STEL, JE KRIJGT DE OPDRACHT OM EEN NIEUWE sTAD VOOR 100.000 INWONERs TE ONTWERPEN OP DE PLEK WAAR AL EEN KLEIN DORP Is. HOE GA JE DAN AAN HET WERK? IN 1962 WERD ZOETERMEER AANGEWEzEN OM UiT TE GROEiEN VAN EEN DORP NAAR EEN STAD OM DE WONiNGNOOD VAN DEN HAAG OP TE VANGEN. DE STEDENBOUWKUNDiGEN GiNGEN VOORTVAREND AAN DE SLAG MET hET ONTWERPEN VAN EEN MODERNE GROEiSTAD. IN DEzELFDE PERiODE WERDEN ER iN hET BUiTENLAND OOK PLANNEN GEMAAKT VOOR DE BOUW VAN NiEUWE STEDEN. MAAR TERWiJL iN ANDERE STEDEN AANSPREKENDE ViSUALiSATiES WERDEN GEMAAKT VAN hOE DE NiEUWE STAD ER UiT MOEST KOMEN TE ziEN, GEBEURDE DAT iN ZOETERMEER NiET. DE STEDENBOUWKUNDiGEN LiETEN hUN PLANNEN VOOR DE NiEUWE STAD ZOETERMEER VOOR ziChzELF SPREKEN EN MAAKTEN SChEMA’S EN PLANNEN, DiE GEBASEERD WAREN OP WETENSChAPPELiJKE BEREKENiNGEN.
STAD VAN DE TOEKOMsT Zoetermeer werd aangewezen om een satellietstad van Den Haag te worden. Het kleine dorp moest uitgroeien tot een zelfstandige stad, met eigen werkgelegenheid, industrie, woonwijken en voorzieningen. De bevolking zou vertienvoudigen en de stad en alle wijken moesten goed bereikbaar worden. Er moest een stad van de toekomst worden gebouwd.
MODERN Het was in Nederland de eerste keer dat een stad voor 100.000 bewoners op papier werd gezet. Zoetermeer was een experiment, waarin moderne en vooruitstrevende ideeën over stedenbouw werden verwerkt. De ontwerpers van Zoetermeer keken goed naar ontwikkelingen in de rest van Europa. Ze wilden een moderne stad bouwen volgens nieuwe ideeën over massawoningbouw, openbaar vervoer en wijkvorming. Maar vooral wilden ze een stad ontwerpen die beter, veiliger en moderner was dan alle bestaande steden.
WAT WAs DE DROOM VAN TOEN? Zoetermeer is inmiddels de grens van 100.000 inwoners ruim gepasseerd. Hoe kunnen wij de dromen en moderne ideeën van de stedenbouwkundigen van toen in de huidige stad zichtbaar maken? Met deze vraag in het achterhoofd hebben het Stadsmuseum Zoetermeer en het International New Town Institute zes bekende tekenaars en illustratoren de opdracht gegeven om de dromen van toen te illustreren. Elke kunstenaar geeft op zijn eigen kenmerkende manier zijn visie op de idealen van toen.
ALBO HELM Albo Helm (1953) is opgeleid als journalist, maar al een groot deel van zijn leven beroepstekenaar. Hij publiceerde striptekeningen, cartoons en illustraties voor talloze tijdschriften, boeken en websites. Helm maakt zowel werk in opdracht als vrij werk. Dat laatste geeft hij soms in eigen beheer uit of het wordt gebruikt in een tentoonstelling. Zijn meest recente werken zijn striptekeningen in ‘De dans van de gezanten’ (Vrede van Utrecht), geïllustreerde gedichten van Mustafa Stitou voor Kunst aan de Scheene en een graphic poem ‘Eleanor Summer’s Favorite Word’ met auteur Paul Baeten Gronda voor Leuven Stript. Daarnaast leverde hij een bijdrage aan een expositie met 366 portret-tekeningen in galerie De Schuur in Utrecht, een groepsexpositie en het boek ‘Het Grote Gebeuren’ voor galerie De Pieter in Leiden (april-mei 2013).
DE TEKENING Albo Helm maakte een tekening van de voorgeschiedenis van de planning van Zoetermeer. In het midden is het spanningsveld te zien tussen de bestuurders van de gemeente Den Haag, de dorpsgemeente Zoetermeer, de Rijksoverheid en de provincie Zuid-Holland. Rondom het krachtenveld staan graafmachines die het gebied bouwrijp maken voor de komst van de stad. Aan de horizon is de skyline van de oude dorpskern zichtbaar met daaronder tijdlagen van het neolithicum tot de jaren vijftig. De nieuwe stad vormt het toppunt van de evolutie. Bovenin de tekening wandelt een jong gezin in de jaren zestig optimistisch richting de nieuwe stad. De gezinsleden verlaten de drukke en smerige grote stad om een beter leven in de nieuwe stad op te bouwen. De tekening hiernaast is liggend afgebeeld.
DE TEKENING
RIK SMITs Beeldend kunstenaar Rik Smits (1982) studeerde in 2010 af aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten, Den Haag. Zijn werk bestaat uit gedetailleerde tekeningen van stadsgezichten van niet bestaande steden in een niet bestaande wereld. Smits heeft geëxposeerd in zowel binnen- als buitenland en werkt nog steeds verder aan zijn project om een eigen, imaginaire wereld te creëren die bestaat uit maquettes en een grote hoeveelheid tekeningen.
In de tekening van Rik Smits zijn elementen van het structuurplan van 1968 te herkennen. Zoetermeer is van bovenaf te zien, alsof men in een helikopter over de stad vliegt. Duidelijk herkenbaar zijn de geknikte galerijflats en strokenbouw uit de jaren zestig. Tussen de bebouwing zijn parken en ‘groene longen’ te zien. Smits heeft ook andere bouwtypes toegevoegd vanuit zijn eigen interpretatie. Het meest dominant in de tekening zijn de twee torenhoge gebouwen. De stedenbouwkundigen van Zoetermeer hadden in werkelijkheid geen dominante gebouwen in de nieuwe stad gepland. Zelfs het stadhuis kreeg geen prominente plaats. Naar buiten toe loopt de bebouwing over in het vlakke polderlandschap van Zoetermeer. In het midden is een kerk te zien die onder een stolp is geplaatst, omdat de oude dorpskern volgens het structuurplan moest worden behouden. Voor de stijl van de tekening heeft Smits zich laten inspireren door de visionaire tekeningen van Frank Lloyd Wright voor Broadacre City, gepubliceerd in 1932. Broadacre City was een voorstel voor een suburbane woonomgeving (anti-stad) volgens Wrights ideaal van een egalitaire maatschappij, waarin iedere bewoner een even groot stuk grond kreeg voor de bouw van een huis. De visionaire stad kenmerkte zich door een gridstructuur van autowegen met in het midden een shopping mall.
ZOETERMEERLIJN Zoetermeer moest ook goed bereikbaar zijn met het openbaar vervoer. Daarom ontwierp de werkgroep de Zoetermeerlijn: een lusvormige lijn in de vorm van een krakeling die zowel de woonwijken als het stadscentrum verbond. Hoewel Zoetermeer een zelfstandige stad moest worden met eigen werkgelegenheid, zou toch een groot deel van de mensen in Den Haag blijven werken. Er moest dus een goede verbinding met de moederstad komen. In de jaren zestig waren er ook futuristische plannen voor een hogesnelheidslijn in de Randstad met een halte in Zoetermeer. In een tijd dat concepten als de TGV en de HSL nog niet bekend waren, was dit zeer vooruitstrevend. Het plan bleef echter onuitgevoerd.
JEROEN KRAMER Jeroen Kramer (1975) studeerde aan de Koninklijke Academie in Den Haag en is onder meer als docent verbonden aan de Gerrit Rietveld Academie in Amsterdam. In zijn doorlopende project City Dust – met grootschalige site-specific installaties, collages en tekeningen - richt Kramer zich niet op de verschijningsvorm van het stedelijke landschap maar op zijn DNA. In de onmetelijke hoeveelheid getekende ‘stadsstof’ zijn alle zichtbare referenties afwezig. Er is geen perspectief, geen horizon. Alles is micro en macro tegelijk. De idee van individuele steden is een mythe. Alle steden kunnen worden herleid tot een enkele stad; een oermetropolis waarvan Kramer de patronen en structuren blootlegt en verwerkt tot de ultieme beeldpulp van ons architectonisch geheugen. In 2008 maakte Kramer voor de 11e Architectuur Biënnale in Venetië een hallucinerende muurinstallatie van ruim 100 vierkante meter.
DE TEKENING Jeroen Kramer maakt in zijn tekening de zeer ingewikkelde infrastructuur van Zoetermeer zichtbaar. Kramer neemt de karakteristieke H-structuur als basis. Van daaruit tekent hij eindeloze vertakkingen van verkeersaders en ringwegen, zodat er een periferie ontstaat. De verkeersaders zijn gebaseerd op de autowegen in Zoetermeer, overgetrokken van GoogleEarth-kaarten. Zo ontstaat een zeer fijnmazig en goed ontsloten netwerk. De verschillende patronen laten zien hoe verkeers- en mobiliteitsstromen met elkaar zijn verweven en tegelijkertijd ook naast en boven elkaar kunnen bestaan. De stad wordt niet recht van bovenaf maar met een lichte hoek bekeken. Het perspectief dat hierdoor ontstaat levert een vervreemdend beeld op.
SANDRO SETOLA Beeldend kunstenaar Sandro Setola (1976) studeerde aan de Academie voor Kunst en Vormgeving in ’s Hertogenbosch, de Glasgow School of Art en de Rijksakademie van Beeldende Kunsten in Amsterdam. Hij exposeerde onder andere in New York, Beijing, Basel, Parijs en Rotterdam. In 2008 won hij de Charlotte van Pallandtprijs. In zijn werk ligt de nadruk op ruimtelijke tekeningen met een architectonisch karakter of onderwerp. De afgelopen jaren werkte Setola aan een aantal series tekeningen met een imaginaire architectonische structuur als basis. Momenteel is hij bezig met een project waarbij computeranimaties en 3D printtechniek samenkomen in een architectuur die een duister proces van afzondering en geestelijke ontwrichting verbeeldt.
TEKENING 1 De eerste tekening van Sandro Setola is gebaseerd op de compacte hoogbouwstad die Zoetermeer moest worden. Setola neemt de Zoetermeerse galerijflat als uitgangspunt. Hij herhaalt dit type zo vaak dat er een muur van galerijflats ontstaat. De muur bestaat uit een flat van 48 verdiepingen met circa 120.000 appartementen en daaronder parkeergarages. De infrastructuur is een toonbeeld van efficiëntie. De kerk die voor de flatgebouwen staat, symboliseert het contrast tussen de oude dorpskern en de nieuwe stad.
TEKENING 2 - ‘BACHELORCITY’ Voor de tweede tekening baseert Setola zich op de suburbane buurten met overwegend eengezinswoningen. Hij heeft de gemiddelde dichtheid aan de hand van de oppervlakte en het aantal inwoners van Zoetermeer bepaald en neemt een standaard twee-ondereen-kapwoning met tuin als uitgangspunt. De infrastructuur is gebaseerd op de maximale afstanden van het structuurplan van 1968. De titel van deze tekening is Bachelorcity, omdat alle huizen ‘vrijgezel’ zijn. Het levert een ontluisterend suburbaan uitgestrekt woonlandschap op, een overdreven variant van een laagbouw-Zoetermeer uit de jaren zeventig.
GEORG BOHLE Beeldend kunstenaar Georg Bohle (1977) studeerde in 2007 af aan de Design Academy in Eindhoven. Daarna werkte hij als ontwerper voor de ontwerpstudio Makkink & Bey in Rotterdam (2007–2010) aan een breed scala van projecten, waaronder zowel ontwerpen in de openbare ruimte als meubel- en interieurontwerpen. Sinds de herfst van 2010 is tekenen zijn belangrijkste bezigheid. Het resultaat hiervan is een groeiende reeks van getekende, denkbeeldige stadslandschappen. In 2011 verbleef hij als artist-in-residence, gesponsord door het Fonds BKVB, twee maanden in Tokyo waar hij schetsen maakte van het werkproces van ambachtslieden. Hij liet zich inspireren door de textuur van materialen en voorwerpen waarmee zij werkten. Bohles tekeningen worden in exposities in Nederland en in het buitenland getoond. Hij woont en werkt momenteel in Rotterdam.
DE TEKENING Georg Bohle heeft een tekening gemaakt die gebaseerd is op de verschillende betekenissen van het woord knus. Bohle associeert het woord knus met gevoelens als sfeer, warmte en gezelligheid. Het verlangen naar knusheid lag ten grondslag aan de Zoetermeerse bloemkoolwijken van de jaren zeventig en tachtig. Door de kleinschalige opzet hebben de buurten een gezellig karakter. De beschutte zitplekken en pleintjes waren zo ontworpen dat ze een gevoel van geborgenheid gaven. Het woord knus verwijst volgens Bohle ook naar de turf die in het verleden in Zoetermeer werd afgegraven. Turf werd gebruikt als brandstof in de huiskamerkachel, waaraan het gezin zich warmde. Bohle heeft in zijn tekening de twee betekenissen willen verenigen. We zien de bloemkoolwijken van Zoetermeer opgebouwd uit balen turf. De turf-woningen zijn nagetekend van bestaande Zoetermeerse woningen.
ROBBIE CORNELIssEN Robbie Cornelissen (1954) besloot op latere leeftijd, nadat hij afgestudeerd was als bioloog, een opleiding tot beeldend kunstenaar te volgen. In 1987 studeerde hij af aan de Gerrit Rietveld Academie in Amsterdam. Cornelissen heeft naam gemaakt met zijn virtuoze potloodtekeningen van futuristische interieurs en stadslandschappen waarin herinnering en fantasie elkaar ontmoeten. In de vaak wandvullende tekeningen van architectonische ruimtes als bibliotheken, wachtkamers, fabriekshallen en winkelcentra speelt hij met steeds veranderende perspectieven en overgangen tussen binnen- en buitenruimte.
DE TEKENING Het gestapelde stadscentrum is gebaseerd op de ‘megastructuur’, een opeenstapeling van gebouwen, winkels en verkeersaders waarvan de niveaus onderling zijn verbonden en die samen een complex vormen. Kunstenaar Constant Nieuwenhuijs en de ontwerpstudio’s Archigram en Superstudio ontwierpen tot de verbeelding sprekende megastructuren. Robbie Cornelissen heeft zich hierdoor laten inspireren. Hij heeft een tekening van een stadscentrum gemaakt met een verhoogd maaiveld en een stapeling van functies. Er staan twee torens die zijn opgebouwd uit verschillende lagen met blok- en ruitpatronen. Onder dit niveau zijn andere lagen verborgen. Doordat dit deel zo donker is, krijgt men de indruk dat er onder het maaiveldniveau een onderwereld schuilgaat.
In aansluiting op de tekeningen die terugblikken op de dromen van de bedenkers en ontwerpers van Zoetermeer, ontwikkelde het kunstenaarsduo Wouter Osterholt & Elke Uitentuis in samenwerking met Doris Denekamp & Geert van Mil een kunstproject dat zich richt op de hedendaagse utopie van vrije, publieke ruimte in Zoetermeer en op het internet. Zoetermeer profileert zich steeds meer als een ICT bolwerk. Zo is er sinds kort de innovatiefabriek geopend - een ICT centrum waar een nieuwe hbo-opleiding op het gebied van internet veiligheid start. Daarnaast krijgt ICT ook steeds meer aandacht van de AIVD, een instantie met het hoofdkantoor in het hart van de stad. Zoetermeer heeft het hoogste percentage ICT-banen van Nederland en er is een uitgebreide ICT-infrastructuur aanwezig.
Er bestaat een interessante parallel tussen de ontwikkeling van het internet en de stad Zoetermeer. Allereerst zijn ze beide ontstaan eind jaren zestig, begin jaren zeventig. Ten tweede golden zowel Zoetermeer als het internet als een belofte voor een nieuwe samenleving met collectiviteit en democratie als belangrijkste kernwaarden. Zoetermeer werd ontworpen vanuit het geloof in hoogbouw met daar omheen ruimte voor gezamenlijke activiteiten, in de vorm van publiek groen en gemeenschappelijke parkeergarages. Maar al snel kwam men erachter dat de collectieve ruimtes niet bijdroegen aan het eigen initiatief van bewoners. De plannen werden aangepast met een verhoging van het percentage eengezinswoningen in de private sector ten koste van de hoogbouw. Een soortgelijke verandering van geloof in de publieke ruimte naar geloof in de geprivatiseerde ruimte vindt ook plaats in de onzichtbare stad van het internet (de cyberspace). Hoewel het internet sinds het
ontstaan als onderdeel van de ‘counter culture’ in Californië de belofte draagt van een publiek netwerk waarbinnen informatie vrij kan worden uitgewisseld, is het inmiddels bijna volledig geprivatiseerd. Overheden, maar ook grote private partijen, richten zich steeds meer op het observeren en controleren van onze handelingen. Een ontwikkeling die zich ook afspeelt in de fysieke ruimte van de stad. Door middel van een interventie in de publieke ruimte rond het geprivatiseerde stadshart van Zoetermeer, zullen de kunstenaars de toenemende vernauwing van beide ruimtes voelbaar maken. Bijna niets kan zich tegenwoordig nog onttrekken aan het verregaande toezicht. Persoonlijke gegevens die men op internet verspreidt, worden bewaard en kunnen gemakkelijk door derden worden gebruikt of misbruikt. De beweging van het individu is traceerbaar door een op-
eenstapeling van controletechnieken van bewakingscamera’s, chipkaarten en mobiele telefoons. Draagt deze verregaande monitoring bij aan een veilig, open en democratisch stadslandschap? Om deze vraag te kunnen beantwoorden nemen de kunstenaars het publiek mee in een zoektocht naar de ruimte die niet wordt gemonitord. De zoektocht zal plaatsvinden aan de hand van een aantal trainingen op steeds wisselende locaties in Zoetermeer. De deelnemers zullen zich gaan verdiepen in de werkingen van het internet, hun eigen datastromen en de politieke vraagstukken die hiermee te maken hebben. Daarnaast leren zij technieken om op een bewuste, veilige en onzichtbare manier het internet te gebruiken. Met als uiteindelijk doel om gezamenlijk een open, niet-gesurveilleerd netwerk in Zoetermeer op te zetten als onderdeel van een hedendaagse utopie.