ruime studiekosten >> Vervoer Trein, tram, bus … Informeer bij de (plaatselijke) NMBS naar de meest interessante formule voor je verplaatsingen naar Gent, en bij De Lijn voor je verplaatsingen in Gent. De Schooltreinkaart is de meest interessante formule voor wie jonger is dan 26 jaar en dagelijks pendelt. Die treinkaart is combi­ neerbaar met De Lijn, TEC en MIVB. Met een Campuskaart of een Go Pass kunnen studenten die niet dagelijks pendelen, voordelig heen en weer reizen. Op www.nmbs.be vind je de diverse tarieven. Een Lijnkaart voor het stadsvervoer kost in voorverkoop € 8 (= 10 stadsritten). Een Buzzy Pazz is een jongerenabonnement voor wie jonger is dan 25 jaar en onbeperkt wil reizen met tram of bus in heel Vlaanderen, 7 dagen op 7. De Pazz kost € 166 50

51

voor een jaar, € 59 voor 3 maand en € 20,90 voor één maand. Er zijn interessante voorwaarden vanaf de aankoop van twee Buzzy Pazzen in hetzelfde gezin (tarieven dd. 1/02/2010). Op www.delijn.be vind je alle details. Fiets Bij de fietsenherstelplaats kan je terecht om zelf de nodige herstel­ lingen aan je fiets uit te voeren. Je kunt er voordelig fietsonderdelen aankopen en de nodige gereedschappen gebruiken onder deskundige begeleiding. Als student kan je bij de vzw studentENmobiliteit tegen een studenti­koos tarief een fiets huren. De huurprijs is afhankelijk van de huurperiode en het model.

>> Huisvesting Een kamer of studio in een studentenhome De maandelijkse huurprijs (2010-2011) bedraagt € 238 voor een kamer en € 310 voor een studio, inclusief energiekosten en gebruik van internet. Op de vaste maandelijkse huurprijs kunnen sommige studenten een huurtoelage krijgen tot € 110. Een studentenkamer op de private markt In de privésector moet je rekenen op ongeveer € 250 huur per maand voor een kamer vergelijkbaar met die van de universiteit en ongeveer € 350 voor een studio, energiekosten niet inbegrepen.

Leefkosten Onder het begrip ‘leefkosten’ verstaan we o.m. de kosten van voeding, sport, cultuur, financieel of sociaal-juridisch advies, studie- en loopbaanbegeleiding, informatica, medische zorgen, kinderopvang, enz. Voor al die aspecten heeft de UGent de nodige voorzieningen ingericht, zoals hierboven al beschreven. Door hiervan gebruik te maken, blijft het leven in Gent betaalbaar voor de student.

Inkomsten? >> Financiering Voor de financiering van je studies zijn er verschillende mogelijk­ heden. De belangrijkste bron is de studietoelage (of studiebeurs) van de Vlaamse overheid. Die kan je krijgen als je aan een aantal voorwaarden voldoet. Alle details over de voorwaarden vind je op www.studietoelagen.be. Hieronder vermelden we slechts kort een aantal belangrijke voorwaarden: ×× je bent Belg (of gelijkgesteld); ×× je opleiding is erkend: ––alle bachelor- en masteropleidingen (ManaBa) zoals vermeld in het hogeronderwijsregister (www.hogeronderwijsregister.be) zijn erkend, ––komen nooit in aanmerking: de bachelor-na-bachelor- en master-na-masteropleidingen, ––komen wel in aanmerking (maar worden niet vermeld in het hogeronderwijsregister): de voorbereidings- en schakel­ programma’s, de specifieke lerarenopleiding aan een hoge­ school of universiteit; ×× je opleiding leidt tot een diploma: ––enkel een diplomadoelcontract komt in aanmerking; ×× je hebt nog studietoelagekrediet: ––als je voor de eerste maal ingeschreven bent in het hoger onderwijs (met diplomadoelcontract), heb je een (start-)stu­ dietoelagekrediet van 60 punten en een jokerkrediet van 60 punten. Bij je inschrijving gaat het aantal punten van de inschrijving(en) van je studietoelagekrediet af. (Studie)punten die je voor die opleiding(en) verwerft, komen bij je (verworven) studietoelage­ krediet. Je studietoelagekrediet kan nooit minder zijn dan 0 of meer dan 60. Om voor een studietoelage in aanmerking te komen, moet je wel ingeschreven zijn voor minstens 27 studiepunten, behalve in het jaar dat je jouw diploma haalt: dan mag het ook minder zijn. Eenvoudig voorgesteld: je hebt een ‘kredietrugzakje’ met 3 vakken. Bij het begin van je studies hoger onderwijs zitten daarin: ×× vak 1: 60 punten startkrediet, dat kan enkel dalen (tot 0); ×× vak 2: 0 punten verworven studietoelagekrediet, dat kan stijgen en dalen (blijft altijd tussen 0 en 60); ×× vak 3: 60 punten jokerkrediet, dat kan enkel dalen (tot 0).

52

53

Het belangrijkste financiële criterium om recht te hebben op een studietoelage is de hoogte van het inkomen. Om dat te bepalen, bekijkt men eerst van welke soort leefeenheid je deel uitmaakt (gezins­samen­stelling). Dat kan een klassiek gezin zijn, maar ook samen­woners ... vormen een leefeenheid. De personenlast in het gezin wordt uitgedrukt in punten. Vervolgens berekent men het inkomen van de leefeenheid. Hieronder een voor­beeld van de inkomensgrenzen 2010-2011. Het inkomen van je leefeenheid mag niet hoger liggen dan het cijfer in de rechterkolom.

Op de Sociale Dienst kan je steeds terecht voor alle bij­­ komende informatie: elke werkdag van 13.30 u. tot 16.30 u. en in de voormiddag op afspraak.

aantal punten leefeenheid

maximum inkomensgrens (in €)

0

15 709,62

1

23 201,47

2

29 066,71

3

33 749,13

4

38 825,84

5

45 085,44

6

49 324,22

7

51 591,52

8

55 858,78

9

56 175,29

10

58 639,72

>> Centen voor studenten De brochure Centen voor studenten editie 2011 zal beschikbaar zijn vanaf maart 2011.

De brochure Centen voor studenten geeft informatie over een aantal rechtstreekse en onrechtstreekse inkomsten voor studenten. De brochure wordt samengesteld door o.m. de Sociale Dienst van de Universiteit Gent. Een greep uit de inhoud: ×× studietoelagen van de Vlaamse overheid ×× studiefinanciering via je sociale dienst ×× kinderbijslag ×× studentenarbeid ×× belastingen ×× onderhoudsplicht van de ouders ×× het leefloon van het OCMW ×× studeren met een werkloosheidsuitkering, tijdskrediet, educatief verlof, opleidingscheques … ×× uitschrijven tijdens het academiejaar Je kan een exemplaar verkrijgen op de Sociale Dienst Sint-Pietersnieuwstraat 47, 9000 Gent [email protected] – T 09 264 70 72 of 09 264 70 78 of op het Adviescentrum voor Studenten Sint-Pietersnieuwstraat 33, 9000 Gent [email protected] – T 09 331 00 31

54

55

Bereken je inkomsten en uitgaven

Nog meer info Brochures voor studiekiezers

De Sociale Dienst heeft voor het academiejaar 2010-2011 een raming gemaakt van de studiekosten. Voor elk type student is een vrij gedetailleerd overzicht gemaakt. De raming geeft je een indicatie van de kosten voor jouw situatie. Meer details vind je terug op www.UGent.be/socialedienst.

Hieronder een paar voorbeelden voor één academiejaar (berekend op 9 maanden).

>> >> >> >> >>

bacheloropleidingen: overzichtsbrochure (bamabundel) bacheloropleidingen: brochure per opleiding masteropleidingen: brochure per faculteit Specifieke Lerarenopleiding Doctoreren

te verkrijgen vanaf november

>> Infodagen (folder + inschrijvingskaart) te verkrijgen vanaf januari

>> Vlot van start (info vakantiecursussen, inschrijfmodaliteiten) >> Wonen in Gent

PENDELSTUDENT Kost

Beursstudent

Bijna-beursstudent

Niet-beursstudent

Studiegeld

€ 80,00

€ 376,20

€ 564,30

Cursussen/boeken

€ 340,00

€ 340,00

€ 340,00

Studiemateriaal

€ 106,00

€ 106,00

€ 106,00

Sociaal/cultureel

€ 458,00

€ 458,00

€ 458,00

Voeding

€ 851,00

€ 851,00

€ 851,00

Vervoerskosten bv. Buzzy Pazz

€ 166,00

€ 166,00

€ 166,00

€ 2 001,00

€ 2 297,20

€ 2 485,30

Totaal

De universiteit Gent op internet >> Homepage Universiteit Gent www.UGent.be >> Opleidingsaanbod Universiteit Gent www.opleidingen.UGent.be

KOTSTUDENT (die tijdens het weekend naar huis gaat) Kost

Beursstudent

Bijna-beursstudent

Niet-beursstudent

Studiegeld

€ 80,00

€ 376,20

€ 564,30

Cursussen/boeken

€ 340,00

€ 340,00

€ 340,00

Studiemateriaal

€ 106,00

€ 106,00

€ 106,00

Sociaal/cultureel

€ 458,00

€ 458,00

€ 458,00

Voeding

€ 1 251,00

€ 1 251,00

€ 1 251,00

Huur kamer UGent

€ 1 152,00

€ 1 332,00

€ 2 142,00

Huur kamer privé

€ 2 340,00

€ 2 340,00

€ 2 340,00

Vervoerskosten Campuskaart

€ 90,00

€ 90,00

€ 90,00

Buzzy Pazz

€ 166,00

€ 166,00

€ 166,00

Totaal kamer UGent

€ 3 643,00

€ 4 119,20

€ 5 117,30

Totaal kamer privé

€ 4 831,00

€ 5 127,20

€ 5 315,30

56

Info & aanvraag brochures dviescentrum voor Studenten A Directie Onderwijsaangelegenheden afdeling Studieloopbaanadvies Sint-Pietersnieuwstraat 33, 9000 Gent T 09 331 00 31 [email protected] www.UGent.be/adviescentrum

57

Stadsplan algemene diensten 1 1 1 2 2 2 2 3 3 5 5 7 9 10 12 13 7 14 17 21 23 24

Internationale betrekkingen, Sint-Pietersnieuwstraat 25 Studentenartsen, Sint-Pietersnieuwstraat 25 Rectoraat, Sint-Pietersnieuwstraat 25 Studentenadministratie Centraal, Sint-Pietersnieuwstraat 33 Adviescentrum voor Studenten, Sint-Pietersnieuwstraat 33 Open Universiteit, Sint-Pietersnieuwstraat 33 Universiteitsforum (Ufo), Sint-Pietersnieuwstraat 33 Sociale Dienst, Sint-Pietersnieuwstraat 47 Jobdienst, Sint-Pietersnieuwstraat 47 Huisvestingsdienst, Stalhof 6 Begeleiding studenten met een handicap, BSH, Stalhof 6 Universiteitsbibliotheek De Boekentoren, Rozier 9 Universitair Centrum voor Talenonderwijs (UCT), Sint-Pietersnieuwstraat 136 Studentenhuis De Therminal, Hoveniersberg 24 Aula, Voldersstraat 9 Het Pand, Onderbergen 1 Fietsenherstelplaats, Sint-Hubertusstraat 2 Fietsenverhuur, Kattenberg 2 Sportvoorzieningen/GUSB, Watersportlaan 3 Universitair Ziekenhuis, De Pintelaan 185 Informatie- en Communicatietechnologie (DICT), Krijgslaan 281 Researchpark UGent

studentenrestaurants / cafetaria’s 3 6 11 15 16 20 22 26

De Brug, Sint-Pietersnieuwstraat 45 Overpoort, Stalhof Sint-Jansvest, Sint-Jansvest 24 Faculteit Bio-ingenieurswetenschappen, Coupure Links 653 Faculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschappen, Henri Dunantlaan 2 Boudewijn, Harelbekestraat 70 Astrid, Krijgslaan 250 Faculteit Diergeneeskunde, Salisburylaan 133, Merelbeke

cafetaria’s 7 Faculteit Letteren en Wijsbegeerte, Blandijnberg 2/ Sint-Hubertusstraat 2 12 Faculteit Rechtsgeleerdheid, Universiteitstraat 4 18 Faculteit Wetenschappen, K.L. Ledeganckstraat 35 21 Studententrefcentrum UZ, De Pintelaan 185 24 Campus Ardoyen, Technologiepark Zwijnaarde 904, Zwijnaarde

studentenhomes

5 5 5 20 22 27

Home Koningin Fabiola, Stalhof 4 Home August Vermeylen, Stalhof 6 Home Corneel Heymans, Isabellakaai 120 Home Koning Boudewijn, Harelbekestraat 70 Home Koningin Astrid, Krijgslaan 250 Home Bertha De Vriese, De Pintelaan 260B

Belangrijkste faculteitsgebouwen Faculteit Letteren en Wijsbegeerte: 2 Sint-Pietersnieuwstraat 35 7 Blandijnberg 2 7 Rozier 44 7 Sint-Hubertusstraat 2 Faculteit Rechtsgeleerdheid: 12 Universiteitstraat 4 Faculteit Politieke en Sociale Wetenschappen: 12 Universiteitsstraat 8 Faculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschappen: 16 Henri Dunantlaan 1 & 2 Faculteit Economie en Bedrijfskunde: 4 Tweekerkenstraat 2 Faculteit Wetenschappen: 18 Karel Lodewijk Ledeganckstraat 35 19 Proeftuinstraat 86, Instituut voor Nucleaire Wetenschappen 23 Krijgslaan 281 Faculteit Ingenieurswetenschappen: 3 Sint-Pietersnieuwstraat 41 (laboratoria) 8 Jozef Plateaustraat 22 (auditoria) 24 Technologiepark-Zwijnaarde, 9052 Zwijnaarde Faculteit Bio-ingenieurswetenschappen: 15 Coupure Links 653 Faculteit Geneeskunde en gezondheids­ wetenschappen: 21 UZGent, De Pintelaan 185 17 Watersportlaan 2, Hoger Instituut voor Lichamelijke Opvoeding Faculteit Farmaceutische Wetenschappen: 20 Harelbekestraat 72 Faculteit Diergeneeskunde: 26 Salisburylaan 133, 9820 Merelbeke

stad gent 30 31 32 33

58

Station Gent Sint-Pieters Dienst Toerisme Stad Gent Administratief centrum Stad Gent ICC (Internationaal Congrescentrum)

59