Stilte voor de storm Onderzoeksrapport innovatief lesmateriaal
Inhoud Inleiding .................................................................................................................................................. 2 Managementsamenvatting ..................................................................................................................... 3 Resultaten van het onderzoek ................................................................................................................ 5 Interessante resultaten van de open vragen ........................................................................................ 19 Wat ontbreekt om een weloverwogen keuze te maken en of het materiaal te implementeren? .. 19 Wat zullen volgens u de kritische succesfactoren zijn bij de implementatie? ................................. 19 Is er volgens u een bepaalde aanpak die het best zou werken bij de invoering van digitale leermiddelen? ................................................................................................................................... 19 Conclusie ............................................................................................................................................... 20
1
Inleiding Scholen maken steeds meer gebruik van digitaal lesmateriaal. Om dit succesvol te implementeren hebben scholen veel werk te verzetten. Het stelt eisen aan de deskundigheid van onderwijzend personeel, maar ook aan de ICT-infrastructuur en de visie van de schoolleiding. Uit eerder onderzoek blijkt dat scholen zelf verwachten dat binnen nu en vijf jaar tablets het schoolbeeld zullen bepalen. Maar ook vanuit de overheid, koepelorganisaties en door ouders wordt druk gezet omdat digitale leermethodes grote kansen biedt op het terrein van maatwerk en individuele leerroutes. Dit impliceert dat scholen een grote behoefte krijgen aan innovatief lesmateriaal. Met meer dan twee miljoen schoolgaande kinderen is dit een markt die kansen biedt voor bedrijven die hieraan een bijdrage willen leveren en ook grote uitdagingen voor uitgevers die hun producten en zelfs hun verdienmodel de komende jaren fundamenteel zullen moeten herzien. Ingewijden vergelijken de aanstaande verschuiving in de branche met de impact van de mp3 op de muziekindustrie. Dit onderzoek dient om in kaart te brengen wat de stand van zaken is ten aanzien van de implementatie van digitaal lesmateriaal in het primair en voortgezet onderwijs. Uit informele voorbereidende gesprekken bleek dat het onderwijs de neiging heeft de uitgevers de schuld te geven van trage innovatie. Opmerkelijk genoeg geven uitgevers op hun beurt aan dat het onderwijs het beschikbare digitale materiaal weinig gebruikt. De pot verwijt de ketel. Maar iedereen is het erover eens: de acceptatie van digitaal lesmateriaal is een kwestie van tijd en wanneer deze revolutie eenmaal is ingezet, zal dit grote consequenties hebben voor het onderwijs en uitgevers. Met dit onderzoek hopen wij te bepalen welke verwachtingen en houding het onderwijs heeft ten aanzien van deze ontwikkelingen. Ook willen we in kaart brengen welke verwachtingen het onderwijs heeft ten aanzien van diverse marktpartijen, zoals uitgeverijen, leveranciers van hardware en de overheid. Dit onderzoek is opgezet in samenwerking met marktpartijen en semioverheden zoals bijvoorbeeld educatieve uitgeverijen, leveranciers van hardware en onderwijsadviesdiensten. In dit rapport worden de resultaten uit het onderzoek “Innovatief Lesmateriaal, Stilte voor de storm” gedeeld. We stellen de resultaten vrij toegankelijk zodat de geënquêteerden hun eigen antwoorden kunnen vergelijken met het landelijk gemiddelde of het gemiddelde van de betreffende provincie. Wij bedanken Jeroen Kies die het onderzoek in opdracht van Like to Share heeft uitgevoerd. Journalisten kunnen een verzoek indienen om toegang te krijgen tot de onverwerkte ruwe onderzoeksdata voor eigen analyse. Dieter Möckelmann Hans Hoornstra oprichters Like to Share www.liketoshare.education
[email protected] [email protected]
2
Managementsamenvatting Uit eerder onderzoek blijkt dat scholen zelf verwachten dat binnen nu en vijf jaar tablets het schoolbeeld zullen bepalen. Veel scholen oriënteren zich dan ook op het inzetten van digitaal lesmateriaal. Like to Share onderzocht de stand van zaken op het gebied van digitaal lesmateriaal bij het primair en voortgezet onderwijs in Nederland, en de verwachtingen die de onderwijsprofessionals hebben voor de toekomst. Hiertoe schreef Like to Share een enquête uit, waarop 315 onderwijsprofessionals uit het primair en voortgezet onderwijs respondeerden. Voordat de vragenlijst werd verzonden, werd deze voorgelegd aan de belangrijkste marktpartijen zodat zij een bijdrage konden leveren aan de vraagstelling. Digitaal lesmateriaal: binnen nu en 5 jaar de standaard Wellicht een van de meest opmerkelijke conclusies die uit de resultaten getrokken kan worden is de mate van interesse in de invoering van digitaal lesmateriaal binnen het onderwijs. De mensen binnen het onderwijs staan er zeer positief tegenover maar toch is deze manier van leren nog niet de standaard. Een grote meerderheid van 65% van de respondenten schat in dat dit binnen nu en vijf jaar wel de realiteit zal zijn. Dat is opmerkelijk snel. In die zin kan je spreken van een stilte voor de storm. In het primair en voortgezet onderwijs wordt al veel gewerkt met digitale bronnen (75%). Ook wordt al regelmatig gewerkt met digitale lesmethoden (67%) en wordt er al relatief veel gebruik gemaakt van digitale leerlingvolgsystemen (73%). Het arrangeren van digitale bronnen (42%) en het digitaal toetsen (45%) blijft achter. Deze resultaten geven aan dat al met regelmaat gebruik gemaakt wordt van digitale hulpmiddelen in de klas, maar dat dit nog niet de standaard is. Remmende factor: tijd, geld en afschrijvingsperiode De meest genoemde knelpunten voor de implementatie van digitale leermiddelen zijn tijd en geld. De respondenten vragen zich af wat de invloed van de implementatie van digitaal lesmateriaal zal zijn op de begroting. Blijkbaar is dat voor schoolleiders moeilijk te overzien. Daarbij komt dat methodes een afschrijvingsperiode hebben van tussen de 5 en de 10 jaar. Met andere woorden wanneer een school nu een methode aanschaft, zit deze daaraan vast voor langere tijd. Deze afschrijvingsperiode speelt zondermeer een vertragende werking op de innovatie. Onduidelijke rol van educatieve uitgeverijen Uit het onderzoek blijkt verder dat het onderwijsveld geen goed beeld heeft van de rol die educatieve uitgeverijen spelen bij de ontwikkeling en implementatie van digitaal lesmateriaal in het onderwijs. De respondenten hebben moeite om aan te geven welke uitgeverijen vooroplopen en welke juist achterblijven, en ook de vraag of de educatieve uitgeverijen in het algemeen een stimulerende of juist een remmende rol hebben bij de ontwikkeling van digitaal leren leverde een zeer diffuus beeld op. Uit informele gesprekken met diversie uitgevers en wederverkopers blijkt dat de uitgevers ambivalent in het innovatieproces staan. Want er wordt enerzijds volop geïnvesteerd in digitale interactieve methoden, maar het achterblijven van de acceptatie door het onderwijs vinden de uitgevers niet erg omdat “Er nu eenmaal meer verdiend wordt aan de verkoop van een boek”.
3
De weg naar de verwachte digitalisering van onderwijs is dus nog lang. Producenten van hardware innoveren snel. Toonaangevende uitgeverijen zitten in dubio. Want hoewel iedereen inziet dat digitale lesmethoden de toekomst hebben, zijn uitgeverijen gebaat bij een niet al te snelle innovatie omdat het afscheid nemen van het oude verdienmodel niet zonder pijn zal gaan. Bestuurders en schoolleiders hebben een moeilijke taak. Zij zijn verantwoordelijk voor het ontwikkelen van een visie over de implementatie van moderne onderwijsmethodes, maar hebben geen duidelijk beeld van welke leermiddelen er binnen nu en vijf jaar beschikbaar zullen zijn. En dit ook bijna niet te voorspellen.
Regiobijeenkomsten Innovatief Lesmateriaal Op 9 t/m 13 maart 2015 kunnen onderwijsprofessionals zich verdiepen in alle vraagstukken rond digitaal lesmateriaal tijdens de regiobijeenkomsten Innovatief Lesmateriaal. Deze bijeenkomsten worden georganiseerd door Like to Share in achtereenvolgens Rotterdam, Hilversum, Eindhoven, Zwolle en Groningen. Meer informatie over deze bijeenkomsten vindt u op www.innovatieflesmateriaal.nl.
4
Resultaten van het onderzoek In dit hoofdstuk zullen de meest interessante resultaten uit de enquête worden weergegeven. Allereerst een korte analyse van de bevraagden. In totaal vulden 315 onderwijsprofessionals de enquête in. 77% is werkzaam bij een instelling voor primair onderwijs en 22% bij een instelling voor voortgezet onderwijs. 3% gaf aan werkzaam te zijn bij een ander type instelling (figuur 1).
Figuur 1
5
Figuur 2
Zoals te zien in figuur 2 is er relatief weinig respons afkomstig uit de provincie Drenthe. De resultaten voor deze provincie t.o.v. andere provincies zijn niet significant, en we zullen dan ook geen conclusies verbinden aan resultaten specifiek uit Drenthe.
Figuur 3
Figuur 4
Dat digitaal leermateriaal de toekomst zal zijn in het Nederlandse onderwijs lijkt volgens de geënquêteerden slechts een kwestie van tijd. Slechts 2% verwacht dat digitaal lesmateriaal nooit de standaard zal worden. 33% verwacht dat volledig digitaal leren iets is voor de lange termijn, maar een grote meerderheid van 65% verwacht dat digitaal lesmateriaal binnen maximaal vijf jaar de standaard zal zijn. 22% van de geënquêteerde heeft aangeven al digitaal lesmateriaal te gebruiken.
Voor welke groepen denkt u dat het digitaal leermateriaal het meest van toepassing is? 8%
12%
12% 19% 13% 13%
Basisonderwijs: Groep 1 en 2
Basisonderwijs: Groep 3, 4 & 5
Basisonderwijs: Groep 6, 7 & 8
Voortgezet onderwijs: Jaar 1 en 2
Voortgezet onderwijs: Jaar 3 en 4
Voortgezet onderwijs: Jaar 5 en 6
Vergaderingen Figuur 5
23%
6
De respondenten zijn verdeeld over voor welke leeftijdscategorie digitaal lesmateriaal het meest belangrijk zou zijn. Er werd meer gekozen voor de verschillende groepen in het basisonderwijs, maar dit kan ook het gevolg zijn van het feit dat meer respondenten werkzaam zijn in het basisonderwijs. De resultaten wijzen erop dat de respondenten digitaal lesmateriaal niet zozeer koppelen aan een leeftijdscategorie, hoewel binnen het basisonderwijs de groepen 1 en 2 beduidend lager scoorden dan groepen 3,4 en 5 en de groepen 6, 7 en 8 (figuur 5).
Resultaat: In welke mate bent u geïnteresseerd in de invoering van tablets, laptops of chromebooks in het onderwijs op uw school? 9.50 9.00 8.50 8.00 7.50
9.00 8.73
8.65
8.75
8.58
8.29
8.17 7.77
7.69
8.12 7.82
7.88
7.00
7 Figuur 6
Uit figuur 6 is af te lezen dat het personeel binnen het Nederlandse onderwijs zeer is geïnteresseerd in de invoering van tablets, laptops of chromebooks op hun school. Op een schaal van 1 tot 10 komt het gemiddelde uit op een 8, en de verschillen tussen de provincies zijn relatief klein.
Figuur 7
Er is binnen het onderwijs nog weinig bekend over de consequenties van digitaal lesmateriaal voor de begroting. Zo geeft 87% van de geënquêteerden aan met een zeven of hoger op een schaal van 1 tot 10 dat zij hierin geïnteresseerd zijn. Zie figuur 7 voor de overige resultaten van deze vraag.
In hoeverre loopt uw school voorop bij de implementatie van nieuwe technologie en ICT? 30 25 20 15 10 5 0
Cijfer 5 -
Cijfer 6 - 7
Cijfer 8 +
Figuur 8
De vraag in hoeverre de school waarbij de bevraagde werkzaam is vooroploopt op het gebied van digitale leermiddelen werd over het algemeen vrij neutraal beantwoord. Veruit de meeste bevraagden vulden hier een 6 of 7 in. Opvallend is dat bevraagden in Noord-Brabant meer het gevoel hadden wat achter te lopen, terwijl bevraagden in Zuid-Holland juist het gevoel hebben voorop te lopen (figuur 8).
8
Vindt u dat u zelf voldoende informatie en expertise heeft, of dat er voldoende informatie en expertise aanwezig is binnen uw school, om een weloverwogen keuze te maken uit het aanbod van digitaal lesmateriaal en dit te implementeren? 350 300 250 200
150 100 50 0
Ja
Nee
Totaal
Figuur 9
9 Het grootste gedeelte van de geënquêteerden geeft aan te verwachten voldoende kennis en expertise in huis te hebben om een weloverwogen keuze te maken met betrekking tot digitaal lesmateriaal en de implementatie daarvan. Scholen vragen zich meer af wat de financiële consequenties zullen zijn (zie figuur 7).
In de enquête hebben we de deelnemers uitgebreid bevraagd over hun ervaring met digitaal lesmateriaal. We vroegen naar ervaring met: -
Zoeken en vinden van digitale bronnen Arrangeren van digitale bronnen Gebruik van digitale lesmethodes Digitale toetsing Digitaal volgen van leerlingen
De bevraagden konden hun ervaring aangeven in de volgende categorieën: -
Zeer ervaren Ervaren Pilotfase Beginner Onervaren
Digitale bronnen Zoeken en vinden van digitale bronnen is iets waar bijna alle bevraagden al ervaren tot zeer ervaren mee zijn. Het landelijk gemiddelde voor ervaren of zeer ervaren is 75%. Er zijn geen grote verschillen tussen de provincies. Bij arrangeren van digitale bronnen verandert dit beeld: het landelijk gemiddelde is hier nog slechts 41% ervaren, en bijna niemand geeft aan ervaren te zijn in het arrangeren van digitale bronnen (zie figuur 10 en 11). Digitale lesmethoden De meeste bevraagden geven aan al ervaren te zijn met het gebruik van digitale lesmethoden. 67% geeft aan ervaren of zeer ervaren te zijn met digitale lesmethoden. 30% geeft aan beginner te zijn of in een pilotfase te zijn. Opvallend is dat slechts 3% aangeeft onervaren te zijn op het gebied van digitale lesmethoden. Noord-Holland lijkt iets voor te lopen, maar wederom zijn de verschillen tussen de provincies klein (figuur 12). Digitaal volgen Het digitaal volgen van leerlingen is vrij algemeen ingebed. 73% van de bevraagden geeft aan hier ervaren tot zeer ervaren in te zijn. De verschillen tussen de provincies zijn ook op dit punt klein (figuur 13). Digitaal toetsen Opvallend is dat de resultaten bij digitaal toetsen beduidend lager uitvallen dan bij de eerdere vragen. Het landelijk gemiddelde is 45% ervaren tot zeer ervaren, maar 25% geeft aan in een pilotfase te zijn en 30% geeft aan beginner te zijn of zelfs volledig onervaren. Bij digitaal toetsen zijn de verschillen tussen de provincies ook groter. Ook binnen de provincies zelf zijn de verschillen groot. In Zuid-Holland bijvoorbeeld zijn de vijf mogelijke antwoorden allen vaak ingevuld (zie figuur 14). Het ziet ernaar uit dat op het gebied van digitaal toetsen nog veel winst te boeken is.
10
Heeft uw school al ervaring met digitaal lesmateriaal? [zoeken en vinden van digitale bronnen] 9.94% Landelijk gemiddelde
Zuid-Holland
7.02% 12.28% 0.00% 0.00%
Zeeland
12.50% 0.00% 0.00% 3.57%
Utrecht
Overijssel
65.16%
15.07% 9.35% 0.47% 8.77%
10.71% 3.57% 9.09%
71.93%
87.50%
25.00%
72.73%
9.09% 9.09% 0.00% 12.77%
51.06%
Noord-Holland
17.02% 17.02% 2.13% 0.00%
Noord-Brabant
16.67% 22.22% 0.00% 9.09%
Limburg
18.18% 9.09% 0.00% 0.00%
Groningen
18.75% 12.50% 0.00% 5.00%
Gelderland
Friesland/Fryslân
Flevoland
Drenthe
5.00% 0.00% 6.67% 0.00% 0.00% 14.29%
57.14%
61.11%
11
63.64%
68.75%
60.00%
30.00%
66.67%
26.67%
71.43%
0.00% 14.29% 0.00% 50.00% 50.00%
0.00% 0.00% 0.00%
0.00% 10.00% 20.00% 30.00% 40.00% 50.00% 60.00% 70.00% 80.00% 90.00% 100.00% Zeer ervaren Figuur 10
Ervaren
Pilotfase
Beginner
Onervaren
Heeft uw school al ervaring met digitaal lesmateriaal? [arrangeren van digitale bronnen] 1.33% Landelijk gemiddelde 8.21% 3.51% Zuid-Holland
Zeeland
21.43% 10.71% 6.06%
35.71% 32.14% 39.39%
12.12%
36.36%
6.06% 6.38% Noord-Holland
25.53% 23.40%
8.51% 0.00% Noord-Brabant
36.36% 40.91%
22.73%
Groningen
25.00% 25.00%
50.00%
0.00% 0.00% Gelderland
Friesland/Fryslân
Flevoland
20.00% 5.00% 0.00%
14.29%
45.00%
30.00%
40.00%
6.67% 0.00% 0.00% 0.00% 0.00%
Drenthe
12
35.19%
12.96% 0.00% 0.00% 0.00%
36.17%
37.04%
14.81%
Limburg
37.50% 37.50%
25.00%
0.00% 0.00%
Overijssel
40.35%
24.56% 26.32%
5.26% 0.00%
Utrecht
41.08%
23.85% 25.53%
53.33%
57.14% 28.57% 50.00%
0.00% 0.00%
50.00%
0.00% 10.00% 20.00% 30.00% 40.00% 50.00% 60.00% 70.00% 80.00% 90.00% 100.00% Zeer ervaren Figuur 11
Ervaren
Pilotfase
Beginner
Onervaren
Heeft uw school al ervaring met digitaal lesmateriaal? [gebruik van digitale methodes] 11.87% Landelijk gemiddelde
Zuid-Holland
Zeeland
55.39%
17.50% 12.50% 2.75% 12.28% 10.53% 3.51% 0.00%
75.00%
12.50% 12.50% 0.00% 7.14%
Utrecht
47.37%
26.32%
21.43% 25.00%
39.29%
7.14% 12.12% Overijssel
12.12% 3.03% 14.89%
Noord-Holland
Noord-Brabant
Limburg
Groningen
Gelderland
Friesland/Fryslân
Flevoland
Drenthe
48.48% 24.24% 59.57%
12.77% 12.77% 0.00% 1.85% 9.26% 9.26% 4.55%
59.26%
20.37%
18.18% 0.00% 6.25%
50.00%
27.27%
12.50% 0.00% 20.00% 5.00% 10.00% 13.33%
13
50.00%
31.25%
25.00%
40.00%
60.00%
6.67% 20.00% 0.00% 0.00%
85.71%
14.29% 0.00% 0.00% 50.00% 50.00%
0.00% 0.00% 0.00%
0.00% 10.00% 20.00% 30.00% 40.00% 50.00% 60.00% 70.00% 80.00% 90.00% 100.00% Zeer ervaren Figuur 12
Ervaren
Pilotfase
Beginner
Onervaren
Heeft uw school al ervaring met digitaal lesmateriaal? [digitaal volgen] 10.41% Landelijk gemiddelde
Zuid-Holland
Zeeland
Utrecht
62.54%
15.15% 10.14% 1.75% 17.54%
50.88%
19.30% 10.53% 1.75% 0.00% 0.00% 0.00% 14.29%
60.71%
3.57% 17.86% 3.57% 30.30%
Overijssel
12.12% 15.15% 3.03% 8.51%
Noord-Holland
19.15% 19.15% 2.13% 11.11%
Noord-Brabant
14.81% 16.67% 5.56% 13.64%
Limburg
18.18% 0.00% 6.25%
51.06%
51.85%
27.27%
6.25% 12.50% 0.00% 10.00%
Gelderland
20.00% 5.00% 5.00% 13.33%
Friesland/Fryslân
20.00% 6.67% 0.00% 0.00%
Drenthe
39.39%
14
Groningen
Flevoland
75.00%
25.00%
40.91%
75.00%
60.00%
60.00%
85.71%
14.29% 0.00% 0.00% 0.00%
100.00%
0.00% 0.00% 0.00%
0.00% 10.00% 20.00% 30.00% 40.00% 50.00% 60.00% 70.00% 80.00% 90.00% 100.00% Zeer ervaren Figuur 13
Ervaren
Pilotfase
Beginner
Onervaren
Heeft uw school al ervaring met digitaal lesmateriaal? [digitaal toetsen] 4.20% Landelijk gemiddelde
Zuid-Holland
Zeeland
Utrecht
0.00% 12.50% 0.00%
32.14%
14.29%
35.71%
21.21% 12.12% 18.18% 0.00%
Noord-Holland 10.64% 3.70% Noord-Brabant
30.30%
31.91% 29.79% 27.66%
24.07% 18.52%
16.67% 4.55%
Limburg
Groningen
Gelderland
Friesland/Fryslân
Flevoland
Drenthe
62.50%
25.00%
17.86% 18.18% Overijssel
40.42%
25.06% 18.17% 12.15% 12.28% 21.05% 26.32% 21.05% 19.30% 0.00%
22.73% 13.64% 18.18% 0.00% 25.00% 25.00% 12.50% 5.00% 20.00% 20.00% 20.00% 6.67% 13.33% 0.00% 0.00%
15
37.04%
40.91%
37.50%
35.00%
40.00% 40.00%
42.86%
0.00% 0.00% 0.00%
57.14%
100.00%
0.00% 0.00% 0.00%
0.00% 10.00% 20.00% 30.00% 40.00% 50.00% 60.00% 70.00% 80.00% 90.00% 100.00% Zeer ervaren Figuur 14
Ervaren
Pilotfase
Beginner
Onervaren
Figuur 15
De bevraagden hebben veel moeite om aan te geven in hoeverre zij van mening zijn of de educatieve uitgeverijen een actieve en voorttrekkende rol innemen ten aanzien van digitaal lesmateriaal het gebruik van devices in de klas. De algemene vraag hierover levert een weinigzeggend resultaat op (figuur 15). Deze vraag hebben we ook specifiek per uitgeverij gesteld, maar het resultaat bevatte telkens meer dan 70% “niet van toepassing / weet ik niet”. Het ziet ernaar uit dat de respondenten geen duidelijk beeld hebben van de activiteiten van de verschillende uitgeverijen omtrent de ontwikkeling van digitaal lesmateriaal. 86% van de bevraagden geeft aan mogelijk interesse te hebben om een evenement te bezoeken over digitale leermiddelen. Deze interesse is min of meer gelijk verdeeld over de provincies (zie figuur 16).
16
In 2014 verscheen de Reisgids Digitaal Leermateriaal, een uitgave die poogt om onderwijsprofessionals wegwijs te maken in het woud van digitaal lesmateriaal dat op dit moment reeds beschikbaar is. In de enquête vroegen wij of de deelnemers bekend waren met deze reisgids. 86% van de bevraagden gaf aan nog niet gehoord te hebben van de Reisgids, maar wel gaf de helft aan geïnteresseerd te zijn in deze Reisgids (figuur 17).
B E N T U B E K E N D M E T D E R E I S G ID S D I G I TA A L L E E R M AT E R I A A L ? 350 300 250 200 150 100 50 0
17
Ja Figuur 16
Nee
Nee, maar wel geinteresseerd
Totaal
Op 9 t/m 13 maart 2015 vinden de regiobijeenkomsten Innovatief Lesmateriaal plaats. Tijdens deze bijeenkomsten kunt u alles te weten komen over digitale content. Zou u interesse hebben om een van deze bijeenkomsten te bezoeken? 350 300
250 200 150 100 50 0
Ja
Misschien
Nee
Totaal
Figuur 17
18
Interessante resultaten van de open vragen Wat ontbreekt om een weloverwogen keuze te maken en of het materiaal te implementeren? Veel scholen geven aan te verwachten over voldoende expertise te beschikken voor de implementatie van digitaal lesmateriaal (figuur 8). Toch gaven zeer veel respondenten aan knelpunten te zien. De meest voorkomende belemmeringen zijn: - Tijd; - Geld; - Kennis. De oorzaak van deze drie punten lijkt vooral te liggen bij het feit dat er binnen de school geen persoon aanwezig is die zich hier full time mee bezig kan houden. Mogelijk is hulp hierbij dus toch harder nodig dan werd verondersteld.
Wat zullen volgens u de kritische succesfactoren zijn bij de implementatie? De respondenten geven aan dat de meest kritische succesfactoren bij de implementatie zullen zijn de kennis en vaardigheden van de leerkrachten. Een opmerking die ook meermaals werd geplaatst, was dat ondanks dat veel leerkrachten positief zijn over de implementatie van digitaal lesmateriaal, de verwachting is dat er ook veel leerkrachten moeite zullen hebben met de eventuele overgang.
Is er volgens u een bepaalde aanpak die het best zou werken bij de invoering van digitale leermiddelen? Veel reacties hadden het over gewoon beginnen, niet uitstellen en gaande weg het proces leren. Maar er was een zeer interessante en uitgebreide reactie: “Zelf leiden we dit jaar (vorig schooljaar begonnen) zogenaamde i-coaches op. Elke school krijgt zo 1 of 2 digitale onderwijsspecialisten op school. Zij hebben kennis van digitale onderwijsmaterialen en leren ook coachingsvaardigheden om het schoolteam waar zij werken te kunnen begeleiden. Elke school heeft tablets en 6 van de 8 scholen werken met Snappet.”
19
Conclusie Wellicht een van de meest opmerkelijke conclusies die uit de resultaten getrokken kan worden is de mate van interesse in de invoering van digitaal lesmateriaal binnen het onderwijs. De mensen binnen het onderwijs staan er zeer positief tegenover maar toch is deze manier van onderwijzen nog niet de standaard. De respondenten schatten gemiddeld in dat dit nog ongeveer vijf jaar zal duren. Dit is op behoorlijk korte termijn. Het is dan ook van belang dat bestuurders en schoolleiders een visie en strategie ontwikkelen om deze ingrijpende veranderingen goed te laten verlopen. In het primair en voortgezet onderwijs wordt al vrij veel gewerkt met digitale bronnen. Ook wordt al regelmatig gewerkt met digitale lesmethoden en wordt er al relatief veel gewerkt met digitale leerlingvolgsystemen. Het arrangeren van digitale bronnen en het digitaal toetsen blijft achter. De meest genoemde knelpunten voor de implementatie van digitale leermiddelen zijn tijd en geld. De respondenten vragen zich af hoe de implementatie van digitaal lesmateriaal van invloed zal zijn op de begroting. Er zal geld vrij moeten worden gemaakt voor de aanschaf van digitale lesmethoden, en tijd voor bijscholing van docententeams. Uit het onderzoek blijkt verder dat het onderwijsveld geen goed beeld heeft van de rol die educatieve uitgeverijen spelen bij de ontwikkeling en implementatie van digitaal lesmateriaal in het onderwijs. De respondenten hebben moeite om aan te geven welke uitgeverijen vooroplopen en welke juist achterblijven. De weg naar het digitale klaslokaal kent dus nog vele hobbels. Producenten van hardware innoveren snel. Bestuurders en schoolleiders proberen een visie te ontwikkelen over de implementatie van moderne devices in de klas, maar hebben geen duidelijk beeld van welke leermiddelen er binnen nu en vijf jaar beschikbaar zullen zijn voor deze devices.
20