-- DHL Employee Benefit Fund OFP --
Statement of Investment Principles
Inhoud
Pagina
1.
Algemeen
2
2.
Doelstelling
2
3.
Bestuur
3
4.
Beleggingsprincipes
5
Bijlage I:
7
Strategische Asset Allocaties Verboden Beleggingen Benchmarks Bijlage II:
10
Rapportering Bijlage III:
11
Lijst van betrokken personen
Instelling bedrijfspensioenvoorziening CBFA nr 50.436 DHL Employee Benefit Fund OFP
Statement of Investment Principles - 1 januari 2010 1/11
-- DHL Employee Benefit Fund OFP --
1.
Algemeen
De Raad van Bestuur van het DHL Employee Benefit Fund OFP heeft deze Statement of Investment Principles (SIP) opgesteld in overeenstemming met de Wet van 27 oktober 2006 (artikel 95). Dit document werd goedgekeurd door de Raad van Bestuur op 17 december 2009 en werd bekrachtigd door de Algemene Vergadering van 28 december 2009. Het DHL Pension Plan ("het Pensioenplan") is een pensioenplan van het type “Vaste Bijdragen” dat als doel heeft om een extra pensioeninkomen te financieren voor de werknemers van DHL die onderworpen zijn aan de Belgische sociale zekerheid. De pensioentoezegging is beschreven in het reglement van het Pensioenplan. De begunstigden van het Pensioenplan zijn de werknemers die deelnemen aan het Pensioenplan. Het Pensioenplan wordt beheerd door een aparte legale entiteit; het "DHL Employee Benefit Fund OFP" ("het Pensioenfonds") dat onafhankelijk is van haar leden, zijnde de juridische DHL entiteiten in België (de bijdragende ondernemingen). De taken en verantwoordelijkheden van het Pensioenfonds ten opzichte van de bijdragende ondernemingen zijn beschreven in de beheersovereenkomst die afgesloten is tussen het Pensioenfonds en de bijdragende ondernemingen ("de Beheersovereenkomst"). De Raad van Bestuur van het Pensioenfonds is paritair samengesteld uit werknemers en werkgeversvertegenwoordigers. De Raad van Bestuur wordt bij de uitvoering van de taken bijgestaan door: - het Investeringscomité; - een Actuaris; - een Financieel Raadgever; - een Vermogensbeheerder.
2.
De doelstelling
De doelstelling van deze “Statement of Investment Principles (SIP)” is om een beschrijving te formuleren m.b.t. (i) het bestuur inzake beleggingen en (ii) de beleggingsprincipes toegepast door het Pensioenfonds. De SIP bepaalt o.m. de toegepaste wegingmethoden voor beleggingsrisico’s, de risicobeheerprocedures en de strategische spreiding van de activa in het licht van de aard en de duur van de pensioenverplichtingen. De SIP zal minstens om de drie jaar herzien worden en onverwijld na elke belangrijke wijziging van het beleggingsbeleid.
Instelling bedrijfspensioenvoorziening CBFA nr 50.436 DHL Employee Benefit Fund OFP
Statement of Investment Principles - 1 januari 2010 2/11
-- DHL Employee Benefit Fund OFP --
3.
Het bestuur
3.1. De Raad van Bestuur is het samengesteld uit werknemersvan de Raad van Bestuur zijn Raad van Bestuur beheert de overheden.
bestuursorgaan van het DHL Pensioenfonds, paritair en werkgeversvertegenwoordigers. De bevoegdheden beschreven in de statuten van het Pensioenfonds. De OFP en vertegenwoordigt deze t.o.v. de betrokken
De belangrijkste verantwoordelijkheid van de Raad van Bestuur is om erop toe te zien dat het Pensioenfonds een veilige bron van financiering is voor de pensioenuitkeringen. Het Pensioenfonds heeft in dit verband een middelenverbintenis.
3.2. Het Investeringscomité rapporteert aan de Raad van Bestuur en verleent ondersteuning aan deze Raad van Bestuur met betrekking tot de volgende aangelegenheden: a) De bepaling van de verdeling tussen de verschillende vermogenscategorieën (strategische asset allocatie), steunend op onder andere de resultaten van “Asset and Liability Modelling” (ALM) studies; b) Het voorstellen van het kader waarin het vermogen van het Pensioenfonds zal beheerd worden; c) De selectie van de Vermogensbeheerder(s) op basis van criteria zoals performantie, kwaliteit van het beleggingsproces, kosten, dienstverlening en kwaliteit van de relatie; d) Het opvolgen van de beleggingen (monitoring), in het bijzonder m.b.t. de uitvoering van de strategische asset allocaties, de return en het gelopen risico door de Vermogensbeheerder(s). Het Investeringscomité zal zijn taken en verantwoordelijkheden uitvoeren in overeenstemming met de wettelijke bepalingen (o.a. prudent man principe), maar ook rekening houdend met de beste professionele praktijken m.b.t. het beheer van pensioenfondsbeleggingen. Het Investeringscomité vergadert minimaal twee keer per jaar om het beleggingsrapport te analyseren, de huidige situatie te evalueren, en om de kwaliteit van het vermogensbeheer te evalueren. Het Investeringscomité is samengesteld uit DHL managers met de nodige kennis en ervaring in financieel en administratief beheer (zie Bijlage III) Ten einde het Investeringscomité bij te staan in haar taken, kan het Investeringscomité de volgende personen uitnodigen: (i) de Vermogensbeheerder(s), (ii) de Financiële Raadgever en (iii) de Actuaris van het Pensioenfonds.
Instelling bedrijfspensioenvoorziening CBFA nr 50.436 DHL Employee Benefit Fund OFP
Statement of Investment Principles - 1 januari 2010 3/11
-- DHL Employee Benefit Fund OFP -3.3. De Actuaris geeft advies over de gepaste link tussen het vermogen en de verplichtingen van het Pensioenplan. De Actuaris zal er daarom over waken dat alle beslissingen m.b.t. het vermogen in overeenstemming zijn met de bepalingen van het planreglement, de statuten en de toepasselijke wetgeving.
3.4. De Financiële Raadgever verschaft aan het Pensioenfonds het nodige advies m.b.t. het beheer van het vermogen van het Pensioenfonds. Hij zorgt tevens voor een regelmatige analyse van de portefeuille. De Financiële Raadgever kan het Investeringscomité bijwonen en kan uitgenodigd worden om deel te nemen aan de Raad van Bestuur van het Pensioenfonds.
3.5. Het vermogen van het Pensioenfonds wordt beheerd door een gespecialiseerde Vermogensbeheerder in overeenstemming met de gemaakte contractuele afspraken die regelmatig geëvalueerd worden door de Raad van Bestuur van het Pensioenfonds. De Vermogensbeheerder stelt trimestrieel een gedetailleerd rapport op m.b.t. de financiële performantie van de portefeuilles. De Vermogensbeheerder kan de vergaderingen van het Investeringscomité bijwonen en kan tevens gevraagd worden om deel te nemen aan de Raad van Bestuur van het Pensioenfonds.
3.6. Het Pensioenfonds heeft een overeenkomst met een Custodian Bank voor wat betreft de bewaring van de effecten. Deze custodian bank is verantwoordelijk t.o.v. het Pensioenfonds voor het vermogen onder bewaring.
3.7. De jaarrekening van het Pensioenfonds wordt jaarlijks gecontroleerd door de Revisor.
3.8. Het Pensioenfonds is onderhevig aan de toepasselijke wettelijke controle voor pensioenfondsen door de CBFA – Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen.
Instelling bedrijfspensioenvoorziening CBFA nr 50.436 DHL Employee Benefit Fund OFP
Statement of Investment Principles - 1 januari 2010 4/11
-- DHL Employee Benefit Fund OFP --
4.
Beleggingsprincipes
4.1. Het Pensioenplan is van het type “Vaste Bijdragen” en wordt gefinancierd door de werkgevers en de werknemers. Het Pensioenfonds streeft ernaar om hogere returns te halen dan de wettelijke minimum returns. Om die reden kan het Pensioenfonds bepaalde risico’s nemen doch steeds met inachtname van het “prudent person principle”. Het Pensioenfonds heeft daarom een voorkeur voor tactische asset allocatie en een actief financieel beheer van alle vermogenscategorieën. Evenwel, de Vermogensbeheerder mag passieve (index) fondsen gebruiken indien dit de risicobeheersing ten goede komt. 4.2. De beleggingen van het Pensioenfonds zijn gebaseerd op de volgende principes: a) De portefeuille moet in het algemeen volledig belegd zijn, daar de langdurige aanwezigheid van korte-termijn liquiditeitsposities wegen op de gemiddelde lange termijn return; b) Een voldoende niveau van diversificatie in alle vermogenscategorieën dient nagestreefd te worden, o.a. door het gebruik van goed gediversifieerde beleggingsfondsen (sicav’s); c) Aandelen zijn een onmisbare vermogenscategorie teneinde het Pensioenfonds toe te laten om zijn lange-termijn return objectieven te behalen, vooral er een grotere verhouding is van actieve deelnemers dan passieve deelnemers; d) Het wisselrisico moet beperkt worden voor obligaties; e) De doelstelling van actief vermogensbeheer voor elke vermogenscategorie is een betere return (gecorrigeerd voor risico) te halen dan passief (indexed) vermogensbeheer; f) Teneinde te streven naar hogere returns en toch het risico op kapitaalverlies te beperken naarmate de deelnemer de pensioenleeftijd nadert , worden de beleggingen georganiseerd volgens het LifeCycle principe; g) Het LifeCycle principe bestaat erin dat het risicoprofiel van de beleggingen automatisch wijzigt in functie van de leeftijd van de deelnemer (automatisch lager risico naarmate de deelnemer de pensioenleeftijd nadert);
Instelling bedrijfspensioenvoorziening CBFA nr 50.436 DHL Employee Benefit Fund OFP
Statement of Investment Principles - 1 januari 2010 5/11
-- DHL Employee Benefit Fund OFP -h) Te dien einde worden er 4 subfondsen opgericht (zie details bijlage I) met een dalend risicoprofiel en wordt het spaargeld van de plandeelnemers als volgt automatisch belegd: a. b. c. d.
Voor de aangeslotenen tussen 25 en 44 jaar : dynamisch fonds Voor de aangeslotenen tussen 45 en 53 jaar : neutraal fonds Voor de aangeslotenen tussen 54 en 59 : defensief fonds Voor de aangeslotenen vanaf 60 jaar : kapitaalbeschermingsfonds
Voor het vliegend personeel geldt de volgende allocatie: a. Voor de aangeslotenen tussen 25 en 34 jaar : dynamisch fonds b. Voor de aangeslotenen tussen 35 en 43 jaar : neutraal fonds c. Voor de aangeslotenen tussen 44 en 49 : defensief fonds d. Voor de aangeslotenen tussen 50 en 55 jaar : kapitaalbeschermingsfonds
* *
Instelling bedrijfspensioenvoorziening CBFA nr 50.436 DHL Employee Benefit Fund OFP
*
Statement of Investment Principles - 1 januari 2010 6/11
-- DHL Employee Benefit Fund OFP --
Bijlage I Strategische Asset Allocaties Een ALM studie werd uitgevoerd in 2009 door Towers Perrin ten einde te bepalen welke stabiele asset allocatie op lange termijn het meest waarschijnlijk de objectieven van het Pensioenfonds zou realiseren, en de wettelijke bepalingen m.b.t. pensioensbeheer te respecteren. Op basis van deze studie, heeft de Raad van Bestuur de volgende strategische asset allocaties vastgesteld (in %): Vermogenscategorie
Dynamisch
Neutraal
Defensief
Kapitaalbescherming
Benchmark
Aandelen Eurozone World ex-EMU US/Canada Pacific ex-Japan Japan Emerging Markets Subtotaal Onder- en bovengrens
35% 0% 15% 5% 4% 6% 65% 55%-75%
25% 0% 15% 3% 3% 4% 50% 40%-60%
20% 0% 8% 2% 2% 3% 35% 25%-45%
10% 5% 0% 0% 0% 0% 15% 15%-15%
MSCI EMU MSCI World ex-EMU MSCI North America MSCI Pacific ex-Japan MSCI Japan MSCI EM
Obligaties (euro) Overheidsobligaties EMU Bedrijfsobligaties EMU Inflatie linked obl EMU Subtotaal Onder- en bovengrens
10% 15% 5% 30% 20%-40%
20% 20% 5% 45% 35%-55%
30% 25% 5% 60% 50%-70%
0% 0% 0% 0% 0%-0%
JPM EMU Overheidsobligaties iBoxx Euro Corporate Bonds JPM ELSI Aggregate Index
0%
0%
0%
85%
-
5% 0%-10%
5% 0%-10%
5% 0%-10%
0% 0%-0%
EPRA Europe
100%
100%
100%
100%
Tak 21 Vastgoed Onder- en bovengrens Totaal
Instelling bedrijfspensioenvoorziening CBFA nr 50.436 DHL Employee Benefit Fund OFP
Statement of Investment Principles - 1 januari 2010 7/11
-- DHL Employee Benefit Fund OFP --
Ten einde flexibiliteit te geven aan de Vermogensbeheerder m.b.t. de tactische asset allocatie worden er enkel marges bepaald voor de belangrijkste vermogenscategorieën. De vrije reserves (positief verschil tussen het "vermogen van het pensioenfonds (pension fund assets)" en de "waarde van de rekeningen van de plan deelnemers") worden belegd conform de instructies van het Investeringscomité. De beleggingen kunnen zowel in korte termijn instrumenten, obligaties of aandelen. De keuze van de beleggingsinstrumenten zal o.a. bepaald worden in functie van de omvang van de vrije reserves alsook het tijdstip van betaling van de verwachte werkingskosten.
Verboden Beleggingen De volgende directe beleggingen zijn niet toegelaten tenzij de Raad van Bestuur hier een uitdrukkelijke toelating voor verleend heeft: a) b) c) d) e)
Direct vastgoed beleggingen; Afgeleide producten (opties en futures), tenzij om het wisselkoers risico (voor niet-Euro munten) en markt risico te dekken; Niet genoteerde aandelen en “private equity” fondsen; Obligaties met een lagere rating dan BBB en niet genoteerde obligaties; Aandelen of obligaties uitgegeven door het moederhuis of uitgegeven door zusterbedrijven.
Benchmarks Elke vermogenscategorie heeft een referentie-index of benchmark. De gewogen som van deze benchmarks (gebaseerd op het gewicht van de vermogenscategorie in de strategische allocatie) wordt gebruikt om de samengestelde benchmark te bepalen evenals zijn theoretische return: De MSCI aandelenindexen zijn « net dividend reinvested » indexen. De obligatie- en vastgoedindexen zijn “gross return” indexen.
Instelling bedrijfspensioenvoorziening CBFA nr 50.436 DHL Employee Benefit Fund OFP
Statement of Investment Principles - 1 januari 2010 8/11
-- DHL Employee Benefit Fund OFP -De kwaliteit van de gemaakte beleggingen van elke vermogenscategorie wordt geëvalueerd door de netto return ervan te vergelijken met de return van de benchmark. De totale kwaliteit van het portfolio management wordt geëvalueerd door de netto return van de totale portefeuille te vergelijken met de return van de samengestelde benchmark. Het risico van de portefeuille wordt gemeten aan de hand van de Sharpe ratio die een indicatie geeft van het risico dat gelopen werd bij het behalen van de returns. De ratio geeft dus aan of de returns het resultaat zijn van goede beleggingsbeslissingen (i.e. zonder al te veel risico) of indien deze tot stand zijn gekomen door het nemen van een excessief risico.
Instelling bedrijfspensioenvoorziening CBFA nr 50.436 DHL Employee Benefit Fund OFP
Statement of Investment Principles - 1 januari 2010 9/11
-- DHL Employee Benefit Fund OFP --
Bijlage II Rapportering De Vermogensbeheerder bezorgt minstens op driemaandelijks basis aan het Pensioenfonds een rapport over elk subfonds met relevante informatie over: a) De details m.b.t. de marktwaarde van de portefeuille; b) De behaalde returns; c) De vergelijking met de benchmarks; d) De verschillende risicomaatstaven zoals bepaald door het Pensioenfonds; e) De beleggingsfondsen waarin belegd zijn; f) De beleggingsstrategie en vooruitzichten; g) De evolutie en wijziging m.b.t. de organisatie en het beleggingsproces.
Instelling bedrijfspensioenvoorziening CBFA nr 50.436 DHL Employee Benefit Fund OFP
Statement of Investment Principles - 1 januari 2010 10/11
-- DHL Employee Benefit Fund OFP --
Bijlage III Lijst van betrokken personen zoals bepaald op 17 december 2009 Raad van Bestuur De Heer Roland Steisel – Voorzitter Mevrouw Lucrèce Reybroeck – Afgevaardigd Bestuurder Mevrouw Katrien Van Elslander De Heer Koen Gouweloose De Heer Peter Luypaert De Heer Dirk Sterckx De Heer Johan Vanlinthout Mevrouw An Schots De Heer Guy Creten - Secretaris Investeringscomité DHL: De Heer Leo Daems, Vice President Treasury EMEA & Europe Mevrouw Lucrèce Reybroeck, Managing Director Human Resources EUHQ De Heer Roland Steisel, Vice President Head of Legal Europe De Heer Guy Creten, Headcount & Pension Fund Manager Derden :
Bank Degroof: De Heer Jan Longeval, Managing Director SIGMA: De Heer Jean van Caloen, Director Towers Perrin: De Heer Eric Baeckelandt, Senior Consultant
Actuaris Towers Perrin, Woluwedal 26/6, 1932 St.-Stevens-Woluwe, vertegenwoordigd door De Heer Eric Baeckelandt, Senior Consultant. Financieel Raadgever SIGMA, Services for Investment Governance and Managed Assets, Tervurenlaan 138B, 1150 Brussel, vertegenwoordigd door De Heer Jean van Caloen, Director. Vermogensbeheerder Bank Degroof, rue de l’Industrie 44, 1040 Brussels, vertegenwoordigd door De Heer Jan Longeval, Bestuurder. Custodian Bank Bank Degroof, rue de l’Industrie 44, 1040 Brussels. Revisor PriceWaterhouseCoopers Bedrijfsrevisor BCVBA, Woluwedal 18, 1932 Sint-Stevens-Woluwe, vertegenwoordigd door Raf Vander Stichele BBVBA, vertegenwoordigd door De Heer Raf Vander Stichele. Instelling bedrijfspensioenvoorziening CBFA nr 50.436 DHL Employee Benefit Fund OFP
Statement of Investment Principles - 1 januari 2010 11/11