Het STAM maakt het hart van de stad groter
nr.0
STAMCONTACT Bijlokekaai 7b – 9000 Gent T 32 (0) 9 269 87 90 F 32 (0) 9 233 07 09
[email protected] www.stamgent.be
STAM Stadsmuseum GENT
1983
2008
1983
2008
1985
2008
Ajuinlei Bennesteeg Contributiebrug
Ajuinlei Bennesteeg Contributiebrug
Het STAM maakt het hart van de stad groter
2
DE TEXTUUR VAN DE STAD
HET STAM MAAKT HET HART VAN DE STAD GROTER
1A
1B
286
1200, exacte opmetingen mogelijk na realisatie van de nieuwbouw 150
lichtvloer met print modules van 100/100cm art. 53.11 + art. 72.11
ZICHT 4
ZICHT 6
1C
multimediazuil art. 59.20.02 2200, exacte opmetingen mogelijk na realisatie van de nieuwbouw
ZICHT 1
ZICHT 2
lichtbak met print (uitsnit) in holle wand verwerken art. 53.12 + art. 72.11 maquette via lasertechniek geprint aanbesteding deel 2
1D
ZICHT 3 ZICHT 5
1D’
180
1A’
1B’
140
805
140
70
zitmodules vervaardigd uit extra blank glas, bovenop het zitvlak een zachttransparant vel art. 53.13
1C’
lichtbak met print (uitsnit) in holle wand verwerken, art. 53.12 + art. 72.11
zitmodules vervaardigd uit extra blank glas, bovenop het zitvlak een zachttransparant vel art. 53.13
25 45
Volgend jaar zal Gent nog meer feesten dan gebruikelijk. De aanleiding? Op de Bijlokesite gaat een nieuw museum open, het Stadsmuseum Gent. Hoe dat STAM het hart van Gent nog groter maakt, vertellen Hendrik Defoort en Christine De Weerdt, projectleiders van het STAM.
1225
150
3
Een stadsmuseum, wat moeten we ons daarbij voorstellen? Er zijn zoveel soorten stadsmusea als er stadsmusea zijn. In Gent doen we een paar niet zo gebruikelijke dingen met het respectabele begrip ‘museum’ en zo belanden we toch wel bij iets heel nieuws. Het blijft een museum, alleen past ons grootste topstuk niet in een vitrinekast. Dat topstuk is de stad. Dat maakt van het STAM behalve een museum ook een manier van omgaan met de stad. Het begon allemaal met het idee om het Bijlokemuseum een nieuwe bestemming te geven als stadsmuseum. De bestaande collectie vormde daarbij het uitgangspunt. Het gaat om een typische 19deeeuwse verzameling van de meest uiteenlopende objecten, maar met één onderling verband: Gent. Bovendien werd vastgesteld dat de meeste Gentse musea veel waardevols in depot hadden dat niet paste in het verhaal dat zij brachten. Het publiek zou die dingen dus nooit te zien krijgen. Ook hiervoor kon het ruime perspectief van een stadsmuseum een uitkomst bieden. Goed de helft van de stukken in de permanente opstelling van het STAM zal uit andere collecties komen. We spreken trouwens van de ‘collectie Gent’ en we hebben dat begrip intussen uitgebreid tot al het cultureel erfgoed dat betrekking heeft op Gent, waar het zich ook bevindt, met inbegrip van het onroerend erfgoed en de stad zelf als levend en evoluerend organisme.
Maar die omvangrijke collectie verklaart nog niet helemaal waarom het STAM zo bijzonder is. Hoe zit dat met die interactieve manier van omgaan met de stad? Een hedendaags erfgoedbeleid bekijkt het erfgoed in zijn samenhang en zijn context en heeft aandacht voor het actuele belang, de hedendaagse relevantie ervan. Dat houdt ook in dat je het publiek niet alleen maar als een bezoeker, een toeschouwer ziet, maar
vooral als een betrokkene, indien mogelijk zelfs als een partner. Wat partners betreft, is trouwens het inzicht voortdurend gegroeid dat er nog een heel breed ‘iemandsland’ is tussen het museum en het publiek. Denk maar aan allerlei onderzoeksinstellingen, stedelijke diensten, heemkringen en andere erfgoedverenigingen, de sociaal-culturele verenigingen enzovoort. De lijst is eindeloos en voor een stadsmuseum zijn die allemaal belangrijk. Even belangrijk als de ontwikkeling van die ruimere visie, waren daarnaast de toenemende organisatorische en financiële mogelijkheden voor een vernieuwende aanpak. Zo was er in 2000 het eerste erfgoedconvenant tussen de Vlaamse Gemeenschap en de stad Gent. In dit contract ging de stad Gent de uitdaging aan om het lokale erfgoed zichtbaarder te maken. De erfgoedcel Gent Cultuurstad werd opgericht en in 2002 ontving Gent een investeringssubsidie van 8,6 miljoen euro om een stadsmuseum te ontwikkelen. Drie jaar later engageerde ook de Provincie Oost-Vlaanderen zich met een investeringssubsidie van 2 miljoen euro. Met het Erfgoeddecreet dat in 2009 van kracht wordt, is de vernieuwende werking ook helemaal officieel geregeld. De term ‘stadsmuseum’ is intussen ook geëvolueerd naar het bredere ‘erfgoedforum’.
En dat betekent concreet? Hier in huis gebruiken we wel eens het beeld van het STAM als ‘base camp’ van waaruit we, samen met allerlei andere actoren, inclusief het publiek, expedities voorbereiden en starten. Die expedities leiden dan naar verleden, heden en toekomst van de stad. Allerlei plannen, acties, hete hangijzers, gebeurtenissen, activiteiten die met de stad te maken hebben, kunnen hier worden geduid en in hun historische en actuele stedelijke context worden geplaatst. Het STAM wordt één grote verwijzing naar de stad en naar het waarom van wat er gaande is. Het stadsmuseum levert documentatie voor debat, inspiratie voor nieuwe ontwikkelingen, maar ook nieuwe inzichten die helpen om die stad te doorgronden. De vraag naar die wisselwerking is reëel, niet alleen vanuit de erfgoedsector overigens. We merken bijvoorbeeld dat er bij veel diensten en organisaties die met de stad bezig zijn een grote nood is aan een adequaat communicatiemiddel. De dienst Stedenbouw bijvoorbeeld wil over haar ideeën en projecten kunnen communiceren en debatteren. Via het STAM wordt dat mogelijk. Ook voor initiatieven uit de sociaal-culturele sector, al dan niet van de stadsdiensten zelf, kan het STAM
4
DE OPGESTAPELDE TIJD IN DE STAD
HET STAM MAAKT HET HART VAN DE STAD GROTER
veel betekenen. Vaak missen die de middelen en de infrastructuur om de kennis of het materiaal dat ze verzamelen blijvend te kunnen inzetten. Het STAM kan dat wel en wordt zo ook een draaischijf tussen die initiatieven en het publiek. Op die manier kunnen we rond het STAM bij zeer veel gemeenschappen een ‘sense of ownership’ creëren. We volgen daarbij in hoge mate het voorbeeld van musea in een aantal Britse steden. De interactie blijft ook niet beperkt tot tentoonstellingen en andere vormen van presenteren. Ze zit ook in de andere museumtaken: verzamelen, bewaren en onderzoeken.
1641
1800
1914-1918
1757
1837
jaren 1960
Maakt die aanpak het STAM niet vooral tot een museum voor de Gentenaar? Nee, ook voor de Gentenaar, en niet om het één keer te bezoeken, maar om er geregeld terug te keren, want precies door dat inspelen op wat er in de stad gebeurt of gaat gebeuren, hebben de bewoners voortdurend een goede reden om nog eens langs te komen. De interactie met de stad zit helemaal ingebakken in de werking van het museum. Er zijn niet alleen de tijdelijke tentoonstellingen, er is ook de extramuseale werking, met de reeds vermelde activiteiten rond stadsvernieuwing, maar ook met lessenreeksen voor volwassenen, stadsklassen voor schoolkinderen enz. Die stadsklassen — de educatieve werking van het STAM — illustreren goed de wezenlijke relatie tussen dit museum en de stad. Het gaat daarbij niet, of niet alleen, om ateliers of workshops in het museum, maar vooral om bezoeken aan de meest uiteenlopende diensten en activiteiten in de stad. De kinderen leren daaruit hoe een stad werkt, hoe ze georganiseerd wordt, wat de problemen zijn, hoe men er leeft … De stadsklassen zijn nu volop aan het proefdraaien, en straks komt er via het vaste museumcircuit van het STAM ook meer duiding bij over de ruimere context. En er is nog meer interactie. We bieden een forum voor kleinschalige activiteiten van derden, over Gent of stedelijkheid in het algemeen. Dat kunnen bijvoorbeeld workshops, lezingen of presentaties zijn van de universiteit, een heemkring, een kunstenaar, een culturele organisatie … Twee ruimtes van de abdij hebben een sublieme akoestiek; er zal ook geregeld muziek in het STAM zitten.
Dan rijst wel de vraag of de toerist in het STAM aan zijn trekken zal komen. 1997
2007
Een universiteits-, congres-, haven- en industriestad als Gent heeft voortdurend mensen uit binnen- en buitenland op bezoek die in nog andere dingen geinteresseerd zijn dan in de klassieke toeristische attracties. Ze bezoeken Gent vaak net naar aanleiding van wetenschappelijke, economische of andere con-
5
gressen en evenementen waarin stedelijke problematieken een rol spelen. Ook deze bezoekers zullen de beschreven interactie zeker naar waarde kunnen schatten. De kans dat de organisatoren van zulke activiteiten partners van het STAM zijn, zal met de tijd alleen maar toenemen — de kans dat we bezoekers krijgen met dergelijke interesses dus ook. Maar uiteraard is er ook de ‘gewone toerist’ en die heeft eveneens goede redenen om langs te komen. Het STAM wordt bij uitstek de toegangspoort tot de stad, zeker voor groepen. In de permanente tentoonstelling vertellen we immers het verhaal van die stad, van het hele begin tot vandaag. Een betere introductie tot Gent kan je niet hebben. Ook de gidsenverenigingen zullen het STAM integreren in hun rondleidingen. Toeristen — maar natuurlijk ook weer de bewoners — kunnen hier kennismaken met het stedelijk leven en de context van Gent in ruimte en tijd. Van daaruit worden ze dan naar die stad, haar monumenten, musea en andere culturele initiatieven geleid. Wie zijn bezoek aan Gent in het STAM begint, zal beter voorbereid zijn, de keuzes maken die hem/haar het best passen en dus meer van dat stadsbezoek genieten. Er komt dan ook een cultuurtoeristische infobalie in het STAM, een antenne van de algemene toeristische dienstverlening van de stad. STAM-bezoekers worden niet alleen wegwijs gemaakt in het museum, maar ook doorverwezen naar elke plek die Gent tot Gent maakt. Die nauwe samenwerking tussen cultuur en toerisme zal in alle opzichten een interessante vernieuwing zijn.
Het nadeel van een stadspoort is wel dat ze per definitie buiten het centrum ligt. Hoe overtuigen jullie de toerist om naar de Bijloke te komen? Met parkeerplaats voor bussen, een groepsvriendelijk onthaal en met een verplaatsing richting centrum die al een kleine belevenis op zich is. Voor groepen wordt het STAM haast een must: geen hectische toestanden in het verkeer meer, een welkome adempauze na de busrit in het café-restaurant, naadloze aansluiting op museum- en stadsrondleidingen en bovendien kunnen bezoekers hier, na hun introductiebezoek aan het museum, een fiets huren om de stad te verkennen of op de Leie de boot nemen richting centrum. De afstand van de Bijloke tot het centrum moet ook niet overdreven worden: die bedraagt minder dan een kilometer, ofwel 10 minuutjes wandelen. Als het STAM er gevestigd is, zal de Bijlokesite trouwens niet meer buiten het toeristische centrum liggen. Het STAM vergroot dat centrum als het ware en het maakt meteen ook een verbinding van de Gentse kuip over het ‘Kunstenkwartier’ naar het Sint-Pietersstation. Er ontstaat zo een nieuwe toeristische as die ook meer leven brengt in dit deel van de stad. Het STAM zal het historische centrum ook inhoudelijk uitbreiden. In heel zijn werking toont het aan dat Gent
BIJLOKESITE
bezoek de bewoners van de Bijlokesite op www.bijlokesite.be 4
4
1
4
2 3
13
5 11
12 9
8 7
10 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13
STAM BAM KUNSTWERK[t] Hogent, KASK Hogent, administratie Hogent, Conservatorium De Bijloke Muziekcentrum Gent Operastudio Vlaanderen LOD Les Ballets C de la B VLAMO Koninklijke Gidsenbond van Gent en Oost-Vlaanderen (GOV) evenementenplein
6
7
8
STAM – STADSMUSEUM
STAM – STADSMUSEUM
NIEUWBOUW de textuur van de stad ABDIJ de opgestapelde tijd in de stad KLOOSTER de stad onder de loep
KLOOSTER ABDIJ
NIEUWBOUW
9
10
STAM – STADSMUSEUM
niveau 1 KLOOSTER
3 ABDIJ
3
3
refter
2
1
NIEUWBOUW
1 introductieruimte 2 van pre-stedelijke nederzettting tot Portus aan de Reep 3 open depot
gelijkvloers 11 9
8
thesaurie
KLOOSTER
4 7 ABDIJ 6 NIEUWBOUW 1 onthaal 4 5 6 7 8 9 10
ABDIJ pandgangen stadslucht maakt vrij: de middeleeuwse grootstad kabinet Keizer Karel de versierde stad en haar burgers kabinet Lam Gods de geordende stad en de maakbare samenleving de leefbare stad en haar netwerkbewoners
KLOOSTER 11 tijdelijke tentoonstellingen
4 kerk
4 5
10
1
NIEUWBOUW
12
DE OPGESTAPELDE TIJD IN DE STAD
DE OPGESTAPELDE TIJD IN DE STAD
1912
1534
1641
2007
13
14
DE STAD ONDER DE LOEP
HET STAM MAAKT HET HART VAN DE STAD GROTER
Keukenla03.jpg
Kiosk01.jpg
Kruiwagens.jpg
LamGods01.jpg
MagdalenaFarizeeërs.jpg
MskStoelen.jpg
meer is dan het Gravensteen, de drie torens en het Lam Gods. Het STAM zal de bezoekers en bewoners naar al dat andere interessante leiden door hun blik te verruimen en door ze op een andere manier te laten kijken naar deze stad. Het is een kwestie van het ‘toeristische concept Gent’, of noem het ‘het arrangement Gent’, te verruimen door kwaliteit toe te voegen. En dat zou niet alleen een goede zaak zijn voor het STAM, maar ook voor alle musea, monumenten en evenementen in de stad, en voor de stad zelf. En laten we niet vergeten dat de Bijloke zelf een schitterende plek is, evengoed een topstuk en helemaal verweven met de geschiedenis van Gent. Straks, als alle restauraties en bouwwerkzaamheden achter de rug zijn en het STAM open is, wordt het een zeer aantrekkelijke groene stedelijke pleisterplaats en — mee dankzij de vele andere initiatieven op deze site — een dynamische cultuurcampus die zowel overdag als ‘s avonds zal bruisen van activiteit. Niet alleen voor de toeristen, ook voor de Gentenaars maakt het STAM het hart van de stad groter.
Intussen wordt er hard gewerkt op de site …
Opgepast.tif
RefterBijloke.jpg
SexBios.jpg
SheLoves.jpg
StandaardMuide.tif
Ster.jpg
TEKST02.jpg
Trofeeën01.tif
TweeKoppen.jpg
In de aanloop naar de opening van het STAM wordt de Bijlokesite inderdaad grondig aangepakt. Er wordt gesloopt, gerestaureerd, gebouwd … Die wijzigingen zijn niet altijd evident voor de Gentenaar, maar er wordt zeer zorgvuldig omgesprongen met het erfgoed, vanuit een doordachte visie op de stad. Men is in de 13de eeuw aan de Bijlokesite beginnen bouwen en dat is nooit gestopt. Maar vandaag gebeurt dat meer dan ooit met aandacht voor het bestaande waardevolle patrimonium. Zo gaat de hele vernieuwing gepaard met een zeer grondige restauratiecampagne volgens alle regels van de kunst en gebaseerd op bouwhistorisch en archeologisch onderzoek. Op die manier zal tijdens het museumbezoek tot uiting komen dat de abdij een deel van de collectie is dat tot de totaalervaring van het museumbezoek behoort. De bouw van de nieuwe entiteiten vertrekt vanuit de oorspronkelijke ordening. Het nieuwe toegangsgebouw sluit aan op een 17de-eeuws complex dat altijd bedoeld is geweest om ooit te worden uitgebreid. Nu trekken we dus die 17de-eeuwse bouwlijn door. Dit nieuwe element, dat nodig is om aan de hedendaagse eisen van een stadsmuseum te voldoen, krijgt uiteraard een 21ste-eeuwse vormentaal. Zo gaat het als het ware een communicatie aan met de vroegere gebouwen en wijst het nog maar eens op de stedelijke dynamiek waar het STAM zo mee bezig is. Het kan niet de bedoeling zijn een stolp te zetten over het bouwkundig erfgoed, elders in de stad is dat ook nooit gebeurd. Een stad is per definitie altijd in ontwikkeling en zo hoort het ook.
Wat zal het eindresultaat zijn? UitTrein01.jpg
VolvoTent.jpg
WijBlijven02.jpg
Een stadsmuseum waar de bezoeker niet alleen voeling krijgt met de textuur van de stad en een idee krijgt van de opgestapelde tijd in de stad, maar waar de
15
stad ook voortdurend onder de loep wordt genomen. In de nieuwbouw komt beneden zoals gezegd de ontvangstbalie voor de museum- en stadsbezoeker, en ook een museumcafé waar je, ook los van een museumbezoek, kan genieten van een drankje of een hapje. Het volledig glazen huis geeft overal doorzicht op de historische site. En ook op het caféterras wordt het heerlijk toeven, tussen de 21ste-eeuwse glazen wand en een 14de-eeuwse bakstenen muur, en met uitzicht op een rustgevende vijver. Op de eerste verdieping krijg je een introductie tot de stad. Daar begint het permanente museumcircuit en wel bij de stad van vandaag. Na die eerste kennismaking stap je het gerestaureerde abdijgebouw binnen, waar het verhaal van de stad chronologisch wordt verteld in de gangen en aanpalende ruimtes. De geschiedenis wordt er ontleed met behulp van multimediale beeldbanken die je in de tijd doen reizen naar pleinen, straten en buurten. Interessant daarbij is dat er geregeld via cijfermateriaal vergelijkingen worden gemaakt met de evolutie van andere steden. Dat situeert Gent in de wereld en in de geschiedenis. Wat was Gent, wat is het nu en wat kan en wil het worden? Dat zijn de vragen die we in het stadsmuseum oproepen. Soms vind je het antwoord in het vaste circuit, soms in een tijdelijke tentoonstelling die in het 17de-eeuwse klooster wordt gehouden, maar vaak ook in de stad waar het STAM je naartoe leidt.
Hoe moeten we ons die relatie tussen STAM en stad dan concreet voorstellen? Zoals gezegd, is de stad het topstuk van dit museum. Alles wat in het STAM gebeurt, zal te maken hebben met de stad, en alles wat in de stad gebeurt, kan in het STAM aan bod komen. De tijdelijke tentoonstellingen, bijvoorbeeld, zullen altijd verband houden met een bepaalde plek of een stedelijke thematiek. Bovendien gaan we er zoveel mogelijk voor zorgen dat we ook dingen buiten de muren doen. Het openingsfeest, eind 2009, zal dat al meteen aantonen. We hebben daarvoor een thema gekozen dat de wisselwerking stad — STAM letterlijk in de schijnwerpers zet. Het openingsfeest wordt een evenement rond ‘licht in de stad’ en het zal zich ook grotendeels in die stad afspelen, als een soort uitvergroting van de tijdelijke tentoonstelling in het STAM. Die tentoonstelling zal vragen behandelen zoals: hoe ga je om met licht in de stad, wat is het belang en de betekenis ervan voor het beeld en het functioneren van een stad, welke evolutie zit daarin? Wat met belichting van monumenten? Wat is het belang van kleur in dat licht? Wat doet reclameverlichting met een stad? Of zeer concreet: hoe zal de verlichting in de randgemeenten worden aangepakt? Wordt vervolgd.
Ivo Adriaenssens
16
COLOFON
STAMTEAM Hendrik Defoort, erfgoedcoördinator Christine De Weerdt, erfgoedcoördinator Jeannine Baldewijns, behoud en beheer Roger Cloetens, toezicht Maria De Waele, onderzoek Wout De Vuyst, erfgoedconsulent Sarah Maréchal, communicatie Nazmiye Sönmez, administratie Véronique Van Goethem, erfgoedconsulent Frederik Verstraete, educatie MUSEUMINRICHTING Tijdsbeeld & Pièce Montée nv ARCHITECT NIEUWBOUW Koen Van Nieuwenhuyse
1988
2008
1988
2008
1989
2008
Scheldekaai-Vlaamsekaai Zuidkwartier Woodrow Wilsonplein
Scheldekaai-Vlaamsekaai Zuidkwartier Woodrow Wilsonplein
PROJECTLEIDING INFRASTRUCTUUR Erik Bonte RAAD VAN BESTUUR GENT CULTUURSTAD VZW Voorzitter: Lieven Decaluwe Leden: Frank Beke, Ignace Bolle, Lieven Daenens, Bart De Sitter, Chantal De Smet, Bart Doucet, Marc Jacobs, Hans Kerrinckx, Marie-Christine Laleman, Luk Lambrecht, Gustavo Mulhall, Dirk Schutyser, Johan Van de Wiele, Hedwig Van den Bossche, Astrid Van Ingelgom, Sylvia Van Peteghem, Daniël Verbeken, Jan Vermassen STAMCONTACT Bijlokekaai 7b – 9000 Gent T 32 (0) 9 269 87 90 F 32 (0) 9 233 07 09
[email protected] www.stamgent.be
concept: STAMTEAM redactie: Ivo Adriaenssens grafisch ontwerp: Jan W. Hespeel en Randoald Sabbe (www.janenrandoald.be) druk: Drukkerij Geers Offset v.u.: Lieven Decaluwe, Bijlokekaai 7b, 9000 Gent cover: Hedendaagse luchtfoto Gentse agglomeratie, 2007 © Stad Gent – Stafdiensten Footprints van Gent, 2000 © André Coene en Martine De Raedt 1983-1985 © Stad Gent – Monumentenzorg / 2008 © Phile Deprez 1988-1989 © Stad Gent – Monumentenzorg / 2008 © Phile Deprez Bijlokesite, 2003 © Henderyckx Fotografie p.2: Vloer introductieruimte, 2007 © Tijdsbeeld & Pièce Montée nv p.4: Kouter, 1641 © Universiteitsbibliotheek Gent Kouter, 1757 © STAM Kouter, ca. 1800 © STAM Kouter, 1837 © Stadsarchief Gent Kouter, Kriegsalbum, 1914-1918 © Stadsarchief Gent Kouter, jaren 1960 © GOV Kouter, ca. 1997 © Stad Gent – Dienst Stedenbouw en Ruimtelijke Planning Kouter, 2007 © Stad Gent – Dienst Voorlichting p.6-11: STAM-site, februari 2008 © Phile Deprez p.12: ‘Panoramisch Zicht op Gent’, 1534 © STAM Kaart van Henricus Hondius, 1641 © Universiteitsbibliotheek Gent p.13: ‘Plattegrond van Gent met peilen’, 1912 © Stad Gent – Dienst Wegen, Bruggen en Waterlopen Hedendaagse luchtfoto, 2007 © Stad Gent – Stafdiensten p.14: Onzichtbaar Gent, 2003 © Hans Aarsman Niets uit deze uitgave mag vermenigvuldigd worden zonder toestemming van de uitgever en de rechthebbenden.
FOOTPRINTS VAN GENT 0
1
2 2,5
5 kilometers
850
1778 450 hectaren bebouwing binnen omtrek 48.400 inwoners
1854
1933
730 hectaren bebouwing binnen omtrek 108.000 inwoners
2.860 hectaren bebouwing binnen omtrek 175.000 inwoners
1969
1995
3.900 hectaren bebouwing binnen omtrek 149.300 inwoners
7.350 hectaren bebouwing binnen omtrek 226.500 inwoners