Stichting Sociaal Fonds voor de Kennissector. te 's Gravenhage. Financieel jaarverslag 2011

Stichting Sociaal Fonds voor de Kennissector te 's Gravenhage

Financieel jaarverslag 2011

Vastgesteld door het stichtingsbestuur : 31 mei 2012

Stichting Sociaal Fonds voor de Kennissector

Inhoudsopgave

Pagina

Bestuursverslag

3

Jaarrekening

1.

Balans

10

2.

Staat van baten en lasten

11

3.

Grondslagen voor de waardering van activa en passiva en de resultaatbepaling

12

4.

Toelichting op de balans

14

5.

Toelichting op de staat van baten en lasten

17

Bijlage 1 : Projectoverzicht

20

Bijlage 2 : Subsidieoverzicht

23

Overige gegevens

24

-

Voorstel verwerking exploitatiesaldo Gebeurtenissen na balansdatum Controleverklaring

Financieel jaarverslag SoFoKleS 2011

2


Bestuursverslag

Algemeen Stichting SoFoKleS is het Sociaal Fonds voor de Kennissector. Deze sector bestaat uit de universitair medische centra, universiteiten en onderzoekinstellingen. Vanuit een gezamenlijke visie van werkgevers en werknemers stimuleert het fonds activiteiten op het gebied van een aantrekkelijke arbeidsmarkt, met aandacht voor loopbaanbeleid en mobiliteit, nieuwe arbeidsverhoudingen en goede arbeidsomstandigheden. De doelgroep is het personeel dat in dienst is bij de veertien universiteiten, de acht universitair medische centra, de NWOonderzoekinstellingen en de Koninklijke Bibliotheek. SoFoKleS ontwikkelt en ondersteunt projecten met een initiërende of agenderende strekking, projecten die een vernieuwend effect hebben op de sector. De stichting bevordert onderlinge afstemming en brengt de nodige samenhang tot stand in projecten. Om haar betekenis voor het veld te versterken heeft SoFoKleS een netwerkfunctie. Zo draagt de stichting bij aan een gezamenlijke, instellingsoverstijgende inzet ten behoeve van het arbeidsmarkt en HRM-beleid. SoFoKleS stimuleert kennisinventarisatie, kennisveredeling en kennisverspreiding. Dat laatste doet de stichting via de website www.sofokles.nl. Op deze site worden onder andere rapporten en uitgebrachte publicaties integraal verspreid. Voor de sector Wetenschappelijk Onderwijs wordt een digitale nieuwsbrief uitgebracht. Ook organiseert het fonds (al dan niet in samenwerking met andere organisaties) conferenties. In het bestuur van SoFoKleS zijn zowel werkgevers- als werknemersorganisaties vertegenwoordigd. Sectorspecifieke aangelegenheden worden behandeld in de Kamer WO en de Kamer UMC.

Activiteiten in 2011 Algemene projecten Uit algemene middelen zijn in 2011 de Postdoc Career Development Initiative (PCDI) projecten gefinancierd. PCDI is vier jaar geleden opgericht om (bijna) gepromoveerde onderzoekers in de Life Sciences and Health te ondersteunen in hun carrière. Hiertoe werden Postdoc Retreats, workshops en bedrijfsbezoeken georganiseerd. In februari 2011 is wederom een retreat georganiseerd waaraan 100 personen hebben deelgenomen die in aanmerking kwamen voor een SoFoKleS subsidie. Ook wordt gewerkt aan een communicatiestrategie om leidinggevenden van postdocs en promovendi bewust te maken van de noodzaak van persoonlijke ontwikkeling van deze groep. Daarmee wordt ook beoogd de deelname van deze doelgroep minder afhankelijk te maken van de SoFoKleS-subsidie. In 2012 volgt nog een retreat die door SoFoKleS wordt ondersteund. Verder is op initiatief van de drie technische universiteiten en de bètafaculteit van de Universiteit van Amsterdam met steun van SoFoKleS een pilot uitgevoerd. Met succes is de werkwijze van de Life Science Postdoc Retreats omgezet naar een aanpak en procedure (format) voor Beta Postdoc Retreats. In oktober heeft een retreat voor jonge beta onderzoekers plaatsgevonden. Kamer UMC Het jaar 2011 stond voor de Kamer UMC vooral in het teken van de projecten Idealoog en de Arbocatalogus. • Idealoog De uitvoering van het project Idealoog dat in de acht universitair medische centra bijdraagt aan duurzame inzetbaarheid door volwaardige arbeidsrelaties te stimuleren is in 2011 voortgezet; een aantal projecten is afgerond. In de UMC’s gaat het om meer dan 70 projecten. Het merendeel van deze projecten is /wordt uitgevoerd door de UMC’s zelf. Ook zijn projecten uitgevoerd door de werknemersorganisaties. Centrale projecten Binnen Idealoog zijn vijf centrale projecten die worden gefinancierd door het ministerie van VWS. Een daarvan, een Idealoog-conferentie, is gerealiseerd in 2010.


3

Stichting Sociaal Fonds voor de Kennissector 1. Wetenschappelijk onderzoek In 2009 is door de Universiteit van Amsterdam een longitudinaal onderzoek gestart om inzicht te verschaffen in de ontwikkeling van een volwaardige arbeidsrelatie en de mate waarin de dialoog wordt gevoerd in de acht UMC’s. In november 2010 is een vervolgmeting gehouden; in 2011 is deze herhaald. 2. Communicatie en bewustwording Doel van dit project is om de communicatie over het gedachtegoed van Idealoog te ondersteunen en de 65.000 medewerkers van de UMC’s centraal dan wel decentraal te ondersteunen in het belang van de volwaardige arbeidsrelatie. Ook in 2011 hebben UMC’s gebruik gemaakt van het specifieke budget dat hiervoor beschikbaar was. 3. Werkvermogen Het tweede centraal project dat in 2011 is afgerond. Een dialooginstrument is ontwikkeld. Op de website www.haaljeallesuitjezelf.nl kunnen de medewerkers van de UMC’s via een simpele vragenlijst over zichzelf, de dialoog met hun leidinggevende voorbereiden. 4. Innovatieversneller Doel van dit project is om de beoogde cultuuromslag een push te geven door: lerende netwerken waaraan alle UMC’s deelnemen; de netwerken zijn in 2011 afgerond toepassing van elders beschikbare innovatietools (de reizende dialoogmarkt) ondersteuning van betrokkenen binnen UMC’s door het aanbieden van een coachingstraject facilitering gericht op versterking van de uitwisseling tussen de UMC’s Nationale DenkTank 2011 De Stichting Nationale Denktank is een non-profit organisatie die een bijdrage wil leveren aan het doorbreken van de kennisverzuiling tussen de academische onderzoekswereld. Door het inzetten van zeer talentvolle studenten, pas afgestudeerden en promovendi worden jaarlijks drie of vier partners gekozen die een onderzoeksvraag hebben binnen het dan geldende thema. In 2011 was het thema van De Nationale Denktank: Het werken van de toekomst. SoFoKleS Kamer WO en Kamer UMC waren in 2011 allebei partner van de Nationale DenkTank. De vraag vanuit Kamer UMC luidde: ‘Hoe kan een cultuuromslag worden gerealiseerd zodat het gedachtegoed rond het project ‘Dialoog’ (het vervolg op Idealoog) en gebruik van het ‘persoonlijke budget’ voor ontwikkeling bij de 65.000 medewerkers in de praktijk wordt gebracht?’. Publicatie voor 65.000 medewerkers Om het gedachtegoed van Idealoog extra onder de aandacht te brengen en vooruit te kijken naar de vernieuwingsagenda is er voor alle UMC- medewerkers een publicatie uitgebracht, samen met de korte versie van de CAO 2011-2013. • Arbocatalogus De kosten voor de totstandkoming van de arbocatalogus UMC’s worden deels bekostigd door de Kamer UMC. De sociale partners hebben gekozen voor een digitale arbocatalogus: www.dokterhoe.nl, een gebruiksvriendelijke en toegankelijke website gericht op medewerkers, leidinggevenden en arbospecialisten. Inmiddels zijn de volgende onderwerpen uitgewerkt: fysieke belasting, cytostatica, RI&E, Inhalatieanesthetica , fysieke belasting KANS/RSI, gevaarlijke stoffen en huidbelasting. In 2011 zijn de twee onderwerpen MRI en agressie & geweld afgerond. Ter toetsing zijn zwangerschap & arbeid en infectiepreventie aangeboden aan de Arbeidsinspectie.

Kamer WO Conform het Cao-akkoord Nederlandse Universiteiten van december 2010 lag de focus van de Kamer WO in 2011 op de thema’s loopbaanbeleid & mobiliteit en medezeggenschap. • Loopbaanbeleid en mobiliteit Mobiliteit op de arbeidsmarkt is een gedeelde verantwoordelijkheid van werkgever en werknemer. Actief loopbaanbeleid versterkt de medewerkers in hun arbeidsmarktpositie, zowel in de universitaire wereld als daarbuiten. Goed loopbaanbeleid draagt bij aan de (internationale) aantrekkingskracht van de universiteit als werkgever. Basisvoorwaarde is dat alle leidinggevenden en medewerkers regelmatig serieuze gesprekken met elkaar voeren waarin de loopbaan centraal staat. Universiteiten ontwikkelen hiertoe instrumenten en werkwijzen waar medewerkers en leidinggevende actief gebruik van maken. Wil loopbaanbeleid succesvol zijn, dan zal het in de praktijk gebracht moeten worden. In het Cao-akkoord spraken de sociale partners af te onderzoeken: welke instrumenten bijdragen aan loopbaangesprekken welk gedrag loopbaangesprekken bevordert en hoe het wordt gestimuleerd in hoeverre een cultuuromslag om een verandering in regelgeving vraagt of er regelingen zijn die het nemen van verantwoordelijkheid belemmeren hoe de cao maatwerk kan faciliteren


4

Stichting Sociaal Fonds voor de Kennissector Naar aanleiding van deze afspraken is in september 2011 een Call for Proposals uitgezet. De Kamer WO wil samen met de universitaire gemeenschap aan de slag met de verbetering van loopbaan- en mobiliteitsbeleid van de sector WO (wetenschappelijk onderwijs). Deze Call for proposals moet innovatieve voorstellen opleveren die bijdragen aan oplossingen voor dit vraagstuk. Hierbij gaat het nadrukkelijk om vernieuwende ideeën, instrumenten en (organisatie- en werk)processen, dan wel projecten die nieuwe inzichten opleveren. • Medezeggenschap Samen met de TU Eindhoven heeft de Kamer WO op 24 mei 2011 een landelijk congres georganiseerd over medezeggenschap voor bestuurders, directeuren HRM en vertegenwoordigers van medezeggenschapsorganen en van het lokale overleg. Na dit congres is de Kamer WO aan de slag gegaan met de uitvoering van het verdiepende vervolgtraject. Er is een Adviescollege in het leven geroepen. Het doel van het Adviescollege is het ontwikkelen van voorstellen/suggesties om medezeggenschap bij universiteiten te vernieuwen en doelmatiger te laten functioneren, waarbij de thema's structuur, inhoud en representativiteit centraal staan. Daarnaast vinden op universiteiten experimenten en vervolgbijeenkomsten plaats. • Nationale DenkTank 2011 Ook de Kamer WO was partner bij de Nationale DenkTank 2011. De Kamer WO heeft als hoofdvraag voorgelegd: Hoe kan het ‘werken van de toekomst’ bijdragen aan het verhogen van employability van wetenschappelijk personeel’, zowel binnen als buiten de universitaire organisatie? Interessante oplossingen voor zowel de UMC’s als de universiteiten worden gegeven in het eindrapport: Maak werk van de toekomst.

Project Onderzoekinstellingen • Draagvlakbijeenkomsten levensfaseverlof OI Op basis van een studie zijn de Cao-OI betrokken partijen het in principe eens over een levensfaseverlof; een (gedeeltelijk) betaalde verlofvorm voor levensfase gerelateerde doeleinden. Over de inhoud, de regeling zelf, moeten partijen het tijdens de Cao-onderhandelingen eens worden. Hieraan voorafgaand hebben de Cao-partijen voorjaar 2011 een zestal gezamenlijke bijeenkomsten per werkgever georganiseerd voor medewerkers om het voorgestelde levensfaseverlof toe te lichten en het draagvlak voor het principe te peilen en eventueel te versterken.

Samenstelling bestuur en kamers De bestuurssamenstelling per 31 december 2011 is als volgt. Bestuursleden Werknemersvertegenwoordigers Dhr. J. Boersma (Abvakabo FNV), voorzitter Mw. J. van den Doel (CNV Publieke Zaak) Mw. mr. B. Sprokholt (AC/FBZ) Mw. mr. J.L. Waayenberg (CMHF) Werkgeversvertegenwoordigers Dhr. mr. D.A. Kramer (NFU), secretaris / penningmeester Dhr. mr. J. Lensen (WVOI) Dhr. drs. H.D. Levie (VSNU)

Kamer WO Werknemersvertegenwoordigers Mw. S. Marsman (CNV Publieke Zaak), tot 24 november 2011 dhr. M. van Gessel Mw. mr. J.L. Waayenberg (CMHF) Dhr. J. Boersma (Abvakabo FNV) Werkgeversvertegenwoordigers Mw. drs. A.R. de Heer (Vrije Universiteit Amsterdam/VSNU) Dhr. drs. H.D. Levie (VSNU)


5

Stichting Sociaal Fonds voor de Kennissector Kamer UMC Werknemersvertegenwoordigers Dhr. G.J.M. Boggia (ABVAKABO FNV) Mw. mr. B Sprokholt (AC/FBZ) Dhr. R. de Wilde (CMHF) Werkgeversvertegenwoordigers Dhr. mr. D. Kramer (NFU) Mw. drs. Y.A. Schaeffer (VUmc) Het ambtelijk secretariaat wordt gevoerd door mevrouw S. Kramer

Ondersteuning bestuur Het bestuur wordt ondersteund door een ambtelijk secretaris van het CAOP. Deze ambtelijk secretaris verzorgt naast de bestuursondersteuning ook voor beheer van de projecten van SoFoKleS. Indien noodzakelijk wordt er beleids- of projectondersteuning ingehuurd bij het CAOP. Het financieel beheer van de stichting wordt gevoerd door de afdeling F&C van het CAOP.

Subsidievoorwaarden SoFoKleS ontvangt een projectsubsidie van het ministerie van VWS voor de uitvoering van een deel van het project ‘Idealoog’. De voorwaarden met betrekking tot deze subsidie zijn dat de verstrekte middelen alleen ten behoeve van het project ingezet mogen worden. De subsidie is verstrekt tot en met 1 mei 2013. Een eventuele onderbesteding van de subsidie dient te worden terug gestort aan de subsidieverstrekker.

Middelen SoFoKleS financiert haar activiteiten met de ontvangen arbeidsmarktmiddelen alsmede de algemene en bestemmingsreserves. In de lumpsum van de universiteiten en de onderzoekinstellingen is jaarlijks een bedrag opgenomen dat is bestemd voor het arbeidsmarkten ontwikkelingsfonds van de sector. Bij de universiteiten wordt het totaalbedrag van de arbeidsmarktmiddelen conform een verdeelsleutel overgemaakt aan SoFoKleS. Voor de UMC’s wordt het totaalbedrag voor de arbeidsmarktmiddelen over de acht huizen omgeslagen. De algemene reserve bedraagt ultimo 2011, k€ 702. Bestemmingsreserves WO, UMC’s en OI bedragen ultimo 2011 respectievelijk k€ 483, k€ 8.115 en k€ 39.

Verantwoordingscyclus Elk jaar stelt de stichting een beleidsplan met begroting op. Met het inhoudelijk en financieel jaarverslag legt de stichting verantwoording af over het gevoerde beleid. Met het inhoudelijk jaarverslag legt het inhoudelijke verantwoording af, met het financieel jaarverslag een financiële verantwoording.

Exploitatie De totale kosten, inclusief aangegane verplichtingen, van de projecten bedroegen in 2011 k€ 1.088. De bedrijfskosten bedroegen k€ 347. De uitgaven worden gedekt door de algemene en de ontvangen arbeidsmarktmiddelen van de stichting. Het gerealiseerde exploitatiesaldo is k€ 2.908 hoger dan begroot. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door de lagere projectkosten (k€ 2.581) dan begroot. De oorzaak van de lagere projectkosten wordt veroorzaakt doordat van de beschikbare middelen budgetten zijn gereserveerd voor projecten welke pas in 2012 tot een verplichting en dus last zullen leiden. Het exploitatiesaldo wordt toegevoegd aan de algemene en bestemmingsreserves.


6

Stichting Sociaal Fonds voor de Kennissector Risico’s Met betrekking tot prijsrisico’s, kredietrisico’s, marktrisico’s en liquiditeitsrisico’s kan worden opgemerkt dat deze niet aan de orde zijn. Inherent aan de hoogte van de algemene reserve, de bestemmingsreserves en het uitgavenpatroon van de afgelopen jaren is dat de continuïteitsveronderstelling zich niet beperkt tot een bepaalde periode. De mogelijke risico’s van SoFoKleS zijn in kaart gebracht. Er is voldoende financiering beschikbaar om de komende jaren de statutaire doelstellingen uit te voeren.

Toekomst De Kamer WO en de Kamer UMC hebben voor 2012 een jaarplan opgesteld. Kamer UMC 1. Dialoog De kern van de activiteiten van de Kamer UMC in 2012 vormt het project Dialoog, het vervolg op Idealoog. Bij Dialoog ligt de nadruk op de implementatie van het gedachtegoed van de volwaardige arbeidsverhoudingen. Uitgangspunt hiervoor vormt de vernieuwingsagenda zoals afgesproken in de CAO 2011 -2013. Voor de UMC’s is budget gereserveerd voor 2011, 2012 en 2013. De uitvoering vindt plaats in 2012 en 2013. Het budget is als volgt verdeeld: Drie centrale projecten die in de vernieuwingsagenda worden genoemd, namelijk: coaching van leidinggevenden, ontwikkeling in jaargesprek en gezondheidsmanagement. Twee landelijke pilots: loopbaanontwikkeling en individueel roosteren. Op lokaal niveau wordt er ruimte geboden om pilots plaats te laten vinden met betrekking tot verdergaande flexibilisering van werk, werktijden en werkplek, waarbij ook gestuurd kan worden op output. Twee studies naar de vereenvoudiging van hoofdstuk 15 van de CAO (medisch specialisten) en de mogelijkheid van een koppeling tussen opleidingsbudget en persoonlijk budget. Een derde studie heeft betrekking op de Nationale Denktank 2011. Samen met de UMC’s kan uitvoering worden gegeven aan de aanbevelingen in het eindrapport ‘Werken van de Toekomst’. Ook is voor de werknemersorganisaties budget beschikbaar in 2012 en 2013 voor eigen projecten die passen binnen de drie centrale projecten. 2. Afronding Idealoog In het kader van Idealoog wordt het gros van de toegekende projecten van de UMC’s in het voorjaar 2012 afgerond en afgerekend. De resterende drie centrale projecten worden in 2012 gecontinueerd en zoveel mogelijk afgerond. Wetenschappelijk onderzoek De resultaten van de derde meting eind 2011 worden door de Universiteit van Amsterdam bekend gemaakt. Communicatie en bewustwording Onder andere gaat het om initiatieven om de relatie arts-assistenten in opleiding tot specialist en opleiders onder de aandacht te brengen. De innovatieversneller De volgende activiteiten worden afgerond: Toolkit met best practices Idealoog. De opgedane kennis in de Idealoogprojecten wordt ontsloten voor de aanpak van de vernieuwingsagenda. Handleiding individueel roosteren. 3. Arbocatalogus Op 23 maart 2012 vindt het congres ‘Gezond werken, gezond leren’ plaats. De reden is dat gezondheid en duurzame inzetbaarheid in de vernieuwingsagenda een belangrijke plaats hebben. Bovendien is de arbocatalogus (dokterhoe) recent flink aangevuld en toegankelijker gemaakt. Ook zullen in 2012 nog activiteiten worden verricht voor dokter hoe. Zo is in overleg met de zorgverzekeraar UMC Zorg (UVIT) begonnen met het realiseren van een koppeling met Medicinfo. 4. Communicatie pensioenovergang Budget is beschikbaar voor de hele communicatievoorziening omtrent de pensioenovergang van ABP naar PFZW. Deze communicatie wordt centraal geregisseerd.


7

Stichting Sociaal Fonds voor de Kennissector 5. Diversiteit Om goede initiatieven op het gebied van diversiteit te stimuleren is geld beschikbaar gesteld. UMC’s kunnen tot 1 april 2012 een plan indienen. Kamer WO Het jaar 2012 zal voor de Kamer WO vooral in het teken staan van het verder uitvoering geven aan de Cao- thema’s loopbaanbeleid & mobiliteit en medezeggenschap. 1. Loopbaanbeleid en mobiliteit Met projectbudget uit 2011, 2012 en 2013 heeft de Kamer WO voor de Call for Proposals 1 miljoen euro gereserveerd tot 2014. Er geldt een maximumsubsidie van € 50.000 (ex BTW) voor een project van één universiteit en € 100.000 wanneer meerdere universiteiten betrokken zijn. Ook geldt een cofinancieringseis van 50%. Het is nadrukkelijk de bedoeling dat de innovatie uit de sector zelf komt. De directeuren HR van de universiteiten hebben een actieve rol in de procedure. Overige lopende projecten binnen dit thema: Leiderschap de baas zijn In 2011 is een conferentie georganiseerd voor leidinggevenden van het ondersteunend personeel (OBP) van universiteiten. De uitvoering was in handen van Universiteit Utrecht, TU Delft en de Radboud Universiteit in samenwerking met de Kamer WO. In vervolg op deze conferentie wordt een Lagerhuisdebat georganiseerd over o.a. employability, duurzame arbeidsrelaties en flexibel organiseren. Het debat vindt plaats in februari 2012. Nationale DenkTank 2011 In het eindrapport ‘Maak werk van de toekomst’ doet de Nationale DenkTank diverse aanbevelingen die samen met de universiteiten in 2012 kunnen worden uitgevoerd. Loopbaanontwikkeling en doorstroom voor promovendi en postdocs zijn te bevorderen met carrièredagen en workshops voor het leren van nieuwe vaardigheden, voor ook buiten de wetenschap. Daarnaast kunnen universiteiten bijvoorbeeld mogelijkheden scheppen voor het opbouwen van netwerken. Leren 2.0 Voor de ontwikkeling van de loopbaanmogelijkheden is het belangrijk dat medewerkers deelnemen aan trainingen en opleidingen. TU Delft constateert dat er echter een drempel is voor deelname aan meerdaagse opleidingen, vooral voor medewerkers met jonge gezinnen. Er is behoefte aan een flexibel in te plannen aanbod dat (voor een deel) plaatsonafhankelijk kan worden gevolgd en te combineren is met een drukke werken privéagenda. Met een pilottraining voor startende leidinggevenden wil de TU Delft experimenteren met een combinatie van klassikale en digitale werkvormen (blended learning). Er werken meerdere universiteiten mee aan de pilot die is gestart in 2011. In juni 2012 worden de uitkomsten verwacht. 2. Heroverweging medezeggenschap Het Adviescollege dat is opgericht bestaat uit een bestuurlijke/werkgeversvertegenwoordiging, een vertegenwoordiging van werknemersorganisaties en medezeggenschappers van de universiteiten. In vier sessies (2011/2012) wordt aan een advies gewerkt. Parallel aan deze sessies vinden pilots en bijeenkomsten plaats op een aantal universiteiten. De uitkomsten hiervan worden ook meegenomen in het advies. Het LOVUM (bestaande uit Medezeggenschap voorzitters en griffiers van alle universiteiten) is betrokken in het proces. 3. Stichting van het Onderwijs De Stichting van het Onderwijs biedt een platform aan werkgevers en werknemers in het onderwijs. Voor 2012, 2013 en 2014 worden de activiteiten van deze stichting gefinancierd door de sectorfondsen dan wel Cao-tafels van de afzonderlijke onderwijssectoren. De Kamer WO neemt het deel voor de sector WO voor haar rekening. De Kamer WO wil hiermee centrale thema’s in het onderwijsveld aanpakken en positieve impulsen geven. 4. Communicatie Effectieve communicatie draagt niet alleen bij aan de positionering van de Kamer WO maar ook aan het behalen van de gestelde doelen van het fonds. Door middel van o.a. bijeenkomsten, digitale nieuwsbrieven en de (gezamenlijke) website wordt gewerkt aan het: zichtbaar maken van de meerwaarde van het fonds, de bestuursleden/partijen en de benoemde thema’s voor de sector WO stimuleren van kennisinventarisatie, kennisveredeling en kennisverspreiding van activiteiten, opbrengsten, best practises. helder krijgen en delen van uitdagingen en oplossingen van de sector WO op het gebied van loopbaanbeleid & mobiliteit en medezeggenschap.


8

Stichting Sociaal Fonds voor de Kennissector In 2012 wordt de digitale nieuwsbrief geëvalueerd. Voor 2012 is een begroting opgesteld. In de begroting zijn de programmakosten geschat op k€ 2.232 (exclusief het budget voor nader te bepalen projecten). De begrote bedrijfskosten bedragen k€ 341. Deze kosten worden gefinancierd door de te ontvangen arbeidsmarktmiddelen, k€ 3.470, de VWS-subsidie voor ‘Iedaloog’ (k€ 112), ESF-opbrengsten (k€ 25) en eventueel de algemene en bestemmingsreserves welke per 1 januari 2012 in totaal k€ 9.339 bedragen. De rentebaten zijn op k€ 40 begroot.

Den Haag, 31 mei 2012

Bestuur van Stichting SoFoKleS

mr. D.A. Kramer

J. Boersma

J. van den Doel

J. Lensen

drs. H.D. Levie

mr. B. Sprokholt

mr. J.L. Waayenberg


9


1

Balans

Balans per 31 december 2011 na verwerking exploitatiesaldo

nr.

31-12-2011

31-12-2010

k€

k€

Activa

Kortlopende vorderingen

1

219

270

Liquide middelen

2

11.464

10.030

11.683

10.300

Totaal activa

Passiva

Eigen vermogen

3

9.339

6.416

Kortlopende schulden

4

2.344

3.884

11.683

10.300

Totaal passiva


10


2

Staat van baten en lasten

nr.

Realisatie

Begroting

Realisatie

2011

2011

2010

k€

k€

k€

Netto-omzet

6

Omzet (subsidies en bijdragen)

7

4.220

4.022

4.015

Directe projectkosten

8

1.088 -

3.669 -

2.902 -

3.132

Netto-omzet

Bedrijfskosten

Overige bedrijfskosten

Bedrijfsresultaat

Rente en incidentele resultaten

Exploitatiesaldo


353

1.113

9

347 -

2.785

138 +

2.923

353 -

0

15 +

15

315 -

798

55 +

853

11


3

Grondslagen voor de waardering van activa en passiva en de resultaatbepaling

De stichting De Stichting Sociaal Fonds voor de Kennissector (SoFoKleS) is opgericht per 9 juni 1994 als stichting A&O fonds WO/AZ/OI. Vanaf 6 juni 1996 is de naam aangepast in SoFoKleS. De stichting is statutair gevestigd te 's Gravenhage. De stichting heeft ten doel een bijdrage te leveren aan het verbeteren van de werking van de arbeidsmarkten van de universiteiten, universitair medische centra en onderzoekinstellingen in het bijzonder, en daarmee bij te dragen aan het verbeteren van de werking van de arbeidsmarkt van de sector onderwijs en zorg in het algemeen. De stichting tracht haar doel te bereiken door het subsidiëren van arbeidsmarkt-, opleidings- en werkgelegenheidsprojecten. De activiteiten hiervan zijn o.a. gericht op behoud, bevordering en verbetering van werkgelegenheid, arbeidsomstandigheden, mobiliteit, loopbaanbevordering, scholing, deskundigheidsbevordering, wachtgeldreductie, vacature-uitwisselingssystemen en seniorenbeleid. Daarnaast organiseert de stichting conferenties en themadagen.

Algemeen Bij het opstellen van het financieel jaarverslag zijn de grondslagen van de Richtlijn voor de jaarverslaggeving 640 “Organisaties zonder winststreven” gevolgd. Als vergelijkende cijfers zijn de cijfers van de begroting 2011 (vastgesteld door het bestuur d.d. 15 december 2010), alsmede de cijfers van vorig boekjaar opgenomen. De vergelijkende cijfers zijn, waar dat voor vergelijking noodzakelijk of wenselijk is, aangepast aan de opzet van 2011. Voor zover niet anders is vermeld, worden activa en passiva opgenomen tegen nominale waarde. Een actief wordt in de balans opgenomen wanneer het waarschijnlijk is dat de toekomstige economische voordelen ervan naar de onderneming zullen toevloeien en de waarde daarvan betrouwbaar kan worden vastgesteld. Een verplichting wordt in de balans opgenomen wanneer het waarschijnlijk is dat de afwikkeling daarvan gepaard zal gaan met een uitstroom van middelen die economische voordelen in zich bergen en de omvang van het bedrag daarvan betrouwbaar kan worden vastgesteld. Baten worden in de winst-en-verliesrekening opgenomen wanneer een vermeerdering van het economisch potentieel, samenhangend met een vermeerdering van een actief of een vermindering van een verplichting, heeft plaatsgevonden, waarvan de omvang betrouwbaar kan worden vastgesteld. Lasten worden verwerkt wanneer een vermindering van het economisch potentieel, samenhangend met een vermindering van een actief of een vermeerdering van een verplichting, heeft plaatsgevonden, waarvan de omvang betrouwbaar kan worden vastgesteld. Indien een transactie ertoe leidt dat nagenoeg alle of alle toekomstige economische voordelen en alle of nagenoeg alle risico’s met betrekking tot een actief of verplichting aan een derde zijn overgedragen, wordt het actief of de verplichting niet langer in de balans opgenomen. Verder worden activa en verplichtingen niet meer in de balans opgenomen vanaf het tijdstip waarop niet meer wordt voldaan aan de voorwaarden van waarschijnlijkheid van de toekomstige economische voordelen en/of betrouwbaarheid van de bepaling van de waarde. De baten en lasten worden toegerekend aan de periode waarop zij betrekking hebben. De jaarrekening wordt gepresenteerd in euro’s, de functionele valuta van de stichting. Alle financiële informatie in euro’s is afgerond op het dichtstbijzijnde duizendtal. Gebruik van schattingen De opstelling van de jaarrekening vereist dat het bestuur zich oordelen vormt en schattingen en veronderstellingen maakt die van invloed zijn op de toepassing van grondslagen en de gerapporteerde waarde van activa en verplichtingen, en van baten en lasten. De daadwerkelijke uitkomsten kunnen afwijken van deze schattingen. De schattingen en onderliggende veronderstellingen worden voortdurend beoordeeld. Herzieningen van schattingen worden opgenomen in de periode waarin de schatting wordt herzien en in toekomstige perioden waarvoor de herziening gevolgen heeft.


12

Stichting Sociaal Fonds voor de Kennissector Financiële instrumenten Financiële instrumenten omvatten debiteuren, overige vorderingen, geldmiddelen, projecttoekenningen, crediteuren en overige te betalen posten. Financiële instrumenten worden bij de eerste opname verwerkt tegen reële waarde, zijnde de contante waarde van toekomstige kasstromen. Indien instrumenten niet zijn gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst-en-verliesrekening maken eventuele direct toerekenbare transactiekosten deel uit van de eerste waardering. Na de eerste opname worden financiële instrumenten op de hierna beschreven manier gewaardeerd. Vorderingen Vorderingen worden gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieverentemethode, verminderd met bijzondere waardeverminderingverliezen. Kortlopende schulden Kortlopende schulden worden tegen geamortiseerde kostprijs gewaardeerd op basis van de effectieverentemethode. Eigen vermogen Algemene reserve De algemene reserve is het gedeelte van het eigen vermogen waarover de stichting zonder belemmering door wettelijke of statutaire bepalingen kan beschikken voor het doel waarvoor de stichting is opgericht. Bestemmingsreserve Een bestemmingsreserve is het gedeelte van het eigen vermogen waaraan een beperktere bestedingsmogelijkheid is gegeven dan gezien de doelstelling van de stichting is toegestaan en deze beperking door het bestuur is aangebracht.

Netto-omzet De netto-omzet is het verschil tussen de door financiers toegekende subsidies en bijdragen en de directe projectkosten.

Omzet Algemeen De stichting krijgt een projectsubsidies toegekend van het ministerie van VWS, en ontvangt arbeidsmarktmiddelen van de instellingen binnen de sectoren waar SoFoKleS haar activiteiten voor verricht. Daarnaast ontvangt de stichting onder andere bijdragen van deelnemers aan ESF subsidieaanvragen. Onder omzet in de toelichting op de staat van baten en lasten zijn de van toepassing zijnde subsidievoorwaarden, de status van de afrekening van de subsidie, de inhoud van de evenementen en de aard van eventuele overige opbrengsten nader toegelicht. Opbrengsten ESF individuele aanvragen Bijdragen van deelnemende instellingen aan de ESF subsidieregelingen worden verantwoord als omzet zodra de ondersteuning heeft plaatsgevonden.

Directe projectkosten De directe projectkosten zijn de voor de projecten gemaakte kosten, inclusief de aan de projecten toegerekende kosten voor ondersteuning. Projecttoekenningen De projecttoekenningen worden verantwoord in het jaar waarin zij toegekend zijn aan derden. Vrijval bij afrekening projecten De vrijval is het gevolg van een lagere eindafrekening bij afronding van projecten of het in het geheel niet doorgaan van projecten. De vrijval komt ten gunste van het jaar waarin de eindafrekening plaatsvindt.


13


4

Toelichting op de balans

1. Vorderingen

Debiteuren

31-12-2011

31-12-2010

k€

k€

96

Nog te vorderen inzake ESF-ondersteuning Nog te ontvangen rente Overige vorderingen

-

6

4

100

42

15

23

2

1

Vooruitbetaalde kosten Nog te ontvangen bijdragen

-

200

Totaal vorderingen

219

270

Alle vorderingen hebben een looptijd korter dan 1 jaar. De debiteuren betreffen de bijdragen van de UMC’s inzake de ondersteuning van de brancheaanvraag ESF/Arbo+. De post ‘nog te vorderen inzake ESF-ondersteuning’ bestaat uit de nog te ontvangen bijdragen van instellingen inzake de gemaakte kosten tot en met 2011 door SoFoKleS met betrekking tot het indienen van een ESF-aanvraag. Deze afrekeningen worden in 2012 verstuurd. De overige vorderingen betreffen de vrijvallende middelen met betrekking tot afgerekende projecten. Deze middelen zijn in 2012 ontvangen. De vooruitbetaalde kosten heeft betrekking op de verzekeringskosten 2012.

2. Liquide middelen De liquide middelen zijn terstond opeisbaar.


14


3. Eigen vermogen 2011

2010

k€

k€

Algemene reserve Saldo per 1 januari

727

825

Exploitatiesaldo

(25)

(98)

Saldo per 31 december

702

727

Saldo per 1 januari

300

161

Exploitatiesaldo

183

139


483

300

Saldo per 1 januari

5.389

4.577

Exploitatiesaldo

2.726

812


8.115

5.389

Bestemmingsreserve WO

Bestemmingsreserve UMC's

Bestemmingsreserve OI Saldo per 1 januari

-

-

Exploitatiesaldo

39

-


39

-

9.339

6.416

Totaal

Het bestuur heeft besloten dat een bedrag van k€ 700 (met een ondergrens van k€ 500) zal worden aangehouden als algemene reserve voor het opvangen van een bedrijfsrisico ingeval de subsidiebedragen (gedeeltelijke) komen te vervallen. Vanaf 2007 is er geen subsidierelatie meer met het ministerie van OCW. Hierdoor zijn niet bestede middelen niet meer terugvorderbaar door de subsidieverstrekkers. Niet bestede middelen worden dan ook toegevoegd aan de bestemmingsreserve ten behoeve van de kamer waarvoor zij zijn toegekend. Evenzogoed worden hogere bestedingen verrekend met de bestemmingsreserve van de betreffende kamer.

4. Kortlopende schulden

Projectverplichtingen

31-12-2011

31-12-2010

k€

k€

2.202

2.945

Crediteuren

78

24

Nog te ontvangen facturen

64

189

Uit te keren ESF-middelen

-

726

Totaal kortlopende schulden


2.344

3.884

15

Stichting Sociaal Fonds voor de Kennissector De projectverplichtingen betreffen de restverplichtingen van de toegekende subsidies voor projecten, die bij afrekening zullen worden uitbetaald. De nog te ontvangen facturen hebben betrekking op de factuur met betrekking tot de afrekening van het CAOP over 2011 en de nog te ontvangen nota van de accountant. De uit te keren ESF-middelen betrof ontvangen voorschotten van het Agentschap van het ministerie van SZW. Deze bedragen zijn bij afrekening van de betreffende ESF-projecten verrekend met de aanvragende instellingen.

5. Niet uit de balans blijkende rechten en verplichtingen

ESF-subsidies Voor een aantal projecten zijn ESF-subsidies beschikbaar gesteld door het Agentschap SZW. SoFoKleS loopt als formele aanvrager in principe financieel risico, ondanks het feit dat het fonds slechts een intermediaire rol vervult. In de contracten met de betreffende instellingen, die de subsidies feitelijk genieten, wordt dit risico echter afgewenteld op deze instellingen.

Contract CAOP Met het CAOP is een contract afgesloten waarin is overeengekomen dat het CAOP zorg draagt voor de bestuurs- en beleidsondersteuning, de projectondersteuning, alsmede het financieel beheer van de Stichting. De overeenkomst is gesloten voor de periode 1 januari 2009 tot en met 31 december 2011 en is inmiddels verlengd tot 1 januari 2015. De hiermee gepaard gaande kosten zijn afhankelijk van de mate waarin er gebruik wordt gemaakt van de projectondersteuning. De verwachting is dat de kosten k€ 360 bedragen.


16


5

Toelichting op de staat van baten en lasten

6. Netto-omzet Realisatie

Begroting

Realisatie

2011

2011

2010

k€

k€

k€

Omzet (subsidies en bijdragen)

4.220

4.022

4.015


1.088 -

3.669 -

2.902 -

Netto-omzet

3.132

353

1.114

7. Omzet (subsidies en bijdragen) Realisatie

Begroting

Realisatie

2011

2011

2010

k€

k€

k€

Arbeidsmarktmiddelen Sector Universiteiten

612

600

605

2.809

2.809

2.809

Sector Onderzoeksinstellingen

51

51

51

Totaal arbeidsmarktmiddelen

3.472

3.460

3.465

Subsidie ministerie van VWS - Idealoog

537

537

537

Subsidie ministerie van SZW - Arbocatalogus

-

-

Opbrensten Arbo+ESF

209

-

Sector UMC's

Opbrengsten Bureau ESF Totaal omzet

10 -

2

25

3

4.220

4.022

4.015

Een uitgebreid overzicht waarin de omzet (subsidies en bijdragen) is gesplitst naar kamer (sector) en naar subsidieverstrekker is in bijlage 2 opgenomen. Hierin wordt ook zichtbaar wat de uitputting per subsidiestroom is. Arbeidsmarktmiddelen De arbeidsmarktmiddelen worden via de CAO-tafels van de diverse sectoren verstrekt. De budgetten worden door SoFoKleS geïnd bij de instellingen. Op deze middelen rust geen terugbetalingsverplichting. Bijdrage ministerie van VWS - Idealoog In het kader van het project ‘Idealoog’ is een subsidie ten bedrage van k€ 1.767 toegekend door het ministerie van VWS. Hiervan is k€ 537 ontvangen in 2011. In 2009 en 2010 is k€ 895 ontvangen. Het restant wordt in 2012 en 2013 ontvangen. Bijdrage ministerie van SZW – Arbocatalogus Voor het realiseren van de implementatie getoetste arbocatalogus is in 2010 eenmalig een subsidiebedrag van k€ 10 vanuit het ministerie van SZW beschikbaar. Opbrengsten Bureau ESF De ondersteuningskosten van de individuele ESF projecten zullen worden verrekend met de instellingen waar de ESF aanvraag betrekking op heeft.


17


8. Directe projectkosten Realisatie

Begroting

Realisatie

2011

2011

2010

k€

k€

k€

SoFoKleS Algemeen

41

4

153

Sector Universiteiten

291

502

364

Sector UMC's

742

3.092

2.332

Sector Onderzoeksinstellingen

9

46

46

Ondersteuning ESF-projecten

5

25

7

1.088

3.669

2.902

Totaal directe projectkosten

Een nadere specificatie van de directe projectkosten is te vinden in bijlage 1. In dit overzicht is een extra kolom ‘Budget 2011’ toegevoegd. Tijdens het boekjaar zijn namelijk budgetten voor de gestarte projecten toegekend of gewijzigd, welke tijdens het opstellen van de begroting nog niet bekend waren. De toegekende budgetten komen uit de begrotingspost ‘nog te bepalen’ van iedere kamer of zijn doorgeschoven middelen vanuit 2010. Voor een inhoudelijke beschrijving van de projecten wordt verwezen naar het inhoudelijke jaarverslag, welke ter inzage ligt op het secretariaat van de stichting. De projecten in het kader van “PCDI’ onder de post ‘SoFoKleS algemeen’ (k€ 31,8) worden vanwege hun algemene karakter gefinancierd uit de algemene reserve. De totale kosten zijn hoger dan begroot doordat de projecten in het kader van “PCDI’ niet waren begroot. De projecten van de ‘Sector Universiteiten’ (WO) zijn lager dan begroot. Het verschil zal in 2012 worden toegekend. De projecten van de ‘Sector UMC’s’ zijn lager dan begroot. Dit wordt veroorzaakt doordat enkele verplichtingen in het kader van het project ‘Idealoog’ pas in 2012 zullen worden toegekend. De ESF ondersteuningskosten voor de individuele aanvragen worden grotendeels gefinancierd door de instellingen die de aanvragen hebben ingediend (UMC’s).

9. Bedrijfskosten

De stichting heeft geen personeel in dienst.

De specificatie van overige bedrijfskosten is als volgt:


18

Stichting Sociaal Fonds voor de Kennissector Realisatie

Begroting

Realisatie

2011

2011

2010

k€

k€

k€

Beleids- en bestuursondersteuning Algemeen

41

60

49

Kamer UMC's

25

12

24

Bureau-ondersteuning project Idealoog

83

111

78

124

71

72

1

2

2

20

16

24

294

272

249

7

10

8

38

37

36

Accountantskosten

6

12

9

Bureaukosten

2

22

13

347

353

315

Kamer WO Kamer OI Secretariële ondersteuning Totaal beleids- en bestuursondersteuning Bestuurskosten Financieel en procesbeheer

Totaal overige bedrijfskosten

Beleids- en bestuursondersteuning In de overeenkomst met het CAOP is een onderscheid gemaakt in de beleids- en bestuursondersteuning per kamer. Ook is er sprake van projectondersteuning. Deze post is verantwoord onder de projectkosten. De ondersteuning voor het project ‘Idealoog’ is ondergebracht onder de beleids- en bestuursondersteuning De beleids- en bestuursondersteuning en het financieel beheer zijn conform begroting gerealiseerd. De minimale verschillen worden veroorzaakt door afronding.

Den Haag, 31 mei 2012 Bestuur van Stichting SoFoKleS

mr. D.A. Kramer

J. Boersma

J. van den Doel

J. Lensen

drs. H.D. Levie

mr. B. Sprokholt

mr. J.L. Waayenberg


19


Bijlage 1: Projectoverzicht Realisatie

Budget

Begroting

Realisatie

2011

2011

2011

2010

k€

k€

k€

k€

Algemene projecten Website PCDI projecten Overige projecten 2010 Totaal Algemene projecten

8,8

10,0

4,0

31,8

134,7

-

103,9

-

44,6

4,0

152,6

40,6

144,7

4,1

Sector WO / Universiteiten Afronding projecten voorgaande jaren "U kunt leraar worden?!"

0,4

-

-

2,3

Kind in zicht

0,2

0,4

-

5,8

Implementatie kwaliteitsborging BKO

0,7

0,4

-

80,0

Publicatie Genderneutrale werving

1,3

3,2

-

11,4

Sleutelfiguren vervolg

0,2

0,4

-

8,3 20,0

Introductieprogramma TUD

-

-

-

Communicatie onderzoek Fruytier

2,2

2,4

-

6,8

Werkconferenties OBP

1,7

1,2

-

40,9

Overige projecten 2010

-

-

-

7,0 -

6,7

8,0

-

182,5

80,6

80,0

40,0

110,4

0,3

7,4

-

11,4

Totaal afronding projecten voorgaande jaren Projecten 2011 Programma Studentassistenten Onderzoek PSO Boekje succesvolle onderzoeksgroepen Vierbondenboekje

-

6,5

-

0,3

Verbetering competentie-instrument DiFi

8,1

6,3

-

49,3

Digitale nieuwsbrief

4,4

8,4

-

3,4

WO loopbaanbeleid *

16,3

20,0

-

4,9

Medezeggenschapsconferentie *

29,6

30,0

-

-

Vervolgtraject Medezeggenschap

27,7

88,0

-

-

-

6,2

-

-

- Leren 2.0 TU Delft

21,6

22,5

-

-

- Wajongers- inclusieve Arbeidsanalyse

42,0

58,8

-

-

-

15,5

-

-

Vrije projectaanvragen (buiten de cao-afspraken)

- Bijdrage aan Stg van het Onderwijs Loopbaanbeleid en mobiliteit (reservering) - Nationale DenkTank * - Dompelsessie kamer WO Vrijval verplichtingen voorgaande jaren

-

325,5

-

-

69,2

69,0

-

-

5,5

5,5

-

-

(20,7)

-

-

(57,4)

Projectondersteuning te alloceren

-

50,0

86,4

10,6

Te alloceren budget

-

5,1

375,3

Overige projecten 2010

-

-

-

48,2

Totaal projecten 2011

284,6

804,7

501,7

181,1

Totaal Projecten WO

291,3

812,7

501,7

363,6


20

Stichting Sociaal Fonds voor de Kennissector Realisatie

Budget

Begroting

Realisatie

2011

2011

2011

2010

k€

k€

k€

k€

Sector UMC's Idealoog - Bewustwording Projectleiding

41,9

51,1

Accountantskosten

2,4

Projectkosten

1,0

Conferentie Communicatie & Kennisoverdracht

51,1

61,4

17,7

-

2,3

7,5

-

0,9

6,1

19,4

-

51,3 94,0

140,3

288,6

-

Implementatie WAI

0,4

45,0

-

Innovatieversneller

164,1

79,7

Nationale denktank UMC

119,0

119,0

-

-

44,3

64,0

-

-

Toolkit

14,6

180,0

-

-

Koppeling Dokterhoe - Medicinfo

57,5

78,0

-

-

Handleiding Individueel Roosteren

-

9,0

-

-

Projectondersteuning extra inzet

-

-

-

58,8

Idealoog - Indicatoren

-

-

-

-

Harde cijfers

-

15,0

-

-

Publicatie 65.000 medewerkers

Wetenschappelijk onderzoek

112,6

93,8 179,8

4,7

21,7

78,7

14,0

Idealoog - projecten

-

-

-

-

Projecten nader te bepalen

-

68,8

(51,1)

-

VUMC

-

-

-

260,0

Erasmus MC

-

-

-

260,0

UMC St Radboud

-

-

-

270,0

LUMC

-

17,3

-

242,7

UMCU

6,2

158,1

-

101,9

UMCG

-

-

-

260,0

Maastricht UMC+

-

-

-

270,0

AMC

-

-

125,2 99,7

Centrales Overige projecten 2010 Totaal Idealoog

134,8

(13,1)

1,9

-

-

-

191,3

64,7

589,4

1.376,6

2.510,5

1,0

1,0

-

-

15,2

74,0

-

55,0

1,2

45,0

-

-

2.000,0

-

-

3,9

150,0

-

-

119,3

120,0

-

-

Overige projecten Website werknemersindezorg.nl Arbocatalogus Congres gezondheidsmanagement Dialoog UMC, communicatie pensioenovergang Populaire versie CAO Diversiteit Dompelsessie 2011 Vrijval verplichtingen voorgaande jaren Overige projecten 2010 Totaal overige projecten Te alloceren budget / overige activiteiten Totaal projecten UMC's


-

-

150,0

-

-

11,7

12,5

-

15,0

-

-

-

(271,3)

-

-

22,9

-

(178,4)

152,3 741,7

2.552,5 276,6

2.901,0

4.205,7

3.092,3

2.332,1

21


Realisatie

Budget

Begroting

Realisatie

k€

k€

k€

k€

k€

k€

k€

k€

Sector OI POP WVOI

12,7

49,3

46,3

46,4

Vrijval voorgaand boekjaar

(3,3)

-

-

-

-

-

-

-

9,4

49,3

46,3

46,4

ESF - Doorlopende projecten - afronding

5,0

25,0

25,0

6,7

Totaal ESF

5,0

25,0

25,0

6,7

1.088,0

5.237,4

3.669,3

2.901,4

Te alloceren budget / overige activiteiten Totaal projecten OI ESF

Totaal projectkosten


22


Bijlage 2: Subsidieoverzicht

Onderstaand overzicht toont de omzet (subsidies en bijdragen) en kosten van SoFoKleS in het afgelopen boekjaar, per project(lijn) en per subsidieverstrekker.

WO

U.M.C.'s

OI

ESF-UMC's

Algemeen

Totaal

k€

k€

k€

k€

k€

k€

Omzet Bijdrage arbeidsmarkt middelen

612

Bijdrage ministerie van VWS

-

537

Vooruitontvangen middelen

-

Overige bijdragen

-

Totaal omzet

612

3.555


291

742

Verdeelde algemene projectkosten

-

-

Algemene projecten bedrijfskosten

144

200

3

Totaal kosten

435

942

12

5

41

1.435

Bedrijfsresultaat

177

2.613

39

(3)

(41)

2.785

6

116

Exploitatiesaldo

183

2.729

Bestemmingsreserve 01-01-11

300

5.389

Exploitatiesaldo

183

2.729

Mutatie bestemmingsreserve

-

Bestemmingsreserve 31-12-11

483

Rente en incidentele resultaten


2.809

51

-

-

3.472

-

-

-

537

-

-

-

-

-

209

-

2

-

211

51

2

-

4.220

9

5

-

(3) 8.115

-

-

-

-

-

347

-

16 (3)

-

39

(3)

39

1.088

-

39

-

41

3 -

138

(25)

2.923

727

6.416

(25)

2.923

702

9.339

23


Overige gegevens

Voorstel verwerking exploitatiesaldo Het voorstel is om het exploitatiesaldo te verwerken in de algemene en bestemmingsreserves.

Gebeurtenissen na balansdatum Na balansdatum hebben zich geen gebeurtenissen voorgedaan die van significante betekenis zijn voor het beeld van de jaarrekening 2011.

CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT

Aan: het bestuur van Stichting Sociaal Fonds voor de Kennissector

Wij hebben de in dit verslag opgenomen jaarrekening voor het jaar 2011 van de Stichting Sociaal Fonds voor de Kennissector (SoFoKleS) te Den Haag gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2011 en de staat van baten en lasten voor het jaar 2011 met de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen.

Verantwoordelijkheid van het bestuur Het bestuur is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven, alsmede voor het opstellen van het bestuursverslag, beide in overeenstemming met de Richtlijn voor de jaarverslaggeving 640 “Organisaties zonder winststreven”. Het bestuur is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als het noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten.

Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico's dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de Stichting. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van de door het bestuur van de Stichting gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening.


24


Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden.

Oordeel Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en samenstelling van het vermogen van de Stichting Sociaal Fonds voor de Kennissector (SoFoKleS) per 31 december 2011 en van het resultaat voor het jaar 2011 in overeenstemming met de Richtlijn voor de jaarverslaggeving 640 “Organisaties zonder winststreven”.

Oud-Beijerland, 31 mei 2012

Accountantskantoor Troost v.o.f.

M.R. Ruivenkamp AA


25

Stichting Sociaal Fonds voor de Kennissector. te 's Gravenhage. Financieel jaarverslag 2011

Recommend Documents