Startnotitie beleidsplan Wet maatschappelijke ondersteuning 2012 - 2015
juli 2011: sector Inwonerszaken, team Openbare Orde, Welzijn en Onderwijs 1
Inleiding Voor u ligt de startnotitie beleidsplan Wet Maatschappelijke Ondersteuning (Wmo) van de gemeente Westvoorne. De startnotitie is bedoeld als richtinggevend kader voor de komende vier jaar als het gaat om maatschappelijke ondersteuning. Het schrijven van een beleidsplan is een verplichting die is opgenomen onder artikel 3 van de Wmo: “De gemeenteraad stelt een of meer plannen vast, die richting geven aan de door de gemeenteraad en het college te nemen beslissingen over maatschappelijke ondersteuning. Het plan bevat de hoofdzaken van het door de gemeente te voeren beleid. In het plan wordt per prestatieveld uitgewerkt wat de doelstellingen zijn en hoe het beleid wordt uitgevoerd. Het plan geldt voor maximaal vier jaar.” Het vorige beleidsplan Wet Maatschappelijke Ondersteuning 2008 – 2011 is vastgesteld in december 2008. Aanleiding In het coalitieprogramma van de gemeente Westvoorne is het volgende opgenomen: “Uitgangspunt voor het gemeentebestuur blijft dat de zorg niet verschraald wordt. Bij verslechterende financiële vooruitzichten zal de gemeente de eigen beleidsvrijheid benutten om de zorg op peil te houden. Bezien zal worden of tot efficiency-verhoging kan worden gekomen. Waar mogelijk wordt verdere samenwerking gezocht”. De gemeente wordt geconfronteerd met maatschappelijke ontwikkelingen die het noodzakelijk maken om het beleid in het kader van de Wet maatschappelijke ondersteuning te hervormen. Om grote tekorten in de gemeentelijke begroting te voorkomen, moet Westvoorne de komende jaren een groter beroep gaan doen op de zelfredzaamheid en eigen kracht van inwoners. Bij het opstellen van het nieuwe beleid worden betrokken partijen om inbreng gevraagd. Deze startnotitie zal vervolgens, na verwerking van de inbreng, verder worden uitgewerkt in het nieuwe beleidsplan. Het beleidsplan Wet maatschappelijke ondersteuning 2012 – 2015 zal in april 2012 aan de gemeenteraad worden voorgelegd. Wet maatschappelijke ondersteuning De Wmo regelt dat mensen met een beperking de voorzieningen, hulp en ondersteuning krijgen die ze nodig hebben. Het kan gaan om ouderen, gehandicapten of mensen met psychische problemen. De Wmo streeft ernaar dat iedereen langer kan meedoen aan de maatschappij en langer zelfstandig kan blijven wonen. Het Wmo-beleid is breed. Het Wmo-beleid biedt een paraplu voor veel beleidsthema’s. Veel onderdelen van de Wmo zijn al uitgewerkt in andere beleidsnota’s, bijvoorbeeld in het sportbeleid, het gezondheidsbeleid, het mantelzorgbeleid, het subsidiebeleid, het veiligheidsbeleid, de woonvisie etc. In het Wmo-beleidsplan 2008 – 2011 staan doelstellingen en actiepunten opgenomen. Westvoorne is een eind op weg met het uitvoeren van de actiepunten uit het beleidsplan. Ondertussen hebben zich binnen de Wmo allerlei ontwikkelingen voorgedaan die niet in het beleidsplan waren voorzien. Dit zijn ontwikkelingen zoals o.a. de aanbesteding hulp bij het huishouden, het wegvallen van de ondersteunende begeleiding en bezuinigingen op de doeluitkering maatschappelijke opvang van de centrumgemeente Spijkenisse. Deze ontwikkelingen hebben bijgedragen aan een extra beleidsopgave binnen de Wmo. Tevens zal per 1 januari 2013 de functie extramurale begeleiding met dagverzorging vanuit de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) overgeheveld worden naar de Wmo. De gemeente wordt dan verantwoordelijk voor de begeleiding van mensen met een lichamelijke, verstandelijke of zintuiglijke handicap of psychogeriatrisch of psychiatrisch probleem. Deze ingrijpende verandering is niet de enige die de komende tijd op de gemeente afkomt. Ook de Jeugdzorg wordt wezenlijk anders georganiseerd. Er komt een nieuw financieel kader waarin alle huidige regelingen opgaan en er is nieuwe wetgeving aangekondigd. Bij de decentralisatie van de jeugdzorg gaat het landelijk om circa 3 miljard euro. We kunnen dus spreken van een grote operatie. Alle zorg rondom jeugd wordt gedecentraliseerd. Dat betekent dat ook op dit punt de gemeente verantwoordelijk wordt. In 2013 zal het eerste onderdeel ‘begeleiding jeugd’ overgaan naar de gemeente. Per 2014 zullen de jeugdzorg, jeugd-ggz (geestelijke gezondheidszorg) en jeugd-lvg (zorg voor kinderen en jongeren met een licht verstandelijke handicap) fasegewijs de verantwoordelijkheid van de gemeente worden. Deze ontwikkelingen komen aan bod in het beleidsplan Wet maatschappelijke ondersteuning 2012 – 2015. 2
Opzet beleidsplan 2012 - 2015 In het Wmo-beleidsplan komen de volgende zaken aan de orde: • Evaluatie Wmo-beleidsplan 2008-2011; • (Her)formuleren van de gemeentelijke doelstellingen op de negen prestatievelden; • Formuleren samenhangend beleid en welke acties worden ondernomen in de periode die het plan bestrijkt; • Welke resultaten de gemeente wenst te behalen in de periode die het plan bestrijkt; • Welke maatregelen de raad en het college van B&W nemen om de kwaliteit te borgen van de uitvoering van de maatschappelijke ondersteuning; • Welke maatregelen worden genomen om de keuzevrijheid te bevorderen voor degenen aan wie maatschappelijke ondersteuning wordt verleend. De Wmo verdeelt het beleid op het gebied van wonen, zorg en welzijn zoals eerder vermeld in negen prestatievelden. Hierbij de visie op de prestatievelden. We kunnen vier clusters maken van deze negen prestatievelden. U wordt separaat nog geïnformeerd over de Verordening Wet maatschappelijke ondersteuning (cluster A). De verordening ligt meer op het vlak van de uitvoering (wel of niet heffen van een eigen bijdrage op de Wmo-voorzieningen) en behoeft momenteel al aanpassing. Cluster A: prestatievelden 5 en 6 Prestatievelden 5 en 6 (participatie van – en voorzieningen voor mensen met een beperking) liggen op het vlak van de uitvoering. De grondslag hiervoor is de Verordening Wet Maatschappelijke Ondersteuning en het financieel besluit en de beleidsregels. De afgelopen tijd wordt er gesproken over het project van de VNG ‘De Kanteling’. Dit betreft het anders vormgeven van de compensatieplicht in de Wmo. Welke ondersteuning heeft de burger echt nodig om te kunnen participeren? De verordening zal opnieuw bekeken worden en zo nodig bijgesteld. Met de verordening en het besluit Wmo kan de gemeente Westvoorne jaarlijks sturen op de budgettaire kaders van de Wmo. In het coalitieprogramma is opgenomen: “Indien verder verslechterende economische omstandigheden zich aandienen is heroverweging van de inzet van middelen en een scherpere prioriteitstelling niet uit te sluiten”. Gemeenten kunnen een eigen bijdrage heffen maar hoeven dit niet te doen. Het Rijk laat de gemeente vrij in het vaststellen van de hoogte van de eigen bijdrage en de criteria tot het heffen ervan. Momenteel wordt de invoering van een eigen bijdrage onderzocht. Cluster B: prestatievelden 1 en 4 In het nieuwe beleidsplan wordt ingezoomd op prestatievelden 1 (sociale samenhang) en 4 (mantelzorgers en vrijwilligers). Vrijwilligers en mantelzorgers nemen een belangrijke positie in onze samenleving. In het nieuwe beleidsplan wordt de groep vrijwilligers en mantelzorgers uitvoerig behandeld. Vooruitlopend op het nieuwe beleidsplan sluit Westvoorne per 1 september 2011 aan op de Vrijwilligers Centrale en kunnen instellingen vanaf 1 september ondersteuning vragen bij de uitvoering van het vrijwilligerswerk (dit wordt bekostigd uit het budget van € 35.000,- dat vanuit het jaar 2014 naar voren is gehaald in 2011). Het betreft de functies: bemiddeling; promotie; informatie, advies & ondersteuning; belangenbehartiging; werk-ontwikkeling; organisatieontwikkeling en coördinatie van vrijwilligerswerk. Cluster C: prestatievelden 2 en 3 Prestatieveld 2 (preventieve ondersteuning jeugd) en 3 (informatie, advies en cliëntondersteuning). Dit bestaat o.a. uit het jeugd- en jongerenbeleid en het Wmo-loket en de Woon-, Zorg- en Welzijnstrefpunten (WZW-trefpunten) en het onderzoek naar de inrichting van de preventieve huisbezoeken voor alle 75+’ers in onze gemeente. Cluster D : prestatievelden 7, 8 en 9 Prestatievelden 7, 8 en 9 betreffen maatschappelijke opvang, openbare geestelijke gezondheidszorg (OGGZ) en verslavingsbeleid. Maatschappelijke opvang omvat activiteiten bestaande uit het tijdelijk bieden van onderdak, begeleiding, informatie en advies aan personen die, door een of meerdere problemen, al dan niet gedwongen de thuissituatie hebben verlaten 3
en niet in staat zijn zich op eigen kracht te handhaven in de samenleving. Het grootste deel van de voorzieningen op prestatievelden 7, 8 en 9 wordt bekostigd uit de doeluitkering van de gemeente Spijkenisse. Het Rijk heeft aangekondigd hierop de komende jaren te gaan bezuinigen. Als Westvoorne samen met de regiogemeenten wil dat het voorzieningenniveau op hetzelfde niveau wordt gehouden, betekent dit ook dat op lokaal niveau middelen moeten worden ingezet. Dit wordt in het beleidsplan Wmo verder uitgewerkt. AWBZ overheveling naar Wmo In het portefeuillehouders overleg Maatschappelijke Zaken op Voorne Putten is afgesproken dat de 5 gemeenten in de inventarisatiefase van de AWBZ overheveling nauw samen zullen werken. Spijkenisse trekt dit bestuurlijk. Hierin wordt een antwoord gegeven op vragen als: Wat komt er concreet op de gemeente af? Welke partijen zijn er binnen de gemeente? Om welke aantallen het gaat, etc. Na een volledige inventarisatie kan pas gekeken worden naar waar gezamenlijk optrekken gewenst dan wel noodzakelijk is. Hiervoor zal in het najaar van 2011 meer duidelijk worden. (Burger)participatie Bij het opstellen van het beleidsplan is de inbreng van de doelgroep van zeer groot belang. De Adviesraad Wet Maatschappelijke Ondersteuning & Sociale Zaken is het platform van de gemeente waar de inwoners van de verschillende doelgroepen vanuit de Wmo (bijvoorbeeld: mantelzorgers, mensen met een lichamelijke beperking etc.) vertegenwoordigd zijn. De adviesraad is een belangrijke partner bij het opstellen van het beleidsplan. Het werkmodel agenda 22 (een praktische methode voor gemeenten en groepen mensen met beperkingen om samen inclusief lokaal beleid te ontwikkelen) zal gebruikt worden. Tevens is gestart met werkbezoeken / overleg met externe organisaties die de Wmo raken. Het gaat dan bijvoorbeeld om Het Rode Kruis, Ouderenorganisaties zoals de PCOB / ANBO, Inloophuizen etc. Op die manier worden signalen opgepakt en meegenomen bij het opstellen van het Wmo-beleid. Financiën Zie hieronder de begroting Wmo voor het jaar 2012. Jaarlijks wordt er € 100.000,- uit eigen middelen toegevoegd aan het budget. Voor 2012 komt hier nog eens een bedrag van € 92.188,bij door de korting op het gemeentefonds. In het beleidsplan Wmo 2012 – 2015 wordt nader ingegaan op de financiën. Het beleidsplan Wmo 2012 – 2015 wordt budgettair neutraal uitgevoerd. In de septembercirculaire zal met betrekking tot de decentralisatie AWBZ / Jeugdzorg en de middelen die hiervoor per gemeente beschikbaar gesteld worden meer duidelijkheid komen. Wmo budget 2012 gemeentefondsuitkering (raming 2011) Oude WVG budgetten (historisch gegroeid) Eigen middelen als gevolg van korting gemeentefonds 2011 Eigen middelen (historisch) verlaging eigen middelen (budgettair neutraal) (beleidsmedewerker Welzijn) Beschikbare budget
€ 1.032.915 € 801.085 € €
92.188 100.000
€ 20.000 € 2.006.188
Planning In april 2011 is gestart met de werkbezoeken / het overleg met organisaties. Dit loopt door tot eind 2011. De signalen die hieruit komen worden gebruikt voor het opstellen van het beleid. Gelijktijdig wordt de Adviesraad Wet Maatschappelijke Ondersteuning & Sociale Zaken betrokken bij het opstellen van het beleidsplan. In april 2012 wordt het beleidsplan in de raad behandeld.
Wat
Wie
Wanneer 4
Startnotitie beleidsplan Wmo 2012 - 2015
Beleidsplan Wmo 2012 -2015
college
augustus 2011
raad overleg organisaties en adviesraad
september 2011 april 2011 – december 2011
Inventarisatie decentralisatie Awbz college inspraaktermijn 6 weken
november 2011 begin januari 2012 half januari 2012 / februari 2012 maart 2012 maart 2012 april 2012
verwerken inspraakreacties college raad
5