Stichting Mediation en Arbitrage Gezondheidszorg Driebergseweg 16 c 3708 JB Zeist Telefoon: 030 - 23 64 655
Stichting Mediation en Arbitrage Gezondheidszorg (SMAG) •
Wat doet SMAG?
•
Wat is mediation?
•
Wat is arbitrage?
•
Wat is bindend advies?
•
Werkwijze van SMAG
- bij mediation
- bij arbitrage
•
Kosten van arbitrage
•
Reglement mediation
•
Standaard mediation overeenkomst
•
Reglement arbitrage
•
Standaard arbitraal beding
•
Bestuursleden SMAG
•
Contact
Stichting Mediation en Arbitrage Gezondheidszorg Driebergseweg 16 c 3708 JB Zeist Telefoon: 030 - 23 64 655
Wat doet SMAG ? In de gezondheidszorg wordt veelvuldig voorzien in arbitrage als vorm van geschillenbeslechting, zonder dat voldoende duidelijk is hoe dit door partijen moet worden uitgevoerd. Ook mediation wordt steeds meer toegepast. SMAG voorziet in een professionele infrastructuur voor die vormen van geschillenbeslechting tussen beroepsbeoefenaren en/of instellingen in de gezondheidszorg, bijvoorbeeld op het gebied van financiële zaken of samenwerking. SMAG is er niet voor particulieren die een geschil hebben met een hulpverlener of instelling. De activiteiten van SMAG zijn te onderscheiden in enerzijds mediation en anderzijds begeleiding bij arbitrage. SMAG verzorgt de administratieve afwikkeling en de aanwijzing van deskundige mediators en arbiters. Bovendien ziet SMAG erop toe dat een mediation of arbitrage procedureel correct en efficiënt wordt afgewikkeld. De behoefte daaraan is gebleken in contacten met beroepsbeoefenaren en instel-lingen in de gezondheidszorg. SMAG houdt mediation en arbitrage strikt gescheiden, zodat –als dat nodig is- in een eerder stadium zonder succes aan mediation onderworpen geschillen zonder belangentegenstelling in een arbitrale procedure kunnen worden beslecht. Wat is mediation? Mediation is een steeds vaker gehanteerde manier van conflictoplossing. Mediation is een proces van bemiddeling, waarbij de mediator partijen helpt tot een vrijwillige oplossing te komen door middel van onderhandelingen. De mediator ondersteunt partijen met een aantal vaardigheden en technieken, die in de praktijk hun nut hebben bewezen. De mediator is volstrekt onpartijdig en neutraal ten aanzien van het geschil en de oplossing. In de Verenigde Staten is mediation een algemeen geaccepteerde vorm van conflictoplossing. Ook in Nederland realiseren partijen zich steeds vaker dat procedures met name tijd, geld en energie kosten en oplossingen vaak niet dichterbij brengen. Vanuit dat besef is mediation een uitstekend middel om snel en tegen geringe kosten een oplossing te bewerkstelligen, waarmee alle partijen tevreden zijn. Bijkomend voordeel is dat de relatie vaak in stand kan worden gehouden in plaats van te worden verstoord. Naar schatting 80% van de aan mediation onderworpen ge-schillen komt tot een oplossing.
Wat is arbitrage? Arbitrage is een in de wet geregelde vorm van geschillenbeslechting (art.1020 e.v. wetboek van burgerlijke rechtsvordering) door één of meer arbiters, die met de branche of materie bekend zijn. Als arbitrage is overeengekomen, is de gewone rechter niet bevoegd over het geschil te oordelen en moet het geschil opgelost worden via arbitrage. De procedure is omgeven met in de wet neergelegde waarborgen, maar degenen die oordelen zijn op verzoek van partijen zelf aangewezen, bij voorkeur uit een kring van deskundigen. Dat heeft als voordeel dat kennis van zaken bij arbiters aanwezig is en de procedure vaak sneller en tegen relatief geringe kosten tot resultaat leidt, terwijl de uitspraak beter aansluit bij de normen en waarden die in de beroeps-groep of branche gelden. Bovendien is de uitspraak doorgaans definitief en zijn er geen tijdrovende appèlmogelijkheden, tenzij dat is overeen gekomen. Deze zaken worden veelal als voordeel gezien tegenover de gewone rechtspraak. Arbitrage mondt uit in een arbitraal vonnis. Een arbitraal vonnis is een rechtens afdwingbare en voor partijen bindende beslissing, die gedeponeerd wordt bij de griffie van de rechtbank in de plaats waar de arbitrage is gewezen. De president van de rechtbank van de rechtbank kan de beslissing vervolgens voor executie vatbaar maken, zodat naleving van de uitspraak kan worden afgedwongen. Dat maakt een arbitrale beslissing feitelijk even sterk als een gewoon vonnis van een rechtbank. Wat is bindend advies? Bindend advies is een andere vorm van geschillenbeslechting dan arbitrage, alhoewel arbitrage en bindend advies in de praktijk veel op elkaar lijken. Bindend advies werd vroeger vaak gebruikt voor geschillen over de uitleg van een overeenkomst, maar is langzaam maar zeker een eigen leven gaan leiden naast arbitrage. Bij bindend advies is geen sprake van een in de wet geregelde vorm van geschillenbeslechting. De bindend adviseur stelt zelf de regels vast, waaraan de procedure en de uitspraak moeten voldoen. Bindend advies is slechts mogelijk tussen contractspartijen en heeft het karakter van een verlengstuk van de overeen-komst tussen partijen. Als een bindend advies is gewezen, moeten partijen worden geacht te zijn overeengekomen hetgeen de bindend adviseur beslist. De gewone rechter kan echter marginaal toetsen en dat kan bij arbitrage niet.
Marginale toetsing houdt in dat de rechter kan worden gevraagd te beoordelen of de ene partij in redelijkheid naleving van de overeenkomst van de andere partij kan verlangen. Iemand die het met een bindend advies niet eens is kan dus de zaak aan de rechter voorleggen, die marginaal toetst en kijkt of de bindend adviseur in redelijkheid tot het oordeel heeft kunnen komen. Vervolgens kunnen nog de appèlmogelijkheden van gerechtshof en Hoge Raad worden gebruikt. In de praktijk komt het vrijwel niet voor dat een bindend advies op grond van marginale toetsing terzijde wordt geschoven, behalve wanneer de procedure niet eerlijk is verlopen, bijvoorbeeld doordat één van partijen niet is gehoord. In dat geval kan een bindend advies niet in stand blijven. Dat is echter ook in het geval van arbitrage een vernietigingsgrond. Arbitrage en bindend advies lijken dus sterk op elkaar, zeker als voor beiden een eenduidig reglement wordt gebruikt, doch met name als één van partijen het met de beslissing niet eens is, kunnen verschillen optreden. Bij arbitrage is na het vonnis de zaak duidelijk, tenzij de mogelijkheid van hoger beroep uitdrukkelijk is overeen gekomen. Bij bindend advies kunnen allerlei beroepsmoge-lijkheden worden gebruikt, die in de praktijk vaak tijdro-vend en kostbaar zijn. SMAG hanteert bij voorkeur arbitrage, doch partijen kunnen ook –zo zij daaraan behoefte hebben– een beslissing krijgen in de vorm van bindend advies. In beide gevallen is het normale SMAG-reglement van toepassing, zodat de procedure met waarborgen is omkleed. Werkwijze van SMAG -bij mediation Beroepsbeoefenaren of instellingen in de gezondheidszorg kunnen gezamenlijk SMAG benaderen en verzoeken om één of meerdere mediators te benoemen. Doorgaans volstaat benoeming van één mediator. SMAG werkt uitsluitend met door het Nederlands Mediation Instituut erkende mediators. Op basis van een verzoek tot mediation verzoekt het secretariaat van SMAG om bevestiging dat beide partijen bereid zijn hun geschil te onderwerpen aan mediation en zal het secretariaat drie namen van te benoemen mediators opgeven. Als niet binnen 14 dagen na toezending van die lijst bezwaren zijn geuit tegen één of meer van de mediators, benoemt SMAG een mediator.
Gewerkt wordt met een standaard-mediationovereenkomst , waarin onder meer afspraken zijn vastgelegd omtrent geheimhouding en vertrouwelijkheid. In deze overeenkomst wordt het standaard NMI-reglement (http://www.nmi-mediation.nl) van toepassing verklaard. Aan beide partijen zal een voorschot gevraagd worden ter dekking van secretariaatskosten (e 600,-) en de kosten van de mediator (e 400,- per uur, exclusief eventueel verschuldigde omzetbelasting). De mediator stemt met partijen de handelwijze af. Als het geschil tot een oplossing komt zal de mediator een vast-stellingsovereenkomst opstellen die door partijen getekend moet worden. Daarin is ook geregeld hoe de kosten over partijen worden verdeeld. - bij arbitrage Het wettelijk uitgangspunt voor arbitrage is een schriftelijke overeenkomst tussen partijen. In deze overeenkomst leggen partijen vast, hetzij op voorhand, hetzij in dien een geschil is gerezen, dat geschillen – met uitsluiting van de burgerlijke rechter – middels arbitrage worden beslecht. Partijen kunnen daarbij tevens afspreken het aantal arbiters en de wijze van hun benoeming, bijvoorbeeld via de SMAG. Is arbitrage niet overeengekomen dan worden partijen door het secretariaat van de SMAG uitgenodigd om door middel van een standaardovereenkomst de mogelijkheid van arbitrage via de SMAG alsnog vast te leggen. De partijen onderwerpen zich daarmee tevens aan het reglement van de SMAG, in het kader waarvan arbiters worden benoemd. Het secretariaat zal partijen uitnodigen memories van eis en antwoord in te dienen binnen een termijn van (voor ieder) vier weken. Alle stukken, ook de eventuele verder te wisselen gedingstukken, zullen prompt door het secretariaat aan partijen worden doorgezonden. Het secretariaat organiseert de mondelinge behandeling en ziet erop toe dat zo spoedig mogelijk daarna een arbitraal vonnis wordt gewezen. Ook is het secretariaat belast met de verzending en inschrijving van het arbitraal vonnis. De SMAG voorziet aldus in de organisatorische spil van de procedure. Kosten van arbitrage De kosten van arbitrage bestaan uit secretariaatskosten (e 600,-) en de kosten van arbiters (afhankelijk van de personen en hun deskundigheid tussen e 250,- en e 400,- per uur). Deze laatste kosten worden door de arbiters bepaald afhankelijk van inschatting van de complexiteit en daarmee
de omvang en bewerkelijkheid van het geschil en haar beslechting. Zo nodig zullen de als voorschot door partijen te betalen kosten in de loop van de procedure door partijen moeten worden aangevuld. De uiteindelijke kosten en de verdeling daarvan tussen partijen zullen door arbiters in hun vonnis worden bepaald. Reglement mediation Artikel 1 1. Partijen kunnen gezamenlijk de SMAG benaderen met het verzoek om mediation in het tussen hen gerezen geschil. 2. Een verzoek tot mediation wordt ingediend door de meest gerede partij. Alvorens het verzoek tot mediation in behandeling te nemen, gaat het Secretariaat na of de partijen die in het verzoek tot mediation worden genoemd met mediation instemmen, waartoe een mediation-overeenkomst door partijen moet worden ondertekend. Indien de mediation niet de instemming van alle partijen heeft, vindt geen mediation plaats. Voorafgaande aan de mediation kan het Secretariaat partijen uitnodigen ter delging van de kosten een depôt te storten. Artikel 2 Mediation vindt plaats op grond van een apart tussen par-tijen te sluiten mediationovereenkomst, waarin onder meer afspraken worden gemaakt over vertrouwelijkheid en geheim-houding van het besprokene . Voorts is van toepassing het reglement van het Nederlands Mediation Instituut ( http:// www.nmi-mediation.nl ) Artikel 3 Het Secretariaat schrijft de partijen in het geschil aan met een voorstel tot benoeming van één mediator of -als daarom verzocht is- meerdere mediators. Indien tegen het voorstel niet binnen 14 dagen bezwaar wordt gemaakt, zal de mediator de werkzaamheden aanvangen. Daartoe worden partijen uitgenodigd hun standpunten op informele wijze mondeling of schriftelijk kenbaar te maken. Vervolgens arrangeert de mediator in overleg met partijen een bespreking.
Artikel 4 De mediation zal -behoudens in bijzondere gevallen- niet langer in beslag nemen dan twee maanden na benoeming van de mediator. Artikel 5 Indien een mediation niet slaagt, en partijen daarna gebruik maken van de mogelijkheid om conform het daartoe gehanteerde reglement van de SMAG arbitrage of bindend advies te vragen, zal de mediator geen deel uitmaken van het college van arbiters. Al hetgeen tijdens de mediation is besproken of vastgelegd blijft vertrouwelijk en wordt niet door het Secretariaat ter kennis van arbiters gebracht. Partijen zijn krachtens de mediationovereenkomst gebonden aan geheimhouding. Artikel 6 Indien de mediation slaagt, dienen de kosten verbonden aan de mediation onderdeel uit te maken van de tussen partijen getroffen regeling. Indien de mediation niet slaagt wordende kosten verbonden aan de werkzaamheden van de mediator aan partijen – ieder voor 50% - in rekening gebracht. Artikel 7 Iedere directe of indirecte aansprakelijkheid voor enig handelen of nalaten van de SMAG, de bestuursleden van de SMAG, het Secretariaat en/of via de SMAG benoemde mediators wordt uitgesloten. Artikel 8 In de gevallen waarin dit reglement en de wet niet voorzien beslist de mediator.
Standaard mediation-overeenkomst (Dit model betreft een mediation met twee partijen. Indien bij de mediation meer dan twee partijen zijn betrokken, dienen de aanhef, de artikelen 6.1 en 8.3, alsmede het slot, dienovereenkomstig te worden aangepast.) De ondergetekenden: ..............................................., Mediator, ..........……………...............……………… en Partijen: A: ........................................................………………………………………………… hier vertegenwoordigd door: ................................…………………………………………………… en B: ........................................................………….……………………………………… hier vertegenwoordigd door: ..................................…………………………………..……………… Komen hierbij overeen: 1. Mediation 1.1 Partijen en de Mediator nemen jegens elkaar de inspanningsverplichting op zich, het in artikel 2 genoemde geschil tussen Partijen op te lossen door Mediation conform het reglement van de stichting Nederlands Mediation Instituut (hierna te noemen het Reglement) zoals dat luidt op de datum van deze overeenkomst. 1.2 Partijen en de Mediator verbinden zich jegens elkaar tot al hetgeen waartoe zij ingevolge het Reglement gehouden zijn.
1.3 Als Mediator treedt op de in de aanhef genoemde, in het NMI - Register van Mediators ingeschreven Mediator. 2. Globale omschrijving van het geschil ......................................................………………………………………………………… 3. Vrijwilligheid De Mediation vindt plaats op basis van vrijwilligheid. Het staat elk der Partijen en de Mediator vrij om de Mediation op elk gewenst moment te beëindigen. 4. Geheimhouding 4.1 Voor zover deze overeenkomst in samenhang met het Reglement Partijen verplicht tot geheimhouding, geldt zij tevens als bewijsovereenkomst in de zin van de Wet. (Art. 7:900 lid 3 BW jo. art. 180 Rv). 4.2 De Mediator draagt zorg dat alle in artikel 7 bedoelde derden die hij bij de Mediation betrekt of daarover informeert, zich verbinden tot geheimhouding als omschreven in het Reglement. 5. Bijzondere verplichtingen van Partijen Naast het gestelde in het Reglement verbinden Partijen zich jegens de Mediator en jegens elkaar: - zich te onthouden van acties of gedragingen die de Media-tion in ernstige mate bemoeilijken of belemmeren; - bereid te zijn naar elkaars argumenten te luisteren en te zoeken naar compromissen. 6. Vertegenwoordiging 6.1 Tijdens de Mediation-procedure zal elk der Partijen in persoon dan wel door middel van een door haar aan te wijzen vertegenwoordiger aanwezig zijn.
10
(voor zover van toepassing:) Partij A wordt vertegenwoordigd door: …………………………………………………… ................…………………………………………………………………………………… Partij B wordt vertegenwoordigd door: …………………………………………………… ..................…………………………………………………………………………………. 6.2 Elk der Partijen staat ervoor in dat haar vertegenwoordiger rechtsgeldig bevoegd is om namens haar alle rechtshandelingen te verrichten die in het kader van de Mediation noodzakelijk zijn, het aangaan van een vaststellingsovereenkomst als bedoeld in artikel 9.1 daaronder begrepen, alsmede dat de vertegenwoordiger zich zal houden aan de in het Reglement genoemde geheimhouding. 6.3 Op verzoek van de Mediator dient een schriftelijke volmacht te worden getoond waaruit voornoemde bevoegdheid van de vertegenwoordiger blijkt. 7. Derden 7.1 De Mediator kan zich bij de Mediation voor secretariële ondersteuning laten bijstaan door een daartoe door hem aan te wijzen persoon. 7.2 De Mediator kan met toestemming van Partijen anderen bij de Mediation toelaten of betrekken, hieronder mede te begrijpen Hulppersonen in de zin van het Reglement. 8. Honoraria en kosten 8.1 Het honorarium van de Mediator bedraagt e ...……… (zegge ....…….... Euro’s) per uur, vermeerderd met wettelijk verschuldigde omzetbelasting. 8.2 Partijen zijn, ongeacht het verloop en het resultaat van de Mediation, gehouden tot betaling van het honorarium van de Mediator alsmede tot vergoeding van alle door de Mediator gemaakte kosten.
11
Voorts komen voor rekening van Partijen alle overige directe en indirecte kosten vallend op de Mediation, zoals huur van ruimte, telefoon-, fax- en reiskosten, porti, honoraria en kosten van ingevolge artikel 7 bij de Mediation betrokken derden, vermeerderd met wettelijk verschuldigde omzetbelasting. 8.3 Honorarium en kosten bedoeld in artikel 8.2 worden door Partijen gedragen in de volgende verhouding: Partij A: ….. % Partij B: ….. % 8.4 Partijen dragen ieder voor zich de aan eigen zijde gevallen kosten. 9. Vaststellingsovereenkomst, tussentijdse afspraken 9.1 Een ingevolge de Mediation in der minne bereikte oplossing van het geschil zal tussen Partijen worden vastgelegd in een daartoe strekkende, schriftelijke vaststellingsovereenkomst. 9.2 Tijdens de loop van de Mediation tussen Partijen gemaakte afspraken binden hen alleen voorzover deze schriftelijk tussen hen zijn overeengekomen. Partijen kunnen in een dergelijke overeenkomst bepalen dat bedoelde afspraken hen niet binden indien en zodra de Mediation wordt beëindigd zonder vaststellingsovereenkomst als bedoeld in het voorgaande lid. 10. Geschillen 10.1 Ingeval van geschillen, voortvloeiend uit enige overeenkomst als bedoeld in artikel 9 of uit daarop voortbouwende overeenkomsten, zullen Partijen trachten deze in eerste instantie op te lossen met behulp van Mediation conform het Reglement, zoals dat luidt op de aanvangsdatum van die Mediation. 10.2 Indien het onmogelijk gebleken is een geschil als bedoeld in artikel 10.1 op te lossen met behulp van Mediation, zal dat geschil worden beslecht door de bevoegde rechter.
12
11. Toepasselijk recht Op deze overeenkomst is uitsluitend het Nederlandse recht van toepassing. Aldus overeengekomen en in ....-voud opgemaakt en onderte-kend te .................................... , ............. 19.. . De Mediator: ...............………………………………………………………………………………… Partij A: ...............………………………………………………………………………………… (..............………………………………………………………………….) Partij B: ...............………………………….…………………………………………………… (........……………………………………………………………….........)
13
Reglement arbitrage Artikel 1 1. Stichting Mediation en Arbitrage Gezondheidszorg (SMAG) stelt zich ten doel het doen beslechten van geschillen tussen medische en/of paramedische beroepsbeoefenaren en/of instellingen. Daartoe houdt de SMAG een onafhankelijk secretariaat in stand, hieronder verder aan te duiden als het Secretariaat. Artikel 2 1. Geschillenbeslechting via de SMAG vangt aan door de schriftelijke melding van een geschil bij het Secretariaat. De melding van het geschil dient tenminste te bevatten de volledige namen, adressen en woonplaatsen/vestigingsplaatsen van de bij het geschil betrokken partijen, een korte omschrijving van het geschil en een globale omschrijving van de vordering. Voorts dient bij de melding te worden aangegeven uit hoofde waarvan de geschillenbeslechting via de SMAG zal dienen plaats te vinden. Indien partijen geen geschillenbeslechting via de SMAG zijn overeengekomen, nodigt het Secretariaat partijen uit daarover afspraken te maken op basis van een door het Secreta-riaat te verstrekken standaardovereenkomst. 2. Het Secretariaat bevestigt zo spoedig mogelijk de ontvangst van de in lid 1 genoemde melding aan alle partijen die in de melding van het geschil worden genoemd. Artikel 3 1. De partij die conform het bepaalde in art.2 lid 1 het geschil bij het Secretariaat heeft gemeld (verder “eiser” te noemen) wordt in de gelegenheid gesteld binnen vier weken een memorie van eis in te dienen. Het Secretariaat zendt onverwijld een afschrift daarvan aan de wederpartij (verder “gedaagde” te noemen).
14
2. Na de ontvangst van de memorie van eis wordt de gedaagde in de gelegenheid gesteld binnen vier weken een memorie van antwoord in te dienen. Een exemplaar daarvan wordt door het Secretariaat onverwijld aan de eiser gezonden. 3. Bij memorie van antwoord kan een tegenvordering worden ingesteld. Nadien wordt een tegenvordering niet meer toegelaten, behoudens bijzondere omstandigheden ter beoordeling van het scheidsgerecht. 4. De in lid 1 en 2 genoemde termijnen kunnen op verzoek van de eiser of de gedaagde door het secretariaat worden verlengd met veertien dagen. Nader uitstel wordt aan de eiser of de gedaagde door het secretariaat niet verleend, tenzij met instemming van de andere partij. Indien laatstbedoelde partij met uitstel niet instemt terwijl bijzondere omstandigheden uitstel noodzakelijk maken, kan de partij die uitstel wenst onverwijld het scheidsgerecht verzoeken alsnog de gelegenheid te geven een memorie van eis dan wel een memorie van antwoord in te dienen. Artikel 4 1. Het staat in het scheidsgerecht vrij – al dan niet op verzoek – partijen in de gelegenheid te stellen memories van repliek en dupliek of nadere schrifturen in te dienen. Voor de daarbij in acht te nemen termijnen geldt de regeling zoals vermeld in art.3. Artikel 5 1. Het Secretariaat is bevoegd van de eiser – en in geval het daartoe termen aanwezig acht eveneens van de gedaagde – een depôt te verlangen waaruit het honorarium en de verschotten van arbiters worden betaald. Indien de gedaagde een tegen-vordering heeft ingesteld, kan het Secretariaat ook daarvoor een depôt verlangen. 2. Het depôt dient mede ter delging van de administratiekosten, de kosten van het Secretariaat, de eventueel door het scheidsgerecht te benoemen deskundigen en de kosten van neerlegging van het vonnis ter Griffie van de Rechtbank.
15
3. Het Secretariaat kan te allen tijde aanvulling van het depôt van de eiser en/of de gedaagde verlangen. 4. Het scheidsgerecht is bevoegd de arbitrage ten aanzien van de vordering dan wel de tegenvordering op te schorten zolang de desbetreffende partij het van hem verlangde depôt niet heeft voldaan. Indien na een tweede schriftelijke aanmaning door het Secretariaat een partij het van hem verlangde depôt niet binnen 14 dagen daarna heeft betaald, wordt die partij geacht zijn vordering, respectievelijk tegenvordering, te hebben ingetrokken. 5. Over het gestorte depôt wordt geen rente vergoed. Artikel 6 1. Behoudens andersluidende overeenkomst tussen partijen bepaalt het Secretariaat het aantal te benoemen arbiters. Het Secretariaat bepaalt het aantal op één of drie arbiters, rekening houdend met de voorkeur van partijen, de grootte van de vordering en eventuele tegenvordering en de ingewikkeldheid van de zaak. 2. Nadat de arbitrage aanhangig is gemaakt, zendt het Secretariaat aan ieder der partijen een gelijkluidende lijst met namen van personen. Deze lijst bevat tenminste drie namen in geval één arbiter wordt benoemd en tenminste zes namen in geval drie arbiters worden benoemd. 3. Iedere partij kan binnen 14 dagen na verzending van de lijst opgeven tegen welk van de op de lijst voorkomende personen overwegende bezwaren bestaan. Indien niet binnen 14 dagen na verzending van de lijst wordt gereageerd, wordt aangenomen dat alle op de lijst voorkomende personen voor partijen gelijkelijk als arbiter aanvaardbaar zijn.
16
4. Indien wegens bezwaren van partijen of andere omstandigheden het aantal op de toegezonden lijst voorkomende personen niet toereikend is om tot een volledig scheidsgerecht te komen, is het Secretariaat bevoegd rechtstreeks één of meerdere personen uit te nodigen als arbiter op te treden. 5. Voor de toepassing van de bepalingen van dit artikel worden de namen van personen door het Secretariaat bijvoorkeur ontleend aan de algemene lijst van arbiters, welke lijst wordt samengesteld, aangevuld en gewijzigd door de SMAG. 6. De in dit artikel neergelegde procedure laat onverlet de mogelijkheid dat partijen op een eigen wijze in de benoeming van arbiters voorzien. De overeengekomen wijze van benoeming van arbiters gaat boven de in dit artikel genoemde wijze van benoeming. 7. De benoeming van arbiters overeenkomstig de bepalingen van dit artikel vindt plaats zo spoedig mogelijk nadat de arbitrage aanhangig is gemaakt. Indien het scheidsgerecht uit drie arbiters bestaat, wijzen de arbiters uit hun midden een voorzitter aan. Artikel 7 1. Nadat de stukken zijn gewisseld vindt een mondelinge behandeling plaats ter zitting van het scheidsgerecht. Indien partijen schriftelijk laten weten een mondelinge behandeling niet noodzakelijk te achten, kan het scheidsgerecht een zitting achterwege laten. Voor de mondelinge behandeling worden partijen schriftelijk opgeroepen met een termijn van tenminste twee weken voor de zittingsdag. 2. Het scheidsgerecht bepaalt dag, tijdstip en plaats van de zitting.
17
3. Partijen kunnen zich doen vertegenwoordigen en/of laten bijstaan door een advocaat, dan wel door een bijzonder daartoe schriftelijk gevolmachtigde. Het scheidgerecht of het Secretariaat kan bepalen dat partijen persoonlijk ter zitting zullen verschijnen. Artikel 8 1. Partijen kunnen voor de zitting van het scheidsgerecht getuigen of deskundigen oproepen, mits zij hiervan binnen vier dagen na de dagtekening van de oproeping voor de zitting mededeling doen aan het Secretariaat en aan de wederpartij met opgave van de namen van getuigen of deskundigen. Wordt daaraan niet voldaan, dan is het scheidsgerecht niettemin bevoegd de verschenen getuigen en/of deskundigen te horen. 2. Partijen kunnen tot zeven dagen voor de mondelinge behande-ling stukken in het geding brengen, onder toezending van kopieën daarvan aan de wederpartij. Indien stukken binnen zeven dagen voor de mondelinge behandeling of tijdens de mondelinge behandeling in het geding worden gebracht, oordeelt het scheidsgerecht over acceptatie van de stukken, de wederpartij gehoord hebbende. In elk geval wordt de wederpartij in de gelegenheid gesteld van alle stukken inzage te nemen of afschrift te maken en zich over de inhoud van die stukken uit te laten.
Artikel 9 1. Blijft een gedaagde in gebreke binnen de door het Secretariaat aangegeven termijn een memorie van antwoord in te dienen dan zal het scheidsgerecht vonnis wijzen. Bij dit vonnis wordt de vordering geheel of gedeeltelijk toegewezen, tenzij de vordering aan het scheidsgerecht onrechtmatig of ongegrond voorkomt. Het scheidsgerecht kan alvorens eindvonnis te wijzen van de eiser het bewijs van één of meer van zijn stellingen ver-langen. 2. Blijft de eiser in gebreke binnen de door het secretariaat genoemde termijn de memorie van eis in te dienen dan kan het scheidsgerecht bij vonnis een einde maken aan het geding.
18
3. De bepalingen van dit artikel zijn van overeenkomstige toepassing op de tegenvordering. Artikel 10 1. Het scheidsgerecht beslist als goede mannen naar billijkheid, tenzij partij bij overeenkomst opdracht hebben gegeven te beslissen naar de regelen des rechts. 2. Het scheidsgerecht geeft zijn vonnis zo spoedig mogelijk. Het scheidsgerecht kan een geheel of gedeeltelijk eindvonnis dan wel een tussenvonnis wijzen. 3. Een vonnis van het scheidsgerecht wordt gewezen met meerderheid van stemmen. Het is met redenen omkleed en wordt door de leden van het scheidsgerecht ondertekend. De plaats van arbitrage wordt bepaald door het kantooradres van het Secretariaat. Artikel 11 1. In het vonnis veroordeelt het scheidsgerecht de in het ongelijk gestelde partij tot een door het scheidsgerecht vast te stellen bedrag in de kosten van de arbitrage en desgevorderd in die van de wederpartij. Het staat het scheidsgerecht vrij de kosten van de arbitrage over de partijen te verdelen en de kosten van partijen geheel of ten dele tussen hen te compenseren.
Artikel 12 1. Na ontvangst van het vonnis draagt het Secretariaat er zorg voor dat namens het scheidsgerecht onverwijld een exemplaar van het vonnis aan ieder der partijen per aangetekende brief wordt gezonden. Een geheel of gedeeltelijk eindvonnis wordt neergelegd ter griffie van de Rechtbank binnen het arrondissement waarbinnen de plaats van arbitrage is gele-gen.
19
2. Het Secretariaat stelt zo spoedig mogelijk partijen en het scheidsgerecht schriftelijk in kennis van de datum van neerlegging zoals in het vorige lid bedoeld. Artikel 13 1. Tegen de vonnissen van het scheidsgerecht staat geen hoger beroep open. Artikel 14 1. Indien het belang van een partij een onverwijlde voorzie-ning bij voorraad vordert, kan die partij een voorlopige maatregel verzoeken. Het verzoek daartoe wordt schriftelijk bij het Secretariaat ingediend op de in art.2 lid 1 aangegeven wijze. 2. Met het verzoek zendt de eiser een memorie van eis aan het Secretariaat. Het Secretariaat zendt onverwijld een afschrift van de memorie van eis aan de gedaagde. Ten spoedigste na ontvangst van de memorie van eis benoemt het Secretariaat één arbiter die over de verzochte voorlopige maatregel zal beslissen. Van de benoeming worden partijen schriftelijk in kennis gesteld. 3. Ten overstaan van de door het Secretariaat benoemde arbiter wordt het geschil tussen partijen mondeling behandeld. Voor zover mogelijk wordt het bepaalde in art.7 en art.8 in acht genomen. 4. Het bepaalde in art.5 is van overeenkomstige toepassing. Artikel 15 Iedere directe of indirecte aansprakelijkheid voor enig handelen of nalaten van de SMAG, de bestuursleden van de SMAG, het Secretariaat en/of via de SMAG benoemde arbiters/ bindend adviseurs wordt uitgesloten.
20
Artikel 16 In de gevallen waarin dit reglement en de wet niet voorzien beslist het college van scheidslieden. Standaard Arbitraal beding Indien in overeenkomsten een geschillenregeling wordt opgenomen, kan verwezen worden naar het reglement van de SMAG. Geadviseerd wordt de tekst op te nemen: “Alle geschillen welke mochten ontstaan naar aanleiding van deze overeenkomst zullen worden beslecht overeenkomstig het reglement voor arbitrage van Stichting Mediation en Arbitrage Gezondheidszorg, Driebergseweg 16 C, 3708 JB Zeist”.
Bestuursleden SMAG Het bestuur van de SMAG bestaat uit: Mr A. Heijder, advocaat te Amsterdam, voorzitter Mr A.F. Geerts, advocaat en mediator te Zeist, secretaris Prof. mr. J.H. Hubben, hoogleraar gezondheidsrecht en advocaat te Arnhem Prof. mr. E.Ph.R. Sutorius, hoogleraar strafrecht te Amsterdam Prof. mr. W.R. Kastelein, hoogleraar gezondheidsrecht en advocaat te Utrecht mr R. Greijdanus, hoofd sectie gezondheidsrecht DAS rechts-bijstand te Amsterdam
Contact: Stichting Mediation en Arbitrage Gezondheidszorg (SMAG) Driebergseweg 16 c 3708 JB Zeist Telefoon: 030 - 23 64 655
21