Startnotitie onderzoek effectiviteit economische projecten
Sector:
rekenkamer
Beleidsproces:
aanvang onderzoek
Status: Datum: Ambtelijk opdrachtgever:
Definitief. 25 november 2005. Dhr Hindriks, Directeur rekenkamer.
1. Aanleiding In de commissievergadering van 18 januari 2005 legde de rekenkamer Dordrecht een top 10 met mogelijke onderzoeksvoorwerpen voor aan de commissie Bestuur en Middelen. Iedere fractie werd gevraagd om twee onderwerpen te noemen waar de voorkeur naar uit ging. Hieruit kwam naar voren dat de raad graag wil weten hoe risicovolle projecten worden aangepakt en hoe de werkgelegenheid zich heeft ontwikkeld. Beide onderwerpen werden vertaald naar het verzoek om een onderzoek te doen naar de effectiviteit van het economisch beleid van de gemeente Dordrecht. Onder effectiviteit verstaat de rekenkamer de uit de genomen maatregelen geresulteerde maatschappelijke effecten (te weten werkgelegenheid, economische activiteiten, investeringen en groei van ondernemingen). De
rekenkamer
heeft
vervolgens
het
‘Meerjaren(beleids)programma
2002-2006’
en
het
‘Coalitieakkoord 2002-2006’ geraadpleegd om doelstellingen te vinden op het gebied van economisch beleid. Daarin trof de rekenkamer een groot aantal uiteenlopende doelen aan, zoals: ontwikkeling van Dordtse Kil IV, behoud en uitbreiding van hoger onderwijs, een goede ICTinfrastructuur, toename van het aantal startende ondernemers, betere bereikbaarheid van de binnenstad, verlaging van het werkloosheidspercentage, vergroting van de capaciteit van het knooppunt A16/N3 en versterking van het ‘Shipping Valley’ complex. Daar economisch beleid vele verschijningsvormen kent en een onderzoek naar het gehele economische beleid niet haalbaar is, heeft de rekenkamer oriënterende gesprekken gevoerd met ambtenaren en raadsleden. Vanaf juni 2005 heeft de rekenkamer onder andere door middel van oriënterende gesprekken met de
heer
Wil
Ronken
(programmamanager
(Directeur Economie),
Stadsontwikkeling), de
heer
Jan
mevrouw
Smits
Antoinette
van
(Senior-Adviseur
Heijningen
Strategie
en
Beleidsprogrammering) en de heer Peter van Niekerk (Hoofd Projectmanagement) onderzocht hoe dit onderzoek vorm kan worden gegeven. Daarnaast heeft de rekenkamer de aanvullende wensen van de raad gehoord die van toepassing zijn op dit onderzoek. Uit de oriënterende gesprekken met de raad kwam naar voren dat de raad onderzocht wil hebben hoe effectief het uitvoeren van economische projecten is geweest. Naast de effectiviteit van deze projecten sprak de raad de wens uit dat ook het proces dat is doorlopen bij het uitvoeren van deze projecten nader wordt onderzocht. Hierbij is de raad geïnteresseerd in de visie die de gemeente heeft over economische projecten. Vooral Groen Links, D66 en CDA zijn hierin geïnteresseerd. Verder wensen ChristenUnie/SGP, Groen Links, PvdA en EcoDordt dat de onderzochte projecten in een regionaal perspectief worden geplaatst. De ChristenUnie/SGP is geïnteresseerd in de vraag of er bij de projecten wel een markt- en risicoanalyse is uitgevoerd. De VVD vraagt zich af in hoeverre er een acquisitiebeleid is gevoerd. Een drietal projecten zullen onderzocht worden. De fracties Ecodordt, ChristenUnie/SGP, Groenlinks, CDA, PvdA en D66 wensen dat de aanleg van de Prins Willem-Alexanderkade in de Krabbepolder
wordt
onderzocht.
Businesspark
Startnotitie onderzoek economische projecten
2
Amstelwijck
wordt
door
de
fracties
ChristenUnie/SGP, Groen Links, CDA, PvdA en D66 als tweede project aangedragen dat onderzocht kan worden. De VVD fractie wenst dat er ook een project onderzocht zal worden waarbij het vermoeden is dat deze effectief is geweest. Beter voor Dordt en ChristenUnie/SGP sloten zich bij dit voorstel aan. De ChristenUnie/SGP en Beter voor Dordt noemen hierbij het Statenplein als mogelijk project. Omdat uit de oriëntatie is gebleken dat er binnen de gemeente Dordrecht behoefte is aan een onderzoek naar economische projecten zal de rekenkamer het onderzoek toespitsen op deze projecten. De drie projecten die onderzocht zullen worden zijn:
De aanleg van Businesspark Amstelwijck.
De aanleg van de PWA-kade.
Stadsvernieuwing Het Statenplein.
Businesspark Amstelwijck is onderdeel van een groter gebied waarin tal van bouwprojecten van verschillende aard zijn uitgevoerd. Het project businesspark Amstelwijck zelf stamt van oorsprong uit 1992 en heeft tot doel het realiseren van een kwalitatief hoogwaardige locatie voor kantoren en bedrijven. In een artikel van de Dordtenaar van 16 juni 20051 wordt vermeld dat er rekening wordt gehouden met een verlies van € 17,5 miljoen. Feit dat het terrein momenteel op een tweetal bedrijven na leeg staat, zoals blijkt uit een tekst op de intranetsite van de gemeente Dordrecht en uit waarneming van de rekenkamer, is reden voor de gemeenteraad om het project onderzocht te willen hebben. In 2000 werd besloten tot de aanleg van de Prins Willem-Alexander Kade. De kade is aangelegd in de Krabbepolder die onderdeel is van het Dordtse zeehavengebied. De aanleg van de PWA-kade is gericht op grote ondernemingen, voornamelijk containerbedrijven. De realisatie van de Krabbekade geschiedde in 2003. Met de aanleg was een bedrag van € 7,5 miljoen gemoeid, zo blijkt uit de voortgangsrapportage die op 18 december 2003 is verschenen. Daarnaast is zo er nog € 3,4 miljoen apart gelegd als risicoreservering (begroting 2005). Tot op heden ligt het terrein er werkloos bij. Dit blijkt uit het verslag van de vergadering van de commissie Ruimte en Economie van 16 juni 2005. Het project Statenplein heeft als doel gehad om het kernwinkelgebied van Dordrecht te herstructureren. Het plan om het winkelgebied te herontwikkelen bestond al geruime tijd en is in 2002 gereed gekomen. Doel van het project was 20.000m² aan winkeloppervlakte te verbouwen of nieuw te bouwen. Daarnaast werd beoogd 29 woningen en een fietsenstalling te realiseren. Ook het verplaatsen van de weekmarkt behoorde tot de doelstellingen. Uiteindelijk is in 1995 begonnen met het de eerste fase van het project. Uit een voortgangsrapportage blijkt dat met het project een totaalbedrag was gemoeid van € 25 miljoen.
1
Bron: “Amstelwijck blijft Dordt kapitalen kosten”, De Dordtenaar 16 juni 2005
Startnotitie onderzoek economische projecten
3
2. Onderzoekskader 2.1 Doelstelling onderzoek De rekenkamer streeft met haar onderzoek twee doelstellingen na:
Het informeren van de raad over de effectiviteit van de genoemde economische projecten.
Het informeren van de raad over de wijze waarop de projecten worden uitgevoerd.
2.2 Probleemstelling en onderzoeksvragen Aan de hand van een drietal casussen wil de rekenkamer onderzoeken of projecten in de gemeente Dordrecht hebben geleid tot de beoogde economische en maatschappelijke effecten en of deze projecten op effectieve wijze zijn uitgevoerd. De probleemstelling van het onderzoek luidt als volgt: “Hebben de drie projecten geleid tot de gewenste effecten en op welke wijze zijn de drie projecten uitgevoerd?” De probleemstelling is nader uitgewerkt in de volgende onderzoeksvragen: 1.
Welke doelstellingen hebben het college en de raad vooraf opgesteld bij het opstarten van economische projecten?
2.
In hoeverre zijn deze doelstellingen gerealiseerd?
3.
Wat zijn de effecten op werkgelegenheid, economische activiteiten, investeringen en groei van ondernemingen van deze economische projecten?
Met bovenstaande drie onderzoeksvragen wordt de eerste doelstelling nagestreefd. 4.
Op welke wijze willen het college en de raad projecten uitvoeren?
5.
Hoe zijn de projecten Businesspark Amstelwijck, PWA-kade en stadsvernieuwing Statenplein uitgevoerd?
Met de onderzoeksvragen vier en vijf wordt de tweede doelstelling nagestreefd. Door middel van het beantwoorden van deze twee onderzoeksvragen kan een eventuele aanbeveling worden gedaan over hoe in de toekomst projecten beter uitgevoerd kunnen worden. 2.3 Afbakening Zoals is aangegeven in de aanleiding richt dit onderzoek zich op een drietal projecten, te weten Businesspark Amstelwijck, zeehaven Krabbepolder en Stadsvernieuwing Het Statenplein. Bij het project Amstelwijck zal uitsluitend het deel worden beoordeeld waar hoogwaardige bedrijven zijn gepland. Dit is het gebied dat is ingeklemd tussen de N3, de A16 en het sportpark Amstelwijck. Alle overige activiteiten die onder het project Amstelwijck vallen, zullen dus niet worden meegenomen in de beoordeling.
Startnotitie onderzoek economische projecten
4
Bij het project PWA-kade zal uitsluitend worden gekeken naar de aanleg van de Prins WillemAlexander Kade. Bij het project Statenplein wordt uitsluitend gekeken naar de activiteiten die zijn uitgevoerd met betrekking tot het Statenplein, de Sarisgang, de Tolburgstraat en de Kolfstraat. De rekenkamer zal bij de oordeelsvorming de periode meenemen van het allereerste begin van de drie projecten tot heden.
3. Onderzoeksaanpak 3.1 Normenkader De rekenkamer zal voor de onderzoeksvragen normen definiëren waaraan de bevindingen getoetst kunnen worden. Dit zogenaamde normenkader zal bij dit onderzoek als leidraad dienen bij het verzamelen en beoordelen de projecten. De normen zullen ontleend worden aan wet- en regelgeving, beleidsdocumenten en normen die de gemeente zichzelf heeft opgelegd. Het normenkader is bijgevoegd bij deze startnotitie. Voor nadere informatie over de onderzoeksaanpak verwijzen wij u naar de website van de rekenkamer Dordrecht. 3.2 Verzameling van informatie Alle benodigde informatie om tot een eindoordeel te komen zal afkomstig zijn van verschillende informatiebronnen. Dit kunnen zijn:
Relevante raads(commissie)- en stafverslagen.
Tussenrapportages, startnotities.
Documentatie over het beleid en de uitvoering daarvan.
Interviews met betrokken actoren van de drie projecten.
Steekproeven.
Indien een bepaalde informatiebron onvoldoende informatie geeft of aan een norm is voldaan, kan de rekenkamer besluiten zelf een onderzoek in te stellen om alsnog de benodigde informatie te verkrijgen.
4. Organisatie, planning en procedure van het onderzoek 4.1 Organisatie Het onderzoek zal worden uitgevoerd door de heer Jan Bouwsma, de heer Daan Massie en de heer Lars
Wouters.
Daarnaast
is
het
externe
bureau
Ecorys
ingehuurd
voor
noodzakelijke
ondersteuning. De heer Rik Hindriks is eindverantwoordelijk voor het onderzoek. Indien dit noodzakelijk wordt geacht zullen meer medewerkers ingezet worden bij de uitvoering van het onderzoek. De betrokken medewerkers kunnen via onderstaande e-mailadressen en telefoonnummers worden bereikt:
Startnotitie onderzoek economische projecten
5
D.V. Hindriks
[email protected]
(078) 6396217
J.M. Bouwsma
[email protected]
(078) 6396201
D.V.J. Massie
[email protected]
(078) 6396209
L.C.J. Wouters
[email protected]
(078) 6396218
4.2 Planning en procedure Het onderzoek van de rekenkamer zal starten zodra deze startnotitie ter kennisname aan de Commissie Bestuur en Middelen en de organisatie is verstuurd.
Ambtelijke hoor en wederhoor staan gepland in maart 2005.
Bestuurlijk commentaar staat gepland in april 2006.
Publicatie staat gepland in april 2006.
Startnotitie onderzoek economische projecten
6
Bijlage: Normenkader Normen met betrekking tot de effectiviteit van de projecten 1.
Uit het plan van aanpak moet blijken welke activiteiten worden uitgevoerd en welke resultaten en effecten gerealiseerd moeten worden.
2.
Er moet een verantwoording zijn waaruit blijkt welke activiteiten zijn uitgevoerd en welke resultaten en effecten zijn gerealiseerd.
3.
Er wordt in een vooropgesteld plan van aanpak uiteengezet wat de samenhang is tussen de te ondernemen activiteiten en de beoogde resultaten en effecten.
4.
Er wordt in een verantwoording aannemelijk gemaakt dat er daadwerkelijk een samenhang was tussen de activiteiten, resultaten en effecten.
5.
De te ondernemen activiteiten en de beoogde resultaten en effecten dienen meetbaar, tijdsgebonden en consistent te worden geformuleerd.
6.
De verantwoorde activiteiten, resultaten en effecten zijn betrouwbaar, consistent en tijdig van aard.
Normen met betrekking tot de uitvoering van de projecten 7.
Er is een probleemanalyse uitgevoerd waarin duidelijk wordt gemaakt waarom het project het probleem (gedeeltelijk) op kan lossen.
8.
Doelstellingen zijn vanuit een economische visie van de gemeente geformuleerd.
9.
Vooraf is er een risicoanalyse uitgevoerd, hierbij wordt rekening gehouden met de van toepassing zijnde randvoorwaarden.
10. Vooraf aan een project dient er een selectie plaats te vinden waarbij de projectleider wordt gekozen, dit ter beoordeling van de ambtelijk opdrachtgever. Deze projectleider dient daarnaast te voldoen aan de gestelde functie-eisen. 11. Er dient een marktanalyse te zijn waarin aandacht wordt besteed aan de vraag naar het product en het concurrerende aanbod. 12. Een tijdsplanning is opgesteld met ijkpunten/mijlpalen. 13. De te ondernemen activiteiten in elke fase zijn omschreven (plan van aanpak). 14. De betrokken actoren zijn in kaart gebracht (omgevingsanalyse) en geanalyseerd is welke rol elke actor vervult. 15. Aan het einde van elke fase biedt de projectleider een verantwoordingsdocument en een bijgesteld plan aan (bij de raad). 16. Een acquisitieplan is opgesteld en uitgevoerd. 17. De raad wordt op regelmatige basis geïnformeerd door middel van voortgangsrapportages. Deze regelmaat dient vastgelegd te zijn. 18. Afwijking van de oorspronkelijke planning wordt gerapporteerd. 19. In de rapportages wordt aandacht besteed aan de beheersaspecten tijd, financiën, kwaliteit, informatie en organisatie. 20. Na oplevering van het project is een eindevaluatie uitgevoerd.
Startnotitie onderzoek economische projecten
7