Spuitinstallatie voor in de tuinbouw Alle types
Versie 2.0 8 februari 2010
Van der Ende Pompen B.V. Maasambacht 4 2676CW Maasdijk Nederland
Woord vooraf Deze montagehandleiding is opgesteld aan de hand van de Machinerichtlijn 2006/42/EG en is bedoeld voor de technici die de Pieton moeten samenbouwen en/of installeren. De montagehandleiding is opgesteld voor het product de Pieton, een spuitboom voor het spuiten van een nevel van gewasbeschermingsmiddelen, ontwikkeld door Van der Ende Pompen B.V. . De montagehandleiding is opgedeeld in hoofdstukken, de hoofdstukken zijn zo nodig weer opgedeeld in paragrafen. Op bladzijde 2 is een overzicht van alle hoofdstukken en paragrafen met een paginaverwijzing te vinden. Wanneer er een cijfer of letter tussen haakjes achter een term staat verwijst dit naar onderdelen in afbeelding 1 of 2. Omdat de Pieton geen reële functie kan vervullen als deze niet is samengebouwd met daarvoor bestemde en geschikt machines, is de Pieton geclassificeerd als onvoltooide machine.
Montagehandleiding Pieton Pagina 2 van 31
Van der Ende Pompen B.V. Maasambacht 4 2676CW Maasdijk Nederland
Inhoudsopgave Woord vooraf .........................................................................................................2 Inhoudsopgave .......................................................................................................3 1. Identificatie .........................................................................................................4 1.1 De Pieton .......................................................................................................4 1.2 Specificaties ....................................................................................................4 1.3 Schematische weergave van de machine ....................................................................5 1.4 Logisch schema van de besturing ............................................................................6 1.5 Gebruikers......................................................................................................6 1.6 Gebruik .........................................................................................................7 1.7 Onbedoeld gebruikt ...........................................................................................7 1.8 Gebruiksomgeving.............................................................................................7 1.9 Garantiebepalingen............................................................................................7 2. Beschrijving ........................................................................................................8 2.1 Werkingsprincipe..............................................................................................8 2.2 Onderdelen .....................................................................................................9 3. Veiligheidsinstructies ........................................................................................... 11 3.1 Informatie gewasbeschermingsmiddelen ................................................................. 11 3.2 Opsomming gebruikte waarschuwingstekens ............................................................ 12 3.3 Algemene veiligheidsinstructies ........................................................................... 13 3.3.1. Algemeen................................................................................................ 14 3.3.2. Richten van de sproeiers .............................................................................. 15 3.3.3. Klaarmaken van het middel ........................................................................... 16 3.3.4. Starten van de installatie .............................................................................. 17 3.3.5. Gebruik van de Pieton ................................................................................. 18 3.3.6. Na gebruik van de installatie .......................................................................... 18 3.3.7. Onderhouden en schoonmaken van de installatie .................................................. 19 3.4 Restrisico s ................................................................................................... 19 4. Montage........................................................................................................... 20 4.1 Algemeen ..................................................................................................... 20 4.2 Installatie ..................................................................................................... 20 4.3 Montagevoorschrift ......................................................................................... 20 4.4 Sproeiers richten ............................................................................................ 21 5. Gebruik ........................................................................................................... 23 5.1 Algemeen ..................................................................................................... 23 5.2 Spuiten........................................................................................................ 23 5.3 Stoppen ....................................................................................................... 23 5.4 Buiten gebruik stellen ....................................................................................... 24 6. Onderhoud ....................................................................................................... 25 7. Storingen ......................................................................................................... 26 8. Verklaring van overeenstemming .............................................................................. 27 Bijlagen .............................................................................................................. 28 Vloeistofverbruik ................................................................................................ 29 Opbouw mengkamer ............................................................................................ 30 Elektrische aansluiting magneetventielen..................................................................... 31
Montagehandleiding Pieton Pagina 3 van 31
Van der Ende Pompen B.V. Maasambacht 4 2676CW Maasdijk Nederland
1. Identificatie In dit overzichtsplan staat de algemene informatie over de machine, doel van dit stuk is het aangeven van een afbakening, het doel, de globale werking en het toepassingsgebied van de machine. 1.1 De Pieton De Pieton is een systeem voor het verspuiten van gewasbeschermingmiddel in de tuinbouw. Door toevoeging van lucht onder druk aan de spuitvloeistof krijgen druppeltjes al bij een relatief lage vloeistofdruk een zeer hoge snelheid waardoor deze diep in het gewas kunnen doordringen. De druppelgrootte kan los van de snelheid (en dus de mate van indringing in het gewas) ingesteld worden. Voordelen van de Pieton spuitboom zijn: Zeer effectieve bestrijding. Minder vaak spuiten. Besparing op gewasbeschermingsmiddelen. Het regelen van de druppelgrootte los van de druppelsnelheid.
1.2 Specificaties Model Afmetingen
h b
Gewicht Aantal mengkamers Vloeistof Soort sproeiers
capaciteit per mengkamer (max.) Voordruk (max.) Spuitdruk (max.) Lucht capaciteit per mengkamer (max.) Voordruk (max.) Spuitdruk (max.) Tabel 1. Specificaties.
[m] [m] [kg] -
Variabel Variabel Variabel Variabel
-
[bar] [bar]
11004 1504 5004 8004 Zie bijlage Vloeistofverbruik 28 10
[L/min]
90
[bar] [bar]
28 10
[L/min]
Montagehandleiding Pieton Pagina 4 van 31
Van der Ende Pompen B.V. Maasambacht 4 2676CW Maasdijk Nederland
1.3 Schematische weergave van de machine Schets met daarin de belangrijkste componenten genummerd en benoemd.
Afbeelding 1. Schematische weergave Pieton. Montagehandleiding Pieton Pagina 5 van 31
Van der Ende Pompen B.V. Maasambacht 4 2676CW Maasdijk Nederland
1.4 Logisch schema van de besturing De bediening van de verschillende uitvoeringen van de Pieton zijn in hoofdzaak hetzelfde, toch kunnen er kleine verschillen zijn qua opbouw, de volgorde van componenten is echter altijd zoals in onderstaande afbeelding. De pijl in de afbeelding geeft de doorlooprichting van de lucht of de vloeistof weer. De verschillende bedieningsorganen van links naar rechts; a en e, afsluiter voor lucht of vloeistofleiding; b en f, filter voor de lucht of vloeistof; c en g, automatische afsluiter voor de lucht of vloeistofleiding (optioneel); d en h, drukregelventiel, hiermee kan de gewenste druk mee worden ingesteld, met de klok mee geeft een hogere druk, tegen de klok in een lagere druk. Op elk drukregelventiel is een manometer geplaatst, hierop kan de ingestelde druk worden afgelezen. Zie hoofdstuk 5 voor informatie over de exacte bediening van de Pieton.
Afbeelding 2. Bedieningsorganen van de Pieton. 1.5 Gebruikers De gebruiker van de Pieton moet deze handleiding voor gebruik hebben doorgelezen en de (veiligheids)voorschriften kennen en toepassen. De gebruiker moet door het bedrijf zijn aangewezen als bevoegd persoon. Een gebruiker is niet zondermeer bevoegd tot het aanmaken van de spuitvloeistof, het uitvoeren van wijzigingen aan de instellingen, reparaties of onderhoud! Een gebruiker moet minimaal achttien jaar zijn en moet voor het aanmaken van de oplossing waarmee gespoten gaat worden bovendien in het bezit zijn van een (geldige) spuitlicentie drie. De operatoren dienen er zorg voor te dragen dat kinderen onder de achttien jaar en personen die als dat wel nodig is niet voldoende bescherming dragen, van de Pieton vandaan blijven. Zwangere vrouwen mogen niet in de directe omgeving van of aan een werkende Pieton werken. Montagehandleiding Pieton Pagina 6 van 31
Van der Ende Pompen B.V. Maasambacht 4 2676CW Maasdijk Nederland 1.6 Gebruik De installatie mag uitsluitend worden gebruikt om voor daarvoor geschikte gewasbeschermingsmiddelen te spuiten. Hiervoor dient de Pieton op een daartoe geschikt onderstel te worden geïnstalleerd, in combinatie met een veilige, logische elektronische besturing. 1.7 Onbedoeld gebruikt Het is niet toegestaan de Pieton te gebruiken voor andere taken dan hierboven beschreven of zonder veilige, logische elektronische besturing. 1.8 Gebruiksomgeving Vanwege het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen mag er niet gegeten, gedronken en gerookt worden in de omgeving van de installatie. De ruimte waarin de Pieton staat mag in geen geval betreden worden wanneer de Pieton in werking is. Zorg dat het personeel weet wanneer de installatie in werking is en plaats waarschuwingsborden op toegangsdeuren. Houdt voldoende vrije ruimte rondom de installatie om eventueel gevaar te kunnen ontwijken. De omgevingstemperatuur mag minimaal 5°C, maximaal 40°C bedragen en de relatieve luchtvochtigheid mag minimaal 35% en maximaal 85% zijn. De Pieton is bedoeld voor gebruik binnenin een teeltruimte. 1.9 Garantiebepalingen De garantietermijn is 6 maanden vanaf de aantoonbare ingebruikname, met als uiterste datum 2 jaar na productiedatum. Wanneer er aanspraak wordt gedaan op de garantie moeten de betreffende onderdelen ter beoordeling aangeboden worden aan de producent. De garantie vervalt bij één of meer van de volgende voorwaarden; Ondeskundig gebruik of montage. Herhaaldelijk negeren van adviezen van producent en/of de leverancier. Reparatie, onderhoud of gebruik door onbevoegden. Gebruik van ongeschikte aansluitingen wat betreft de elektrische voeding, vloeistof of lucht. Gebruik van de machine in een ongeschikte omgeving. Opzettelijke beschadiging of wijziging van de machine. De garantievoorwaarden zijn conform de METAALUNIEVOORWAARDEN (uitgave januari 2008).
Montagehandleiding Pieton Pagina 7 van 31
Van der Ende Pompen B.V. Maasambacht 4 2676CW Maasdijk Nederland
2. Beschrijving In het hoofdstuk beschrijving wordt uiteengezet wat de machine precies is, het geeft de achtergrondinformatie die nodig is om de machine correct en veilig te kunnen gebruiken. 2.1 Werkingsprincipe De Pieton is een spuitinstallatie waarmee gewasbeschermingsmiddelen worden verspoten. Door de combinatie van lucht- en vloeistofdruk is de druppelgrootte goed te regelen en is er al bij een relatief lage vloeistofdruk een krachtige spuitnevel. De werking is globaal als volgt: Een compressor perst lucht door een luchtleiding naar de Pieton, een hogedrukpomp doet hetzelfde met de spuitvloeistof. Op de Pieton zijn mengunits bevestigd die de lucht met de vloeistof mengen. Nadat de lucht en de vloeistof zijn gemengd wordt dit mengsel naar de sproeiers geleid en in het gewas gespoten. Door het veranderen van de lucht- en/of vloeistofdruk kan de druppelgrootte en kracht (indringing) van de spuitnevel worden aangepast. Kenmerkend voor deze manier van spuiten is dat niet de vloeistofdruk of de luchtdruk de druppelgrootte bepaald, maar het verschil tussen de twee drukken. Hoe hoger het verschil, hoe groter de druppelgrootte (en dus hoe hoger het vloeistofgebruik). De hoogte van beide drukken samen bepaald vervolgens de kracht van de nevel en daarmee de mate van indringing in het gewas. Als voorbeeld: bij een vloeistofdruk/luchtdruk van 10 bar/7 bar heeft men dezelfde druppelgrootte als bij 6 bar/3 bar, echter, de kracht van de nevelstraal is dan veel lager. Elke Pieton wordt aangepast aan de installatie waar de klant de Pieton op wil plaatsen, er is dus geen vaste vorm van een Pieton. Toch kan een Pieton altijd in drie delen worden opgedeeld, een spuitmast, een mengunit en een regelunit.
Montagehandleiding Pieton Pagina 8 van 31
Van der Ende Pompen B.V. Maasambacht 4 2676CW Maasdijk Nederland
2.2 Onderdelen Onderstaand een schets met daarin de belangrijkste onderdelen en hun omschrijving.
Afbeelding 3. Onderdelen 1, regelunit. Nummer Omschrijving 1. Drukregelventiel 2. Luchtaansluiting 3. Manometer 4. Vloeistofaansluiting 5. Manometer 6. Drukregelventiel 7. Magneetventiel vloeistof 8. Magneetventiel lucht 9. Kogelkraan luchtleiding aansluiting 10. Aansluiting luchtleiding 11. Lucht filter 12. Aftapkraan luchtfilter 13. Kogelkraan vloeistofleiding aansluiting 14. Vloeistofleiding aansluiting 15. Vloeistof filter 16. Aftapkraan vloeistoffilter Tabel 2. Omschrijving onderdelen 1, regelunit.
Montagehandleiding Pieton Pagina 9 van 31
Van der Ende Pompen B.V. Maasambacht 4 2676CW Maasdijk Nederland
Afbeelding 4. Onderdelen 2, spuitmast. Nummer Omschrijving 17. Spuitmast frame 18. Sproeier geleider 19. Sproeier 20. Sproeierhouder 21. Aansluiting sproeier 22. Lucht/vloeistofleiding 23. Borgschroef Tabel 3. Omschrijving onderdelen 2, spuitmast.
Afbeelding 5. Onderdelen 3, mengunit. Nummer Omschrijving 22. Lucht/waterleiding 24. Y-stuk 25. Kogelkraan mengkamer 26. Mengkamer 27. Luchtaansluiting mengkamer 28. Terugslagklep 29. Vloeistofaansluiting mengkamer Tabel 4. Omschrijving onderdelen 3, mengunit. Noot: Het is belangrijk om voor nr. 24 een Y stuk te gebruiken en geen T-stuk, dit heeft namelijk een sterk nadelige invloed op de werking van de mengunit.
Montagehandleiding Pieton Pagina 10 van 31
Van der Ende Pompen B.V. Maasambacht 4 2676CW Maasdijk Nederland
3. Veiligheidsinstructies Dit hoofdstuk geeft informatie over hoe de Pieton veilig is te gebruiken. Lees dit hoofdstuk goed door en breng mensen die in de buurt van de Pieton werken ook op de hoogte van mogelijke gevaren en voorschriften.
3.1 Informatie gewasbeschermingsmiddelen De Pieton wordt gebruikt in combinatie met gewasbeschermingsmiddelen, deze middelen worden gezien als gevaarlijke stoffen en zijn vaak giftig, irriterend en/of slecht voor het milieu. Hoewel de Pieton gebruik maakt van verdunde middelen is het toch van het grootste belang dat de nodige veiligheidsmaatregelen worden genomen. Kijk goed op het etiket voor de nodige veiligheidsmaatregelen bij gebruik van het middel! Vraag aan de leverancier om advies bij gebruik van het middel! Draag bij het werken met het middel altijd een volgelaatmasker en handschoenen! De persoon die de middelen klaarmaakt moet in het bezit zijn van een spuitlicentie drie. Wendt u voor de volledige veiligheidsmaatregelen met betrekking tot gebruik van het middel tot het etiket of de leverancier.
Houdt in gedachten dat de producent van de Pieton zich niet bezighoudt met, en in geen geval verantwoordelijk is voor de opslag van de te gebruiken gewasbeschermingsmiddelen. De gebruiker dient hier zelf toereikende voorzieningen voor te treffen. De opslag van deze middelen valt buiten de verantwoordelijkheid van de producent.
Montagehandleiding Pieton Pagina 11 van 31
Van der Ende Pompen B.V. Maasambacht 4 2676CW Maasdijk Nederland
3.2 Opsomming gebruikte waarschuwingstekens In deze handleiding zijn verschillende waarschuwingstekens aangebracht, onderstaand de betekenis van de diverse waarschuwings- en gebodstekens. Symbool
Aanduiding
T
Betekenis Dit symbool wordt gebruikt wanneer er een risico is door het gebruik van giftige of schadelijke stoffen. Bij dit symbool zijn persoonlijke beschermingsmiddelen zoals een masker en handschoenen verplicht. Dit symbool wordt gebruikt wanneer er een risico is voor elektrocutie. Volg bij dit symbool altijd de bijbehorende veiligheidsvoorschriften op.
Gelaatsmasker Draag bij dit teken altijd een volgelaatsmasker om het innemen van gevaarlijke stoffen via adem of gelaat te voorkomen.
Handschoenen Draag bij dit teken altijd beschermende handschoenen om het innemen en/of verspreiden van gevaarlijke stoffen via de handen te voorkomen. Overall Draag bij dit teken altijd een beschermende overall of ander soort beschermende kleding om het opnemen en/of het verspreiden van gevaarlijke stoffen via de huid te voorkomen. Handen wassen Was bij dit teken altijd uw handen na de werkzaamheden.
Tabel 5. De gebruikte waarschuwingstekens met betekenis.
Montagehandleiding Pieton Pagina 12 van 31
Van der Ende Pompen B.V. Maasambacht 4 2676CW Maasdijk Nederland
3.3 Algemene veiligheidsinstructies Voorschriften met betrekking tot het gebruik en klaarmaken van de gewasbeschermingsmiddelen: Dit apparaat mag uitsluitend worden gebruikt voor het spuiten van daarvoor geschikte gewasbeschermingsmiddelen. Controleer direct na ontvangst het apparaat op schade of incompleetheid. U dient afwijkingen direct bij uw leverancier/fabrikant te melden. Lees vóór gebruik de gehele gebruiksaanwijzing goed door. Voor het klaarmaken van de middelen is een spuitlicentie drie nodig. Voor correcte doseringen en gebruik van gewasbeschermingsmiddelen wordt naar de leverancier van de middelen verwezen.
Montagehandleiding Pieton Pagina 13 van 31
Van der Ende Pompen B.V. Maasambacht 4 2676CW Maasdijk Nederland
3.3.1. Algemeen Vermijd fysiek contact met het middel Houdt kinderen onder de 18 jaar en zwangere vrouwen weg van de installatie Ruim gemorst middel direct op Maak nooit meer middel aan dan nodig Raak bij het werken met de Pieton zo min mogelijk ogen, mond en neus aan
Zorg altijd dat alle roosters en afschermingen degelijk zijn gemonteerd.
Vervang regelmatig de handschoenen, beschermende kleding en filters van het volgelaatmasker.
Zorg dat iedereen die met de Pieton of in de directe omgeving van de Pieton werkt de veiligheidsinstructies kent.
Was na werken met gewasbeschermingsmiddelen altijd onderarmen en handen met water en zeep.
Tabel 6. Veiligheidsvoorschriften I.
Montagehandleiding Pieton Pagina 14 van 31
Van der Ende Pompen B.V. Maasambacht 4 2676CW Maasdijk Nederland
3.3.2. Richten van de sproeiers
Zorg ervoor dat er voor het testen alleen met schoon water zonder chemicaliën gebeurd!
Gebruik altijd een veiligheidssnelkoppeling voor de persluchtaansluiting!
Tabel 7. Veiligheidsvoorschriften III.
Montagehandleiding Pieton Pagina 15 van 31
Van der Ende Pompen B.V. Maasambacht 4 2676CW Maasdijk Nederland
3.3.3. Klaarmaken van het middel
Draag beschermende kleding, goed passende handschoenen en een volgelaatmasker.
Sluit de verpakking na afwegen / afmeten van het middel goed af. Berg de verpakking na afwegen / afmeten van het middel goed op.
Eet, rook, drink en neuspeuter niet Lees altijd eerst het etiket op de verpakking: naast de gebruiksaanwijzing ook het wettelijk gebruiksvoorschrift, de waarschuwingszinnen en de veiligheidsaanbevelingen Volg altijd de waarschuwingszinnen van het etiket op
Was na aanmaken oplossing altijd handen en onderarmen met water en zeep.
Tabel 8. Veiligheidsvoorschriften II.
Montagehandleiding Pieton Pagina 16 van 31
Van der Ende Pompen B.V. Maasambacht 4 2676CW Maasdijk Nederland
3.3.4. Starten van de installatie Controleer of er niemand in de te behandelen ruimte aanwezig is. Neem maatregelen om te zorgen dat niemand de teeltruimte kan betreden wanneer de Pieton in gebruik is. Informeer werknemers en aanwezigen dat de Pieton in werking gezet gaat worden. Breng waarschuwingsborden aan op de toegangsdeuren van de te behandelen ruimte.
Zorg dat alle luchtramen en deuren naar buiten toe zijn gesloten, zodat de nevel de teeltruimte niet kan verlaten.
Tabel 9. Veiligheidsvoorschriften IV.
Montagehandleiding Pieton Pagina 17 van 31
Van der Ende Pompen B.V. Maasambacht 4 2676CW Maasdijk Nederland
3.3.5. Gebruik van de Pieton
Zorg dat niemand de ruimte betreedt waar de Pieton in werking is.
Zorg dat alle luchtramen en deuren naar buiten toe zijn gesloten, zodat de nevel de teeltruimte niet kan verlaten.
Tabel 10. Veiligheidsvoorschriften V.
3.3.6. Na gebruik van de installatie Lucht de behandelde ruimte voor enkele uren goed door. Betreed de ruimte pas als de teeltruimte is doorgelucht.
Tabel 11. Veiligheidsvoorschriften VI.
Montagehandleiding Pieton Pagina 18 van 31
Van der Ende Pompen B.V. Maasambacht 4 2676CW Maasdijk Nederland
3.3.7. Onderhouden en schoonmaken van de installatie
Zorg dat al het gewasbeschermingsmiddel uit de installatie (ook de leidingen) is voordat aan de Pieton gewerkt wordt
Ontkoppel altijd de perslucht aansluiting voordat er aan de Pieton wordt gewerkt!
Werk met handschoenen en beschermende kleding
Was na werken met gewasbeschermingsmiddelen altijd onderarmen en handen met water en zeep.
Tabel 12. Veiligheidsvoorschriften VII. 3.4 Restrisico s De gebruiker van deze installatie dient zich bewust te zijn dat aan het gebruik van de installatie risico s verbonden zijn. Door de fabrikant zijn deze risico s zo goed en volledig mogelijk afgedekt, maar bij het negeren van voorschriften of misbruik van de installatie kunnen nog steeds gevaren ontstaan. Volg dus alle veiligheidsvoorschriften op en gebruik daarnaast altijd gezond verstand om het werken met de Pieton zo veilig mogelijk te maken.
Montagehandleiding Pieton Pagina 19 van 31
Van der Ende Pompen B.V. Maasambacht 4 2676CW Maasdijk Nederland
4. Montage 4.1 Algemeen De Pieton is een onvoltooide machine, hierdoor kan de producent niet alle vereiste veiligheidsvoorzieningen zoals een logische besturing en een noodstop aanbrengen. Het is daarom belangrijk dat de installateur dit verzorgt. Alle benodigde veiligheidsvoorzieningen zijn in principe verwerkt in onderstaand montagevoorschrift. Na installatie moet de installateur het geheel in overeenstemming brengen met de relevante Europese wetgeving. 4.2 Installatie De installatie waarmee de Pieton wordt samengebouwd dient aan de volgende voorschriften te voldoen: Bij een vaste opstelling dient een werkschakelaar te zijn gemonteerd binnen het zichtveld vanaf de sproeiers, wanneer dit niet mogelijk is moet de werkschakelaar geblokkeerd kunnen worden met bijvoorbeeld een hangslot. Er dient voldoende druk op zowel de waterleiding aansluiting als de luchtleiding aansluiting te staan, beide aansluitingen moeten afgesloten kunnen worden en de Pieton moet drukloos gemaakt kunnen worden; De maximumdruk op de vloeistofaansluiting mag nooit de 28 bar overschrijden. De maximumdruk op de persluchtaansluiting mag nooit de 28 bar overschrijden. De spuitmast en rest van de installatie dient voldoende stevig te zijn. De installatie moet veilig te bedienen en gebruiken zijn. De (elektrische) bediening en aansturing van de Pieton moet veilig zijn. De sproeiers mogen niet direct op de gebruiker/bediener gericht zijn. Alle leidingen en appendages moeten de maximale werkdruk kunnen weerstaan. Alle leidingen en appendages moeten volledig luchtdicht en in goede staat zijn.
4.3 Montagevoorschrift De Pieton dient samengebouwd te worden met een veilig en stevig frame conform wettelijke bepalingen, voorgeschreven veiligheidsinstructies en bovenstaande installatie voorschriften. Wanneer de Pieton is samengebouwd dienen de lucht- en vloeistofleiding te worden aangesloten, gebruik hiervoor leidingen van voldoende sterkte en diameter, afhankelijk van het aantal sproeiers en de werkdruk. De minimaal benodigde luchtdruk van de aansluiting is 2 bar, de aanbevolen luchtdruk van de aansluiting ligt rond de 8 bar. De minimale benodigde vloeistofdruk van de aansluiting is 10 bar, de aanbevolen vloeistofdruk van de aansluiting ligt rond de 12 bar. Wanneer er met lange leidingen wordt gewerkt moet er rekening gehouden worden met een significant drukverlies over de leiding! Sluit de magneetventielen aan volgens het schema in de bijlagen, deze ventielen dienen voor het op afstand aan en uit sturen van de Pieton. Montagehandleiding Pieton Pagina 20 van 31
Van der Ende Pompen B.V. Maasambacht 4 2676CW Maasdijk Nederland 4.4 Sproeiers richten Wanneer u voor het eerst met de PIETON gaat spuiten dient u eerst de verschillende sproeiers goed te richten. Het is van wezenlijk belang dat de juiste sproeiers op de juiste plek staan en op de juiste wijze zijn gericht om het gewenste resultaat te bereiken. Voor het richten moet de installatie laten spuiten met schoon water, zodat u goed en veilig kunt zien wat het spuitbeeld is. Een Pieton is maximaal uitgerust met 16 sproeiers, hierbij worden elke 2 sproeiers door 1 mengkamer gevoed. Op elke sproeier staat een typenummer, bij de Pieton worden er 4 soorten sproeiers gebruikt; 1504 5004 8004 11004 Van dit nummer zijn de laatste 2 cijfers een typering voor de diameter van de doorgang en daarmee de capaciteit (het aantal liters per minuut) van de sproeier. De eerste 2 of 3 cijfers geven de spuithoek weer. Zoals te zien is, zijn de capaciteit van de gebruikte sproeiers allemaal gelijk. Elke sproeier heeft als spuitbeeld een soort platte driehoek, de spuithoek is aangegeven in onderstaande afbeelding. De cijfers op de kop van de sproeier vormen (zonder de komma) het typenummer zoals hierboven omschreven.
Afbeelding 6. Spuitbeeld van een sproeier. Hoe kleiner de spuithoek, hoe hoger de indringing in het gewas en hoe meer vloeistof er in een kleiner gebied wordt gespoten. Een sproeier 1504 (spuithoek slechts 15 graden) wordt daarom bijvoorbeeld bij ingebogen takken toegepast, daar de nevel dieper in het gewas door dringt dan wanneer bijvoorbeeld een 11004 zou worden gebruikt. De 11004 wordt echter weer toegepast als het gewas lichter en minder dicht is (zoals de bovenste gedeeltes van het gewas), zodat er met één sproeier een veel groter gebied wordt bestreken. Ook door de druk van het lucht/vloeistofmengsel of het verschil tussen de luchtdruk en vloeistofdruk te veranderen kan de indringing in het gewas aangepast worden, zie hiervoor hoofdstuk 5. Bij sommigen teeltsystemen is het mogelijk om onder de teeltgoot door te spuiten. Hierdoor kan het moeilijk te bereiken deel van het gewas ook goed aan de onderkant worden geraakt. Onderstaande schematische weergave geeft een voorbeeld van hoe de sproeiers gericht kunnen worden.
Montagehandleiding Pieton Pagina 21 van 31
Van der Ende Pompen B.V. Maasambacht 4 2676CW Maasdijk Nederland
Afbeelding 7. Voorbeeld richten sproeiers. Voor een optimaal resultaat en efficiënt gebruik van vloeistof is het belangrijk dat de spuitnevels van de verschillende sproeiers elkaar niet raken. Omdat de sproeiers een platte driehoek als spuitbeeld hebben kunnen de nevels eenvoudig aangepast worden door de sproeiers om hun lengteas te verdraaien. Verdraai de sproeiers zodanig dat de nevels elkaar niet meer raken. In onderstaande afbeelding is een voorbeeld weergegeven.
Afbeelding 8. Voorkomen van interferentie tussen verschillende spuitnevels.
Montagehandleiding Pieton Pagina 22 van 31
Van der Ende Pompen B.V. Maasambacht 4 2676CW Maasdijk Nederland
5. Gebruik 5.1 Algemeen
Draag bij het gebruiken van de Pieton altijd handschoenen, beschermende kleding en een volgelaatmasker! Voor het klaarmaken en gebruiken van de vloeistof is een spuitlicentie drie nodig.
controleer de Pieton voor elk gebruik op slijtage, breuk en lekkage.
5.2 Spuiten Controleer of de leidingen in degelijke staat zijn; controleer of de kogelkranen (25) boven de mengkamers (26) open staan; o de handle moet evenwijdig aan de leiding staan; zorg dat de spuitboom op het gewas is ingesteld; o richt de sproeiers met behulp van paragraaf 4.4; zet vloeistof- en luchtdruk op de aansluitingen (10 en 14); Controleer of er niemand in de te behandelen ruimte is. Informeer werknemers dat er gewasbeschermingsmiddelen gespoten gaan worden. Zorg dat niemand de te behandelen ruimte kan betreden. controleer of de kogelkranen (12 en 16) van de filters (11 en 15) gesloten zijn; open de kogelkranen (9 en 13); open de magneetventielen (7 en 8); o Let op; de Pieton begint nu met spuiten; stel de druk af; o gebruik de tabel in de bijlagen; gebruik handles bovenop de drukregelventielen (1 en 6); o met de klok meedraaien geeft een hogere druk, tegen de klok in een lagere druk; o de druk kan afgelezen worden op de manometers (3 en 5). 5.3 Stoppen Sluit de magneetventielen (7 en 8); sluit de kogelkranen (9 en 13) van de aansluitingen (10 en 14).
Montagehandleiding Pieton Pagina 23 van 31
Van der Ende Pompen B.V. Maasambacht 4 2676CW Maasdijk Nederland
5.4 Buiten gebruik stellen Wanneer de Pieton niet direct na het stoppen weer gebruikt gaat worden of wanneer er met andere spuitvloeistoffen gewerkt gaat worden, dient de Pieton na het stoppen met schoon water te worden nagespoeld. Stop de Pieton (zie 5.3); spoel de Pieton na met schoon water; zorg dat er geen spuitvloeistof maar schoon water op de wateraansluiting (14) aangesloten is; open de kogelkranen (9 en 13) van de aansluitingen (10 en 14); open de magneetventielen (7 en 8); Let op; de Pieton begint nu met spuiten, hoewel er schoon water is aangesloten bevat de spuitnevel met name in het begin toch spuitmiddelen. Draag dus ook bij het naspoelen voldoende persoonlijke beschermingsmiddelen! spoel enkele minuten goed door; o de tijd is afhankelijk van lengte van de leidingen en de hoeveelheid appendages; houd standaard minimaal 1 minuut aan; haal de vloeistofdruk van de aansluiting (14); haal de luchtdruk van de aansluitingen (10). o het systeem wordt nu deels leeggeblazen; sluit de magneetventielen (7 en 8); open de kogelkraan (12) van het luchtfilter (11); o het filter wordt nu doorgespoeld; sluit de kogelkraan (12) van het luchtfilter (11); open de kogelkraan (16) van het vloeistoffilter (15); o het filter wordt nu doorgespoeld; sluit de kogelkraan (16) van het vloeistoffilter (15); sluit de kogelkranen (9 en 13) van de aansluitingen (10 en 14).
Montagehandleiding Pieton Pagina 24 van 31
Van der Ende Pompen B.V. Maasambacht 4 2676CW Maasdijk Nederland
6. Onderhoud Om probleemloos gebruik te kunnen blijven maken van de PIETON, moet deze geregeld onderhouden worden. Het advies is minstens één maal in de drie maanden onderhoud uit te voeren. Spoel de Pieton goed na met schoon water (zie 5.4); controleer de sproeiers; bij verstopte sproeiers; o draai deze los (sleutel 13); o blaas ze door met perslucht; o leg ze eventueel eerst te weken in water; o Let op; gebruik geen ijzerdraadje of iets dergelijks om de sproeiers door te prikken, hiermee kan de sproeier eenvoudig worden beschadigd wat het spuitbeeld negatief beïnvloed! o plaats de sproeiers terug; let er op dat de sproeier correct gericht wordt; contoleer de Pieton op slijtage, breuk en lekkage; controleer alle slangbevestigingen; maak de Pieton schoon met lauw water en een sopje; controleer of de kogelkranen (9 en 13) op de aansluitingen (10 en 14) dicht zijn; controleer of de kogelkranen (12 en 16) op de filters (11 en 15) dicht zijn; contoleer of de kogelkranen (25) bovenop de mengkamers (26) dicht zijn.
Montagehandleiding Pieton Pagina 25 van 31
Van der Ende Pompen B.V. Maasambacht 4 2676CW Maasdijk Nederland
7. Storingen Voor er aan de Pieton gewerkt gaat worden dient de Pieton te zijn doorgespoeld met schoon water zoals beschreven in 5.4. Zorg er voor dat er veilig aan de Pieton gewerkt kan worden. Storingen mogen alleen door vakbekwaam personeel uitgevoerd worden. PROBLEEM De spuitboom komt niet op de gewenste drukverhouding
OORZAAK Filter zit verstopt
OPLOSSING Zet de kogelkraan van vloeistof en lucht op de spuitboom dicht. Schroef het filter open en maak deze schoon.
Vloeistofdruk te laag
Zet de begindruk bij de pomp hoger. Pas op dat deze nooit de maximum druk van de pomp overschrijd!
Luchtdruk te laag
Zet de begindruk bij de compressor hoger.
Lekkage
Controleer of dat alle toevoerleidingen lekvrij en alle overige aftappunten gesloten zijn. . Eén van de sproeiers geeft Teflonslangetje zit niet goed Zet het slangetje goed vast of vervang het een afwijkend sproeibeeld vast of is beschadigd slangetje Sproeier zit verstopt
Schroef de sproeier los en maak deze schoon
Sproeier is beschadigd
Vervang de sproeier
Mengkamer zit verstopt
Schroef de mengkamer los en maak deze schoon
Tabel 13. Eenvoudige storingen en hun oplossingen.
Montagehandleiding Pieton Pagina 26 van 31
Van der Ende Pompen B.V. Maasambacht 4 2676CW Maasdijk Nederland
8. Verklaring van overeenstemming EG-VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING (volgens Bijlage II B van de Machinerichtlijn 2006/ 42/ EG, voor niet-zelfstandig functionerende machines of machinedelen) Wij,
Van der Ende Pompen B.V Maasambacht 4 2676 CW Maasdijk Nederland
verklaren geheel onder eigen verantwoordelijkheid dat de machine: Pieton Alle types
waarop deze verklaring betrekking heeft, bestemd om te worden ingebouwd in een machine of samengebouwd met andere machines tot één machine waarop de Machinerichtlijn van toepassing is (in voorkomend geval) in overeenstemming is met de volgende geharmoniseerde norm(en) en/of richtlijnen; Machinerichtlijn 2006/42/EG Laagspanningsrichtlijn 2006/95/EG EMC richtlijn 2004/108/EG PED richtlijn 97/23/EG.
Wij willen u erop attenderen dat ons product bestemd is om in een machine te worden ingebouwd of met een andere machine te worden samengebouwd en dat het op grond van de Machinerichtlijn pas in gebruik mag worden genomen nadat de gehele (samengestelde) machine in overeenstemming met de bepalingen van de Europese eisen is gebracht.
Nederland Maasdijk 24 november 2009
P.J. van der Ende
Montagehandleiding Pieton Pagina 27 van 31
Van der Ende Pompen B.V. Maasambacht 4 2676CW Maasdijk Nederland
Bijlagen Vloeistofverbruik Opbouw mengkamer Elektrische aansluiting magneetventielen
Montagehandleiding Pieton Pagina 28 van 31
Van der Ende Pompen B.V. Maasambacht 4 2676CW Maasdijk Nederland
Vloeistofverbruik Onderstaande tabel en grafiek kunnen gebruikt worden als leidraad bij het instellen van de vloeistof- en luchtdruk. drukverschil (vloeistof - lucht) [bar] 0,0 0,5 1,0 1,5 2,0 2,5 3,0 3,5 4,0
vloeistof verbruik (per sproeier) [liter per minuut] 0,41 0,61 0,78 0,93 1,06 1,16 1,26 1,36 1,45
Verbuik per sproeier [L/min]
Vloeistofverbruik 1,6 1,4 1,2 1 0,8 0,6 0,4 0,2 0 0
0,5
1
1,5
2
2,5
3
3,5
4
4,5
Drukverschil, vloeistof - lucht [bar]
Door het drukverschil in te stellen wordt de druppelgrootte en daarmee het vloeistofverbruik ingesteld, de totale druk bepaald de indringing van de spuitnevel in het gewas.
Montagehandleiding Pieton Pagina 29 van 31
Van der Ende Pompen B.V. Maasambacht 4 2676CW Maasdijk Nederland
Opbouw mengkamer
Montagehandleiding Pieton Pagina 30 van 31
Van der Ende Pompen B.V. Maasambacht 4 2676CW Maasdijk Nederland
Elektrische aansluiting magneetventielen Het aansluiten van de magneetventielen mag alleen gebeuren door vakbekwaam personeel. Wanneer de kunststof kap van een magneetventiel wordt geschroefd worden de volgende aansluitingen zichtbaar;
Hierbij is de platte steker de randaarde; deze is doorverbonden aan het ventiel zelf. Wanneer over de stekkers 1 en 2 een potentiaal wordt gezet gaat het ventiel open, zodra dit potentiaal weer wordt verwijderd sluit het ventiel zich. De aansluitspanning van het ventiel is standaard 24 Vac, echter, 24 Vdc en 230 Vac zijn ook leverbaar.
Montagehandleiding Pieton Pagina 31 van 31