Stand van de Industrie Trends, Ontwikkelingen, Cijfers & Prognoses
december 2015
Economisch Bureau NL Casper Burgering Senior sector econoom
020 – 383 26 93
[email protected] @CasperBurgering
‘Stand van de Industrie’ is positief in december Sheet 6
Mondiale BBP (2016)
4%
54
3%
52
2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016
48 2014
2015
-2%
-4,9%
PMI bezettingsgraad NL (nov./K4)
buitenland
0% -10% binnenland
80 75
53,7
14
2,1% 8%
0% -4% 2014
2015
Vacature Indicator (okt.)
Sheet 15
+4%
1
100
0
50
-1
15
0 2013
82,3%
2015
Faillissementen (t/m nov., mom)
0,77
85
2014 2015
2015
Productie groei NL (okt.)
4%
PMI vs CBS 58 56 54 52 50
Sheet 11
4,0
2014
Sheet 14
2015
Producenten vertrouwen NL (nov.)
6 4 2 0 -2
2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016
2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016
Sheet 13
Omzetgroei (okt.)
2014
0%
Sheet 10
12% 9% 6% 3% 0%
-20%
2%
4,7%
8% 4% 0% -4% -8%
10%
4%
2014
Export NL (2016)
4,4%
BBP NL (2016)
2,3%
58 56 54 52 50 48 46
Sheet 9
Investeringen NL (2016)
Sheet 8
53,5
50
2%
Sheet 12
PMI man. NL (nov.)
51,2
3,3%
Sheet 8
Sheet 7
Global PMI Man. (nov.)
2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016
Sheet 4
2014
2015
2014
2015
2
15% 0%
Economisch Bureau
-15%
Oranje lijn = LT-gemiddelde Groene lijn = actueel verloop Grijze stippellijn = neutrale grens
Verwachting ABN AMRO
Actuele stand van zaken
Ongunstige omstandigheden
Neutrale omstandigheden
Gunstige omstandigheden
Belemmeringen en risico’s in bedrijfsactiviteiten
Onvoldoende vraag
3 2 1 2015
2014
2013
2012
0
2015
saldo % pos/neg. ondernemers
0 -2 2012 2013 2014 2015 Nederlandse markt Markt binnen de EU Markt buiten de EU
Valuta & grondstoffen 300 250
Onderbrekingen in het productieproces kan ertoe leiden dat niet aan de vraag kan worden voldaan. Factoren van invloed zijn bijv. het weer, stakingen van personeel en internationale sancties (bijv. De EU sancties tegen Rusland).
5 4 3 2 1 0
1,2
200 150
1
Een te hoge exposure in valuta en grondstofprijzen kan risico’s met zich meebrengen. Valutaschommelingen en trends in grondstofprijzen kunnen de concurrentiepositie positief of negatief beïnvloeden.
EUR/USD (r.as)
Weer, staking, sancties 6
1,4
Macro-economisch risico • • • • •
Verdere vertraging industriële sectoren wereldwijd (China, VS, Duitsland!) Sterkere economische vertraging of harde landing in China Afname fabrieksorders vanuit Duitsland Grexit, Brexit (2017) Fed renteverhoging (december)
2015
4
Het vinden van vakkundig (vaak technisch geschoold) personeel is voor veel ondernemers een grote opgave. Toch geeft in het 4e kwartaal slechts 4,3% van de ondernemers aan dat dit een belemmering vormt.
2
Een merendeel van de ondernemers denkt dat de concurrentiepostie is verbeterd, maar het aantal is relatief laag. Dit geldt voor zowel de NL-markt, de EU-markt als voor de markt buiten de EU. Vooral in de markt buiten de EU is de positie verder versterkt.
CRB index (l.as)
Andere oorzaken in % v/h aantal ondernemers
5
2011
in % v/h aantal ondernemers
Tekort aan arbeidskrachten
4
2015
0
Arbeidsmarkt 6
2014
2
2015
2014
2013
2012
2011
0
4
2014
5
6
2014
10
8
2011
15
10
2011
20
in % v/h aantal ondernemers
in % v/h aantal ondernemers
25
De financiële beperkingen vormt de 2e grootste belemmering voor veel ondernemers. In het 4e kwartaal heeft 7,8% van de ondernemers aangegeven dat zij hier beperkingen ondervinden om te kunnen voldoen aan de vraag.
12
6
350
Financiële beperkingen
De grootste belemmering is voor veel ondernemers onvoldoende vraag. In het 4e kwartaal ervaart 19,9% van de ondernemers beperkte vraag. De trend is echter wel dalend sinds het einde van de recessie van 2011-2012.
30
Sinds begin 2015 is het aantal ondernemers dat een tekort aan productiemiddelen ervaart toegenomen. Zij hebben te weinig machines/ installaties/ ruimte/grondstoffen/materialen om te kunnen voldoen aan de vraag.
Financiële beperkingen
Onvoldoende vraag 35
2013
0 2012
2015
2014
2013
2012
0
2
2013
10
4
2013
20
6
2011
30
8
2012
40
Productiemiddelen, materiaal, ruimte
10
2012
50
Het aantal ondernemers dat geen belemmeringen ondervindt is momenteel hoog. Aan het begin v/h 4e kwartaal is 54,4% van de industriële ondernemers van mening dat er nagenoeg geen belemmering zijn.
in % v/h aantal ondernemers
60
2011
in % v/h aantal ondernemers
Geen belemmeringen 70
Concurrentiepositie
Tekort productiemiddelen
Geen belemmeringen!
3 Economisch Bureau
Bron: CBS, Thomson Reuters Datastream, ABN AMRO Economisch Bureau
Voorzichtig optimisme gerechtvaardigd 8%
World GDP % growth 2016: 3.3%
India
7%
Vietnam EMERGING ASIA
6%
China
Indonesia
GDP % growth (yoy) 2017
5% 4% 3% 2%
Brazil
1%
Greece
Argentina Turkey Colombia EMERGING UAE South Africa EUROPE Poland Australia LATIN Czech Rep. UK AMERICA Norway S.Korea US Spain Netherlands Switzerland France Belgium Germany Russia Italy EUROZONE Japan
World GDP % growth 2017: 3.4%
Ireland
0% -4%
-2%
De wereldeconomie zal sneller groeien. De welvarende economieën houden hun groeimomentum vast en de opkomende landen zullen er beter in slagen om met de problemen waarmee zij in 2015 te maken kregen om te gaan. De vertraging in China houdt aan maar de negatieve doorwerking in de rest van de wereldeconomie zal afzwakken.
0% GDP % growth (yoy) 2016
De Amerikaanse economie is klaar voor een renteverhoging. De arbeidsmarkt is robuust en de consument heeft meer bestedingruimte. De investeringen groeien in een gematigd tempo door. Door de dure dollar en de vertragingen in opkomende markten stelt de export teleur. De woningmarkt staar er gunstig voor, met aantrekkende investeringen.
2%
De Chinese economie blijft voor de nodige onrust zorgen in de mondiale economie. De groeivertragingen in de economie zullen geleidelijk verlopen. De activiteit in de dienstensector blijft beter op peil dan in de industriële sector. Overcapaciteit in de industrie (maar ook in de vastgoedsector) blijft echter een hardnekkig probleem, ook in 2016.
4%
6%
De EU-economie herstelt verder. De binnenlandse vraag in de eurozone wint aan kracht en de consument blijkt in dit stadium de motor voor veel economieën. De particuliere consumptie werd gestimuleerd door de lage inflatie en het geleidelijk herstel van de arbeidsmarkt. De dalende export naar o.a. de BRICs drukt de groei van de totale export.
8%
Voor de Latijns Amerikaanse economie lijkt het ergste achter de rug. Met name de afgezwakte grondstofprijzen en interne economische problemen hebben hun tol geeist in 2015. Komend jaar zal de exportgroei de aanjager zijn, uitgaande van aantrekkende wereldhandelsvraag. Maar landen in deze regio zullen minder schokbestendig zijn.
4 Economisch Bureau
Bron: ABN AMRO Economisch Bureau
Groei vd industriële productie staat in veel landen onder druk, behalve in EU.
De mondiale staalproductie is in 2015 afgenomen met 1,8% (t/m oktober).
De wereldhandel kromp in september en ligt nu verder onder zijn LT-gemiddelde.
(% groei industriële productie op jaarbasis)
(% groei staal productie op jaarbasis)
Wereldhandel groeit volgens ABN AMRO met 2,0% joj in 2015 en 4,0% joj in 2016
10%
0% 2015
2014
0%
0%
6%
2015
2014
5,5%
5% 4% 3% 2013
2014
2015
2%
Japan
10%
1,5%
1% 0% -1% -2%
-10% 2013
-20%
US
EU
12% 8% 4% 0% -4% -8%
0% 2011
0% 2015
2013
10%
-10% 2014
2013 2014 2015
10%
2% 2013
Japan
2012
4%
2012
2012
20%
US
6%
-5% 2011
2015
2014
2013
2012
2011
0%
China
30% 20% 10% 0% -10% -20%
% groei (joj)
EU
5%
2013 -10%
-20% 2013 2014 2015
2013
2014
2014
Wereldhandel Gemiddelde 2015
2015
2015 LT-gemiddelde
Nieuwe industriële orders laten wereldwijd in november een afname zien…
…maar de industriële output geeft een sterke toename weer…
…terwijl de index op werkgelegenheid maar weinig terrein verliest in november.
(PMI nieuwe orders, index > 50 is expansie in bedrijfsactiviteiten)
(PMI productie, index > 50 is expansie in bedrijfsactiviteiten)
(PMI werkgelegenheid, index > 50 is expansie in activiteiten)
55
Global PMI
10%
China
20%
2011
Mondiale productie
Industriële activiteit groei maar moeizaam
55
54
54
53
53
55 54 53
52,3 52
52 51,5
51
52
51
51
neutraal
neutraal 50
50
50
49
49 2014
2015
50,6
neutraal 49
2014
2015
2014
2015
5 Economisch Bureau
Bron: Thomson Reuters Datastream, CPB, CBS
PMI industrie in de VS neemt scherp af November PMIs verwerkende industrie
70
VS Wereld:
54,1
55,2
51,3
52,7
51,2
52,8
53,7 53,6
53,5
53,3
-0,4%
52,9
50
30 Japan
1,5%
52,4
52,6 0,4%
53
51,4 -3,0%
44,1 Brazilie
50,6
52,8
(index, 50 = neutraal)
40 52,1
-0,6%
Europa: 52,7
PMI output - november
-2,4%
-0,2%
-4,5%
60
20 10 0
43,8 -0,7%
50,6
0,2%
50,2
0,0%
50,1
54,1
54,9
Rusland
-0,2%
1,5%
51,3
53,1
Output 80
PMI nieuwe orders - november
70
(index, 50 = neutraal)
neutraal
60 50
3,5%
India
51,1
40
50,8
30
-0,6%
Eurozone:
China 52,3
48,3
52,8
48,6
1,0%
0,6%
20 10 0
Cijfers gecorrigeerd voor seizoensinvloeden
Nieuwe orders
neutraal
De PMI in het verenigd Koninkrijk (VK), de Verenigde Staten (VS) en Oostenrijk nemen scherp af in november. Met name de industriële activiteit in de VK neemt aanzienlijk af. Vanwege de dure pond neemt valt de groei van het aantal exportorders voor industriële goederen tegen en ligt de focus nu sterk op de binnenlandse consumptie. Ook in de VS hebben industriële bedrijven te maken met een afname van de exportorders, vanwege de dure dollar. De binnenlandse verkopen houden hier echter redelijk stand. De problemen voor de industriële sector in Brazilië houden aan. De PMI voor de verwerkende industrie zwakte verder af vanwege de sterk afnemende vraag (zowel de binnenlandse als de buitenlandse vraag). Als gevolg daarvan maakte de deelindicator op werkgelegenheid een diepe duikeling.
6 Economisch Bureau
Bron: Thomson Reuters Datastream, NEVI, Markit Economics
2,0
58
1,5
56
1,0
54
0,5
52
0,0
50
-0,5
48
-1,0
46
-1,5
44
-2,0
42 2014
PMI - industrie (totaal)
bijdrage in indexpntn van onderdelen PMI aan de wijziging van PMI totaal
PMI orders en output dalen flink in november
2015
PMI - werkgelegenheid
PMI - nieuwe orders
PMI - productie
PMI - levertijden
PMI - voorraad ingekocht materiaal
PMI - Industrie (r.as)
De PMI bleef nagenoeg stabiel in november: van 53,7 in oktober naar 53,5. Nog steeds ruim boven het neutrale niveau. De belangrijkste onderdelen van de PMI (althans die deelindicatoren die het grootste aandeel hebben in de samenstelling van de index) droegen negatief bij in november. Voor de vijfde opeenvolgende maand nam de PMI voor nieuwe orders af. Ook de PMI deelindicator op productie daalde flink in november.
De afname van de nieuwe orders en ook de afname van de nieuwe export orders is goeddeels te wijten aan de nog relatief zwakke vraag vanuit de eurozone. Met name de vraag vanuit Duitsland valt tegen, die op zijn beurt weer meer last heeft van de afkoeling in de opkomende landen. De export van Nederlandse industriële goederen naar landen als het VK en Azië laat nog een positief beeld zien. De Purchasing Managers’ Index (PMI) van het NEVI is een verzamelingsindex gebaseerd op 5 individuele indexen met de volgende zwaarte verdeling: nieuwe orders (0,3), productie (0,25), werkgelegenheid (0,2), levertijden (0,15), voorraad ingekocht materiaal (0,1), met de levertijden index omgekeerd zodat de cijfers zich in een vergelijkbare richting bewegen.
7 Economisch Bureau
Bron: NEVI, Thomson Reuters Datastream, ABN AMRO
Nederlandse consument geeft weer uit BBP
2014
2015
2016
2017
1,0
2,1
2,3
2,2
Particuliere consum ptie
0,0
1,7
1,9
1,9
Overheidsconsum ptie
0,3
0,1
0,6
0,6
Investeringen
3,5
9,5
4,4
4,2
Uitvoer
4,0
4,6
4,7
5,1
Invoer
4,0
5,2
5,8
5,5
Consum entenprijsindex
1,0
0,7
1,5
1,9
Contractlonen (part.)
1,1
1,3
1,7
2,0
Werkloosheid (% ber.bev.)
7,4
6,9
6,5
6,0
Lopende rekening (% BBP)
10,6
10,8
9,8
9,5
Saldo overheid (% BBP)
-2,4
-2,2
-1,6
-1,3
Schuld overheid (% BBP)
68,2
66,7
65,2
63,4
Rente- en valutavooruitzichten: 15Q1
15Q2
15Q3
15Q4
16Q1
16Q2
16Q3
16Q4
0,05 -0,02 0,02 0,3
0,05 -0,06 -0,01 1,0
0,05 -0,1 -0,04 0,8
0,00 -0,2 -0,15 0,5
0,00 -0,2 -0,15 0,7
0,00 -0,2 -0,15 0,9
0,00 -0,2 -0,15 1,0
0,00 -0,2 -0,15 1,1
10-jr Bund Duitsland 10-jr Treasury VS
0,2 1,9
0,8 2,3
0,6 2,0
0,4 2,5
0,6 2,7
0,8 2,9
0,9 2,9
1,0 3,0
(1,9)
(2,1)
(2,3)
(2,5)
(2,6)
USD per EUR
1,07
1,11
1,12
1,05
1,00
0,95
0,95
0,95
(1,10)
(1,10)
(1,05)
(1,00)
(1,00)
Kwartaalultimo's
Refi 1-mnd Euribor 3-mnd Euribor 10-jr Staat NL
Ramingen ABN AMRO
Consumptie draagt weer bij aan BBP-groei Huishoudens zijn weer positief over de economie en de arbeidsmarkt. Zij zijn minder somber over hun financiën. Voor volgend jaar houden zij rekening met een verdere verbetering. Langzaam schudden zij hun schroom om te kopen verder van zich af. De verandering in sentiment weerspiegelt zich in de detailhandelsverkopen en de uitgaven aan duurzame goederen.
Fed gaat rente in december verhogen Nadat eerder enkele belangrijke macro-economische cijfers van de VS waren tegengevallen, liet het banencijfer van oktober weer een forse verbetering zien, zo bleek begin november. Daardoor vatte de verwachting weer post dat de Fed de rente in december zou gaan verhogen. De Fed had immers ook al na de rentevergadering van eind oktober laten blijken dat de deur voor een renteverhoging in december nog open stond. Latere uitspraken van Fed-voorzitter Janet Yellen wezen eveneens in die richting. Het lijkt dan ook waarschijnlijk dat de Fed de rente 17 december zal verhogen.
Lange rente kan tijdelijk nog iets dalen De lange rente kan in de nabije toekomst nog wat dalen als gevolg van de uitgebreidere monetaire stimulering door de ECB. Daarmee wordt het (opwaartse) effect van de renteverhoging in de VS op de lange rente in de eurozone ongedaan gemaakt. Volgend jaar zal de lange rente waarschijnlijk licht stijgen vanwege de toenemende economische groei in de eurozone. De stijging van de lange rente wordt echter beperkt door de zeer lage korte rente.
Euro wordt zwakker Als gevolg van het uiteenlopende monetaire beleid in de VS en de eurozone zal de koers van de euro naar verwachting in 2016 verder dalen. Door de uitspraken van Draghi is de dollar trouwens alweer sterker geworden. (zie voor meer achtergrond en analyse: de ‘Nederlandse Economie in Zicht’ en ‘Visie op rente en euro’ op ABN AMRO Insights)
Economisch Bureau
8
Bron: ABN AMRO Economisch Bureau (Nico Klene/Philip Bokeloh)
Economisch sentiment over eurozone stabiel Merendeel analisten positief, maar het aantal zit in een dalende trend sinds begin dit jaar... (ZEW – Financial Analyst Expectations, saldo % pos/neg analisten) 80
80
Eurozone
Duitsland
60
60
20
20
0
0
-20 2014
50 40 30 20 10 0 -10
2015
Industriele productie
20%
50 40
80
0%
40
60
30
40
20
20
10
0
0 2014
2015
2015
Japan
-5%
-20%
-3% 2011
2012
2013
2014
2015
Nieuwe orders industrie zijn t/m oktober met 0,7% j-o-j toegenomen
Nieuwe orders industrie
25%
2011
2012
2013
2014
Autoverkopen zijn t/m november met 5,4% j-o-j toegenomen
2015
China
15%
2015
Export
10% 10%
10%
5% 0%
0%
0%
100
-5% -10%
-5%
75
-10%
50 2012
2014
15%
5%
125
2011
2013
De export is t/m september met 5,4% j-o-j toegenomen 20%
Autoverkopen
30%
2012
20%
(Macro-economisch klimaat in China, index)
2010
2011
2015
20% 2014
150
-10%
-2% 2014
VS
0%
-1%
0 2015
10%
0%
20
2014
20%
1% 5%
10
Bouworders
40% 30%
2%
10%
30
De totale bouworders zijn t/m september met 1,2% j-o-j toegenomen
3%
2015
VK
Retail verkopen (ex. auto's)
5% 4%
15% 2014
Frankrijk
Retailverkopen (ex. auto’s) zijn t/m september met 2,8% j-o-j toegenomen
Industriële productie is t/m september met 0,7% j-o-j toegenomen
40
40
De Duitse economie is veerkrachtig, maar de industriële activiteit staat echter nog onder druk. Ondanks de ontstane onrust over de afkoeling van opkomende landen (met name in China), blijven de vooruitzichten voor de Duitse economie gunstig. De economie in Duitsland groeit volgens ABN AMRO met 2,0% in 2016. Vooral de trends in de investeringen en bestedingen van producenten en consumenten zullen bijdragen aan de continuering van de groei..
2013
2014
2015
-10%
-15%
-20% 2011
2012
2013
2014
2015
2011
2012
2013
2014
2015
2011
2012
2013
2014
2015
9 Economisch Bureau
Bron: ZEW, Thomson Reuters Datastream
Industrieel vertrouwen in Nederland houdt stand Nederlandse industriële ondernemers zijn nog vol vertrouwen. De meeste indicatoren geven aan dat industriële ondernemers de komende drie maanden met vertrouwen tegemoet zien. De PMI staat op 53,5, ruim boven de neutrale grens van 50 en ook ruim boven het lange termijn gemiddelde van 51,8 punten. Wel registreert de NEVI PMI in november een sterk afname van de nieuwe orders (en een nog sterkere afname van de nieuwe exportorders). Het producentenvertrouwen houdt goed stand en ook de consument laat weer van zich horen. Het consumentenvertrouwen en de koopbereidheid van duurzame goederen laat in november een sterke toename zien. In vier branches is het oordeel over het economisch klimaat in november verbeterd ten opzichte van de positie in oktober: basismetaal, elektrische apparaten, machines en transportmiddelen. In de overige branches is dit oordeel afgenomen, maar veelal wel nog positief.
PMI - industrie
Vertrouwen, oordeel economisch klimaat en sentiment
PMI Neutraal
60
Consumentenvertrouwen Producentenvertrouwen Koopmoment duurz. goederen
15 10
55
53,5
5
Economisch sentiment LT-gemiddelde
110 105 100
0
50
95 -5
45
90
-10
LT gem. = 51,8 2013
60
Langetermijn gem. Niveau november neutraal
50 40 30
20 10
85
-15
40 2012
2014
2015
-20
2014 25 20 15 10 5 0 -5 -10 -15
2015
80 2012
2013
10
Ontwikkeling orderportefeuille
2014
2015
Oordeel economisch klimaat Verwachting toekomstig productie niveau
8 6 4 2
0
0 oktober november
-2
saldo (%) ondernemers positief/negatief
2014
2015
10 Economisch Bureau
Bron: CBS, NEVI, ABN AMRO Economisch Bureau
Productie chemie herstelt sterk in oktober Chemie
Rubber-kunststof
14
9
-7
0 -3 -6
-9
-14 2012
2013
2014
2011
2015
Metaalproducten
2013
2014
2015
Elektrotechnisch 36
8
24
4
12 % joj
12
0 -4
0
-36 2011
2012
2013
2014
2015
Machines
2011
2012
2013
2014
8
-8 -16 2011
2012
2013
2014
2015
2015
2012
2013
2014
2015
2012
2013
2014
2015
21 14 7 0 -7 -14 2011
2012
2013
2014
2015
2011
= productie ontwikkeling = 3-maands voortschr. gem. = lange termijn gemiddelde
De totale productie nam in oktober met 2,1% op jaarbasis toe. De gemiddelde groei van
de productie t/m oktober 2015 is 1,9% (excl. food). Voor
28
% joj
0
2014
Meubels
50 40 30 20 10 0 -10 -20
16
2011
2015
Transportmiddelen
24
2013
20 16 12 8 4 0 -4 -8 -12 -16
-24
-12
2012
Elektrische apparaten
-12
-8
2011
% joj
% joj
2012
% joj
2011
-
% joj
% joj
% joj
3
0
Legenda: Groei gemiddelde dagproductie industriële branches (in % joj).
20 16 12 8 4 0 -4 -8 -12
6
7
% joj
Basismetaal
november en december gaan wij ervan uit dat de productiegroei verder aantrekt, aangezien K4 voor veel branches een sterke periode is. De chemische industrie laat een sterke productiegroei zien, na 9 maanden van krimp. De uitvoer naar landen binnen de eurozone valt tegen. De productiegroei in de machine-industrie stelt weer teleur. Dit houdt deels verband met de teruglopende fabrieksorders in Duitsland. In de meubelindustrie groeit de productie sterk door. De productiegroei in de overige branches schommelt rond het lange termijn gemiddelde.
11 Economisch Bureau
Bron: CBS, ABN AMRO Economisch Bureau
Druk op omzet houdt in veel branches aan Rubber-kunststof 30
60
20
20
40
0
10
-20
% joj
0
2012
2013
2014
-20
Metaalproducten
-40 2011
2015
80
30
60
20
40
10
20 % joj
40
% joj
2012
2013
2014
2015
Machines
0
-10 2011
2012
2013
2014
Meubels
2012
2013
2014
2015
50 40 30 20 10 0 -10 -20
0
-40
2015
2011
Transportmiddelen
-20
-20
-
0
% joj
2011
Legenda: Groei totale omzet industriële branches (in % joj).
20
-10
-40
2011
2012
2013
2014
2015
2011
2012
2013
2014
2015
15
20
10
10
5
Totale omzet industrie Omzet binnenland
0 % joj
0
-10 -20
-5 Omzet buitenland
-10 -15
2011
2012
2013
2014
2015
2012
2013
2014
= productie ontwikkeling = 3-maands voortschr. gem. = lange termijn gemiddelde
In september daalden zowel de binnenlandse als de buitenlandse omzet. Met de binnenlandse omzet ging het al relatief slecht, maar door de sterke krimp in de buitenlandse omzet (van 4,6% j-oj in oktober) nam de krimp in de totale omzet ook toe. De totale
omzet kromp met 4,9% j-o-j in oktober. De dalende
Omzet totale industrie
30
% joj
Basismetaal
40
% joj
% joj
Chemie
grondstofprijzen en daarmee lagere afzetprijzen spelen hier een prominente rol. Gedurende oktober namen de belangrijkste grondstofprijzen (voor olie, metalen) verder af. En parallel aan deze ontwikkeling daalden ook de afzetprijzen voor de gehele industrie. De trends in omzetontwikkelingen volgen daarnaast in grote lijnen van de trends in productieontwikkeling.
2015
12 Economisch Bureau
Bron: CBS, ABN AMRO Economisch Bureau
Bezettingsgraad industrie op LT-gemiddelde Bezettingsgraden in Europa:
76 74
Laag: 74.4
96 86 2007
78,7
78
2015
68
2014
90 2013
68 2012
80
2011
73
2010
95 2009
82
2008
78
82,3
2007
100
73
82,3
106
2015
83
116
2014
105
Duitsland
2013
78
84
88
2012
83
93
110
2011
86
115
2010
Hoog: 86.1
2009
Eurozone
88
88
2008
Bezettingsgraad Nederland:
Bezettingsgraad (%, l.as)
Bezettingsgraad (%, l.as)
Productie (index, r.as)
Productie (index, r.as)
Frankrijk
Spanje
78
110
78
68
73
100
73
96
68
90
68
86
116
2015
2014
2013
2012
2011
2010
2009
106
2008
1990 1991 1992 1993 1994 1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015
136 126
2007
2009
2008
2007
2015
70
2014
83
2013
120
2012
83
72
2011
88
2010
130
88
TOTAAL
Langetermijn gemiddelde
Hoog
Laag
Bezettingsgraad (%, l.as)
Bezettingsgraad (%, l.as)
Sinds Lehman
Pre-crisis gemiddelde
Productie (index, r.as)
Productie (index, r.as)
In het begin van het vierde kwartaal heeft de bezettingsgraad van de totale industrie een pas op de plaats gemaakt. De bezettingsgraad kwam uit op 82,3% en dat is exact gelijk aan de gemiddelde bezettingsgraad uit het derde kwartaal.
Ook in andere landen in Europa gebeurde er niet veel met de bezettingsgraad in het vierde kwartaal. De bezettingsgraad in Duitsland steeg slechts licht met 0,2%-punt naar 84,4%. De bezettingsgraad in Nederland staat nagenoeg gelijk met die van Frankrijk en beide landen staan ruim boven het eurozone gemiddelde van 81,5%.
In de chemie en de machinebouw blijft de bezettingsgraad rondom het lange termijn gemiddelde schommelen. In de meubel-, elektrotechnische en elektrische apparatenindustrie steeg de bezettingsgraad naar een hoger niveau, terwijl in de metaalproducten-, basismetaal- en rubber/kunststofindustrie de bezettingsgraad juist daalde.
13 Economisch Bureau
Bron: Thomson Reuters Datastream, NEVI, Markit Economics
Arbeidsmarkt industrie houdt positieve trend vast Vacature-indicator houdt trend vast 3
(max. is 3 en min is
Stand arbeidsmarktindicatoren: Uitzenduren industrie (% j-o-j)
20
ondernemers optimistisch
2
PMI - werkgelegenheid (index)
56 54
10
52
neutraal
50
1
0
48
LT-gemiddelde
46 -10
44 2013
-1
2014
2015
Personeelssterkte
5
(komende 3 mndn)
2013
10%
2014
2015
Ontstane banen industrie
15
0
-2
ondernemers pessimistisch
-3 2007
2008
2009
Totaal Bouwnijverheid
2010
2011
2012
2013
5%
-5
10 5
-10
2014
2015
Industrie Commerciële dienstverlening
0%
-15 -20
20
(saldo % ondernemers positief vs. negatief)
2013
2014
2015
0
x 1.000
0
2010 2011 2012 2013 2014 2015 Ontstane banen industrie (r.as) % van totaal (l.as)
In oktober-november zien we dat het herstel in de arbeidsmarkt van de industrie aanhoudt. De belangrijkste indicatoren (vacatures, uitzenduren) vertonen nog steeds groei. Met name het aantal uitzenduren in de industrie is in periode 11 weer sterk gegroeid op jaarbasis: 10% groei.
Ondernemers zijn nog steeds positief gestemd over de vacature-ontwikkeling, getuige de stand van de vacature-indicator. Sinds begin dit jaar zit de reeks in een stijgende trend. De positieve stand van de vacature-indicator lijkt haaks te staan op de verwachte personeelssterkte. Maar ondanks dat de reeks over de verwachte personeelssterkte negatief staat (dus meer negatief gestemde ondernemers, dan positief gestemde), is de trend nagenoeg identiek met de vacatureindicator.
De PMI voor de werkgelegenheid steeg in november met 0,7 indexpunten naar 55,0. Ook het aantal ontstane banen in het derde kwartaal van dit jaar verder toegenomen. Deze trends passen bij het beeld dat de arbeidsmarkt vertraagd reageert op economische ontwikkelingen.
14 Economisch Bureau
Bron: CBS, ABU, NEVI, Markit Economics
Aantal faillissementen industrie blijft laag 120
120
Industrie, totaal (nov. 2015): - maandbasis: +4% - jaarbasis: -4%
100
113
100
- jan. tm okt. 2015 (joj): -33% Overig
80
Meubelindustrie
80
Overige transportmiddelenind.
60
Transportmiddelenindustrie
49
60
Machine-industrie
40
Metaalproductenindustrie Basismetaalindustrie
20 aantal
Rubber- en kunststofindustrie Chemische industrie Voedingsmiddelenindustrie
0 2012
2013
2014
2015
20
19
0 1993 1994 1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015
Elektrotechnische industrie
40
aantal bedrijven
Elektrische apparatenindustrie
Totaal faillissementen industrie
Lange termijn gemiddelde
Hoog
Laag
12 mnds voortschr. gem. (faillissementen)
…en neemt slechts licht toe op maandbasis
In juli zijn 25 industriële bedrijven failliet gegaan, 1 meer dan een maand geleden. Op maandbasis betekent dit een toename van 4% en ten opzichte van oktober 2014 is dit een daling van 4%. Het totaal aantal industriële bedrijven dat failliet is gegaan tot dusver in 2015 is 354, en dit is 33% minder op jaarbasis.
Met 25 failliete bedrijven blijft het aantal faillissementen op een laag niveau. In de metaalproducten-, meubel- en machine-industrie hebben dit jaar de meeste faillissementen plaatsgevonden. In de metaalproductenindustrie 90 faillissementen.
Tot en met november 2015 is de daling in het totaal aantal faillissementen in Nederland (over alle sectoren) 22% op jaarbasis. Voor heel 2015 gaat ABN AMRO uit van een verdere daling van het aantal faillissementen en naar verwachting zal het aantal in 2015 dalen met 15-20% op jaarbasis.
15 Economisch Bureau
Bron: CBS
Overaanbod, China en zwakke vraag zijn de trends De oliemarkt wordt nog steeds gekenmerkt door een enorm overaanbod. En dit houdt de prijs langer laag. 70
Crude Oil-Brent (USD/bbl)
In navolging van de trends in de olieprijs blijven de kunststofprijzen relatief stabiel. Herstel volgt als olieprijs weer stijgt. 135
65
Kunststof & olieprijs (index)
EU/NL aardgasprijs (TTF, Euro/KwH)
23
60
115
22
105
21
55
20
45
95
40
85
35
75 1-jan-15 1-apr-15
19
30 01-jan-15
01-apr-15
01-jul-15
18
LME-Copper (Grade A, USD/Mt)
6.400
17
1-jul-15
Polystyrene PET
01-okt-15
Vraag naar koper is zwak, maar het is vooral sentiment over toekomstige vraag dat de prijzen laag houdt. 6.900
25 24
125
50
Ruime voorraden en zwakke vraag zorgt voor extra druk op de gasprijs. Meer concurrerend gas zorgt ook voor druk.
1-okt-15
PVC Olie
De aluminiumprijs gaat gebukt onder overaanbod. De vraag valt nog tegen, maar de voorraden nemen gestaag af. 2.000
16 01-jan-15
01-jul-15
01-okt-15
Ook de staalsector zal overaanbod moeten aanpakken, waarbij China een voorname rol in zal hebben. Mondiale staalprijs (HRC, USD/t)
LME-Aluminium (99.7%, USD/Mt)
1.900
500
1.800
450
5.900
01-apr-15
1.700 400
5.400 1.600 4.900
350
1.500
4.400 01-jan-15
01-apr-15
01-jul-15
01-okt-15
1.400 01-jan-15
01-apr-15
01-jul-15
01-okt-15
300 01-jan-15
01-apr-15
01-jul-15
01-okt-15
16 Economisch Bureau
Bron: Thomson Reuters Datastream, ABN AMRO Economisch Bureau
Annex: oordeel industriële ondernemers naar regio’s Economisch klimaat NL (industrie)
> 5% tussen 1-5% neutraal tussen min 1 en min 5% 3,3% < -5%
85,4% 81,8% 81,5%
oktober: 83,6%
> 83% tussen 83 en 82% < 82%
81,0%
81,9%
80,6%
82,9% 83,5%
83,9% 80,3%
83,9%
82,0%
78,7%
2,2%
(saldo pos./neg. ondernemers)
-3,7%
> 5%
3,2%
-6,1%
-4,5% -6,0%
< -5%
Nederland: - oktober: -2,8% - september: 0,5%
3,9%
3,3%
5,6%
-14,5% 15,1%
-6,3%
1,9%
-1,9% 2,2%
3,1%
2,4%
-4,9%
-4,7% -2,8%
-0,9%
79,3%
-0,3%
tussen min 1 en min 5%
0,1%
0,3%
7,7%
Personeelssterkte NL (industrie)
3,0%
-4,6%
84,1%
-9,3%
oktober:
9,8%
6,6%
85,0%
3,6%
neutraal
3,1%
-7,3%
< -5%
tussen 1-5%
6,8
81,8%
81,1%
tussen min 1 en min 5%
Nederland: - november: -3,4% - oktober: -2,8%
-0,7%
Nederland: - oktober: 2,9% - september: 2,1%
86,0%
6,6%
2,1%
1,5% > 5% tussen 1-5% neutraal tussen min 1 en min 5% 3,6% < -5%
-2,0%
neutraal
9,2%
(saldo pos./neg. ondernemers)
tussen 1-5%
0,2
Economisch klimaat NL (industrie)
81,1%
-2,0%
> 5%
-3,6%
Nederland: - november: 2,7% - oktober: 2,9%
82,4%
kwartaal 3: Bezettingsgraad Nederland: - Kwartaal 3: 82,3%
(saldo pos./neg. ondernemers)
4,9%
81,3% 83,6%
> 83% tussen 83 en 82% < 82%
Personeelssterkte NL (industrie)
(saldo pos./neg. ondernemers)
Bezettingsgraad Nederland: - Kwartaal 4: 82,3%
-3,2%
1,5%
Bron: CBS Bron: CBS
Totale orderpositie (industrie)
Totale buitenlandse orderpositie (industrie)
(saldo pos./neg. ondernemers)
(saldo pos./neg. ondernemers)
Orders in maanden werk NL (industrie)
-15,2%
-25,7% > 5% tussen 1-5% neutraal tussen min 1 en min 5% < -5%
-3,0% -2,5%
-1,9%
oktober:
-0,7% -14,3%
(saldo pos./neg. ondernemers)
-8,2%
> 5% tussen 1-5% neutraal tussen min 1 en min 5% < -5%
oktober:
4,4%
-0,3%
7,9% -8,3%
oktober:
-5,3%
4,3 4,8
Orders in maanden werk NL (industrie)
5,4
2,7
-11,4%
-2,1%
3,5%
11,6%
-0,9%
3,3 3,8 2,7
5,2%
-4,3%
3,6
3,2
5,7% 1,6%
-16,4% -0,8%
-16,6%
3,0% -2,9%
2,8
> 5 maanden 4-5 maanden 3-4 maanden 2-3 maanden 0-2 maanden
0,7%
Nederland: - oktober: -2,7% - september: -3,2%
3,0% -5,6%
7,1%
> 5% tussen 1-5% neutraal tussen min 1 en min 5% < -5%
-5,0%
-10,7%
3,3
-12,8%
-6,3% 14,2%
3,8 2,7
-1,0%
(saldo pos./neg. ondernemers)
1,6%
Nederland: - oktober: -6,0% - september: -3,6%
0,5% -1,3%
3,3
10,6%
Totale buitenlandse orderpositie (industrie)
-19,1%
2,7
> 5 maanden 4-5 maanden 3-4 maanden 2-3 maanden 0-2 maanden
-1,5%
Nederland: - november: -3,6% - oktober: -2,7%
7,2%
Nederland: - november: -6,3% - oktober: -6,0% Totale orderpositie (industrie)
> 5% tussen 1-5% neutraal tussen min 1 en min 5% < -5%
-5,3%
-16,3%
4,3 4,8
-2,8% 3,5
-11,1%
3,9
5,3
5,5
2,7
3,8
5,5
Nederland: - oktober: 4,0 maanden - oktober: 3,9 maanden
Nederland: - oktober: 3,9 maanden - september: 3,9 maanden
17 Economisch Bureau
Bron: CBS
Overige informatie & disclaimer Voor meer informatie over deze sector, neem contact op met:
Casper Burgering Senior sector econoom
Industrie & industriële metalen ABN AMRO Economisch Bureau tel: 020 383 26 93 e-mail:
[email protected]
http://nl.linkedin.com/in/casperburgering
ABN AMRO Economisch Bureau op internet www.abnamro.nl/economischbureau
https://twitter.com/CasperBurgering
Disclaimer: Copyright 2015 ABN AMRO and affiliated companies (“ABN AMRO”), Gustav Mahlerlaan 10, 1082 PP Amsterdam / PO Box 283, 1000 EA Amsterdam, The Netherlands. All right reserved. This material is provided to you for information purposes only. Before investing in any product of ABN AMRO Bank NV, you should inform yourself about various consequences that you may encounter under the laws of your country. ABN AMRO Bank NV has taken all reasonable care to ensure that the information contained in this document is correct but does not accept liability for any misprints. ABN AMRO Bank NV reserves the right to make amendments to this material. This material which is subject to change without notice is provided for informational purposes and should not be construed as a solicitation or offer to buy or sell any securities or related financial instruments. While ABN AMRO makes reasonable efforts to obtain information from sources, which it believes to be reliable, ABN AMRO makes no representation or warranty of any kind, either express or implied as to the accuracy, reliability, up-to-dateness or completeness of the information contained herein. Nothing herein constitutes an investment, legal, tax or other advice nor is it to be relied on in any investment or decision. Certain services and products are subject to legal restrictions and therefore may not be available for residents of certain countries. You should obtain relevant and specific professional advice before making any investment decision. The past performance is not necessarily a guide to the future result of an investment. The value of investments may go up or down due to various factors including but not limited to changes in rates of foreign exchange and investors may not get back the amount invested. ABN AMRO disclaims any responsibility and liability whatsoever in this respect.
18 Economisch Bureau